Een berghut in de sneeuw
C
De reizende sneeuwpop
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ZATERDAG 21 JANUARI 1961
ZONDAGSBLAD
VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JE
9III1III1IIIIIII11IIIIIII1IUM
MET EEN LICHT zoevend geluid steeg het bakje, waarin de winter
sportvakantiegangers mannetje aan mannetje stonden, langs de
kabel en beneden werden de achtergebleven skiërs tot donkere stippen
op de hagelwitte sneeuw, waarop een lage zon lange schaduwen wierp.
Hugh en Jill Grynson hadden maar nauwelijks een plaatsje bemachtigd
bij het stationnetje en het vreemde (of was het eigenlijk wel zo vreemd?)
aan die jonge man en zijn nog jongere vrouw was, dat zij in tegenstelling
tot de overige passagiers de weg omhoog gingen, zonder de bij de anderen
als onafscheidelijke wintersport-attributen behorende ski's in gereedheid
te hebben.
TTUGH en Jill Grynson waren de skikunst
niet machtig en voor geen geld zou
Hugh zich in duizelingwekkende vaart op
de lange latten langs de helling omlaag heb
ben laten suizen, zoals de overige passa
giers kennelijk van plan waren binnen
enkele minuten te gaan doen. En Jill even-
Ze liet de in fel-gekleurde sporttrui
gehulde skiërs en ski-sters bij het uitstap-
Sen voorgaan met iets van de onderdanig-
eid, die sommige mensen bij het van
dichtbij zien van sport-corypheeën aan de
dag leggen. Deze eerst^ indruk van Jill
Grynson was echter een verkeerde, want
dit jonge (en zonder overdrijving mag wor
den toegevoegd: charmante) vrouwtje
van de Londense boekhouder-met-vakantie
Hugh Grynson was alles, behalve onder-
Toen ze pas in die Oostenrijkse winter
sportplaats waren aangekomen, had ze ge
probeerd om haar Hugh over te halen om
bij die gebronsde, gespierde ski-leraar de
eerste beginselen te gaan leren van een
sport, die hun als mensen, die wel gewend
zijn in de mist rond te scharrelen, maar
niet in vaak metershoge sneeuw, volkomen
vreemd was.
Maar Hugh, voorzichtig als altijd, had
het de moeite niet waard gevonden. „We
zijn maar veertien dagen hier, Ski's kopen
is te duur en ski's huren is eigenlijk de
moeite niet waard. Nee, honey, wij ver
maken ons toch wel. Zonder ski's. En zon
der gebrokep benen, want ik voel er
niets voor om terug te reizen met allebei
mijn benen in het gips. Stel je voor, dat
we met zo'n gipsklomp tegenover elkaar
moesten zitten tot we met de trein in
Oostende zouden zijn."
DUS hoe graag Jill Grynson ook de ele
mentaire beginselen van het glijden op
de houten latten zou hebben geleerd, het
ging niet door. Hugh verklaarde, dat ze
zich, zonder die dingen, toch ook best zou
den kunnen vermaken in dit paradijs in
de sneeuw.
En dat was in die vier dagen, welke zij
nu achter zich hadden, ook nog wel ge
lukt. Ze hadden wat in het dorp rondge
dwaald. ze hadden een Tiroler avond bij
gewoond. ze hadden een excursie gemaakt
en hadden eergisteren een paar landgeno
ten ontmoet, die zij weer waren kwijtge
raakt, omdat die zich met alle geweld aan
de lessen van de ski-leraar wensten te on
derwerpen.
Deze morgen had het jonge echtpaar
Grynson (een klein jaartje getrouwd) het
besluit genomen om naar boven te gaan
en daar de boel eens te verkennen. Jill
had in het hotel twee wei-voorziene lunch
pakketten meegekregen, want ze zouden er
een dagje van maken.
Terwijl de skiërs zich bij de kabelbaan
gereed maakten om aan de afdaling te be
ginnen. sjouwden Hugh en Jill door de rul-
1?, hoge sneeuw, in de andere richting:
het avontuur tegemoet.
ZE waadden over een bergpad, dat zich
nog verder omhoog kronkelde, tussen
de bomen door, naar een bocht, een paar
honderd meter verderop, De sneeuw klon
terde aan hun hoge laarzen en al heel
gauw hijgden ze door het voor hen zo on
gewone klimmerswerk.
,,Het is gelukkig niet steil", merkte Jill
op. toen ze op een vlakker gedeelte ston
den uit te blazen na de eerste vermoeiende
klim, ,,als we bij een afgrond zouden ko
men, dan val ik er prompt in. Dat voel
ik. ïk geloof, dat je dan door iets of
iemand omlaag wordt getrokken. Je krijgt
de neiging om er in te springen. Ondanks
jezelf. Ik weet niet, wat dat is
,.Heb jij dan wel eèns dichtbij een af
grond gestaan?" vroeg Hugh droog, ..ik
wist niet. dat je al eerder in de bergen
geweest was."
,,Dat ben ik ook niet, maar ik heb het
al als ik over één van da bruggen cvar
Door
JIM COURTWAYS
MAe
haard, zij het meer zeer grote krachtsin
spanning.
„Schon gut", zed Hermann Luft.
„Hij zegt goed", vertaalde Hugh op-
,,Ik weet, dat je Duits uitstekend is,
jongen. Maar met zo'n vlotte conversatie
als die wij nu met deze man voeren, wor
den we tóch niet veel wijzer. We moeten
zien uit te vinden, of die man familie
heeft, of zoiets, of dat hij een dokter wil
hebben, of naar een ziekenhuis moet. Hij
kan^hier toch niet in die hut blijven lig-
Ze hielden nog enige krijgsraad en be
sloten hun plan aan de man voor te leg
gen. Hugh sprak met hem over „Family",
over ,,a doctor, ein Arzt" en de heer Her
mann Luft begreep.
Hij schudde het hoofd. Nee, geen dok
ter. Hij kon zichzelf wel redden.
„Dat kun je niet", zei Jill Grynson,
je bent te ziek om jezelf op je an-
radgesproken Engels begreep.
Met vele gebaren maakten ze het de
zieke duidelijk, dat ze naar het dal zou
den gaan om hulp te halen. „Hulp, Hilfe",
zei Hugh.
Hermann Luft knikte vermoeid.
„Come on", sprak Jill, „we gaan naar
beneden. Die man kan met geen moge
lijkheid zo blijven liggen. Het zou best
eens kunnen, dat hij levensgevaarlijk ziek
is en ik wil dat niet op mijn geweten heb
ben. Onze wederzijdse talenknobbels zijn
van te geringe afmetingen om de taalbar
rière te doorbreken. Dus: hoe sneller we
hulp halen, hoe beter het is."
„Kommen zurück. Come back. Komen
terug", verzekerde Jill Grynson de zieke,
die met een zweem van een glimlach op
zijn bleke gelaat, knikte.
DE weg terug was er een van vallen en
opstaan. Ze haastten zich te veel, om
bij het stationnetje van het kabelspoor te
komen en één keer gleed Hugh Grynson
zeker tien meter in de sneeuw omlaag.
Maar gelukkig kwam er niets in de weg
om hem te kunnen bezeren.
Het wachten op het kabelspoor scheen
eindeloos te duren.
„Konden we nu maar skiën. Dan zaten
we allang beneden", verzuchtte Jill.
„En je benen breken, zeker", bromde
Hugh.
„Niks benen breken. Als je het kunt,
dan breek je geen benen. Kwam dat ding
Dat ding kwam na een minuut of twin
tig. Een horde bontgekleurde skiërs drom
de uit de gondel en toen het echtpaar
Grynson instapte, waren zij de enige pas
sagiers, die naar beneden gingen.
Ze probeerden de conducteur uit te leg
gen wat ze tegen de berghelling in die hut
ontdekt hadden, maar de man begreep het
niet, omdat ze probeerden Duits te spre
ken. Als ze het in het Engels zouden heb
ben gedaan, zou de man hun wel hebben
verstaan. Maar dat hadden ze in hun
haast om hulp voor Hermann Luft te ha
len niet door.
In het hotel vroegen ze de gerant naar
een dokter, spuiden hun verhaal en kre
gen de verzekering, dat Herr Doktor Kranz
eens zou gaan kijken. Jül greep de tele
foon en verklaarde met klem, dat Herr
Doktor nu direct en wel onmiddellijk naar
boven moest gaan, omdat er een mensen
leven op het spel stond. Herr Doktor ver
stond Engels en beloofde te zullen komen,
als het dan zo erg was en zo trok het
Londense echtpaar Grynson die dag Voor
de tweede maal mee het kabelspoor naar
boven, nu in gezelschap van Herr Doktoi
Kranz, die een half uur later tot de con-
MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN
73. De handelaar komt vriendelijk op
het pas aangekomen gezelschap toegelo
pen en hij vraagt: Willen de heren mis
schien een vaas kopen? Ze zijn niet
duur. Ik vraag niet meer dan één kwart
je per stuk. Ik zit precies midden in de
uitverkoop. Een kwartje? Hebben ze
daar al die moeite voor gedaan met die
andere vaas? Ze zoeken in hun zakken,
maar ze vinden geen cent. Dan begint
het eensklaps hard te regenen. De han
delaar zegt: Jongensals jullie straks al
mijn vazen leeggieten, dan tracteer ik
op pannekoeken."
74. Dat doen ze natuurlijk en een kwar
tiertje later roept de man: „Allemaal
aan tafel. De pannekoeken zijn klaar."
„Wat kijkt u somber, heer Haas?" „Dat
moet wel, ik ben mijn zeldzame vaas
kwijt. Ga toch weg, ezel."
De ezel gaat onverstoorbaar door met
75. De handelaar is wel een beetje
boos natuurlijk: „Kijk nou eens, jullie
ezel heeft alle pannekoeken opgegeten.
De jongelui hebben honger, maar ze
houden zich groot en Murr zegt: „Als
ik u soms nog met iets anders kan hel
penDe man kijkt blij. „Ja natuur
lijk", zegt hij, „dat kunnen jullie zeker.
Ik heb nog een paar borden te wassen.
Misschien willen jullie dat wel doen?"
„Dat kleine beetje", vraagt Egel, als zij
bij een ontzaglijk grote stapel borden ge
komen zijn. „Dat zullen we even voor u
clusie kwam, dat Hermann Luft zo gauw
mogelijk naar een ziekenhuis moest wor
den gebracht. Hetgeen nog diezelfde mid
dag gebeurde.
„Zie je wel, dat je niet eens behoeft te
kunnen skiën, om toch iets mee te maken
in dit land", vroeg Hugh Grynson, terwijl
hij over zijn dampende kop thee heen,
langs zijn vrouwtje door het raam van het
bij het hotel horende restaurant naar de
opnieuw vallende sneeuw keek.
„Maar het zou toch wel leuk zijn, om
het te kunnen", antwoordde Jill.
de Theems loop en ik kom wat te dicht
bij de afrastering."
„Je hebt me nooit verteld, dat je hoog
tevrees had. Zullen we teruggaan?"
„Welnee. Waarom? We blijven toch ge
woon bij de afgronden vandaan. Hier is al
les nog glooiend. Dat doet me niks."
„Zullen we verder gaan?"
Ze bereikten de bomen, die hier dichter
bij elkaar stonden.
„Kunnen we hier wel door, denk je?",
vroeg Hugh, „zouden er hier niet van die
gemene ijsspleten zitten, waarover je zo af
en toe wel eens leest en waarin mensen
verdwijnen om pas veel later, als de
sneeuw weg is te worden gevonden?"
„Hugh, doe niet zo opgewekt. Waar jij
het over hebt, dat gebeurt alleen maar bij
gletschers en lawines en meer van die din
gen. Dat gebeurt niet op een geëffend
bergpad in de sneeuw. Kijk eens, wat een
boeiend panorama.
Ze namen minutenlang de schoonheid
van het aan hun voeten liggende winterse
berglandschap in zich op, en gebruikten
die tijd dankbaar om opnieuw genoeg
adem te verzamelen voor de verdere klim.
„Adembenemende bergwandelingen"
stond er in die folder van het reisbureau.
Nou, adembenemend was juist, zei Jill....
Jill....
IAAR toch ploeterden ze verder omhoog
en toen ze eindelijk door de bocht van
het sneeuwpad waren, zag Jill Grynson de
berghut het eerst. „Laten we daar wat
gaan rusten, Hugh. Die dingen zijn vrij
voor iedereen. Daar kun je zo zonder meer
naar binnen gaan en daar kunnen we blij
ven tot na de lunch."
Haar nu wel zeer amechtige echtgenoot
bracht weinig meer dan een paar bevesti
gend-klinkende ademstoten uit en ze sjok
ten door de ongerepte sneeuw in de rich
ting van het houten gebouw, dat op een
soort plateau als een idyllische woning op
de jonggehuwden scheen te wachten.
Scheen, want toen Jill, kordater dan
Hugh, de klink van de deur had opgelicht,
klonk van de andere kant een zwakke
mannenstem: „Blijf maar buiten. Je bent
hier absoluut niet welkom...
Omdat noch Hugh, noch Jill de Duits
gesproken woorden verstonden, opende zij
de deur en trad binnen, gevolgd door een
nieuwsgierige echtgenoot, die gereed was
zijn doortastende vrouwtje, waar nodig, te
gen alles en iedereen te beschermen.
„Good morning", zeiden ze beleefd.
De man lag op een bed in de hut en
zag er ziek uit. Hij was het ook. Dat bleek
al spoedig. De Engelse jongelui spraken
met handen en voeten met de man. die
langzaam en gearticuleerd in het Duits
vaststelde: „Ich <op zichzelf wijzend)
krank. sehr krank". „Hij bedoelt, dat
hij ziek is", ontdekte Hugh pienter. „O
ja?" vroeg Jill sarcastisch, i
ging haar man.
„Ich. Herman Luft
„Hij heet Hermann Luft
huis", vertaalde Hugh grif.
„We moeten iets voor deze man doen.
Wie weet, misschien heeft hij wel een
longontsteking of zoiets..
HET bleef bijzonder moeilijk om tot een
conversatie te komen, maar Jill maak
te zich verdienstelijk door Hermann Luft in
een betere positie op zijn ziekbed te bren
gen, hem van fris drinkwater te voorzien
en Hugh maakte intussen vuur in de open
dat ont-
(Vervolg)
Het dienstmeisje was
maar half gerustgesteld, ze
hield vol dat ze écht een
vreemde witte gedaante
had gezien.
Maar nu is hij blijk
baar weggegaan, zei ze op
gelucht.
Mevrouw zei, dat ze ook
in de keuken zou blijven,
tot Mientje klaar was met
de vaten. De dokter keer
de terug naar de huiska
mer, de kinderen gingen
weer verder met hun huis
werk en Elsje ging naar
bed. De avond verstreek,
zonder dat er nog iets ge-
op de straat en vroeg zich
af wat hij nu moest doen.
In het doktershuis was hij
niet welkom, daar noem
den ze hem een griezel.
Goed, dan zou hij andere
mensen zoeken, die niet
bang voor hem waren. Hij
begon te lopen. Het was
heel stil en koud, precies
wat hij wenste. Opeens
kwam hij op een plein te
recht. De winkels waren al
gesloten, maar in alle eta
lages brandde nog licht.
Anouk bleef voor een van
die winkelruiten staan en
keek naar het mooie speel
goed, dat lag uitgestald.
Opeens schrok hij, hij hoor
de stemmen. Stokstijf bleef
hij staan. En ja hoor, om
de hoek kwamen twee vrou
wen aanlopen.
Hé, ik zal blij zijn als
ik thuis ben, zei de ene
Ik ook, zei de andere
O. kijk daar eens. wat de
kinderen hebben gemaakt!
Wat een prachtige sneeuw
pop!
Ze wees op Anouk die
stil op het trottoir stond te
luisteren.
Aha, dacht hij. Dit zijn
aardige vrouwen, die vin
den mij wèl mooi. Ik ga
met ze mee. misschien
hebben ze kinderen, die dan
met- mij willen spelen. De
twee vrouwen liepen voor
bij, druk pratend. Anouk
ging achter hen lopen. Op
eens keek de ene vrouw om,
ze had iets gehoord. Ze gaf
een gil van schrik.
Help, de sneeuwpop
beweegt!
De ander keek ook om,
zag de sneeuwman, die ach
ter hen aan sjokte. Zij gil
de ook. Samen zetten ze het
op een lopen. Anouk bleef
verbaasd staan. Wat was
er toch met de mensen?
Eerst zeiden ze, dat hij zo
mooi was en dan liepen ze
angstig voor hem weg. Hij
deed toch niemand kwaad!
Verdrietig ging hij op
een stoep zitten. IJzige
tranen biggelden over zijn
bevroren wangen. Weer
kwa
n. Zij
Brrrr, wat een rom
mel, zei de eerste man.
Je kunt er haast niet door
komen.
Ik heb juist het weer
bericht gehoord, zei de
tweede man. Over een
paar dagen zal het weer
omslaan en gaat het dooi
en. Dan is al die sneeuw
vlug genoeg verdwenen.
Ik hoop het maar, zei
de eerste.
Anouk had het gehoord
en hij rilde van angst. Over
twee dagen zou het gaan
dooien! Nu ja,
nen leven nooit lang, dat
had de fee hem ook ge
zegd. Maar voor hij smolt
wilde hij zo dolgraag met
kinderen spelen. Doch hoe
hij ook rondkeek, hij zag
geen kinderen. Die zaten al
lemaal thuis bij de kachel
of lagen al in bed. Hij zou
tot morgen moeten wach-
En morgen loopt na
tuurlijk weer iedereen
doodsbang voor mij weg,
dacht hij treurig. Dit is
geen goed dorp, de men
sen zijn te angstig. Weet je
wat, ik ga hier weg, ik ga
het veld in. Daar wonen
de boeren, die willen hun
kinderen vast wel met mij
laten spelen.
Dat deed Anouk. Terwijl
de nacht steeds kouder en
stiller werd, sjokte hij over
de landweg, langs slapen
de boerderijen, langs be
vroren en dichtgesneeuwde
sloten, langs hooibergen,
schuren en stallen. En dan
weer over witbesneeuwde
velden, eindeloos
(wordt vervolgd)
Zo'n puzzel als
we hier op het
plaatje zien, heb
ben we in lange
tijd niet gehad.
Het is een zoek
plaat. We zien
allerlei figuren en
voorwerpen op
deze plaat, die
allemaal dicht bij
elkaar staan. Jul
lie moeten nu
eens opzoeken
welke namen er
met een H. be
ginnen. We zien
handen, een hark,
enz. Er zijn
twintig, maar als
jullie twintig na
men hebben ge
vonden, is dat
voldoende. Oplos
sing inzenden
voor dinsdag 24
januari.
Dag neven en nichten.
Er zijn verschillende nieuwelingetjes die mij hebben gevraagd wat het toch
betekent als er aan het eind van de brievenbus staat „de letters t/m zijn
aan de beurt".
Ik zal jullie eens gauw vertellen wat dat betekent. Het is namelijk zo, dat
het alphabet 26 letters heeft en dat zijn er veel te veel om in één keer te beant
woorden. Daarom hebben we het alphabet gesplitst. Als er nu bijvoorbeeld staat:
de lettters A t/m H zijn aan de beurt, dan betekent dat, dat de achternamen
beginnend met de letters A t/m H aan de beurt zijn om te schrijven. Hebben we
het nu allemaal begrepen?
De oplossing van de vorige puzzel is: van links naar rechts (horizontaal) 3 dop,
4 inktpot, 7 kroon, 8 schoen, 9 spoel, 10 baal, 11 rol, 13 sok, 16
De hoofdprijs krijgt Jenneke
Cornet. De troostprijzen krijgen
thuisgestuurd Klaasje Breeder-
land, Nelly de Bruijn en Keei
van Drongelcn.
Hiep-hiep-hoera. Joke Baars,
Thea Brosky, Trudi de Graaf,
Margreet Groeneveld, Nico Poot,
Wimmie Smits, Tjitska Stien-
stra, Marianne Vreugdenhll,
Christiaan Willemse, en Gerda
van Wijk, van harte gefelici
teerd met jullie verjaardag.
We gaan nu gauw de brie
ven beantwoorden.
Frits Adolfs, jij hebt de puz
zeloplossing mooi opgeschre
ven. Schrijf je de volgende
keer eens over je vrienden?
Waarom heb jij niet geschre
ven dat je zo lang bent ziek
geweest, Henny Akse? De ne
ven en nichten hadden je dan
een mooie kaart kunnen stu
ren. Hoe oud is je kleine broer
Jan? Jij hebt het wel erg
druk Adrie van Andel. Mag jij
ook wel eens in de winkel hel
pen? Wanneer is er uitvoering
van de gymnastiek? Vind je
Frans een fijn vak? Het is
bij jullie thuis zeker wel ge
zellig met al die broers en zus
jes, Maaike Baan. Hoe heet
jouw vriendin? Was je tante
Jos echt niet een klein beetje
vergeten, Koos van Baarlen?
Fijn dat je nu weer schreef.
Knap hoor dat jij al zo kan
bakken. Dat is zeker een
groot feest dat jouw oma 60
jaar getrouwd is, Matty Bag-
chus. Ben je maandag de he
le dag vrij? Zal je oma van
mij ook feliciteren? Heel veel
plezier hoor! Jij hebt wel
erg veel zin om te gaan schaat
senrijden, Piet Bak. Tante Jos
heeft het ook altijd erg graag
is Nico hartelijk welkom.
Schrijf jij de volgende keer
een brief Wim Bakker? Jij
ook Willy Barends? Jij hebt
al veel lekkere dingen gekookt
José v. d. Berg. Is het schort
mooi geworden? Wat heb je op
de handwerkles gemaakt?
Waarom deed jij er geen brief
je bij Joke v. d.
ook niet Lenie
Berg? Jij
J Berg?
Wat ben jij verschrikkelijk
wend Clarl v. d. Berg. Heb je
de bontlaarsjes al aangehad?
me mi.
jullie gekookt? In welke klas
zit jij? Wat heb jij weer
"looi getekend. Lenie Berg-
erff. Hartelijk dank hoor!
het met de dames Ge-
Koorneef? Lenie wenst
beiden van harte beterschap
Hoe i
tante Jos natuurlijk ook!
Gebruik je de klei nog vaak,
Juri den Besten? Heb je de
puzzel al gemaakt? Nu heb je
het boek toch wel uitgelezen?
Hartelijk welkom bij de nc-
i en nichten Gerard Biesot.
Heb jij nog meer broertjes en
is? Wist jij helemaal
meer te schrijven. Leo
Biest? Wanneer ben jij precies
geboren? Natuurlijk wil ik
ook in jouw poëzie-album
schrijven. ïntre v.d. Blij, Tan
te Jos kent de neven en nich
ten wel, maar zelf heeft ze
geen kinderen hoor! Je schreef
helemaal niets over je kleine
broer. .Tij deed er ook geen
briefje bij. Marrie Blok. jy bei
Mooi is het op Terschelling, heet Ir
vind je niet Geziena Boekliolt? weer
Ik kan best begrijpen dat jij
graag een zusje zou willen heb
ben bij al die broers. Hoe heet
jouw vriendin? Vandaag heb
jij dus al weer feest Arie Boel-,
houwer. Had jij verleden week
de stoel van pappa en ma
ma nog versierd? Zijn opa
oma nog geweest? Veel plezier
vandaag hoor! Fransje de
Boer, hoe oud ben jij precies?
Schrijf je de volgende keer wat
school? Kan jij schaatsenrij
den? Ingeburg Boog krijg ik
van jou nog een brief? Fijn,
dat je het boek zo mooi vond,
Ina v. d. Boogaart. Dat is nog
al wat dat pappa een heel
nieuw schip heeft. Hoe oud
wórdt Adje op 5 februari?
Schrijf je nog wanneer je voor
de radio moet zingen? Ge
weldig dat jij zomaar secreta
ris bent geworden, Kees v. d.
Boogaart? Je hebt het nu ze
ker wel druk? Fijn dat pappa
en mamma met de jaarwisse
ling zijn geweest. Leuk dat
je me nu een brief schreef
Dikkie v. d. Boogert. Vindt j<
het fijn om thuis te zijn. Hoe
heet je nichtje? Ga jij al lang
op de gymnastiek? Wanneer
ben jij precies geboren, Jan
Bos? Kan jij al zelf een brief
schrijven? Hartelijk wei-
Marjan Bos. Heb jij veel
Ja, ik
Eer.es
gekregen. Knap hoor P
Boutkan, dat jij zelf de opl(
hebt geschreven. Ben jij de jongste
worden? Leuk dat jij zelf e.
schortje mag maken. Is Jol
Broederland een nichtje van jo
Klaasje Breederland? Waaro
schreef je de vorige keer Klari t
niet geschreven, Eddy Broer? Er
zijn zoveel nichten en neven
graag aan de beurt komen,
wil jij later worden? Mai
zeker wel blij met al d«
jx, Nellie de Bruyn? Wat
je hondje is verongelukt. Krijg
volgende keer een lange brief?
jij veel broertjes en zusje»
rd Brijder? Hartelijk wel-
Marieke v. d. Berg. Natuur-
nag jij ook een nichtje wor
den. Jij bent al gauw jarig!
j echt wel eens ondeugend.
Bijl? Fijn dat je er zo eer-
or uitkomt. Is Blekkie al
leen van jou? Is het vestje voor
pop?
adie? Heb jij 12 boe
Lenie
hoor Jenneke!
jouw rapport. Jo-
op? Misschien kun je nu
iatsen wel gauw gaan ge-
Jolande. Doe jij er d«
e keer een briefje bij. Ma-
ures? Bedankt voor je
ekeningen Tjark van Dam.
el verwend hoor. Hne
Jammer dat je broertje zijn ver
jaardag niet kon vieren. Ga j'j ook
schaatsen? Wat heb jij toch
mooi postpapier Lidy van Dorp.
Welke spelletjes hebben jullie ge
daan? Is „gelukskind" een mooi
boek? Misschien kun je wel gauw
schaatsenrijden. Grappig, dat de
vogeltjes iedere morgen het brood
komen opeten. Kees van Dronge-
ien. Tante Jos is 27 oktober jarig
hoor! Speelt je gitaar al? Is de
theater mooi geworden? Kee»
van Dijk, waarom schreef jij er
geen briefje bij? Ineke van D1J-
ke, jij ook niet? Wolter Eefstlng
wist jij ook niet meer te schrij
ven? Jullie hebben maandag
groot feest gehad, Froukje v. d.
Ende. Was het leuk? Drente is een
heel eind weg hoor! Kan Krista
al een beetje staan. Ada van Es?
Is het een mooi boek „Hermientje
en haar grote vriendin"? Wanneer
ben jij precies geboren? Jij bent
al aan het logeren geweest, Nellie
v. d. Eijk? Zijn al je
weest? Schrijf je de
Ik geloof dat he
wel door kan gaan Johan Geer».
Je zal best nog wel een schaats
tocht kunnen maken hoor! In
welke klas zit jij Eline Glas?
Heb jij woensdag een leuke dag
Wat heb
gin volgende week vrijdag bij jul
lie komt. Jan de Groot. Jullie bof
fen maar met een hele dag vrij.
Lyda de Groot en J. Grootveld
schrijven jullie in 't vervolg een
briefje? Hartelijk welkom Kiek
je Hagendijk. Fijn dat jullie zo'n
aardige juffrouw hebben. Heb jij
nog meer broertjes en zusjes?
Jij hebt de puzzel mooi gekleurd
hoor Pimmy van Halem. Knap
hoor dat jij hem zelf hebt opge
lost. Doe je Joost de groeten? -
Mocht jij tot 12 uur opblijven Leo
Hay? Dat was een mooie film
de Cineac. Jij hebt de brief
Drijden'
geen briefje Beppic
Jij ook niet Wim Heijl? Ook
jij bent hartelijk welkom Anja v. d.
HU. Heb jij het boekje ook gele-
-n? Waarom schreef Tineke niet?
Natuurlijk mag Jij ook meedoen
Riekje Hoeflaak. Hartelijk welkom
hoor! Jij moet schrijven als de let-
aan de beurt zijn.
ters A
Hartelijk
'1?aï„Hans HordlJk. Hoe komt
6en hersenschudding
Mag je al uit bed? Ji.J
boek? Gelukkig dat
rter bent Adrie Dai
lag je al uit bed? Jij bent
wend hoor. Van harte be-
-P, Hans! Speel jij veel
buiten Jannie Hofstee? Hoe oud is
jouw zusje? Kan jij schaatsenrij-
tjeuk dat .jouw bro€rtje al
i en praten Ansje v. d.
e heet hij ook alweer?
Vind jij het fijn op school? Wacht
je nu niet meer zo lang met schrij
ven? - Wist jij echt niet meer te
schrijven Adriaan van Houwelin-
eb jij je schaatsen al opge-
Hartelijk dank voor
ïooie plaat Gerrlt van Hou-
:n. Heb jij die helemaal al-
maakt? Jij hebt ook al erg
ik .„Jf1 xn schaatsenrijden begrijp
ik wel. In Rotterdam kun je ook
Jongens en meisjes wat heb
ben jullie weer fijn veel brie
ven geschreven. Jullie weten
wel dat tante Jos het erg fijn
vindt. Zorgen jullie volgende
•veek weer voor een voile brie
enbus? De letters I t.m. R
ijn nu aan de beurt.
Veel plezier jongens en mels-
es en tot de volgende week.
TANTE JOS.