Wereldraad in conferenties
de ene Kerk van Christus?
Nog geen voorschot voor
alle gepensioneerden
VetikcJe
Pensioenraad werkt door
een rijstebrijberg heen
Chefariite 4
Baptistenzendeliiigeii
vinden tocli een taak
Verjonging beroepspersoneel
dringend gewenst
Statistiek over beurzen
van studenten
KOEK
ANDERZIJDS
Inkomen voor 135.000 mensen
Vier betrouwbare
middelen in 1 tablet!
IdBKZSjZQZaK
Een woord voor vandaag
Voor gcede defensie:
REACTIE
De Hervormde Kerk heeft be
sloten dat „het gesprek met prof.
dr. P. Smits zal worden voortge
zet". Hierover heeft prof. dr. H.
Ridderbos in het „Gereformeerd
Weekblad" een artikel geschre
ven. Volgens hem handelt de
Hervormde Kerk zo uit vrees voor
de gevolgen die de ontneming
van de emeritaatsrechten van
prof. Smits voor haar eenheid
zou kunnen hebben, aangezien zij
de eenheid van de empirische kerk
boven de eenheid in Christus
stelt. Naar aanleiding van dit ar
tikel schrijft ds. F. H. Landsman
in het weekblad .Jiervormd Ne
derland" onder meer het volgen
de.
PROF.
een
H. Ridderbos heeft wel
zeer grote verantwoorde
lijkheid op zich genomen met de
ze voorlichting van het gerefor
meerde volk. Wij hebben zowel de
besprekingen in het breed modera-
men als in de generale synode van
begin tot einde bijgewoond. Wij
kunnen prof. Ridderbos daarom
verzekeren, dat de overwegingen
die hij de hervormde synode toe
schrijft nooit enige rol in de besluit
vorming hebben gespeeld.
Het is eenvoudig niet waar. dat
zou zijn gezegd: ..het is wel erg.
wat die prof. Smits in zijn artike
len beweerd heeft, maar laten we
hem maar ongemoeid laten want
anders krijgen we spul met onze
linkervleugel, die toch óók tot de
hervormde kerk behoort. En de
eenheid van de hervormde kerk
gaat ons boven de eenheid in Chris
tus. Laat prof. Smits voortaan in
een wat fatsoenlijker vorm de fun
damenten der kerk aantasten, dan
heeft hij van ons geen last meer!"
Men kan natuurlijk bezwaar heb
ben tegen het feit, dat in de her
vormde kerkorde de ..leertucht"
met zóveel zekeringen is omge
ven, dat een lange weg moet wor
den gegaan, dat de generale syno
de zelf hierin nooit een initiatief
kan nemen; dat er allerlei onze
kerheden bestonden over de toe
pasbaarheid van de ..leertucht-pro-
cedure" op iemand die geen dienst
doend predikant meer is; dat eerst
een uitspraak van de generale
commissie voor het opzicht aan de
ze onzerheden een eind kon ma
ken: dat de betrokken provinciale
kerkvergadering nu misschien moei
lijk meer, op grond van uitlatingen
van twee jaar geleden, opnieuw een
procedure kan beginnen; dat de sy
node en haar breed moderamen
daardoor niet anders konden han
delen dan nu geschied is, enz.
Maar dit alles geeft niemand het
recht de synode bedoelingen aan
te wrijven die in strijd zijn met
de orde die de kerk zichzelf ge
steld heeft, met haar belijdenis en
met de Heilige Schrift!
TV/TEN kan zeggen, zoals ook wel
J-Tl gezegd is: laat die synode dan
haar kerkorde maar eens doorbre
ken en de Schrift boven de kerk
orde stellen! Zo kan men echter
alleen redeneren als men volstrekt
de waarde van het recht en de be
tekenis van de rechtsiekerheld in
een menselijke gemeenschap, die
de kerk ook is, loochent! Men zou
nog enigszins recht van spreken
hebben als de kerk, als de gene
rale synode, onzeker was geweest
in haar eigen getuigenis omtrent
de waarheid Gods!
Maar dit durft ook prof. R. niet
te beweren.
Dat de hervormde kerk geen
..leertucht" zou kunnen en eigen
lijk ook niet zou willen oefenen,
moet nog bewezen worden. Het
feit. dat ze het nog niet gedaan
heeft bewijst evenmin, dat ze he:
niet wil, als het feit dat de gere
formeerde kerken het één en an
dermaal wél gedaan hebben, dat
zij het ook kunnen!
In 1926 hebben de gereformeer
de kerken hun ..linkervleugel" af
gestoten. Daarover hebben niet wei
nig gereformeerden nu een slecht
geweten. In 1944 stootten ze haar
rechtervleugel af. Nu doet men
krampachtige pogingen deze weer
terug te winnen, maar tot nu toe
tevergeefs. Deze mislukte gerefor
meerde „leertucht" mag voor de
hervormde kerk geen reden zijn
zelf maar niet meer te proberen
opzicht te oefenen over prediking
en catechese. Wél om:
a. de regels die ze zichzelf stel
de óm het beter te kunnen doen
niet omver te lopen;
b. nu ze het doen kan, zich gees
telijk daarop terdege voor te be
reiden door een bezinning op het
wezen van een reformatorische en
tegelijk oecumenische handhaving
van de belijdenis.
waarom dat sma-
over het ,,ge-
SDrek"? Weet men als men dit
doet nog wel wat een gesprek in
christelijke zin is?
Als de kerk het gesprek het
pastorale gesprek zo hoog waar
deert doet ze dit omdat ze het van
de grote Herder der schapen ge
leerd heeft. Het is niet het ge
sprek dat eindeloos voortgaat ir
het proces van de zelf-bezinning.
Er is een Derde bij aanwezig, die
het eerste èn het laatste woord
heeft. Het loopt op een beslissing
uit. Maar wie waagt het te zeg
gen. dat het te lang duurt, zolang
het Woord nog blijkt te werken en
te helen?
Het is daarover, dat wij bewo
gen en verblijd mogen zijn.
God weet wanneer de dag komt.
dat de hervormde kerk tot één
van haar dienaren zal moeten zeg
gen, als haar laatste woord, dat
hij, vervreemd als hij is van de
waarheid Gods, buiten de kerk van
Christus staande, de hervormde
kerk niet langer mag dienen.
Wij zijn ervan overtuigd, dat zij
als alle dingen naar orde en recht
geschied zijn, dit ook zal durven
zeggen, zonder terug te schrikken
voor de consequenties daarvan
voor haar institutaire eenheid en
zonder zich te laten remmen door
de misverstanden die er door zul
len ontstaan in de „wereld".
Maar het zal voor haar een dag
van droefheid zijn en niet van
vreugde. Ook dan zal zij zich moe
ten blijven afvragen of zij wel vol
doende geloof heeft gehad om de
dwalcnden terug te kunnen bren
gen.
rpEN SLOTTE:
A lend spreken
Rapport aan de
wereldraad over
intercommunie
T~\E oecumenische beweging is
nog altijd niet van plan om
eigen avondmaalsdiensten in te
stellen tijdens oecumenische con
ferenties, maar wel zal in de toe
komst worden gestreefd naar een
dienst op uitnodiging van een
plaatselijke gemeente of gemeen
ten. Dit was de slotconclusie van
een conferentie van 29 Europese
en Amerikaanse jeugdleiders en
theologen, die de afgelopen week
vier dagen in Genève bijeen wa
ren. De conferentie was een ge
volg van de jeugdconferentie van
Lausanne, waar jongeren aan
drongen op het doorbreken van
de avondmaalsmuren. Het meest
opmerkelijke is echter wel de
vraag of men vergaderingen van
de oecumenische beweging mag
zien als een „tijdelijke openbaring
van de ene Kerk van Christuö".
Dc conferentie was opgezet door twee
departementen van de Wereldraad van
Kerken, namelijk het jeugddepartement
en de commissie voor geloof en kerkorde.
Gepoogd werd om tot een herziening te
komen van de praktijk, zoals die gegroeid
is na de conferentie van Lund, die in
1952 werd gehouden, waar in het bijzon
der de plaats en functie van het Heilig
Avondmaal ter sprake is gekomen. Daar
werd indertijd besloten dat tijdens
oecumenische bijeenkomsten open avond
maalsdiensten zouden worden gehouden,
waar mogelijk op uitnodiging van een
plaatselijke gemeente.
Het rapport dat werd .opgesteld tijdens
deze besprekingen, bestaat uit twee de
len. Het eerste gedeelte geeft een aan
tal nieuwe formuleringen ter overwe
ging over de algemene principes die ten
grondslag liggen aan zulke diensten. Het
tweede deel bevat een aantal vragen die
voorgelegd worden aan de 178 bij de
Wereldraad aangesloten kerken en aan
andere oecumenische organisaties zoals
de YMCJ.
In het rapport wordt uitgesproken dat
de spontane ontwikkeling van de afgelo-
(Van een onzer redacteuren)
Ïj^LK KWARTAAL wordt door de Pensioenraad aan 135.000 oud-
J ambtenaren en nabestaanden van oud-ambtenaren hun inkomen
uitbetaald. Een aantal personen gelijk aan het aantal inwoners van
een grote stad. Evenals in een dergelijke grote stad is het aantal mu
taties van allerlei aard in dc „Pensioenraad-bevolking" uitzonderlijk
groot.
Niet alleen verhuizing, huwelijk, overlijden, zelfs geboorte e.d., maar
ook de simpele toeneming van de leeftijd van de gepensioneerde heeft vaak
een ingrijpende administratieve behandeling tot gevolg. Van oponthoud bü al
d?ze mutaties, zoals bijvoorbeeld de 6 a 7000 verhuizingen per kwartaal, die
illemaal in de opdrachtkaarten voor elektronische rekenmachines moeten
worden verwerkt merkt de gepensioneerde mits de mutaties maar tijdig
bekend zijn vrijwel nooit iets.
Ter illustratie diene. dat als er half
vinden, de kaarten medio januari bij-
ewerkt gereed moeten zijn om door
erwerking via de machines de bcta-
ilingsstukkcn te verkrijgen. Niet tijdig
tekende mutaties, waardoor de kaarten
t de gestroomlijnde bewerking moeten
orden gelicht, geven somtijds niet te
rmijden vertraging. En daar er elk
vartaai ongeveer duizend mensen 65
ar worden die dan „afhankelijk" zijn
an die raad. omdat hun pensioen in
rband met het genot van algemeen
uderdomspensioen opnieuw moet wor-
berekend, is het begrijpelijk, dat
"aling na-
aar mate de datum van uitbeta
_Tt. de betrokken afdelingen in het gro-
j gebouw aan de Benoordenhoutseweg
Den Haag onder hoogspanning naar
o topdagen toewerken.
Dat bij de met Eenden van procen-
n rekenende administratie bij bijzon-
?re. algemene pensioen (toeslag) her-
rekeningen (toeslagverhogingen, ver
andering van de beperking) de elek-
onische machines worden te hulp ge-
oepen, is in deze zeer gecompliceerde
naterie een noodzakelijkheid.
De ingewikkelde apparaten echter
kunnen veel berekenen en verwerken,
maar tijdens een berekening een cor
rectie toepassen kunnen ze nog niet.
Bovendien moeten aan deze machines
de juiste grondgegevens worden toege-
gevoerd, en is het dus noodzakelijk op
?ze gegevens van te voren een in-
nsieve controle toe te passen. Voorts
»n van de machine in het algemeen
slechts met vrucht gebruik gemaakt
vorden als de tc behandelen gevallen
een bepaalde gelijkvormigheid vertonen
en een massa zijn. Individuele gevallen
met bijzondere afwijkingen kunnen door
de machine niet worden geaccepteerd.
Deze gevallen moeten stuk voor stuk
met de hand ten het hoofd) worden be
cijferd.
hoogd) eenzelfde pensioen ontvangen,
draaien normaal door de „molen" heen.
Een en ander is de oorzaak, dat on
geveer 20.000 gepensioneerden korte
lings een brief van de Pensioenraad ont
vingen waarin werd medegedeeld dat
als gevolg van de tijdrovende werkzaam
heden verbonden aan de berekening
van een in februari uit te keren voor
schot op de pensioenverhoging, de uit
betaling van die verhoging moest wor
den uitgesteld. Het betreft hier een voor
schot op de verlaging van de pensioen
aftrek A.O.W. A.W.W. van 2 pet. op
1.4 pet per dienstjaar met terugwerken
de kracht per 1 april 1960 en een voor
schot op de verhoging van de algemene
toeslag op de pensioenen, o.m. in ver
band met de huurverhoging. Beide voor
schotten zijn door de minister toege
zegd. hangende het besluit omtrent de
ze zaken in de volksvertegenwoordiging.
Ons werd verzekerd dat de „handgeval-
len" met de grootste spoed worden af
gedaan.
Advertentie
Met hoofd en hand
Vier werkelijk betrouwbare middelen
helpen elkaar en doen wonderen I
1 De vier geneesmiddelen van (hcfarine
„4" worden in de hele wereld met uit
stekend resultaat gebruikt. Ze hebben
hun volkomen betrouwbaarheid wel zeer
I duidelijk bewezen en millioenen mensen
baat gebracht bij pijnen en griep, vaak
ook dan wanneer anderen middelen falen.
De moeilijkheid is dus, dat er door
een verhuizing, een beslissing van de
nspecteur van belastingen, een plotse
linge machtiging of een andere soort
van verandering de kaart van de be
trokkene basis voor machinale be
werking moet worden gelicht en er
opnieuw, maar dan met hoofa en hand
een herberekening moet plaats vinden. n
De andere kaarten van de overige
gepensioneerden, die (al of niet ver-1 8Ü
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Broepen te Wilnis (toe.): L. Doppen-
berg te Wilsum (Ov.).
Aangenomen naar Amsterdam, Muider-
kerk gem. a: W. Bartlema te Leeuwar
den; naar LijnenBadhoevedorp: B.
Dubbeldam, vic te 's-Gravenhage; naar
Anjum (toez.i: M. Ruster, vic. te Zeist.
Benoemd tot voorganger van de herv.
evangelisatie te H'eiloo: P. J. v. Veen.
a.s. em. pred. te Leeuwarden, die deze
benoeming aananm.
Bedankt voor Vriezenveen, vac. W.
Bieshaar: W. Verwey te Zevenhoven.
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen te Nijkerk: A. G. Kornet te
O. en N. Wetering.
Aangenomen naar Tienhoven: Tj.
Doesburg, kand. te Amsterdam, die be
dankte voor Oostvoorne.
Benoemd tot zendingspred. b(j de
Hernhutter Broedergemeente (voor dc
Hindoestaanse bevolking in Suriname):
A. v. d. Deijl te Dalfsen, die deze be
noeming aannam.
GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt)
Bedankt voor BunschotenSpaken
burg: H. van Ommen, te Loosdrecht
UNIE VAN BAPT. GEM.
Beroepen te Treebeek, als pred. voor
de posten Heerlen en Sittard: B. Post
humus te Rotterdam-Z.
pen jaren noodzaakte tot een opnieuw be
studeren van de besluiten van Lund. In
het bijzonder wordt gewezen op uitspra
ken van de jeugdconferentie van Lau
sanne. Daar hebben de 1800 jongeren uit
gesproken: „Wij gaan naar huis als
christenen, die hebben ervaren wat het
betekent dat we niet een kunnen zijn
aan de tafel des Heren." Zij zeiden bij
hun kerken en bij de Wereldraad te zul
len blijven aandringen op een steeds wij
der wordende kring van intercommunie.
Het rapport spreekt uit „dat in dc
oecumenische beweging de kerken een
nieuwe situatie van elkaar erkennen
hebben geschapen." De kerken worden
dan ook opgeroepen om te zien hoe zij
hun kerkordeHjke regels die het avond
maal betreffen kunnen wijzigen, vooral
waar het betreft de oecumenische con
ferenties. De kerken wordt gevraagd of
het niet mogelijk zou kunnen zijn om
dergelijke samenkomsten van vertegen
woordigers van de verschillende kerken
te zien als een „tjjdeliike openbaring van
de ene Kerk van Christus".
Het rapport dringt op een studie aan
van de theologische aard van de verga
deringen van de Wereldraad en andere
oecumenische conferenties.
Niet isoleren
Maar tevens werd nadrukkelijk ge
steld dat het niet mogelijk is om de
kwestie van het avondmaal tijdens
oecun^nische bijeenkomsten los te
maken van de intercommunie tussen
de leden-kerken zelf. Daarom werd
uiteindelijk uitgesproken, dat gestreefd
moet worden naar één avondmaals
dienst tijdens de vergaderingen, onder
toezicht van een plaatselijke gemeente
of gemeenten. Deze dienst blijft een
dienst van die gemeente en niet van de
conferentie.
Tevens werd erkend dat wij in ons
gescheurde christendom op het ogen
blik nog niet zo ver zijn, dat alle leden
van een dergelijke conferentie deel
nemen aan een gemeenschappelijke
avondmaalsdienst. De leiders van de
conferenties moeten er dan ook op
aandringen dat ook deze leden, die
niet aan het open avondmaal kunnen
deelnemen, in eigen diensten avond
maal kunnen vieren, maar deze diens
ten zullen zoveel mogelijk tot een mi
nimum moeten worden beperkt.
Bezinningsweek van
Rotarv-international
Rotary-International is een wereld
organisatie die gevormd wordt door on
geveer 11.000 Rotary-Clubs, verspreid
over de hele wereld in 119 landen. De
ze clubs hebben met elkaar ongeveer een
half miljoen leden, die zich onder meer
ten doel stellen ook op internationaal,
gebied verdraagzaamheid, onderlinge'
waardering en begrip voor eikaars pro
blemen te bevorderen.
De internationale leiding van Rotary-
Clubs organiseert voor de week van 19
tot en met 25 maart een World-under-
standing-week. Dit houdt in, dat in deze
tijd acties zullen worden ondernomen
om de verdraagzaamheid en saamhorig
heid der volkeren te stimuleren. In het
kader van deze acties schrijven de be
sturen van deze Rotary-Clubs o.m.:
„Daar in de huidige tijd de mensheid
door de overheersing van het eigen be
lang in de verhouding der volkeren,
wordt bedreigd met vernietiging en on
dergang, wil Rotary-International de
aandacht van de wereld vestigen op de
ernstige gevaren waaraan de mensheid
bloot staat, wanneer geen beter begrip
tussen de verschillende volkeren ont
staat. Het is om die redenen, dat Ro
tary-International speciaal in de week
van 19 tot en met 25 maart een beroep
wil doen op een ieder, tot meer ver
draagzaamheid en om zich bewust te
zijn van de dringende noodzaak meer
begrip te hebben voor zijn mede-mens.
daar dit immers een eerste vereiste is
voor een verbetering in dc onderlinge
verhoudingen der volkeren."
Vele predikanten en geestelijken zul
len op zondag 19 maart in hun prediking
de aandacht op deze internationale ac
tie vestigen.
DE JAARBEURS
De vorige weck aangekondigde plannen
lot reorganisatie van de Utrechtse Jaar
beurs hebben vele bladen tot commentaar
geïnspireerd. Twee daarvan laten wij hier
gedeeltelijk volgen.
Het Algemeen Handelsblad
schrijft o.m.: „Ongetwijfeld zullen een be
tere coördinatie van dc diverse onderdelen
van de leiding en een nauwer contact met
liet bedrijfsleven dc taak van de Jaar
beurs ten goede komen. Of deze poging tot
coördinatie en de grotere zeggenschap
in liet actieve bedrijfsleven in jaarbpurs-
ngelegenhcdcn echter het algemene jaar
beursgetij kunnen keren dient te worden
fgewacht. Wij doelen hier op de toene
ming van het aantal vakbeurzen van di
verse bedrijfstakken, die waarschijnlijk
niet alleen om organisatorische redenen
zich hebben gedistaneieerd van de algeme
ne jaarbeurs. Dc plannen van drs. Van
der Kwast strekken er toe deze verdoolde
kuikens weer onder moeders vleugels te
brengen. Ze moeten onderdelen worden
van een groter samenhangend geheel. Met
name een samenwerking met dc R.A.I.
staat de heer Van der Kwast voor ogen.
Het lijkt ons, dat een dergelijke nauwe
samenwerking ook weer op organisatori-
iche moeilijkheden zal stuiten. De positie
van het R.A.I.-gebouw is anders dan die
van de Utrechtse Jaarbeurs. Het gebouw
eigendom van een commanditaire ven-
jtschap, waarvan Amsterdam stille ven
noot, de Ver. R.A.I. de bekerende vennoot
ia een afzonderlijke N.V., een juridisch
tamelijk ingewikkelde constructie, die de
R.A.I een grote stem geeft in het beheer.
Zal de R.A.I. bereid zijn ter wille van de
nieuwe Utrechtse plannen, van haar zelf
standigheid voor een belangrijk deel af
stand te doen?
Wij missen in dc rede van de nieuwe di
recteur ecu verwijzing neiir het interna
tionale karakter van de Utrechtse beurs.
Het moge zijn, dat hij in hoofdzaak sprak
over dc reorganisatie van liet bestuur; wil
de beurs haar internationaal karakter be
houden en dit lijkt gezien dc ontwikke
ling van het internationale jaarbcurswe-
zen noodzakelijk dan dient de reorgani
satie zich niet te richten naar nationale be
hoeften en belangen".
Uit de Volkskrant liet volgende ci
taat: „Het jaarbcursbesluur zal liet nie
mand kwalijk kunnen nemen, dat .de reor
ganisatieplannen met welwillendheid
voorlopia voor kennisgeving worden auuge-
nomen. Wij wachten zij het hoopvol
nu eerst maar even af, wat dc vernieu
wing van de jaarbeur.-r-trueluiir in werkc-
lijkhe-d zd gaan betekenen. Vanzelfspre
kend heeft het zich vernieuwende en voor-
De tweede teleurstelling die Jezus op weg naar Jeruzalem
beleeft, krijgt Hij van Zijn discipelen. Als ouders hun kinderen
naar de Heiland brengen, houden de leerlingen van Jezus hen
tegen. Marcus zegt: Toen Hij dat zag, nam Hij het zeer
kwalijk". Een dergelijke uitdrukking komt niet vaak in de
evangelieën voor. Er zijn ogenblikken, dat Jezus toornt ey"
Zijn luide „wee's" uitspreekter zijn. ogenblikken, dat Hij
huilt. Maar men leest niet vaak, dat Jezus iemand iets kwalijl
neemt. Die uitdrukking blijft gereserveerd voor Zijn eige\
leerlingen als zij Zijn werk in de weg staan, als zij ui
de beste bedoelingen waarschijnlijk, omdat zij Hem tegei
Zichzelf willen beschermen, want Hij is moe kinderen dii
tot Hem willen komen tegen houden.
Christus kwam voor de kleinen, voor de armen, voor de
moeden, voor de zondaars, voor de verachten van hun tij4
en van onze tijd. Staan wij hen ook in de weg? De kerk ifj
soms zo'n nette burgerlijke kerk geworden, die neerkijkf:l
op al die mensen, die niet zo net zijn, of zo knap, of ztr-
cultureel gevormd. Dan staan wij hen in de weg en moei
Christus zeggen: „Verhindert hen niet". Hebben wij er nod
wel oog voor, voor wie Christus op aarde is gekomen om tik
lijden en te sterven? f\
Ook goede berichten uit Kongo
De toestand in de Kongo is van dag
tot dag aan zeer grote veranderingen
onderhevig. 1 at vandaag moed geeft,
kan morgeo een grote teleurstelling
zijn en wat vandaag geen uitzicht biedt,
kan morgen een bron van zegen zijn.
Het is hierom dat ds. J. ter Braak,
baptistenzendingspredikant in de Kongo
een rapport dat een dezer dagen ge
deeltelijk werd gepubliceerd in „De
Christen" eindigde met: „Leven in de
Kongo -s leven van de ene dag in de
andere". De zendelingen in Kongo
moeten op het ogenblik zoekend en tas
tend hun weg gaan. Zij moeten steeds
weer snel vanuit een andere situatie be
slissen en handelen en alleen de Heili
ge Geest kan hen hierbij leiden.
Nog in januari leek het, alsof het
met het werk der zending gedaan zou
zijn in de Kongo. Zo besloot ds. G. van
't Wout toen om terug te keren naar
Nederland. Hij kon in de Kongo totaal
Advertentie
Wees modern,
verf met gemak.
Neem Ceta-Bever
CETALAC
al moderniserende bestuur bij de uitvoe
ring van zijn plannen recht op steun en
medewerking, die dan vooral van het ex
poserende bedrijfsleven moeten komen.
Vormt het initiatief tot volledige reorga
nisatie van de structuur van de Utrechtse
Jaarbeurs een juist antwoord op de zware
maar gerechtvaardigde kritiek, die hier
en elders in de afgelopen jaren moest wor
den geuit om het wegzinken van het natio
nale instituut, dat dc jaarbeurs toch te
voorkomen, het mag toch niet het enige
zijn. Minstens zo belangrijk is dc samen
werking te achten van de grote expositie
instellingen elders in het land, waarbij van
zelfsprekend in dc eerste plaats valt te
denken aan de nieuwe R.A.I. in Amster
dam. De activiteit in die richting lijkt nog
wat terughoudend, maar aan goede wil
ontbreekt het, althans bij de nieuwe directie
van de jaarbeurs, gelukkig niet".
(Advertentie)
In het studiejaar. 1958/'59 ge
noten ongeveer 8.300 studenten, d.i.
26% van alle studenten bij het
hoger onderwijs (thans weten
schappelijk onderwijs genaamd),
een rijksstudietoelage in de vorm
van een beurs, een renteloos voor
schot of een combinatie van deze
twee. Voor de mannelijke studen
ten bedroeg dit percentage 28, voor
de vrouwelijke 16. Dit wordt mee
gedeeld in een publikatie van het
Centraal Bureau voor de Statistiek:
„Rijksstudietoelagen bij het hoger
onderwijs, 1958/'59."
Dit onderzoek toonde voorts aan, dat
van de studenten, afkomstig van het
platteland relatief een groot aantal een
studietoelage genoot, nl. 33 pet. In de
grote verzorgende centra bedroeg dit
percentage 24
Als regel bleek het relatieve aantal
bursalen waaronder in deze publika
tie worden verstaan: allen die van
rijkswege een beurs, renteloos voor
schot of een combinatie van beide ont
vangen onder de studenten die in de
nabijheid van een universiteit woonden
geringer te zijn dan onder veraf wonen-
de studenten. Men zag dan ook. dat het
Ttgtn pqnwi m «rits. Geschikt voor d« gtvMhgtlt mug, percentage studenten uit de provincies
MO-MM M MMM CM.'.. I Noord-Holled -
ubi. 10.80. Voerdiiig* guttmrpatttaf 100 Ubl. 13.60.
^rnmngrn, uirecru, noora-nouana en
Zuid-Holland, dat van rijkswege finan
ciële steun genoot (22 proc. tot 25 pro
cent der studenten) in verhouding tot
andere provincies gering was. In Lim
burg, Friesland. Drente, Overijssel en
Zeeland genoot meer dan een derde van
alle studenten een toelage.
Gezinnen
Behalve een overzicht naar universi
teit en naar studierichting vermeldt
deze publikatie ook het sociaal milieu
van de bursalen. Van de studenten uit
het lager milieu ontving 58 procent
een toelage, tegen 13 procent van 'le
studenten uit het hoger milieu. Boven
dien bleek het gemiddelde bedrag dat
de bursalen uit het lager milieu als
ondersteuning ontvingen aanzienlijk
groter te zijn dan dat van de bursalen
uit het hoger milieu.
Tenslotte is in dit onderzoek even
eens nagegaan de grootte van de gezin
nen. waaruit dc bursalen afkomstig
waren, en het inkomen van hun
ouders. Wat gezinsgrootte betreft, bleek
26 procent van de bursalen te komen
uit gezinnen met 1 of 2 kinderen, 35
procent uit gezinnen met 3 of 4 kin
deren en 40 procent met 5 of meer
kinderen.
Van ruim de helft van alle bursalen
hadden de ouders een inkomen bene
den ƒ5000 en van een kwart der bur
salen tussen 7500 en 10.500. De bur
salen waarvan de ouders een hoger in
komen hadden, waren overwegend af
komstig uit gezinnen met 5 of meer
kinderen.
(Van een militaire medewerker)
HET leger in Israël heeft een
zeer goede naam en is tege
lijk één van de jongste le
gers wat de gemiddelde
leeftijd betreft. Deze is bij de com
pagniescommandanten (kapiteins)
slechts 23 jaar (in Nederland 34)
en bij de bataljonscommandanten
(luitenant-kolonels) 32 jaar (in
Nederland 46).
Nu heeft Israël wel het voordeel
een jong land met een pas opge
bouwd leger te zijn. Maar zelfs op
de generale staf is de gemiddelde
leeftijd maar 33 jaar.
Doch ook andere landen met reeds
lang bestaande legers doen aan ver
jonging. In Engeland kan een serge
ant na 22 dienstjaren de dienst ver
laten met een pensioen van 140,-
per maand en een vergoeding in
eens van 6600,-.
Een majoor met 16 dienstjaren (dus
37 jaar) ontvangt 450,- pensioen
per maand bij gedwongen dienstver-
lating en een vergoeding ineens van
26.500,-
Vergeleken met Nederlandse pen
sioennormen (1% pet. voor ieder
dienstjaar) is de uitkering aan de
sergeant aan de lage en die aan de
majoor aan de hoge kant. De moei
lijkheid is echter dat in Nederland
praktisch geen vervroegd pensioen
wordt gegeven
„Pensioeiiboerderij"
Natuurlijk is het niet zo dat een
jongere militair automatisch beter
is dan een oudere. Maar gezien de
zware physieke en geestelijke eisen
dient wel naai het jong houden van
het beroepspersoneel gestreefd te
worden. Ook al om het z.g. „dood
dienen", het blijven van beroepsmili
tairen aie er niets meer in zien, te
voorkomen. De strijdkrachten mo
gen, om met een Amerikaans mili
tair blad te spreken, geen „pensioen
boerderij" worden ten koste van een
goede defensie en van onze tiendui
zenden dienstplichtigen.
In de Verenigde Staten is men zeer
consequent met vervroegde pensione
ring indien iemand wat „afzakt" en
niet tijdig wordt bevorderd.
Bij de marine en de luchtmacht
ligt dit probleem van het jong hou
den, ook al door andere lichamelijke
eisen, niet zo moeilijk als bij de
landmacht, behalve dan voor de
vliegers. Bovendien bieden de koop
vaardij, het havenwezen en de bur
gerluchtvaart plus gelieerde indus
trie voor oudere krachten goede mo-
gelijkheJen. Het gevolg van de ver
vroegde aienstverlating bij de mari
ne (en het jong zijn van de lucht
macht) is weer een snellere promo
tie, die overigens langzamer is dan
in de civiele en ambtelijke sector.
Het personeelsbeleid van de land
macht had door de geringere moge
lijkheden dus sterk afgestemd moe
ten zijn op het jong houden van het
korps beroepspersoneel.
Vooral een vroegtijdig en eerlijk
overleg met de betrokken personen
is van groot belang i.v.m. de nood
zakelijke voorbereiding.
Ernstig
Doch de praktijk was, dat vooral
het argument van de kosten en ook
de geringe wervingsresultaten aan
leiding waren de uitstroming niet
te versnellen. Maar in wezen ten
koste van een goede defensie. De
personeelssituatie bij de landmacht
is dan ook veel ernstiger dan de
cijfermatige tekorten (die geen gro
tere uitstroming toelaten) doen ver
moeden. Op een behoefte van 27000
man is een tekort van ongeveer 20
procent, doch hierbij moet men nog
eens 20 procent tellen door het in
dienst houden van personeel dat gees
telijk of lichamelijk minder geschikt
is of door gezinsomstandigheden niet
veel van huis mag en daarom geen
dienst bij de parate troepen doet,
waar velen per jaar een 150 dagen
en nachten van huis zijn. Deze min
der validen betekenen een overbe
lasting van het all-round geschikte
personeel.
Niettemin zal de personeelsleiding
moeten doen wat zij kan om tot ver
jonging te komen.
Ongelukkigerwijs benoemt het de
partement van defensie (en eveneens
andere departementen, o.a. bij de
BB) nog geregeld officieren met vol
ledig pensioer. in diverse functies.
We dennen o.a. aan een generaal
met een hoog (tropen) pensioen, die
bij de West-Europese Unie een func
tie kreeg.
Bovendien zal de personeelsleiding
moeten beginnen met in de kleinere
groepen van de hogere rangen een
vervroegde vrijwillige dienstverlating
te bevorderen, zodat ervaring wordt
opgedaan en niet voortgesukkeld
wordt in een oud systeem ten koste
van de defensie-kwaliteit. Daarbij
moet enerzijds voorkomen worden
dat de besten weggaan en ook dat
ts
r
A
niets nuttigs meer doen naar zijn ge'
voel, terwijl men hem in Nederland
opperbest kon gebruiken. Hij reisde ter
rug naar Nederland en nam tijdelijk
zijn intrek L\ Stadskanaal, waar hij zicff'
beroepbaar stelde. Hij zal nu de ge-ï>
meente van Muntendam gaan dienenjo»
Gelukkig vertoont de situatie in de, R
Kongo nu een geheel ander beeld ertaa
komen er ook uit de Oostprovincie ver«r
blijdende en bemoedigende berichtenkoj
De laatste brieven die de baptistenzen- q
ding van haar zendelingen uit de Oost-^
provincie ontving, spraken van zegeiT
o*"1 hun werk. Ook de laatste rapporteaj
van de zendeling-verpleger S. Edens eif
de zendingspredikant ds. Ter Braak, ge^
tuigden van dankbaarheid voor het werk u
dat zij nu mogen doen. f-
De verpleger werkt op het ogenblil^ 8
in een hospitaal in Primu. Zodra de jj
staf daar uitgebreid kan worden, zal hij.o1
het opzicht krijgen over zestien uitdeel-L
posten voor geneesmiddelen en boven)"
dien in september mede worden belast
met de opleiding van jonge Kongof®
lese verplegers. pi
Ds. Ter Braak is nu ingeschakeld bijMo
het schoolwerk en is druk bezig met
h*»t leren van de taal, zodat hij onmid-i
dellijk in Irema aan de slag kan gaan
wanneer hij er is aangekomen. He-j j
laas is het hem nog steeds onmogelijkL.
om Irema te bereiken, door alle onge-L.
regeldheden in de Kongo. De gemeentel:
in Irema kijkt met groot verlangenP"
naar de komst der zendelingen uit; men v
was er dan ook heel blij toen menPoj
van ds. Van 't Wout hoorde dat de zen-jï
delingen onderweg waren en het moetBua
een enorme teleurstelling voor hen zijntel
dat de zendelingen ze tot nog toe nietE»
konden bereiken.
Toen de gemeente van Irema het be-^
richt vernam dat de zendelingen zou-k
den komen, schreef Banosenge Sebas-p
tian, de opziener der gemeente: „Ik
was zeer blij uw korte brief te ontvan-*
gen. Nadat gij ons hier hebt verlaten
heeft onze gemeente niet meer gezonU
gen. Wij waren zeer bedroefd en ont
roerd, maar wij verwachten dat God i
hier weer zal brengen, om het werk
van God te verrichten". En LofalangaP
Simon schrijft: „liet is mij een vreug-l
de een brief aar. u te schrijven, onzel
blanken van Irema. Welk een vreug-P1
de, dat u tot ons komt om zich ween*
met ons te verenigen in het werk. Hetl
gaat goed in de gemeente. Wij hebbenjr
God de Vader van Jezus Christus lief".
„Dit zijn goede berichten uit de Oost
provincie". zo schrijft ds. H. Sikkema,
de s.ekretaris van de zendingscommis-l
sie van de baptisten. „Laten wij oppas-C
sen, dat de onzekerheid ons niet tot dé-f
faitisme doet vervallen. Want dan lopenkj
we een hele grote kans, dat wij straksP
uit Kongo het verwijt te horen krijgen,L.
dat de grote Indiër Din Dayal onlangsf
heeft gericht tot de protestantse ker
ken die eenmaal zendingswerk in Indiar"
hadden, doch die zich hieruit hebbenr
teruggetrokken. Hij vroeg deze kerkenP
of zij het konden verantwoorden dat zij'
hun werk zo maar in de steek had
den gelaten, gezien de vele open deuren
voor het evangelie in Indië en de vele
ytnJuuUuunta*£
zij geen vergoeding ineens plus ee
direct ingaand pensioen aangeboden
krijgen.
Voorwaarden
En degenen die de dienst moeten!
verlaten dienen onder zodanige pen
sioenregelingen te vertrekken, datj
zij er sociaal gezien niet op achter-i
uit hoeven te gaan.
Dat dit alles geld kost mag geen
doorslaggevend argument zijn. In het
verleden is dat ook steeds gezegd,
hoewel men ieder jaar honderden
miljoenen overhield in het betrok
ken begrotingsjaar. En nu zitten
we met een duur wervingsapparaat
en hoge premies, die gedachten op
roepen aan huursoldaten.
Om de beroepsdienst aantrekkelij
ker te maken is het departement
van defensie een half jaar geleden
overgegaan tot een iets snellere pro
motie. Ook deze omstandigheid noopt
tot een regeling voor vervroegde
dienstverlating, want bij de infanterie
bijvoorbeeld met zijn zware diensten
vindt nu een ernstige achterstelling
plaats ten opzichte van andere wa
pens.
Het militair personeelsbeleid is
door te late en onvoldoende maatre
gelen al jarenlang zeer tekort ge
schoten, daarom is het te hopen dat
niet langer wordt gewacht met maat
regelen, die vooral nodig zijn, om de
strijdkrachten in deze tijd met ziin
vele veranderingen óók geestelijk
zij zich niet misdeeld voelen omdat jong en fit te houden als in Israël.