Meer eenrichtingsverkeer in Leiden „in algemeen belang der burgerij" Voorzitter Van Kinschot ontstemd over kritische opmerkingen over ontvangst fysiologencongres Wethouder Harmsen verdedigde voor t eerst een begroting Leidse raad bepaalde zijn positie tegenover de heer Van Weizen (communist) 162 NIEUWE EEIDSCHE COURANT S VRIJDAG 16 NOVEMBER 1962 Hele middag voor verkeer (nog maar het begin.. Van N.Z.H. kan niet zomaar ivorden geëist dat zij haar diensten in de binnenstad perfect uitvoert IN eerste instantie heeft de Leidse raad, die gistermiddag de derde ter mijn van zijn begrotingsbehandeling doorliep, drie uren nodig gehad om zich over het verkeer in Leiden en allerlei dijigen die daarmee samen hangen uit te spreken. Algemeen was men van oordeel, dat aan verder een richtingverkeer niet kan worden ontkomen. Leiden heeft wel een wegen schema dat het aantal problemen op den duur aanzienlijk zal verminderen, maar de uitvoering daarvan vergt ettelijke jaren. Tussentijds zullen zeker ingrijpende maatregelen nodig zijn. Overigens toonden de raadsleden zich tegenover het nieuwe college -van B. en W., dat zich nog in een „inwerk- stadium" bevindt, zeer coulant. Het verkeer bezorgt ons wel een i lijke tijd. zo begon de heer Lambermont (k.v.p.) zijn bijdrage aan het verkeers- debat. Hij had waardering voor een serie in de laatste tyd gerealiseerde verbete ringen, maar liet ook een aantal kwets bare punten de revue passeren. Zo zou ei een zebra nodig zijn op de Korevaarstraa' tegenover de Raamsteeg. De heer Lam bermont twijfelde niet aan de goede wil van het gemeentebestuur, om er ondanks de beperkte mogelijkheden toch wat te maken. In de stad wordt hier en daar echt wel wat aan het verkeer gedaan, maar waar gewerkt wordt worden ook fouten gemaakt. Geen reden is er o een stemming van paniek te raken. En voor een maatschappij de heer Lamber mont doelde hier kennelijk op de N.Z.H.V.M. is er geen grond dreigementen; de weg van overleg staat toch altijd open. Overigens meende dit raadslid dat ook deze soep niet zo heet zal worden gegeten als zij wordt opge diend. Later heeft de directie van N.Z.H. immers verklaard tegenover verslaggever van ons blad, red. N.L.C. dat eenzijdige actie niet gewenst is. Ge- jprek zal een uitweg brengen. De heer Lambermont drong er bij het college op aan, alles in het werk te stel len om hel gelijktijdig openbreken var parallel lopende straten te vermijden. Overheid heeft taak Dr. Roorda (p.v.daj zei tc zijn ver rast door de emotionele verklaringen van de directie der N.Z.H. Hij wc DR. ROORDA toestand is uitdaging de directeur niet te verdedigen, maar het gaat zijns inziens te ver, te zeggen dat h ij er maar voor moet zorgen, dal de bussen op tijd rijden. De overheid heeft ook een taak ten opziehte van het verkeer De felle aanval van de heer Portheine begreep hij dan ook Hij hield het college voor, dat dit tijdig de burgerjj via de pers moet inlichten over allerlei te nemen en genomen maat regelen. Aan persconferenties gaf hij de voorkeur boven uniforme perscommuni qués. omdat de eerste de journalist de gelegenheid geven vragen te stellen en zijn eigen mening in een uitwisseling van gedachten te toetsen aan die van het ge meentebestuur (heel juist aangevoeld!, red. N.L.C.). De heer Roorda vroeg, wanneer het verkeersrapport is te verwachten. Twee niet-onbelangrijke verkeersregelingen zijn inmiddels geëffectueerd: de verplaatsing van de woensdagse markt en de wijzigin gen in de omgeving van de Blauwpoorls- brug. De algemene verkeerstoestand is een uitdaging aan de bekwaamheden van het college. Centraal stelde hij de invoering van een zo uitgebreid mogelijk eenrichting verkeer in de binnenstad. Gunstige er varingen veraf en dichtbij zijn cr om over een mogelijke aarzeling heen tt, komen Deskundigen prijzen eenrich tingverkeer aan ais een primaire op lossing. De verplaatsing van de woens dagse markt heeft geen nadelige ge volgen gehad. Volledig profijt heeft het verkeer daarvan pas als ook de zater dagse markt een andere plaats krijgt. Hij dacht, zoals de heer Lambermont indertijd, aan de omgeving van de Hooglandse Kerkgracht, en wenste daarover graag een uitspraak van de raad te horen. Invoering van het een richtingverkeer op de Breestraat dient niet onnodig te worden uitgesteld. Schapenmarkt verplaatsen r.-.- „wdr Roorda voor het vrij houden van de route over de Nieuwe Beestenmarkt op de vrijdagen. Hij kon zich niet voorstellen, dat de schapen- markt niet kan worden verplaatst naar bij voorbeeld een gedeelte van het Schut tersveld. Er zullen zich misschien wel enige moeilijkheden voordoen, maar er zijn ook veronderstelde bezwaren, die bij een objectieve beschouwing geen moei lijkheden blijken tc zijn. Dr. Roorda achtte voor de invoering van het eenrichtingverkeer een zestal kringen noodzakelijk. Hij onderwierp elk •an een nadere beschouwing en had daarby ook oog voor de secundaire moei lijkheden die ze zouden kunnen oproe pen. De toestand by de Blauwpoortsbrug (Turfmarkt» kan naar zijn mening niet worden gehandhaafd. Er worden daar door de weggebruikers gemakkelijk fou ten gemaakt. De complicaties zijn legio. Het parkeren kreeg ook zyn aandacht. Op vele plaatsen spot de wijze van keren zelfs met de elementaire regels de verkeersveiligheid. Hij had de indruk dat de politie te coulant is. Dit is niet een kwestie personeelstekort. Agenten die echt niet de indruk geven veel haast te hebben, passeren rustig de grofste overtredin gen. De ergste uitwassen zijn te be strijden door de grondregel van het verkeer de veiligheid mag niet wor den belemmerd toe te passen. De situatie op het Rapenburg westzijde achtte dr. Roorda zo evident slecht, dat hy daarover verder geen woord wilde zeggen. Bij de Pieterskerk wordt veel parkeerruimte vermorst. Velen zetten hun auto daar maar wat neer. En zo zijn nog meer plaatsen waar onefficiënt wordt geparkeerd. Gezien de toenepiende ingewikkeldheid van de verkeerstechniek verklaarde dr. Roorda een voorstander te zyn van systematische aanpak en planning. Is Leiden langzamerhand niet toe de oprichting van een bescheiden keersbureau De wethouder van verkeer moet toch ook een doelmatig apparaat ten dienste staan. De heer Roorda besloot zijn langdu- ige beschouwing met de aandacht van het college te vragen voor een bonte verscheidenheid van zwakke punten in het stedelijke verkeersbeeld. Enigszins redelijk Juist in onze stad zal het van belang zyn. zolang het wegenschema niet is geraliseerd, tot een enigszins redelijke situatie te komen door middel van het eenrichtingverkeer, meende de heer Van Weizen (c.p.n.). Het toegezegde verkeers- ■apport zal een van de praktische mo gelijkheden zijn om inzicht in deze com plexe materie te verkrijgen. Binnen de kortst mogelijke tijd zullen maatrege len moeten warden genomen om althans enige verlichting te bewerkstelligen; het systeem van het eenrichtingverkeer zal dan ook verder moeten worden toege past, ofschoon niet onmiddellijk vast staat hoe dat dan precies moet. De heer Van Weizen laakte de onge disciplineerdheid van de Nederlander op de weg. Er zijn heus wel methoden om de weggebruikers (in alle categorieën) erkeersdiscipline bij te brengen, maar r wordt niet voldoende gebruik van ge maakt. Buiten ons land is het hier en daar niet ongebruikelijk, dat de politie weg gebruikers die een overtreding hebben begaan, terugfluit. De heer Van Weizen vroeg B. en W. uitbreiding van het aantal zebrapaden overweging te nemen; zo is bij de Herensingelbrug-Juliahastraat dringend een zebra nodig. Het motorische verkeer dat in het noorden van de stad uit de zijstraten de singels nadert, moet boven dien duidelijk worden gemaakt dat het daar zijn snelheid dient te beperken. Geen concentraties De heer Questroo (prot.-chr.), het vraagstuk van het verkeer in zijn alge meenheid bekijkend, meende, dat in af wachting van de uitvoering van de grote plannen, voor een werkelijke oplossing weinig zal kunnen worden gedaan In deze situatie zijn alle maatregelen lap- hulpmiddelen. Hij zag in een versnel- g van de totstandkoming der noord- zuidverbinding en in de demping van de Langegracht belangrijke bijdragen tot die oplossing. Concentratie van verkeer dient in het algemeen zoveel mogelijk tc worden oorkomen. In verband hiermee voor- DE KLER „Dat zou ik nok wel eens willen zien" zag liy dat de hoek Mare-Haarlemmer- straat een moeilijke verkeerstoestand zal teweegbrengen. B. en W. dienen de ontwikkeling daar wel nauwlettend te laten volgen. Het aanbrengen van verkeerslichten bij de Warmonderweg. in samenwerking met de gemeente Oegstgeest, achtte de heer Questroo een eerste vereiste. Vrouwelijke agenteu Ook zijn fractiegenoot De Kier deed in deze afdeling een duit in het zakje. Het personeelstekort bij de po litie aanstippend, vroeg hij zich af, of er wel voldoende werk is gemaakt van de aantrekking van vrouwelij ke agenten. Er zijn toch taken die zonder bezwaar door vrouwelijk per soneel kunnen worden waargeno men.. Laat het college het nog eens proberen, was zijn advies. De toestand op het Rapenburg west zijde kwalificeerde de heer De Kier als onhoudbaar; wat mag er de reden van zijn dat B. en W. zo aarzelen maatrege len te nemen Een parkeerverbod zou nodig zijn. Een overtuigd voorstander bleek hij te zijn van eenrichtingverkeer, „in het al gemeen belang van de ganse burgerij". Verplaatsing van de schapenmarkt lijkt volgens de heer De Kier mogelijk; na verplaatsing kan het verkeer ook op vrijdag via de Nieuwe Beestenmarkt doorgang vinden. Met betrekking tot de „kwestie N.Z.H." merkte de prot.-chr. woordvoerder op, dat wij niet zonder meer van de N.Z.H. kunnen eisen dat zij haar diensten in de stad perfect uitvoert en voor alle situaties een regeling bij de hand heeft. Wel is de vraag gerechtvaardigd, of de directie van de N.Z.H. zomaar kan be sluiten haar bussen buiten de binnen stad te houden. ..Dat zou ik nog wel De heer De Kier distancieerde zich echter van de felle kritiek die de heer Portheine (v.v.d.) op de N.Z.H. en haar bele'd had geleverd. Hij meende diens emotionaliteit te mogen herleiden tot een voorkeur van de tram boven de bus. Zaterdagse markt Mr. Portheine kreeg hierna het woord. Hij zei in eenrichtingverkeer wel iets te zien. Bij de Breestraat spelen echter méér facetten een rol. Hij dacht met name aan een markt- verplaatsing; daaraan zitten zoveel kan ten dat het onmogelijk is, in alle opper vlakkigheid, te zeggen dat dit dan nu maar moet gebeuren. Mede door de markt is er een koopcentrum gecreëerd. In verband met het Rapenburg zei de heer Portheine dat er in die omgeving helemaal niet zoveel parkeerruimte is; voorzichtigheid met vermindering daar van is geboden. Uiteraard kwam de v.v.d.-woordvoer der terug op de N.Z.H.. De N.Z.H. heeft gezegd, dat zij het busvervoer aankan: welnu, dat betekent, dat zij dan bepaal de situaties, ook die zoals zich in Leider voordoen, positief benadert. Haar mede delingen over eventueel te nemen een zijdige maatregelen keurde hij nog eens streng af. De heer Portheine bracht de heer De Kier onder de aandacht, da: hy na het verdwijnen van de tram waar lijk geen frustrerende gevoelens heeft overgehouden. T)E VOORZITTER, jhr. mr. Van Kinschot, gaf gisteravond de Leid se raad de verzekering, dat B. en W. ten aanzien van de grenswijziging ac tief blijven; op de juiste tijd en op de bestemde plaats zal het college de Leidse belangen zoveel als nodig is behartigen. De zaak van het Oud-Archief heeft de aandacht van B. en W. maar het^is niet te zeggen of de vérstrekkende plan nen volgend jaar kunnen worden uit gevoerd. Er zal een groot bedrag mee zijn gemoeid de afdeling financiën werkt momenteel aan een lijst van in vesteringen en bovendien zijn goed keuringen van hogerhand nodig. B. en W. zijn overtuigd van de ge wenstheid van een zo breed mogelijke publiciteit over gemeentelijke aangele genheden. De periodieke persconferenties voldoen, zo is de indruk van B. e: Voorts is het hun bedoeling, als dat nodig is publikaties te doen over in uitvoering zijnde of te nemen werken De voorzitter nam de kritiek van en kele leden op de ontvangst van het fysiologencongres hoog op. Het was niet mogelijk, alle congressisten te ontvangen; hun getal was buitensporig groot. De ontvangst van een klein aantal bleek ongewenst. Er is voor honderd procen" voldaan aan wat door het hoofdbestuur is gevraagd. De heer Van Kinschot toon- Verzorgingspeil in algemeen verhoogd T?R IS GEEN twijfel mogelijk, dat Leidens nieuwe wethouders, de heren Harmsen, Piena, Van Hoek en Sannes, tegen de begrotingsvijfdaagse in de gemeenteraad hebben opgezien. Het tegendeel zou niet voor hen pleiten. Jaren hebben zij tegenover het college van B. en W. gezeten en vooral bij de be handeling van de begroting „verantwoording" gevraagd en nu moeten dezelfden verantwoording afleggen en nog wel over een haast onoverzienbaar complex van alle mogelijke zaken waarbij zij nog nooit zo betrokken zijn geweest als de laatste maanden. Een drastischer omkeer is in het gehele gemeentelijke bestel, dunkt ons, nauwelijks mogelijk. Het moet gezegd, dat de raad dit hoe kan het ook anders ook zo aan voelt. Hij treedt het college met beschermend begrip tegemoet en laat het er bij zijn kritiek niet op „aankomen". Anderzijds is reeds gisteravond gebleken, dat de wethouders zich stevig aan het inwerken zijn en dat zij zich ook tegen over de raad wéthouder weten en voor hun taak, hoe onzeker die in den beginne ook is, willen staan. De wethouder van inanciën nog wel de jongste in diensttijd beet in de avondvergadering van gisteren het spit af. Hij kon. na dankbaar gebruik te hebben gemaakt van de steun gedegen algemene financiële beschouwing geven e concrete vragen die raadsleden hadden gesteld. B. en W. niet schriel geweest De heer Harmsen begon met zich aan te sluiten bij hen. die in waarderende bewoordingen hadden gesproken over zijn voorganger, de heer Stolp. In grote mate is het aan zijn beleid te danken dat de financiële positie van Leiden een re latief gunstig beeld vertoont, dat daarin uitkomt dat de begroting voor volgend jaar sluitend is en dat het verzorgings- peil in het algemeen gesproken is ver hoogd. De wethouder van financiën meende, at B. en W. bepaald niet schriel zijn geweest. Aan de andere kant moet de raad beseffen, dat in de begroting pos ten ontbreken waarvan B. en W. over tuigd zijn, dat de raad ze er graag in zou hebben gezien. Hij dacht aan grote ka- pitaalswerken als de nieuwe veemarkt, ook aan vele kleinere. In de toe komst zal steeds nauwkeurig moeten worden overwogen of bepaalde voorzie ningen nodig zijn, en zo ja waar de mid delen vandaan kunnen komen. Nadat de heer Harmsen een schets had gegeven van de mogelijkheden die ieuwe wet op de financiële verhou ding tussen het rijk en de gemeenten eventueel biedt, deelde hij de raad mee, dat in Den Haag ernstig wordt gedaoht uitbreiding van het gemeentelijke belastinggebied. Niet sluitend tot elke prijs Het verheugde de wethouder, dat hy >n beginnen met de verdediging van :n sluitende begroting. Dit betekent iet, aldus de heer Harmsen, dat mijn streven er in dc toekomst op gericht zal zijn, tot elke prijs een sluitende begro ting in te dienen. Myn standpunt is niet anders dan dat van myn voorgangers; ook zjj streefden naar een sluitende be groting, maar zy zijn daarin slechts zeer ten dele geslaagd. Het was de heer Harmsen intussen wel duidelijk gewor den, dat ook dc nieuwe wet op de ge noemde financiële verhouding niet vol maakt is. Met de gedachte van de heer Den Dubbelden ip.v.d.a.) dat het voorzie- ningspeil enigermate zou zijn aangetast kon de wethouder het niet eens zijn. De- had namelijk kritiek geleverd op het feit, dat B. en W. er in waren geslaagd 50 procent van de opbrengst van de rioolbelasting te reserveren De motive ring vond dc wethouder onjuist. Hij wil- cn niet-reservering liever niet in verband brengen met het verzorgings maar zich eenvoudig bepalen tot de nuchtere cijfers. En dan blijkt dat volgend jaar nagenoeg over de ge hele linie belangrijk hogere bedragen uitgetrokken dan voor 1962 het ge was. De heer Harmsen zegde de raad toe. alles in het werk te zullen stellen om te bereiken dat de uitkeringen uit het Gemeentefonds worden verhoogd. Subsidies en riolen Sprekend over het subsidiebeleid merkte de wethouder op, dat het een moeilijke taak is, een billijk stel regels voor subsidiëring op te maken. Maar B. en W. zullen er grote aandacht aan blijven besteden. De normen verande- WETHOUDER HARMSEN schijnbaar dor boeiend ren ook wel eens. De dynamiek van het maatschappelijke leven is groot. De heer Harmsen deelde mee, dat het college de chef van de afdeling finan ciën opdracht heeft gegeven over dc subsidieverordening te rapporteren. Over een verhoging van het subsidiepercen tage voor het jeugdwerk moet hij nog eens nadenken; de offers die daarvoor nodig zouden zijn, dienen te worden be zien in het raam van het algemene be leid. Het is bepaald niet de bedoeling van het college dc jeugdbewegingen en de jeugdzorg in het slop te doen belan den. De rioolbelasting betrok de heer Harmsen ook in zijn beantwoording. De bezwaren van een raadslid golden de grens van 1000 m3 waarboven een hoger tarief verschuldigd is, en de sprong van 10 naar 45 procent. De verordening is indertijd na heel veel piekeren tot stand gekomen. Het percentage van 45 geldt voor de bedrijven, die de lasten in de kostprijs kunnen calculeren. De kosten van de riolen worden slechts voor ongeveer één-derde door de belas ting gedekt, zodat altijd nog twee-der den uit de algemene middelen van de gemeente moeten komen. Deze verhou ding zal nog ongunstiger worden als de rioolwaterzuiveringsinrichtingen die nu in aanbouw zijn, in exploitatie zijn ge komen. De heer Harmsen zegde toe aandacht te zullen schenken aan de ontvangst accommodatie bij de dienst voor kasbe heer en kredietwezen. Voltagekwestie in onderzoek De wijziging van de spanning van 127 naar 220 Volt is bij het college in onder zoek De commissie uit de raad voor de stedelijke fabrieken heeft echter vorig jaar al besloten zich met een besluit B. en W. van 31 januari 1961 te ver gen. Inhoud: wijziging van de netspan ning voor de kleinverbruikers van 127 in 220 volt met dien verstande dat de wijziging tot stand zal worden gebracht door het aansluiten van de installaties in nieuwe woningen uitsluitend op netspanning van 220, het overschakelen van de installaties op 220 als een woning door de nieuwe bewoner wordt betrok ken en de directeur der SLF, te mach tigen de noodzakelijke wijzigingen ii de installatie voor rekening van de fa brieken te nemen, en dat de kosten de verwisseling van de elektrische licht bronnen en de ombouw van de bruiksapparaten door de verbruiker zijn te dragen. Het college heeft deze aan gelegenheid nu opnieuw in studie geno- Aantal konden loopt terug De heer Harmsen deelde mee, dat het vraagstuk van de kernenergie binnen kort in de raad aan de orde zal komen. Ten aanzieh van het eventueel verhuren door de gemeente van geisers zei hij dat het steeds weer de vraag is, in hoeverre de S.L.F. hier het particuliere bedrijfs leven concurrentie zouden aandoen. Als antwoord op een vraag van een raadslid deelde de wethouder nog mee, dat de opbrengst van de hondenbelasting per jaar slechts f 22.000 is. Het aantal honden loopt terug. Hij achtte het niet verantwoord enkele ambtenaren voort durend te belasten met de controle op deze belasting. De controle is niet zo intensief dat daar regelmatig iets van blijkt. Zij geschiedt door ambtenaren die dit combineren met andere werkzaam- In het slot van zijn eerste rede ver klaarde de nieuwe wethouder, dat zijn nog maar onlangs aangevatte werk hem boeit, ondanks de schijnbaar dorre cij— de zich ontstemd over het feit dat de betrokken raadsleden dit in een openbare raadsvergadering aan de orde hadden gesteld, „waardoor een blaam is gewor pen op de naam van onze goede stad Van de opmerking dat het nodig kan zijn, het lidmaatschap van een stembu reau bij de verikezingen iets aantrek kelijker te maken, hebben B. en W. ken nis genomen. Commissies worden groter Nog eens verdedigde de heer Som- meling het standpunt van de p.v.d.a.- fractie omtrent uitbreiding van de raads. Hij maakte er nu een voor- van: 5 in plaats van 4 leden. Dat desnoods niet voor alle commissies JHR. VAN KINSCHOT „blaam op naam" veel mogelijk te activeren. Dat komt di behartiging van de gemeentezaken ter De heer Ten Broek (k.v.p.) zag er hei nut wel van in, maar wilde een uitbrei- iüng toch beperkt zien. Hij kwam nog eens terug op de k.v.p.-kritiek rond de benoeming een wethouder na het overlijden de heer Stolp. De heer Woudstra had de mededeling over de kandidatuur van de heer Harmsen gedaan in een bijeenkomst van het seniorenconvent: hij achtte dat niet voldoende. Mr. Woudstra (prot.-christelijk) herhaalde, dat als dc k.v.p. te ken nen had gegeven aan een nadere sa- menspreking behoefte te hebben, deze wens zou zijn ingewilligd. Het was hem door een commentaar in de Leidse Courant gebleken, dat het de k.v.p. nog om andere zaken ging dan om de benoeming van een wethouder. De verdeling van de wethouderspor- Van promenade naar probleem Niemand van deze Breestraatgebrui- kers zal ooit hebben kunnen vermoe- den, dat hun „breede straat" door de ontwikkeling van het verkeer nog eens zo smal zou worden, dat men over in voering van eenrichtingsverkeer ging praten. Toen was onze hoofdstraat een voorname promenade, wij hebben van haar een netelig probleem ge maakt. Puzzel prominenten 1 A. L. Moonen, Kanaalweg 13, Leiden; 2. E. F. Knoppert Azn, Engelschelaan 14, Voorhout; 3. H. van Veen, Spekpoort 12, Hazers- woude-dorp. tefeuilles intrigeerde haar namelijk óók. Dat had de k.v.p. dan moeten laten weten. De heer Woudstra verklaarde geen bezwaar te hebben tegen uitbreiding van commissies onder de restricties dat in een commissie niet méér dan twee leden van één fractie zitten en dat de uitbreiding niet voor alle commissie® geldt, De heer Frans van de p.s.p. dien de hij van repliek met betrekking tot diens kennelijke socialisatiestreven. De heer Woudstra adviseerde het jonge raadslid de feiten van de socialisatie bijvoorbeeld in Engeland eens t® bestuderen. De heer Portheine (v.v.d.) betreurde het dat hij met zijn opmerkingen over dc ontvangst van het fysiologencongres met name de burgemeester had ont stemd. Niet alle gegevens waren hem bekend. De strekking van zijn kritiek was. een actieve congrespolitiek te be pleiten. waarbij ook het college van B. en W. mogelijkheden uitdenkt. Over de uitbreiding van de raadscommissies dacht de fractievoorzitter van de V.,d, gelijk als de heer Woudstra. Vaderlijke schrobbering Dc heer Frans gaf ten slotte een kor te uiteenzetting van enkele politieke inzichten van de ps.p., dit naar aanlei ding van vragen en opmerkingen uit de raad. Hij zei niet te geloven aan een oplossing van de internationale proble men cn tegenstellingen als „beide par tijen" htm politiek van geweld conti- Het was nogal rumoerig in de raadzaal toen dc heer Frans sprak. Voor de heer Van Welzcn was dat een reden de raad het advies te ge ven, wijzer te zijn. „Dit is een jong cn onervaren raadslid, aan wie de ge legenheid toekomt zijn opvattingen in rustige sfeer onder woorden te brengen. Er mag wel eens een kwink slag tussendoor fladderen en er mag heus ook wel worden gelachen, maar dat moet geen hinderlijke vormen Het leek, dat de raad die zich ze ker niet in zijn geheel aan de inter rupties had schuldig gemaakt, onder deze vaderlijke schrobbering het hoofd boog. Nog enkele leden voerden omstreeks 11 uur het woord. Zo vond de heer Van Es (p.s.p.) dat de oprichting van een gemeentelijk vervoersbedrijf voor onze stad van belang is. yOALS gisteren al beschreven, heeft de heer Van Weizen, lid van de r-* Leidse gemeenteraad voor de c.p.n., bij deze begrotingsbehandeling opnieuw een poging ondernomen om tot de raadscommissies te worden toegelaten. De fractievoorzitters hebben daar gisteravond op gereageerd, de heren Sommeling (p.v.d.a.), Portheine (v.v.d.) en Frans (p.s.p.) in het kort, de heren Ten Broek (k.v.p.) en Woudstra (prot.-christelijk) nogal breed geargumenteerd. Om tien voor 11 kreeg de heer Van Weizen het woord maar er bleek te weinig tijd voor hem over om zijn gedachten over hun beantwoording voldoende te uiten. De waarnemend voorzitter, de heer Menken, gaf hem de gelegenheid dat vanmiddag te doen. Waar voor de heer Van Weizen college en raad dankte. Dc heer Sommeling verklaarde, dat er een onverzoenlijke tegenstelling be staat tussen de beginselen en strevingen van het socialisme dat hij vertegen woordigt, en het communisme waarvan de heer Van Weizen een belijder is. ..Handelwijze en leer veroordelen wij", aldus de heer Sommeling. Het recht tot benoembaarheid in de commissies van de raad wilde hij de heer Van Weizen niet betwisten. Tot een praktische uitspraak kwam de heer Sommeling echter niet. Invloed weren een vrije democratische samenleving als de onze kan elke politieke overtuiging In aanmerking komen voor een verte- genwoordigng in de publiekrechtelijke organen. Dat is juist het kardinale ver schil met de staatsordening die de heer Van Weizen voorstaat. Dat hij in de Leidse raad zit, aldus dez.e verklaring, dankt hij aan deze westerse democratie. Het is good dat de hoer Van Weizen zich duidelijk realiseert, dat hij dit voor recht heeft te danken aan een democra tie, die hij als communist tracht omver te werpen. functies te worden gekozen. Hij heeft dus het recht gekozen te worden in een commissie of voor een wethouderszetel. Als hij niet wordt gekozen, wordt hem geen onrecht aangedaan. Het recht ge kozen te worden tot lid van een com missie is geenszins een afdwingbaar recht, afdwingbaar bijvoorbeeld door het voeren van obstructie.waarmee de heer Van Weizen heeft gedreigd, aldus dc heer Ten Broek, die verder ver klaarde, dat de KVP-fractie van mening is, dat deze „waarschuwende" woorden van de heer Van Weizen niet passen bij de indruk die de raad heeft van zijn persoon maar wel volledig overeen stemmen met de mening die de raad heeft over een communist. Dc CPN, gebonden als zij is aan het Sovjet-eommunisme, is er op uit ons te ontnemen wat ons het dier baarst is, namelijk dc vrijheid om tc kunnen getuigen van onze opvattin gen en levensbeschouwingen. Mogen wij dan gebruik maken van ons recht cn onze plicht elke invloed van de CPN zoveel mogelijk teniet te doen, in het levensbelang van onszelf en (Vervolg op pagina 5)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 3