FRONTTAAL Profetie duello BEAT-GENERATION: "Ruimte voor ons.... vlucht in de werkelijkheid WINDKRACHT IO ZATERDAG 24 FEBRUARI 1962 Sinds de verschijning in Ne derland van twee romans van Jack Kerouac, „De onderaard- sen" en „Op weg", bestaat er hier een groeiende belangstel ling van de zogenaamde „beat- generation". Omdat men een beatnik vaak gelijkschakelt met een nozem, omdat de omslag van „Op weg" vermeldt dat de beatnik a-moreel en anti-intel lectueel is en geen emoties kent, omdat het aantal misver standen omtrent de beweging via deze (slechte) vertaling waarschijnlijk eerder groter dan kleiner is geworden, leek het ons gewenst een pagina over dit onderwerp samen te stellen. Over de literaire aspecten schreef Arie Gelderblom, over de filosofische achtergronden Hans Kreuzen. Verder vind je op deze pagina enkele verta lingen en de gebruikelijke duel- loog. BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT BEAT ■liimui In dezelfde tijd, dat hier in Nederland een dichter als Lucebert poëzie-voordrachten hield en daarbij glazen water over zijn hoofd uitkeerde onder het mompelen van het woord „herfst", in het begin van de jaren vijftig dus, droeg men in de Verenigde Staten hier en daar poëzie voor tegen een achtergrond van jazzmuziek, de zogenaamde „jazz- canto". Deze noviteit richtte voor het eerst de aandacht van het grote publiek op de artistiek-filosofische bewe ging die men de beat-genera tion noemt. De oorzaken van deze nieuwe opbloei van het middel-eeuwse va-,'antcndom liggen voor de hand. Zij zijn gegroeid in en na de tweede wereldoorlog, toen „the american way of life" zijn top bereikte, toen de materiële welvaart van de doorsnee Amerikaan een dergelijk hoogtepunt bereikte, dat zijn mo rele standaard wel moest dalen. Het begin der beat-generation is dan ook te verklaren vanuit een soort onbehagen over de bestaande toestanden en een afkeer van de donkere zijde der welvaart. Het is niet toevallig, dat (in de boeken tenminste) het enige bezit van de beatnik bestaat uit een rugzak met daarin slechts het absoluut nodige en dat de meer gezeten soort („gezeten" in zijn letterlijke be tekenis) hoogstens in het bezit is van een pick-up met wat jazz platen en een bongo-trom. Terzijde der horde Vanuit deze vlucht uit de maat schappij in het bohémien-schap moet ook de verering gezien den die de beats hebben vooi twee profeten: Dylon Thomas, de dichter uit Wales, die zich tijdens een tournee door Amerika heeft doodgedronken en Charlie Parker, elt-saxophonist en pionier van de bop. die stierf aan de gevolgen van heroïnevergiftiging. Beiden stonden én in hun leven én in hun kunst terzijde der horde, beiden stonden ook min of meer in con tact met de beat-generation, hoe wel dat iets is dat vele mensen liever vergeten. "(Kenneth Rex- roth). Evenals bij het woord ..Jazz weet niemand wat ..beat'' eigen lijk wil zeggen. Burroughs zegt er mee begonnen te zijn en leidt het af van de jazz. de polsslag van de jazz-beat zou dan ongeveer op netzelfde neerkomen als de hart slag van de beatnik. Jack Ke rouac zegt dat hij het heeft ver zonnen en leidt het af van het woord ..beatitude" zaligheid. Volgens een derde moet het woord letterlijk worden opgevat en be tekent dan geslagen. Na de lan cering van de eerste spoetnik kwamen enkele dagbladen al gauw met het woord beatnik. Wèl van Kerouac afkomstig is de term ..subterraneans" (onaeraardsen). Zo genoemd omdat zij zich mees tal ophouden in de kelders van Los Angelos San Francisco en Greenwich Village "de artisten- wijk van New York). Hoe het ook zij het woord „beatnik" heeft op het ogenblik in ieder geval zijn betekenis verloren en men ge bruikt het om een bepaald type aan te duiden: een knaap met een baard, sandalen. spijkerbroek. Jazzplaten en een exemplaar van „Howl'. Beatnikspoezie In de beginperiode van het zoeken naar eigen achtergron den vond een proces plaats dat van vrij grote betekenis is ge weest voor de verspreiding van de Ideeën der beatniks. De inzet van dit proces was de hierboven al genoemde bundel ..Howl and other poems" van Allan Ginsberg. Het titelgedicht is een der beste voor beelden van de poëzie der beat niks. Het begint met de reeds nu legendarisch geworden regels „I saw the best minds of my gene ration destroyed by madness, starving hysterical naked". "Ik zag de beste geesten van mijn ge neratie verwoest door waanzin, hysterisch naakt hongerend De gemeenteraad van San Francisco verbood het werk om dat ze het „ontuchtig en obsceen' vond. Het gedicht werd door di verse vooraanstaande literatoren verdedigd en in zijn uitspraak zei rechter Clayton Horn: „Er kan geen formule voor het leven ge- feven worden volgens welke edereen gelijk handelt of past in een zeker patroon. Er is niemand die precies denkt zoals Iemand anders. Wij zijn allen gemaakt van dezelfde stof maar volgens een verschillend model. Zou er nog enige vrijheid van drukpers Bljn 1 anderen in een geestloze en onge vaarlijke reeks euphemismen? Een auteur moet reëel zijn In de behandeling van zijn onderwerp en het recht hebben zijn gedach ten en ideeën uit te drukken in eigen woorden". De gedachten en ideeën van de beat-generation zijn, ondanks de wijze woorden van de rechter, echter minder gemakkelijk in woorden uit te drukken dan het lijkt. Minder gemakkelijk, omdat de beat-generation weliswaar een beweging is met een eigen idi oom, eigen profeten (Thomas en Parker) en zelfs een eigen bijbel, als we de geschriften van Kerou ac zo mogen noemen, maar geen vereniging met een vast omschre ven patroon van normen en maat staven. Sterker nog, volgens Seymour Krim is de beat-generation hele maal geen beweging maar een houding, een levensbewustzijn dat zich uit in het zoeken naar „kicks", het zoeken naar de schok die het leven, waard maakt geleefd te worden. Deze „kicks" (een uitdrukking uit het jargon van de verdovende middelen ge bruikers) kunnen allerlei vorm hebben: jazz.- marihuana, hero ine, sex, poëzi Zenboedisme Dit levensbewustzijn is ook oorzaak van een sterk religieus besef bij vele beatniks. Soms in de vorm van een soort anti-ker kelijk christendom, een mengsel van Camus, Teilhard de Jardin en eigen opvattingen. Vaker nog die boeddhistische zijtak waarmee men sinds het dadaïsme in het westen coquetteert. het Zen-boed- dhisme. Volgens Bert Schierbeek 'n zijn essay „De tuinen van Zen" is de doelloosheid van het leven het voortdurende thema van Zen. Doelloosheid dan opge vat als conceptieloos leven. Ook zijn ontboezeming „Zen is voor een leven lang. Het is de oceaan oversteken op een riet, het is theedrinken, ademen en door vi sioenen bezeten zijn.' het eenzaam als een waanzinnige door de lan den trekken, praten met een boom" is kenmerkend voor zowel Zen als voor de beatnik die liftend dwars door Amerika trekt. Op zoek naar zichzelf. Of, zoals Ke rouac antwoordde op de vraag God. Ik wil dat God mij zijn ge zicht laat zien". Dit zoeken naar de bron van het leven zelf, heeft kunst van formaat opgeleverd. In de ro mans van Kerouac en Holmes. De gedichten van Corso, Ginsberg en Howard Hart. Het toneelwerk van Edward Albee en Jack Gel- ber is het zoeken naar contact (al is het maar met een hond, zo als in „the zoo-story" van Albee) telkens weer het centrale thema. Wij kunnen daarom de beat-gene ration niet zomaar afdoen als en verlate vorm van bohémien-schap. De beatniks zijn de schuldeisers van onze samenleving. Iedere bom-aanslag, ieder geweigerd dubbeltje voor een anti-hongerac tie maakt die schuld groter. HANS KREUZEN Beste M., Zo nu en dan merk ik, on danks het „geestelijke lopen de band werk", dat het leven tn dienst vele wisselvallighe den met zich meebrengt. Nau- welijs was ik tussen de groe ne lakens vandaan en „Gene zen verklaard" om maar eens een keer literair te doen toen er een grote bivakoe fening voor de deur stond. Een dergelijke actie is nooit een pretje, vooral als die in de bitterkoude januarimaand moet gebeuren. Het overnach ten in een klein tentje, van de bikkelharde grond geschei den door een miniem grond zeil, is voor velen reden ge noeg in luid gejammer uit te barsten. Het ergste tijdens zo'n oefe ning zijn de talrijke ver nuftige vondsten, die dienen om de tegen-wil-en-dank-kam- peerders zelfs des nacht uit hun slaap te houden. De eerste nachtoefening be stond in het opsporen van vijanden in een stikdonker bos. De beschikbare man schappen werden daartoe in twee groepen verdeeld: de vijand (allen herkenbaar aan een onfatsoenlijke vechtpet) en de eigen troepen met een nog onfatsoenlijker helm op het hoofd). De vijand werd onder pressie van de ene naar de andere kant van het bos gedreven, alwaar de helmdra gers in de aanslag klaar la gen om hen het wachtwoord af te dwingen. De tegenstan der, die door de natuurlijke hindernissen in het woud en de hem in het gezicht zwie pende twijgen murw was, moest vertwijfeld het ant woord schuldig blijven. Groot was de vreugde in het eigen kamp. Snel en vakkundig werd de vermetele ontwapend en in triomf als krijgsgevan gene weggevoerd. We lachen er om als de schertsindringers hun geweer met tegenzin op de zanderige bosgrond laten vallen. We we ten wat ze denken: „Morgen weer extra schoonmaken". Ze zoeken een stukje schoon mos en vleien het geweer er zacht- kens op. Later in de nacht als de zwarte hemel vol geblazen wordt met het schrille geluid van tirailleursfluitjes en er overal rode en witte lichtko- gels als tentakels naar boven schieten, is de voorzichtigheid weg. Nu is het alarm'.'. Slaapdronken waggelt ieder naar zijn plaats en ploft zonder te kijken waar Sissend sproeit het vuur in wijde bogen over de roerloze bomen. Een maan staat boven de bosrand onaandoenlijk te schijnen en verder weg nog parelen de sterren. Op de aarde (of er in) krui pen denmensen. Hun blik reikt niet verder dan het ro de vuur van de kogels, hoger zien zij niet. en ook ik lig met mijn neus in de kruimelige grond. Zo zijn we dag en nacht in de tveer om het geestelijk en lichamelijk goed van alle mensen die rustig slapen te garanderen. Gij allen die dit leest of hoort: Weest dank baar en sta uw plaats in bus of tram voor éénmaal aan hen af. Zij zijn altijd herken baar aan de schuins aflopen de pannekoek muts en de ho ge rijglaarsjes. Op uw welwil lend gebaar zullen zij u we nend van emotie toeroepen: Tot over veertien dagen'.'.! DPL. SLD. Van tijd tot tijd zijn er menser die zich afvragen welke maat- en on staven wij aanleggen bij de be- motto oordeling van een gedicht. Van wij reden ernstig tijd tot tijd pogen wij in de duel- de waarde loog duidelijk te maken welke dukten. die maatstaven zijn, of belichten De eisen die wij hiervóór aan in ieder geval een aspect van het een gedicht stelden, betekenen geheel van normen waarmee wij echter niet dat bij de beoordeling op het papier kwakken dit toezenden onder het gedichten" dan hebben te twijfelen aan deze huisvlijtpro- BEATNIK Hoe-wel de beats, wat hun Ideeën betreft, min of meer een eenheid vormen. Is het zeer te betwijfe len of buiten deze groep geen let terkundige voortbrengselen ont staan zijn die evenzeer afbreuk deden en tekeer gingen tegen de ongevoeligheid en conventionali teit van vele burgers the squa res die nog geloven, dat twee op een volgt, dat een geen een Is en twee gon twee. Want terwijl een jonge Ameri kaanse moeder schreef over ccn stuk van een der beats: „Zo liep ik en las, en las als iemand die stervende was, elk woord etend, gulziger naarmate het paste In de leegte van mijn onzegbare pijn", ontwrichtten jonge Russen o.a. Evtoesjenko met zijn gedicht Babi Jar. de er met hamer en sikkel ingeslagen meningen van Sow jet-lezers en schreef de jonge Engelsman Colin Mac Innes een boek. dat zelfs .beater than beat" genoemd Is. Do literatuur van de Beat Ge neration moet men dus niet be schouwen als een aparte golf ln de ieer uitgestrekte zee van taal. maar als een deel van een golf en wel een golf ln de storm bij windkracht 10 gegrond op: „Against the ruin of the world, there is only one defense, the crea tive act", hier dus de schrijven de handeling. Men moet echter niet vjrgetcn. dat iedere druppel van een golf zijn eigen zoutgehal te heeft, een gehalte, dat afhangt van meerdere klimaatsfactoren (over de literatuur van de beats) r het artikel van Hans Proza b.v. Ke- Bij het lezen rouac's „On the Road" kan mcu niet aan het gevoel ontkomen, dat men ergens naar toe moet, hoewel het bijna te laat is. men bladzijde uit heb- dit i« ben, voordat hij 1 niet uit nieuwsgierigheid. De zinnen volgen elkaar op. dan send („swinging") door de vele keren „en"; alles stroomt, een onuitputtelijke bron. waaruit wa ter opborrelt of liever opspuit, steeds ander water, of hetzelfde, dat weer in de bodem was ge- zakt. Alles gebeurt tegelijkertijd: „Het leven gaat voort. In de ste gen van Philadelphia luisteren mannen naar de cricketwedstrijd en gaan naar buiten en doden hun vrouw. In de straten van Balti more, alle hetzelfde met witte stoepjes, is iemand stervende. Al les gaat door: „We moeten di- rekt gaan en niet stoppen voor dat we er zijn." „Waar? Ik weet het niet, maar we moeten gaan". Vooral uit het eerste ci taat van Kerouac valt de over eenkomst op met de poëzie van Dylan Thomas, wiens poëzie een ';rachten was geboorte en door aan elkaar te koppelen, een lichaam te vormen, dat tegelijkertijd uit bloed en steen bestaat. Hierdoor en doordat hun leven •ot doel heeft de oorsprong van alle energie en spontaneïteit te vinden, kan het schrijven van de beats niet anders dan spontaan zijn. De filmster James Dean, die ook beat-adspiraties had, zei eens: „De mens is niet in de eerste plaats een sociaal dier. een slacht offer of een produkt. Eigenlijk is schrijven zij .Echter om deze ener gie tot zijn recht te laten komen, moet men zichzelf eerst bevrij den van de ondraaglijke lasten buiten zichzelf; zichzelf proberen te begrijpen. Clellon Holmes, schrijver van „Go" en „The Horn" zegt letterlijk: zichzelf aftappen. ?as daarna, als men dus naakt tegenover het leven staat („All what we want is nakedness" AI- 'en Ginsberg) kan men zoeken naar waarden in het leven. En terwijl de beats schrijven, bevrijden ze zichzelf en schrijven jit deze bevrijding verder, soms zelen, van nadenken, kan een ver lies op zichzelf betekenen. Voor hen is de geest de engel van de dood. De intelligentie die bij de beats levensintelligentie is, moet in het schrijven besloten liggen, zonder dat deze tijdens het schrij ven wordt gebruikt. De woorden moeten plotseling uit de pen bar sten. Geen wonder, dat de woor den meestal kort zijn en alles zo veel mogelijk „glijdt". Hierdoor ontstaat soms een aparte taal die niet gedacht kan worden, maar die er is, existerend als de beats zelf, soms ook echter werkt deze taal ten kwade, b.v. In Viss of Enal, ook van Kerouac. Er zijn dus, ook wat schrijfwijze aangaat, overeenkomsten aan te wijzen met de jazz. die ze ook veel in hun boeken beschrijven. Vooral met de bop, waar ademhalen on der het spelen net zo gehaat werd als nadenken tijdens het schrijven bij de beats. Sentiment, poezie en invloeden Als nadeel van de literatuur der beats wordt wel beweerd, dat ze sentimenteel is. Maar heeft de sentimentaliteit van een kind, dat in een weeshuis zit en twee pop pen gebruikt als symbolen van zijn vader en moeder nog een ne gatieve betekenis? Want ondanks die twee poppen heeft het kind nog de moed om naar waarden te zoeken, waarden om te ade men en om niet ten onder te gaan. Voor de poëzie van de beats geldt hetzelfde als voor het proza, miscshien nog in sterkere mate. Alles wat hun gevoelens in be weging brengt, letterlijk: alles wat huilt, moet gezegd worden, hoe onpoëtisch het ook lijkt en hoe onredelijk het ook moge klin ken. Evenals bij het proza ver telt de schrijver alleen wat hij weet en wat hij ziet, wat dus wer kelijk is. Niet wat men na lang nadenken werkelijk zou kunnen maken. „Say it. no ideas but in things", schreef William Carlos Williams eens. Ondanks dit bereiken de beats af en toe een opvallende muzika liteit, b.v. Ginsberg in „Howl" met o.m. de regel „Where you imitate the shade of my mother". Andere bekende dichtbundels zijn „Kaddish", ook van Ginsberg. ,,A corney Island of the Mind" van Lawrence Ferlenghetti. „Gas oline" van Corso en „Mexico City Blues" van Kerouac Opval lend in deze bundels is de span ning die men af en toe bereikt, het uitzetten van woorden in de woorden en het verzet tegen de samenleving, dit laatste nog meer het proza. tvij hebben lang genoeg de hemel afgetast vingers gebrand wij hebben lang genoeg handen uitgestoken ogen geschroeid nu is een tijd van harde ivoorden ik mij en toch H.gedicht „dus" jmoeilijk, steriel of ernstig moet dicht rekening houden. Wij gaan zijn. Uit het volgende gedicht dan van de veronderstelling uit van Erick A. van der Ree uit dat het mogelijk is een gedicht te Rotterdam blijkt het tegendeel: beoordelen en menen tevens dat onze beoordeling juist is. Dit laat- Iets van jou... ste is niet zozeer een gevolg van Het zijn jouw woorden misschien, een misplaatst gevoel voor sub- Of jouw ogen. jectiviteit, noch van het idee dat Maar het is wij uit een veelheid van mogelijk- Iets van jou. heden de beste keuze doen. Zij Ik heb het gemerkt, is gegrondvest op datgene wat Dagen lang. men in het algemeen pleegt aan Morgen is het jouw neus mis» te duiden met gezond verstand, schien, Dat wil zeggen: een der eerste Of jouw mond. eisen die wij aan een gedicht stel- Maar het is len is nauwkeurigheid, exact- heid. Gedicht is afgeleid van ver dichtsel. De dichter zegt dus dat gene wat hij denkt, voelt, etc. zo „dicht", dat is zo scherp moge- Het gevoel dat hier wordt ver. iiik. Er is voor hem na dit tolkt zal iedereen die wel eens „scherpste punt" van het gedicht <ï;»eest), met vreemd geen verder zeggen denkbaar. Terecht zegt Vroman dus: der gedicht dat jk schrijf is 5e Mank en" een fietsbel reik een een straatsteen, is een fre- grootste Quent voorkomend verschijnsel. Dit gevoel heeft Erick op een voudige wijze meegedeeld. Zijn verbeeldingskracht is hier nauwe lijks aan het werk geweest, het lijken een aantal eenvoudige con stateringen. De poëtische span ning zit hier dan ook meer in do herhaling van bepaalde woorden, een „refrein" zelfs („maar het is iets van jou") en in de evenwich tige vorm, dan in een briljante vondst, een treffend beeld. Der halve zouden wij Erick, mede met het oog op zijn andere ver zen. de raad willen geven het niet teveel te zoeken in „parlando". Eenvoud is het kenmerk van het ware, maar is niet synoniem met simpel. De waardevolle functie die rijm, beeldspraak en allitera tie kunnen hebben wordt hier te veel verwaarloosd. laatste, is mijn dood" Als wij nu zien met gemak sommigen de voorkomen. Het herkennen "ïêl iets van de geliefde in een s "het lekeurige voorbijganger. slechts in deze houding: verbrande vleugels huiverend zonder kleren van jij jouw en maar wil ik je ontmoeten blind geworden ben ik dan tenminste mens genoeg HANS KREUZEN ER UIT GELICHT. Gerda de R. Den Haag. Nogal onevenwichtig. De balans slaat teveel naar hét dogmatische Daan van der W. Rijswijk. Vi site: je zegt té weinig met té veel woorden. Tinkeltje: Met de leng te was er een tinkeltje mis, zie daarnaast visite. Voorbijganger; je hebt praten en zeggen. Jonnie van Z. Zwljndrecht. Hij houdt het nooit! Wij houden het ook niet. Maria G. Rotterdam. Rook jij soms te veel? Chlel van S. Den Haag. We hebben van het negatief twaalf af drukken laten maken. André H. Oegstgeest. Dat je praat.... best. Maar vind je nu zélf, dat je het nog op moet schrij ven ook? Cor den D. Deventer. Stuur het eens naar de Legerkoerier.... Te Djakarta heeft Robert Ken nedy verklaard, dat de V.S. de oude vriendschap met Nederland niet willen laten varen terwille van Indonesië. Goed gesproken, meneer Ken nedy. nu nog even aan de K.L.M. denken. Hoewel het pas februari is, willen wjj nu reeds de prys voor de beste dooddoener van 1962 uitreiken. Die gaat naar ir. Visser voor zijn nota inzake de kwestie Van der Putten. Vorige week is een Amster damse koopman erin geslaagd een snoek van 110 cm te vangen. Mis schien wil hjj eens met de hier boven reeds genoemde minister gaan praten. Die vist steeds achter Het is gebleken dat door de vrije zaterdag rustig geslapen kan (een door Arie Gelderblom vertaald gedicht van Edward Dom) Ik zal mijn tros druiven moeten torsen in dit land nadat iedereen heengegaan is naar Korcula of Spanje. Het zal vreemd zijn hier door de parken wandelend, de gevulde banken verdwenen, de dolende paartjes en de oude vrouwen in hun zondagse hoeden heen alleen lucht in lucht en een vredig soort rust ik een Amerikaan die zichzelf in Amerika vindt langzaam lopend om de verlaten muziektent wachtend op toekomstige tijden van opzienbarend weerkeren. In Enschede zjjn naast vele Italianen ongeveer vijftig Spaanse jongemannen aan het werk in de textielindustrie. Het is te hopen, dat er goede busverbindingen zijn tussen Almelo en Enschede. Minister Beerman verwacht dat zeer binnenkort kan worden be gonnen met de werving van achttienjarige jongens, die dan agent van politie zullen worden. De daartoe noodzakelijke ver laging van de leeftijdsgrens zal zo 6poedig mogelijk plaats hebben. Hun loon zal dan waarschijnlijk bestaan uit het kwijtschelden van hun opgelegde boetes...... O GROTE BLINDE PAARDEN met traag bewegende teugels in -de knagende wind met gewonde handen vol donkere wolken waar kan het hart van een man gewarmd worden In hei dal steken de wilde bloemen zich weer omhoog als rode violetten. MEN MOET HET PROBEREN ACHTER DE HEUVELS (Van Jonathan ITilliams in een vertaling van Arie Gelderblom) Acht giote dahlia's stonden achter de bergen het oplichten var bloemen heeft alle macht in de vallei van den als op kantoor. Vorige week zijn dertien Spaanse meisjes in Almelo gearriveerd. Deze modinettes vormen de eerste groe(. van in totaal circa 50 Spaanse meisjes, die naar deze stad komen. pagina te schrijven zijn, omdat ze getracht hebben bijna alle ge neraties op zich in te laten wer ken (treffende overeenkomst met het Zen-Boeddhisme) Wij willen hier alleen de overeenkomst in ideeën met Miller. Rimbaud, Genet en line (schrijvers, die ook in flict zijn of waren met de maat schappij) en de gelijkenis in taal met Joyce Paund. de reeds der genoemde Williams en Woods- worth, de voorstander van „the tale of men". Al noemt men de beats een rusteloze groep jonge Amerikanen, „mad to talk, mad to live, mad to be saved", durven wij aanne men, dat door het zo bewonde renswaardige zoutgehalte van hun literatuur de regel van Dylan Thomas uit een van zijn beroem de gedichten op hen van toepas sing is: „Though they go mad. they'll be sane." ARIE GELDERBLOM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1962 | | pagina 18