Een kanttekening Dienen wortel van het maatschappelijk werk Meningen van anderen Uniecollecte Een woord voor vandaag Stichting opgericht voor onderzoek enpublikatie Twente viert feest om vestiging derde T.H. X MEER ACADEMICI J^E NOTA inzake de Uitbreiding van het Wetenschappelijk Onderwijs, die minister Cals thans bij de Tweede Kamer heeft ingediend, geeft aan leiding, kort stil te staan bij de rol die de academici in de hedendaagse samen leving vervullen. Allereerst valt dan op, dat het oude verband tussen universiteit en cultuur voor een groot deel verloren is gegaan. De middeleeuwse universiteit, zoals die te Parijs, nam in de samenleving van die tijd een plaats in, die ver uitging boven haar taak voor wetenschap en onderwijs. Zij was hèt cultuurcentrum. Het zou onjuist zijn, te zeggen, dat de huidige centra van wetenschappelijk onderwijs thans geen culturele rol meer spelen. Alleen is het accent andere komen te liggen. Deze verandering is het gevolg van wijzigingen in de struc tuur van de samenleving en de aard van het wetenschappelijk onderzoek, wijzigingen, die met elkaar in verband staan. De vlucht, die de natuurwetenschappen hebben genomen, de nadruk, die het experimenteel wetenschappelijk onderzoek allengs heeft gekregen, heeft de aandacht voor de geesteswetenschappen, de cultuurvormende wetenschappen hij uitstek, doen verflauwen. Het is ln dit verband verheugend, dat minister Cals een onderzoek wil laten instellen naar de huidige stand van de beoefening der geesteswetenschappen. Verschrompeling van de faculteiten der theologie, rechten en letteren en wijs begeerte ware te betreuren. De toegenomen ingewikkeldheid van de maatschappij, de steeds verder, gaande onderlinge afhankelijkheid van de verschillende sectoren in de samenleving, met name ook de groei en specialisatie der moderne techniek deden daarnaast de vraag naar academici toenemen. Om enkele cijfers te noemen: ln 1900 telde ons land 4000 studenten, één student per duizend inwoners; in 1938 was dit aantal 12.000, bijna anderhalf per duizend inwoners; in 1958 35000, ruim drie per duizend inwoners, en in 1975 zal het naar verwachting 66000 bedragen, ruim vijf per duizend Neder landers. MENSEN OF MANAGERS TAE aard van de opleidingen en de opgeleiden is ten slotte eveneens gewij- zlgd. Niet alleen noodzaakt de toeloop naar de universiteiten en hoge scholen tot een strakker en zakelijker organisatie van de studie, maar, wat belangrijker is, het is, ook al weer in verband met de maatschappelijke eisen, •en vrij beperkt aantal opleidingen, waarop de nadruk is komen te vallen. Enerzijds betreft dit de technische opleidingen. Het aantal studenten aan de technische hogescholen neemt enorm toe. Zeker, de verscheidenheid in de studie der techniek is groot, maar al deze opleidingen zijn onder één noemer te brengen, die van het technisch denken. Anderzijds ziet men een sterke toeneming van de maatschappijwetenschappen: rechten, sociologie en economie. Hoog is het aanzien van de juridische studie geweest. In de toekomst zullen de juridische faculteiten, en met haar de sociologische en economische, nog wel opleiden tot de specifieke wetenschap van het recht, de sociologie en de economie, maar meer en meer zal daartij de nadruk gaan vallen op de niet-wetenschappelijke taak, die de afgestu deerden in deze wetenschappen gaan vervullen. Zij komen vooral terecht in de vele organisaties en overheidslichamen, die de laatste jaren zijn ontstaan, op posten, waarvoor het er niet zozeer toe doet, of ze door een Jurist, een socioloog of een econoom worden bezet. Zij zullen deze organisaties leiden overeenkomstig bepaalde wetenschappelijke normen; hun werkwijze tendeert in een bepaalde richting, die van het organisatorisch denken. Deze ontwikkeling is onvermijdelijk. Sommigen zien haar als een bedreiging. Het rechtlijnige denken schrikt hen af. Toch dient men ook te bedenken, dat ze haar voordelen heeft. De overheidsmanagers van deze tijd met hun conjunctuurpolitiek, de industriële managers met hun rationele technische en bedrijfseconomische methoden dragen niet weinig bij tot de ontplooi ing van ons land, van onze samenleving. De plannen van minister Cals wijzen erop, dat hij wil tegemoet komen aan de nog steeds toenemende vraag naar dit soort academici. Het zal daarbij door velen worden betreurd, dat hij ten aanzien van de derde technische hogeschool in Twente niet de voorstellen van de hoog leraren Groenman, Van Hasselt en Van Heek heeft opgevolgd. Deze hoog leraren hebben bij herhaling gewezen op het belang, de opleiding in de technische wetenschappen te combineren met die in de sociale wetenschappen. Minister Cals heeft aan deze wens geen gehoor gegeven. Hij wil er zich nog over beraden. De eisen der parktijk, door de drie hoogleraren genoemd, aan vaardt hij vooralsnog niet. De verbreding van de opleiding van de ingenieurs in de richting van d« sociale wetenschappen is niettemin een zaak die blijvende aandacht verdient, vooral wanneer men let op de drijfveer van de drie hoogleraren. Zij beklem tonen, dat een eenzijdig technische houding maar al te gemakkelijk kan leiden tot verwaarlozing van de menselijke verhoudingen, juist in een bedrijf zo belangrijk. De ontmenselijking van de techniek is in onze tijd geen loze kreet. Veel is reeds gedaan om deze ontmenselijking tegen te gaan. Of het voldoende is, valt nog te betwijfelen. Vooropgesteld, dat de sociale wetenschappen niet ont aarden in organisatiewetenschappen het gevaar hiertoe is aanwezig zullen zij een belangrijke rol in het technisch milieu kunnen spélen. De mens aanspreken als beelddrager van God „De men* in de samenleving" was het onderwerp, waarop de deelne mers van de vijfde conferentie van Gereformeerde Stichting voor Maatschappelijk Werk in Zuid-Hol land zich hebben bezonnen. Deze conferentie, waarvoor weer grote be langstelling bestond, is gisteren ge houden in het Groothandelsgebouw te Rotterdam. Dr. B. Rietveld uit Den Haag, die in de morgenuren sprak over „De Mens", zei: „Ondanks het verbreken van de relatie tussen God en mens door de zondeval, blijft de mens het beeld van God geschapen, geeft hem iets onaantastbaars. Het plaatst hem op een hoog niveau. Dit moet de christelijke maatschappelijk werker steeds voor ogen staan. Men moet het beeld Gods in de ander on derkennen, wie de ander ook is". Over die ander sprak 's middags ds. R. C. Harder, de directeur van de Gereformeerde Academie voor So ciale Arbeid „De Nijenburgh". „In het maatschappelijk werk", zei ds. Harder, „maken wij een beweging in de richting van de ander, proberen we een brug te slaan. Maar zoals Christus Zichzelf heeft ontledigd, de gestalte van een Dienstknecht heeft aangenomen en gehoorzaam is ge worden tot de dood, zo moeten wij eigenlijk ook het maatschappelijk werk verrichten. De Wortel van dit werk is het dienen. En niet het op voeden tot en het hervormen naar on ze gevestigde traditie. Want dan vechten we voor een verloren zaak' V erantwoordelijk Dr. Rietveld wees in zijn causerie met klem op de grote verantwoor delijkheid, die we hebben tegenovi een wereld, waarin de waardigheid van de mens is aangetast. We moeten de mens weer in zijn to taliteit zien. Het maatschappelijk werk, dat vooral noodzakelijk is geworden door de voortgang van de industrie er de ontluistering van de mens, kan al leen aan de gestelde eisen voldoen, neer de mens weer wordt aangespro ken in zijn beeldschap Gods, ook al be grijpt hij dat niet. Waar de mens zakelijk wordt beje gend, wordt hij geschonden. Daarom, zo zei dr. Rietveld, is de maatschappelijk werker in de eerste plaats verplicht de noodlijdende mens in zijn menselijke waardigheid tegemoet te treden. Na een boeiende inleiding ovei plaats van de ander tegenover onszelf en over de verschillende tussen-mense- lijke verhoudingen ging ds. Harder ln zijn referaat dieper in op wat hij zag als een speciale moeilijkheid var maatschappelijk werk, zoals dat door de Gereformeerde Kerken wordt v Het geestelijk en maatschappelijk zijn, als we zijn, zeids. Harder, is gevaar. Want het maakt het opbouwen van de noodzakelijke verhouding moei lijk. We zijn geneigd te gaan staan in de verhouding van lichte veroordeling 1 kritiek. Het maatschappelijk werk moet ech ter geworteld zijn in het dienen en wor den verricht, wanneer er om hulp wordt gevraagd. De moderne methode en techniek van het maatschappelijk werk, zei ds. Har- der nog, laten zich vertalen in de evan gelische gedragregels voor de omgang van de medemens. En dan maken we dankbaar gebruik van de moderne we- tenschappen als psychologie, sociologie 1 sociale psychologie. De deskundigheid is hard nodig. Want de liefde roept om die deskundigheid. Advertentie De 23 genezende bestanddelen in de vertrouwde fles Abdijsi roop (Akker-siroop) jagen die gevaarlijke griephoest weg uit uw gezin. ABDIJSIROOP ECHTSCHEIDING Uit liet Friesch Dagblad knipten wij de volgende beschouwing: „Enkele jaren gele den heeft de toenmalige minister van jus titie, prof. Samkalden een gespreksgroep benoemd, die de regering zou adviseren over de wettelijke regeling van echtsdiei- Dat is een heel moeilijke zaak, temeer, omdat de „grote leugen" in Nederland de zaak heeft vergiftigd. Wanneer een der ech telieden zich schuldig maakt aan overspel dan is de andere gerechtigd een eis tot echtscheiding in te dienen. Maar dat over spel wordt als grond door de rechtbank aanvaard, wanneer de eisende partij deze zonde aan de andere partij toedicht en die andere partij niet ontkent, zich tegen de leugen niet verweert, omdat zij samen hebben afgesproken wie de schuld op zich zal nemen. Praktisch betekent dit dat de echtscheiding bij onderling overleg, mits men het over de JeUgen eens wordt, in Ne derland mogelijk is. De commissie heeft sich uiteraard met deze zaak bezig gehou den en meent het kwaad te kunnen indam- Maar Jj heeft ook andere vraagstukken onder de ogen gezien. Zo bleek het, dat althans de meerderheid lijke krankzinnigheid als echtscheidings- grond in de wet zou worden opgenomen. Als dan de ene echtgenoot bij de rechter zou komen met een brief van de dokter dat de andere huwelijkspartner ongeneeslijk krankzinnig was, dan zou de rechter echt scheiding kunnen bevorderen. Maar de commissie komt niet met een dergelijk voorstel. Alle medische specialisten, die zij op dit punt vertrouwelijk heeft geraadpleegd, wa ren er tegen. Zij hebben nadrukkelijk ge waarschuwd hier niet aan te beginnen. Vooreerst al, omdat velen die naar psychiatrische inrichting zouden worden overgebracht, wegens tekenen van krank zinnigheid in het angstige hart de weten schap zouden meedragen: dit kan óók het cindo van mijn huwelijk betekenen. Of reeds eerder: als ik gek word kan hij echt scheiding aanvragen. Maar dit is niet het beslissende motief. De ze deskundige specialisten zeggen: onge neeslijke krankzinnigheid? Weet wel wa' zegt! Dacht U dat wij, die dagelijks krankheid tc maken hebben, dat woord geneeslijk zo vlot in onze mond nam Wij ervaren immers dol wij telkens tekort schieten in ons oordeel, in onze verwach tingen omtrent het verloop van de i Er gebeuren onbegrijpelijke dingen. Gees teszieken die wij ongeneeslijk of vrijwel or geneeslijk hebben geacht staan weer in h< volle leven en spelen weer mee zonder b< DISCRIMINATIE „Discriminatie is een onder scheid maken tussen mensen van verschillende groepen en dit on derscheid gebruiken om iemand uit de gemeenschap te stoten". Deze definitie gaf ds. L. H. Rui tenberg in een artikel in Her vormd Nederland", waarin hij over de discriminatie voorts on dermeer het volgende schreef: delijk-aanvaardbaar verschijnsel. De discriminatie doet de mens on recht. De mens, die discriminatie ondergaat, lijdt eronder. Want elk mens behoort weliswaar tot een groep, maar hij ls altijd anders dan het beeld, dat de ander van zijn groep heeft. Dit behoren tot zakelijk. Het is ligt vreugde in zelfs, n groep is nood- i gegeven. Er .JHHIJ. Men is Neder lander, Groninger, middenstander, gereformeerd, plattelander, henge laar. Maar men is dat op zijn eigen wijze. Van het behoren tot die groe pen (verschillend van binding, van aard) draagt men een stempel, maar men is ook persoon. En om dit persoonlijke gaat het. Op het ogenblik is er één vorm van discriminatie, die ons sterk be roert: de rassendiscriminatie. Het tragische van de rassendis criminatie is, dat men beoordeeld wordt naar kenmerken, die men in derdaad heeft, die men niet kan veranderen. De arbeider kan burger worden, de Groninger in Rotterdam gaan wonen, de middenstander kan ambtenaar worden en de hengelaar kan gaan biljarten. Maar men kan niet uit zijn huid kruipen, al zijn er enkelingen die het proberen. In een wereld, waarin de huids kleur (maar dan met alles, wat die huidskleur verder symboliseert: de sociale lagere stand, een andere re ligieuze traditie, enz.) tot discrimi- nitatie leidt, wordt een leed gele den, dat of laf, of opstandig maakt. Soms zelfs tot (in het geheel gezien verrassend weinig) uitbarstingen aanleiding geeft. Er Staten mee bezig is), als mentaal. En met het hart. Het is voedingsprobleem de eerste or- overvloeien ze graag handtekeningen zetten on der manifesten, om allerlei instan ties, regeringen, legaties, kerken iets met klem onder de ogen te brengen. Het nut daarvan lijkt mij beperkt, al is het misschien wel Maar wij kunnen toch in ieder geval iets doen. Namelijk in eigen gemeenschap, in eigen hart schoon schip maken. Want het afwijzen van de rassendiscriminatie in andere landen moet waar gemaakt wor den door het afwijzen van discrimi natie in eigen leven. Als wij letten op de moeite, die wij daar zelf mee hebben, zullen wij een beetje begrip krijgen voor de moeite, die men in de zuidelijke staten van Noord-Ame- rika, in Zuid-Afrika heeft om wer kelijk het roer om te gooien. Be grip, zeg ik. Géén goedkeuring. Zullen wij eens nagaan welke dis criminerende krachten in ons eigen volksleven, in ons persoonlijk leven werkzaam zijn? Ja, het antisemitisme, vloek van Hitiers horden, is overwonnen. Het is overwonnen, mede omdat het een begeleidend verschijnsel was bij de aanranding van ons nationale bestaan. Toch zijn er discrimine rende resten. Nog nooit, zelfs na 1945 niet, werd in Nederland een jood tot burgemeester benoemd. Sinds 1848 zijn er maar twee mi nisters van joodsen huize geweest. Dit moge niet een teken zijn van antisemitisme, het is wèl een bewijs ervoor, dat wie benoemingen doen van personen die aan Nederlands gezag gestalte moeten geven, aarze len als het om joden gaat. persoonlijke houding tegenover Ambonnez^n, Surinamers, Indische Nederlanders? Is er nergens ge remdheid bij het persoonlijk con tact, over en weer? Is er dat in voelingsvermogen bij ons, dat het anders-zijn van de ander ziet als ge volg van historische, culturele, gees telijke invloeden wat het natuur lijk is dan wel domweg als be horend bij het anders-van-ras-zijn? Wij stellen deze vraag, waarop wij uiteraard het antwoord wel we ten. Wij doen het, om erop te wij zen. dat pas een verandering bij onszelf de kracht opwekt, om eer lijk en open de rassendiscriminatie tegen te gaan. Wij moeten leren on derkennen. dat alle discriminatie (sociale, politieke, culturele) onrecht aan de mens doet. Dit verhelpen wij niet door vaag en verheven te zeggen, dat bij God geen discrimina tie is. maar door ons goed te rea liseren, wat sociale, politieke en culturele krachten aan de mens doen, opdat wij er doorheen kij- Opdat wij niet alleen zien wat voor ogen is, maar het hart de mens aanzien. Gevaar Beroepingswerk GEREFORMEERDE KERKEN Beroepbaarstclling: de Classis Gro ningen heeft praeparatoir geëxamineerd en beroepbaar verklaard: A. Bakker, P. Venemastr. 39 te Kielwindeweer, kandi daat aan de Theologische Hogeschool te Kampen en D. J. Heslinga. Rabenhaupt- str. 58a te Groningen, kandidaat aan de Vrije Universiteit. CHRIST. GEREF. KERKEN Beroepen te Werkendam: H. van Leeu wen te Arnhem. De jaarcollecte v in devolgende plas de Scholen i op: Aduard 341,73, lerzijl 543.75, Pietcr- zijl 143. Akkrum 533, Berlikum 705,75, Fols- gare 110.50, Heidenschap 267, Borger 807.50, Nieuw-Buinen 214.50, Hoger Smilde 750. Den Hulst 343 58, Laag-Zuthem 177.76. Aalst 118, Ernst 606. Nieuwer Ter Aa 585.50. Polsbroek 346.85. Castricum 182.50. Dlemen 787.80. Amei- de 250.83. Barendrecht 2.074.50. Den Briel 257, Lisse 683.50, Haamstede 202.85, Aalst-Waalre Zingt de Here een nieuw lied, zeggen zowel Psalm 96 als 98. En ook elders in de psalmen komt die uitdrukking nogal eens voor. Muziek en zang hebben een belangrijke plaats in het leven met God. Zelfs de vervulling van de Heilige Geest uit zich door het zingen van psalmen, gezangen en geestelijke liederen. Wat woorden vaak niet zeggen kunnen, drukt een lied uit. Het verstand schrijft boeken, maar het hart zingt liederen. Maar juist daarom moet er sprake zijn, steeds weer van een nieuw lied, omdat God ons steeds weer nieuwe dingen leert. Het hart kan niet stil staan bij de liederen van gisteren. Doet het dat wel dan is dat een bewijs dat er geen geestelijke groei is. Iedere nieuwe ervaring met God moet steeds weer in de vorm van een lied worden omgezet. Niet dat wij dus zelf liederen moeten gaan componeren. Dat gebeurde bij Israël ook niet. God gaf bepaalde mannen deze gave, om wat zich in het hart van Gods volk afspeelde in woorden en tonen en maten om te zetten. We leven in een tijd waarin er weer nieuwe liederen worden geboren. Voor veel liederen haalt de muzikale wereld de neus op, maar dat is niet erg. De liederen die een weerklank vinden in het hart van de gemeente worden vanzelf mee gezongen, de andere verdwijnen automatisch. Maar het is we^ een gevolg van Gods werk in onze dagen. Daar mogen we dankbaar voor zijn. De toekomst is niet zo somber, geestelijk gesproken. Ds. Timmer Aan het begin van de conferentie heeft ds A- S. Timmer uit Rotterdam, zltter van de stichting, in zijn openings woord de aanwezigen bepaald bij de laatste waarheid omtrent de mens. An tropologie en psychologie hebben zich met het geheim van de mens bezig gehouden. De wetenschappen zijn ach ter veel dingen gekomen, maar de laat ste waarheid hebben zij niet ontdekt. Dat kan God alleen. De taak van de maatschappelijk werker is de mens »r te helpen zijn plaats in te nemen de volmaakte driehoek God, en medemens. Advertentie Handen en Li ppen ruv/?PUROL Ds. Clay niet naar Nw-Guinea terug De hervormde zendingspredikant Ds. G. J. Clay, die op Nieuw-Guinea werk te tussen Seroei en Sorong en onlangs met verlof in Nederland terugkeerde, heeft in verband met de opleiding van zijn kinderen de wens te kennen ge geven in Nederland te blijven. Ds. Clay die thans in Katwijk woonachtig is stelt zich beroepbaar in de Ned. Hervormde Kerk. Advertentie ZOUTLOOS DIEET? vraagt uw winkelier zout-arme pindakaas van 777 7ifl(7an Beter begrip voor geesteszieken Bij wijze van geschenk aan de Willem Arntsz Stichting, welke deze week haar 500-jarig bestaan zal herdenken, is gisteren in Utrecht opgericht de Stichting „Gemeenschap en Geestelijke Ge zondheid", welke uitgaat van de gedachte, dat in onze samenleving meer begrip moet worden aange kweekt voor de maatschappelijke vraagstukken betreffende geeste lijk gestoorde medeburgers. Zij wil dit begrip bevorderen door het laten verrichten van onderzoe kingen en door middel van voor lichting betreffende de resultaten. Dit betere inzicht zal, volgens het stichtingsbestuur, de ontwikkeling moe ten bevorderen van de verhouding tus sen de maatschappij en de psychiatri sche inrichtingen, zulks in het belang an de geestelijke volksgezondheid. Het bestuur van de nieuwe stichting wordt gevormd door vertegenwoordigers de industrie, enkele wetenschaps- ïen en enkele publicisten. Voorzit- „w .s de heer J. M. Redelé, industrieel te Dordrecht. Voor de wetenschap heb ben zitting de professoren H. M. M. Fortman (socioloog) uit Nijmegen, Gadourek (socioloog) uit Groningin M. Mulder (sociaalpsycholoog) Utrecht. Er zal nog een stichtlngsraad w den benoemd waarin naar men hoopt vertegenwoordigers van de verschil lende landelijke verenigingen verpleging van geesteszieken zitting zullen nemen. De stichting zal geen lid worden van de Federatie voor Geestelijke Volksge zondheid, maar heeft deze wel haar op richting medegedeeld en reeds van de federatie ontvangen. De overige gelden die de stich ting, die onderzoekingen wil richten en publikaties daaro nodig heeft, zullen moeten voortvloeien uit de verhoogde belangstelling, welke het Nederlandse volk naar men hoor' gaat voelen voor het werk der stic) rig. Een der leden van een kleine advies- commissie, welke ter inleiding van d« stichting was gevormd uit medewerkers van de Willem Arntsz Stichting, de welljke psychiater dr. A. M. Roosen burg, deed enkele mededelingen over ie aard van de te volgen onderzoekin gen. Zij is van mening, dat in de Neder landse psychiatrische ziekenhuizen de verpleegprijzen zo laag zijn gesteld, dat men de patiënten wel verzorgen, maar niet voldoende behandelen kan. Ook meent zij dat er nog zoveel wanbegrip bestaat ten opzichte van het psychia trisch ziekenhuis, dat vele patiënten te lang thuis worden gehouden en daar door het evenwicht in het gezin sterk kunnen verstoren. Zij gelooft dat er aandacht dient te worden besteed vroegtijdige opneming en aan op neming van geestelijk gestoorde bejaar- Ook neemt de maatschappij, aldus dr. Roosenburg, genezen psychiatri sche patiënten niet meer werkelijk op. Deze en nog vele andere misstanden door misverstaan kunnen worden op geheven, wanneer het Nederlandse volk beter begrip krijgt voor wat in de inrichtingen wordt gedaan wanneer de inrichtingen zelf meer kunnen doen. De stichting zal zich dus specialise- _ïn op het doen verrichten van weten schappelijk verantwoord speurwerk bui ten het specifiek medische terrein er zich daarbij voorlopig concentreren op de contacten tussen de Willem Arntsz Stichting en de maatschappij. Zij hoopt later ook andere psychiatrische zieken huizen daarbij te kunnen betrekken. Plannen In stad en land van Twente wap perden gisteren de vlaggen van openbare gebouwen, fabrieken en particuliere huizen als teken van vreugde over het besluit van de regering om in Twente de derde technische hogeschool te vestigen. In de grote steden trokken muziek korpsen rond en vele duizenden mensen waren op de been. In Enschede zal vrijdag een raads vergadering worden gehouden, waarin de raad zal worden voorgesteld het landgoed „Drienerloo", waar de rege ring de derde technische hogeschool wil stigen, voor de som van een gulden er te dragen aan het rijk. Voorts 2d* een krediet worden gevraagd van tienduizend gulden voor de stedebouw- kundige planning, die verband houdt met de vestiging van een technische ho geschool. Burgemeester W. Thomassen van Enschede zei: „Er wacht voorstelbare hoeveelheid werk schrik slaat je bijna om het hart als je leest dat de T.H. reeds in 1962 zal moeten beginnen. Wat wij in de eerste plaats hopen, is dat de Tweede Kamer zich zal conformeren aan de opvattingen van de regering". Hij verwacht, dat in de toekomst een druk verkeer in richting Eindhoven zal zijn, om te z hoe men het daar heeft gedaan. Bur gemeester Thomassen is van oordeel, dat men zeer dankbaar moet zijn voor de i doeling van het comité, dat in Almelo gestreden heeft voor een Twentse T.H., een grote feestbijeenkomst te organise- r0De Stichting tot bevordering van het technisch hoger onderwijs in de noorde lijke en oostelijke provincies heeft verklaard, dat de nota van de minister kernpunten heeft, vacuum in het oosten van ons land wordt gevuld, en de nieuwe in richting van technisch hoger onderwijs past in de toekomstige Nederlandse sa menleving, welke wordt gekenmerkt door verdere industrialisatie. Ook de commissaris der Koningin ln Overijssel, ir. J. B. G. M, ridder de van der Schueren, juicht de beslissing an de regering van harte toe. Van het balkon van het stadhuis te Almelo weerklonk gistermiddag om streeks twee uur bazuingeschal. Geuhi- formeerde leden van de drumband „Prinses Irene" maakten officieel aan de burgerij bekend, dat Twente een technische hogeschool krijgt. De vreug de in Almelo over de beslissing minister Cals is algemeen. Overal den de vlaggen uitgestoken en de di recteur van de V.V.V., de heer J. A. R, Prinsen, begon zelfs eigenhandig de klok van het verkeershuis te luiden. Fa- Advertentie gen zijn nog niet gevormd. De Generale Synode der Gerefor meerde Kerken heeft drs. J. v. Klinken te Groningen benoemd tot directeur van het Algemeen Diaconaal Bureau. De heer Van Klinken zal op 24 februari .promoveren aan de V.U. te Amster- bepaalde onderzoekin- dam, tot doctor in de economische we- I tenschappen. geluk nie eg te «taan, dan vraagt «eer beter wordt 1» geen voldoende grond _...i men heni mag vragen, voor een echtscheiding, temohappelijk gezien kan hij niet Wij vinden dat deze bescheidenheid èn be- sulk verder komen dan tot waarschijnlijkheid. »li»iheid van de medigche wetentchap ook in 6uwe En de waarschijnlijkheid dat iemand niet de per» dankbaar' moet worden vermeld." Alle Poolse Joden mogen Rusland nu verlaten Alle Joden van Poolse afkomst die in Rusland verblijven zullen vanaf heden naar Polen kunnen emigreren. Dit is het resultaat van een over eenkomst tussen de Poolse en de Russische regering, die betrekking heeft op ongeveer tienduizend Joden. bezet, zijn verscheidene duizenden Jo den naar Siberië gedeporteerd. Het wa ren in hoofdzaak artsen, juristen, za kenlieden, journalisten en schrijvers. Na de oorlog werd het hen verboden oip naar hun vaderland terug te keren. Eerst ln 1957 wist de Poolse regering voor ongeveer 25.000 van hun Joodse landgenoten toestemming te vragen Rusland te verlaten. Hun kinderen, die in Rusland waren geboren, kregen ech ter geen uitreisvisum. Nu mogen ook zij Rusland verlaten, en men verwacht dat ze. evenals hun ouders, voor het me rendeel naar Israël zullen gaan. Lieve Peter, Heb je nu hoofdpijn en kringen onder je ogen? Of kun je tegen heel laat naar bed gaan? Ik zie er op t ogenblik ook niet florissant uit, we hadden vanmorgen een hele zware repe titie, 't was gisteravond laat, vanmorgen vroeg, ik voel me- he lemaal leeg nu 't achter de rug is. Eigenlijk vind ik het wel interessant om er een beetje lijdend uit te zien, dat is ook mode: „Dames de teint is bleek en uw coiffure wordt tkrul len op de blanke wangen gevleid" zeggen de modepraatjes. Het is eindelijk avond geworden, een koude avond in mijn ka mer, het helpt niets al die mooie dingen die ik hierheen ge sleept heb om de overwintering prettig te maken. Maar ik ben ook geen schilderes die haar laatste geld met een hongerige maag spendeert aan „iets moois" om dan in haar mamarde honger noch koude te voelen. Toch voel ik me voldaan, ik heb al m'n algebrasommen af en begrepen, heerlijk. Ik heb ook heel fijne herinneringen bij 't woord seringen: ik stond voor het open raam, de lucht was blauw en wijd, vogels, geur van paarse en witte seringen, ik was gelukkig, want ik had een broertje gekregen en zo meteen mocht ik het zien, heel groot voelde ik me, alsof ik het al droeg en beschermde Het is een leuk spelletje associëren. Ik doe het vaker in plaats van schapen tellen, en ook op school (De school is drie kwart van m'n leven tot op heden, dat merk je wel). Ik kan 't eigenlijk niet laten, bij alles doe ik het, 'k kan me niet voor stellen hoe je bot weg iets ku)it zien en alleen maar zién. De betere tekst voor Morgen is het zondag heb ik nog steeds niet gevonden, zodra ik het heb zal ik 't je schrijven. Het slot moet ook anders, het eindigt zo dom op „taboeoe Ik ken eigenlijk helemaal geen middeleeuwse oorkonden. Wel de gedichten van Jacob van Maerlant enz., die vind ik heel mooi, vooral een Kerstliedje, dat zo begint: Ons ghenaket die avontstar Die ons verlichtet al so claer Wel was haer doe Susa minne susanoe Jesus minne sprac Marien toe. Of die heel bekende twee Conincskinderen, maar dan hele maal. De mensen van de Middeleeuwen moeten grote, wijze kinderen geweest zijn, denk je ook niet? 'k Heb net een zielig, beetje verward boek uit, over een meisje van zeventien die een bloedziekte krijgt en langzaam doodbloedt. Zulke dingen gebeuren, zoiets zou mij ook kunnen gebeuren (en jou). Maar ik zou niet zo rustig kunnen sterven, mooie verheven dingen in een dagboek schrijven om dat als troost te geven aan de leraar, die verliefd op me is. Maar het is >ook een heel ander meisje dan ik. En misschien moet ik niet zo doordenken over de boeken die ik lees. Dag, Peter, ik ga koffie drinken, bittere zwarte, (hou jij daar ook zo van?) met kleine slokjes en helemaal warm worden bij de kachel je Marja. Vlees-vete in Jeruzalem Hoewel ze wonen in de hoofdstad van Israël erkent de Joodse sekte Neturei Karta in Jeruzalem de Joodse staat niet. Integendeel, deze ultra-religieuze groep vervloekt de staat Israël omdat hij is uitgeroepen op politieke en niet op religieuze gronden. Daarom ook hecht deze groep geen waarde aan de wetten van het land en erkent zij de rabbijnen die in Israël werken niet. Op bepaalde gebieden staat in Israel echter het leven onder controle van het rabbinaat. Zo is in Jeruzalem alleen vlees verkrijgbaar dat is geslacht vol gens de Joodse spijswetten, onder toe zicht van de religieuze raad. Aangezien de Neturei Karta deze raad rdet erkent heeft zij sinds de stichting van de staat Israël geen vlees kunnen eten, daar ze dit vlees als ongeoorloofd be schouwt. i een einde te maken aan het vlees tijdperk hebben, de rabbijnen van de groepering een ritueel slachter naar het Arabische dorp Shfar-am gezonden,'' om daar koeien te slachten en het vlees te leveren aan de slagers van Jeruza lem. Dat ging de religieuze raad te ver. Zij vaardigde een verbod uit dit vlees te verkopen en te eten daar vol gens de 'raditie in Jeruzalem geen vlees mag v-urden gegeten afkomstig an buiten Jeruzalem geslachte dieren. Voor de Neturei Karta betekent dit dat geen slager het door haar gelever de vlees kan verkopen. Het vleesloze tijdperk zal door de sekte moeten wor den voortgezet. Poolse studenten op oud-katholiek congres Aan het internationale Oud.Katholie- ken Congres, dat van 20 tot 24 septem ber a.s. in Haarlem zal worden gehou den. zullen waarschijnlijk twee studen ten van de Pools Nationale Kerk deel nemen. Deze studenten van achter het Ijze ren gordijn zullen op uitnodiging van de Oud-Katholieke studentenvereniging Batavia en de Bond van Jonge Oud- Katholieken in Nederland enige weken ns land doorbrengen. Zij zullen te- het internationale congres van Oud-Katholieke studenten, dat aan het grote congres voorafgaat, bijwonen. De studentenvereniging Batavia en de Bond van Jonge Oud-Katholieken voe ren momenteel een aktie, genaamd de Poolexpeditie, om de benodigde gelden hiervoor bijeen te brengen. Animator van de aktie is de jeugdleider in de Oudkatholieke kerk van Nederland, pas- toor T. Horstman van Gouda. Nieuw bestuur van Jonge Oud-Kath. Op een onlangs gehouden Vergadering van de Bond van jonge Oud-Katholieken in Nederland is voor het jaar 1961 een nieuw bestuur gekozen. Waarnemend voorzitter van het Hoofd, bestuur is nu C. J. de Haart uit Schoon hoven. Als eerste secretaris werd aan gesteld W. J. Verkerk, Remibrandtlaan 99b in Schiedam. Penningmeester is W. van Buuren jr. uit Utrecht. De he ren B. W. van Daalen (Leiden) en mr. G. Chr. Kok (Rotterdam) zijn resp. 2de secretaris en 2de penningmeester, en mejuffrouw G. W. van der Steen lid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 2