Een geloo
DE HERVORMDE HEEK
lantaóle van Uart en Wanden
te Rutten
MARSMAN
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 11 FEBRUARI 1961
c
c
leefden zich uit in verluchte handschriften
Al leeft de Jood sedert de verwoesting van zijn tempel in de verstrooiing en al verloor
hij veel, één tastbare steun bleef hem vergezellen op zijn zwerftocht door de eeuwen: het
Boek der boeken! De heilige geschriften, zijn „Tenach" en „Thora", continueerden het reli
gieuze denken en beleven van de Jood en vormden bovendien de onbreekbare draad,
waarmede hij, na iedere poging tot destructie, telkens opnieuw zijn eeuwenoud cultuurpa
troon mocht borduren. Van dit „Groot Privilege" ben ik nimmer zó diep onder de indruk
gekomen als op dit moment, nu ik sta voor een eerbied afd
Jood met de hand heeft geschreven en verlucht in het jaai
vertellen, want deze „Prophetencodex" is een onderdeel var
zoals men er in zijn leven geen tweede te zien zal' krijgen
ingende Bijbel, die
1105. Ik moet u er meer van
sen zeer unieke tentoonstelling
Mag ik u voorgaan naar het
Joods Historisch Museum? Het
is ondergebracht op de tweede
verdieping van het Amsterdam
se Waaggebouw, dicht bij het
Centraal Station. We hebben ge
luk: de man wiens meer dan
vijftig jaar oude droom met de
ze tentoonstelling in vervulling
is gegaan, de Joodse kunsthis
toricus O. Meyer tot voor
kort directeur van het museum
wil zijn liefde en zijn inten
se eerbied voor de geëxposeer
de heilige boeken op ons over
dragen.
Kijk, daar ligt het boek der
Psalmen opengeslagen bij de eer
ste pagina, achterin, want zoals
u weet leest de Jood van achter
naar voren. Een andere schrift
kenner voegt zich bij ons en hij
leest met ontzag de Hebreeuwse
tekst van de eerste psalm: „Wel
gelukzalig is de man, die niet
wandelt in de raad der goddelo-
zen, noch staat op den weg der
zondaren, noch zit in het gestoel
te der spotteren. Maar zijn lust is
in des Heren wet en hij overdenkt
Zijne wet dag en nacht".
David met Nimbus
Behalve vanwege zijn ouderdom
boeit het boek door prachtige ver
luchting. De tekentrant is type
rend voor de vroege Italiaanse re
naissance. Fijn uitgewerkte
bloemmotieven, kinderfiguurtjes
en vogels vormen samen een bij
zonder mooi randornament. Daar
tussen vier miniatuurtjes met
voorstellingen uit het leven van
koning David. Er dan ontdekken
we iets merkwaardigs in dit Jood
se geschrift: op het eerste „schil
derijtje" draagt David een nim
bus, de gouden stralenkrans
waarmee de rooms-kathollek zijn
heiligen tooit. Ergo: ook niet-
Joodse kunstenaars kregen in het
verleden opdracht, de heilige boe
ken te verluchten.
flPVALLEND in vele boeken is
de toegevoegde commentaar
en de wijze waarop deze in de
tekst, ja zelfs in de typografie
van de pagina is opgenomen.
Daar komt nog een andere
merkwaardigheid bij, die ik
eigenlijk eerst moet verklaren.
Hoewel de Joodse kunstenaars
door de eeuwen heen hun rijke
fantasie hebben laten uitleven
in sublieme versieringen, een
„beeldverhaal" is nooit uit hun
handen gekomen. De tekst was
en bleef het voornaamste. Geen
plaatjesboek om te bekijken,
maar een boek om te lezen,
was hun oogmerk. Zo ontston
den de illustraties u itde tekst;
zij vormden er een deel van.
Schrift als tekening
Hoever de verluchters deze
techniek wisten door te voeren, is
verrassend mooi te zien in een
uit Hongarije stammend besnijde-
nisboek. Reeds bij de eerste aan-
DU prachtige miniatuur siert een in
1477 te Padua met do hand geschre
ven liturgisch hoek. De inhoud
bestaat uit rituele voorschriften en
lofspreuken op de spijzen bij de
maaltijden. Dergelijke boeken teer
den veelal in opdracht van beroemde
rabbijnen vervuardigd.
De liefde
voorliet boek
is iedere Jood
aangeboren
stelling gaat een heel mooie en
heel oude wereld wagenwijd open.
Hier is de harteklop van het Jood
se volk in beeld en schrift vast
gelegd. Hier leren wij de Jood be
ter kennen. Hier peilen wij zijn
diepste innerlijk, want zijn den
ken en voelen weerspiegelt zich
in de vele gebedenboeken en ka
lenders. in de kunstig bewerkte
rollen en in de Haggadoth.
De bezoekers van deze tot en
met 19 maart durende exposi
tie mogen zeker niet uitslui
tend kunstminnaars zijn. Alle
exegeten (van welke „richting"
ook), alle bijbellezers, ja ook u
die zegt „maar een eenvoudig
mens" te zijn, geven wij de
raad, deze „verklaring" van het
Oude Volk niet te missen.
TON HYDRA
verov
.•ert de wereld
De eerste acht eeuwen Christendom als
een reisboek beschreven door Peter Bamm
Soms voelt men zich bij de bespreking van een boek als
een muis, die een berg moet afgraven. Zo'n boek, dat
als een berg op je af komt, dat je voert tot grote hoogten,
je onvermoede vergezichten toont, is het bij W. Gaade in
een Nederlandse vertaling verschenen boek van Peter
Bamm: „Een geloof verovert de wereld". Dit is een wereld-
boek. Het verscheen gelijktijdig in het Duits bij de Droe-
mersche Verlagsanstalt en in het Engels bij Thames and
Hudson en is nu door de onvermoeide zorg van Dick
Ouwendijk in een vloeiend Nederlands toegankelijk. Zo n
boek kan alleen maar als wereldboek (met een enorme
oplage) worden uitgegeven, want het bevat liefst 365 platen
in koperdiepdruk en 18 in kleur.
En wat voor platen: nog nooit ter Bamm dankbaar voor dit ver
eerder, of wel heel zelden, gere- rassende boek en volgden hem
produceerde voorbeelden van
oud-christelijke kunst, van zeld
zame manuscrip-
Toen Nero na de brand van Rome een christen-pogrom gelastte,
dicong de bezorgde gemeente er bij Petrus op aan, zich in veilig
heid te brengen. Petrus gaf aan de trens gehoor en verliet de stad.
Op de Via Appia kwam Christus hem tegemoet. Petrus stelde de
vraag: „Domine quo vadis?" Heer waar gaal Gij heen?
Christus antwoordde, dat Hij naar Rome ging om Zich voor de
lueede maal te laten kruisigen. Daarop keerde Petrus in de stad
terug, om zijn leven als getuige voor Christus te beëindigen. Dit
beroemde Quo Vadis?" heeft Annibale Caracci op dit schilderij
in beeld gebracht.
-v »o -fc 4
Inderdaad, deze volgens de trad:
tie der middeleeuwse handschrif
ten vervaardigde miniatuur stelt
koning Salomo voor. Maar bij
nauwkeuriger bestudering bemer
ken wij, dat de contour geheel be
staat uit letters. Samen vormen
zij een tekst uit het Hooglied.
Dat niet alleen het schrijven
van de Thora, maar ook de sa
menstelling van niet aan strenge
rituele regels gebonden boeken,
zoals bijvoorbeeld de Pentateuch,
een traditie kende, constateren
we bij een handschrift van 1310.
Dit boek bevat tekstverklaringen
van de beroemdste commentator
Sjelomo ben Jitshak van Troyes.
oftewel Rasji, die leefde van 1040
tot 1105!
Roept u die tijd aan de hand
van een geschiedenisboekje
eens in de herinnering terug. Vrij
wel overal in Europa heerste een
chaos, verwekt door woeste Noor
mannen. De riddertijd stond pas
aan het begin, maar de meeste
ridders konden lezen noch schrij
ven. Zij lieten zich voorlezen door
geletterde monniken.
Voor het godsdienstig leven was
het noodzakelijk dat de clerus
zich bediende van voorstellingen:
de massa was immers volslagen
analfabeet. Maar lang voordat
een bewoner van de Lage Landen
voor het eerst een letterteken zag
(en nog niet kon ontcijferen) las
de vrome Jood reeds persoonlijk
„de wet en de profeten"-. Al eeu-
heilige boeken hem
tot geestelijk voed
sel en vormden zij
het rijkste cultuur
bezit van zijn volk.
Ongetwijfeld
hebben onze voor
vaderen uit de
eeuwige bron ook
cultuur geput. Het
zou interessant
zijn. de fraai ver
luchte folianten
van de klooster
lingen te kunnen
■vergelijken met de
illustraties van
Joodse handschrif
ten. Zeer beslist
zouden we frap
pante overeenkom
sten ontdekken.
Zonder dit ver
gelijk is het ech
ter ook wel dui
delijk, hoe sterk
de Joodse ver
sieringskunst an
dere culturen
heeft beïnvloed
en anderzijds, dat
deze kunst soms
De kleuren hebben nog niets van
hun gloed verloren in het „Boek
der Psalmen". In typisch Italiaanse
renaissancestijl is hier de eerste
psalm bijzonder boeiend gevat
binnen een randornament tail bloe
men, ranken, vogels, fubeldieren en
kinderfiguurtjes. De tier miniatuur
tjes vertollen taferelen uit het leven
van kuning David. Mogelijk is op
de reproductie nog zichtbaar, dal
David op de eerste voorstelling een
nimbus draagt. Op het door engel
tjes gedragen lint staan de vergulde
beginletters van de tekst.
gelijke tred hield met de ex
pressievormen van het land,
waar de Joodse kunstenaar zijn
tweede vaderland had gevon
den. Zo zien we elementen van
de Duitse gotiek in een Hagga-
dah uit het begin van de vijf
tiende eeuw.
Een bladzijde in drtt boek (dat
gewijd is aan de uittocht uit
Egypte en op paasavond wordt
voorgelezen' heeft enigszins de
vorm van een glas-in-lood raam.
De tafereeltjes, in warme kleu
ren, zijn uit het vlak opgebouwd
in een tweedimensionale opstel
ling (de figuren op een rijtje, zo
als u dat bekend zal zijn van
bijv. Da Vinci's ..Avondmaal").
De voorstellingen van dit paas-
boek brengen ons bij een ander
facet van de Joodse verluchtings
kunst. Het zijn lang niet altijd re
ligieuze taferelen of symbolen die
de geschriften sieren. Vaker zien
we afbeeldingen van fabeldieren,
mythologische figuren, close-
ups" van het alledaagse en ande
re heel gewone, zogenaamde „pro
fane" voorstellingen.
Een Amsterdamse „Megilloth"
een rol waarop de geschiedenis
van Esther is beschreven ver-
loont een schitterend gecalligra-
feerde tekst binnen een cirkel,
waarop de dierenriemtekens voor
komen.Ze zijn bedoeld als sym
bolen voor do twaalf stammen Is-
raëls, met daaromheen een bonte
reeks voorstellingen van sierlijke
vrouwen, muzikanten, een statie-
karos. een huiselijk scènetje en
twee gehangenen!
Kleinste miniatuur
Wat de miniatuurkunst betreft,
spant de Estherrol uit de verza
meling van Joseph Stieglitz (Tel-
Aviv) wel dc kroon. Nauwelijks
een duim breed zijn de goudom-
lijste medaillons, maar ze zijn
minstens zo druk gestoffeerd als
een ..schuttersmaaltijd". Op dit
zeverrtiende-ecuwse Italiaanse
handwerk kijkt men zich de ogen
In deze hoogst unieke tentoon-
0OK in het afgelopen jaar zijn
er in ons land weer heel
wat kerken gebouwd, grote en
kleine. Wij kunnen niet zeggen,
dat de aanbouw gelijke tred
heeft gehouden met de groeien
de en zich verplaatsende bevol
king van Nederland. Er is ech
ter op het gebied van de kerk
bouw heel wat gebeurd. En er
moet nog veel meer gebeuren.
Tot de kleinere kerken, die in
het jaar 1960 tot stand kwamen,
behoort de Hervormde kerk te
RUTTEN, van de hand van de
architect J. Schipper te Zaan
dam, de eerste die na de laatste
oorlog de Prix de Rome voor
architectuur heeft verworven.
De kerken in de Noord-Oostpol
der kunnen klein zijn, omdat de
dorpen klein zijn. De grootte van
de dorpen, in het bijzonder die,
welke het laatst zijn tot stand ge
komen, is achtergebleven bij de
achtingen. De modernisering
Kernen
bouwen. Deze samenwerking is
op gelukkige wijze tot stand ge
komen. zodat de nog ontbreken
de kerken voor gemeenschappe
lijk gebruik zullen worden ge
bouwd.
De kerk te Rutten. die wij hier
bij afbeelden en die op 30 juni
1960 in gebruik is genomen, is
zoals wij reeds zeiden een kleine
kerk. Het aantal zitplaatsen is on
geveer 230.
Het liturgisch centrum bevindt
zich in het laagste gedeelte van
de kerkzaal. In het hoogste ge
deelte vinden wij onder het aLo-
pend dak een verenigingszaal, die
80 a 100 personen kan bevatten.
Daarboven is nog een zolder, die
als knutselruimte voor de jeugd
is ingericht.
De deur, die op de foto te zien
is, geeft toegang tot een grote oni-
moetingshal, waarin zich ook het
grote raam rechts bevindt. Ach
ter deze hal bevindt zich de kerk
zaak terwijl links een kerkeraads.
kamer aanwezig is. Het balkon
behoort tot de grote verenigings
zaal.
uit het bouwlichaam van de kerk
omhoog. Hij vormt er een geheel
mee en is toch een belangrijk
element in het silhouet van het
dorp.
Zo staat dan dit doodeenvoudige
kerkje in het nieuwe land. De
kerkgebouwen zijn in ons vlakke
land altijd de kenpunten geweest,
die van verre afstand het silhou
et van het dorp bepaalden.
In vele grotere nederzettingen
is dit tegenwoordig niet meer het
geval, omdat vaak torenhoge flat
gebouwen het geheel overheersen.
Gelukkig is het in de kleine dor
pen van het nieuwe land nog de
kerk met haar toren, die aan de
nederzetting haar uiterlijke vorm
geeft. Een nederzetting met een
ongekunsteld karakter, die een
eenvoudig, als het ware argeloos
daar neergezet kerkgebouw
vraagt.
Aan deze opdracht heeft dc ar-
chitekt in Rutten op een buiten
gewoon gelukkige wijze voldaan.
ten. van onbekende,
schiedenis van het
vroege christendom
van de grootste
betekenis zijnde,
plaatsen. .,Er zal
op het terrein van
do kerkgeschiede
nis wel nooit een
boek verschenen
zijn, dat zich op
illustratief gebied
met dit boek kan
meten" zegt prof.
Zending
De oorspronke
lijke titel luidt
„Weiten des Glau-
bens". Dat is uit
nemend gedefini
eerd. want dit 365
pagina's tellende
boek met zijn 365
illustraties opent
werkelijk werelden.
De opgang
De toren
woners. Thans blijkt, dat buiten
het hoofddorp Emmeloord geen
enkele kern deze grootte bereikt.
De oudste, Ens en Marknesse,
hebben ongeveer 1200 inwoners be
reikt, de latere komen niet ver
der dan 400 a 500.
Het is duidelijk, dat een der
gelijke geringe omvang, ook al
is een zeker landelijk gebied rond
om de kern voor zijn maatschap
pelijke en geestelijke behoeften
op deze kem aangewezen, te klein
is om een levenskrachtige kerk-
de verschillen-
onderhouden.
Samenwerking
De Ned. Hervormde Kerk heeft
nog kans gezien in 1960 in Rut
ten. Bant en Nagele een zelfstan
dige Hervormde Kerk tot stand
te brengen. Voor de nog overge
bleven dorpen Crell, Espel c
was gebouwd, is samenwerking
gezocht met de Gereformeerde
Kerk om voor gezamenlijke reke
ning in ieder dorp één kerk te
Met de toren is nog iets bijzon
ders het geval. De overheid ver
leent in de Zuiderzeepolders sub
sidie voor kerkbouw. Deze subsi
die bedraagt 40 procent van de
theoretische bouwkosten, hetgeen
neerkomt op gemiddeld één derde
deel van de werkelijke kosten.
Daarenboven verleent zij in ie
der dorp een extra subsidie voor
één kerktoren. Deze subsidie valt
om de beurt aan de verschillen
de kerkgenootschappen ten deel.
Gewoonlijk kiest men daarvoor
een kerk, die zich door haar lig-
Sing in het dorpsbeeld het best
aartoe leent.
In Rutten kwam de Hervorm
de kerk in aanmerking
gemakkelijk een toren te ontwer
pen. die een zodanige hoogte
heeft, dat hij het dorpsbeeld be
heerst.
Geslaagd
De architect is hierin met zeer
eenvoudige middelen geslaagd. De
toren, die gebouwd is uit drie zui
len. rijst op een logische wijze
Völkerkundc, twaalf Inleidin
gen tot dc problematiek. Uitga
ve Verlag C. H. Beek te Mün-
chcn.
Acht wetenschappelijke mede
werkers van het Frobenius-insti-
tuut" van de universiteit van
Frankfurt hebben in deze bundel
opstellen getracht de volkenkunde
dichter tot de belangstellende
leek te brengen. Zij zijn uitge
gaan van de gedachte, dat in een
tijd waarin steeds meer volkeren
zelfstandigheid krijgen de volken
kunde geen louter academische
aangelegenheid is. doch actuele
problemen kan belichten. Daar
toe zijn de opstellen geschreven
..met heimwee om wat spoedig
verloren zal zijn gegaan", en in
het besef, dat de roerige stromin
gen in Afrika en Azië niet begre
pen kunnen worden zonder een
belichting van oude culturen.
In zijn inleiding houdt de bun
del zich bezig met een uitvoerig
Voor U
gelezen
overzicht van de benaderingswij
zen. beschrijft vervolgens enkele
kenmerkende perioden uit de ont
wikkelingsgeschiedenis van wat
met reserve natuurvolkeren ge
noemd worden en komt tenslotte
tot de conclusie, dat volkenkun
de voor onze tijd een onmisbaar
hulpmiddel is om de politieke en
economische evolutie te verstaan.
Een uitvoerige literatuuropgave
besluit het boek en daarin vindt
de leek wellicht ook een meer po-
Sulaire verklaring van enkele
ier als bekend veronderstelde
begrippen.
Bijbellezen met de kerk, door
Dom. Célestin Charlier O.S.B.,
vertaald door de monniken van
de St. Paulusabdij te Ooster
hout. Uitgave J. J. Romen en
Zonen, Roermond-Maaseik.
Dit voor Rooms-katholiekcn be
stemde boek is een verblijdend
bewijs van de toenemende be
langstelling en aandacht aldaar
voor de Bijibel. Een zorgvuldig en
deskundig samengestelde studie
als deze wil daarbij op allerle;
wijze helpen, door In te lichten
over het ontstaan van de Bijbel,
over de wereld waarin hij tot
stand kwam, over zijn boodschap,
zijn uitlegging, zijn verhouding tot
de weterschap, tot de kunst enz.
Zeer vele onderwerpen worden
behandeld op een wijze die ook
de ontwikkelde Protestant zal
boeien.
in Schrijvers prentenboek
Het Nederlands Letterkundig
Museum en Documentatiecen
trum te 's-Gravenhage is bezig
niet een serie, genaamd S c h r ij-
vers Prentenboek, wel
ke serie in dc handel gebracht
wordt door de Uitgeverij De Be
zige Bij te Amsicrdam. Ais vier
de deel is nu een bock aan de
dichter H. Marsman gewijd.
Marsmans jeugdvriend Arthur
Lehning heeft de Inleiding ge
schreven, waarin hy terecht op
merkt: „Een Prentenboek is
geen zwaarwichtige literaire stu
die. Het is ook geen close up, die
een biografie kan vervangen.
Maar de incidentele feiten, de
enkele details, werpen toch wel
een verhelderend en soms tevens
genuanceerd licht op de figuur
van de schrijver, plaatsen hem
in zijn tijd en temidden van zijn
tijdgenoten, zij laten iets zien
van zijn literaire en andere oc
cupaties en kunnen bijdragen tot
een menselijker en levendiger
contact met zijn werk."
Paulus tot Bo-
nifatius. Met een
later nimmer ge
ëvenaard elan heeft
de vroegere chris-
tenheid aan het zendingsgebod
voldaan en het Evangelie gepredikt
tot aan, ja zelfs tot over de
grenzen van de toenmaals bekende
wereld want streken waar nog
nimmer of zo goed als nooit een
Europeaan de voet had gezet, zoals
India en China, werden het werk
gebied van de Evangeliepredikers.
In een inleidend hoofdstuk
„Maar toen de volheid des tijds
gekomen was tekent Peter
Bamm de politieke en culturele
voorwaarden voor de opgang van
het christendom in deze oecume
ne. Het tweede hoofdstuk „Mys
terie van het begin" is voor een
groot deel gewijd aan de zen-
dingsarbeid van Petrus en Pau
lus; terwijl het derde hoofdstuk
„Eeuwen van zwijgen" de aan
dacht vestigt op de gebieden tus
sen de Kaspische Zee cn de Ara
bische woestijnen: Syrië en Ana-
tolië. eens de centrale gebieden
van het nieuwe geloof, waar een
stralend Christendom geschitterd
hoeft in een rijke cultuur. Dit al
les is ondergegaan in eeuwen
van Mohammedaanse overheer
sing. maar nog getuigen oude
bouwwerken en ruines, hand
schriften en voorwerpen van ker
kelijke kunst van dit indrukwek
kende christelijke verleden.
Wereldzaak
Het vierde hoofdstuk „Roma
Aeterna" voert op bekender ter
rein: het Christendom wordt een
wereldzaak. Het hoofdstuk over
„Het gouden Byzamium" vertelt
hoe de christelijke traditie be
waard gebleven is in vertrouwde
handen. „De periferie der oude
wereld" voert naar India en Chi
na, waarmee Byzantium reeds
vroeg bctrekküigen heeft gehad:
de Thomaschristcnen zeggen te
rug te gaan op de apostel Tho
mas, van hieruit is China reeds
In de 8e eeuw of nog eerder met
het Evangelie in aanraking ge
weest. Dan volgen de oude vol
ken in rijke stoet: Armenië,
Georgië, Perzlë, Arablë, Ethio
pië. Een afzonderlijk hoofdstuk
is gewijd aan Noord-Afrika. het
gebied „Tussen Oost en West",
dc voortgang van het Evangelie
In Spanje, in Ierland en Brilan-
nië, Gallic, de Lage Landen, Ger-
manië en reeds is dc lezer na
deze reis aangekomen in de
Westerse Middeleeuwen.
Dit engelenkruis uit het jaar f
■s het werk van een Test gotische
smid in Spanje. Hel bevindt zich
de schatkamer van de kathe
draal te Oviedo en is versierd
juwelen, gemmen en
meeën. Het is een meesterwerk
t de periode, toen het nieuwe
Europa als een ware phoenix
uit de as der ten ondergegane
klassieke wereld oprees.
Het met stralen omkranste hoofd
van de speerdragcr op de Fran
kische figuursteen uit Nieder-
dollendorf bij Königswinter
plaatst de icetenschap i
raadsels. Dc
Dc rand is
'sierd r
Germaanse dier-ornamenten. Mer
heeft de speerdrager wel als
Wodan aangeduid, maar de Ger
maanse kunst kende dc nimbus,
de stralenkrans, niet. Dat sym
bool van heiligheid komt uit het
Oosten. Pas met het Christendom
is het de kunst van het Noorden
binnengedrongen. Het moet
nok het uerk zijn run een
gedoopte heiden, die sich de
Christus niet anders kon voor-
stellen dan als een jonge oorlogs
god, precies als de goden, die
hij vroeger kende.
Pijpen
van de dichter betekenen
Men ziet proeven van zijn hand
schrift (de drie specimina op
bl. 5 lopen wel zeer uiteen!), zijn
geboortehuis en het Broederplein
te Zeist, zijn ouders en school
vrienden, men leest vroege ge
dichten en brieven, titelpagina's
en drukproeven, men ontmoet
al kijkende literaire vrienden zo
als Ter Braak en Du Perron, leest
karakteristieke citrten, tot op de
laatste pagina, onder een goede
foto van de gevoelige en wils
krachtige. bezige handen van de
.lichter de tekst wit wordt tegen
het zwart van de, lang voorvoel
de, dramatische dood.
Lehning schrijft in zijn woord
vooraf o a. nog over „de bijzon
dere aantrekkingskracht, die
Marsmans poëzie nog steeds .uit
oefent ook op de jongere gene
raties". Zo'n uitspraak is moei-
,ijk te cntroleren. Wel heb ik de
ndruk. dat Marsmans poëzie dc
na-oorlogse tijd beter te boven
s gekomen dan het dichtwerk
van Slauerhoff. De poëzie van
deze laatste dreef op het roman
tisch en non-conformistisch sen
timent; de slordigheden, hieraan
inhaerent, nam men op de koop
toe (een zeerover ziet er nu een
maal niet netjes uit). Maar nu
Je verschrikkingen van de twee
de wereldoorlog zoveel erger ble
ken te zijn dan de stoutste fan
tasie zich kon voorstellen, is het
pikante bij Slauerhoff eraf. Mars
man was zeer bekommerd om
een gave. vuurvaste en de tijd
verdurende vorm. Is dat zijn be
houd als dichter geworden"
C. R.
Pelgrimage
Het boek van Peter Bamm is
een machtige pelgrimage naar
het christelijk verleden. Het
openbaart op een dikwijls ver
rassende en indrukwekkende wij
ze. welke krachten het vroege
Christendom geïnspireerd hebben
tot een enorme ontplooiing. De
schrijver, die reeds eerder met
zijn bock „De onzichtbare vlag"
dc aandacht op zich vestigde is
de Duitse arts Curt Emmerich,
die als staf-arts aan het Oost
front zich is gaan bezinnen op
wezen en bronnen der Westerse
beschaving. Vanuit het ontker
stende heden heeft hij het spoor
terug gevolgd. Hij heeft op deze
tocht onvermoede schatten aan
het licht gebracht. Zijn boek is
dan ook niet alleen een heront
dekking van het wezenlijke
Christendom zelf geworden,
maar ook van de rijke, veelzijdi
ge kunst, die het voortschrijden
de Christendom in zijn opgang
heeft begeleid. Als men de vele
afbeeldingen in het boek bewon
dert, komt men diep onder de in
druk van deze waarheid, dat de
kerk niet zonder kunst denkbaar
is. De kunst is de graadmeter
van het christelijke leven zelf. Het
vroege Christendom, dat zo sterk
leefde vanuit het eschatologisch
besef (waarom het vervuld was
van een enorme zendingsdrang)
heeft zijn culturele taak hier op
deze aarde nimmer veronacht
zaamd. Dat sluit elkaar niet uit:
de Hemel verwachten en tegelijk
aan de aarde werken als aan een
schone tuin van God. Wij zijn Pe-
zijn. Ook hier
of het monument als een chris
telijk werkstuk kan worden aan
gemerkt. Hel kruis is ook in
prae-christelijke tijd in de Ger
maanse kunst herhaaldelijk aan
gewend. maar de figuur in het
bovengedeelte omvat het kruis
met beide armenEen sym
bool van het pasbekeerde
Germanic?