v m
Ir
t
Hoe prinses Tirala een bruidegom koos
I i i f
ZONDAGSBLAD
rX
i.A
m\
m
J
PUZZEL VAN DE WEEN
Xv
rm'fPmH
m 'f? W-'"
m w w w
ONZE BRIEVENBUS
ZATERDAG 22 APRIL 1961
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
Incident op de Reehorst
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
HET kwam zo: Ik miste juist de trein
naar huis en had de snel verkleinen
de rode achterlichten in de nacht slechts
voor het nakijken. Wat moest ik doen?
Mijn vrienden die mij hadden afgezet aan
het stationnetje waren alweer op weg naar
hola en die weg terug te lopen in de re
gen en het donker lokte me niet erg aan.
In de wachtkamer werd reeds het licht
uitgedaan en slechts onder een sober
lampje op het lege perron stond ik als
een vergeten mens in de nacht...
„Waar wilt u heen?" vroeg opeens een
•tem uit een halfgeopende deur van een
der dienstvertrekken. Hij leek mij te be
horen aan de perronchef die klaarblij
kelijk mijn falen had gezien.
„Wist lk het maar", zei Ik. „Ik ken
hier niemand. Hoe laat gaat de eerste
morgenochtend
„Zes uur twintig meneer", antwoordde
de chef. „Maar als u hier ergens slapen
wilt., tien minuten hier vandaan op de
hoek van de Reeweg en de Boslaan vindt
u een pension pension Reehorst Als u
negt dat ik u heb gestuurd dan is het wel
ia orde."
„Dank n" zei ik opgelucht en stond in
derdaad tien minuten later voor het
huis. Tot zover was er niets wat ook maar
enigszins op een incident kon duiden. De
eigenaar van de Reehorst, tenminste ik
veronderstelde dat het de eigenaar was,
wees mij onmiddellijk en gedienstig een
behoorlijke kamer. Het was een wat schu
we man met sluik haar, dat telkens voor
sijn ogen viel. maar ik moet eerlijk beken
nen dat ik niet zo erg op die man heb
gelet. We deden vlot zaken. Ik rekende te
gelijk af, want ik wilde niet dat hij voor
mij vroeg zou opstaan en voor een ont
bijt behoefde hij niet te zorgen, zodat ik,
■o gezegd, met de noorderzon kon verdwij
nen. Ik kreeg bovendien nog een wekker
klokje van hem. De kamer had een bal
kondeur, waaruit ik zo'n beetje kon op
maken, dat ik aan de achterkant zat. Een
Bijraam gaf uitzicht op de weg die ik net
was afgekomen. Maar dat interesseerde
me verder niet. Het bed was helder, ik
stelde het wekkertje af en kort daarop
moet ik in een diepe slaap zijn gevallen.
Ik weet alleen, dat ik op een gegeven ogen
blik wakker werd door een dichtslaande
deur of zoiets. Maar daar alles verder
weer stil bleef sliep ik weer in totdat het
wekkertje me weer wakker riep.
Ik zou alles weer zo vergeten zijn ge
weest als de volgende morgen bij mijn
aankomst in de stad zich geen buitenge
wone gebeurtenissen hadden voorgedaan.
Ik had nl. juist de trein verlaten toen ik
mij plotseling geflankeerd zag door twee
heren die met mij meeliepen. Ik bleef ver
wonderd staan en vroeg: „En?" Het ant
woord was schokkend voor me.
„Politie. Wilt u rustig meelopen, want
wij wilden u een paar belangrijke vragen
stellen. U bent toch meneer Van Lier?"
„Ja, inderdaad" bekende ik. „Maar dat
is me nog nooit overkomen. Wat wilt u
van me weten?"
„Niet hier", was het wederwoord en een
zachte druk op mijn arm overtuigde me,
dat tegenspartelen geen enkele zin had
dus zat ik een paar minuten later onop
vallend in een auto die me binnen tien
minuten afleverde op het bureau van een
correct man, die me overigens wat on
vriendelijke vragen stelde. Ik vond het al
lemaal wat onwezenlijk. Hij wilde weten
wat ik de vorige avond had gedaan. Dat
was volgens mij allemaal zo glad als een
aaltje. Ik had een lezing gehouden voor
een studiekring en de nabespreking had
wat lang geduurd zodat men mij aanbood
met de auto naar het station te brengen.
Enfin, alles wat u al weet. De volgende
morgen was ik op de Reehorst om kwart
voor zes opgestaan. Het huis was doodstil
en ook op ae weg was ik niemand tegen
gekomen. Er was een andere perronchef
en met nog drie passagiers stapte ik in de
eerste trein. Ik vertelde zelfs dat ik een
keer was wakker geschrokken maar niet
goed wist waardoor en dat ik veronder
stelde dat er een deur was dichtgeslagen.
Dit scheen opeens een belangrijk punt voor
de politieman, gehoord zijn „Aha.... juist
ja aha. En hoe laat was dat?" Ik ver
klaarde het niet te weten, maar de span
ning werd me toch te groot toen de poli
tieman bleef aandringen me alles goed te
herinneren.
„Ik heb Q alles verteld wat ik weet
maar zegt u mij in vredesnaam wat er
aan de hand is." De inspecteur antwoordde
niet direct maar vroeg even later: „U
weet zeker, dat u in de benedengang van
het huis niets bijzonders hebt gezien?"
„Hoe zou ik?" vroeg ik. „Ik kwam er
In donker m en ging er in donker uit."
De politieman keek mij onderzoekend aan
en zei: „Er stond een pantoffel boven aan
de keldertrap en de eigenaar lag dood op
de betonnen keldervloer. Hij was kennelijk
met geweld het trapgat ingeduwd.
T\/fAAR u hebt niets gezien, niets gehoord
-LV1 en in een vreemd huis zomaar gesla
pen."
Ik was de eerste seconden sprakeloos en
begreep, dat ik tegen wil en dank in een
lelijke zaak was betrokken. „Ik verzeker
u, dat ik met dit hele geval niets te ma
ken heb en of u het gelooft of niet, ik
heb geslapen", verklaarde ik met nadruk.
Maar de inspecteur ging stug door met
vragen en wilde beslist weten of ik wel
meer in Schaebergen kwam en of ik daar
relaties had. Toen dit voor hem geen be
vredigende resultaten opleverde zei hij op
eens: „Ik zou het toch wel op prijs stel
len indien u even met me meereed naar
Schaebergen."
„Als het moet", zuchtte ik. „Vooruit dan
maar." Om kort te gaan, drie kwartier
later zat ik in het huis van de perron-
chef die mij de avond tevoren zo gedien
stig naar de „Reehorst" had verwezen.
Hij ontving ons opvallend hartelijk. De in
specteur vroeg mij of ik de man herken
de. „Inderdaad" zei ik. Hierna moest de
chef vertellen hoe hij de eigenaar van,,De
Reehorst" kende en hoe hij wist, dat men
daar reizigers opnam voor één nacht.
Door
Herm. Steggerda
een plaats als deze kent iedereen ieder
een. Ik heb die man eens bij me gehad.
Hij wilde reclame ophangen voor zijn pen
sion in de wachtkamer en hij vroeg me
toen reizigers te sturen. Zodoende. Dat
klonk in mijn oren overtuigend genoeg. De
inspecteur bewaarde echter een lang stil
zwijgen maar stond toen ineens op en zei:
„We gaan even een kijkje nemen op de
Reehorst, heren."
sen met en zonder uniform reden af
en aan en liepen het huis in en uit. De
chef werd met respect begroet, zag ik.
Het eerste wat hij deed was ons confron
teren met het slachtoffer, dat we beiden
herkenden. Daarna verzocht hij mij naar
de kamer te gaan waar ik die nacht had
geslapen. Hij gaf enkele bevelen en vroeg
mij goed te luisteren naar wat er nu ge
beuren ging. Het werd me snel duidelijk,
want er werden beneden een aantal deu
ren dichtgegooid en steeds vroeg de inspec
teur mij: „Herinnert u zich goed., was het
soms dit geluid?" De derde maal herken
de ik het geluid door het rammelen van
een ketting of iets dergelijks, wat vaag tot
mijn onderbewustzijn was doorgedrongen.
De inspecteur bleek tevreden over dit re
sultaat en bracht mij snel naar de huis
kamer beneden, waar ik de chef weer ont
moette en een vrouw, die in een stoel
naast de haard zat en in haar ogen wreef
met een klein zakdoekje. Ik kwam tegen
over haar te zitten en wachtte de verde
re gebeurtenissen met grote spanning af.
Een agent stond voor de deur. Daarop be
gon de inspecteur: „Nu wil ik u een boei
end verhaal vertellen", maar op datzelf
de ogenblik kwam een man binnen die de
inspecteur twee enveloppen overhandigde.
Ik hoorde de inspecteur vragen: „En?
Was het zo?", waarop de ander bevesti
gend knikte. Toen zette de inspecteur zijn
verhaal in met een: „Het is nu ongeveer
twee jaar geleden, dat er op een zomer
se zaterdagavond vlak na het vertrek van
de laatste trein een overval werd ge
pleegd op het kleine station Hoog Walen,
u weet, zomers een druk station door veel
week-enders."
DE chef zei: „Dat weet ik, daar heb ik
zelf gestaan".
„Precies", vervolgde de inspecteur. „Uw
geheugen is goed. maar het mijne ook".
De vrouw hield op met huilen en begon
het zakdoekje op haar schoot te verfrom-
Herinneringen aan
Rubinstein
In de ouderdom van 78 jaar is kort gele
den te Brussel de grootmeester (in ruste)
Akiba Rubinstein overleden. Al meer dan
30 jaar kwam Rubinstein niet meer op toer
nooien uit. Als gevolg van een geestesstoor
nis verbleef hij vele jaren in een sanato
rium. In zijn tijd was Rubinstein echter een
fenomeen. Hij heeft een geweldige toernooi-
lijst op 2ijn naam staan. Vooral zijn verbluf
fende eindspeltechniek wekte algemene be
wondering.
Ter nagedachtenis aan deze grote schaak
speler geven wij onder de nos. 3 en 4 twee
van zijn meeste bekende winstmanoeuvres.
Van lichter kaliber zijn de nos. 1 en 2. Hzt
zijn enkele „paas-eitjes" welke wij in het
Duitse schaakblad ..Schach" aantroffen. Bij
no. 2 plaatsen wij een kleine aantekening.
Zwart was van mening dat wit in geen geval
mocht spelen 1. Dxe3, fxe3 2 Txf7 wegens
2. e2 en de zwarte pion promoveert. Wat
dunkt U, was deze redenering juist?
1. Uit een partij Beisser-Lawman (Corr.
wedstrijd».
3. Uit de party Rotlewi-Rubinstein, Lodz
1907.
melen. De inspecteur vervolgde: „U werd
toen door het personeel gevonden, zwaar
gekneveld onder uw bureau, met een paar
blauwe ogen en bloedende handwond, is
het niet. meneer Donker?". „Inderdaad",
gaf de chef toe.
„Men had waardering voor uw optreden
en u kreeg overplaatsing naar Schaebergen
omdat u dat zo graag wilde. Waarom heb
ik nooit begrepen, omdat Schaebergen ze
ker niet belangrijker is dan Hoog Walen
maar goed, dat was uw zaak, maar ik
vond het toch wel belangrijk uw verdere
prestaties in het oog te houden, want ik
vond aan het gehele geval iets vreemds.
Gek, vindt u niet? Apropos, ik vind, dat u
wat stug doet tegen mevrouw Heul ink, te
meer waar een grote hinderpaal voor uw
beider geluk toch uit de weg is geruimd.
Ik zag dat het bloed de vrouw naar het
gezicht steeg. Verontwaardigd beet ze: „U
beledigt mij. Hoort dat bij uw werk
soms?" De chef was boos opgesprongen
en stotterde door opwinding, maar op een
zachte vermaning van de inspecteur zak
te hij weer terug in zijn stoel. „Wel, wel,
wat een opwinding", grijnsde de inspecteur.
„Maar waarom bekent u niet mevrouw,
dat u uw man heeft voorgelogen, door zo
genaamd naar de stad te gaan voor bood
schappen. U bent niet eens aan het sta
tion geweest."
„Ik ben met een kennis van me in de
auto gegaan", nijdigde de vrouw terug.
„Dat klopt", zei de inspecteur. „Maar
die auto ging naar Dulzen, waar de heer
Donker op u wachtte en dat mocht het
slachtoffer niet weten."
„U spreekt in raadselen", zuchtte" de
chef geërgerd. „Wilt u mij intimideren?"
„Kom, kom, meneer Donker, lees dit
briefje eens. Dit is kennelijk van uw hand
en we vonden dat in de boodschappentas
van de ongelukkige weduwe. Hier staat:
„Kom morgen op de bekende plek."
„Onzin, dat is niet van mij", antwoord
de de chef. Maar de inspecteur ging on
verdroten op het thema door. „Het schrift
is wel wat verdraaid, maar de meeste let
ters kloppen toch met het handschrift in
uw boeken op het kantoor. Zet 'uw bril op
en bekijkt u het goed, want dat is zeer
belangrijk voor u."
„Ik heb geen bril".
„U bedoelt, ik heb geen bril bij me en
dat klopt meneer Donker, want die is bij
de opticiën in de stad."
„Ik zeg u toch.."
„Ja ik weet wat u zeggen Wilt Kijk",
de inspecteur opende een enveloppe en
haalde er een kleine glasscherf uit. „Kijk,
dat stukje past precies in het linker brille-
glas dat vannacht gebroken is." De chef
sprong driftig op en beet: „Ik begrijp nu
waar u heen wüt, maar ik l^at me geen
moord opdringen. Ik heb met die affaire
niets te maken. Ik ben niet in dat huis ge
weest."
„Wacht nog even", zei de inspecteur
niet het minst onder de indruk. „Kijk,
zo'n betonnen keldervloer is hard en dat
scherfje glas lag tegen de trap aan onder
het slachtoffer. Dat is toch I gek, vindt u
niet? En dan nog iets. iets dat u beslist
verheugen zal. Dat geld van de overval
is nooit gevonden, maar het is zo vreemd,
dat u uw bril hebt gebruikt toen u een af
betaling op een schuldbekentenis van ƒ8000
parafeerde. Die heb ik hier in de enve
lop. Ik wist niet, dat u over zoveel geld
kon beschikken. Dat pension ging niet zo
best en derhalve liep de afbetaling ook niet
zo vlot. 't Ja, is beroerd als de mensen
zich niet aan hun afspraken houden, ter
wijl u wist dat uw schuldenaar veel geld
in huis verborgen hield. We hebben het
maar in beslag genomen om aan de spoor
wegen terug te geven als een restant van
de roofbuit."
den tot de knokkels wit werden. „Het
is ook zo vreemd, dat het slachtoffer vroe-
abcdefgh
Zwart aan zet won op fraaie wijze.
4. Uit een partij Rubinstein-Grünfeld, Sem-
mering 1926.
X
is 1
Wl
WL
A
rh
1 X
A
IA
IBÖ
«_J
abcdefgh
Wit aan zet won sneL Hoé?
2. Uit een corr.-party tussen Hans en Alois
Herzei (1961).
a b c d e f g
Wit aan zet won op fraaie wijze.
Oplossingen
ger ook bij de spoorwegen heeft gewerkt
als wegwerker, maar ontslagen werd i.v.m.
diefstallen uit goederenwagons. Hij en zijn
vriend Van Emert, weet u het nog? Van
Emert zit allang in het buitenland maar
Heulink begon dit pension., en om je nou
een paar blauwe ogen te laten slaan en je
te laten knevelen voor niets, daar is geen
aardigheid aan." „Ik weet niet wie die
overval heeft gepleegd, want de heren wa
ren gemaskerd en vielen mij van achte
ren aan."
„Da's echt gemeen", zei de inspecteur
laconiek. „En dan nog zolang te moeten
wachten op je aandeel, ik kan me best
begrijpen, dat u daar eindelijk eens ruzie
om kreegtemeer daar de kans nu zo
schoon was schoon schip te maken. De
vrouw en het meisje weg. Een vreemde
ling in huis die er verdacht veel mee te
maken zou kunnen hebben als de man toe
vallig zelf wat op zijn kerfstok had. Het
was toofa wat te gewaagd meneer Donker.
Wilt u niet zelf vertellen, want ik verzin
zomaar wat, weet uof vindt u het mooi,
dan ga ik natuurlijk doorgeen ant
woord.. nu dan nog even het, slot. Was
het slachtoffer nou maar wat gewilliger
geweest, dan was er niets gebeurd, maar
de vrouw had u verraden dat het geld
ergens in de kelder was geborgen en daar
wilde Heulink nu precies niet naar toe.
Jammer dat u het niet kon vinden, ter
wijl u er toch overheen gelopen bent. In
*t midden van de vloer zit een putje, daar
onder loopt het gootje naar de zinkput ach
ter in de tuin. Als u nu dat dekseltje had
opgelicht, en uw bril was niet kapot ge
weest, dan had u tussen de stenen aan de
bovenrand een pakje gevonden met uw
deel van de poet jammer. Maar Heu
link sloeg u de bril van het gezicht., en
u liet bij het weggaan per ongeluk een
klein scherfje liggen.Nee, nee, ik weet
wat u zeggen wilt: het was beslist niet de
bedoeling om de man te doden, maar zo'n
lelijke keldertrap zonder leuning en zo'n
harde keldervloer is gevaarlijk als je naar
beneden wordt geduwd Nou, meneer Don
ker, hoe vindt u mijn verhaal.. Ik ben
bang, dat de weduwe nog een aantal ja
ren weduwe zal moeten blijven."
L inspecteur deed geen enkele poging
deze te verbreken. Toen opeens sloeg de
chef de handen voor het gezicht en met
een schorre stem zei hij: „Ik heb het niet
zo gewild. Het was een ongeluk gelooft
u mij., het was een ongeluk..". De vrouw
huilde weer en ik vond het maar een on
verkwikkelijke geschiedenis. Maar de in
specteur zei: „Het spijt me echt voor u
meneer Van Lier, maar u was precies de
laatste schakel die ik nodig had om mijn
verhaal sluitend te maken, en ik heb dit
oponthoud voor u niet kunnen voorkomen."
Ik zei: „Een naar verhaal vond ik het."
„Inderdaad, maar zo kan ik u er nog
wel een paar vertellen en misschien ver
telt u later nog eens van „Een incident
op de Reehorst" en dan zal men misschien
geboeid naar u luisteren. Als u wilt kunt
u weer met me meerijden naar de stad.
Ik breng u even naar uw kantoor. De
heer Donker en zijn liefde gaan met de
anderen mee goedendag heren tot
straks", en tot mij: „Gaat u mee?"
MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN
22. „Hé, dat is leuk, wij worden ge
dragen. Laten we nu goed uitkijken, of
we Murr soms zien, want hij moet hier
in de buurt zijn en we hebben de taak
om hem te bevrijden", zegt Zwijntje.
De twee dragers lopen fluitend met de
koets verder en eindelijk komen ze bij
een dorpje. „Jongens, stoppen", zegt
Zwijntje nu, „ik heb honger. Daar is
een eethuis". De dragers buigen als
knipmessen en één van hen zegt: „Uit
stappen, heren. Even afrekenen, astu- J
blieft." „Afrekenen? Ik heb alleen maar
een dubbeltje", antwoordt Egel.
(Vervolg)
Met trillende vingers en
springend van nieuwsgierig
heid maakte Tirala het
open. Even later hield ze
een bonbonschaaltje in de
hand, zó mooi, zó fijn, zo
prachtig bewerkt, dat alle
aanwezigen de adem inhiel
den. Het schaaltje was van
zilver en had de vorm van
een schelp. Er zat ook een
handvat aan, prachtig ver
sierd met paarlen en bloed
koralen.
Wat schitterend, fluis
terde Tirala en ze keek
naar prins Towi, die don
ker haar had en erg dik
was. Prins Towi straalde
van trots.
In mijn rijk, de Zee
eilanden komen elke dag
grote schepen de havens
binnenvaren en ze brengen
de heerlijkste dingen mee
uit alle hoeken van de we.
reld. Gember uit China en
gesuikerde vruchten uit
Arabië, en ananas van de
door Thea Beekman
Versté Eilanden. Van al die,
heerlijke dingen maken
mijn koks de fijnste gebak
jes ter wereld. Het zal mij
een eer zijn, prinses Tira
la, als u met mij wilt trou
wen en de koningin van de
Grote Eters wilt worden.
Daarna ging prins Towi
een kijkje nemen bij het
buffet, dat volgeladen stond
met verrukkelijke dingen:
gebak en chocolade en taar
ten en pasteitjes en gebra
den kalkoenen en noten en
truffels. Hij watertandde bij
het zien van dat kostelijke
voedsel. Prinses Tirala zag
het wel en ze glimlachte.
Ze vulde de nieuwe 'bonbon-
schaal met lekkernijen en
trakteerde de prinsen en de
koning. Prins Towi
stralend de grootste bon
bon.
Daarna wachtten ze een
tijdje, terwijl ze gezellig
met elkaar spraken. De
vierde prins, Herald uit het
Rivierenland, was nog niet
aangekomen. Maar toen ze
twee uur hadden gewacht
en de vierde prins zich nog
altijd niet had vertoond, be
sloten ze aan tafel te gaan.
De maaltijd was een echt
feestmaal en niemand at zo
veel als prins Towi, en nie
mand sprak zoveel als
nam prins Fico, de schaker, en
niemand bleek zo sterk te
zijn als prins Romu, de
schaatskampioen. De prin
ses vond de drie prinsen
heel aardig, ze lachte veel.
Maar de koning, die haar
nauwlettend in het oog
hield, zag toch wel dat dit
maal haar vrolijkheid niet
écht was. Zo verstreek de
dag met feestvieren. De
vierde prins liet nog altijd
niets van zich horen en de
koning begreep er niets van.
Hij was zelfs een beet
je boos. Natuurlijk was'het
mogelijk dat prins Herald
van het Rivierenland ver
hinderd was geweest te ko
men. Goed, maar dan had
hij toch wel een bood
schapper kunnen zenden.
Het was wel erg onbeleefd
om zomaar, zonder een
woord, weg te blijven!
Later op de middag
merkte de koning dat prin
ses Tirala was verdwe
nen. dat wil zeggen, ze
was weggelopen uit het ge
zelschap van de drie prin
sen, ze had het nieuwe
zwarte paard gezadeld en
was het park ingereden. De
koning, die wel begreep dat
zijn dochtertje over iets
tobde, ging haar zoeken en
vond Tirala aan de rand
van de vijver. Treurig zat
ze in het water te staren.
(wordt vervolgd)
abcd«fgh
Pit aan zet Hoe ging het vrrder. denkt U?
Hieronder volgende oplossingen der opga
ven. geplaatst in onze rubriek van zaterdag
8 april j.l. („Half om half").
1. Probleem van Sonncnfcld (met witte
Kbl). Opl. 1. Pe2 (dreigt 2. Dxd4).
2. Probleem van Sonncnfeld (met witte
Ka6) Opl. 1. Pe6! (dreigt 2. Pc5).
3. Studie van G. W. Jensch. 1. Pc3t. Dxc3
2. Pd6!, Kf4! 3. g3t. Kg4 4. Kg2, Pg5 5. Pf7!.
Dg7! 6. Txg5t!. hxg5 7. Ph6t. Dxh6 8. e4!!. h4
9. h3t. Kh5 10 g4 mat
4. Probleem van G Pfeiffer. 1. Ld8 (dreigt
2. Pdc7r). Taxd8 2 Pc7tt. Kxe7 3. De6+,
exd6 4. Ped5t. Kxe8 5 Te7!, Tfxe7 6. Pf6mat.
Correspondentie en oplossingen aan de
heer H. J. J. Slavekoorde, Goudrelnetstraat
125. Den Haag.
Horizontaal: 1. glaasje sterke drank, 6. steensoort, 12. lichaams
deel, 14. tweetal, 16. scheikundig element (afk 18. na datum (afk.),
19. muzieknoot, 21. gebod, 22. voorzetsel, 23. toekomend deel. 26.
volhardende geestkracht, 29. tegen, 30. vrijbuiter, 32. gewicht in
China, 33. rijschool (afk.), 34. en personne (afk.), 36. oude bena
ming voor liter, 37. voornaamw. 38. adellijke titel in Engeland
(afk.), 33. metalen haak, 41. eenmaal, 43. uitroep, 44. stad aan de
Guden Aa op Jutland. 45. nevenschikkend voegwoord, 47. hof,
49. voedsel, 52. in het jaar der wereld (afk. Lat.), 54. familie
lid, 55. voorzetsel, 57. oude lengtemaat, 58. scheikundig element
(afk.), 59. zeeroof. 61 tuchtroede, 63. gem. in Groningen, 65.
kashouder, 67. rangtelwoord, 68. boom, 70. spijl van een wiel,
71. kolenemmer, 73. voegwoord, 74. als 69 hor., 75. klap, 77. ein
de. 78. moerasplant, 80. altijd.
Verticaal: 2. rivier in Siberië, 3. soort van hert, 4. verstand,
5. voegwoord, 7. waterstand (afk.), 8. bevlieging die vele mensen
meesleept, 9. jongensnaam, 10. bijwoord, 11. heeft een dier, 13.
muzieknoot, 15. luxe, 17. speer, 19. kruipend dier. 20. jongens
naam, 22. gem. in Gelderl., 24. deel van de bijbel (afk.), 25.
maanstand, 27. nummer (afk.). 28. gebod, 31. plotseling, 35. ver-
stoteling, 37. gebaar, 39. huisdier, 40. mens, 41. eer, 42. gem. in
N. Brab., 46. kwajongen, 48. universiteitsstad in Zweden, 50
rampzalige toestand, 51. verzoekschrift. 53. rivier in Nederl., 55.
kenteken, 56. kraam, 58. smekend woord, 60. overblijfsel bij ver
branding, 61. voornaamw., 62. lidwoord (Fr.), 64. voegwoord, 66.
zijtak Donau, 68. gindse, 72. voorzetsel. 75. welaan. 76. scheikun
dig element (afk.), 77. voegwoord (Fr.), 78. bekend afkorting.
t.t., 9. port, 10. rei, 11. et, 12.
toets, 14. adem, 16. land, 18.
Leek. 20. Eger, 21. Peel, 22.
mand, 24. Lena. 26. leer, 27.
meel, 28. Maas, 30. makassaar,
33. Laplander, 35. pen, 37. be
taald, 38. Rai, 39 regel. 41.
niets, 43. Haren, 44. kamer, 46.
elk, 48. Oss, 49 rek, 50. nog
56. ilm, 58. rem, 60. haan, 61.
aard, 62. pand. 64. eren, 65.
raar, 66. nona, 67. tere, 69.
kier, 70. prent. 71. pond. 73.
palm, 75. negen, 77. hert, 78.
soda, 79. fair, 82. lor, 84. neo,
86. la. 87. Aa. 88. er, 90. RT.
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
Horinzontaal: 1. sa mos. 5.
lento, 9. prent, 13. nota. 15.
not, 16. loet, 17. hl, 19. mede,
21. pari, 22. me. 23. iel, 25.
reglement. 28. mat, 29. leem,
31. mee, 32. eed, 33. lans, 34.
knap, 36. rebel, 38. raad, 40.
Aken, 42. rel, 43. Haps, 45. Ee,
47. Anio, 49. rail, 50. na. 51.
glas, 52. eskader, 53. alom. 54.
E.K., 55. sits, 57. kern. 59. ge.
60. hals. 61. alp, 63. Nede, 65.
raam, 66. nadat, 68. merk, 70.
paar. 71. por. 72. nep. 74. rein.
76. Ran, 77. hondsdraf, 78. nee,
81. er. 82. Lena, 83. elan, 85.
Rg., 86. lord, 87. adé. 89.
mier, 91. taart, 92. Baarn, 93.
rotan.
Verticaal: 1. schil, 2. Mn, 3.
oom. 4. «tor, 4. oa 7. node, 8.
INZENDINGEN
Inzendingen worden vóór don
derdag a.s. op ons bureau ver
wacht. Oplossingen mogen uit
sluitend op een briefkaart wor
den geschreven. In de linker
bovenhoek vermelden„Puzzel
oplossing". Er zijn drie prijzen
een van 5.en twee van 2.50.
Dag nichten en neven.
Eerst nog allemaal hartelijk bedankt voor de rapportcijfers die ik ook deze
week nog toegestuurd kreeg. Hebben jullie heeriyk van het mooie weer genoten?
Af en toe zijn onze mantels en jassen wel eens te warm. Verschillende meisjes en
jongens schreven me dat ze nu al heerlijk konden fietsen en fijn genoten van de
natuur. Nichten en neven, in Kamerik woont een jongetje die al héél, héél lang
ziek is. Zullen we hem allemaal eens een mooie kaart sturen? Hij zal er zo bljj
mee zyn, want hij kan nooit eens fijn spelen met vriendjes en vriendinnetjes zoals
jullie dat kunnen doen. Zijn naam is Gijsbert de Jong, Mijzijde 85, Kamerik. Niet
vergeten hoor!
De oplossing van de vorige puzzel is; als de kat van huis is vieren de muizen
feest. De hoofdprijs krijgt Wilma Kalkman. De troostprijzen gaan naar Jan Kees
van Kleef, Jan Kraak en Nellie Lambion.
Lang zal die leven... Deze weck Heerlijk dat jij zo fijn aan hebt. Zaai je ook nog bloemen om kreeg ik van jou geen brief-
hebben we veel Jarigen in ons het logeren bent geweest, Wllma in je tuin? Wat zal oma nu kun- je Martin Ottow? Wat leuk
midden. Hier komen ze, Marijke Kalkman. Heb je fijn bij oma nen smullen. Doe je haar de groe- dat jij een zusje hebt gekregen
Croese, Jolande Croesc. Adrie genoten? Waar woont oma? ten van tante Jos? Jullie heb- Rob den Ouden. Ze heeft een
Dankers, Aart van Gorkum, Al- Ben je niet voor de mal gehou- ben dus wel een groot feest ge- mooie naam hoor! Kent ze jou
11e de Lerm, Atie Molenaar, den Martlen Kamerling? Leuk dat had Conny Kranenburg. Gewei- al een beetje? Jullie hebben
Kees Mult, Arie van Prooijen, alles in jouw tuin zo goed groeit, dig dat jij zo'n mooi gedichtje volgende week fijn feest Thea
Jolanda de Ru. Adrie Schoneveld, Lust jij graag radijs? Moet je mocht voordragen. Ging alles Oudijk. Heb je al iets moois voor
Jannie v. d. Spek, Ingrid Thier- elke dag in je tuintje werken? goed? Wat ga jij met al die pappa gekocht. Hoe oud wordt
ry en Nelleke van Zessen. Heel Fijn dat jullie al plannetjes monstertjes doen, Nellie Kuij- je zusje? Thea groet Thea Sterk
hartelijk gefeliciteerd van de voor de grote vakantie hebben pers? Is je rok mooi geworden? heel hartelijk. Hoe is het nu
nichten en neven hoor! gemaakt, Teuntje Kamermans. Ik Leuk dat jullie naar Gelderland met jouw broer Gerie Overvoor-
De brievenbus is verleden week heb er ook al zin in hoor! Ge- zijn geweest. Heb je veel gezien? de? Hij heeft zeker een „ge-
helemaal leeg gekomen en we weldig dat jij mamma zo goed Wat bofte jij, dat je ook op kneusd" been, maar toch geen
gaan nu gauw aan de nieuwe bin- hebt geholpen. Heb je al veel de ouderavond mocht komen. Wim „geknust" been? Heb jij genoten
nen gekomen brieven beginnen, gefietst? Heb jij veel suiker- Lakerveld. Wat moesten jullie op- op de verjaardag van je vrien-
Uit Leiden kreeg ik een brief zakjes en ansichtkaarten EUy zeggen? Is jouw verhaaltje mooi din? Fijn dat jij in de vakan-
van een jongen of meisje, die he- Kersbergen? Wanneer ben jij geworden? Had jij wel eens Vat tie mocht gaan logeren Rienke
lemaal vergeten is haar of zijn precies geboren? Krijg ik van gelezen van Joris en Jaap? Bc- Plomp. Kan jouw kleine r
naam op de brief en envelop te jullie de volgende keer een lan- dankt voor je versjes Nellie Lam- rolschaatsen? Leuk hoor zo
zetten. Pappa heeft een groente- ge brief. Willy en Rini de Kelj- bion. Heb je ze zelf gemaakt? delwagentje. Bedankt voor het
zaak. Schrijf jij me de volgende zer? Ga jij al lang op de gym- Jullie werden maar verwend met leuke gedichtje Marion Pols. Jij
keer je naam en adres? Fijn nastiek. Tineke van Klaveren? patat en jjs. Wat heerlijk dat bent hartelijk welkom hoorl Heb
dat ik weer zo'n lange brief van Wanneer ben jij precies gebo- jullie bij oma en opa mochten jij nog meer broertjes en zus
je kreeg Janneke Janse. Gewei- ren? Heerlijk dat jij zo geno- logeren, Bert Lambooy. Ja er jes? Waar ben jij aan het lo-
dig dat het zingen zo goed is ge- ten hebt bij de boer. Jan Kees zijn daar prachtige bossen. Zijn geren geweest, Aria voor de Poor-
gaan. Mogen jullie allemaal een van Kleef. Ben je erg dik ge- er zoveel jachten bij jullie in Zie- te? Grappig dat jouw kleine
keer alleen zingen? Bedankt voor worden? Jij bent maar een bof- rikzee? Natuurlijk mag jij broer zo ondeugend wordt,
het verhaal en je mooie gedicht fert hoor. dat je ook naar de brui- ook meedoen Henk Lambooy. Wat wil jij later worden? Ge
hoor! Hartelijk welkom bij de loft mocht. Waar heeft de ooie- Hartelijk welkom hoor bij de weld'g dat JIJ voor de radio
nichten en neven, Tineke Jeenin- vaar een nest gekregen? Hoe nichten en neven Hoe vind ie mocht zingen Jaqucline Pruim,
ga. Is er dichtbij jullie een speel- gaat het nu op school? Natuur- hGt op school? Heb jij ook bij LekKe.r dat JuMe ook nog een
tuin? Wanneer ben jij precies ge- lijk moet je weer naar school 0ma en opa gelogeerd? Jam- snoePJe kregen. Speel jij graag
boren? Jij bent heerlijk ver- gaan Dinekc Koen. Je wordt an- mer dat ik helemaal geen brief 2?e,L Jacob JeUe Pruim,
wend op je verjaardag Gert de ders een héél dom meisje en dat Van jou kreeg Adriaan van Lan- ï?ebt>,e", )"Ilie ®.en gr°'e
Jong. Heb je je gymschoenen al wil je toch niet? Heerlijk dat jul- gevelde. Wist jij helemaal niets v'"d dat re^S.^PHi^Tb
aangehad? Mocht je ook tracte- lie misschien de volgende maand te schrijven? Heb jij nog iets Puz^e's °P geeft ycraa pijl. ik
ren op school? Wolva is goed ge- kunnen gaan zwemmen. Tante van de caissons gezien? Wat weet °P|ossing met hoor! Jam-
Jos zwemt ook graag hoor! Heb zal jij verschrikkelijk knap wor- P}erwdf P°sntpaP'®r £^bati°p
*- «- het bos gewandeld? den ArJan de Leeuw van Weenen hm t„ ™iirl
-'-nu je al ln het Frans en Maleis «hnrin? ïﻫPi,Th.
-Tui----- -y cr~üZ" kan tellen. Is Hanneke weer he- vnnp mnSe tekenhfp
nichten en neven. Corrie de Jong. kig komen er nu weer veel ande- lemaal beter? Heb 111 de brief mooie tekening
Heb JIJ veel vriendinnetjes? Hoe re mooie bloemem Leuk dat Jij helemaal alleen getypt? - Had- d^nenf'wafrom'VoJ'ikd/toÊe
heten jouw broertjes en zusjes? ook even op de tractor mocht den jullie pappa's stoel nog ver- d nnen' Waarom zou ik de teke-
Bedankt voor jouw héél mooi zitten. - Dat is wat dat jouw sierd Ad en Leo van Leeuwen' ninB nlet mo°l vlnden? Wat
gedichtje, Ria de Jong. Knap vader nu de ..klos'' is. Inge Koo- zijn jullie naar de bloembollen-
namen heb
j; am
Dikkie van Ravenhorst? Wat heb
jij in de vakantie gedaan?
Hartelijk welkom Marijke Ree-
dckcr. Is Sarie's kies getrok-
maakt Hebben Jullie gymnas- verdiend. Goed je best maar blij- Tim een" hele week mocht blij-
Uek op school? Wat heb je al op ven doen. Inge! Wanneer gaan ven. Jullie hebben wel genoten
de handwerkles gemaakt? Heb jullie naar het kamp? Jouw Van de Dikke en de Dunne
jij zo maar een beetje bij de kleine broertje wordt al groot, jij krijgt je prijs nog thui'sge-
kapp" „rondgesnuffeld, Corrie de hoor Jan de Korte. Kraait hij s,iurd {foor Arjan van Loon. Heb-
Jong? Wil jij later ook kapster veel? Wil je opa ook van mij ben jullie veel bloemen in de
worden? Heerlijk zo'n eind fiet- nog feliciteren? Het zijn al heel tuin? Heb jij ook een klein tuin- r
sen, vind je niet? Is de brug veel jaartjes. Jan! Is pappa al tje? Schrijf jii de volgende Wanneer ben jij precies ge-
zo hoog. Betsie de Jong? Ik heb weer thuis? Lust Jij ook zo keer een lange hrief Cees de boren? Joke Relnts, schrijf jij
papalillen nog nooit gezien. Moet graag bessen. Jan Kraak? Gewei- Man? Hartelfik welkom hii de vol8ende keer een tenge brief?
je het binnen of buiten spelen? dig hoor dat jij twee tuintjes nichten en neven Els de Mare Hoe ls het verkeersexamen af-
Wclke monsters heb jij allemaal?' 5®!°?*!?}. ™kl,fneK,n?T^vli*
Heb jii geen broertjes? Wat 3"'!fte TïnnH? S' 1H het
had jij aan je duim Wim v. d. f vJtherLrtrirf Jan Rpiin
Meer? Hebben jullie genoten bij Rémi tlifd ik ien móïïê
oma? Leuk dat je al zo gauw d"s* ™?>e
verkeersevamen mac riopn naam hoorl Heb jij veel vnen-
verKeersexamen mag doen. den? Leuk dat prinses Ire.
Jammer dat het zo regende met ne zo goed hebt gezien Annie
de paasdagen Rita Meerman. Je Ramp. Ben jij ook naar de ten-
bent nu natuurlijk nog niet naar toonstelling geweest? Jij hebt
het strand geweest. Vind je het wel genoten in de vakantie Wim
fijn achterop de bromfiets? Rempt. Hoeveel sterritten heb-
Ben jij wel eens aan de over- ben Jullie gereden? Tante Jos
kant geweest Liza Mellsant? Wat woont niet in Den Haag Margriet
vaart er een grote boot op het Rietveld Je mag raden. Gewel-
Hanngvliet, vind je niet? Heer- dig hoor dat Jij al 5 medaljes
lijk dat jullie ook lang op oma's hebt. Hoe lang was de mars?
verjaardag mochten blijven. Is Hartelijk welkom Ria Rietveld,
dat meisje ziek? Wat ben jij jij hebt de muizen mooie
verschrikkelijk verwend Dikkie v. men gegeven hoor! Weet je
d. Meijden Heb je je duster al wie Babbeltje en Kabbeltje is?
aangehad? Zijn de boeken mooi? Wordt de tas mooi? Bedankt vooi
Pietje Bell is erg leuk! Fijn dat je tekening hoor! Wisten jul-
Jij de Koningin zo goed hebt ge- lie niets te schrijven Lcny var
zien Tante Jos is 27 oktober ja- Rootjen, Jolanda de Ru en Tine-
rig hoor! Ja de Oisterwijkse kc dc R(jk? Jij hebt wel een
vennen zijn erg mooi Trudl Mid- heerlijke vakantie gehad Helmi
delkoop. Jullie hebben wel een dc Ru. Jullie zijn verwend hoor!
heel eind gefietst hoor! Hoe heet Ben je niet dik geworden van al
jouw vriendin? Is daar een die gebakjes? Grappig dat Arie
kamp ln Eist. Atie Molenaar? zich zo goed had verstopt. Hoe
Heeft jouw zusje genoten? Vol- gaat het nu weer op school?
gende week dinsdag is het groot Zijn de duiven al groot gewor-
feest. Komen je vriendinnen ook? den Arie Rutters? Zijn de ste-
Heel veel plezier hoor! - Wat keibaarsjes niet doorgegaan?
jammer dat jij helemaal "iets Hebben de duiven nog een geel
schreef Janneke Monteny. Wist iasje aan?
jij echt niets te schrijven? Jij
hebt mamma wel heel goed ge- j0nges en meisjes de brieven-
holpen Janny Notenboom. Wordt
de blouse mooi? Heb je je rok al bus ,s helemaal leeg. Volgende
aangehad? Hebben jullie veel week zijn de letters
Om mee Ie schrij- De oplossing moelf,f^„,Z^^°"el't!ii?\s7t J
t>en, 10. Nacht- voor dinsdag 25 rijker geworden Klement Noten- voor Pen K°ed gevulde brieven-
vogel. 14. Tel- april morden in-g™- J'UT l0'
woord. gezonden. school, hoor Klement! Waar- TANTE JOS
Wat zou dit
voor een bloem
zijn, denken jul
lie? Hij is al he
lemaal openge-
bloeid door het
mooie weer en
verrast jullie nu
met een gezelli
ge kruiswoord
puzzel. Moeilijk
is hij helemaal
niet hoor! Hier
komen de gege
vens: Horizontaal
dus. van rechts
naar links. 2.
Jong schaap, 4.
Jongensnaam. 5.
zuivelproduct, 7.
soort steen, S.
grappig dier, 9.
deel van de hand
12. Telwoord, 13
huid.
Vertikaal, van
boven naar bene
den: 1. groente
2. Meisjesnaam. 3
opgerold papier
5. Jong meisje o/
jongen. 6. Deel
van een boom, 11
i de beurt. Zorgen jullie weer