DE HEMELDE
r
C
De reizende sneeuwpop
m
m w M m
m m
a
e 0 H S _i
s 0
mm®
*«09
W 1
ZATERDAG 18 FEBRUARI 1961
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ZONDAGSBLAD
VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JE
i roggebroodje be-
ik zou hem zo om
hals vliegen!" De bel luidde en de les
licht op!" riep doc-
nicht Carolientje nog gauw op t
lichte kramp in hun kal
jou! Vraag je
(zoor „Commen-
trgen lachen!"
Kegelmans triomfantelijk.
dé klas, dan kan i
t bleu jochie, voel-
,,Bertus Kip,
Na de oo
toe, krijg^j
„Commen- toranda Kegelmans stond op en vervolgde
lebrood beloon!" Doc-
De trein minderde vaart.
Moeten we hier uitstappen?" vroeg Tan-
ja nieuwsgierig.
..Nee, maar je bent lief", orakelde Ber-
Tanja zuchtte. Bertus kwam uit een erg
plagerige familie en de appel was vlak bij
de stam gevallen. Zij was er nooit geheel
Een forse dame op leeftijd, met een gro
te bril. betrad met een achteloos ..goeden
avond" de coupé der jonggehuwden. Haar
ogen waren bijna zwart en ze leken op
krenten aan een elastiekje. In een fractie
Bertus. in die iai
de er natuurlijk niets voor. Maar de
bleef aandringen en jawel hoor, 's avonds
vroeg Bertus zijn vader een roggebrood terug, afgesproken?"
voor „Commentaar".
„Commentaar....? Commentaar
wie is dat?"
„Nou, juffrouw Kegelmans, de lerares
„Hoe komt ze aan die rare bijnaam?"
Vader was niet erg toeschietelijk.
„O. dat woord gebruikt ze nogal vaak".
„Juffrouw Kegelmans juffrouw Ke
gelmans. is dat die dame die jou onlangs
i de klas als getui-
lenen het elkaar!
Vader Kip was zuinig op zijn roggebrood-
irdochtig
de vrij vochtige beloning in ontvangst. En
juist op dat ogenblik kwam de rector bin-
De klas zweeg onmiddellijk. Doctoranda
Kegelmans mocht dan niet bang zijn voor
de Baas. de klas was het wel.
„Wat gebeurt hier?" IJzig klonk de stem
„Waarom dan?'
„Ik kuste een leerling", zei doctors
egelmans droog, „ik neem er ieder
wilde Bertus één. Vandaag was Bertus Kip aan
Een homerisch gelach laaide op, da-
een gebiedend geba;
de i
Bertus. Toen
:eek
keer. Ber- dadelijk ophield.
opzocht
zij het gezochte op de rommelzolder van
haar herinnering, want tevreden glimla
chend greep zij een boeik. De trein zette
zich in beweging.
„Ken je haar?" fluisterde Tanja.
Bertus Klp knikte. Schuw keek hij naar
de oude dame met de grote bril.
„Ik ken haar zelfs heel goed", mompel
de hij, het zweet van het voorhoofd vegend.
„Is er wat? Waarom doe je zo vreemd?
Waarom stel je me niet voor?" ademde
Tanja.
Bertus Kip glimlachte gedwongen, maak
te een verontschuldigend gebaar en fluis
terde: „Pijnlijkouwe vlam...., van
haar... heb ik.... mijn eerste zoen ge
had
Verbaasd keek Tanja van de ouwe vlam
naar de jonge fakkel die Bertus Kip heet
te. Zeker veertig jaar verschil!
„Vertel es!"
„Straks, als we alleen zijn, 't is wat pijn
lijk.... Ze is namelijk nog steeds gek op
me Als-
ze trouwdag, hè?"
Tanja werd een beetje boos. Wat bezielde
Bertus? Met een strak gezicht keek zij
naar buiten. Tersluiks nam Bertus de oude
dame op. Ze was nauwelijks veranderd in
die vijftien jaar. Die juffrouw Kegelmans!
Bertus Kip sloot zijn ogen en hij zag
weer de oude klas van het gymnasium, 't
Was oorlog en in de middelste rij op de
achterste bank had Bertus zijn plaats, vlak
„Ha! Kip heeft
eilijk vertellen kon
ende morgen kwaï
i groot roggebrood.
,,U wilt straks wel bij me komen?" Koel-
fin, de volgende morgen kwam hij klas i
het schoollokaal, i
rdiging achterlatend.
het lesuur trok i
de bel luidde, wist de hele
wilde het roggebrood
deputatie van 3A na:
derhoud met de lerares zal nog wel mee
gevallen zijn, want de volgende dag gaf
doctoranda Kegelmans „geen commen
taar". Roggebrood en zoentie werden nooit
teruggegeven, want vlak na de oorlog ver
huisde de familie Kip naar een andere
Door
A. VAN VELZEN
i oogje keek Bert
nog steeds i
buiten te staren. Met
je Tanja
i zichzelf.
as€het!
opkijken", lachte
raren en leerlingen
en bleekjes uit. Ook
toranda Kegelmans, de lera
al het een en ander aan ge
Alleen Bertus Kip zat bloz
zijn bank: als bakkerszoon
veel te kort.
Doctoranda Kegelmans w;
vrouw. Een hardnekkige
bedacht z
Kip, die het derde le
beven tegemoet zag, besloot het roggebrood
gewoon op het tafeltje van de lerares te
deponeren en dan maar af te wachten wat
er gebeuren zou.
Eindelijk, daar verscheen doctoranda Ke
gelmans! Ze sloot de deur en beval: „Boe
ken en schriften in de tas, alles weg, ik
geef proefwerk!" Een kreet van teleurstel
ling ging door de klas. Hadden^ze gedacht
Doctoranda Kegelmans werd nijdig:
- best. I* herinner mij' EïëSg?*
„Mag ik?" vroeg Bertus hoffelijk
der de verbaasde ogen v
de vrouw hartelijk, één.
„IJs, koffie, thee, chocolade,
broodjes", riep een man in een w
„Hebt u roggebrood?" informeerde 'doc
toranda Kegelmans.
„Nee mevrouw", glimlachte de witte jas.
i doe- „Geen commentaar!" Langz;
had naar voren en plotseling ontdekte
En op dat historische ogenblik werd B
tus Kip de held van de klas: „Dat is
roggebrood juffrouw, en dat is voor u als.
als u vandaag geen proefwerk geeft!" Een
zucht van bewondering voer door het school-
ngeveer vijftig Doctoranda Kegelmans werd i
(en beetje l
Doctoranda 1
geliefd. Men vertelde dat de rector
felijke lerares. De Franse taal werd door
de leerlingen goed beheerst, dank zij haar
wijze lessen. Zij gaf ook andere lessen, die
niet op het rooster stonden. Zij had de ge
woonte allerlei problemen aan te snijden,
vroeg steeds naar de laatste berichten en
sprak vooral graag over de vooroorlogse
tijd. Breed en met welbehagen kon ze uit
weiden over allerlei lekkers dat vroeger
zomaar te koop was. Steeds weer schilder
de ze voor de verbaasde ogen der leerlin
gen de verleidelijke etalage van een banket
bakker.
„Bonbons", smulde doctoranda Kegel
mans. „heerlijk gewoon!" Het water liep
haar door de te brede mond. De klas luis
terde met heimwee. „Weten jullie nog hoe
kersenbonbons smaken?" Nee, de klas wist
het niet meer.
„En
- lippen vormden 1
haar maag het 1
capituleerde: „Vc
i boeken op tafel'"
Liefkozend nai
Het roggebrood voorzichtig aaiend, vroeg
ze: „Wie is de schenker van dit heerlijks?"
Bertus, bleu en bleek, was de enige die
niet lachte. Hij zweeg benauwd. Maar de
klas riep in koor: „Bertus juffrouw, Ber
tus Kip!"
geweldigs, ik zal je vader zelf
iken". Met glanzende ogen keek
ïrliefd naar het roggebrood. Haar le-
MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN
4. Voordat de man in het roeibootje
één woord kan uitbrengen, zijn Leo,
Benjamin, Murr en Zwijntje al
zonder jou weg." „Ik hou me aan deze
stevige tak vast," zegt Egel als hij een
grote stap doet. Hij is aan boord en het
bootje zinkt bijna onder het gewicht van
de passagiers. Egels tak is gebroken en
hij gooit het ding in het water. „Waar
die tak heenwijst, dat is ons schip jon-
5. De tak drijft in de richting van een
oud zeilschip en ze geven de roeier op
dracht daarheen te varen. „Een oude
zeilboot, jongens, dat wordt vast en ze
ker spannend", roept Murr. „Ik zal blij
zijn als ik aan boord in een heerlijke lig
stoel kan rusten", antwoordt Zwijntje. gens, direct aan
Ze klimmen langs een touwladder omhoog met barse stem.
aat een man gereed met
zwabber. „Vooruit jon-
het werk", roept hij
keek rond, zoekend
De helling
Anouk met
zijn sneeuwbenen^ vond bij
zijn bezem brai
snoof de pikante geur, die
roggeprooa zozeer kenmerkt.
De klas, bang dat „Commentaar'
de oude Kip zou omhel
zodra zij het leuke vrijerijtje
sen, begon te roepen dat de
teren iets beloofd had. Doctoranda Kegel
roggebrood!" vervolgde de le
rares, „iedere morgen gebruik* f'~
sneetje, verrukkelijk gei
toranda Kegelmans
juffrouw gis-
geheugen had als
fant, deed echter alsof ze het niet begreep.
DAMRUBRIEK
Partij problematiek
Nieuwe opgaven
?!ijke wijze zijn technisch
antleding verloopt soepel
le fraaie slagwendingen i
de beginnende oplossers o
ie wijzigini
arbij in t(
wijnen.
i
lójSi iSQ
3 i| i
I i i I
r i@
•Tte: a
G
0 0 i®
9
a m
0 0 ffi
0 H
■I S M
f 0 i 0 i
G 0 0
dwsngzet en wel
27 I.
i i
- O
- 0
-11
0
9
Is
li m s
1
Correspondentie betreffende deze rubriek
aan de heer W. Jurg. Vrederustlaan 176
Den Haag.
de ladderwedstrijd geldt: wit begint en