Boeiend rapport over
film en evangelisatie
LIGA
Uw probleem is het onze
MARTINEZ
mwmwi
Geref. zeeliedenwerk
bestaat 25 jaar
Enkele kanttekeningen
TOENEMENDE CONCENTRATIE
MIDDENSTAND IN GEDING
Filmcentrum over ontmoeting kerk en film
Een woord voor vandaag
Aandacht voor
de vergeten
zeeman
Dominicaans bisschop
krijgt huisarrest
Beroepingswcrk
MAÏZENA
;DU RYEA
r
4 1
Economische concentratie meer en hechtere samenwerking tussen be
drijven, welke hier en daar zelfs leidt tot samensmelting van ondernemingen
het is een verschijnsel dat op het ogenblik bijna aan de orde van de dag
is. Wij achten dit een gunstig verschijnsel, omdat hieruit weer blijkt dat de
Nederlandse ondernemer op zijn qui vive is en snel weet te reageren op een
nieuwe ontwikkeling, in dit geval het ontstaan van een gemeenschappelijke
Europese markt. Samentrekking van ondernemingen betekent immers ver
sterking van de machtspositie op de binnen- en buitenlandse markt.
Door het vormen van een grotere eenheid hoopt men nog efficiënter te kun
nen werken en bovendien kan men voortaan steunen op de ervaring en inzicht
van een grotere staf van deskundige medewerkers.
Maar anderzijds zal men ook oog moeten hebben voor mogelijke nadelige
gevolgen van deze wenselijke en noodzakelijke concentratie in het bedrijfs
leven. Een onvermijdelijk begeleidend verschijnsel is het brengen van grotere
economische macht in de handen van minder mensen. Met name in de
kring van het middenstandsbedrijfsleven wordt deze ontwikkeling met
argusogen gevolgd. Men vreest hier en daar een overvleugelende machts-
positie van het grootbedrijf, dat de zelfstandige middenstand in een afhanke
lijke positie zal dringen of ten ondergang zal doemen.
Deze ongerustheid bleek enkele jaren geleden ook reeds te bestaan bij
enkele Kamerleden, die de regering vragen stelden over mogelijke aantasting
der zelfstandigheid van de middenstandsondernemingen. De staatssecretaris
van economische zaken zag hierin aanleiding aan een der publiekrechtelijke
organen voor het middenstandsbedrijfsleven advies te vragen over deze aan
gelegenheid. Dit advies is onlangs gereed gekomen in een commissie van het
Hoofdbedrijfschap voor de Detailhandel, die daartoe heeft samengewerkt met
de Raad voor Midden- en Kleinbedrijf en het Hoofdbedrijfschap Ambachten.
Het Hoofdbedrijfschap Detailhandel heeft inmiddels het advies vastgesteld.
We zijn bepaald niet onder de indruk gekomen van de onthullingen, die
in dit rapport worden gedaan over aantasting van de zelfstandigheid van de
middenstander. We geloven niet dat er veel in het rapport staat, dat de
vragenstellende Kamerleden nog niet wisten. Misschien weten zij er zelf nog
wel meer over. De verdienste van het rapport, waarover drie jaar gedokterd
werd, is echter, dat er een vrij volledig stuk voorlichting wordt gegeven over
de stand van zaken op dit moment met betrekking tot de positie van de mid
denstand in Nederland.
De meest effectieve afweer van de middenstand tegen uitholling van zijn
zelfstandigheid door toenemende machtsontplooiing van het grootbedrijf, is
het eveneens 'door de middenstand grijpen naar de mogelijkheid van econo
mische concentratie en samenwerking. Het middenstandsbedrijfsleven zal ook
hierbij sterk hebben te waken tegen het toch nog geraken in het kielzog
van het grootbedrijf, maar meer samenwerking is de enige weg om naar
moderne begrippen te komen tot efficiënt werkende, economisch verant
woorde bedrijven, die in de toekomst een recht van bestaan behouden.
Welke concentratie- en samenwerkingsvormen zijn er voor de midden
stand te noemen? In de kring van de minder grote industriële bedrijven iS
het fusie-vraagstuk (het samensmelten van twee of meer ondernemingen)
volop in studie. De moeilijkheden die men hier moet overwinnen, zijn echter
bijzonder groot. Het mlddenstandsbedrijf draagt nu eenmaal een meer
familiaal karakter, waardoor het minder gemakkelijk tot fusie overgaat met
een ander bedrijf dan het tamelijk onpersoonlijke grootbedrijf.
Behalve aan de industriële en ambachtelijke kant speelt het vraagstuk
ook sterk voor de detailhandel, welke de distributie van de produkten onder
het publiek heeft te verzorgen. Naarmate de machtspositie van de onderne
mingen op industrieel gebied toeneemt, zal bij de industrie ook de neiging
steeds sterker worden zich intensiever met de distributie van de goederen
bezig te houden. De detailhandellaar zal steeds meer betrokken worden bij
marktregelingen en voorschriften, die hem door voorliggende handel-
produktieschakels worden opgelegd.
Bij grotere concentratie en samenwerking in eigen kring tot behoud
van eigen zelfstandigheid tegenover het grootbedrijf, zal de middenstand
hebben tc zoeken naar vormen, waarbij zo min mogelijk zelfstandigheid
wordt prijsgegeven. Anderzijds zal er begrip voor moeten bestaan, dat al te
strikte handhaving van eigen zelfstandigheid en individualiteit op den duur
evenzeer tot ondergang leidt.
Als drie samenwerkingsvormen voor de detailhandel worden in het
ftpport van het Hoofdbedrijfschap voor de Detailhandel genoemd: de inkoop-
combinatie, het vrijwillig filiaalbedrijf en samenwerking met het warenhuis.
De inkoopcombinatie is een samenwerkingsvorm, die weinig of in het
geheel niet ingrijpt in de zelfstandigheid van de ondernemer, maar die toch
grote voordelen kan bieden door gezamenlijke inkoop en het eventueel ge
zamenlijk volgen van bepaalde gedragsregels bij de verkoop. De efficiency
van de bedrijfsvoering en daarmee het consumentenbelang kan zo belangrijk
worden gediend. Behalve de bedrijfsvoering zal immers bij het detailhandels-
bedrijf ook duidelijk het consumentenbelang in de overwegingen betrokken
dienen te worden omdat de service aan het publiek het wezen is van dit
bedrijf.
De beide andere samenwerkingsvormen (die meer ingrijpend zijn) laten
we hier nu nog maar buiten beschouwing, omdat naar ons idee een samen
werkingsvorm als de inkoopcombinatie nog lang niet de aandacht krijgt die
zij verdient.
Slechts in een aantal branches (kruideniers-, melk- en zuivelhandel, dro
gisterij cn textielhandel) was bijv. in 1953 meer dan 10 procent van de
branchegenoten aangesloten bij een inkoopvereniging. De invloed was echter
groeiende. Waren in 1949 slechts 10 procent van de kruideniers lid van een
inkoopvereniging, in 1959 was dit 14 procent, terwijl de omzet van de inkoop
combinaties in deze periode is verdrievoudigd. De „textiel" heeft inmiddels een
percentage bereikt van 19, omvattende 3000 detaillisten met 3800 vestigingen,
die ongeveer 30 pet. van de totale detailhandel in textiel omvatten.
Tenslotte willen wc mét het Hoofdbedrijfschap verklaren, dat er ook
nog geheel andere factoren zijn, die op het ogenblik aan de betekenis van de.'
middenslandsdetailhandel knagen. Er valt duidelijk een achterstand te be
speuren bij de zelfstandige middenstand als het gaat om de bezetting van
nieuwe vestigingspunten. Het lijkt ons waarschijnlijk, dat een gebrek aan fi
nancieringsmiddelen hier een belangrijke rol speelt. Gebrek aan kapitaal
kan de middenstander dwingen tot een positie van grotere afhankelijkheid
cn sterke binding aan de leverancier. Nadere studie van dit aspect lijkt ons
aan te bevelen.
De Oecumenische Stichting Film
centrum heeft in de „Werkgroep
Filmevangelisatie" een bezinnings
centrum van predikanten, wika's en
gemeenteleden, die zich speciaal met
de problemen rondom de filmevan
gelisatie bezighouden. Onder voorzit
terschap van ds. A. Dronkers, de
predikant van het Centraal Bureau
voor Evangelisatie van de Hervorm
de Gemeente te Utrecht komt men
regelmatig in het gebouw van dit
bureau aan de Nieuwe Gracht te U-
trecht bijeen om van gedachten te
wisselen over de verhouding van
Kerk en film. Als eerste proeve van
dit verkenningswerk is zojuist het
rapport „Film en Evangelisatie" ver
schenen, dat in grote trekken is op
gesteld door wika J. A. Hes en door
de commissie met enkele wijzigingen
in zijn thans verschenen vorm
overgenomen.
Het centrale begrip, waarbij het in
zake de Filmevangelisatie op aankomt,
wordt als volgt geformuleerd:
„Filmevangelisatie is ontmoeting
tussen kerk en film in het licht van
de bediening van het Evangelie aan
de mensen van onze tijd."
Door deze formulering snijdt men
enerzijds de beperking af als zou men
de film willen gaan gebruiken in dienst
van de evangelisatie. Dat zou niet al
leen geen recht doen aan „het eigen
karakter van de film als zelfstandige
vorm van kunst", maar dan zou men
ook het woord „evangelisatie" in een al
te beperkte zin gebruiken. Men moet
dit verstaan in de ruime zin van het
apostolaat der kerk in deze wereld.
„Het apostolaat wil de mensen in aan
raking brengen met het Evangelie van
Jezus Christus; niet hen overtuigen van
de juistheid van een bepaalde christelij
ke wereldbeschouwing of hen bekeren
tot een burgerlijk-christelijke levensstijl,
ast op de filmevangelisatie houdt
dat wij niet moeten aarzelen de
bioskoop te betreden en evenmin om
aan te knopen bij films, waartegen van
uit die burgerlijk-christelijke levensstijl
bezwaren zouden zijn aan te voeren".
Neen, In de 'ilmevangellsatie moet
het volop gaan om de „ontmoeting tus
sen kerk en film", juist om aan de
mensen van deze tijd het Evangelie te
bedienen In hun konkrete situatie.
„Filmevangellsatie", zegt het rapport,
„moet dan ook situationeel zijn."
naar de kwaliteit van hetgeen de men-[Het grootste bezwaar tegen deze Hol-
sen in de bioskoop voorgezet krijgen, lywood-producten geldt het „naturalls-
kan de kerk niet onverschillig zijn. Zij me" van deze Amerikaanse films. Naar
Filmvoorlichting
Bij de filmevangelisatie komt
voorlichting omtrent de film op de eer
ste plaats. „Voor miljoenen mensen is
de film geestelijk voedsel. De vi
Advertentie
de veelzijdige voeding
óók voor de schoolgaande
ieuqd.
Bij het ontbijt,
onder het speelkwartiertje,
als 4 uurtje.
RUIMTEREIS
Zeer gevarieerd zijn de commentaren die
<le dagbladen aan de ruimtereis van
joor Joeri Aleksejcwitsj Gagarin hebben
gewijd. Zowel de wetenschappelijke alt de
politieke kant van de Russische prestatie
kwam hierbij naar voren. Trouw merkt
er o.m. over op: „Het is voor dc Ameri
kanen wel wat spijtig, dat deze primeur in
de ruimtevaart hun is ontgaan. Erg met
hen tc doen hebben, kunnen we nog niet.
Dc Russen mogen dan erg opgetogen zijn
over kun succes, voor ons staat vast, dat
wc heel wat gelukkiger zouden zijn geweest
met bijv. het voor heel de mensheid ver
blijdende bericht, dat er een afdoend mid
del tegen een ziekte als de kanker zou zijn
uitgevonden.
Het is steeds zaak bij de ruimtevaartsuc-
ressen van de mens nuchter te blijven. Ook
in de Verenigde Staten. Het nut van „stun
ten" lijkt ons voorshands voor dc mens als
zodanig niet zo bijzonder groot. Van veel
groter belang is en blijft naar onze me
ning, dat de Ver. Staten en de Westerse
wereld een modern, evenwichtig en sterk
verdedigingsstelsel in stand houden. En
vooral, dat Amerika evenwichtig zijn tech
nisch ruimtevaartprogram blijft uitwerken.
Tot dusver was daar het streven op ge
richt. Met dat tc doen, zal de zaak van de
vrijheid ook in de toekomst het best ge
diend worden."
De Nieuwe Rotterdamse Cou
rant vindt het niet zo'n gi te prestatie,
liet blad schrijft: „Wetenschappelijk
vooralsnog het nut van de bemande ruim
tevaart zeer beperkt. Eigenlijk is voor dit
ogenblik slechts van belang het bewijs dat
Daarmee is nog bepaald niet de vraag be
antwoord of bemande ruimtevaart nu wel
nodig is. Zeker is dat de mens niet zeil
meteorieten kan tellen, evenmin kan hij
luchtdichtheid of straling nieten dan wel
stoffen analyseren, die in de buurt van dc
aarde voorkomen. Het langzamerhand nor
maal geworden instrumentarium van een
kunstmaan kan dat alles wel. Technisch is
de jongste lancering geen grotere prestatie
dan <le lanreringen van de afgelopen maan
den, waarbij honden en andere dieren aan
boord waren. Medisch is natuurlijk de ver
gelijking tussen mens cn dier interessant,
maar vergelijkingen op dit gebied zijn er
zovele.
Wij moeten deze ruimtereis vooral zien
als een voorspel, als ecu kleine proef, die
vooraf gaat aan het grote experiment: het
onderzoeken van ons zonnestelsel en wel
licht van andere zonnestelsels. Daarbij zal
de mens als ontdekkingsreiziger moeten op
treden, omdat op een gegeven moment zijn
kennis en waarnemingsvermogen meer
waard zijn dan dc beste apparaten, die ons
niet alleen in de praktijk van vandaag,
manr ook volgens dc theorie op een be
paald moment in dc steek laten."
Ook het Algemeen Handels
blad beschrijft de wetenschappelijke
kant. Het blad besluit met: „Zuiver we
tenschappelijk bezien is het Sowjetsucees
stellig ook belangrijk. De mogelijkheden
van bemande ruimtevaart zijn hiermee ten
volle aangetoond. Of de bemande ruimte
vaart voor de wetenschap echter op zich
zelf grote betekenis heeft is een vraag, die
steeds meer verantwoordelijke geleerden
stellen. Voor het ruimte-onderzoek (aan de
wetenschappelijke betekenis daarvan wordt
door niemand getwijfeld) zijn de talloze
perfecte instrumenten, waarover men he
den ten dage beschikt, immers van veel
grotere betekenis. Wat betekenen menselij
ke waarnemingen tegenover de metingen
van instrumenten?
Binnenkort zullen ook de Amerikanen
trachten een mens in de ruimte te schie
ten, al is het nog niet in een baan om de
aarde. Het Russische succes zal degenen,
die betrokken zijn bij het Mercury-project
stellig nog tot nog grotere spoed aanzetten.
Men moet honen, dat de Amerikanen :-
eer ruimtevaart kan doorstaan, hun verklaarbare haast geen onnodige ri-
Ds. A. Boekenoogen
overleden
In de ouderdom van bijk»&S 90 jaar is
te Driebergen overleden ds. A. Boeken
oogen. de oudste predikant van Gerefor
meerde Kerken in Nederland.
De overledene werd 30 mei 1871 te
Woerden geboren. Hij studeerde aan de
Vrije Universiteit en verbond zich 11
september 1898 aan zijn eerste gemeente
te Apeldoorn. In 1920 vertrok hij naar
Tienhoven en In 1923 naar Wijhe. Deze
gemeente heeft hij gediend tot aan zijn
emeritaat op 25 september 1933. Na zijn
emeritaat vestigde hij zich te Drieber
gen, waar hij de kerk als ouderling dien
de. Ds Boekenoogen is tal van jaren
generaal-deputaat geweest voor de zen
ding onder heidenen en Mohammedanen.
zal moeten trachten de waardevolle film
zoveel mogelijk te bevorderen en tevens
moeten waarschuwen tegen films van
minderwaardig karakter. Het gaat hier
niet om het opleggen van een beoor
deling an gemeenteleden en anderen,
maar veeleer om de opvoeding van
het publiek tot een meer kritische instel
ling ten opzichte van de bioskoop en tot
meer onderscheidingsvermogen ten aan
zien van de daar vertoonde films."
Daarnaast moeten waardevolle films
op smalfilmformaat worden aangeschaft
en aan kerkelijke gemeenten en instel
lingen ter beschikking gesteld worden
(waarmee zich bijv. de filmdienst van
Filmcentrum belast).
Voorts is de filmvorming van groot
belang. Deze ligt in het verlengde van
de filmvoorlichting, maar draagt een
meer systematisch karakter; bijv. door
kursussen en konferenties tracht men
een kern van mensen, die een zekere
oriëntatie op filmgebied bezitten te vor
men.
Direct of indirect
Onder het hoofd „Methodiek van de
filmevangelisatie" wordt de praktische
toepassing van het werk met deze ver
schillende vormen nader uitgewerkt.
Vooraf wordt echter gewezen op twee
belangrijke stromingen in de filmevan
gelisatie: de directe en de indirecte
methode.
De voorstanders van de directe film
evangelisatie (vnl. in Engeland te vin
den) gaan uit van de evangeliserende
werking van speciaal voor dit doel ver
vaardigde films.
De indirecte filmevangelisatie zoekt de
film, zoals hij voorhanden is, te gebrui
ken als aanknopingspunt voor een evan
geliserende toespraak. Hierbij ligt vaak
het gevaar van de „inlegkunde" op
het woord van prof. Van der Leeuw
schuwt het heilige niet de realiteit
maar wel de natuurlijkheid.
De vraag wordt gesteld: „Is het wel
licht geheel onmogelijk Bijbelse stof te
verfilmen?" Het rapport zegt: „Moeilijk
achten we het wel, onmogelijk niet. In
de loop der eeuwen zijn Bijbelse gege
vens in de meest uiteenlopende "ormen
van kunst door begenadigde kunstenaars
tot uitdrukking gebracht. De cinemato
grafie is niet minder dan deze andere
kunstvormen. „Het rapport wijst in dit
verband op wel geslaagde pogingen in
bijv. de films „Grazige Weiden" en
Slöbergs „Himlaspelet". Deze films „be
zitten een innerlijke authenticiteit, een
innerlijke verbondenheid met het Bij
belse getuigenis en dat stempelt hen tot
prototypen van hetgeen de Bijbelse film
van de toekomst zou kunnen zijn."
Het rapport, dat op het Internationa
le Oecumenische Filmcongres in Utrecht
21 en 22 april behandeld zal worden,
wordt besloten met een korte samenvat
ting en enkele aanwijzingen voor de
praktijk der filmevangelisatie. Het is,
naar men uit het bovenstaande wel be
grepen heeft, een zeer belangrijk rap
port, dat zeer zeker als leidraad kan
dienen voor een nadere bezinning op de
voor onze tijd van zo'n groot belang
zijnde ontmoeting tussen kerk en film.
Ev. Grolle
(Advertentie)
Getuigende film
Bijzondere aandacht wijdt het rapport
aan de z.g. „getuigende" film en aan
de „Bijbelse" film.
De vraag wordt gesteld: „kan een
film getuigen van het Evangelie
Christus?" en het rapport beantwoordt
dit bevestigend: „Onder de herauten
van het Koninkrijk Gods bevinden zich
ook kunstenaars: schilders en dichters,
archltekten en musici; naar onze over
tuiging ook fotografen en cineasten".
De getuigende film moet evenwel niet
een verfilmde preek zijn. Men mag
haar dan ook niet identificeren met de
z.g. religieuze film. Als voorbeeld van
een juiste getuigende film wordt in dit
verband Harald Brauns „Solange du da
bist" genoemd. Braun was begonnen
met een nadrukkelijk-religieuze film
(Die Nachtwachë); daarna had hij ge
tracht in „Der fallende Stern" zijn ge
dachten symbolisch uit te drukken, maar
BEZOEKT DE
BLOEMENTENTOONSTELLING
FIora-Nova - 1961
te Boskoop van 13 t/m 22 april
Dagelijks geopend van 10—22 uur.
Wij wachten op licht en zie, er is duisternis; op stralende
helderheid en wandelen in dichte donkerte. Wij tasten als
blinden langs de wand, als wie geen ogen hebben, tasten wij;
wij struikelen op de middag als in de schemering, wij zijri]
in de kracht van ons leven aan doden gelijk." Kunt u een
scherper tekening, ook van de moderne mens, vinden dan in
deze woorden van de oude profeet Jesaja? Als u dit leest, I
dan beseft u als zovele malen, dat u in de Bijbel leest
dat alles al eens gezegd is, dat de mensen, wier woorden in
de Bijbel zijn opgeschreven, geen abstracte figuren waren
maar mensen, die zichzelf en het leven Jceuden en vandaag
geleefd konden hebben. Dat is elke keer weer een ontdekking
die doet grijpen, altijd maar weer, naar dit Boek! Boven veel
moderne literatuur zou bovenstaand citaat als een motto kun
nen worden geplaatst. Wij wachten op licht en zie, er ij
duisternisin de kracht van ons leven aan doden gelijk,'j
Dat is de mens zonder God, te trots om aan te nemen, dat
het wachten op licht zijn leven lang tevergeefs zal blijven en -
nu al geestelijk dood, hoe sterk en vitaal ook. Nog vandaag,
en ook morgen, is Jesaja actueel als het grootste nieuws, zoals
hij dat gisteren was: u behoeft helemaal niet op licht te wach
ten, want het schijnt, als u maar de moeite wilt doen omhoog i
te kijken!
..Solange du da bist" is hij erin ge
slaagd een waarlijk christelijk getuige
nis af te leggen over de verhouding tus
sen man en vrouw, zonder de naam van
God of Jezus Christus te noemen.
Dit zou in een „preek ondenkbaar
zijn", zegt het rapport: „In de preek
zijn de dingen waar het om gaat meer
expliciet, in de getuigende film meer
impliciet. De getuigende film vertoont
in dit opzicht verwantschap met de ge
lijkenissen. Alleen in de totaliteit van
de christelijke verkondiging kan de ge
tuigende film geheel tot haar recht ko
men'
„Bijbelse" film
De Bijbelse film komt er minder goed
vanaf. Zoals deze films in Hollywood
gemaakt worden zijn zij het beste be
wijs, dat films, die z.g. tot het „religi
euze genre" horen, beslist niet altijd van
het Evangelie getuigende films zijn. De
bezwaren worden in een aantal punten
samengevat: het Bijbelse verhaal is
voor de makers vaak te sober en wordt
dan „opgevuld" (bijv. de liefdesaffaire
van Mozes met de Egyptische prinses
in ,,De 10 Geboden"); er wordt door
Hollywood teveel nadruk gelegd op het
sensationele en spectaculaire; het ero
tische en sexuele wordt naar voren ge
haald, waarbij een typisch Westerse
opvatting van romantische liefde de
makers vaak parten speelt; de hoofdrol
len toevertrouwd aan bekende filmster
ren vertonen teveel glamour; er treedt
een simplificatie op, waardoor bijv. de
uittocht uit Egypte op één lijn wordt
gesteld met de Amerikaanse Vrijheids
oorlog; de uitbeelding van de gestalte
van Jezus geschiedt doorgaans op een
zeer zoetelijke manier, die herinnert
aan de zondagschoolplaten uit de vorige
eeuw; in theologisch opzicht bieden zij
vaak een wonderlijk mengelmoes van
fundamentalistische en oud-liberale ele
menten.
Bijbelse l
De autoriteiten van de Dominicaanse
Republiek hebben de bisschop van San
Juan de la Maguana, Thomas Reilly, huis
arrest opgelegd, aldus bericht het rooms-
katholieke informatiebureau in Wash
ington.
Bisschop Reilly heeft ettelijke malen
_ritiek geleverd op het bewind van ge
neralissimo Trujillo. De laatste weken
heeft de Dominicaanse radio scherpe aan-
vallen op de bisschop gedaan en onlangs
werd de parterre van zijn ambtswoning
door demonstranten vernield. De bis
schop Reilly. die in Boston werd gebo
ren. mag zijn woning niet verlaten.
Twee Amerikaanse medewerkers van
bisschop Reilly, John Sehomber en John
Kelly, zijn als ongewenste vreemdelin
gen uitgewezen.
Ds. J. A. Raabc
overleden
In de ouderdom van 76 jaar is te
Meppel overleden ds. J. A. Raabe, eme
ritus predikant der Nederlandse Her
vormde Kerk.
Ds. Raabe heeft de gemeenten te Oos
terhout (Gld.), Den Burg (Texel). Win
schoten en Zwartsluis gediend. In 1952
ging hij met emeritaat. Ds. Raabe is on
der meer voorzitter geweest van het voor
malige „Comité Hongaarse Kinderen".
Hij was voorts een bekend Alpinist en
heeft tal van bergsportreizen naar Hon
garije en de Dolomieten geleid. Daar
naast heeft hij zich ook op literair ter
rein bewogen. Van zijn hand verscheen
onder meer een bundel sonnetten. De be
grafenis geschiedt zaterdagmiddag te
Diepenveen (Overijssel).
(Advertentie)
de sigaar die
vaderlanders in de
tropen zo aan
.thuis" herinnert
(Van een onzer verslaggeefsters)
Vijfentwintig jaar geleden werd
het Gereformeerde Comité Han
delsmarine, „Gecohama", opge
richt tijdens de koffiepauze van
een predikantenconferentie in
Utrecht. De initiatiefnemer was
ds. J. Versteegt, een „Katwijkse
jongen", die zelf had gevaren en
daardoor wist hoe schrikbarend de
geestelijke verzorging van de zee
lieden werd verwaarloosd. Hij is
de voorzitter van de Gecohama ge
worden. Bij de oprichters was ook
ds. J. Kremer, de enige van hen
die nu na 25 jaar nog steeds voor
de Gecohama werkt.
Reeds spoedig na de oprichting wend
de de Gecohama zich tot de synode van
Amsterdam met het verzoek om voor
hun arbeid deputaten te benoemen; men
sen dus die in opdracht van de synode
zouden werken, zonder zelf verantwoor
delijkheid te dragen. De synode willigde
dit verzoek pas in nadat de Gecohama
haar in 1939 een verslag van haar werk
zaamheden had aangeboden. Zij benoem
de drie predikanten. Versteegt, Prins en
Kremer en daarnaast twee leden van de
gereformeerde kerken, de heren De Vries
en Salomons. Zo werd het werk van de
Gecohama in kerkelijke banen geleid.
De oorlog die daarna uitbrak maakte
het werken onder de zeelieden vrijwel on
mogelijk, temeer daar de meeste zeelie
den meevoeren in de convooien voor de
ravitaillering van de geallieerde legers.
Nu waren het echter de achtergebleven
zeemansvrouwen met hun kinderen die
dringend hulp nodig hadden. De Gecoha
ma zorgde er voor dat in de hongerwin
ter 300 kinderen werden uitgezonden en
dat grote hoeveelheden voedsel werden
gedistribueerd. Ondanks de moeilijk
heden stelden de deputaten In 1944 de
eerste koopvaardijpredikant aan, ds. J.
Wristers. Het einde der oorlog kwam in
zicht. Helaas maakte de man die de stoot
tot het gereformeerd zeeliedenwerk heeft
gegeven, ds. Versteegt. de bevrijding niet
meer mee; hij kwam om in een concen
tratiekamp. In zijn plaats werd ds. Kre
mer tot voorzitter benoemd.
daarom de koopvaardijpredikant mee te 0p
laten varen, zodat hij gedurende de ge- K
hele reis iets voor de mannen zou kun-
nen betekenen. ntn'
Aangezien het werk veel te druk werd E
voor ds. Wristers, besloot men In 1946 Ha;
Kerst-actie
Mee
varen
Na de bevrijding trachtten de deputa
ten alle zeevarende leden van de Gere
formeerde Kerken die waren zoekge
raakt, op te sporen, om hen weer te kun
nen bereiken. Voorts werd het scheeps
bezoek ingesteld. Dit bevredigde echter
niet helemaal, omdat het altijd plaats
vond in de thuishavens. Men besloot
NED. HERV. KERK
Beroepen te Wilnls (toez.): A. Lam te
Op en Neder Andel; te Hasselt: J. de
Lange, direct Geref. Zendingsbond te
Utrecht; te Bleskensgraaf: J. T. Door
nenbal te Oene.
CHRIST. GEREF. KERKEN
Tweetal te Franeker: W. van Heest
te Emmen en A. Rebel te Emmeloord.
GEREFORMEERDE GEMEENTEN
Beroepen te Kalamazoo, Michigan
USA: L. Kieboom te Artesia, Californië.
DOOPGEZ. BROEDERSCHAP
Viertal te Nijmegen: J. C. Beekhuis
te Edam; H. v. Bilderbeek te Den Burg,
Texel; J. Wieringa te IJlst en A. Zwar-
tenwtfk te Beemstra.Beroepen te Bever
wijk: G. Wassing te Dantumawoude.
van de Gecohama is geweest Hij heef; 8
talloze reizen gemaakt en in vele havens j^ec
gewerkt om het werk onder de zeelieden jIu
te steunen en te activeren. Men noemt
hem terecht „de varende ambassadeur". KJa
Langzamerhand werden verschillende ork
contacten gelegd, onder meer met de H
Nederlandse Zeemans Centrale en met{,g^
de hervormden, die zich ook r 't zee- clul
liedenwerk bezig gingen hou In de;
uitzendingen van de wereldori..uep kre- J?
gen de deputaten de gelegenheid om zich
in „drie-minuten-toespraken" bij de dag-1»1*?
sluiting, speciaal tot de zeeman te rich-! Kl
ten. Fee:
D
Wei
Een actie van de Gecohama die welh,e
de z.g. .kerstfeest op zee-actie". Oa?u'
Iets bijzonders te maken krijgt leder'dins
schip een kistmet geschenken en kerst- G
liturgie aan boord, waarvan de inhoud Ork
op eerste kerstdag onder de bemannlngs-
leden wordt verdeeld. Tegenwoordig gaal p
er een speciale grammofoonplaat mee,
waarop ook liederen zijn opgenomen die
door zeemansvrouwen zijn gezongen. Op
deze manier kregen verleden jaar 23000
zeelleden een kerstpakket.
Aangezien de deputaten van mening
waren dat de zeeman opgevangen moetj
worden in de buitenlandse havens, vesJl
tigde ds. J. Wristers zich in 1950 in NevJ
Orleans. Zijn huis is er een pleisterplaats
voor zeevarenden. De derde koopvaardijil
predikant, ds. F. Kraan, in 1952 beroe-f
pen, ging naar Curacao, waar het werkf
zich nu nog steeds uitbreidt. In 1956
zonden de deputaten ds. Hainjé uit Tielil
samen met zijn vrouw, voor de tijd vaal
drie jaar naar Indonesië. Hier werkte hj
als predikant van de koopvaardij in de
havenplaatsen. Door de moeilijkhedert
:t Indonesië moest hij echter in april)
terugkeren naar Nederland.
De Gecohama had in de eerste periode -
van haar werkzaamheden niet veel aan
dacht aan de kustvaart kunnen besteden.
Langzamerhand breidde ze haar werk- Ca
zaamheden echter ook naar dit terreinikerd
uit. In 1953 ging ds. P. Jongbloed vanR0y;
Muiden iedere week een dag in de Am- T -
sterdamse haven werken, om daar in
het bijzonder aandacht te besteden aan°»en
de coasters. Hij maakte ook een reis Lu
langs de havens van het Oostzeegebied pen
en in 1960 werd hij beroepen als kust- R
vaartpredikant. Hij nam dit beroep aan in
en vestigde zich in Liverpool.
Lectuur Sl1
De deputaten hebben steeds veel aan-,
dacht besteed aan de lectuurversprei-
ding. De leeswoede die aan boord vanj
ieder schip heerst trachtten zij te stillen;
met interressante en verantwoorde lec
tuur; hiervoor zamelden zij ook tijd-i
schriften in. Later werd dit werk groten
deels overgenomen door de „Bibliotheek
voor zeevarenden", die in 1947 werd I
opgericht. De Gecohama werkt echter
nu nog actief mee aan de verschijning
en verspreiding van geestelijke lectuur
voor zeevarenden. 1
De a<eputaten hebben veel uibbreidings-"
,te;
Tri
l
iaar de verwezenlijking van hun plarv
iden door*
voldoende
financiële middelen, bovendien is het
moeilijk predikanten te vinden die ,,er- De
gens in de wereld" in een havenplaats Volk:
kunnen en willen werken. Toch zijn devoeri
deputaten optimistisch. Het werk zalhet i
zich zeker blijven uitbreiden, niet in1 Miss;
muist omdat geconstateerd kan wordelipen-g
dat het gereformeerde kerkvolk zijnjj-..
roeping ten aanzien van de geestelijke;
verzorging van de zeeman steeds dui-;
delijker gaat zien.
Advertentie
mookf Uw groenten zo lekker.
sico's zullen nemen."
Tenslotte merkt deVolkskrau
„Naast het wetenschappelijk succes heeft
de Russische prestatie ook een politieke
component. In de hele wereld en in het bij
zonder in de onderontwikkelde gebieden, is
het prestige van de Sowjetunie gestegen.
Chrocsjtsjef viert zijn triomf met proclama
ties cn, als het straks zover komt, zal hij
Kennedy bijzonder zelfverzekerd in de ogen
zien. De techniek, die de basis is van elke
ruimtcvlucht, is bezig te ontgroeien aan de
aarde, die ineen lijkt te schrompelen, nu
een mens er in anderhalf uur omheen
vliegt. De Russische ruimtevaarder heeft
in een flits iets laten zien van verhoudin
gen. Hierbij wijkt de mogelijkheid steeds
verder weg, dat op de smalle basis van de
heclalvaart raketten van vernietiging ooit
zullen worden afgevuurd. Het moet voor
Chroesjtsjef, die nu volkomen menselijk
glorieert, een fascinerend doel zijn om zijn
ruimte-gezicht te sieren met de eerste
raaan-Rus. Voor alle ruimte-ondernemingen
ia vrede de absolute voorwaarde."
L
B.
dat c
groti
veml
Vraag: Ik woon reeds vijfentwintig
jaar in het door mij gehuurde huis.
Wanneer het huis verkocht wordt, ben
ik dan verplicht op verlangen van de
nieuwe eigenaar deze inwoning te ver
schaffen? Het huis is daarvoor name
lijk niet geschikt. Het bestaat uit een
voorkamer, een woonkeukentje en zol
der. Bovendien zou ik dan bijna al
mijn meubeltjes moeten opruimen.
Kan de nieuwe eigenaar mij dwingen
het huis te verlaten?
Antwoord: De nieuwe eigenaar kan
u niet dwingen hem als inwoner te
nemen. Wèl kan hij de huur opzeggen.
In dat geval geniet u huurbescherming
en kunt u in het huis blijven. De eige
naar daarentegen zou dan bij de kan
tonrechter een eis tot ontruiming kun
nen indienen, wanneer hij het drin-
;end nodig heeft voor eigen gebruik,
je kantonrechter zal dan beslissen, of
u het huis moet ontruimen of kunt
blijven bewonen. Mocht de kanton
rechter de eis van de nieuwe eigenaar
toewijzen, dan kunt u het huis blijven
bewonen tot drie jaren na de eigen
domsovergang. Op deze regel bestaat
echter één uitzondering: Wanneer de
nieuwe eigenaar u een huis laat aan
bieden, dat even goed is, waarbij
eveneens de prijs in aanmerking ge
nomen wordt, dan zou hij u kunnen
dwingen het huis reeds binnen die ter
mijn van drie jaren te verlaten. Het
is dus heel niet zeker, of u het huis
verlaten moet en zelfs in dat geval
zoudt u naar alle waarschijnlijkheid
nog drie jaren de tijd hebben. Mocht
de eigenaar een proces beginnen dan
verdient het aanbeveling u door een
deurwaarder te laten vertegenwoordi
gen.
Vraag: Daar ik in mijn keuken TL-
verlichting heb, wilde ik weten wat be
ter is: het licht de gehele avond te
laten brander, of het even aan te doen
als ik er moet zijn en daarna weer
uit te doen. Wat is het voordeligste?
Ook -vat gewone verlichting betreft,
wilde ik graag weten of men dit het
beste aan- en uit kan doen of niet.
Antwoord: Een TL-buis of een gloei
lamp van 40 watt kos* bij een tarief
van 12 cent per kwh: 40 gedeeld door
honderd maal 12 cent of 0.48 cent per
uur aan elektriciteit Wanneer u dus
in de keuken een lamp heeft branden
en Dij het eten koken telkens heen en
weèr loopt, loont het de moeite niet
om ielkens achter u het licht uit te
doen en vervolgens het weer vijf mi
nuten later aan te doen. U spaart in
die vijf minuten 4 duizendste cent uit.
De levensduur van een gloeilamp wordt
nagenoeg niet maar die van een TL-
buis wèl beïnvloed door abnormaal
veel uit- en aandoen.
van een gloeilamp
buis loopt geleidelijk achteruit naarma
te zij ouder wordt. Het is daarom
soms wel eens goed. dat een buis sneu
velt door het schakelen, omdat deze dan
weer door een nieuwe wordt vervan
gen. zodat de lichtsterkte weer op peil
komt. Bij het aansteken van een TL-
buis wordt anderhalf maal zoveel
stroom opgenomen als normaal. Om-
De lichtopbrengst
n ook van een TL-
dat dit echter ongeveer 3 seconden
duurt speelt dit bij het stroomverbruik
geen merkbare rol.
Vraag: Ik heb een bergruimte ge
huurd voor 23 per maand. Valt de
huurkwitantie onder het zegelrecht?
Antwoord: Ja. Er moet een zegel
van vijttien cent op geplakt worden.
Vraag: Ik heb een Philips-bandrecor-
der met vier sporen. Hoe dikwijls kan
daarop opnieuw worden opgenomen,
voordat de band onbruikbaar gewor
den is?
Antwoord: De levensduur van vier-
spoorbandrecorderlint is vrijwel onge-
perkt. U kunt talloze malen uitwissen
en opnieuw opnamen maken zonder
dat het materiaal eronder lijdt. Wel
moet men een beetje zorgvuldig zijn
met het lint, daar beschadigingen zich
bij de opnamen wreken. Ongebruikte
banden moet men altijd in cassetten
of kartonnen bewaren.
Vraag: Trubenijsboorden krijg ik
haast niet schoon, hoewe] ik ze een
hele dag laat weken en daarna in
smeer met gele zachte zeep. Vervol
gens tracht ik ze schoon te borstelen.
Wat is de beste manier om ze to be
handelen?
Antwoord: Het is niet goed trubenijs
boorden een gehele dag te laten we
ken. Zij zijn namelijk met een prepa
raat behandeld om ze in vorm te hou
den. Bij te lang weken lost dit prepa
raat te veel op.
Men moet deze boorden gewoon was
sen met een sopje van synthetisch
V.
wasmiddel. Dit heeft een blekende
werking. Voor de boórd kunt u een
oorsteltje gebruiken.
Vraag: Wanneer men in 1960 een
zelfde bron van inkomen heeft gehad,
namelijk een pensioen van de vroege-!
re werkgever en een A.O.W.-pensioen,
tezamen niet meer dan 7450, is men
dan inkomstenbelasting verschuldigd?
Antwoord: Voor de inkomstenbelas
ting wordt het aantal bronnen niet be
paald door de soort van het inkomenj
of de benaming daarvan, doch aanj
de hand van het aantal instellingen,
waarvan u pensioen ontvangt. Wordt
de uitkering ingevolge de A.Ö.W. docrl
vroegere werkgever betaald en wordt
over het totaal van beide pensioenen
(A.O.W. en het werkgeverspensioen)
loonbelasting ingehouden, dan zult u
(wanneer aan de overige vereisten
voldaan) buiten de inkomstenbelasting
blijven. Ontvangt u echter beide nietj
tezamen, dan geniet u in de zin van
de inkomstenbelasting inkomen uit
twee bronnen naast elkaar en dan valt)
u daarmede in de inkomstenbelasting.
Vraag: Ik heb een vuilgeworden
bloedkoralen ketting in zeepsop schoon
gemaakt. Hierdoor is de ketting wit ge
worden. Hoe kan ik deze weer goed
kriigen?
Antwoord: Als de ketting wit gewor-
den is. komt het ons voor, dat het;
geen bloedkoralen, maar een geverfde
ketting is geweest. Gaat u er een* He
mee terug naar de leverancier. verei
het
veld
el
GAJ