Hoofd pijn „Elk meisje dat er voor voelt het beroep aanraden" Een kanttekening woord voor van daag Godsdienstvrijheid is een recht van de kerk ASPRO Eerste christelijke school op Tasmanië Tussen schoolpoort en huisdeur s WOENSDAG 12 SEPTEMBER 1962 Eerste vruuivelijke dierenarts: diergeneeskunde bestaat 100 jaar Als de Maatschappij voor Dier geneeskunde deze week haar hon derdjarig jubileum viert, zullen er ongetwijfeld vele herinneringen worden opgehaald. In die herinne ringen zal beslist ook de figuur van mevrouw J. DonkerVoet op duiken. Mevrouw Donker is name- op het pad der veeartsenijkunde. Al sinds haar kinderjaren wilde me vrouw Donker dierenarts worden. Zij was dol op viervoeters en vooral aan paarden had zij haar hart verpand, maar toen zij bij de Universiteit in Utrecht inlichtingen kwam vragen over de studie in de diergeneeskunde kreeg zij een overstelpend aantal bezwaren te horen. Het voornaamste argument was. dat er in de 104 jaar van het be staan van het veeartsenijkundig onder wijs nog nooit een meisje voor dieren arts was opgeleid... Het onderzoek en de behandeling van grote huisdieren, een belangrijk onder deel van het praktische onderwijs, was vagen. zegt nu. als zij terugdenkt tijd. „De praktijk FIASCO VAN PLANECONOMIE ^LS afgevaardigde van de Opperste Sow jet heeft de Russische vliegtuig- constructeur Antonow onlangs scherp stelling genomen tegen de misstan den in de centrale planeconomie van de U.S.S.R. In het regeringsblad „Izwestia" verwijt hij de Sowjet-staatseconomie onbekwaamheid en ver spilling. De oorzaken ziet Antonow in de onbevredigende productieplanning. Wat be woog bijvoorbeeld een metallurgisch bedrijf in Saporoshje ertoe, zonder acht te slaan op de kosten de grootst mogelijke hoeveelheden van een of ander willekeurig metaal te produceren in plaats van hoog kwalitatieve metaal soorten met geringe kosten? Antonow vraagt verder, wie en wat de bouwnijverheid ertoe dwingt huizen In een streek te bouwen en eerst later straten en verzorgingsnetwerk aan te leggen. De prestaties der arbeiders worden beloond In verhouding tot de hoeveelheid gefabriceerde werktuigen, maar niet wordt gevraagd of met deze werktuigen nuttige arbeid verricht kan worden. Waarom laat een suiker- fabriek in Olchowatka zijn melasse in de rivier wegstromen? Waarom wordt 1 fl fit li fl J1T)11 11 OOI' hoogwaardig erts met waardeloos gesteente vermengd? f f J Dit alles geschiedt volgens Antonow alleen en uitsluitend om het plan. Dat heeft kracht van wet. Daaraan liggen vaste verbruiksnormen van kosten van arbeid en materiaal per productieeenheid ten grondslag. Er zijn normen voor de opslag, voor het gebruik van machines en werktuigen, voor de te leveren eindproductie en vele andere. Aan de normen liggen weer statistische ge middelden ten grondslag. Daarom komen ze in de regel niet overeen met de individuele verhoudingen van het industriebedrijf. Er komen moeilijkheden, productietekorten, en dit dwingt tot ontduiking van de voorschriften. Volgens Antonow zijn er talloze voorbeelden, dat industriële bedrijven over tollige arbeidstijd, materialen en machine-uren maken om aan de eisen van het plan te voldoen en niettemin geen betere resultaten leveren. De bestaande eisen verhinderen in vele gevallen de bedrijven, hun productie om te schake len op moderne producten, ze verhinderen de invoering van de moderne techniek en nieuwe productieprocessen. De dwaasheid van de plannormen wordt bijzonder duidelijk aan het volgende voorbeeld. Het zou voordelig zijn. meent Antonow, wanneer voor de vervaar- J eerste vrouwelijke aieren- diging van 10 miljoen zuigers in plaats van tien series machines er slechts vijf^rts in Nederland en een tiental gebruikt zouden worden. Echter zou dc fabriek, als ze vijf series bouwt die jaren is zij ook de enige geweest, het dubbele werk doen. afwijken van het plan. Zo dwingt het plan de fabriek, In 1925 zette mevrouw Donker minder productr.nd. serie, te bouwen opd.t het «nt.l mier rou kloppen. haar eerste aarzelende schreden Natuurlijk ontbreekt het niet aan voorstellen tot verbetering. Antonow geeft enkele voorbeelden, die eedter op een westelijke waarnemer bevreemdend werken. Zo stelt de directeur van een bandenfabriek In alle ernst voor, de arbeid van zijn fabriek niet te waarderen naar het aantal geproduceerde ban den. maar bet aantal te vermenigvuldigen met de „looptijd" der banden. Zo zullen de vervaardigers gedwongen worden de kwaliteit te verbeteren. Even zo moet de productie van werktuigmachines niet worden beoordeeld naar aantal en typen, maar door vermenigvuldiging met de arbeidsproductiviteit der machines. Deze voorstellen mogen goed bedoeld zijn, maar de directeur ziet over het hoofd, dat in de practijk nooit de werkelijke „looptijd" als norm kan worden vastgesteld, maar slechts een berekend gemiddelde. Zijn voorstel zou alleen het aantal normen, waaraan men moet voldoen, vergroten. Een ernstig probleem voor de Russische planeconomie vormt de berekening van de zogenaamde brutoproductle, d.w.z. de brutowaarde der productie, die helemaal geen" vrouwenwerk, als een belangrijke maatstaf voor de plannen van het bedrijf en het geheel iiaar verder nog verteld, van de industrie dient. Antonow oefent scherpe kritiek op de bestaande me-l Ondanksal deze bezwaren besloot thoden ter berekening van de brutoproduc deel bereikt van hetgeen men nastreeft. Volgens zijn mening zou het bijvoorbeeld mogelijk zijn, door verbetering van de kwaliteit en verlenging van de levensduur de behoefte aan kogellagers tot ongeveer de helft te verminderen. Daar echter de prijs wordt vastge steld zonder dat men rekening houdt met de kwaliteit, is de kogellagerindus- trie bU een kwaliteitsverbetering niet geïnteresseerd. Met een kwalitatief betere, kwantitatief echter geringere productie zouden de fabrieken niet in staat zijn, het plan van de brutoproductle uit te voeren. Als voorbeeld geeft Antonow ook de „uitvinding" van enige streekraden voor de volkshuishouding om de plannen der brutoproductle nog te overtreffen. De productie die vroeger door één fabriek geleverd werd wordt over verscheidene fabrieken verdeeld. In de practijk ziet het er aldus uit, dat de ene fabriek van een andere halffabrikaten opkoopt, er iets aan toevoegt en datzelfde pro duct aan een derde doorverkoopt. Op deze wijze worden de prestaties van drie fabrieken bij elkaar geteld. De brutoproductle van de raad voor de volks huishouding stijgt tot het twee- of drievoudige, zonder dat er méér geprodu ceerd wordt. In de magazijnen van veel fabrieken stapelen zich onderdelen op. Dat ge beurt volgens Antonow, omdat de directeuren niet in een regelmatige leveran tie van grondstoffen geloven en een reserve aanleggen. Verontwaardigd vraagt hij: wat heeft de U.S.S.R. aan deze economie, die niets inhoudt dan opge blazen getallen en verwarring. Antonow deinst er niet voor terug, tot het kernprobleem van de planecono mie door te dringen. Afzet, marktpositie en vrije concurrentie, zegt hij, dwingen in het kapitalistische systeem de ondernemer ertoe, op verant woorde en betere wijze te produceren. Een ondernemer die rommel levert ont dekt spoedig, dat zijn artikelen onverkoopbaar zijn. In Rusland echter ont breken deze factoren. De vrije concurrentie kan niet door planproductie ver vangen worden. De organen van de planning zijn niet in staat gebleken, de productie der afzonderlijke fabrieken zo af te stemmen, dat een harmonische ontwikkeling van de gehele economie gewaarborgd is. Hoe zou het anders mogelijk zijn, vraagt Antonow, dat een grote textiel fabriek sedert jaren stoffen vervaardigt die geen mens koopt en dat deze fabriek haar productie nog verdubbelt. De leiding kent de afzet niet en in teresseert zich er ook niet voor. Ze levert de stoffen aan de verkooporga nisaties en daarmee is voor haar de zaak af. De staatsbank betaalt de lonen en zorgt ook voor de middelen tot aankoop van de grondstoffen. Onbezorgd kan de fabriek onverkoopbare stoffen produceren. De methoden van planning zijn, zoals Antonow onverbloemd vaststelt, in een wedloop van louter cijfers ontaard. De cijfers verleiden de industrie tot achteloosheid en minderwaardige productie. Waartoe dit alles leidt toont Antonow aan met het voorbeeld van de landbouw, waar de gebrekkige plan ning de bekende moeilijkheden heeft veroorzaakt. Antonow meent, dat de reserves van de Russische industrie, die nu onge bruikt blijven, geweldig zijn. De productie van de papierfabrieken bijvoor beeld wordt thans naar gewicht berekend, hetgeen tot gevolg heeft, dat de bedrijven dik en zwaar papier fabriceren. Met dezelfde grondstoffen en de zelfde machines zou beter papier in groter hoeveelheid gefabriceerd kunn n worden. De criticus gaat nog verder en eist meer zelfstandigheid voor de leider van bet bedrijf. Men mag. meent hij, niet verwachten, dat alle leiders de zelfde kwaliteiten bezitten. Daarom is het doelmatig, de directeuren in drie categorlën te verdelen en als prikkel voor goede prestaties het oo klimmen in de naast hogere klasse mogelijk te maken. Een bijna revolutionair voorstel doet hij voor de lichte industrie en de... levensmiddelenindustrie. De fabrieken moeten hun artikelen in elfen winkels ï.uS sï. zelf verkopen. De bedrijfsleider moet tegelijk verkoopleider worden. Als de diejaar bij haar een maand praktijk verkoop goed is, kan hij de productie uitbreiden. Wordt er weinig of traag komen opdoen. Daarnaast houdt me- gekocht, dan moet hij de productie verbeteren of omschakelen. Anders moet hij vrouw Donker zich bezig met de be de gevolgen persoonlijk dragen. h^menfi De uiteenzettingen van Antonow zijn verbluffend openhartig. Zijn kritiek, DIJ mens' die zich ten dele tegen belangrijke beginselen van de Russische economische politiek richt, is een symptoom voor de toenemende problematiek en de groei end# in- en uitwendige moeilijkheden van de centrale planeconomie. Het ont-i breken van concurrentie in iedere vorm heeft ondernemingszin, verantwoorde lijkheid en belangstelling van de arbeider en leidinggevende functionaris in de klem gesmoord. Zonder deze kan opgebouwd. het sporadisch, over geheel de wereld voorkomt. Haar verblijf in Utrecht werd in 1957 en 1958 onderbroken voor :en bezoek dat zij op uitnodiging van The American Association of Univer sity Women'' aan Amerika bracht. In de afgelopen drie weken is zij nog in Montreal geweest, voor een microbio logisch congres, en in de Verenigde Staten waar zij inleidingen hield. Advies renarts in ons land, aarzelt als men haar nu vraagt, of zij dit beroep voor meisje geschikt vindt. „Ik zou het ieder meisje dat er wat voor voelt aan radenzo zegt ze, "maar de aspirant- studente moet zich wel realiseren, dat het later moeilijk wordt om een bevre digende werkkring te krijgen. Een klci- huisdierenpraktijk is natuurlijk een de mogelijkheden, maar de behoef te daaraan bestaat alleen in de grote steden en is niet zo groot. Er blijven natuurlijk nog vele laboratoriumba- over, maar op een laboratorium men ook wel via een andere studie inrichting terecht komen. De meeste vrouwelijke studenten trouwen en als de n hunner keuze ook een dierenarts kunnen zij natuurlijk bijzonder veel plezier van hun vooropleiding hebben", Al met al heeft mevrouw Donker in ieder geval geen spijt van de opzien barende keuze die zij in 1925 maakte. Donker aan die eerste inderdaad nogal deden zich weieens moei lijke situaties voor". Maar tegenwer king heeft zij in haar studietijd nooit ondervonden en haar twintig medestu denten beschouwden haar al spoedig de hunnen. Navolging Het voorbeeld van mevrouw Donker vond aanvankelijk nog geen navolging. Pas in 1933. toen zij al drie jaar was af gestudeerd. werd er weer een meisje ingeschreven bij de veterinaire facul teit. Op het ogenblik zijn er zo'n dertig a veertig vrouwelijke dierenartsen Nederland, terwijl er nog ongeveer der tig meisjes in opleiding zijn Aan een eigen praktijk i Donker nooit begonnen. De behandeling de grote huisdieren is voor eer soms al een zwaar karwei. Daai komt bij, dat een boer er toen en ni nog niet veel voor voelt om een vrouw te hulp te roepen als een van zijn die ren ziek wordt, omdat hij nu eenmaal van oordeel is, dat een dierenarts „potige figuur" moet zijn. Mevrouw Donker heeft, nadat zij drie en een half jaar aan de kliniek in Utrecht had gewerkt, twee jaar onder zoekingen verricht aan het instituut Pasteur in Parijs. In 1938 maakte zij tijdens haar vakantie een ruitertocht door Hongarije, waar zij haar latere echtgenoot leerde kennen. Na haar hu welijk legde ze haar werk neer en ver trok met haar man naar Calcutta en la ter naar Indonesië, waar zij op veeartse nijkundig gebied alleen nog maar uil liefhebberij actief was. In 1946 keerde mevrouw Donker als weduwe naar Nederland terug. Haar man was bij de beruchte Birmaspoor- weg omgekomen. Ze kreeg een functie aan het Staatsveeartsenijkundig Onder zoekingsinstituut Daarna werd ze als gouvernementsdierenarts weer uitgezon den naar Indonesië, waar ze meehielp aan de opbouw van het instituut voor dierziektenbestrijding in Buitenzorg. De omstandigheden waren daar na de oor log nog bijzonder primitief: er was geen gas, water stond maar twee uur per dag ter beschikking en de huisvesting liet eveneens veel te wensen over. Maar toen mevrouw Donker terugkeerde naar Nederland, was het instituut weer aar dig van de grond gekomen. S.nds 1951 is Nederlands eerste vrou welijke dierenarts verbonden aan de afdeling voor veterinaire bacteriologie van de faculteit voor diergeneeskunde Utrecht. Behalve onderzoekingswerk Beroepingswerk NED. HERV. KERK Wier Beroeoen te Papendrecht: J. te Putten. Aangenomen naar Dalfsen: A. Bakker te Kollumerzwaag; de benoeming tot bijst past te Scherpenzeel: P. Zijlstra, aanst. em. pred. te Vlaardingen. CHRIST. GEREF. KERKEN Beroepen te Werkendam (vac. v. d. Ent>: P. van Zonneveld te Bennekom. Bedankt voor Westzaan: P. van Zonne veld te Bennekom. Herziening wettel ij ke regeling hoger landbouwonderwij s De ministers van landbouw en visserij en van onderwijs, kunsten en weten schappen hebben een commissie (voor zitter prof. mr. C. H. F. Polak, rijks universiteit. Leiden» ingesteld, teneinde de regering te adviseren inzake de wettelijke regeling van het hoger land bouwonderwijs aan te brengen wijzigin gen in verband met de regeling var het wetenschappelijk onderwijs. De commissie zal tevens advies uit brengen over de vraag of het voorkeur verdient, het hoger landbouwonderwijs in te passen in de wet (van 1960) op het wetenschappelijk onderwijs, dan de (in 1956 gewijzigde) wet In deze ambtelijke commissie, di« middels door minister mr. V. G. Marijnen is geïnstalleerd, zijn vertegen woordigd beide betrokken ministeries en het bestuur van de landbouwhoge school. Ouders bouwden met eigen handen op Tasmanië een chris telijke school, mede dank zij financiële steun uit Nederland. „Weest niet bezorgd over uw leven", zegt de Heiland en Hij voegt er later nog aan toe: „Maakt u dan niet bezorgd". Het schijnen zorgeloze woorden. Het gaat hier om ons eten en drinken. Moet moeder niet zorgen voor morgen, anders zou 'er niets op tafel staan? Het gaat hier om kleding. Moet moeder niet zorgen voor morgen, anders zou vader weer zonder knoop aan zijn jas naar kantoor gaan? In het Grieks wordt een woord gebruikt, dat eigenlijk betekent,'' dat we.ons niet moeten laten afleiden. Het gaat hier niet om- die knoop aan de jas die nog aangenaaid moet worden, maar om het kijken in twee riohtingen. Het gaat de Heiland er om dat wij ons niet moeten laten afleiden van ons werkelijke levensdoel. Christus wil ons oog verder richten dan alleen op de dingen rondom ons heen. Sommige mensen maken zich zoveel zorgen, dat ze geen plannen kunnen maken en voor de dag van morgen niet kunnen zorgen zoals het behoort. Hun zorgen maken hun handen slap. Dan gaan we een dubbel leven leiden. Dan zeggen we, dat we kinderen zijn van God en we leven alsof we geen Vader in de hemel hebben. Het antwoord van de Heiland is dan ook, dat God weet wat wij nodig hebben. We mogen niet vergeten, dat toen God ons door Zijn Heilige Geest tot Zich troik en ons tot Zijn kind maakte. Hij tevens de vaderlijke verantwoordelijkheid op Zich nam. Hij is verantwoordelijk voor onze gewone dagelijkse behoeften, opdat wij Zijn opdracht kunnen uitvoeren. Christus zegt ons, dat we uit dat vertrouwen moeten leven. Paus spreekt over concilie Precies een maand voor het be gin van het massale rooms-katho- lieke concilie in de grote St. Pie- terkerk te Rome, heeft paus Jo hannes zijn gelovigen toegespro ken via radio en televisie. Spre kend over de verhouding tussen kerk en staat eiste hij dat gods dienstvrijheid een fundamenteel recht van de kerk is. „De kerk mag deze vrijheid niet prijsgeven, omdat zij onverbrekelijk samen hangt met de opdracht die zij in de wereld te vervullen heeft". De paus maakte duidelijk dat gods dienstvrijheid niet hetzelfde is als vrijheid van eredienst, zoals veel landen redeneren. Hij vervolgde: „Deze dienst of op dracht is niet corrigerend of aanvullend op hetgeen andere instellingen behoren te doen, of zichzelf als taak toegeëigend hebben, maar het is een wezenlijk en onvervangbaar element in het plan der Voorzienigheid om de mens op het pad der waarheid te brengen. Waarheid en Classis Dokktim zegt: Hef schorsing van ds. J. v. d. Schaft op (Van een onzer medewerkers) Naar w(j vernemen is de classis Dok- kum van de Gereformeerde Kerken (vrij gemaakt) opnieuw bUeen geweest om te spreken over de schorsing van ds. J. v. d. Schaft te Murmerwoude door de kerke raden van Murmerwoude en Dokkum. Gelijk bekend heeft de kerkeraad van Oenkerk. waarvan ds. Van der Schaft ook predikant is. de schorsing niet erkend. De classis heeft besloten de kerkeraad van Murmerwoude dringend en met ernst te adviseren zyn schorsingsbesluit van 2 juni jl. betreffende ds. Van der Schaft in te trekken op grond van: a. het algeheel ontbreken van verwijzin gen naar Gods Woord; b. idem naar de belijdenis; c. idem naar de kerkorde; d. de grote onhelderheid in de formule ring van het kerkcraadsbesluit van 4 november '61 en betwijfeling van de diensugheid van een dergelijk besluit. Wij vernemen ook. dat de classis het rarpport van de meerderheid van haar commissie, waarin enkele kritische op merkingen worden gemaakt zowel aan het adres van kerkeraad als van predikant en waarin ook de voorgeschiedenis ter sprake komt, zal toezenden aan de bij de schor sing betrokken kerkeraden van Dokkum, Murmerwoude en Oenkerk alsook aan ds. Van der Schaft, opdat door samenspre- king verzoening tot stand kome. Ds. A. Geelhoed van Zwagerveen Zwaagwesteinde heeft medegedeeld deze beslissing in beroep te zullen gaan bij de particuliere synode van Friesland. i gezonde economie niet worden De door Antonow geëiste verbeteringen van de planning, productie en plaats van de leiders der bedrijven, hoe veelbelovend ze ook mogen klinken, zijn nauw elijks te verwezenlijken. Zo lang niet rentabiliteit en economische i factoren, maar politieke en strategische gezichtspunten de economische poli tiek der U.S.S.R. bepalen, bestaat op een verbetering van de toestand weinig uitzicht. neem 2 ASPRO-en U&nttoeeü fit.' Ds. J. Eleveld overleden In het ziekenhuis te Zwolle is fisteren overleden ds. J. Eleveld. predikant bij de tereformeerde kerk van Donkerbroek >s. Eleveld. die vandaag 35 jaar zou zijn geworden, is donderdag JL wegens een tumor in het hoofd naar hc'. Zwolse zie- kenhuis vervoerd. Hij heeft zich daar tweemaal ian een operatief .ngrijpen (JoK kleinen kerken moeten onderwerpen, wat helaas niet meer heeft mogen baten. Hij werd 12 september 1927 te Smilde geboren en studeerde aan de Theologische Hogeschool te Kampen om 1 augustus Het comité van de Bond van Vryc 1954 te Hijum-Finkum door ds. G. Haaks- Evangelische Gemeenten cn de Unie van ma van Nieuw-Amsterdam in zijn ambt Baptistengemeenten doen c«n beroep op te worden bevestigd, waar hij intrede hun gemeenten tot hulpverlening deed met Exodus 33:15. Deze gemeente slachtoffers J verwisselde hij 4 september I960 waar Perzi voorganger, ds. J. van Nierop In het begin van dit jaar is de christelijke „Calvin-School" van de „Association for Christian Pa rent-Controlled Schools" te Kingston, Tasmanië officieel ge opend. Het is de eerste christe lijke school op Tasmanië. Om tot de bouw van deze school te kun nen overgaan was er in 1959 een comité door particulieren ge vormd dat, later geholpen door verschillende kerkelijke groepe ringen, en velen uit Nederland, een bedrag van 15.320,bijeen heeft gebracht. De leden van de vereniging hebben gedurende een periode van 18 maanden hun vrije tijd gegeven om deze school zelf te bouwen. Op 20 januari 1962 kon het gebouw dan ook geopend worden. De openingsplechtigheid werd door tal rijke genodigden, waaronder T. Pear- sell. lid van de „House of Assembly" (2e kamer), bijgewoond. Het hoofd van de school is de heer O. J. Hofman, en er zijn twee onder wijzeressen de dames A. Tackson en G. Bennett. Op het ogenblik zijn er 80 leerlingen ingeschreven, die verdeeld zijn over zes klassen. Het gebouw telt 3 leslokalen, een personeelskamer en toiletten. Er is met de bouw gerekend op een mogelijke uitbreiding van nog 3 leslokalen In zijn openingswoord zette de heer Hofman uiteen dat de basis van de school het woord van God is. Verder stelde hij nadrukkelijk dat het een speciale school is voor de Nederlandse gemeenschap, hoewel het grootste deel der kinderen van Nederlandse afkomst „Wij hebben de school gebouwd om wille van onze godsdienstige overtui ging en niet als een resultaat van on ze nationaliteit", aldus de heer Hofman Het comité verklaart zeer dankbaar te zijn dat God het werk zo gezegend heeft. En dankt ook hartelijk allen, in Nederland die, onder leiding van de heer A. Sierink, door hun giften blijk hebben gegeven belang te stel len en mee te leven met het chris telijk onderwijs in Tasmanië. Bij koninklijk besluit is gisteren be noemd tot ridder in de orde van Oran- je-Nassau, ds. J. W. van Nieuwenhuij- zen, emeritus-predikant van de Neder landse Hervormde Kerk, wonend te Heemstede. Ds. Van Nieuwenhuijzen werd be roepbaar gesteld in 1921, en diende achtereenvolgens de gemeenten te St. Anna ter Muiden, Odoorn, en Kooten. Op 6 december 1931 ontving hij eer vol ontslag met bevoegdheid van Eme ritus wegens benoeming tot predikant voorganger .der Evangelische Unie te 's-Gravenzande. Hierna was ds. Van Nieuwenhuijzen van 1935 tot 1946 predikant te Nijme gen. Sinds 1946 verleent hij bijstand ir het pastoraat te Heemstede. vrijheid zijn de stenen van het bouw werk der menselijke beschaving. De paus legde er de nadruk op dat het aanstaande concilie de eisen van de vrede positief wil benaderen. Het zal wijzen op de christelijke plicht van een bewustere toepassing van de naasten liefde. Deze positieve benadering vergt van de wetenschap dat deze zich niet slechts op een verhoging van de stoffe lijke welvaart richt, doch ook zal bij dragen aan de verheffing van de gees telijke normen van het mensdom. De paus wees er bovendien op dat het be heer en dc verdeling van de vervaar digde goederen ten goede moet komen Paus Johannes wees er op dat zijn kerk voortdurend de grote problemen van de mensheid volgt. Het concilie zal onder meer de nadruk leggen op de fundamentele gelijkheid van alle volken bestuderen hoe deze vrijheid binnen de rechten en plichten van de mens in het geheel van de volkerenfamilie ver wezenlijkt kan worden. Het concilie zal ook aandacht schen en aan de verdediging van het heilig karakter van het huwelijk, aan de tech nische cn geestelijke hulpverlening aan de volkeren, aan de leerstellingen d'c uitgaan van godsdienstige onverschillig heid of zelfs j God, maar ook aan cte le rechtvaardigheid en ding van kerk en staat. De paus onderbrak een zevendaaf i retraite om voor de microfoon en televisiecamera's te verschijnen. ~i toespraak werd ook in Nederland - gezonden. In zijn toespraak begon i met er op te wijzen dat de gelncr i van de kerk in de voorbereid i j 1 (die reeds drie jaar geëist heb! ■•n) een overgroot aantal onderwer ^cn i» de agenda van de bisschoppen heb a geplaatst. Voor het eerst in de geschie denis zullen bisschoppen van alle na ties, tongen en talen bijeenkomen de loochening de verhou- eiK. v«u hen zal door zijn inzicht en ervaring zijn bijdrage geven om te ko men tot de genezing van de wonden ontstaan door twee wereldconflicten in deze eeuw, die ingrijpend de gezichten van de naties hebben veranderd. De kerk heeft ook een opdracht voor hen die niet tot haar gelovigen beho ren, stelde hij en daarom strekt haar opdracht zich ook uit tot de noden en zorgen van de volkeren. De wereld heeft Immers haar eigen problemen. De kerk zal door het concilie in duide lijke taal de oplossingen wijzen van de vele problemen die er zijn, aldus de tachtigjarige paus; oplossing™ <»e overeenkomen met dc waardigheid van de mens en zijn christelijke taak. De Canada-Netherlands Council in To ronto heeft het initiatief genomen te komen tot uitwisseling van lanflsc cn Canadese studenten. Het ligt in de bedoeling. ene maanden een groep Canadese studenten naar Nederland te zenden die in bedrij ven zullen gaan werken. Voorlopig ko men nog alleen technische studenten voor uitzending in aanmerking. Daartoe is cdTitact opgenomen met de universi teit van Waterloo. De eerste groep Ca nadese studenten zal volgend jaar april in ons land arriveren. Indien de uitwis seling een succes wordt en ook Neder landse studenten voor verblijf van en kele maanden naar Canada kunnen gaan. zullen op een later tijdstip ook andere dan technische studenten worden uitgezonden. gaan Pcrzië helpen aardbevingen BENOEMINGEN r che en coUoidchemie. .De leden van de In omv#ng beschei den christelijke kerken in Perzië helpen nssr vermogen, maar er wordt ook een beroep gedaan op de kerken van Neder land". aldus de oproep. Het comité geeft dringend in overweging de inzamelingen zo snel mogelijk t« houden en het inge- *ist«renliwim"hef overlijdensbericht bin-zamelde bedrag over te maken aan de nen dat een diepe indruk maakte Na ..Stichting Oecumenische Hulp te h ogenblik W4 •- Haulerwjjk. ham tot zijn dienstwerk leidde. Ds. Eleveld. die ook reserve-legerpredi- kant is geweest, laat een vrouw en een kind van drie maanden achter. Tijdens de vergadering van de classis Drachten van gedachtenis gesproken. stilte in echt te hebber. Utrecht gironummer 5261. i ae praeses. ds A J. van In vele hervormde en gereformeerde Beetsterzwaag, een woordkerken is de afgeiopen zondag al een as gesproken. I inzameling gehouden. LJIJ heette gelukkig geen Gerrit, maar hij was wél min of meer een stotteraar. Als je hem ook maar zijdelings by een gesprek be trok of zelfs als er een antwoord ran hem werd verwacht dat niet met een bot Ja" of ..nee" kon wor den afgedaan, liep hij bietachtig aan en torong met verschrikkelijke moeite de woorden uit zyn keel. Het deed me altijd denken aan wijlen Groc als die midden in de zandvlakte van het circus stond te stamelen en bijna te stikken in z'n eigen grapjasserij. Maar dat was dan voor de leut. dat wisten alle toeschouwers, het hakkelen was een reëel bestanddeel van het métier. Bij het verlegen joch. dat intussen door zijn kornuiten ad-rem genoeg vaak met Gerrit werd aangesproken, was er verder van komieklgheid na tuurlijk geen sprake. De stakker prees zich gelukkig als hij eens lek ker niet aan de beurt was geweest. Of. wel was ondervraagd, maar zon der dat het ccn al te grote pijniging was geworden. Dat kon je dan van zijn gezicht aflezen: de wangetjes herkregen hun rustige gladheid en met een niet mis te verstane snuif benadrukte hij zijn opluchting. Hij was zolang het maar niet op mondelinge vaardigheid aankwam, stellig geen onderontwikkeld gebied. Velen die hem smalend Gerritje noemden, konden niet in zijn scha duw staan op het terrein van de schriftelijke prestaties. Het maakte het schijnbaar ongeneeslijke minder waardigheidscomplex des te betreu renswaardiger. Zonder het te willen begon ik hem in gedachten ook al Gerrit te noe- selen doen automatisch associaties in je hersenen ontstaan, je bent er eigenlijk zelf niet eens bij betrok ken. Alles wel beschouwd leefde er een oprecht medelijden in me en ik had het er wel eens met de colle ga's over wat een handicap het zou zijn als die schrandere knaap een maal zo onbeholpen in de maat schappij zou komen te staan. Daar zou een wonder moeten ge beuren. zei diep pessimistisch een gevallen dat hij gedurende de le voortdurend stiekem zat te loeren naar iets dat hij ergens onder de bank verborgen hield. Hij had daar na tijdens het vrije kwartier een on gewone levendigheid over zich. daar om betrok ik de wacht niet te ver uit zijn buurt, in een vaag vermoe den van een of andere verrassing. Mogelijk was het een vriendelijk juffrouw die in psycho-analyse lief hebberde en er niets van verwacht te. Welnu, laat ik meteen maar vertellen dat het „wonder" haars ondanks op de proppen is gekomen. Jahoe bestaat het. Onze stotteraar is op een dag uit z'-n oude hinderlijke huid gekro pen cn heeft op een onvergetelijk moment iedereen verbluft doen staan. Het is niet eens beperkt ge bleven tot die rare snuifneus. er is ook wat met zijn altijd schuw weg- greep? Een psychiater misschien? Ha.... het was noch het een, noch het ander Het leven maakt soms rare capriolen. Een menselijk wezen zit geestelijk niet zo simpel in el kaar als het er zo oppervlakkig uit ziet Wie zou nu bij dat schichtige knulletje zo n mirakel hebben ver- de.... Met driftige pasjes, die beslist niet bij hem hoorden, posteerde de bloodaard zich op heel kleine af stand van een groepje makkers. Vanonder zijn pullover trok hij een dubbel gevouwen geïllustreerd blad.... Hij opende het over de volle leng te, keek daarna met grote, echt niet schichtige ogen naar de ande ren... en trad met dat tijdschrift regelrecht op ze toe. Tot vlak onder hun neus stond hij er ten slotte mee... Ik hoorde er één stomverwonderd uitroepen Hé. Gerritje. wat zul len we nou hebben... Breng je ons En de stotteraar Wat denkt u? Hij had een flatteus blosje op z'n kaken, een jolige glans in z'n fletse ogen. Hij was ineens een haast knap ventje. Terwijl hij met een gedeci deerde wijsvinger op een groot for maat foto wees maakte hij zijn mond eens zo breed en gooide het er als een pracht van een roffel uit: Nieuws? Nou en of. Dit hier is mijn moeder. Die hebben ze op straat voor de microfoon gehaald. Alles wat zc gezegd heeft, staat er onder. kijk! Gó,... hij stottert niet meer, riep er een en ze gaven elkaar over en weer stompen met de elle boog. Nee hij stotterde beslist niet meer.' Hij was veel te vol van de familieglorie. Iedereen vond het een gebeurtenis van de eerste orde. Pu bliciteit.... Die wordt een mens maar niet zo in de schoot geworpen. Maar als ze komt, maakt ze korte metten met alle complexen. Gerrit- jes moeder, je zou zeggen.. Och, mensen, uiteindelijk was het maar een banaal stuntje van een voortvarende reporter. U hebt het al meer in dc kranten gelezen. Deze jongeman had zich op een druk punt in de stad opgesteld en daar aan diverse mensen hun mening ge vraagd over de levensvatbaarheid van zelfbedieningswinkels. En nu ge viel het zó dat de bewuste dame als het beste specimen voor een op name was gekozen. Haar betoog zat logisch in elkaar en daarbij was ze fotogeniek. Maar die verslaggever heeft er geen idee van gehad dat zi^ stunt zulke verstrekkende gevolgen zou hebben. Tk heb de jongens later nooit meer „Gerritje" horen roepen.Want hij voelde zich geenszins hun mindere HAYA SELVA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 2