pgggggp* OPVOEDERITIS
JflZ
J
Veertig
voor
blinde
ogen
jaar uitzicht
Een kanttekening
Een woord voor vandaag
Preekconsent studenten
wordt niet verlengd
Moeder
Baptisten beginnen ook
met een kerkbouwactie
Duitse opbouw
in Coventry
s
ONZERZIJDS
LEERRIJKE GESCHIEDENIS
^OG altijd zijn in de Duitse Bondsrepubliek groepen, zij het relatief klei
ne, die besmet zijn met nationaal-socialistische gifstoffen. Ook in de
ambtelijke regionen zijn er nog personen, die in de Hitlertijd de Führer
hebben toegejuicht en die in het nationaal-socialisme, dat voor Duitslands
grootheid streed, veel wisten te waarderen. Of zij ook op de hoogte waren
van de misdaden, waarop de wereld weer de aandacht gevestigd krijgt
in het proces-Eichmann?
Vele Duitsers verklaren telkens weer, dat zij daarvan onkundig waren.
Men kan dit van sommigen wel aannemen. Maar zeker niet van allen.
Men zag toch de wegvoering van de Joden? Men zag, hoe er met hen
gehandeld werd? Men wist toch, dat er in dc kampen een hard regime
heerste? Verklaarde men ook reeds niet openlijk, dat men dc Joden wilde
vernietigen? Het was overbekend, dat men principiële tegenstanders van
het regime, ook niet-Joden, in kampen opsloot.
Neen, men kan in een groot aantal gevallen niet zeggen: „Wij hebben
het niet geweten." Wanneer men het zegt, spreekt men in de regel niet
de waarheid.
Men behoeft zich overigens niet al te zeer te verwonderen over het feit,
dat nog een aantal Duitsers besmet is met nationaal-socialistisch
Veeleer moet men er zich dankbaar over verbazen, dat de grote meerder
heid, naar het schijnt welbewust, het nationaal-socialisme verfoeit ei
een democratisch regime kiest. Dit kan niet alleen uit de nederlaag
1945 verklaard worden.
Men moet niet vergeten, dat denkbeelden, aan het nationaal-socialisme
verwant, reeds lang vóór Hitiers machtsovername in Duitsland werden ge
propageerd. In wetenschappelijke en in meer populaire geschriften. Men
mag de invloed niet onderschatten van mannen als Fichte, Von Treitschke
en anderen. Zelfs een theoloog als Stapel verkondigde ideeën, die met
bepaalde nationaal-socialistische uitspraken harmonieerden.
Het Duitse volk werd voorgehouden, dat het tot heersen was geroepen.
Het was immers een superieur ras.
Een belangrijke factor voor het ingang vinden van de nationaal-socialisti
sche denkbeelden was vooral, dat het Duitse volk gedurende vele jaren,
zelfs in de Bismarcktijd, geen principieel-politieke opvoeding had genoten.
De grote menigte bleef daarvan vrijwel geheel verstoken. En tot die me
nigte behoorde ook een deel van de evangelische volksgroep.
Stahl, door Groen van Prinsterer hier te lande meermalen geciteerd, heeft
in Duitsland wel het pleit gevoerd voor een principiële staatkunde. Tegen
revolutionaire denkbeelden kwam hij in verzet. Maar men kon hem toch
niet zonder reserve indelen bij degenen die wij in Nederland anti-revoiu-
tionairen en christelijk-historischen noemen. In 1849 sprak hij zich zelfs
uit tegen volkomen zelfstandigheid der kerk en toonde hij voorkeur voor
het principe van het „landesherrlichen Kirchenregiment", dat later aan
Hitier nog enige dienst zou bewijzen.
Hoeveel overigens bij Stahl valt te waarderen, het schijnt dat zijn ge
schriften toch in Duitsland betrekkelijk weinig invloed hebben uitgeoefend.
Tot een krachtige principieel christelijke actie is het althans op politiek
terrein in Duitsland niet gekomen. Vele christenen schaarden zich onder de
conservatieven, later Duits-nationalen. Maar ook onder andere politieke par
tijen vond men evangelischen. De kerken, ten dele sterk onder de invloed
van modernistische stromingen enerzijds en meer piëtisch ingestelde ge
lovige kringen anderzijds, gaven te weinig geestelijke leiding, riepen te
weinig op om op alle terreinen God te dienen. De „politiek" werd gemeden.
De snelle ontwikkeling van de industrie in de tweede helft der 19de eeuw
had in geestelijk opzicht ernstige schaduwzijden. De opkomende sociaal-de
mocratie was fel anti-religieus en anti-kerkelijk. Aan de kerken poogde
men zoveel mogelijk afbreuk te doen. Enerzijds nam de ontkerstening
steeds grotere afmetingen aan, anderzijds zag men dat het nationalisme
vele geesten overmeesterde. De Bismarckiaanse politiek vond ook in gelo
vige kringen toejuiching, ondanks haar niet onbedenkelijke tendenzen.
Maar Bismarck had succes. Het Duitse Rijk werd een eenheid, en kwam
onder de leiding van Pruisen. In de zogenaamde „Kulturkampf" leed de
kanselier echter de nederlaag. De Roomse Kerk bleef onafhankelijk van
de staat. Het Centrum, dat steeds in overgrote meerderheid uit rooms-ka-
tholieken bestond, nam gedurende een aantal jaren een sterke positie in.
Onder de evangelischen was Stoecker stellig een sympathieke figuur. Kloek
nam hij stelling tegen de sociaal-democratie, die aan de religie vijandig
was. Maar hij poogde ook positief sociaal werk te verrichten. Te zeggen
dat zijn christelijk sociale partij niets heeft bereikt, is onjuist. Maar toch
is het te betreuren, dat hij al te zeer tegen dc Duits-nationalen aanleun
de. Door gebrek aan veelzijdige steun, door velerlei tegenwerking schoot
de groep te kort in constructief vermogen. Zij is na de eerste wereldoorlog
niet herleefd.
Wel werd in de jaren twintig van gelovig protestantse zijde opgericht de
„Christelijke Sociale Volkendienst", waarin wij ook oude vrienden van
Stoecker ontmoetten. Zij beloofde wel een en ander. Maar al spoedig
bleek, dat de poging om tot een christelijke politiek te komen, betrekke
lijk weinig steun vond. De protestantse christenen waren over diverse par
tijen verdeeld. Veelal werd hun politieke keus door sociale en economische
belangen bepaald en niet door staatkundige beginselen. Al meer werden
ook zij meegezogen door de nationaal-socialistische beweging, die optrad
met de misleidende leus dat zij zich stelde op de basis van het
„positieve christendom".
De gebrekkige principiële opvoeding ook van de evangelische christenen
kan verklaren, dat velen de misleiding niet opmerkten.
Later zijn echter veler ogen geopend en is er van de zijde der
belijdeniskerk kloek verzet geboden. Vooral voor de vrijheid der kerk werd
dapper gestreden.
In de gang van zaken ligt lering ook voor ons, al zijn wij
bewoners van een klein land, dat van wereldheerschappij niet droomt.
Sonneheerdt viert feest
(Van
i onzer verslaggevers)
Enigszins verscholen achter een
walletje met kreupelhout liggen
aan de hoofdweg van Ermelo naar
Putten de gebouwen van het Chr.
Blindentehuis „Sonneheerdt".
Reeds 35 jaar bieden deze gebou
wen huisvesting aan blinde land
genoten, maar ook zijn daarin
werkplaatsen te vinden. Behalve
een goede verzorging, kunnen de
bewoners er dus ook produktieve
arbeid verrichten. In 1926 werd
eerste gebouw betrokken,
doch vijf jaar daarvóór reeds was
de Vereniging tot Chr. Hulpbe
toon aan Blinden zoals de offi
ciële naam luidt opgericht. Wij
len mevrouw A. C. Diepenhorst-
de Gaay Fortman had het initia
tief daartoe genomen. Vijf jaar
heeft het toenmalige bestuur no
dig gehad om voorbereidingen te
treffen.
Die eerste vijf jaren van het bestaan
der thans 40 jarige vereniging mogen
misschien de moeilijkste zijn geweest,
de jaren die volgden waren zeker niet
gemakkelijk. Van meet af aan wilde men
van Sonneheerdt niet een blindenreser-
vaat zonder meer maken, maar boven
dien een inrichting, waar de blinden
naar hun aard en hun aanleg werk zou
den kunnen krijgen. Dat getuigde van
een vooruitziende blik, want zelfs thans
wordt nog nergens in ons land op zo
grote schaal als in Sonneheerdt een te
huis en een werkplaats gecombineerd
gevonden.
In het internaat krijgen de blinden
hun verzorging. Allen hebben een
eigen kamer, die zij zelf 'uiteraard
binnen redelijke grenzen mogen
meubileren. Er is ruimte voor 60 blin
den, waarvan de jongste momenteel
18 jaar is. De tot nu toe oudste be-
woonster, die enkele jaren geleden is
overleden, bereikte de 94 jarige leef'
tijd.
Het is wel duidelijk, dat een zo groot
leeftijdsverschil wel eens moeilijkheden
kan opleveren. Derhalve werd al in 1934
tot een twee-hoofdige leiding besloten.
De heer J. Munnik een broer van
de penningmeester werd algemeen
directeur, terwijl het Internaat onder
leiding van een adjunct-directrice kwam
te staan. Dit is gehandhaafd, ook toen
de heer J. Munnik in 1956 met pensioen
ging, waarbij hij prompt tot algemeen
adviseur van de vereniging werd be
noemd. Als algemeen directeur werd hij
opgevolgd door de heer J. Spruijt, die
eveneens door een adjunct-directrice
)or het internaat wordt bijgestaan.
Het tweede aspect van Sonneheerdt is
werkplaats, die nit drie delen be
staat: de braille-drukkerlj, de weverij
en de grote mannenwerkplaats, waar
pitrletwerk, manden en borstels wor
den gemaakt. Hier arbeiden ongeveer 80
blinden, want behalve de bewoners van
(Advertentie)
Drink
Sedert 1912
Geschenk en loon
Deze week vierde Sonne
heerdtte Ermelo haar 40-jarig
bestaan. Als jubileumgeschenk
kreeg deze „Vereniging tot
Christelijk Hulpbetoon aan Blin
den" een bedrag van f 65.000.
In een jubileumrede sprak mr.
dr. A. A. van Rhjjn, lid van de
Raad van State, er zijn blijd
schap over uit dat blinden thans
in Nederland ook meer inge
schakeld worden in het arbeids
proces. H{j was van mening dat
blinden een betere opleiding
moeten kunnen hebben om dan
wat salariëring betreft mei de
zienden gelijk te worden gesteld.
het internaat komen er dagelijks ook
externe blinden werken. In deze werk
plaats verrichten dc blinden zinvolle
arbeid. Van „bezig houden" is geen spra
ke. Dc verhouding is ongeveer als die
tussen werkgever en werknemer, al zijn
wel speciale maatregelen genomen,
waardoor sommige werknemers, wier
gezondheid dat noodzakelijk maakt, af en
toe rust kunnen nemen zonder dat de
ze uren in mindering op het loon wor
den gebracht.
De Braille-drukkerij van Sonneheerdt
werd reeds in 1929 in het leven geroepen
en bleek al spoedig in een grote behoef
te te voorzien. Een lijstje van enkele op
drachten spreekt hiervan boekdelen. Ve
le jaren geleden kreeg de drukkerij de
opdracht een Engels woordenboek in
brailleschrift te vervaardigen. Dat was
geen geringe taak. Een brailleboek is al
vier tot vijf maal zo dik als een nor
maal boek en toen het woordenboek,
aan men tien jaar heeft gewerkt,
gereed was, bestond het uit....28 delen.
Zes jaar na de drukkerij werd de we
verij ingericht. Mannen en vrouwen
staan of zitten hier achter de machines
maken uitstekende kwaliteitsproduk-
Breekt de draad, dan moet dikwijls
een niet-blinde er aan te pas komen om
schering of inslag weer in orde te maken.
Om dit zoveel mogelijk tegen te gaan
en tevens om zoveel mogelijk stagnatie
te voorkomen, wordt het beste materiaal
gebruikt, waardoor goed werk wordt ge
leverd. In deze weverij worden niet al
leen hand- en theedoeken vervaardigd,
doch ook tafellakens en dank zij mo
derne breimachines ook babykleertjes en
stola's.
WINKEL
Al het geproduceerde komt tenslotte
in de winkel terecht. Dagelijks worden
de voorraden aangevuld, dagelijks ook
worden bestellingen uitgevoerd. In
1927 bedroeg dc omzet 2000; In 1930
werd de 10.000 overschreden; een
kwart eeuw later, in 1955 dus, werd dc
100.000 bereikt en het vorige jaar werd
voor niet minder dan 360.000 ver
kocht. En het belangrijkste Is, dat met
deze goederen niet geleurd behoeft te
worden. Zij worden gaarne gekocht. Om
namaak te voorkomen, verlaat tegen
woordig geen enkel artikel meer de
blindcnwcrkplaats zonder het blinden-
waarmerk: twee tastende handen...
Na de arbeid volgt ook in Sonneheerdt
dc ontspanning. Personeel en blinden
hebben een eigen zangkoor, een eigen
muziekclub en een eigen....toneelvereni
ging. Het moge vreemd klinken, maar
van toneel houden de blinden veel en
toen dan ook het programma voor de
jubileumviering gereed werd gemaakt,
vroegen de blinden zelf om toneelspel.
Ook het sinterklaasfeest wordt met
eigen krachten gevierd en regelmatig
zijn er ontspanningsavonden, waarbij
de vrolijke noot niet ontbreekt.
Zo is in Sonneheerdt een gemeen
schap ontstaan, weliswaar van door
blindheid gehandicapten, doch een ge
meenschap, die zomin mogelijk afwijkt
van andere gemeenschappen. De vereni
ging, die zich hiervoor 40 jaar geleden
heeft ingezet heeft reeds veel bereikt,
doch heeft nog vele wensen en plannen
een gebouw voor de Chr. blindenbiblio
theek, die sinds de oprichting in het te
huis is ondergebracht en thans zozeer
is uitgebreid, dat diverse ruimten, be
stemd voor andere doeleinden, daarvoor
zijn ingericht. Ook wenst men nog een
ontspanningsgebouw, modernisering van
de werkplaatsen en voorts een pensioen
voorziening voor de blinde werknemers.
TEHUIS
Al deze wensen zijn niet van de ene
ig op de andere te verwezenlijken. Het
bestuur weet dan maar al te goed.
Het is al zeer verheugd, dat een blin-
den-bejaardentehuis het eerste in Ne
derland op de terreinen van Sonne
heerdt in aanbouw is en daarom zullen
wellicht andere wensen wat later in ver
openen, verzwaart de lasten niet onaan
zienlijk.
Doch onder de bezielende en energie
ke leiding van de voorzitter, ds. D. A.
Zijlstra uit Amersfoort blijft het bestuur
zijn taak vervullen, ook al is er dan
altijd spanning tussen inkomsten en uit
gaven. Alleen voor de werkplaats krijgt
liet immers maar subsidie, voor het in
ternaat niet. De contributies van de le
den mogen dan 110.000 per jaar ople
veren; de gereformeerde diaconieën mo
gen dan zorgen voor 20.000 per jaar (en
n hoopt nog van de Hervormde kerk
de Chr. Geref. Kerken jaarlijks be
dragen te mogen ontvangen), het is mo
menteel zo, dat de kosten per blinde in
Sonneheerdt 3600 per jaar bedragen.
Het werk vindt evenwel door
gang, omdat het doorgang moet
vinden en dus is het niet vreemd,
dat het bestuur van Sonneheerdt
van harte hoopt, dat dit werk
steeds meer zal worden gedragen,
ook financieel, door nog bredere
lagen van onze Nederlandse sa
menleving van niet-blinden. Son
neheerdt heeft er recht op
God ziet neer uit de hemel op de mensenkinderen, om te
zien, of er één verstandig is, één, die God zoekt". Dat staat
in Psalm 53 en misschien zullen er wel zijn, die, als zij dit
lezen, glimlachen. David, die deze Psalm dichtte, wist nu
eenmaal niet beter, maar sindsdien zijn we wel wat verder
gekomen met onze Godsvoorstellingen en hebben we dit nogal
antieke beeld niet nodigGoed dan, maar houdt u zich
dan wél bezig met de vraag of u God zoekt of dat u zo on
verstandig bent het ergens anders of bij iemand anders te
zoeken. Wij kunnen in de ruimte worden geschoten of diep in
de zee wegduiken, maar staan blijft de vraag of wij zoekers
van God zijn. Het antwoord op die vraag is beslissend voor
onze toekomst. En als u het zó beschouwt, dan is er sinds de
eerste mens niets veranderd. Verstandigen en onvertandigen
ontmoeten elkaar en dat zal zo blijven, ook al cirkelen de
ruimteschepen rond de aarde. Vanuit de hemel ziet God op
ons, mensenkinderen, neer. Hij wil toeten, of zij verstandig
zijn, of ze Hem zoeken. En het is maar het beste, als kinderen,
aan die voorstellingen vast te houden. Ook wanneer u het
niet doet en boven het kinderlijke verheven denkt te zijn,
blijft het een feit, onloochenbaar, dat er een venster in de
hemel is en dat God ons nauwlettend gadeslaat!
Synode te Assen besluit:
(Van een onzer verslaggevers)
TER SYNODE van de gerefor
meerde kerken (vrijgemaakt)
Assen heeft men lang
breed gesproken over een ver
zoek der kerkeraden te Leiden en
Oegstgeest om een commissie te
benoemen, die zou moeten onder
zoeken welke mogelijkheden er
zijn om aanstaande predikanten
een meer practische vorming te
geven.
De synode wees dit verzoek af,
form het advies van haar bij monde
ds. H. van Tongeren te Leeuwar
den rapporterende commissie, daar de
kerkeraden verzuimd hadden nader
te geven wat zij precies wensten.
Want, zoals ds. Van Tongeren zei,
;r practische vorming" kan bete
kenen de invoering van het verplicht
vicariaat, zoals de hervormde kerk het
kent. Het kan echter ook hierin be
staan, dat men de theologische studen
ten colleges sociologie wil laten vol
gen.
Veel synodeleden ontpopten zich als
voorstanders van een meer practische
opleiding. Vooral ds. I. de Wolff te En-
schede-N., die o.a. opmerkte dat art
sen toch ook een practische vorming
hebben ontvangen voor zij bevoegd ver
klaard worden tot het uitoefenen der
geneeskunde.
Ds. J. van Bruggen te Assen wilde
het voorstel wel aangenomen zien,
maar dan in die zin dat niet een com
missie doch het college van curatoren
en hoogleraren der Theologische Hoge
school de opdracht tot onderzoek zou
den krijgen.
Overigens vertelde ds. Van Bruggen,
die zelf curator is, dat het genoemde
college zich al meermalen op een
meer practische opleiding bezonnen
heeft. Het is echter een nogal omvang
rijke zaak en men deinst als er
geen opdracht tot onderzoek is nog
wel eens terug voor moeilijkheden, aan
een practische uitwerking der plannen
verbonden.
Tc veel kandidaten
Intussen hadden Leiden en Oegst
geest ook gevraagd om het preekcon
sent voor studenten te willen verlen
gen. De synode van Spakenburg be
paalde in 1958 al. dat men over enke
le jaren aan het spreken van een
stichtelijk woord door studenten een
eind zou maken. Op 1 mei 1962 loopt
dit af; er zijn momenteel nog drie
studenten met dit consent.
Leiden en Oegstgeest zagen in het
preken van de studenten een goede
mogelijkheid tot practische oefening
voor aanstaande predikanten, „vooral
wanneer de kerkeraden, die studenten
uitnodigen, een ervaren dienaar des
Woord of de hoogleraar in de homile
tiek, de preekvoorstellen met de stu
denten zouden bespreken."
Om die redenen heeft men na de
vrijmaking het preken der studenten
echter niet toegestaan, maar alleen1
Van die nood is nu geen sprake
meer, maar eerder van een andere
nood: dat er te veel kandidaten zijn
voor de nog beschikbare plaatsen.
De synode beschikte daarom ook op
dit verzoek afwijzend. Prof. H. J. Schil
der, die zei zeer geporteerd te zijn voor
het spreken van een stichtelijk woord
door studenten, als zijnde hun enige
practische vorming, meende dat het
belang van de kandidaten primair is en
niet het belang der studenten. Vooral
omdat er weer meer kandidaten op het
lijstje van de beroepbaar gestelden ko
men te staan.
Ds. J. F. Hey te Drachten had ook
bezwaar tegen het preken der studen
ten, daar de gemeente vaak de bete-
kenis van het ambt niet meer ziet.
Wanneer een student zijn woordje kan
doen, vindt zij het al gauw goed e
deert het haar weinig dat hij niet i
het ambt staat.
samen op dinsdag 16 mei. Dan zal
het tweede deel van het rapport in
zake de „samenspreking" met de
gereformeerde kerken in behande
ling genomen worden.
(Advertentie)
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Opperdoes, toez.: drs. A.
J. vjan Binsbergen, ,7ic. te Utrecht.
Aangenomen naar Goutum: R„ K. de
Jong te Oosterlittens.
Bedankt voor Hasselt: J. de Lange
zendingsdirector van de G. Z. B. te
Utrecht; voor Wezep: W. Vroegindewey
te Barneveld.
de Jong te Groedé.
EVANG. LUTHERSE KERK
Ambtsaanvaarding
Dr. G. Storms, door de St. Radboud-
stichting benoemd tot gewoon hoogle
raar in de Engelse taalkunde aan de r.k.
universiteit te Nijmegen, heeft vanmid
dag in de aula der universiteit zijn
ambt aanvaard met het uitspreken van
rede over „De oorsprong en de func-
van het bepalend,lidwoord in de En
gelse taal.
(Advertentie)
In MEI beginnen de
PRAKTIJKDIPLOMA - BOEKHOUDEN
Handelscorrespondentie (Ned., Fr., D en Eng.)
MODERNE BEDRIJFSADMINISTRATIE
Examen dec. 1961 (gevorderden) en juni 1962 (beginners).
Vraag zo spoedig mogelijk een prospectus aan bü:
RESA- HILVERSUM (bekende Schriftelijke Cursus)
Ook uitstekende opleiding - voor S.P.D. Hoofdcorr. en V.T.H.
Naam weekblad
niet veranderd
Tijdens de 81e algemene verga
dering van de Unie van Baptisten
Gemeenten in Nederland, die de
afgelopen dagen in Hoogezand
werd gehouden, is door de „Unie-
Bouw-Stichting" meegedeeld, dat
de afgelopen vijftien jaar in Ne
derland een groot aantal kerken
werd gebouwd, hetgeen een inves
tering van twee miljoen gulden
heeft gevergd. Voor de komende
jaren verwachtte de commissie
een grote uitbreiding van de kerk
bouw. In verband hiermede werd
besloten het jaar 1962 tot „kerk-
Advertentie
BIJ EXAMENS
spelen zenuwen een grote rol.
Een beheerst e*amen doel U mei
Mijnhardt's Zenuwtabletten
Geest blljh wakier en helder.
Gegrond op 10-lallen [aren ervaring.
bouwjaar" te maken, waarin een
actie tot fondsvorming gevoerd zaJ
worden.
Bij dc bestuursverkiezing werd ds. H.
van der Werf tc Emmen tol voorzitter
gekozen, vin-voorzitter werd ds. J.
Broertjes te Utrecht en assessor de heer
W. Modderman te Sneek.
De vergadering werd donderdagmiddag
gesloten door burgemeester E de Haan
van Beerta. die tevens afscheid heeft ge
nomen als unie-voorzitter.
wenscommissic te benoemen, die tot taak
zal hebben aandacht te schenken aan
berichten van gemeenten en'of voorgan
gers. die van mening zijn, dat een ver
andering van werkterrein van dc voor
ganger misschien hemzelf en gemeenten
ten goede zou kunnen komen
Het jaarverslag van de Unie-Zendings-
commissie werd aangevuld met een nota
van deze commissie over de laatste ont
wikkelingen van het zendingswerk in
Congo en Suriname. De zendelingen
hadden bij hun terugkeer naar Congo
in november I960 het eigenlijke zen-
dingsveld van de Unie (Ircma in Congo)
niet kunnen bereiken en werkten nu in
dienst van de Britse Baptisten Zending.
Ds. J. ter Braak geeft les aan de Zen
dingsschool te Upoto en zendeling-ver-
pleger S. Edcns werkt in het zendings
hospitaal te Fimu. Ds. C. van 't Wout
keerde voorlopig opnieuw naar Neder
land terug en vond zijn tijdelijke be
stemming als voorganger te Muntendam.
Verslag en nota werden ter vergadering
goedgekeurd, terwijl de zendingscom
missie gemachtigd werd. om, zodra de
omstandigheden dit toelaten, het zen
dingsechtpaar J. B. v. d. Veen-Vorste-
veld tc Rotterdam uit te zenden naar
Yalemba, waar het werkzaam zal kun
nen zijn bij het onderwijs cn de medi
sche zending.
De zendingscommissie heeft een spe
ciale studiecommissie benoemd om tc
assisteren in een nieuwe oriëntatie van
het zendingswerk elders, eventueel in
samenwerking met de Europese Baptis
ten Zending tc Kameroen.
Een voorstel tot naamswijziging van
het weekorgaan der Unie „De Christen"
kon geen genade in de ogen der afge
vaardigden vinden. In de redactie-com
missie van dit blad werd gekozen ds. Ph.
Lindeman te Groningen cn in die van
het evangelisatieblad „De Zaaier" ds. N.
Bandstra te Borne
Een groep jonge Duitsers zal deze zo
mer een begin maken met dc herstel
werkzaamheden aan de oude kathe
draal van Coventry in Engeland, die in
de laatste wereldoorlog door Duitse
bommen werd verwoest. De Westduitse
organisatie, die zich met deze werk
zaamheden heeft belast, zal niet alleen
de arbeidskrachten maar ook het mate
riaal leveren.
yiJN de beste pedagogen niet zij, die ook eens
een vies woord zeggen en lachen om iets dat
niet helemaal door dc beugel kan? Nou ja, mis
schien niet de allerbeste, maar met kinderogen
bezien wel de heerlijkste.
Die pedagogen echter, die zichzelf zo geslaagd
vinden, vormen een kaste apart. Dat zijn de op
voeders die, loerend op kansen om pedagogisch
op tc kunnen treden, het leven doorsnuffelen. Zij
hebben corrigerende ogen, vermanende vingers
cn een docerende stem. Hun terminologie is wel
overwogen: ze citeren ,Jan Wat", terstond uitleg
gend dat ze daarmee professor Waterink bedoe
len, waarmee ze dan langs hun neus weg even
hun wetenschappelijk-gevormd-zijn showen.
Ze hebben veel van dit soort eigenaardige trek
jes, maar och, zelf hebben we ook onze fouten,
zeggen we dan rogaal. hoewel, nou jahebt u
zo'n pedagoog b.v. wel eens zien fietsen? Bij hem
is het niet een kwestie van trappen, sturen en af
cn toe bellen, nee ook fietsend, „zcigt sich der
Meister."
Ik logeer met mijn zoontje een paar dagen bij
een tante op een dorp. In dit dorp woont ook zo'n
groot pedagoog. Hij denkt dat hij de enige is en
deze trieste gedachte doet hem wat krom lopen.
De verantwoordelijkheid drukt hem. En dat kan
ik wel begrijpen, want wat is non één wezenlijk
opvoeder op een heel dorp? Er zitten altijd nog
twee doktoren en 4 politie-agenten, en dan maar
één man die iets weet van kinderzieltjes en hoe
die te laten ontplooien, dat moet wel fout gaan
op den duur. Geen wonder, dat zijn haar al grijst
bij de slapen. Want neem nou eens die apen van
jongens uit de pastorie, ze hebben een rader die
gestudeerd heeft en een moeder, die bij het on
derwijs is geweest, maar opgevoed worden ze
niet. Hij merkt dat duidelijk en vindt, dat die do-
minese maar eens wat minder piano en wat meer
op moet spelen. Die jongens zijn zo vrijgevoch
ten en ontzag voor de oudere generatie hebben ze
ook al niet. Dit alles versombert het leven van
de pedagoog, want kinderen, niet waar, kinde
ren moeten toch mensen in de maatschappij wor
den? En hoe zullen zc daar ooit zonder kleer
scheuren terecht komen?
V'o.e.tang.z£s
Toch zijn er ook lieve dingen, vindt hij, en die
geven hem moed om niet te versagen.
Hij heeft zeker juist één van die lieve dingen
beleefd, want hij staat glimlachend op de stoep
van mijn tante. Zijn bezoek heeft een charita
tief karakter, hij loopt met een lijst voor het dag
je-uit voor de bejaarden. Tante nodigt hem even
binnen op de thee.
Zo sta ik dan oog in oog met de grote opvoe
der en voel me erg dom. Ik zoek naar een citaat
om mijn minderwaardigheidsgevoel wat op te vij
zelen, maar het einige wat me te binnen schiet is
„kinderen zijn hinderen" en dat slaat nu nergens
op, wat mijn zoontje zit allerliefst een blokken-
toren te bouwen.
We drinken thee en zoeken conversatie.
Dan zegt mijn zoon: „Mijn toren is bijna zo
hoog als de toren van Babel".
Aha! Hier is pedagogisch werk aan de winkel.
Het goede toontje is direct uit voorraad lever
baar: „Ja, dat was me wat met die toren van
Babel hè, m'n jongen?"
„Nou", is het koele commentaar.
„Is er nu helemaal niets meer over van die to
ren. denk je?"
„Nee, natuurlijk niet, 't is toch niet écht ge
beurd, het staat alleen maar in de kinderbijbel".
O, mijn zoon, mijn zoon, hoe kun je me dit aan
doen? Waarom zeg je dit nu juist tegen deze
man?
Dan hoor ik vragen: „U behoort, hoop ik, toch
niet tot die mensen, mevrouw, die de kinderbij-
P» voor^ezen alsof het een soort sprookjesboek
„Nee man" denk ik, „nee echt niet, maar met
reuzen, stemmen uit de hemel en leeuwen in een
kuil, doen kinderen in hun fantasie soms andere
dingen dan wij beogen".
Ik zoek een antwoord, maar dat hoeft niet,
want de docerende stem vervolgt: „Wat meer
eerbied in uw stem mevrouw, zodat het goed hoor
baar is, dat het om grote dingen gaat".
Dan gaat hij weg met een voldaan gezicht en
een gift voor de bejaarden.
Mijn zoon zegt: „Gekke vent was dat, zeg". Nu
moet ik gaan zeggen, dat dat brutaal is. Maar
ik zwijg. Voor vandaag heb ik meer dan genoeg
van het pedagogen. Dat is niet goed van me, he
lemaal niet. Maar ik ben ook geen groot peda
goog. Ik puber nog maar wat.
MINK VAN RIJSDIJK.