Levende Sterrenwacht in het vraagteken van de singel Mevrouw Oostveen-Serlie Leiden wordt 100 jaar te Grote kleinkunstavond voor K. en O. Eeuwfeest in LEIDEN Agenda voor Leiden en Den Haag Nieuwe plannen getuigen van een nog steeds geweldige ontwikkeling Volgende week vrijdag m Lezing in Volkenkunde over de zeevaarders van de Zuidzee Toonkunstorkest gaf concert in De Lakenhal NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 DONDERDAG 13 APRIL 1961 Donderdag Stadsgehoorzaal, 8 uur: Residentie- Orkest o.l.v. Franz-Paul Decker; soliste: Blisa Czerfalvi, viool, voor K. en O. Gebouw Rehoboth, 8 uur: Veron, f.b.- avond. Den Haag, Gebouw K. en W.. 8 u.: Stichting Haagse Opera met „Mephisto- pheles". Kurzaal, 8.15 uur: Toneelgroep „Thea ter" met „Het Hemelbed". Diligentia, 8 uur: Helen Mc. Kinnon. mezzo-sopraan, en Felix de Nobel, piano. Lutherse kerk, 8 uur: Orgelconcert Feike Asma. Vrijdag Schouwburg, 8 uur: Toneelgroep Thea ter met „De Wonderdoenster", van Wil liam Gibson, voor K. en O. Het Gulden Vlies, 8 uur: Vereniging voor Pedagogiek, dr. S. Wiegersma over waarde intelkgentieonderzoek. Restaurant Bellevue, 8 30—10 uur n.m.: Opgave vakantieweek kappers. Lakenhal, 8 uur: Opening tentoonstel ling „Omaggio a Dante" door Italiaanse ambassadeur. Den Haag Kon. Schouwburg, 8 u.: Haagsche Comedie met „Becket of de eer van God". Zaterdag Station N.S., 1.50 uur: Vertrek Kon. Ned. Natuurk. Vereniging naar Teijlers Museum, Haarlem. Aula Stedelijk Gymnasium, 8 uur: Klassieke avond m.m.v. Jeugdkamer- orkes* Leiden en koor Rembrandtlyceum. Het Gulden Vlies, 3—5 uur: Receptie t.g.v. 50-jarig bestaan Lsidse korfbal club „Fluks". Schouwburg, 8 uur: Chr. zangspelgroep „Staalwijk en omgeving" met operette „Het geheim van de Hofmaarschalk". Restaurant Van der Heyden. 8 uur: Feestavond Leiden-Oxford. Den Haag, Kon. Schouwburg, 3 u.: Werkgroep Haagsche Comedie met „De tv/ee beulen", „Guernica" en „Picnic" l uur: Haagsche Comedie met „De Kar dinaal van Spanje". Gebouw K. en W„ 8.15 uur: Residentie- Orkest oJ.v. Franz-Paul Decker, solist Arthur Rubinstein, piano. Diligentia, 8 uur: Ned. Kamerorkest. Apotheken Geopend apotheek Tot hulp der Menschheid, Hooigracht 28, tel 21060. Films Casino (2.30 uur): leenagennelody (al le leeftijden); (7 en 9 15 uur): Rififi on der de vrouwen (18 jaai). Lido (2.30, 7 en 9.15 uur): Zorg, dat je erbij komt (alle leeftijden). Luxor (2.30, 7 en 9.15 uur): G.Lblues (alle leeftijden). Rex (2.30, 7.15 en 9.15 uur): De wraak van Tangora (14 jaar>. Studio i2.30, 7 en 9.15 uur): Witte wil dernis (alle leeftyden). Trianon (2.30, 7 en 9.15 uur): Winden waaien om de rotsen (14 jaar). Films van vrijdag af Casino (2.30, 7 en 9.15 uur): De gemas kerde vleermuis (14 jaar); donderdag: Royal Ballet (alle leeftijden). Lido (2.30, 7 en 9.15 uur): De duizend ogen van dr. Mabuse (18 jaar). Luxor (2.30, 7 en 9.15 uur): Rode lip pen (18 jaar). Rex (2.30, 7.15 en 9.15 uur): Hinderlaag in Wyoming (14 jaar); donderdag: Vrou wenkamp Borneo (18 jaar). Studio (2.30, 7 en 9.15 uur): Het mys terie van de man die verdween (18 jaar). Trianon (2.30, 7 en 9.15 uur): Winden waaien om de rotsen (14 jaar). (Van een onzer redacteuren FERSCHOLEN in weelderig groen liigt daar des zomers de Sterren wacht van Leiden in het vraagteken van de Witte Singel. Alleen de koe pels zijn dan duidelijk te zien; zij markeren het observatorium van de Sleutelstad voor ieder die er pas seert. Dat vraagteken van de singel, op foto van KLM-aerocarto N.V. Schiphol verrassend te zien, hebben wij tweeërlei symboliek toegekend. In de eerste plaats voor de Ster renwacht als wetenschappelijk cen trum zelf. Het zou het eind van haar functie betekenen, als haar werkers preten deerden, alle geheimen van de zicht bare hemel te hebben doorvorst. Prof. dr. Oosterhoff, die ons ter ge legenheid van het honderdjarig be staan van dit gebouw op het schier eiland in de Witte Singel iets over de ontwikkeling vertélde, deelde ons juist iets mee over enkele nieuwe astronomische projecten. „Om u aan te tonen, dat wij nog midden in een gewéldige ontwikkelingsperiode staan." Geheimen en vraagtekens voor lopig te over. Dat kan slechts prikkelen tot in tensief waamemingswerk en tot het uitdenken en construeren van de nodige kolossale en toch zo uiterst fijne instrumenten. Het vraagteken van de singel heeft ook een minder prettige symboliek. Die hangt samen met de weliswaar sympathieke maar voor het waar- nemingswerk hinderlijke omarming van de Sterrenwacht door „de stad' En „de stad" betekent: licht: En licht is iets waaraan sterrenkundigen be paald geen behoefte hebben. Prof. Oosterhoff beaamde, dat hier inderdaad moeilijkheden liggen. Zo zijn. er al enige tijd onderhandelin gen gaande tussen de gemeente Lei den, lichtdeskundigen en mensen van de Sterrenwacht om een voor beide pairtijenaanvaardbare oplossing ie vinden voor de openbare verlichting van de Witte Singel, die dat geeft ook de Sterrenwacht toe onvol doende is. „Natuurlijk moeten wij cm«» Kaiser, die leefde van 1808 tot 1872. meewerken, aat het aantal ongeluk*Pjfteuwe sterrenwacht bood hem gelegen- ken^niet nog groter wordt, ir^aar ja, h>et werk van de. Sterrenwacht kan toch maar niet als iets onbetekenends over het hoofd worden gezien. Het is allemaal niet zo gemakkelijk. Ook hier dus een vraagteken, dat tevens gébruikt zou kunnen worden met betrekking tot de vraag, of er voor de Sterrenwacht nog eens dwingende redenen zullen ontstaan tot verplaatsing van haar waarne mingen. Daarover is al eens gedacht, maar enthousiasme voor een dergelijke suggestie hébben wij bij de sterren kundigen zélf allerminst kunnen be speuren. De onmiddellijke nabijheid, van de universiteit is vanzelfspre kend van essentieel belang. Boven dien is de klimatologische gesteld heid van ons land niet zo, dat met verplaatsing heel veel zou worden qewonnen. Het eeuwfeest van de Sterrenwacht slaat beslist niet op het astronomische werk in Leiden. Het is alleen honderd Volgende week vrijdag hoopt de familie Oostveen een heugelijk feit te vieren. Het zal dan namelijk honderd jaar geleden zijn, dat mevrouw C. W. Oostveen-Serlie in Leiden het levenslicht aanschouwde. De bejaarde dame, die wij enige dagen geleden in de woning van haar oudste dochter, mevrouw C. W. van Haarlem-Oostveen, aan de Jan van Goyenkade 31 een bezoek brachten, is nog flink. Zij leest dagelijks haar krant en boeken, helpt haar dochter door de aardappelen te schillen en breit kleertjes voor haar achterkleinkinderen. Haar geheugen is nog prima en van veel dingen uit haar jeugd, verlovingstijd en latere perioden kan zij met smaak ver tellen. In 1949 overleed haar man, nadat zij ruim zestig jaar getrouwd waren ge weest. Mevrouw Oostveen weet nog heel goed, dat hij in het begin van hun huwe lijk slechts ƒ7,50 per week thuis bracht. Het waren moeilijke tijden en zij kan nog een beetje boos worden als zij spreekt over alles wat van dat luttele bedrag nog afging. Na het verlies van haar man woonde mevrouw Oostveen achttien jaar bij haar oudste zoon, de heer C W. Oostveen. aan de Rijn- en Schiekade 121. Het is nu al weer zeven jaar geleden dat zij naar de Jan van Goyenkade verhuisde. Degene, die zich hiervoor wel het meest dankbaar voelt, is zijzelf. Mevrouw Oost veen geniet van de dingen, die zij nog mag doen en zij stelt belang in allerlei zaken. Kortgeleden leverde zij enkele staaltjes van haar breikunst in voor een bazaar en zond zij een pakketje naar het verre Australië, waar één van haar vier kinderen met haar gezin woont. De bijna 100-jarige vrouw vertelde ons, dat zij slechts tweemaal in haar leven ernstig ziek is geweest. Op 65-jarige leef tijd kreeg zij longontsteking en toen zij 73 was roodvonk. Haar arts, dokter Jas- perse, heeft haar een paar weken geleden voor het eerst wat medicijnen voorge schreven voor het hart en hij is er blij om, dat hij volgende week een nog zo krasse honderdjarige hoopt te mogen feliciteren, de tweede in zijn praktijk. Sterrenwacht In haar verlovingstijd diende de toen malige mejuffrouw Serlie bij professor Van de Sande Bakhuizen; twintig jaar na haar huwelijk verhuisde zij met haar man en kinderen naar de Sterrenwacht, waar zij op verzoek van de familie Van de Sande Bakhuizen tien jaar lang als huisbewaarders optraden. Promotie De bijna honderdjarige heeft vijf kin deren gehad, van wie er één kort na de geboorte overleed. Twee zoons en twee dochters mocht zij behouden en zij heeft er nu dertien kleinkinderen cn tien achterkleinkinderen bij. Een voor haar plezierig feit is, dat zij de promotiedag van haar kleinzoon A. van Haarlem, hervormd predikant van Nieuw- en Sint Joosland (Zeeland), hoopt te beleven, die in Leiden op 19 april zijn proefschrift zal verdedigen. jaar geleden, dat het tegenwoordige ge bouw in gebruik werd genomen. Een feestelijke opening is er niet ge- weest, zodat het niet mogelijk was, een officiële datum te vinden. Vast staat, dat het gebouw in 1860 is klaargekomen. Het eeuwfeest had dus net zo goed ih december vorig jaar gevierd kunnen worden. „Maar een jaar is gauw om en bovendien zaten wij in een verbouwing", verklaarde prof. Oosterhoff. „En nu kunnen wij de gasten straks op 12 mei ook de nieuwe vleugel laten zien". Toen de Sterrenwacht klaar was, had zij nog geen instrumentarium. Er was wel een meridiaankij'ker besteld, maar die kwam pas in het begin van 1861 aan. In het voorjaar van dat jaar ging dit hoofdinstrument in werking. Vandaar de viering in mei. „Verder is 12 mei een toevallige datum". Leiden kende al in de zeventiende eeuw sterrenkunde. Als de eerste docent moet professor Jacob Golius worden ge noemd, die hoogleraar was in het Ara bisch. F.en scherpe scheiding tussen de verschillende wetenschappen had men dus niet. Er z\jn zelfs perioden geweest, waarin de sterrenkunde in het geheel niet werd onderwezen. Gezegd kan wor den, dat zij in 1881, met de opening van het nieuwe gebouw, een definitief ka rakter kreeg. Friedrich Kaiser De eerste hoogleraar was Friedrich tig gegevens over allerlei waarne mingsresultaten, evenals van de niet- Leia.se post bij de radiotelescoop in Dwingeloo. Al dit materiaal wordt in Leiden „verwerkt" en het onderzoek vindt dan zyn neerslag in wetenschap pelijke publikaties. Geweldige ontwikkeling Er z(jn twee projecten definitief ge worden, die, naar de mening van prof. Oosterhoff, symptomatisch zijn voor de geweldige ontwikkeling, waarin de ster renkunde nog altijd staat. België, Frankrijk, Nederland, West- Duitsland en Zweden zijn tot samenwer. king gekomen om op het zuidelijk half rond een sterrenwacht te krijgen met een instrumentarium dat vergelijkbaar is bij dat in bijv. Amerikaanse observa toria. Over de plaats van dit waarnemings centrum is nog geen beslissing genomen. Gedacht is aan Zuid-Afrika, maar de aarzeling is door de politieke ontwikke ling in Afrika nogal toegenomen. Wel licht is er in Zuid-Amerika of Australië ook een geschikte plaats te vinden. Het tweede plan betreft de bouw een grote krulsantenne voor de radlo- astronomle „ergens in Nederland of Bel. gië*\ Deze antenne zal met niet minder dan vijfhonderd ontvangers worden uit gerust. Ook daarvan is de plaats nog niet be kend. Er moet voor de doeltreffendheid van de waarnemingen aan zoveel voor waarden worden voldaan, dat het vin den van die plaats verre van gemakke lijk is. Deze uitbreiding wordt aange duid als het „Beneluxplan". Leiden is bij beide plannen betrokken. De viering Zo zal bij de viering van het eeuw feest van de Sterrenwacht niet alleen 'be hoeven te worden gesproken over de ge schiedenis van de Leidse astronomie. Over haar constellatie en verwachtingen is zoveel te zeggen dat de gasten op i2 mei ongetwijfeld geboeid naar prof. Oort zullen luisteren als deze 's middags half drie in de gelegenheid is in de filmzaal van het academiegebouw een rede uit te spreken. In die bijeenkomst hopen ook de pre sident-curator, die indertijd op een astro nomisch proefschrift promoveerde, de decaan van de faculteit der wis- en na tuurkunde en de voorzitter van de Ne derlandse vereniging voor weer- en ster- ren'kunde het woord voeren. Er zijn geen buitenlanders uitgenodigd; de directie van de Sterrenwacht heeft over de grenzen geen melding van het eeuwfeest gemaakt. Na de bijeenkomst in de filmzaal zul len de gasten de nieuwe vleugel van het gebouw bezichtigen, alsmede een in de collegezalen in te richten tentoonstelling van historisch interessant materiaal en foto's van de tegenwoordige stand van zaken in de astronomie. Ook voor de burgerij zal er gelegenheid zijn van deze expositie kennis ie nemen. Ten slotte zal op 12 mei een receptie worden ge houden. Brede stranden, wuivende palmen, een kleurige en makkelijk levende bevolking, wonend op de talloze kleine en die enkele grotere eilanden te midden van een eindeloze oceaan. Zo stelt men zich graag de Zuidzee voor, of tenminste, het land in de zee. De oceaan zelf, deze grootste watervlakte ter wereld, is echter van minstens even grote betekenis voor de mens. Vele moedige zeevaarders vonden in deze onmetelijke zee een uitdaging voor hun durf en ondernemingszin. „Zeevaarders van de Zuidzee", zo noemde dr. H. H. Frese, conservator aan het rijksmuseum voor volken kunde te Leiden, zijn met lichtbeelden geïllustreerde voordracht, die hij als laatste in de serie win terlezingen in die aula van dit museum hiield. In de 16e en 17e eeuw waren het de Spanjaarden en Hollanders; in de 18e eeuw, de glorietijd der ontdekkingsrei zen, waren het vooral de Engelsen en Fransen, die de verre Zuidzee met zijn eilanden en hun bewoners verkenden. Hun reisverslagen werden in Europa met graagte gelezen, te meer omdat zij spraken over paradijselijke leven, dat men op de eilanden had aangetroffen. Zo ontstond een Zuidzee-romantiek die tot op de huidige dag het hart van velen sneller doet kloppen. Wie waren deze mensen die door de Europese reizigers overal werden aan getroffen? Zij moeten oorspronkelijk op het vasteland hebben gewoond. Waar kwamen zij vandaan en hoe hebben zij kans gezien hun bestemming overzee te bereiken? Dergelijke vragen, reeds door de eerste Europese bezoe kers werden gesteld, houden ook nu nog de gemoederen bezig. Men denke slechts a^n Heyerdahl's tocht met het vlot „Kon Tiki", van Peru naar Polynesië, waarmee hij aantoonde dat een derge lijke oversteek technisch mogelijk ge weest moet zijn voor vlotten van het oude Peruaanse model. Veel minder bekend is de tocht die Eric de Bisschop maakte van 1956'58. Met-een bamboevlot zeilde hij van Tahiti tot vlak onder de Chileen se kust. Later voer hij van Chili terug naar Polynesië, waar hij bij de schipbreuk van zijn „Tahiti Nui" de zeemansdood vond. Deze recente reizen hebben een nieuw licht geworpen op de mogelijk heid van eventuele vroege contacten tussen bewoners van Polynesië, het grootste eilandenrijk in de Zuidzee, ener zijds en Amerika anderzijds. Vlerkprauwen Toch, zo betoogde dr Frese, moet men de herkomst van de Zuidzee eerder in Azië dan in Amerika zoeken. In hun talen, hun stenen werktuigen en monu menten, maar ook door hun voedings middelen vertonen de Polynesische cul turen een onmiskenbare verwantschap met die van Zuidoost Azië, Indonesië jn het bijzonder. Dit geldt evenzeer voor hun schepen, wellicht één van de belang rijkste argumenten als men de herkomst van deze zeevaarders wil vaststellen. De uit Indonesië bekende vlerkprau wen werden in enkelvoudige vormen overal in Polynesië gebruikt. Uit deze vorm zijn waarschijnlijk de veel grotere tweelingboten ontstaan. Het waren voor al deze schepen die voor de Polynesische „zeeverhuizingen" werden gebruikt. Of zij nu uit grote boomstammen waren vervaardigd, dan wel met veel moeite uit kleinere stukken hout genaaid wa meestal bleken het zeewaardige vaartui gen te zijn die een redelijke snelheid konden ontwikkelen. De gravures die de Europese reisverhalen sieren, tonen hoe de schepen eruit zagen in een tijd toen de Polynesische zeevaart net haar groot ste bloeitijd achter de rug- had. De verjaardag van deze oude Leidse inwoonster, die nog bij de begrafenis van koningin Sophie (de echtgenote ran koning Willem III) aanwezig was en daarvan met de trekschuit Den Haag- Leiden terugkeerde (een tocht van drie uren), zal, mede in verband met haar hoge leeftijd, in familiekring worden ge vierd. De kring, waarin ieder zich, met mevrouw Oostveen zelf, verheugt in het feit, dat zij nog zoveel mag genieten van de dingen die het leven haar biedt. Zij is Code dankbaar voor dit alles. heid belangrijke onderzoekingen te doen, örtdec rrt'è'er naar de komeet van Halley. Ook Is zijrfhrbeid van" betekenis geweest voor de verbetering van bij de marine gebruikte instrumenten. Prof. Oosterhoff sprak de hoop uit, dat op de receptie van 12 mei ook enige na- zaten van prof. Kaiser aanwezig zullen zyn. Een brede bezetting had het observa torium ten tijde van Kaiser nog niet. Hij had slechts één wetenschappelijk man naast zich en zijn staf bestond uit één bediende. Nu telt alleen het universitaire personeel al vijftig man; in totaal wer ken op de Sterrenwacht 65 mensen. On geveer twintig zyn er zuiver weten- schappelijk werkzaam. Tot omstreeks 1890 is het centrale instrument ook van de Leidse astro nomie de meridiaankijker geweest, die de onderzoekers in staat stelde, de positie van de hemellichamen nauwkeurig te bepalen. Aan het eind van de vorige eeuw kwam de foto grafische kijker in gebruik. Men kon toen foto's van de hemel maken en de helderheid en de kleuren van de sterren vaststellen. Omstreeks 1930 begonnen de foto-elektrische waar nemingen en na de tweede wereld oorlog vroeg vooral de radio-astro- nomie de aandacht, die de meting van de straling der hemellichamen ten doel heeft. Brede uitwisseling De aard van de astronomische weten schap en de plaatselijke situatie bren gen mee, dat de Leidse sterrenwacht van een geïsoleerde positie niets moet hebben. Trouwens, ook in de tijd van Kaiser waren er al intensieve interna tionale contacten En diens opvolgers hebben allen gestreefd naar een zo breed mogelijke uitwisseling van gegevens over de waarneminger en het weten schappelijk werk dat daarvan het resul taat was. De vele voorname functies van de te genwoordige hoogleraar-directeur, prof. Oort, zijn er wel een overduidelijk bewijs van, dat op dit punt alle beschik bare krachten woeden ingespannen. Ver scheidene astronomische experimenten, nationaal als internabionaal, zouden zon der zijn initiatief en stuwende mede werking moeilijk op gang zijn gekomen. Zo is bij de enige jaren geleden in ge bruik gestelde radiotelescoop in Dwin geloo (Drenthe), wat het astronomische waamemingswerk betreft, Leiden voor een zeer groot deel betrokken. Heldere nachten Het Nederlandse klimaat werkt be paald niet mee, dat hier een observato- rium zyn instrumenten volop kan ge- bruiken. Er zijn maar weinig heldere nachten. Hei instrumentarium van de Leidse Sterrenwacht is dan ook betrek kelijk klein, ofschoon het voldoende moet blijven voor bepaalde waarnemin gen en voor de opleiding van de studen ten. „Het gaat hier alleen wat langzamer", zei prof. Oosterhoff. „Instrumenten zul len nooit gemist kunnen worden, al om dat zij de studenten het gevoel geven dat zij constructief werk doen. Die prak tische oefening hebben zij voor hun la tere werk aan de grotere instrumenten hard nodig". Dat onvoldoende in Leiden zelf" heeft echter geleid tot een zeer vrucht dragend contact met Zuid-Afrika, waar van 1923 af tn samenwerking met de Unie-sterrenwacht astrono misch werk wordt verricht. Dit gebied is daarvoor bijzonder geschikt. Van april tot september heeft men er vrij wel continu heldere nachten. Van dit zuidelijke station, dat een specifiek Leidse aangelegenheid is, krijgt de Leidse sterrenwacht regelma- TJET Tooiikunst-orkest, onder auspiciën van de Leidse Mij. voor Toon- kunst en bestaande uit muziekminnende en -beoefenende dilettanten, is op zichzelf al een zeer oude instelling die in de loop der jaren vele vormveranderingen heeft gekend. Sinds ongeveer twee jaar staat dit en semble onder leiding van de dirigent Louis Dispa en er is onder zijn be zielende leiding hard gewerkt. Dit bleek ons tijdens het invitatieconcert, dat gisteravond het Toonkunstorkest gaf in de Grote Pers van De Lakenhal De zaal was bijna geheel gevuld met belangstellenden en deze zullen zeker geen spijt hebben gehad van hun komst. Er werd geestdriftig, doch vooral ook nauwgezet en gedisciplineerd gemuci- seerd, met veel stijlbegrip en zin voor nuances. Hetgeen Louis Dispa met dilet tanten heeft weten te bereiken, moet ze ker opmerkelijk genoemd worden. We hoorden voornamelijk de strijkers- groep van het orkest, plus een soloflui- tiste en een continuospeler aan het cla- vecimbel, tezamen ongeveer een vijftien tal orkestleden. Het programma was uitgebreid, mis schien iets te breedvoerig, en bestond uit het concerto grosso in c fno. 3) van Corelli, een suite van Hëndel in A. Bachs tweede orkestsuite in b met solofluit, het kwartet in G, K.V. 307 van Mozart en Haydns 27ste symfonie in G. Vielen in Corelli nog wel enige onzekerheden waar te nemen, in Hëndel werd reeds een uitstekend peil bereikt. De frisheid en ritmische vaart, die deze uitvoering kenmerkten, werden ook ge handhaafd in Bachs bekende tweede suite, waarbij mej. dr. M. van Benthem Jutting op zeer verdienstelijke wijze de solofluitpartij blies. Mozarts prachtige kwartet in G werd Opeii-Deurdienst met spel van G. van der Graft in de Maranathakerk In de Maranathakeric (Lage Morsweg, tegenover de Vondellaan) wordt zondag avond een spel van Guillaume van der Graft opgevoerd. Het vormt de Inhoud van een Open Deur-dienst o.l.v. ds. Mon- teban uit Driebergen, predikant van de Open Deur. De titel van het spel: „Het eerste kwartier" zou aangevuld kunnen wor den: het eerste kwartier van de schep ping. Hoofdfiguren zijn de engelen Mi- chaël en Lucifer, die naar aanleiding van de schepping van de mens hun ge dachten over de mogelijkheden van goed en kwaad, die door de mens in de schepping van God teweeggebracht kun nen worden, uitspreken. De dichter, Guillaume van der Graft. i Leiden o.m. bekend door zijn kerst en paasspel, houdt ons in deze tijd van grootse mogelijkheden voor verwezenlij king van goede, vrede-brengende daden en gebeurtenissen naast afschuwelijke mogelijkheden van demonisch kwaad, uit de Bijbel een niets verbergende spiegel voor en doet op deze wijze een indrin gend beroep op onze verantwoordoliik- heid. Deze dienst in de Maranathakerk be gint om zeven uur. In Leiden is aangehouden de 26-j. metselaar A. van E., die uit Den Haag een bromfiets had gestolen en deze wilde verkopen. Ook op 26 maart heeft E. m Den Haag een bromfiets gestolen die hij in Leiden had verkocht. door vier leden van het orkest op alles zins respectabele wijze uitgevoerd, we meenden echter dat in een dergelijk klassiek meesterwerk uit de kwartetlite ratuur het luisteren naar dilettanten hoe verdienstelijk deze ook mogen zijn, iets minder aanvaardbaar is dan bijv. in 18de eeuwse suite- cn divertimento-literatuur. Men stelt bij een Mozart-kwartet on willekeurig wat hogere eisen. Niette min een uitstekende prestatie! De 27ste symfonie van Jos. Haydy besloot op fraaie wijze in een vreugdevolle stemming deze charmante avond, die ons het recht geeft van het Toonkunstorkest in de naaste toekomst nog veel te verwachten. Een hartelyk applaus viel het ensem ble ten deel. Dr. J. v. d. Veen Met het vaststellen van het vermoe delijke land van herkomst mag echter niet worden volstaan. Men zou willen weten wanneer en vooral, waarom deze mensen wegtrokken, de onbekende zee tegemoet. Weinig is hierover bekend, maar algemeen wordt aangenomen dat de grote trek honderden jaren voor het begin van onze jaartelling een aanvang nam. Later, in de tijd toen de Noormannen Europa onveilig maakten, verspreidden de „Vikings van de zonsopgang", zoals de Polynesiërs wel worden genoemd, zich van Tahiti naar Hawaii in het Noor den en Nieuw Zeeland in het Zuiden. Uit pure ondernemingslust en zucht tot avon tuur, of wel ontsnappend aan een drei gende overbevolking van de eilanden, dan wel verjaagd door van elders ge komen veroveraars, trokken zij met hun hele hebben en houden het onbekende tegemoet. Hoewel men de navigatiekunst vrij goed beheerste en over schepen be schikte waarmee men ook van tegenwind ten dele gebruik kon maken, werd de afloop van deze reizen veel vaker door het toeval bepaald dan nu vaak wordt gedacht. De gevaren onderweg waren groot. Voor velen kwam het beloofde land nim mer in zicht. Zij, die de tocht echter overleefden, vonden een nieuwe woon plaats, tot ze weer ook daarvan wegtrok ken, nog verder de zon tegemoet. Hoe groot de gevaren wel waren die men onderweg moest trotseren, blijkt wel uit de vergelijkbare avonturen van Heycr- dahl en Eric de Bisschop en hun talrijke Europese voorgangers. Men moet dan ook des te meer bewondering hebben voor de Polynesiërs die met meer beperkte mid delen dezelfde of nog grotere prestaties hebben geleverd. Goed debuut van Boshuisspelers Op 26 september 1960 werd tn de Hervormde wijkgemeente Boshuizer- wijk de toneelvereniging „De Bos huisspelers" opgericht Deze toneel groep gaf gisteravond in het Bos huis aan de Hoflaan de eerste uit voering, die bijzonder goed was. De groep verdient werkelijk een heel wat enthousiaster publiek dan gister avond! Het stuk, dat oprichter cn tevens re gisseur C. van den Heuvel had gekozen „Een schip vaart uit", is moeilijk te spelen, doch de tonelisten waren er a!- len op een enlkele na, tegen opgewassen. Het speelt in het vissersdorpje Duln- wljik, waar de weduwnaar ds. Hartman, (een rol die zeer goed werd vertolkt door de heer P. Eveleens). de zorg heeft niet alleen voor zijn dochter, doch ook voor het behoud van zijn naam en pas torie. Hij heeft namelijk bij zijn zwager, broer van zijn overleden vrouw, geld geleend in de vorm van een hypotheek op zijn huis. Met dit geld heeft hij de nagedachtenis van zijn schoonvader wil len eren, daar deze door onfortuinlijke speculaties zich geld had toegeëigend uit de kas van liefdadigheidsinstellingen. Deze zwager nu, die aannemer is, wil door ahantage op de dochter van de dominee, en door meer van dergelijke gemene streken het huis in handen zien te krijgen, daar dit bijzonder gunstig ligt wat betreft het uitzicht op zee om er een aviljoen te bouwen. Het komt echter vooral door mede werking van de oude zeekapitein Jozef Stael (een rol, die goed werd gespeeld door de heer C. H. Kokee) en door Saar, de huishoudster (ook goed gespeeld door mevrouw M. W. S. Bor-Leenheer), g». lukikig allemaal op zijn pootjes terecht. Als goede acteurs moeten nog worden genoemd mevrouw E. van der Schaaf- Plaat en mejuffrouw P. M. Landkroon. De heer N. L. Segaar, als de geestelijk gestoorde Klaassie, was uitmuntend. Ten slotte bood ds. H. Bouter de dames van het toneelgezelschap zeep aan en de heren sigaretten. De leden van K. en O. hebben gisteravond in de stadsgehoorzaal kunnen genieten van een cabaret- en variétévoorstelling, waaraan een keur van goede Nederlandse artiesten meewerkte. Teddy en Henk Scholten, Willy Alberti, Frans van Dusschoten hébben hun microfoon, en toneelsporen verdiend en ook gisteren tvas te merken, dat zij met recht kunnen bogen op een goede reputatie in ons land. flinke stem, werd na het zingen van zijn beroemd geworden Italiaanse liedjes vele malen teruggeroepen. Toen hij tenslotte niet meer op het toneel verscheen, was te merken dat het publiek nog wel wat had willen horen. Een compliment voor een artiest, die zich op één bepaald genre toelegt. Na de pauze kwamen Teddy en Henk, De Wico's en de conférencier nogmaals voor het voetlicht. Het Olympia trio voerde een speels dansje op. waarna dc jongste van het groepje een solonummer tje weggaf. Als goed sluitstuk kwamen drie muzi kale clowns op de planken, het Coranto trio. Voor de laatste maal veranderde dc sfeer onder het publiek en men kreeg de indruk een circusvoorstelling bij te wonen. De Coranto's verdienden het luid ruchtige applaus ten volle. De algehele muzikale begeleiding werd op bescheiden en daardoor prettige, wijze verzorgd door het trio Wim JonRbloed. Het Gewestelijk Arbeidsbureau Leiden, dat de samenstelling en produktie van dit zo gevarieerde programma had ver zorgd, heeft hiermee zijn reeds goede re putatie bevestigd, en K. en O. kan daar niet anders dan tevreden over zijn. De Wico's, twee accordeonvirtuozen, van wie de vrouwelijke partner boven dien op aardige wijze haar dans- en zangnummers weet te brengen, begonnen hun eerste nummer goed: zij brachten met hun vrolijke melodietjes een gezel lige stemming in de zaal. Een viertal acrobaten, dat onder de verzamelnaam „dc familie Osmani" op trad, viel in voor de Martinelly's, die wegens ziekte van één van hen verhin derd waren. De Osmani's vervulden hun taak echter uitstekend cn deden menig maal het publiek de adem inhouden door hun lenige toeren. Zodra Teddy en Henk Scholten op de planken komen, hing er een andere 6feer in de zaal: zij luidden het onderdeel „ca baret" van het zeer gevarieerde K. en O - programma in. Met hun eigen liedjes oogstten zij groot succes. Hun teksten, arrangementen en toneel talenten zyn pit tig. verantwoord en origineel. Zij vormen een stel, waardoor het prettig is te luis teren en tijdens hun optreden zit men bijna voortdurend glimlachend te genie ten. Reputatie bevestigd Conférencier Frans van Dusschoten leidde zichzelf in als imitator. Met zijn stem kan hij veel dingen doen en om zijn Westfriese beertje, zijn Snip en Snap, Jules de Korte, Toon Hermans, Heintje Davids en vele anderen werd hij beloond raet een flink applaus. Terecht overigens, want ook hij weet, hoe je met de micro foon en het publiek moet omgaan. Willi Alberti, de kleine man met zijn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 3