OOK BIJ SCHOLEN .VIJFDAAGSE? WE ONTKOHEN ER NIET AAN De forumleden zijn: VRAGEN AAN FORUM Ulo en m.o. moeilijk er Lagere schoolte realiseren Vakanties verkorten I\E vijfdaagse werkweek verovert ons land stormenden hand; de kranten leggen daar haast dagelijks getuigenis van af. Niet ten onrechte wordt in dit verband van een lawine-effect gesproken. Aan deze „vijfdaagse" zijn tal van consequenties verbonden. Aan enkele hiervan hebben we in forums reeds aandacht besteed we denken aan onderwerpen als „Winkelsluiting op zaterdagmiddag?" en „Zijn er kansen voor de zondag in verband met de vijfdaagse werkweek?" (forum over de betekenis van de Dag des Heren). In DIT forumgesprek komen de consequenties van de SCHOLEN aan de orde: Zal er ook een „schoolloze" zaterdag moeten komen En zo ja, is zoiets door te voeren Welke nadelen zijn daar het gevolg van En: zijn die weer te ondervangen In vakkringen, in casu het georganiseerde schoolleven, is deze zaak in discussie. Het lager onderwijs hééft al een rapport over deze materie doen verschijnen, het zoge naamde Anof-rapport, waarin aan het slot een aantal richtlijnen worden gegeven. Het merkwaardige nu is, dat terwijl nog druk wordt gediscussieerd, men in enkele plaatsen al IS overgegaan zij het dan bij wijze van proef van de zesdaagse op de vijfdaagse schoolweek. Dordrecht is hier een voor beeld van. We mogen derhalve zeker in dit geval wel van een hyper-actueel forum spreken. DR. A. LA FLEUR, Ie Haarlem, rector van het Chr. Lyceum Marnix van Sint Aldegonde aldaar, studeerde scheikunde aan de rijksuniversiteit te Groningen en Leiden, in welk vak hij ook promoveerde. Hij was eerst leraar aan de Chr. H.B.S. te Zwolle en vervolgens aan die te Leiden. Sinds 1949 is hy rector in Haarlem. Van 1942 tot 1951 was de heer La Fleur secretaris van dc Vereniging van Leraren voor het Chr. V.H.M.O. en van 1951 tot 1958 voorzitter. Thans is h« erevoorzitter van deze organisatie. Hij heeft ook jarenlang deel uitgemaakt van het bestuur (o.m. als voorzitter) van de Raad voor Leraren. D. H. DUTMER, te Den Haag, voorzitter van de Prot. Chr. Onderwijzers Vereniging (P.C.O.V.), begon zyn onderwijzersloopbaan te Vries en ging vervolgens naar Hilver sum. Hij was daar hoofd van de Groen van Prinsterersehool. Sinds 1955 isjiy vrijgesteld hoofdbestuurslid van de P.C.O.V., eerst als penningmeester en van 195. af als voorzitter. Hij is dit jaar voorzitter van de overkoepelende Algemene Nederlandse Onderwijzers Federatie (Anof) en was lid van de Anof-commissic, die kort geleden een rapport over de eventuele invoering der vijfdaagse schoolweek bij dc lagere school het licht deed zien. MEVROUW A. C. SWITTBRS-VAN POPTA, te Rotterdam, was in twee opzichten voor dit forum belangrijk: zij heeft een druk gezin (is moeder van zes kinderen, die respectievelijk de lagere school, de m.m.s. en het gymnasium bezoeken) en is daarnaast ook by het middelbaar onderwijs werkzaam, namelijk als lerares Frans (aan de Chr. H.B.S. te Rotterdam-Noord). Zij kon dus als moeder en als vakleerkracht spreken. J. W. ELSING JR., te Den Haag, consulent bijzonder jeugdwerk van het Jeugdkerkcwerk der Hervormde Gemeente aldaar, kwam via het C.J.M.V. (tegen woordig C.J.V.) in deze sector te werken. Hy volgde diverse vormingscursussen in dit verhand, werd in 1947 als jeugdleider te Den Haag aangesteld en in 1952 in zijn tegenwoordige functie benoemd, waarbij hem dc coördinatie van het bijzondere jeugdwerk is opgedragen. S. HÖRCHNER, te Voorburg, inspecteur van het lager onderwijs te Dordrecht, diende het onderwijs te Maarssen, Nieuw Vennep en Amsterdam. Daarna was hij hoofd van een chr. lagere school te Bloemendaal. In 1952 werd hij tot inspecteur van het lager onderwijs benoemd te Den Haag. Sinds mei jl. is hij als zodanig werkzaam to Dordrecht. de Prot Chr. Journalisten Kring, was Dr. A. la Fleur, Voorzitter: Wat denkt u: als het hele levenspatroon in ons land zo gaat 1 veranderen, dat de zaterdag algemeen j een vrije dag is, moet de school zich daarbij dan met een vijfdaagse school week aanpassen, ja of neen? We moe- I ten deze vraag even uitdrukkelijk los zien van alle moeilijkheden die tenge- vo'ge van een vijfdaagse schoolweek thuis of op school kunnen ontstaan. Mevrouw Switters? Switters: Persoonlijk meen ik: laat de kinderen 's zaterdags maar op school, ook al heeft de vader vrij. I Maar ja, er is nu eenmaal de sociale pressie van de vijfdaagse werkweek, die al meer gevoeld zal worden en die niet naar onze mening vraagt. We zul len er dus wel heen moeten! La Fleur: Inderdaad, we zullen er I waarschijnlijk niet aan ontkomen. We leven nu al in een situatie, vooral in de steden, dat men de k nderen 's za- staat hier een stokje voor te steken. Dutmer: Zoals u de vraag stelt be antwoord ook ik hem bevestigend. Er 7ijn plaatsen in ons land waar 60 tot M procent van de werknemers de vrije zaterdag al hebben. Daar wor den de scholen in feite reeds acuut met deze vraag geconfronteerd. La Fleur: En daar vooral hoor je de klachten van toenemend ongeoorloofd schoolverzuim op zaterdag. Voorzitter: Is dat toenemende schoolverzuim op zaterdag werkelijk aangetoond? Hörchner: Exact materiaal hierover is (nog) niet voor handen. Maar je con stateert de tendens duidelijk. Deze zaak wordt nu onderzocht. Voorzitter: Ik las pas nog dat in Den Haag de wethouder van onder wijs in dit verband de redenen van het zaterdagse schoolverzuim wil we ten. En hoe reageert u op deze jerste vraag, meneer Eising? Eising: In kringen van jeugdzorg en sociaal cultureel vormingswerk is de kwestie van de vijfdaagse schoolweek (met name de vermoedelijke gevolgen ervan) uiteraard ook aan de orde. Voor ons zal doorvoering van de ..schoolloze" zaterdag betekenen: We krijgen nog veel méér te doen! En als u weet dat we nu al teveel liooi op onze vork nemen met te weinig men sen en dat we kampen met een chro nisch ruimtegebrek, dan kunt u zich voorstellen dat we met de handen in het haar zitten. Denkt u alleen eens even aan de sector van het z.g. zwak maatschappelijk milieu. Daar ziin de gevolgen van de vijfdaagse schoolweek niet te overzien... Voorzitter: Vanuit uw werk zegt u dus op deze eerste vraag ,,neen"? Eising: Inderdaad. Maar ik ben me er evenals de andere forumleden van bewust dat mijn stem geen ge wicht in de schaal mag leggen. Voorzitter: Mag ik nu eens iets an ders stellen? Heel veel mensen wer ken in de week onder zó'n spaning, dat ze op zondag eenvoudig versle ten" zijn. De kerkgang schiet er daar door vaak bij in. Waarom? Niet om dat die mensen er niet naar toe zou den willen, maar omdat ze wel eens moeten uitslapen ook. Zou de sociale noodzaak van de vrije zaterdag niet veel groter zijn dan we denken? Heeft het nu geen voordelen dat de vader twee volle dagen thuis kan zijn, in zijn gezin: de eerste eenheid die we kennen? Hoe ziet u dat meneer Ei- Elsing: Die voordelen zijn onmis kenbaar. dat ben ik direct met u eens. Je kunt het volgens mij op twee manieren bekijken: van de „tries te" en van de zonnige kant. Enerzijds dus wat ik zo juist stelde: Er kómt voor ons veel meer werk los dat we niet aan kunnen pakken. Maar: waar blijven de mensen die zich voor die omvangrijker arbeid beschikbaar stel len? Anderzijds (de zonnige kant): welke mogelijkheden doen zich niet voor in de gewijzigde situatie... Hörchner: Als ik denk aan de moe ders vooral uit de volkswijken die in de zomervakantie al gauw gaan klagen: Wanneer begint die school ein delijk weer eens? dan geloof ik dat om diezelfde redenen deze moeders (en ook de schoolhoofden) evenmin enthousiast zijn over de vijfdaagse schoolweek. Ik heb er onlangs na vraag over gedaan. Men zegt daar: laat de kinderen 's zaterdagsmorgens maar rustig op de lagere school- Dutmer: Het scheelt toch wel een stuk waar je woont en uit welk milieu Hörchner: Zelfs in gegoede milieus zul je nog hebben dat de kinderen moeder in de weg lopen. Neen, de ..schoolloze" zaterdag zal voor de moe ders beslist geen zegen zijn. daar ben ik van overtuigd. Switters: Toch geloof ik dat u in dit verband niet alles over één kam mag scheren. La Fleur: Maar waarom lees ik dan in het Anof-rapport dat de schoolge bouwen eventueel 's zaterdags ter be schikking gesteld moeten worden om de kinderen op te vangen? Daarmee erkent het lager onderwijs toch in fei te de moeilijkheden die 's zaterdags in de gezinnen kunnen ontstaan? Dutmer: De suggestie om de school gebouwen eventueel 's zaterdags ter beschikking te stellen heeft een heel andere reden en niet die, welke de heer La Fleur nu naar voren brengt. Voor veel werknemers betekent de vijfdaagse werkweek nog niet dat ze iedere zaterdag vrij zijn, maar een andere dag iij de week. Denk bijvoor beeld aan de continubedrijven en aan de middenstand. In dat verband geeft het Anof-rapport in overweging: Stel de handenarbeidlokalen van de scho len beschikbaar want de kinderen van die werknemers moeten 's zaterdags toch ook verantwoord worden bezig gehouden? Eising: En ziet de onderwijzer hier dan ook een taak? Dutmer: Ons standpunt is, dat de onderwijzer hierin niet meer, maar ook niet minder een taak behoeft te zien dan welke andere Nederlandse staats burger ook. Eising: De heer Hörchner zeide zo juist de „schoolloze" zaterdag geen zegen voor de moeders te achten, wat weer andere forumleden betwisten. In dit verband zou natuurlijk het gezin gemobiliseerd moeten worden. Hier komt een stuk volksopvoeding aan bod: De mensen moeten inzicht krij gen in de mogelijkheden welke bun worden gegund om hun vrije tijd te gaan besteden. Door de langere vrije tijd hoe urgent wordt dan juist voor ons werk een buitencentrum bijvoor beeld komen er ook meer vormings mogelijkheden. De Huishoudelijke Voorlichting krijgt er een taak bij om moeder-de-vrouw te inspireren wat ze wel en niet op die vrije zaterdag moet doen. De moeilijkheid bij dit alles is: we weten nog zo weinig van de te cre- eren situatie af; we weten niet hoe het uitpakt we zullen eerst ervarin gen moeten opdoen. Voorbeeld: Een van onze clubhuis leiders werd dezer dagen al benaderd door een vader: „Meneer, wat hebt u hier een mooie werkplaats; kan ik hier 's zaterdags óók komen timme ren?" Waarop de leider spontaan rea geerde: „Nou, graag!", niet vermoe dend, welke gevolgen dit zou hebben voor zijn eigenlijke werk (én zijn tijd) als er eens een heleboel vaders met zo'n verzoek zouden komen.... Switters: U sprak over het inspire ren van de moeders. Prachtig. Maar voor de huisvrouw zijn er nu eenmaal heel wat bezigheden, die gedaan moe ten worden. Juist op zaterdag, want de bezigheden van de huisvrouw lopen dan uit in een climax: meer drukte, er wordt gewinkeld, de tuin wordt ge harkt, het huis volledig aan kant ge bracht, er wordt gekookt voor zon dag.,.. Het is net als op de boerde rij: daar kun je het melken van de koeien óók niet een dag overslaan. Goed: dan is er dus die vijfdaagse schoolweek en je kunt je zaterdag als huisvrouw dan natuurlijk „omgooi en"; je kunt je kinderen boodschap pen laten doen. op allerlei huishoude- lrk gebied inschakelen enzovoorts. Met andere woorden: te organiseren is het wèl. Maar wordt wat de voorzitter zo graag van me zou wil len horen de zaterdag daar voor de moeders nu zoveel zinvoller door? Dutmer: Maar u kunt toch ook 's zaterdags klaar zijn? En de vrijdag bestemmen voor wat nu 's zaterdags ochtends gebeurt? Switters: Daar geloof ik niets van. Er zijn nu eenmaal een aantal van de specifieke zaterdagse huishoudelij ke bezigheden. Neem maar het bra den van een rolladeDie kan niet op vrijdag klaar als hij zondag gege ten moet worden. Dutmer: Dan koopt u hem een beetje groter dan anders en begint er 's zaterdags vast van te eten. Maar in ernst: het gaat natuurlijk niet aan dat de ene groep zijn moei lijkheden (die bijvoorbeeld in het ge zin kunnen ontstaan) gaat afwentelen op de andere groep (de school). Switters: Ik geef de school hele maal niet de schuld. Ik wil alleen maar zeggen dat ik niet zie hoe het in het gezin zal moeten. Dat zal zijn vorm moeten vinden. Net als de heer Eising meen ik: er gaat op de zater dag zóveel veranderen dat ik niet kan zeggen wat er dan gebeurt en of het zinvol voor het gezin is, ja of neen. Het is allemaal zo vaag en je kunt het ook als huisvrouw onmogelijk overzien. Bij mij. zou de „vrije" za terdag betekenen dat mijn man gaat zitten studeren en bij een ander be tekent het weer dat pa de luierwas doet om er 's middags met zijn hele gezin op uit te kunnen gaan. Eising: Als we weten dat voor veel mensen nu al op zondag een groot probleem wordt geschapen als de zon- dagssport vervalt (afgekeurde velden) omdat ze niet weten „hoe ze dan die dag door moeten komen" en je moet die verveling met twee gaan verme nigvuldigen omdat er de vrije zaterdag nog bijkomt, dan wordt het wel uiterst gecompliceerd. Het is allemaal een kwestie van milieu: Kan men deze dingen opvangen of niet? Zo ja, dan is het heerlijk en zinvol als een gezin over twee vrije dagen kan beschikken, zo neen.... enfin, vult u het zelf maar in. Maar uit dat laatste mogen we be paald niet concluderen, dat er dan maar géén vijfdaagse schoolweek zou moeien kamen. Voorzitter: Zuiver sociaal gezien „ja" te antwoorden? Voorzitter: Als we dus aannemen dat de school zich zal moeten aanpas sen met een „vijfdaagse", dan komt de vraag (2): Op welke wijze en wan neer zou dat moeten gebeuren? La ten we daarbij eerst de situatie bij het lager onderwijs eens bekijken. Hörchner: Er is een wettelijk voor geschreven minimaal aantal uren per jaar voor het lager onderwijs, dat 1040 bedraagt en waaraan de minister wil blijven vasthouden. De wijze van ver deling laat de minister vrij. Nu is het in de praktijk zó verdeeld: 40 school weken van 26 uur: vier hele schoolda gen van 5 en twee halve schooldagen van 3 uur. Nu kan men de zaterdag uren natuurlijk naar de woensdagmid dag overhevelen, maar dat acht - ik voor het schoolkind bezwaarlijk, zeker voor de twee laagste klassen: de kleintjes hebben een onderbreking midden in de week absoluut nodig. Dutmer: En wat moeten die „otum- perds" op het platteland dan? Die hebben al ik weet niet hoe lang geen vrije woensdagmiddag terwille van een vrije zaterdag. Hörchner: Het plattelandskind is an ders dan het stadskind. Dutmer: Maar er zijn toch ook ver scheidene scholen in de onmiddellijke omgeving van grote steden, die 's woensdags doorwerken? Ik denk aan Leidschendam, aan Overschie Ik vind dat dit soort bezwaren niet moet worden overdreven. Uit onderzoekin gen in binnen- en buitenland Is geble ken dat lagere scholen die 5 in plaats van 6 dagen werken beslist geen slechtere resultaten te zien geven. Hörchner: Het gaat me zoals gezegd vooral om de kleintjes uit de klassen 1 en 2 die de vrije woensdagmiddag nodig hebben. In mijn inspecteursprak tijk hebben we het eens, toen een hoofd van een openbare school mij vroeg hoe hij een vrije zaterdag zou kunnen invoeren, zó opgelost: de klein tjes van 1 en 2 hielden de vrije woens dagmiddag, wat kón, omdat voor hen een lager minimum aantal uren mag gelden (18 tot 20 in plaats van 26 uur in de week). De overige klassen kre gen op woensdagmiddag de „lichtere" vakken, zoals handenarbeid, lichame lijke opvoeding en tekenen, dus géén „exacte" vakken. Deze oplossing lijkt me beter dan de kinderen in plaats na schooltijd de kinderen nog Frans leren en bovendien vrij veel huiswerk meegeven. Op die manier kom je op een 8-urige werkdag voor kinderen van 6 tot 12 jaar Dutmer: In Eindhoven kent men al een halve eeuw de vrije zaterdag mét behoud van de vrije woensdagmiddag. De schooltijden bedragen daar 5% in- plaats van 5 uur. Bezwaren kwamen nooit naar voren. Integendeel: meer scholen aldaar namen dat systeem over. Datzelfde zouden alle lagere scholen kunnen doen als de vijfdaagse schoolweek door sociale pressie ge biedende eis werd. Er worden bezwa ren vooral over de vermoeidheids- graad der leerlingen— tegen aange voerd, maar ik meen: die overver moeidheid is wetenschappelijk niet aangetoond. En als ik uit mijn eigen ervaring mag spreken: tien jaar werk te ik in Hilversum als schoolhoofd; we gingen daar geheel vrijwillig iedere middag een kwartier langer door. een voudig, omdat ik 's middags drie les uren van drie kwartier prettiger vond dan tweemaal drie kwartier en een maal een half uur. Niemand heeft over dat extra kwartier ooit geklaagd, de ouders niet, de kinderen niet, de leerkrachten niet. En dat zullen ze bij een half uur langer óók niet doen. Hörchner: Ik ga niet akkoord. Ik vind 5 uur per dag voor kinderen van de lagere school méér dan genoeg. Zeker, als ik bedenk dat zoveel lage re scholen het aan hun stand verplicht menen te zijn de kinderen ook nog eens anderhalf uur huiswerk per dag mee te geven. Ik dwaal even af, maar het is toch ook essentieel in dit ver band als ik vraag: Is huiswerk op de lagere school nu nodig? Praten dc on derwijzers op de lagere school soms te veel en laten ze de kinderen te wei nig doen? Laten we toch eens ophou den de kinderen allerlei (waardeloze) weetjes te leren en eens beginnen ze meer functionele kennis bij te bren gen, waar ze wat mee kunnen aanvan gen. Als ze straks naar ulo of m.o. gaan moeten ze er meer begrip van hebben wat nu eigenlijk leren is. De lagere school moet de kinderen leren léren. Een onderwijzer moet een ver keersagent zijn: hij wijst alleen de richting aan, meer niet. Maar er is nog altijd een grote categorie die meent dat ze de kindertjes bij het handje moeten nemen. Zo van: zó moet je het doen.... nee. nee. nee, leg nu eens even je pennetje neer.... Dutmer: Het stokpaardje van de heer Hörchner.... Maar ik kan met hem meevoelen. Alleen: aan deze situatie verandert een half uurtje langer school niets, maar dan ook niets. Ik citeer de bekende zegswijze: „Mijn leren is spe len" en vraag: Wat is er voor be zwaar tegen de kinderen een half uur per dag langer te laten spelen? Want die 5 lesuren op de lagere school zijn heus niet gelijk te stellen aan 5 uur zware geestelijke inspanning! wat bij het m.o. ongetwijfeld wèl het geval is. Werkelijk: dc lagere school kan zijn rooster gemakkelijk zó indelen met 5!i uur per dag, dat je een „verant woorde vermoeldheldscurve" krijgt. Hörchner: Akkoord, als de lagere school dan ook maar zegt dat er bui ten de schooluren niets gedaan behoeft te worden. Dutmer: Dat is zeer zeker mogelijk, althans: ik zou er wel kans toe zien. Voorzitter: Hoe liggen de mogelijk heden nu bij het ulo? Hörchner: Anders. Men bezigt daar hoofdzakelijk een rooster met drie vrije middagen: dinsdag, donderdag en zaterdag. De zaterdaguren zouden naar de dinsdag- of donderdagmiddag kun nen worden overgebracht, maar dan kom je wel in de knoop met Je vak leerkrachten waaraan een ontstellend gebrek is. Voorzitter: Nogal sombere geluiden dus. Bij het m.o. ook? La Fleur: Helaas wel, ja. Mijn ly ceum is een morgenschool: vijf dagen 6 lesuren en om twee uur vrij; 's za terdags 5 uur. In die 6 uur hebben we twee pauzes, respectievelijk van 15 en 25 minuten. De ervaring is, dat zo'n morgenschool grote voordelen heeft bo ven de morgen-en-middagschool. Waar om? Punt 1: de leerlingen zijn betrekke lijk vroeg in de middag klaar en hebben volop gelegenheid voor huiswerk. Punt 2: de vermoeidheidsgraad is veel min der: een 6-dc „morgenuur" is bepaald minder vermoeiend voor de leerlingen dan een 7-de „middaguur". Nu moet dit plan worden gestopt in vijf dagen, wat betekent: iedere gewo ne schooldag moet met één uur wor den verlengd, dus vijf schooldagen van 7 uur. Maar daarmee is de morgen school getorpedeerd, want je kunt de leerlingen geen 7 uur achter elkaar les geven. Je komt dus weer tot >ie mor gen-en-middagschool: 4 uur 's mor gen en 3 uur 's middags. Consequen tie: dezelfde hoeveelheid huiswerk (ik verwacht zelfs méér) waar de leerlin gen nu 6 dagen voor hebben moet in 5 dagen gemaakt worden, waarbij ze er korter gelegenheid voor krijgen, want de school duurt immers langer ènde vermoeidheidsfactor is groter! En nu wil ik nog niet eens het docen tentekort in het geding brengen. Hier komen we dus bepaald niet uit, tenzij het rooster drastisch wordt besnoeid. Sommigen zeggen: de les uren moeten van 50 op 40 minuten ge bracht worden, wat echter mijns in ziens dat leert m'n ervaring een grandioos verschil maakt: die laatste tien minuten zijn juist net de vrucht baarste. Maar hoe dan ook: het komt allemaal hierop neer. dat het huidige leerprogramma niet efficiënt gehand haafd kan worden. Voorzitter: Vermindering van leer stof lijkt u derhalve de enige oplos sing voor het m.o.? La Fleur: Daar zal niet aan zijn te ontkomen. Het enige wat je kunt doen is het aantal wekelijkse lesuren per klas te verlagen. En dat zal weer gaan betekenen: beperking van de leerstof, verlaging van de eindexamen- Voorzitter: Maar wegen die bezwa* ren tegen een gesplitste schooldag dan zó zwaar? Wij, ouderen, hebben toch nooit anders meegemaakt? La Fleur: Sinds uw tijd is er wel het een en ander veranderd: dc woon ruimte is beperkter, je hebt de t.v„ de radio biedt veel meer. Onze tijd is zó onrustig, dat zelfs de rustigste leer lingen erdoor worden aangetast. En daarbij: de mentaliteit, de instelling van onze jeugd zijn zo ontzettend an ders dan die van laat ik zeggen tien jaar geleden. Voorzitter: Dus u acht het alleen al op grond van de huidige mentaliteit der leerlingen onmogelijk om tot de vijfdaagse schoolweek te komen? La Fleur: Zeer ongewenst. Althans voor het m.o. Voorzitter: Dat is voor mij een ge heel nieuw geluid. Dutmer: Terecht zegt de heer La Fleur „voor het m.o.". Ik zou dit niet voor de lagere school willen laten gel- S. Hörchner, inspecteur l.o. La Fleur: Precies. Maar van dc school, van het kind uit geredeneerd wordt de vijfdaagse schoolweek be paald niet als een dwingende els ge voeld. Integendeel: daar zijn we meer gebaat bij de huidige situatie. Ik las laatst dat een enquête onder scholie ren over de invoering van de vijfdaag se schoolweek is gehouden. Wat zei de meerderheid: Tégen! Hörchner: Wanneer de vrije zater dag in het maatschappelijk leven ons niet had overvallen het is gewoon een lawine-effect dan zou dit pro bleem van de school-uit nimmer zijn aangesneden.... Dutmer: wat ook mijn mening is. Maar dat is hier dus de vraagstelling niet. La Fleur: Maar ik bedoel ook dit. Terwijl de vijfdaagse werkweek naar komt als een positieverbetering Zal de school - hierbij wordt zowel aan het l.o. als aan andere vormen van onderwijs gedacht - zich moeten aanpassen aan het zich wijzigende zater dagspatroon (Vijfdaagse werkweek). I. Hoe zou een eventuele aanpassing in de praktijk kunnen worden gerealiseerd Zijn aan die aanpassing nadelen verbonden en zo ja, zouden deze kunnen worden ondervangen voor de Nederlandse werknemer wordt dit motief door de leerkrachten niet als zodanig gehanteerd om tot een vijfdaagse schoolweek te komen. Dutmer: Ik zou haast zeggen: Wat een hoge plichtsopvatting. Maar vergis u niet: als we er eens nadruk kelijk naar gingen vragen dan zou u wel degelijk horen: „Waarom andere werknemers wel en wij. leerkrachten, niet?" Bij de PCOV hebben we trou wens die klanken al vernomen... We zouden hier óók vanuit kunnen gaan ten slotte gaat het om 10.000 „man", een niet onaanzienlijke groep werkne mers maar in het Anof-rapport is dat welbewust niet gebeurd: daar gaan we en dat willen we toch in dit forum ook doen alleen uit van het kind, de school en het gezin. Voorzitter: Meneer Eising, u hebt ook met jeugd van die leeftijdsklasse te maken. Hebt u datzelfde mentali teitsbeeld van de jeugd als de heer La Fleur? El: ig: ik zou er haast nog een schepje bovenop willen doen. Maar ik praat vanuit de jeugdzorgsector, Sas op. Ik werk hierin sinds kort na e oorlog. Als de heer La Fleur het over tien jaar wil bezien dan zeg ik: ja, ook in ons jeugdzorgwerk zie je de tendens dat er met de oudere jon geren méér is aan te vangen. Ze zijn eerder te interesseren dan de op hen volgende generatie. La Fleur: En wat wordt nu bijvoor beeld de huiswerk-praktijk bij het m.o.? Door die morgen-en-middag school komt er van huiswerk vóór het eten niets meer terecht, een groot na deel. Huiswerk op de vrije zaterdag? In de stad moet je daar niet meer om komen: die vrije zaterdag is voor de leerlingen. Wanneer wordt er in het weekeinde dón huiswerk gemaakt? Ik heb zo het idee, al heb ik er geen gegevens over, dat dit nog meer dan nu al net geval is, de zondag moet worden. Dutmer: Hebt u ook het gevoel dat er méér huiswerk komt voor het m.o.? La Fleur: Vast, ja. Switters: Dat geloof ik ook. Voorzitter: Maar gesteld nu, dat de scholen 's zaterdags dicht moesten? Hoe zouden dan met name het m.o. en het ulo zich dienen aan tc passen? Switters: De heer La Fleur heeft het al gezegd: het aantal lesuren moet verlaagd worden. Om nu maar bij mijn vak (Frans) te blijven: Je kient zo'n lesuur nog efficiënter uit: je repeteert minder, slaat herhalings thema's over, kortom: je werkt je vlugger door de stof heen. Het is net als wanneer je thuis geen hulp hebt. Dan poets je de traproeden niet en laat ze verbronzen Voorzitter: Als lk het goed zie zul len de betere leerlingen bij het m.o. dat verhoogde tempo bij kunnen hou den, maar de andere minder of mis schien wel helemaal niet. Switters: Dat is juist. Als docent Voorzitter: Zou u niet veel bezwa ren van de vijfdaagse schoolweek on dervangen als u het (ook) zocht in ccn verkorting van de vakanties? Hörchner: Er zit wellicht een moge lijkheid in voor het l.o. Veel moeders klagen nu al aan het eind van de va kanties: Wanneer gaat de school ein delijk weer eens beginnen? Dutmer: Als men het voor het l.o. alleen via vakantieverkorting zou wil len regelen dan leert een rekensom dat je vier vijf weken nodig hebt om de verloren uren in te halen: pre cies de lengte van een lagere school vakantie. Voorzitter: Ik dacht aan een combi natie. Bijvoorbeeld van een iets kor tere vakantie en iets langere school dagen- Overigens komt de lagere school' dat" bleek al eerde»» uit het ge sprek er ook zonder vakantieverkor ting wel uit. Ik doelde meer op het ulo en het m.o. Daar bedragen de zo mervakanties 8 a 9 weken. Zou een de vakanties voor een groot deel heen aan het afnemen van examens: voor het m.o. is dat drie weken. Hörchner:En voor het ulo vaak een maand. La Fleur: Ga je daar nu nog eens twee, drie weken van af halen... heb je dus minder tijd en dat heeft zijn consequenties. Hörchner: Waardoor het kind dus het kind van de rekening wordt Voorzitter: En hoe zou het bij het ulo moeten? Höchncr: Zoals ik reeds zei: de meeste ulo's hebben het systeem van drie vrije middagen; de zaterdag kan dus naar de vrije dinsdag of donder dagmiddag worden overgeheveld. Maar nogmaals: hoe los je dat tech nisch op met je vakleerkrachten? Want daar is een chronisch tekort aan. Het effect hiervan wordt bij het vervallen van de zaterdagmorgen als lesmorgen nog méér gevoeld. Ik kreeg dezer dagen een verzoek om ad vies van een plattelandsulo in een ge bied waar twee derde van de vaders al vrij hebben. Het schoolhoofd wilde de lesuren van 50 tot 40 minuten te rugbrengen, maar ook dat is zeer be zwaarlijk: die laatste 10 minuten van de 50 de heer La Fleur zei dat zo juist zeer terecht zijn het vrucht baarste. Dat is de praktijk. La Fleur: U noemt nu het vakleraren tekort. Daar zit het m.o. natuurlijk ook mee. Laten we eens aannemen dat we met de vijfdaagse schoolweek de lesroosters zó zouden kunnen inrichten dat het allemaal nét ging. Dus dat je ook in vijf dagen zij het met pijn en moeite zou kunnen dekken wat je nu in zes dagen kunt doen. (Dat is temeer niet eenvoudig als u weet dat veel leraren aan méér dan een school les geven.) Dan kreeg u in fei te een onhanteerbaar rooster: er hoeft maar iets te gebeuren: er mankeert een leerkracht of je zit aan de grond. Je staat in ieder geval voor grotere moeilijkheden. Dutmer: GroteRE... La Fleur: Misschien wel onoplosbare. Dat kan ik niet overzien. Voorzitter: Wat blijft er dan nog over? La Fleur: Betrekkelijk weinig: een week of drie, vier. Voorzitter: Die heb ik óók. En ik ben er tevreden mee, Maar goed, dat probleem ligt dus bij de leerkrach ten en niet bij de leerlingen. Ziet u voor de kinderen nadelen als de va kanties wat korter werden? La Fleur: Daar zou wel iets van af kunnen, denk ik. Dutmer: Maar vergeet niet, dat veel kinderen zo'n vakantie echt heel erg nodig hebben. Ook op de lagere school. Dat constateer je pas goed als je ze na de vakantie weer terug ziet. La Fleur: En bij het m.o. geldt dat natuurlijk wel heel sterk. Veel kinde ren hebben het op de middelbare school zo moeilijk omdat «e in de groei periode van hun leven zijn. Switters: Volkomen juist: de weer stand wordt steeds kleiner naarmate het cursusjaar vordert. Op het laatst krijg je er niets meer „in". Je botst tegen een muur van moeheid. Dutmer: Bovendien: de vakanties die In ons land gegeven worden beho ren tot de kortste, vergeleken met an dere landen in Europa. Voorzitter: Een slotvraag: Wat gaat het georganiseerde onderwijsleven nu verder doen? Dutmer: Het l.o. gaf in het Anof- rapport richtlijnen aan: geen vooruit strevende positie innemen en de ont wikkeling van de vijfdaagse werkweek met bedachtzaamheid volgen. Indien door lokale omstandigheden de school zich zal moeten aanpassen wordt in overweging gegeven: een beperkte of een volledige invoering van vrije za terdagen gedurende het zomerhalf jaar (half mei tot half septembér). En verder: rekening houden met de wensen van de ouders, alvorens men tot invoering van de schoolvrije za terdag overgaat. Dit zijn de belang rijkste richtlijnen. Zoals u weet wor den in verscheidene plaatsen van ons land reeds proeven genomen. Het bes te; lijkt me, dat we, al zoekende, onze weg trachten te vinden. Voorzitter: En hoe ligt het bij het m.o.? La Fleur: Daar is de materie mo menteel in onderzoek bij een studie commissie. Voorzitter: En als cr nu die pres sie kómt? La Fleur: Ik heb het gevoel dat men de boot dan wat af zal houden. Voorzitter: Maar ik vrees dat de ontwikkeling niet tegen te houden is. La Fleur: Misschien moeten we in dezen heil van de Mammoetwet ver- Dutmer: Houd nu maar op. want als do heer La Fleur daarover be- Ook een aspect van de ..school loze" zaterdag: de kinderen kunnen langer buiten spelen. Maar of vader en moeder DIT spelletje zullen toejuichen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 11