Het begon op een zolderkamer...
w w m
a s
J
Hoe prinses Tirala een bruidegom koos
PUZZEL VAN DE WEEN
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ZATERDAG 6 MEI 1961
VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JE
K zag het gebeuren. Een kind stak plotseling de rijwég over. De automo
bilist gooide zijn stuur om, maar raakte het kind toch nog zijdelings.
Het kleine slachtoffer werd tegen het beton geslingerd. De wagen kwem
in het struikgewas de afscheiding tussen de twee weghelften tot
stilstand.
Nietwaar? Aan dergelijke dingen zijn we gewend geraakt. Ze gebeuren
zo vaak. Toch verzamelt zich altijd nog een menigte nieuwsgierigen op de
plaats van het ongeluk. Het slachtoffer, vooral als het een kind is, mag
rekenen op aller medeleven. De automobilist wordt lelijk aangekeken, ook
al treft hem geen schuld.
ZO ging het nu ook. Maar al gauw bleek,
dat het kind het zonder dat medeleven
wel kon stellen. Het mankeerde, afgezien
van een kleine ontvelling, niets. Ik had nu
zeker verwacht, dat de omstanders hun
blijdschap over dit feit zouden uiten, door
de chauffeur te prijzen voor zijn moedig
gedrag. Dat gebeurde echter niet. Tot mijn
verbazing hoorde ik hier en daar scheld
woorden roepen. Ik zag ook, hoe iemand
een vuist tegen hem opstak. Waarom? Wat
had hij gedaan om nu nog kwaad op hem
te zijn? Ik drong wat verder naar voren.
En toen zag en begreep ikde auto droeg
een Duits nummerbord. Naast mij werden
opmerkingen gemaakt als deze: „Wat doet
de vent hier?"
..Heeft hij in de oorlog nog niet genoeg
gemoord?"
..Laat hij in zijn heimat de mensen on
dersteboven rijden."
Ik moet bekennen, dat ik even geneigd
was deze woorden tot de mijne te maken.
Wie mij gekend heeft in de jaren 1940-1945
zal dat kunnen begrijpen en billijken. Een
Christen is ook maar een mens, nietwaar?
Maar die neiging verdween, toen ik de man
recht in het gezicht keek. Want op dat
ogenblik was ik ineens weer terug in dat
kleine zolderkamertje waar goede Neder
landers mij. Christen-Jood, verborgen hiel
den. Ik leidde daar het leven van een klui
zenaar net als vele anderen met mij.
En ik had als zij maar één wens: de dag
van de bevrijding te mogen beleven. Enke
le malen leek het er op, dat die wens niet
in vervulling zou gaan. Er werden huiszoe
kingen gedaan. De laatste keer, dat dit ge
beurde. ging alles zo snel in zijn werk. dat
ik geen tijd meer had me in de daarvoor
i de soldaten klonken, kwam
iemand de zoldertrap op. De deur van mijn
verblijf werd open gerukt, een man liep
raar binnen. Het was een officier. Een se
conde keken we elkaar aan. Toen hoorde
ik zijn stem: „Na. es ist gut. Sie sind nicht
da. Ich hab' nichts gesehen."
En weg was hij. De deur sloeg met
Dat moet trouwens toch te controleren
zijn."
De agent knikte. „Ja, we zijn al met het
onderzoek bezig."
Ik merkte, dat men mij begon te ver
denken van Duits-gezindheid. Mij, een Jood!
En dat zestien jaar na de oorlog. Maar ik
trok me er niets van aan. Ik was blij. dat
ik eindelijk iets terug kon doen voor de
man, die mijn leven gered had. Bovendien
lag hier de kans een antwoord te krijgen
op die ene grote vraag in mijn leven. Die
kans zou ik niet voorbij laten gaan. Ik
volgde de politieagent dus op de voet. Toen
hij de Duitser ondervroeg, luisterde ik van
enige afstand mee. Ik kwam de naam en
het tijdelijke adres van de man aan de weet
en ik nam me voor hem op te zoeken. Zou
hij mij ook herkennen?
Door
JOS A.BRUSSE
wenen de soldaten. De overvalwagen reed
f steeds onbe-
as toen mijn
weg. En ik stond daar
gastheer en gastvrouw het kamertje
kwamen, begon ik te beseffen, wat er ge
beurd was. Met ons drieën dankten we God
de wonderbare redding. Maar onze
TTN nu....
J~' Ik vergiste me niet. Hij wès het. Ik
herkende hem, al droeg hij dan burgerkle
ren. „Heeft iemand het ongeluk zien ge
beuren?" vroeg een politieagent.
Er werden antwoorden gegeven.
„Hij reed veel te hard." hoorde ik zeg
gen.
Ik draaide me half om.
„Dat is niet waar." zei ik. „Hij reed heel
gewoon. Het kind heeft alleen schuld, of
liever: de ouders van het kind. Ze moe
ten beter op hun nageslacht letten. De au
tomobilist heeft juist alles gedaan om een
ongeluk te voorkomen en met succes.
Correspondentie en oplossingen aan de
heer H. J. J. Slavekoorde, Goudreinctstraat
125. Den Haag.
Sam Loyd
jan. 1841) i
april 1911).
Deze rubriek is niet de juiste plaats om
een opstel over de prestaties van Loyd te
leveren, en evenmin is hier een beschouwing
Loyd op latere componisten heeft geoefend.
Wij volstaan daarom hier met de aanteke
ning. dat zijn veelomvattend en veelzijdig
oeuvre is vastgelegd in een prachtig boek
..Sam Loyd und seine Schachaufgaben", dat
bij ons weten helaas nog slechts antiquarisch
verkrijgbaar is.
Ter herinnering aan deze fameuze pro
bleemcomponist plaatsen wij ditmaal vier
zijner problemen, tamelijk willekeurig uit
zijn werk gekozen.
wm Wmi
M p-
i
i
PA#"
Oplossingen
Mat in dri* zetten.
Hieronder volgen de oplossingen der op
gaven. geplaatst in onze rubriek van zater
dag 22 april, onder de titel „Herinnering aan
Rubinstein".
2. Hans Herzei—Alois Herzei: Zwart had
gedacht dat wit in geen geval kon spelen
1. Dxe3! fxe3: 2. Txf7 wegens 2. e2 en
de zwarte pion kan niet tegengehouden
worden. Wit speelde dit niettemin en ver
volgde toen met 3. g6!. waarna zwart het
opgaf. Ook 3. Txg6t helpt niet wegens
4. elD; 5. Tf8 mat!
3. RotlewiRubinstein: 22. Txc3!l 23.
gxh4 Td2ü 24. Dxd2 Lxé4t 25. Dg2 Th3ü en
wit gaf het op. Er volgt mat in ten hoogste
drie zetten, nl. 26. Tf3 Lxf3 27. Ld4 L.vd4 en
28. Txh2 mat.
4. RubinsteinGrünfeld: 40. Lxe4ü Tdxe4:
41. Txe4 Txe4: 42. Txa6t Kh5; 43. f3! en al
leen 43. Txh4t kan het dreigende mat
verhinderen. Zwart gaf het daarom op.
een Jood. U spaarde t
waren dus ook nog
„Ah!" Hij draaide zich
het raam. Daar bleef hij staan, de han
den in de zakken en staarde naar bui-
„Ik herinner het me."
„Waarom deed u dat voor mij?"
Het bleef even stil. Ineens begon hij de
kamer op en neer te loopen, zonder daar
bij mijn richting uit te kijken.
„Waarom? Om mijn geweten te sussen,
denk ik. Om het geschreew in mijn
oren tot zwijgen te brengen. U sprak van
goede Duitsers. Die zijn er zeker. Ik zou
ze u kunnen aanwijzen. Maar ik was géén
goede Duitser. Eens was ik op een ander
zolderkamertje, ongeveer gelijk aan het
uwe. Daar zat ook een Jood. Weet u. wat
ik toen gedaan heb? Ik heb geslagen en
getrapt Ik moest wel. Nee. ik had moeten
weigeren. Maar ik durfde niet, want ik was
in gezelschap. Ik was bang voor mijn
eigen leven en daarom nam ik dat van
een ander. Ziet u, deze geschiedenis heb
ik nooit kunnen vergeten. Sindsdien heb ik
geprobeerd een herhaling te voorkomen
Dat is de verklaring voor mijn zoge
naamde goedheid!"
PZAG DIE andere Jood voor me in
mijn gedachten. Een volksgenoot....
En ik deed alle moeite de weer opduiken
de haatgevoelens tegen alles wat Duits
was te onderdrukken.
„Ik heb geen rust meer gekend nadien."
vervolgde de Duitser. „En ik heb nóg
geen rust. Het Jodenbloed schreeuwt om
„Er is maar één oplossing voor u",
zei ik. „Door een Jood is er onrust in uw
leven gekomen. Door een Jood moet de
rust terugkeren."
Waarom vertelde ik hem dit. Waarom
vervloekte ik hem niet?
„Ik begrijp, wat u bedoelt." Hij stond
het
„Ik heb dat middel
TVTOG dezelfde avond bracht ik mijn plan
1ten uitvoer. Ik liet me bij hem aan
dienen in zijn hotelkamer en hij ontving
me koel-beleefd.
„Bent u van de politie?" vroeg hij.
„Nee," antwoordde ik.
Direct werd zijn houding iets vriendelij
ker.
„Gelukkig. Ik was al bang. Ik houd niet
van de politie
„Het ongeluk was niet uw schuld," zei ik.
„Ah.... u was er bij! U weet ervan."
Zijn gezicht verstrakte opnieuw. „Dus
toch van de politie!"
„Nee, ik was toevallig getuige van het
gebeurde. Ik hoorde bij de omstanders."
„Ach zo! Ja, dat is me wat. Ben ik
voor het eerst in Nederland en daar over
komt me zoiets. Gelukkig heeft het kind
geen ernstige verwondingen opgelopen. Je
zou zo denken, de politie moest blij
zijn met deze eenvoudige oplossing. Maar
nee, de heren willen precies weten, hoe
alles in elkaar zit. Terwijl ik vanmorgen
de zaak al uitgelegd heb, komen ze me
vanmiddag nog eens ondervragen. Hebben
ze niets anders te doen?"
Ik besloot het ongeluk het ongeluk te
laten. Op de man af vroeg ik:
„Weet u zeker, dat u vandaag voor het
eerst in Nederland bent?"
Hij schrok en gaf geen antwoord. Lang
zaam liep hij naar de tafel, waar zijn siga
retten lagen. Hij stak er een op, keek
toen langs me heen naar de deur.
„Wat bedoelt u met die vraag?"
„Alles!" zei ik. „Ik wil weten, of het
mogelijk is, dat ik u tijdens de oorlogs
jaren ontmoet heb. Herkent u mij?"
„Nee, ik herken u niet. U wilt mij toch
geen verwijten gaan maken, hoop ik. De
oorlog Is voorbij."
Nu keek hij me strak aan. Net als toen.
Ik vergiste me niet. Hij was het.
„Nee, geen verwijten," zei ik. „Ik wil
u bedanken. Herinnert u zich niet, dat we
zeventien jaar geleden ook zo tegenover
elkaar stonden op een zolderkamertje in
helpen. Ik heb ook massa's geld gegeven
ten bate van de nieuwe staat Israël.
Maar het hielp me niet. Voor mij is er
geen hulp."
„Nee," zei ik, „dat alleen kan u niet
redden." En plotseling begon ik er iets
van te begrijpen, waarom ik de oorlog
mocht, nee moest overleven.
„Maar er is andere hulp voor u. Ik ken
een Jood, die u de rust terug kan geven."
„Wie dan?" Met een ruk keerde hij zich
weer naar me toe. Het leek, of hij met zijn
felle ogen het antwoord uit me wilde trek-
Jezus," zei ik. „Zijn bloed schreeuwt
niet om wraak. Zijn bloed schenkt verge
ving."
„Ook voor mij?" vroeg hij.
„Ja, ook voor u. Dit zeg ik u als Jood en
als Christen. Dit zeg ik u uit naam van
mijn Landgenoot en mijn verlosser."
Meteen liep ik de kamer uit. Ik haastte
me de trap af, het hotel uit. Maar nog geen
minuut later voelde ik een hand op mijn
schouder. Hij was me achterna gekomen.
„Wilt u voor me bidden?" vroeg hij.
We stonden stil, midden op straat. Om
ons heen was de gewone avonddrukte van
de stad. De voorbijgangers keken naar
ons. Maar niemand van hen zal vermoed
hebben, welke grote dingen daar vlak
„Ik
u Jezus gevondi
Voor de tweede maal verwijderde ik
me. En ditmaal liet hij me gaan. We heb
ben elkaar niet teruggezien sindsdien. En
toch voel ik hem op de een of andere ma
nier in mijn nabijheid. Dat komt, geloof
ik. omdat Jezus voortdurend in onze na
bijheid is.
MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN
25. Wie steekt daar zijn hoofd boven
de kuil uit? Inderdaad, dat is Murr de
kater. Hij wordt zwaar bewaakt door de
zeerovers en moet voor hen graven naar
de schat, die ze zeoeken. „Vooruit Ben
jamin, jij moet me bevrijden," fluistert
hij. ,J)an moet ik eerst aan Egel vra
gen, hoe we het zullen doen," antwoordt
Benjamin Konijn en rent snel weg.
„Egel, Egel, kom snel, ik heb Murr ge
vonden en hij moet voor de rovers naar
de schat graven." „De schat? Meneer
hier, heeft juist gezegd, dat zijn over
grootvader..." Benjamin laat hem niet
uitspreken.
26. „Waarom doe je zo opgewonden,
Benjamin?" vraagt Egel. „Jullie staan
met de schatkist in je handen en de zee
rovers kunnen elk ogenblik hier binnen
komen." Benjamin blijft aandringen. De
anderen lachen: „De schatkist? Daar zit
alleen maar het wasgoed in, dat we juist
aan de lijn zouden gaan hangen. We
moeten Murr nog bevrijden. Dat doen
we als we de was aan de lijn hebben."
„Psst, daar komt de kapitein..."
(Vervolg)
Toen stond ze op, maakte
het paard los en wandelde
naast de koning terug naar
het paleis.
Het was al bijna avond.
De zon zonk bloedrood ach
ter de bomen van het park,
het paleis straalde in het
licht van duizenden kaar
sen. In de tuin werden stoe
len en tafeltjes klaargezet,
want de dag zou worden
besloten met een groot bal.
De gasten kwamen al, de
muzikanten zaten al op het
podium. Prins Towi liep
kauwend over het grasveld,
prins Fico zat onder een
boom te schaken met de
eerste minister, prins Ro-
mu liet aan een hofdame
zijn medailles zien, die hij
bij schaatswedstrijden had
gewonnen. Tirala bracht
haar paard naar de stal en
stond opeens stil. Wat hoor
de ze daar? Trompetge
schalmaar het was nog
te vroeg om met het bal te
beginnen. Er kwam nog een
gast! Een heel belangrijke
gast!
Ze rende naar de voor
zijde van het paleis. Daar
door Thea Beekman
reed juist een grote, stof
fige koets door de poort,
met modder aan alle vier
de wielen. Er sprong een
jongeman uit, die er vrese
lijk uitzag. Hij droeg hoge,
bemodderde laarzen, een
doorweekte, gescheurde
mantel, zijn zwaard was ge
broken en zijn verwarde
haar hing over zijn voor
hoofd. Toch was hij een
echte prins. Hij boog diep
voor de verbaasde koning
van Zingland en voor prin
ses Tirala.
Vergeef mij, sire en
liefste prinses, dat ik in
zo'n vreselijke toestand en
zo laat bij u kom. Maar op
weg naar uw rijk overkwam
mij iets
Bent u met de koets
in het water gereden? vroeg
Tirala verschrikt.
Prins Herold keek haar
aan en schudde ernstig het
Neen, lieve prinses.
Maar in mijn land had het
weken achtereen geregend.
De rivieren waren gezwol
len en de grote brug was
door het water stukgeslagen
en ingestort. Aan de oever
van de rivier stonden tien
tallen angstige mensen, die
nu niet naar hun huizen en
gezinnen aan de overzijde
konden terugkeren, en die
toch naar huis moesten,
want die huizen werden
door het nog altijd stijgen
de water bedreigd. Ze wa
ren wanhopig, die arme
mensen, want geen en.
kele veerman durfde het
aan hen met een boot naar
de overzijde te brengen. Het
water in de rivier was zó
woest en stroomde zo
snel Toen ik daar aan
kwam en ze mij herkenden,
smeekten ze om hulp. Ik
heb die mensen toen i
de overkant geroeid.
O, riep Tirala uit. U
had wel kunnen verdrin
ken, prins Herold.
Ach, dat viel wel mee.
Het was niet gemakkelijk
om die zwaarbeladen boot
door de stroomversnellingen
te sturen, maar het lukte
toch. Zodra de mensen vei
lig de overzijde hadden be
reikt keerde ik met de boot
terug om mijn koets en
dienden te halen, want ik
had een geschenk voor u bij
mij en dat wilde ik u graag
geven.
(wordt vervolgd)
Kruiswoord-puzzel
HORIZONTAAL: 1. band om vaatwerk, 5. kledingstuk. 10. vlakte
maat, 12. vogel, 13. leeg, 15. jongensnaam, 17. rivier in Nederl., 18.
paardenvlieg, 20. kruipend dier. 22. telwoord (Fr.), 23. afkorting van
dona, 25. bekende afkorting. 26. lidwoord. 27. stad in Zweden met
lucifersfabrieken, 31. uitroep, 32. spil van een wiel. 34. het ophouden
met een beweging, 41. voorvoegsel. 42. voorzetsel, 43. lidwoord (Fr.).
44. voorzetsel, 45. soort v. kabeljauw, 47. stadje in België, 49 bij elkaar
behorende voorwerpen, 51. voorvoegsel, 53. gem. in Drente. 55. eer,
58. vermoeid, 59, disselraam met twee armen voor één paard, 60.
eertijds.
VERTICAAAL: 1. dorp in Friesland. 2. vreemde munt, 3. zwemvogel,
4. voegwoord, 6. bijwoord, 7. opgegeven werk, 8. tijdrekening. 9. ge
logen kwaad, 11. muzieknoot. 14 rijtuig op twee wielen (Ind.), 15.
staat meestal boven drukwerk. 16. rund, 17. hemellichaam, 19. voor
zetsel, 21. kan men op schrijven. 24. muzieknoot. 27. kledingstuk. 28.
heks, 29. term bij het schaakspel. 30. zoon van Jacob, 33. schaaldier.
35. gem. in Gelderl.. 36. zijtak Donau, 37. muzieknoot. 38. meisjes
naam, 39. ontkenning, 40. modder. 45. taaie aardsoort. 46. gebod, 47.
luitenant <afk.), 48. stad in Italic. 50. baan voor balspel, 52. schei
kundig element (afk.), 54. stok, 56. uitroep, 57. lidwoord.
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
HORIZONTAAL: 1. bizar, 6. ga
zon. 11. kom, 12. aar, 14. fee, 16.
An, 18. armee, 20. Po, 21. moeder,
22. letter. 23. eg. 24 km. 26. os. 27
n.d., 28. age, 30. Ilm, 32. ego, 34.
al, 35. k.p., 37. it, 38. md, 40. made.
41, leven, 42. Amer, 43. nu, 44. dm,
45. kt. 47. en, 49. sar, 51. are. 53.
een. 56. as. 58. s.L. 59. Ne. 61 Be.
12. kennel, 64. monter, 65. et, 66. al
les. 69. N.T., 70. hen. 72. eed. 73.
hel, 75. komma. 76. paria
VERTICAAL: 2. ik, 3. zondag,
i. AAL, 5. kamp, 7. af, 8. zestig,
9. o.e10. hamer. 12. ar, 13. re,
15. horde, 17. nog. 18. ark. 19. els.
20. pen. 25. mi. 26. om, 23. aldus.
29. E.K.. 31. lever. 32. et, 33. Om
men. 34. aan. 36. olm. 37. ink, 39.
den. 44. Dr. 46. te. 48. baken, 50.
Arnhem. 51. al. 52. en. 54. een
der, 55. verto, 57. set, 58. sla, 60.
Ems. 61. ben, 63. klem. 67. Ie, 68,
ed. 70. ho. 7L N.M.. 73. ha. 74. li.
INZENDINGEN
Inzendingen worden vóór don
derdag a s. op ons bureau ver
wacht. Oplossingen mogen uit
sluitend op een briefkaart wor
den geschreven. In de linker
bovenhoek vermelden „Puzzel-
oplossing" Er zijn drie prijzen
een van 5.— en twee van 2.50.
Dag nichten en neven
Hebben jullie genoten van de feesten op Koninginnedag? Jammer dat het weer
een klein beetje somber was. Het oranjezonnetje wilde maar niet erg doorkomen.
Jullie hebben 's morgens allemaal fijn gezongen op de markt heb ik wel uit de
brieven begrepen, 's Avonds de lampionoptocht, was wel het grootste feest! Hebben
jullie ook nog poppekast gezien. Nou ik wel hoor! Het was wat leuk!
Vergeten jullie niet je geboortedatum in de brief te schrjjven?
Laura BUI. Lenie
Lang zullen ze leven Marjan Bos, Clarie Breederland, Gerard Elkhulzcn,
Marianne EUgenraam, Thea Hamoen, Jan de Korte, Hcnriette Pruim, Marian v. d.
S'elt en Cobie Vllegenthart van harte gefeliciteerd met jullie verjaardag van de
nichten en neven.
gebracht. Heerlijk dat
Heb jij genoten ln Apeldoorn, eaa,
Rpnnir AI«P? Wat r.ra rlat tul. 6,
naken! Hoe heet
broer Grectje Aar-
sen? Wat grappig dat
bravinkjes een nestje bouwen
•"-* stro. Heb jij geen zus-
Bedankt voor je mooie
Gewel
dig dat Jij bij je broer op de
scooter mag zitten. Heb jij ge
noten op Koninginnedag? Har
telijk welkom bij de nichten en
neven Ali Baan. 'k Geloof best
dat jullie wel eens vechten. Wel
leuk zoveel broertjes en zusjes
hoor! Héél veel plezier woensdag
een briefje P. Been? Waaro
schreef jij je voornaam nie
Jij hebt mooie tekeningen g
maakt Lenie Bergwerff. Hart
lijk bedankt hoor! Uit je bri
begrijp ik. dat jullie nu e<
mooie winkel krijgen. No"
of ik wel eens in jullie d
Misschien zie je'
Jos heeft er ook wel eens een
ezoek gebracht. Hebben jullie
1 veel konijntjes in de duinen
ezien? Ben jij lang aan
oord geweest, Ina v. d. Boo-
aart? Vindt je het leuk? Ga jij
dHKees13 v°k *d
Boogaart? Moet jij ook schipper
1 jij ook op de
burgemeester vond
is het groot feest Marianne Ey-
genraam. Mogen jouw vriendin
nen ook vandaag komen? Veel
Diezier hoorl Van jou had ik
meegedaan? Had jij ook je fiets
bloemkool zelf geteeld?
Jij niets te schrijven
Geerlof? Is jouw k
irkt zingen? Heb jij pappa al Bruijn. Fijn dat de kinJe:
bezoek gebracht? Jij hebt de blaadjes weer meenemen,
s wel goed je best gedaan op Heerlijk dat jullie zoveel lek-
lool Garrie Boonstra. Was het kers hebben gewonnen. Ben jij
hoor! Heeft jouw neefje ee
je voor de schildpad ger
Wat krijgt hij allemaal te
ïeke de Bruijn? Stond alles ik deze keer
;p,*?- Heb jij ger
David Bouw.
Krijg
wacht. Wat heerlijk dat jul
lie de wedstrijd gewonnen heb
ben Riek Binnendijk. Ben jij
Hebben jullie dinsdag
erg verwend? Was er oij jui
lie in het dorp geen lampion
optocht, Hans Binnendijk? Wel
ke prijs heb jij gewonnen? Hac
op de padvinderij begrijp ik wel
uit jouw brief, Arie Boelhouwer.
Het is een mooi verhaal wat jij
tante Jos schreef hoor! Mocht
jij die zaterdagmorgen ook naar
de plechtigheid? Schrijf je eens
gauw of Je gids geworden bent?
Wat ben jij een boffert Lenie
We hebben dit
maal weer een
gezellige kruis
woordpuzzel. Om
de vakjes zien
jullie voorwer
pen met pijltjes
naar rechts of
naar beneden
aangegeven.
Staat het pijltje
naar rechts dan
moeten jullie de
voorwerpen naar
rechts invullen,
staat het naar
beneden dan gaan
we natuurlijk van
boven naar be
neden invullen.
Erg gemakkelijk
vinden jullie
niet? De oplos
sing moeten jul-
)oor dinsdag
iet inzenden.
dag? Mochten jullie in die trein
tjes zitten? Knap hoor dat jouw
broer zelf een telefoon heeft ge
maakt. Jouw vriend is maar een
boffert hoor! Hebben jullie woens-
feest gehad? Fijn
i jou
brief. Lea Bm
n moet Jij weten
Heuvel, jullie lieten ook al ver-
JuJIie hebben gis-
u-, '—t gehad. Ria
pret gehad? Waai
Clari
t Lenie al zoveel? Heer
jullie met z'n drieën te
in bad mochten. Zou jij
zusjes willen hébben? M
srgen papa's stoel nog v
- jou is het ma
st. Clari! Mogei
j komen. Héél veel
babietje gekrege
oertjes en zusjes heb jij?
welke prijZL..
reikt Ina Buitelaar? Wist jij an
ders niet te schrijven? Wat
enig dat er bij jullie zo'n klein
geitje is geboren, Lanr'a Bijl.
Kan ze al goed springen? Jij
hebt dus wel een mooi huisje
voor haar gemaakt. Hoe komt
het dat de poesjes boven in het
hooi liggen? Heb je ze nu alle
maal gezien? Wat erg dat die
stoute hond Jouw jurk heeft ge
scheurd. Was mamma erg boos?
Heb jij al uitslag van je ver-
gekregen, Lenie
'as het moeilijk? Is
eer beter? Heb jij
kregen. Rla de Heijer. Het is li
Corry HeiJI. Wat
Had jij gee
gaan? Wanr
terug? - Krijg 1k
laken Jannle Hofstee.
Heb
kan jij al op de bic
len? Krijg jij van de
school, les? Groeien d
geitjes hard?