Levende Sterrenwacht in het
vraagteken van de singel
Mevrouw Oostveen-Serlie
Leiden wordt 100 jaar
te
Grote kleinkunstavond
voor K. en O.
Eeuwfeest in LEIDEN
Agenda
voor Leiden
en Den Haag
Nieuwe plannen getuigen
van een nog steeds
geweldige ontwikkeling
Volgende week vrijdag
m
Lezing in Volkenkunde over
de zeevaarders van de Zuidzee
Toonkunstorkest gaf concert
in De Lakenhal
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
3
DONDERDAG 13 APRIL 1961
Donderdag
Stadsgehoorzaal, 8 uur: Residentie-
Orkest o.l.v. Franz-Paul Decker; soliste:
Blisa Czerfalvi, viool, voor K. en O.
Gebouw Rehoboth, 8 uur: Veron, f.b.-
avond.
Den Haag, Gebouw K. en W.. 8 u.:
Stichting Haagse Opera met „Mephisto-
pheles".
Kurzaal, 8.15 uur: Toneelgroep „Thea
ter" met „Het Hemelbed".
Diligentia, 8 uur: Helen Mc. Kinnon.
mezzo-sopraan, en Felix de Nobel, piano.
Lutherse kerk, 8 uur: Orgelconcert
Feike Asma.
Vrijdag
Schouwburg, 8 uur: Toneelgroep Thea
ter met „De Wonderdoenster", van Wil
liam Gibson, voor K. en O.
Het Gulden Vlies, 8 uur: Vereniging
voor Pedagogiek, dr. S. Wiegersma over
waarde intelkgentieonderzoek.
Restaurant Bellevue, 8 30—10 uur n.m.:
Opgave vakantieweek kappers.
Lakenhal, 8 uur: Opening tentoonstel
ling „Omaggio a Dante" door Italiaanse
ambassadeur.
Den Haag Kon. Schouwburg, 8 u.:
Haagsche Comedie met „Becket of de eer
van God".
Zaterdag
Station N.S., 1.50 uur: Vertrek Kon.
Ned. Natuurk. Vereniging naar Teijlers
Museum, Haarlem.
Aula Stedelijk Gymnasium, 8 uur:
Klassieke avond m.m.v. Jeugdkamer-
orkes* Leiden en koor Rembrandtlyceum.
Het Gulden Vlies, 3—5 uur: Receptie
t.g.v. 50-jarig bestaan Lsidse korfbal
club „Fluks".
Schouwburg, 8 uur: Chr. zangspelgroep
„Staalwijk en omgeving" met operette
„Het geheim van de Hofmaarschalk".
Restaurant Van der Heyden. 8 uur:
Feestavond Leiden-Oxford.
Den Haag, Kon. Schouwburg, 3 u.:
Werkgroep Haagsche Comedie met „De
tv/ee beulen", „Guernica" en „Picnic"
l uur: Haagsche Comedie met „De Kar
dinaal van Spanje".
Gebouw K. en W„ 8.15 uur: Residentie-
Orkest oJ.v. Franz-Paul Decker, solist
Arthur Rubinstein, piano.
Diligentia, 8 uur: Ned. Kamerorkest.
Apotheken
Geopend apotheek Tot hulp der
Menschheid, Hooigracht 28, tel 21060.
Films
Casino (2.30 uur): leenagennelody (al
le leeftijden); (7 en 9 15 uur): Rififi on
der de vrouwen (18 jaai).
Lido (2.30, 7 en 9.15 uur): Zorg, dat je
erbij komt (alle leeftijden).
Luxor (2.30, 7 en 9.15 uur): G.Lblues
(alle leeftijden).
Rex (2.30, 7.15 en 9.15 uur): De wraak
van Tangora (14 jaar>.
Studio i2.30, 7 en 9.15 uur): Witte wil
dernis (alle leeftyden).
Trianon (2.30, 7 en 9.15 uur): Winden
waaien om de rotsen (14 jaar).
Films van vrijdag af
Casino (2.30, 7 en 9.15 uur): De gemas
kerde vleermuis (14 jaar); donderdag:
Royal Ballet (alle leeftijden).
Lido (2.30, 7 en 9.15 uur): De duizend
ogen van dr. Mabuse (18 jaar).
Luxor (2.30, 7 en 9.15 uur): Rode lip
pen (18 jaar).
Rex (2.30, 7.15 en 9.15 uur): Hinderlaag
in Wyoming (14 jaar); donderdag: Vrou
wenkamp Borneo (18 jaar).
Studio (2.30, 7 en 9.15 uur): Het mys
terie van de man die verdween (18 jaar).
Trianon (2.30, 7 en 9.15 uur): Winden
waaien om de rotsen (14 jaar).
(Van een onzer redacteuren
FERSCHOLEN in weelderig groen
liigt daar des zomers de Sterren
wacht van Leiden in het vraagteken
van de Witte Singel. Alleen de koe
pels zijn dan duidelijk te zien; zij
markeren het observatorium van de
Sleutelstad voor ieder die er pas
seert.
Dat vraagteken van de singel, op
foto van KLM-aerocarto N.V.
Schiphol verrassend te zien, hebben
wij tweeërlei symboliek toegekend.
In de eerste plaats voor de Ster
renwacht als wetenschappelijk cen
trum zelf.
Het zou het eind van haar functie
betekenen, als haar werkers preten
deerden, alle geheimen van de zicht
bare hemel te hebben doorvorst.
Prof. dr. Oosterhoff, die ons ter ge
legenheid van het honderdjarig be
staan van dit gebouw op het schier
eiland in de Witte Singel iets over
de ontwikkeling vertélde, deelde ons
juist iets mee over enkele nieuwe
astronomische projecten. „Om u aan
te tonen, dat wij nog midden in
een gewéldige ontwikkelingsperiode
staan."
Geheimen en vraagtekens voor
lopig te over.
Dat kan slechts prikkelen tot in
tensief waamemingswerk en tot het
uitdenken en construeren van de
nodige kolossale en toch zo uiterst
fijne instrumenten.
Het vraagteken van de singel heeft
ook een minder prettige symboliek.
Die hangt samen met de weliswaar
sympathieke maar voor het waar-
nemingswerk hinderlijke omarming
van de Sterrenwacht door „de stad'
En „de stad" betekent: licht: En licht
is iets waaraan sterrenkundigen be
paald geen behoefte hebben.
Prof. Oosterhoff beaamde, dat hier
inderdaad moeilijkheden liggen. Zo
zijn. er al enige tijd onderhandelin
gen gaande tussen de gemeente Lei
den, lichtdeskundigen en mensen van
de Sterrenwacht om een voor beide
pairtijenaanvaardbare oplossing ie
vinden voor de openbare verlichting
van de Witte Singel, die dat geeft
ook de Sterrenwacht toe onvol
doende is.
„Natuurlijk moeten wij cm«»
Kaiser, die leefde van 1808 tot 1872.
meewerken, aat het aantal ongeluk*Pjfteuwe sterrenwacht bood hem gelegen-
ken^niet nog groter wordt, ir^aar ja,
h>et werk van de. Sterrenwacht kan
toch maar niet als iets onbetekenends
over het hoofd worden gezien. Het
is allemaal niet zo gemakkelijk.
Ook hier dus een vraagteken, dat
tevens gébruikt zou kunnen worden
met betrekking tot de vraag, of er
voor de Sterrenwacht nog eens
dwingende redenen zullen ontstaan
tot verplaatsing van haar waarne
mingen.
Daarover is al eens gedacht, maar
enthousiasme voor een dergelijke
suggestie hébben wij bij de sterren
kundigen zélf allerminst kunnen be
speuren. De onmiddellijke nabijheid,
van de universiteit is vanzelfspre
kend van essentieel belang. Boven
dien is de klimatologische gesteld
heid van ons land niet zo, dat met
verplaatsing heel veel zou worden
qewonnen.
Het eeuwfeest van de Sterrenwacht
slaat beslist niet op het astronomische
werk in Leiden. Het is alleen honderd
Volgende week vrijdag hoopt de familie Oostveen een heugelijk feit te
vieren. Het zal dan namelijk honderd jaar geleden zijn, dat mevrouw
C. W. Oostveen-Serlie in Leiden het levenslicht aanschouwde. De bejaarde
dame, die wij enige dagen geleden in de woning van haar oudste dochter,
mevrouw C. W. van Haarlem-Oostveen, aan de Jan van Goyenkade 31 een
bezoek brachten, is nog flink. Zij leest dagelijks haar krant en boeken,
helpt haar dochter door de aardappelen te schillen en breit kleertjes voor
haar achterkleinkinderen. Haar geheugen is nog prima en van veel dingen
uit haar jeugd, verlovingstijd en latere perioden kan zij met smaak ver
tellen.
In 1949 overleed haar man, nadat zij
ruim zestig jaar getrouwd waren ge
weest. Mevrouw Oostveen weet nog heel
goed, dat hij in het begin van hun huwe
lijk slechts ƒ7,50 per week thuis bracht.
Het waren moeilijke tijden en zij kan
nog een beetje boos worden als zij
spreekt over alles wat van dat luttele
bedrag nog afging.
Na het verlies van haar man woonde
mevrouw Oostveen achttien jaar bij haar
oudste zoon, de heer C W. Oostveen. aan
de Rijn- en Schiekade 121. Het is nu al
weer zeven jaar geleden dat zij naar de
Jan van Goyenkade verhuisde.
Degene, die zich hiervoor wel het meest
dankbaar voelt, is zijzelf. Mevrouw Oost
veen geniet van de dingen, die zij nog
mag doen en zij stelt belang in allerlei
zaken. Kortgeleden leverde zij enkele
staaltjes van haar breikunst in voor een
bazaar en zond zij een pakketje naar het
verre Australië, waar één van haar vier
kinderen met haar gezin woont.
De bijna 100-jarige vrouw vertelde ons,
dat zij slechts tweemaal in haar leven
ernstig ziek is geweest. Op 65-jarige leef
tijd kreeg zij longontsteking en toen zij
73 was roodvonk. Haar arts, dokter Jas-
perse, heeft haar een paar weken geleden
voor het eerst wat medicijnen voorge
schreven voor het hart en hij is er blij
om, dat hij volgende week een nog zo
krasse honderdjarige hoopt te mogen
feliciteren, de tweede in zijn praktijk.
Sterrenwacht
In haar verlovingstijd diende de toen
malige mejuffrouw Serlie bij professor
Van de Sande Bakhuizen; twintig jaar
na haar huwelijk verhuisde zij met haar
man en kinderen naar de Sterrenwacht,
waar zij op verzoek van de familie Van
de Sande Bakhuizen tien jaar lang als
huisbewaarders optraden.
Promotie
De bijna honderdjarige heeft vijf kin
deren gehad, van wie er één kort na de
geboorte overleed. Twee zoons en twee
dochters mocht zij behouden en zij heeft
er nu dertien kleinkinderen cn tien
achterkleinkinderen bij.
Een voor haar plezierig feit is, dat zij
de promotiedag van haar kleinzoon A.
van Haarlem, hervormd predikant van
Nieuw- en Sint Joosland (Zeeland), hoopt
te beleven, die in Leiden op 19 april zijn
proefschrift zal verdedigen.
jaar geleden, dat het tegenwoordige ge
bouw in gebruik werd genomen.
Een feestelijke opening is er niet ge-
weest, zodat het niet mogelijk was, een
officiële datum te vinden. Vast staat,
dat het gebouw in 1860 is klaargekomen.
Het eeuwfeest had dus net zo goed ih
december vorig jaar gevierd kunnen
worden. „Maar een jaar is gauw om en
bovendien zaten wij in een verbouwing",
verklaarde prof. Oosterhoff. „En nu
kunnen wij de gasten straks op 12 mei
ook de nieuwe vleugel laten zien".
Toen de Sterrenwacht klaar was, had
zij nog geen instrumentarium. Er was
wel een meridiaankij'ker besteld, maar
die kwam pas in het begin van 1861 aan.
In het voorjaar van dat jaar ging dit
hoofdinstrument in werking. Vandaar de
viering in mei. „Verder is 12 mei een
toevallige datum".
Leiden kende al in de zeventiende
eeuw sterrenkunde. Als de eerste docent
moet professor Jacob Golius worden ge
noemd, die hoogleraar was in het Ara
bisch. F.en scherpe scheiding tussen de
verschillende wetenschappen had men
dus niet. Er z\jn zelfs perioden geweest,
waarin de sterrenkunde in het geheel
niet werd onderwezen. Gezegd kan wor
den, dat zij in 1881, met de opening van
het nieuwe gebouw, een definitief ka
rakter kreeg.
Friedrich Kaiser
De eerste hoogleraar was Friedrich
tig gegevens over allerlei waarne
mingsresultaten, evenals van de niet-
Leia.se post bij de radiotelescoop in
Dwingeloo. Al dit materiaal wordt in
Leiden „verwerkt" en het onderzoek
vindt dan zyn neerslag in wetenschap
pelijke publikaties.
Geweldige ontwikkeling
Er z(jn twee projecten definitief ge
worden, die, naar de mening van prof.
Oosterhoff, symptomatisch zijn voor de
geweldige ontwikkeling, waarin de ster
renkunde nog altijd staat.
België, Frankrijk, Nederland, West-
Duitsland en Zweden zijn tot samenwer.
king gekomen om op het zuidelijk half
rond een sterrenwacht te krijgen met
een instrumentarium dat vergelijkbaar
is bij dat in bijv. Amerikaanse observa
toria.
Over de plaats van dit waarnemings
centrum is nog geen beslissing genomen.
Gedacht is aan Zuid-Afrika, maar de
aarzeling is door de politieke ontwikke
ling in Afrika nogal toegenomen. Wel
licht is er in Zuid-Amerika of Australië
ook een geschikte plaats te vinden.
Het tweede plan betreft de bouw
een grote krulsantenne voor de radlo-
astronomle „ergens in Nederland of Bel.
gië*\ Deze antenne zal met niet minder
dan vijfhonderd ontvangers worden uit
gerust.
Ook daarvan is de plaats nog niet be
kend. Er moet voor de doeltreffendheid
van de waarnemingen aan zoveel voor
waarden worden voldaan, dat het vin
den van die plaats verre van gemakke
lijk is. Deze uitbreiding wordt aange
duid als het „Beneluxplan".
Leiden is bij beide plannen betrokken.
De viering
Zo zal bij de viering van het eeuw
feest van de Sterrenwacht niet alleen 'be
hoeven te worden gesproken over de ge
schiedenis van de Leidse astronomie.
Over haar constellatie en verwachtingen
is zoveel te zeggen dat de gasten op i2
mei ongetwijfeld geboeid naar prof. Oort
zullen luisteren als deze 's middags half
drie in de gelegenheid is in de filmzaal
van het academiegebouw een rede uit te
spreken.
In die bijeenkomst hopen ook de pre
sident-curator, die indertijd op een astro
nomisch proefschrift promoveerde, de
decaan van de faculteit der wis- en na
tuurkunde en de voorzitter van de Ne
derlandse vereniging voor weer- en ster-
ren'kunde het woord voeren.
Er zijn geen buitenlanders uitgenodigd;
de directie van de Sterrenwacht heeft
over de grenzen geen melding van het
eeuwfeest gemaakt.
Na de bijeenkomst in de filmzaal zul
len de gasten de nieuwe vleugel van het
gebouw bezichtigen, alsmede een in de
collegezalen in te richten tentoonstelling
van historisch interessant materiaal en
foto's van de tegenwoordige stand van
zaken in de astronomie. Ook voor de
burgerij zal er gelegenheid zijn van deze
expositie kennis ie nemen. Ten slotte
zal op 12 mei een receptie worden ge
houden.
Brede stranden, wuivende palmen, een kleurige en makkelijk levende
bevolking, wonend op de talloze kleine en die enkele grotere eilanden te
midden van een eindeloze oceaan. Zo stelt men zich graag de Zuidzee voor,
of tenminste, het land in de zee. De oceaan zelf, deze grootste watervlakte
ter wereld, is echter van minstens even grote betekenis voor de mens.
Vele moedige zeevaarders vonden in deze onmetelijke zee een uitdaging
voor hun durf en ondernemingszin. „Zeevaarders van de Zuidzee", zo
noemde dr. H. H. Frese, conservator aan het rijksmuseum voor volken
kunde te Leiden, zijn met lichtbeelden geïllustreerde voordracht, die hij
als laatste in de serie win terlezingen in die aula van dit museum hiield.
In de 16e en 17e eeuw waren het de
Spanjaarden en Hollanders; in de 18e
eeuw, de glorietijd der ontdekkingsrei
zen, waren het vooral de Engelsen en
Fransen, die de verre Zuidzee met zijn
eilanden en hun bewoners verkenden.
Hun reisverslagen werden in Europa
met graagte gelezen, te meer omdat zij
spraken over paradijselijke leven, dat
men op de eilanden had aangetroffen.
Zo ontstond een Zuidzee-romantiek die
tot op de huidige dag het hart van
velen sneller doet kloppen.
Wie waren deze mensen die door de
Europese reizigers overal werden aan
getroffen? Zij moeten oorspronkelijk op
het vasteland hebben gewoond. Waar
kwamen zij vandaan en hoe hebben zij
kans gezien hun bestemming overzee
te bereiken? Dergelijke vragen,
reeds door de eerste Europese bezoe
kers werden gesteld, houden ook nu nog
de gemoederen bezig. Men denke slechts
a^n Heyerdahl's tocht met het vlot
„Kon Tiki", van Peru naar Polynesië,
waarmee hij aantoonde dat een derge
lijke oversteek technisch mogelijk ge
weest moet zijn voor vlotten van het oude
Peruaanse model. Veel minder bekend
is de tocht die Eric de Bisschop maakte
van 1956'58. Met-een bamboevlot zeilde
hij van Tahiti tot vlak onder de Chileen
se kust. Later voer hij van Chili terug
naar Polynesië, waar hij bij de schipbreuk
van zijn „Tahiti Nui" de zeemansdood
vond. Deze recente reizen hebben een
nieuw licht geworpen op de mogelijk
heid van eventuele vroege contacten
tussen bewoners van Polynesië, het
grootste eilandenrijk in de Zuidzee, ener
zijds en Amerika anderzijds.
Vlerkprauwen
Toch, zo betoogde dr Frese, moet men
de herkomst van de Zuidzee eerder in
Azië dan in Amerika zoeken. In hun
talen, hun stenen werktuigen en monu
menten, maar ook door hun voedings
middelen vertonen de Polynesische cul
turen een onmiskenbare verwantschap
met die van Zuidoost Azië, Indonesië jn
het bijzonder. Dit geldt evenzeer voor
hun schepen, wellicht één van de belang
rijkste argumenten als men de herkomst
van deze zeevaarders wil vaststellen.
De uit Indonesië bekende vlerkprau
wen werden in enkelvoudige vormen
overal in Polynesië gebruikt. Uit deze
vorm zijn waarschijnlijk de veel grotere
tweelingboten ontstaan. Het waren voor
al deze schepen die voor de Polynesische
„zeeverhuizingen" werden gebruikt. Of
zij nu uit grote boomstammen waren
vervaardigd, dan wel met veel moeite
uit kleinere stukken hout genaaid wa
meestal bleken het zeewaardige vaartui
gen te zijn die een redelijke snelheid
konden ontwikkelen. De gravures die de
Europese reisverhalen sieren, tonen hoe
de schepen eruit zagen in een tijd toen
de Polynesische zeevaart net haar groot
ste bloeitijd achter de rug- had.
De verjaardag van deze oude Leidse
inwoonster, die nog bij de begrafenis
van koningin Sophie (de echtgenote ran
koning Willem III) aanwezig was en
daarvan met de trekschuit Den Haag-
Leiden terugkeerde (een tocht van drie
uren), zal, mede in verband met haar
hoge leeftijd, in familiekring worden ge
vierd. De kring, waarin ieder zich, met
mevrouw Oostveen zelf, verheugt in het
feit, dat zij nog zoveel mag genieten van
de dingen die het leven haar biedt. Zij
is Code dankbaar voor dit alles.
heid belangrijke onderzoekingen te doen,
örtdec rrt'è'er naar de komeet van Halley.
Ook Is zijrfhrbeid van" betekenis geweest
voor de verbetering van bij de marine
gebruikte instrumenten.
Prof. Oosterhoff sprak de hoop uit, dat
op de receptie van 12 mei ook enige na-
zaten van prof. Kaiser aanwezig zullen
zyn.
Een brede bezetting had het observa
torium ten tijde van Kaiser nog niet. Hij
had slechts één wetenschappelijk man
naast zich en zijn staf bestond uit één
bediende. Nu telt alleen het universitaire
personeel al vijftig man; in totaal wer
ken op de Sterrenwacht 65 mensen. On
geveer twintig zyn er zuiver weten-
schappelijk werkzaam.
Tot omstreeks 1890 is het centrale
instrument ook van de Leidse astro
nomie de meridiaankijker geweest,
die de onderzoekers in staat stelde,
de positie van de hemellichamen
nauwkeurig te bepalen. Aan het eind
van de vorige eeuw kwam de foto
grafische kijker in gebruik. Men kon
toen foto's van de hemel maken en
de helderheid en de kleuren van de
sterren vaststellen. Omstreeks 1930
begonnen de foto-elektrische waar
nemingen en na de tweede wereld
oorlog vroeg vooral de radio-astro-
nomie de aandacht, die de meting
van de straling der hemellichamen
ten doel heeft.
Brede uitwisseling
De aard van de astronomische weten
schap en de plaatselijke situatie bren
gen mee, dat de Leidse sterrenwacht
van een geïsoleerde positie niets moet
hebben. Trouwens, ook in de tijd van
Kaiser waren er al intensieve interna
tionale contacten En diens opvolgers
hebben allen gestreefd naar een zo breed
mogelijke uitwisseling van gegevens
over de waarneminger en het weten
schappelijk werk dat daarvan het resul
taat was.
De vele voorname functies van de te
genwoordige hoogleraar-directeur, prof.
Oort, zijn er wel een overduidelijk
bewijs van, dat op dit punt alle beschik
bare krachten woeden ingespannen. Ver
scheidene astronomische experimenten,
nationaal als internabionaal, zouden zon
der zijn initiatief en stuwende mede
werking moeilijk op gang zijn gekomen.
Zo is bij de enige jaren geleden in ge
bruik gestelde radiotelescoop in Dwin
geloo (Drenthe), wat het astronomische
waamemingswerk betreft, Leiden voor
een zeer groot deel betrokken.
Heldere nachten
Het Nederlandse klimaat werkt be
paald niet mee, dat hier een observato-
rium zyn instrumenten volop kan ge-
bruiken. Er zijn maar weinig heldere
nachten. Hei instrumentarium van de
Leidse Sterrenwacht is dan ook betrek
kelijk klein, ofschoon het voldoende
moet blijven voor bepaalde waarnemin
gen en voor de opleiding van de studen
ten.
„Het gaat hier alleen wat langzamer",
zei prof. Oosterhoff. „Instrumenten zul
len nooit gemist kunnen worden, al om
dat zij de studenten het gevoel geven
dat zij constructief werk doen. Die prak
tische oefening hebben zij voor hun la
tere werk aan de grotere instrumenten
hard nodig".
Dat onvoldoende in Leiden zelf"
heeft echter geleid tot een zeer vrucht
dragend contact met Zuid-Afrika,
waar van 1923 af tn samenwerking
met de Unie-sterrenwacht astrono
misch werk wordt verricht. Dit gebied
is daarvoor bijzonder geschikt. Van
april tot september heeft men er vrij
wel continu heldere nachten.
Van dit zuidelijke station, dat een
specifiek Leidse aangelegenheid is,
krijgt de Leidse sterrenwacht regelma-
TJET Tooiikunst-orkest, onder auspiciën van de Leidse Mij. voor Toon-
kunst en bestaande uit muziekminnende en -beoefenende dilettanten,
is op zichzelf al een zeer oude instelling die in de loop der jaren vele
vormveranderingen heeft gekend. Sinds ongeveer twee jaar staat dit en
semble onder leiding van de dirigent Louis Dispa en er is onder zijn be
zielende leiding hard gewerkt. Dit bleek ons tijdens het invitatieconcert,
dat gisteravond het Toonkunstorkest gaf in de Grote Pers van De Lakenhal
De zaal was bijna geheel gevuld met
belangstellenden en deze zullen zeker
geen spijt hebben gehad van hun komst.
Er werd geestdriftig, doch vooral ook
nauwgezet en gedisciplineerd gemuci-
seerd, met veel stijlbegrip en zin voor
nuances. Hetgeen Louis Dispa met dilet
tanten heeft weten te bereiken, moet ze
ker opmerkelijk genoemd worden.
We hoorden voornamelijk de strijkers-
groep van het orkest, plus een soloflui-
tiste en een continuospeler aan het cla-
vecimbel, tezamen ongeveer een vijftien
tal orkestleden.
Het programma was uitgebreid, mis
schien iets te breedvoerig, en bestond
uit het concerto grosso in c fno. 3) van
Corelli, een suite van Hëndel in A. Bachs
tweede orkestsuite in b met solofluit,
het kwartet in G, K.V. 307 van Mozart
en Haydns 27ste symfonie in G. Vielen
in Corelli nog wel enige onzekerheden
waar te nemen, in Hëndel werd reeds
een uitstekend peil bereikt.
De frisheid en ritmische vaart, die deze
uitvoering kenmerkten, werden ook ge
handhaafd in Bachs bekende tweede
suite, waarbij mej. dr. M. van Benthem
Jutting op zeer verdienstelijke wijze de
solofluitpartij blies.
Mozarts prachtige kwartet in G werd
Opeii-Deurdienst met spel
van G. van der Graft in
de Maranathakerk
In de Maranathakeric (Lage Morsweg,
tegenover de Vondellaan) wordt zondag
avond een spel van Guillaume van der
Graft opgevoerd. Het vormt de Inhoud
van een Open Deur-dienst o.l.v. ds. Mon-
teban uit Driebergen, predikant van de
Open Deur.
De titel van het spel: „Het eerste
kwartier" zou aangevuld kunnen wor
den: het eerste kwartier van de schep
ping. Hoofdfiguren zijn de engelen Mi-
chaël en Lucifer, die naar aanleiding
van de schepping van de mens hun ge
dachten over de mogelijkheden van
goed en kwaad, die door de mens in de
schepping van God teweeggebracht kun
nen worden, uitspreken.
De dichter, Guillaume van der Graft.
i Leiden o.m. bekend door zijn kerst
en paasspel, houdt ons in deze tijd van
grootse mogelijkheden voor verwezenlij
king van goede, vrede-brengende daden
en gebeurtenissen naast afschuwelijke
mogelijkheden van demonisch kwaad, uit
de Bijbel een niets verbergende spiegel
voor en doet op deze wijze een indrin
gend beroep op onze verantwoordoliik-
heid.
Deze dienst in de Maranathakerk be
gint om zeven uur.
In Leiden is aangehouden de 26-j.
metselaar A. van E., die uit Den Haag
een bromfiets had gestolen en deze wilde
verkopen. Ook op 26 maart heeft E. m
Den Haag een bromfiets gestolen die
hij in Leiden had verkocht.
door vier leden van het orkest op alles
zins respectabele wijze uitgevoerd, we
meenden echter dat in een dergelijk
klassiek meesterwerk uit de kwartetlite
ratuur het luisteren naar dilettanten hoe
verdienstelijk deze ook mogen zijn, iets
minder aanvaardbaar is dan bijv. in 18de
eeuwse suite- cn divertimento-literatuur.
Men stelt bij een Mozart-kwartet on
willekeurig wat hogere eisen. Niette
min een uitstekende prestatie! De 27ste
symfonie van Jos. Haydy besloot op
fraaie wijze in een vreugdevolle stemming
deze charmante avond, die ons het recht
geeft van het Toonkunstorkest in de
naaste toekomst nog veel te verwachten.
Een hartelyk applaus viel het ensem
ble ten deel.
Dr. J. v. d. Veen
Met het vaststellen van het vermoe
delijke land van herkomst mag echter
niet worden volstaan. Men zou willen
weten wanneer en vooral, waarom deze
mensen wegtrokken, de onbekende zee
tegemoet. Weinig is hierover bekend,
maar algemeen wordt aangenomen dat
de grote trek honderden jaren voor het
begin van onze jaartelling een aanvang
nam.
Later, in de tijd toen de Noormannen
Europa onveilig maakten, verspreidden
de „Vikings van de zonsopgang", zoals
de Polynesiërs wel worden genoemd,
zich van Tahiti naar Hawaii in het Noor
den en Nieuw Zeeland in het Zuiden. Uit
pure ondernemingslust en zucht tot avon
tuur, of wel ontsnappend aan een drei
gende overbevolking van de eilanden,
dan wel verjaagd door van elders ge
komen veroveraars, trokken zij met hun
hele hebben en houden het onbekende
tegemoet. Hoewel men de navigatiekunst
vrij goed beheerste en over schepen be
schikte waarmee men ook van tegenwind
ten dele gebruik kon maken, werd de
afloop van deze reizen veel vaker door
het toeval bepaald dan nu vaak wordt
gedacht.
De gevaren onderweg waren groot.
Voor velen kwam het beloofde land nim
mer in zicht. Zij, die de tocht echter
overleefden, vonden een nieuwe woon
plaats, tot ze weer ook daarvan wegtrok
ken, nog verder de zon tegemoet. Hoe
groot de gevaren wel waren die men
onderweg moest trotseren, blijkt wel uit
de vergelijkbare avonturen van Heycr-
dahl en Eric de Bisschop en hun talrijke
Europese voorgangers. Men moet dan ook
des te meer bewondering hebben voor de
Polynesiërs die met meer beperkte mid
delen dezelfde of nog grotere prestaties
hebben geleverd.
Goed debuut van
Boshuisspelers
Op 26 september 1960 werd tn de
Hervormde wijkgemeente Boshuizer-
wijk de toneelvereniging „De Bos
huisspelers" opgericht Deze toneel
groep gaf gisteravond in het Bos
huis aan de Hoflaan de eerste uit
voering, die bijzonder goed was. De
groep verdient werkelijk een heel
wat enthousiaster publiek dan gister
avond!
Het stuk, dat oprichter cn tevens re
gisseur C. van den Heuvel had gekozen
„Een schip vaart uit", is moeilijk te
spelen, doch de tonelisten waren er a!-
len op een enlkele na, tegen opgewassen.
Het speelt in het vissersdorpje Duln-
wljik, waar de weduwnaar ds. Hartman,
(een rol die zeer goed werd vertolkt
door de heer P. Eveleens). de zorg heeft
niet alleen voor zijn dochter, doch ook
voor het behoud van zijn naam en pas
torie. Hij heeft namelijk bij zijn zwager,
broer van zijn overleden vrouw, geld
geleend in de vorm van een hypotheek
op zijn huis. Met dit geld heeft hij de
nagedachtenis van zijn schoonvader wil
len eren, daar deze door onfortuinlijke
speculaties zich geld had toegeëigend uit
de kas van liefdadigheidsinstellingen.
Deze zwager nu, die aannemer is, wil
door ahantage op de dochter van de
dominee, en door meer van dergelijke
gemene streken het huis in handen zien
te krijgen, daar dit bijzonder gunstig ligt
wat betreft het uitzicht op zee om er een
aviljoen te bouwen.
Het komt echter vooral door mede
werking van de oude zeekapitein Jozef
Stael (een rol, die goed werd gespeeld
door de heer C. H. Kokee) en door Saar,
de huishoudster (ook goed gespeeld door
mevrouw M. W. S. Bor-Leenheer), g».
lukikig allemaal op zijn pootjes terecht.
Als goede acteurs moeten nog worden
genoemd mevrouw E. van der Schaaf-
Plaat en mejuffrouw P. M. Landkroon.
De heer N. L. Segaar, als de geestelijk
gestoorde Klaassie, was uitmuntend.
Ten slotte bood ds. H. Bouter de dames
van het toneelgezelschap zeep aan en
de heren sigaretten.
De leden van K. en O. hebben gisteravond in de stadsgehoorzaal kunnen
genieten van een cabaret- en variétévoorstelling, waaraan een keur van
goede Nederlandse artiesten meewerkte. Teddy en Henk Scholten, Willy
Alberti, Frans van Dusschoten hébben hun microfoon, en toneelsporen
verdiend en ook gisteren tvas te merken, dat zij met recht kunnen bogen
op een goede reputatie in ons land.
flinke stem, werd na het zingen van zijn
beroemd geworden Italiaanse liedjes vele
malen teruggeroepen. Toen hij tenslotte
niet meer op het toneel verscheen, was
te merken dat het publiek nog wel wat
had willen horen. Een compliment voor
een artiest, die zich op één bepaald genre
toelegt.
Na de pauze kwamen Teddy en Henk,
De Wico's en de conférencier nogmaals
voor het voetlicht. Het Olympia trio
voerde een speels dansje op. waarna dc
jongste van het groepje een solonummer
tje weggaf.
Als goed sluitstuk kwamen drie muzi
kale clowns op de planken, het Coranto
trio. Voor de laatste maal veranderde dc
sfeer onder het publiek en men kreeg
de indruk een circusvoorstelling bij te
wonen. De Coranto's verdienden het luid
ruchtige applaus ten volle.
De algehele muzikale begeleiding werd
op bescheiden en daardoor prettige, wijze
verzorgd door het trio Wim JonRbloed.
Het Gewestelijk Arbeidsbureau Leiden,
dat de samenstelling en produktie van
dit zo gevarieerde programma had ver
zorgd, heeft hiermee zijn reeds goede re
putatie bevestigd, en K. en O. kan daar
niet anders dan tevreden over zijn.
De Wico's, twee accordeonvirtuozen,
van wie de vrouwelijke partner boven
dien op aardige wijze haar dans- en
zangnummers weet te brengen, begonnen
hun eerste nummer goed: zij brachten
met hun vrolijke melodietjes een gezel
lige stemming in de zaal.
Een viertal acrobaten, dat onder de
verzamelnaam „dc familie Osmani" op
trad, viel in voor de Martinelly's, die
wegens ziekte van één van hen verhin
derd waren. De Osmani's vervulden hun
taak echter uitstekend cn deden menig
maal het publiek de adem inhouden door
hun lenige toeren.
Zodra Teddy en Henk Scholten op de
planken komen, hing er een andere 6feer
in de zaal: zij luidden het onderdeel „ca
baret" van het zeer gevarieerde K. en O -
programma in. Met hun eigen liedjes
oogstten zij groot succes. Hun teksten,
arrangementen en toneel talenten zyn pit
tig. verantwoord en origineel. Zij vormen
een stel, waardoor het prettig is te luis
teren en tijdens hun optreden zit men
bijna voortdurend glimlachend te genie
ten.
Reputatie bevestigd
Conférencier Frans van Dusschoten
leidde zichzelf in als imitator. Met zijn
stem kan hij veel dingen doen en om
zijn Westfriese beertje, zijn Snip en Snap,
Jules de Korte, Toon Hermans, Heintje
Davids en vele anderen werd hij beloond
raet een flink applaus. Terecht overigens,
want ook hij weet, hoe je met de micro
foon en het publiek moet omgaan.
Willi Alberti, de kleine man met zijn