Vergadering? Men komt niet
De forumleden zijn:
Hoe die apathie te verklaren?
VRAGEN AAN FORUM
Morele druk, ja of neen?
Wat kunnen we eraai do en?
Vooral bij jeugd: veel meer
interesse wekken
Als een vereniging een vergadering organiseert kan het
bestuur meestal maar op een beperkte opkomst rekenen.
De mensen komen niet, (niet meer, zeggen sommigen).
Dan moet er dus iets aan schorten. Dat is ook zo. Men
noemt dit één der facetten van het verschijnsel dat non
participatie heet: het gebrek aan medeleven van leden
met hun vereniging. Met andere woorden: de band tussen
leden en hun organisaties is hier in het geding.
Enkele artikelen over deze zaak van de hand van prof.
dr. G. Kuiper Hzn., enige tijd geleden gepubliceerd in het
dagblad Trouw, artikelen, die als knuppel(s) in het hoen
derhok zouden kunnen worden aangemerkt, vormden de
aanleiding tot het organiseren van dit forum. Het spreekt
vanzelf dat deze hoogleraar ook een der deelnemers aan
ons gesprek werd.
De vier forumleden hebben met elkaar van gedachten
gewisseld over vragen als: Hoe komt het toch, dat dit
verschijnsel van de non-participatie er is Heeft de
verenigingsvorm zoals we die kennen wellicht afgedaan
als zijnde ouderwets, dus uit de tijd Moeten we andere
wegen inslaan en zo ja, welke dan Hoe ligt deze zaak
voor de jeugdverenigingen
Na het lezen van dit forumgesprek zijn er voor u mis
schien wel vragen bijgekomen, in ieder geval: vele vragen
gebleven. Hier zitten de forumdeelnemers zelf ook mee
en mét hen duizenden anderen, die met verenigingen te
maken hebben en wie hebben dat niet De bedoeling
van dit forum is dan ook ditmaal niet alleen voorlichtend
te zijn; we hopen, dat u zelf verder gaat discussiëren en
gaat mee-denken, omdat het zo nodig is.
Want het is een zeer acuut vraagstuk. Een probleem,
dat met name in christelijke kring essentieel is en om een
oplossing roept, om het nog maar op zijn zachtst te zeggen.
H. J. JANSEN KLOMP (1918) te Amsterdam studeerde voor onderwijzer aan de
chr. kweekschool De Klokkcnbcrg te Nijmegen en volgde daarna de opleiding aan
de Theologische School van de Bond van Vrije Evangelische Gemeenten. Na aanvanke
lijk bij het onderwijs werkzaam te zijn geweest kwam hij in 1948 bij het (toenmalige)
CJ.M.V. in dienst als districtssecretaris; in 1951 werd hij secretaris van de federatie
Rotterdam, waarna (in 1955) zijn benoeming volgde tot algemeen secretaris. Nadat m
1958 het meisjesverbond C.J.V.F. een fusie aanging met het C.JM.V. en de naam van
de organisatie Christelijk Jongeren Verbond werd, werd de heer Jansen Klomp al
gemeen secretaris van deze C.J V.
PROF. DR. G. KUIPER H. zn. (1923) te Amsterdam studeerde aan de zevende facul
teit van de Gemeentelijke Universiteit in de hoofdstad, een studie, die hij in 1949 af-
sloot. Hij was werkzaam bjj het Economisch Technologisch Instituut in Overijssel
(Zwolle) en vervolgens bij het Isonevo, het instituut voor sociaal onderzoek van het
Nederlandse volk (Amsterdam). In 1954 promoveerde hij en in dat jaar kwam ook
zijn benoeming tot lector in de sociografie aan de Vrije Universiteit. Hij werd voorts
directeur van het Sociologisch Instituut van het Convent van christelijke sociale orga
nisaties. Sinds 1958 is hij gewoon hoogleraar in de sociografie aan genoemde univer
siteit.
A. BORSTLAP (1911) te Utrecht begon na een mulo-opleiding zijn loopbaan als
kantoorbediende bij de Rotlcrdamsche Lloyd. In 1935 werd hij tot bestuurslid van de
afdeling Rotterdam der Ned. Vereniging van Chr. Kantoor- en Handelbedienden geko
zen. In 1939 werd hij propagandist voor deze organisatie en een jaar later secretaris
van de afdeling Amsterdam. In 1948 volgde zyn benoeming tot secretaris van de Ian-
dclijke organisatie. Sinds 1952 is hy secretaris van het C N.V en secretaris voor
Europa van de Prot. Chr. Arheidsinternationale. Hij is voorts hoofdbestuurslid van de
chr. sociale jeugdorganisatie Werkende Jeugd' De heer Borstlap is de C.N.V.-man voor
het contact met de afdelingen in den lande en voorts belast met de propaganda. Uit
dien hoofde kan men hem regelmatig voor de N C.R.V.-microfoon horen spreken in
de rubriek „Sociaal Perspectief'.
Mr. W. R. VAN DER SLUIS (1923) te Bilthoven beëindigde zijn rechtenstudie aan de
V.U. in 1951 en was achtereenvolgens verbonden aan liet ministerie van Oorlog (afd.
wetgeving en publiek recht), aan het C.N.V., als juridisch adviseur en is sinds 1957
secretaris van de Anti Revolutionaire Partij. Hij publiceerde enkele brochures en wel
over ontslagrecht en over de P.B.O. Voorts schreef hij samen met prof. mr. W. F.
de Gaay Fortman een leerboek ten behoeve van kadercursussen, handelende over de
P.B.O. en de ondernemingsraden.
Dr. E. DIEMER, onze hoofdredact
i dit forum.
B. J. JANSEN KLOMP,
Prof. dr. G. KUIPER Hzn.
A. BORSTLAP, te Utrecht
VOORZITTER: Het onderwerp, dat JANSEN KLOMP: Een protestmee- JANSEN KLOMP: Wat ons benauwt dit tracht te verwezenlijken
rre graag in dit forum willen belichten ting is nog iets anders dan het voort- bij het jeugdwerk is: Hoe kweek je deringen lijkt mij bepaald onjuist. Een
is: hoe kunnen we in deze tiid het hes- Hnrpnri en rpppimati? hiippnirnmen bii de ioneeren meninesvormine? Bii inleiding houden, een forum houden.
te de band tussi
verenigin- Oók i
de „top" onderhouden? Daar teel zaken
dat te doen door het zelfs met discussiegroepen werken,
ontbreekt veel aan en een der kenmer-
ken is volgens sommigen de apathie langere termijn'"
die er bestaat bij leden ten opzichte dellijk minder. Zeker
verenigingsvergaderingen (lege verenigingen geldt.
zijn tijd te geven. Maar „op
de jeugd-
ongedwongen gesprek te stimuleren.
Maar toch: deze zaak zit vast. En bo- we ecu
vendien zou ik er wel eens op willen houden
attenderen, dat we organisaties hebben De mei
Mr. IF. R. FAN DER SLUIS, te Bilthoven
schuiven. De ervaring leert, dat dit
gevaar er is. Het is bijna een onver
mijdelijke zaak dat men dit doet bij de
huidige vergaderingsvorm. Verder is
er de bekende slogan: „dat de klok
verder draait..." enzovoorts. Ik bedoel
dus dat daardoor de discussie wordt
„afgeknepen". Dit alles kan er toe
verga- leiden, dat de mensen teleurgesteld
lar huis gaan, zo van: „Verdraaid,
kun je eens wat zeggen en ze willen
Let eens naar ons luisteren".
Goed, dan niet vergaderen in het
groot, maar in klein verband bij de
1. Is er een steeds groter wordende apathie van leden
ten opzichte van verenigingsvergaderingen te con
stateren - Zo ja, hoe is die te verklaren
2. Vraagt onze tijd in verband met het bovenstaande
een heroriëntatie; zo ja, in welke richting
3. Mag men thans nog van ieder verenigingslid ver
wachten, dat hij zich volledig aan de vereniging
geeft P Is het juist als er in dit verband morele druk
op de leden wordt uitgeoefend
zalen). Prof. Kuiper heeft daar al
het
en ander
geschreven, dat
gingsvorm zich in
allemaal te officieel. Onlangs moesten
aantal zg. groepsinterviews
oor het Sociologisch Instituut, leden' thuis, zegt
;n in die groepen (van 6 tot 7 sing". Maar is het
personen) *•—-
i bijzonder verrast dat dat
de getallen ook duidelijk BORSTLAP: Maar
Daarom zou ik hem willen uitnodigen merkbaar. Vroeger, vooral op het daag heel anders uit dan in de tijd
enkele inleidende opmerkingen te wil- JJ-ji
len maken. Ik moet u nog melden,
dat we in dit gezelschap helaas missen
het vrouwelijke element: mevr
bronda v. d. Nagel, presidente
Ned. Christenvrouwenbond, die graag
platteland, maakte de vereniging deel hun ontstaan,
uit van het leven der jonge mensen.
De verenigingsvorm hoorde bij die
Al- tijd, paste in het levenspatroon.
BORSTLAP: Ja. 't was traditie.
JANSEN KLOMP: Natuurlijk was
door ziekte is dat goed; ik wil het ook niet negatief
waarderen. Maar nu is er een wljzi-
krampachtig met hun kopje in de hand
gedachten konden zitten of bang zijn dat er iemand wat
de „leiding" slechts tegen ze zal zeggen, bijzonder veel van
degene die leiding geven moet.
JANSEN KLOMP: Nou? -
KUIPER: Hier raken we
belangrijk punt. Hoe brengt
mening te
niet tot hen gesproken werd,
dat zij onderling
gaan wisselen ei
luisterde.
Wat is de ervaring bij referenten?
Zelfs de meest geroutineerde is er on
bewust beducht voor, dat hij zijn ge
zicht kan verliezen waardoor hij de paald
VAN DER SLUIS: Daar hebt u nu komt, u
vaar we alle drie mee zitten: vakbe- dat van
weging, jeugdbeweging, politieke bewe- worden?
constateren
i be- zeggen: Ik heb een goede boterham e
zonder dat ik de laten de verenigingen het zélf mai
die neiging krijgt bij het vragen beant- prententie heb de oplossing te kunnen uitzoeken....
ook te uiten? De manier waarop men woorden belangrijke dingen weg te geven. Wist ik die
wij doen mij ergert vanwege a. de nut- zeggen: alle
teloosheid ervan, b. de tijdsverspilïfng slecht We hebbi
die er mee gepaard gaat
nige plezier dat ik er a a
dat laatste betreft, het is meestal
nare bezigheid vergaderingen bij te
moeten wonen. Laat ik eens een voor
beeld noemen. Als een kiesvereniging
mij schrijft: „Wilt u voor ons spreken,
andere tijd
met andere mogelijkheden. En dat
beleef. Wat hele avonden aan tafel zitten bomen,
dat dat gaat eruit! Als het de jon
geren niet raakt, dan passen ze er-
BORSTLAP: Niet
bitter
VOORZITTER: Be
gezegd wordt graag
vraag 3 vast
KUIPER: Waarom? Mag ik ook er
gens niets van afweten en zeggen: Sor
ry, ik heb er geen mening over; het
onderwerp interesseert me niet?
BORSTLAP: Ik voel met de heer
Van der Sluis mee. Ik dacht dat je
van ieder die op enig terrein tot lei
ding is geroepen vandaag moreel mag
eujJ aui uc vcieiu- wat daarvoor ons perspectief is. Het
ja, is morele druk 's bijvoorbeeld ontstellend hoe weinig
VOORZITTER: Het heeft e
malen gespeeld r
het doet er niet toe
dan zitten i
laat ik het afweten. Want „als het er altijd in dat loodzware, hè? Het MOET
tóch niet toe doet
dan kan allemaal
ficieel die tweede vraag
stellen: Vraagt onze tijd een
tatie in de verenigingen? En g.u Ja tu
aaiv,™f"Ïï,1 jraSS welke richting moften we het dan z,e-
ken? Met andere woorden: welke func-
i wil ik toch of- lijke vergaderingen opvangen.
i links en rechts in de plaatse- dragen dat kan zo goed gezegd
de orde KUIPER: Topmensen zeggen vaak:
heroriën- \yat zouden wij moeten als we niet «un mu-cic
meer op de plaatselijke vergaderingen kleinere plaatsen
spraken? Dan hóórden 1"""u nt
den juist in kleine vergaderingen
willen knopen: Mag verwacht worden
dat men zich volledig
ging geeft en
dan toelaatbaar
KUIPER: Dat zie ik niet in. We we-
ongeveer hoe het zou moeten.
dan is er al veel bereikt. Overigens De vraag is dan: Wie gaan dat uitvoe- KUIPER: Akkoord, akkoord, dat
ik mijn tijd beter gebruiken. Dèt be- vereniging, had er wel plezier en heb
doel ik met het vele vergaderen. Als er zelfs ook wat geleerd al
i?erlorI1oiflhoS t'e moet vandaag de vereniging heb-
Waarom zou je dan vergaderen?
JANSEN KLOMP: Die apathie is
onder meer een gevolg van het feit,
dat veel mensen niet meer zien waar
om het nodig is ter vergadering te ko-
Het (kan zijn dat die „doorleef- jeugdvereniging, welke
dat kan me eigenlijk niets sche
len. Hoofdzaak was, dat ik er op een
passende, nuttige en vooral aangena
me wijze bezig ben geweest. Dat is
de eerste dingen voor een
KUIPER: Wij moeten natuurlijk on
derscheid maken tussen de verschillen- lid zo'n vergadering'
de soorten verenigingen. Maar laten we Of teleurgesteld?
de vakorganisatie
ook nooit gaten houdt of
dat hebben we juist nodig, vergaderingsbestand
Dat is dus één kant. De andere de mensen weet te
kant is: Al steekt zo'n topman er wat te komen Dat is
op, hoe ondergaat het individuele vergaderingstechniek
Ook tevreden"
hoe vooral
jo'n bestuur m
wisseling is ii
hoe goed
ren? Goed, zegt de heer Van der vind ik best. Maar de heer Borstlap
de Sluis: Laten de afgestudeerden
het doen. Besef dan wel, dat het altijd
beperkt aantal mensen is. En dan
BORSTLAP; Wij hebben het wel
eens anders gedaan. Als er weer
klachten waren van een plaatselijk be-
- VAN DER SLUIS: Het is dus zaak. -
behoort tot de verenigingen waar sterk dat men jn de organisatie het kader stuur dat net niet lukte, zeiden
het accent ligt bij het bestuur èn op goed moet zien te krijgen, desnoods Vergader dit
buiten. Dan komt het door het met zachte aandrang te s
thuis praten met je
i toch krijg ie ook onmiddellijk: Hoe moet
dat nu eigenlijk met die enorme orga
nisatiedichtheid?
Moet iemand zich nu volledig kun
nen geven aan die verenigingen? Ik
zou zeggen: Laat hem er iets uit kie
zen dat hem persoonlijk bijzonder in-
niet, ga teresseert, waar hij het meeste ple-
sprak terecht van hen die leiding ge
ven. Maar moet ik dat van het „ge
wone" lid eisen? Neen!
BORSTLAP: De grondgedachten
moet hij zich eigen maken.
VAN DER SLUIS: Laat ik het zo
zwaar mogelijk stellen. Degene, die
voor zijn leven verantwoording moet
afleggen aan God. mag niet steeds te
genover zijn medemensen met de mond
kom zier in heeft Is dat de vakbeweging? vol tanden staan. De
de idealen" vijftig, zestig jaar geleden doel ie
wel actueel waren, maar nu minder
aanspreken en dan denk ik vooral
de jongeren. Zeker voor jongeren
VAN DER SLUIS: Kijk, dat vind ik het niet S°ed 1
symptoom
BORSTLAP: De kwestie leiding-ieden met de mogelijkheid c
ik nu eenmaal mee te maken vroeger.
vergadering ter verant-
ze zeggen: Daarover praten heeft geen lerlei belangrijke punten
7,n want de antwoorden staan al bij denk ik niet aan plezier, want dat is de grote leemte.
niet bereid blijkt, zoals dus. Mijn ervaring leert, dat het o
eigen kring de dingen door tact hoofdbestuur-plaatselijke besturen woording te kunnen roepen. Of
fo Hi«"«tiiMron 4. Han van nlaat.a. daarvan gebruik maken Of niet.
voorbaat vast. Met andere woorden
is geen (of te weinig) ruimte voor on
ze meningsvorming. In die richting
onder andere de oorzaak
mij niet normatief
wèl bereid is samen met
heel ander uitgangspunt
VAN DER SLUIS: Dit 2
heroriëntering, want bet plaatselijke Dat jukt njet altijd.
krijgen die kans.
VAN DER SLUIS: Als de discussie yêel
ruimschoots de tijd krijgt.
da die punten, welke blijken te lev
't Is namelijk vaak zo: Wij komen Voor
met ónze problematiek naar de men- feite
KUIPER: In Amsterdam hebben we
eens een enquête-tje georganiseerd.
Die enquêtevragen deden er niet
zalen te vullen
de apathie t.o.v. het vergaderen bij ringen te houden (onderwijzers-i
^oedTor* V00rli,:h,ln8 da" dU! VOORZITTER: jn h., redelijke i. de
dismssiemneelnkheid er steeds. tijd werd 1
aanleiding
binnen te komen
te horen wat er leefde. Iedere „enquê-
Akkoord! De politiek? Ook goed. Maar len die gedaan worden op de
laat dan niet vakbeweging of politieke ling" bijvoorbeeld. h
partij of kerk hem het verwijt maken:
doe je niets! Het gaat in
het buitensporige beroep, dat
steeds op deze mensen wordt gedaan.
Dèt vooral zet je ook aan het denken
over die hele verenigingsproblematiek
VAN DER SLUIS: U brengt
aanval-
bij dat plezier op het tapijt. Maar is dat
ïormatief?
KUIPER: Plezier is niet lol, maar
i eigen- tie). Vergaderingen, r
politiemannen-salarisposi-
JANSEN KLOMP: Hier krijgt u i
hooien tuurliïk ook het Punt- dat de plaatse- V^he^ooe'moe^n houden dat Qoeteurs hadden het briefje met de
hoor en ]ijke besturen alle8 „meten doorgeven £urltjk m het^g. moeten houd^dat vragen ta de bus gestopti anderen
het algemeen en vergaderingen in het dat het vergaderingen bijwonen verge-
i ik haast
willen betwisten. Toen ik zo'n 35 jaar
geleden begon mee te doen waren er
dezelfde klachten. Zelfs in de jeugdver-
VAN DER SLUIS: Ik spre
kwantitatief, maar kwalitatief.
BORSTLAP: U bedoelt te zeggen,
en het zo moeten vertalen, dat de le
den het begrijpen.
BORSTLAP: Dat doen we al in ons
reek niet ledenorgaan, althans we proberen het
te doen.
u ucuueii ie zeggen, JAN
christelijke onderwijzers wèl blijft de moeilijkheid hoe dat gedaap
het^ Cor^ei^g^bouw^trek- moet worden. Daar is hulp bij nodig.
veel mensen zijn, die mei
spreken omdat ze beseöen de termino-
logie niet voldoende te beheersen.
VOORZITTER: Dat niet durven spre- contact të" kómen,
ken komt ook nog van vroeger. Ik heb geen gevoel
destijds vergaderingen meegemaakt,
geïnstrueerd. Na enige voidoenine
rpsnlto at hfltnrnlron an VOiaoenmg.
BORSTLAP: Toen ik gisteravond
lar huis ging na een hele avond met
13 jongelui van de jeugdcentrale te
steller de vloer aanveegde
toen bijna regel.
JANSEN KLOMP: We zeggen nu
i, i j vergaueruig van nun uiauiseiijiie meo- ---- 7z- r~; sieeds, dat je een spreker moet hebben.
vereniging te komen en de geachte uitgaan Maar democratisch is, als het Maar la het niet veel belangrijker ie-
tegen de mammoetwet te
"Kit "l?,° protesteren.-maar dat ze nalaten op de BORSTLAP: Nu leggen wrnet ac- JANSEN K
"«•SiÏÏL*. X5.ÏÏÏ lïfrtMM vergadering .van hun plaatselijke «nt: Hetjnoat van het h°rf4heatuur ds d Je
thie zou zijn", al kan ik dat met sta
tistische gegevens niet bewijzen.
VOORZITTER: Van oud-minister
J. A. de Wilde heb ik eens gehoord, Maar dan niet' ailëên
dat zijn vader kandidaat werd gesteld 0ok
voor de Haagse gemeenteraad met 4 v(
tegen 3 stemmen in de centrale A.R.- de vraag komen, wil ik nog e
wet moet
VAN DER SLUIS: Inderdaad,
verschijnsel komt in veel gevallen i
uk ui de werknemersorganisatie.
VOORZITTER: Voot we tot de twee-
onderop uitgaat.
KUIPER: Volkomen juist. Er moet ieiden? Sprekers zijn
met zijn
Men heeft daar
en kan alleen maar
briefjes en stencils rondsturen....
VAN DER SLUIS: Dat is een veel
triester symptoom dan die hele kwan
titatieve opkomst. Ik geloof, dat we
in dit opzicht van veel besturen 75
pet zouden moeten saneren.
KUIPER: Anderzijds vragen
NIETS.
VOORZITTER- Het is bij „onze
mensen" niet minder dan bij anderen.
Je kunt alleen zeggen, dat je van
eerstgenoemden mag vergen dat ze
meer weten.
KUIPER: Toch zou ik erg voorzich
tig willen zijn met het hier in het ge
ding brengen var de verhouding die de
mens tot zijn God heeft en dat hieruit
volgt, dat hij van al die dingen moet
VAN DER SLUIS: Van vele dingen.
KUIPER: Van vele dingen dan.
Maar dat gaat mij te ver Dat legt
een ethische en morele druk op de
mensen, die niet te verdragen is. Ik
geloof, dat dergelijke uitspraken vaak
de oorzaak zijn van de brokken die we
maken.
t het
rumpeerd werd zei ik tot mezelf: Wat
een fijne avond
VAN DER SLUIS: Dat was „arbeids
vreugde", geen plezier zonder meer
BORSTLAP: Dat bedoelt prof. Kui
per juist.
KUIPER: Inderdaad. Ook van de
kant der leden moet men zoiets bekij-
ken: er^ moet ^genoegen^aan^ zijn.^ ^s verantwoordelijkheid Je bent als
lezing moet aanhoren
wel communicatie zijn
dat de basis, maar.
BORSTLAP. dat wat t
I. nnlitiolro BUnoiLftr. aai wat er reen Ohu
on-uV+i!. de basis moet niet alleen aan de top wij vooral
golf woorden spoelt
heen en daar moeten die hoorders nog
discussiëren ook. Daarom zoeken
nlctkomers, waarom ze ulel ko- organjsatievorm van de EEG. dan be.
minstens even belangrijk jeej jk daar geen genoegen aan, om-
«".n waar. dat bet mijn belangstelling niet heeft.
is aan de wel-komers te vragen
om ze verschijnen. Wat weten
hun motieven? Wisten
dan VAN DER SLUIS: Mag ik
ook bepalend zijn sprek kunnen leiden, die aanvoelen hoe tot
d'e bet ge- kwamen we misschien gemakkelijker niet vragen dat u zich desnoods met
„e z.<-66c ingaan op dat punt: Hoe is die apathie - - -- - -
schreven te verklaren? Er zijn tegenwoordig die zaak tot leven brengen, dan moet leden bevredigt ook £'r
omstreeks 1910.
BORSTLAP: De kwestie van
VAN DER SLUIS: Alleen praten door bestuur, dat in de pauze achter
VAN DER SLUIS: Ook ik acht die gen.
vele dingen die beslag op iemand leg-
BORSTLAP: ïndenïaad. Bovendien, veel dingen die
oals je vroeger op sociaal of politiek ge
uit de mentaliteit dative moeten gaan bied iets wilde horen moest je
praten over het drijvend houden
zinkend schip, dan is dat fout. Van t v., de kranten, de
vereniging. Nu heb je de radio, de
misschien wel
Maar of de leden er zich
interesseren om
goede tussenvorm denkbaar
v..bevelen. Eerst discussie, dan de spre-
een hoofdbestuur ker. die de discussie samenvat in een
belangrijk zijn. betoog en ten slotte de tweede ronde.
de puntles op de i worden gezet.
groene tafel blijft zitten....
Talma heb ik gelezen, dat hij
kiesverenigingen sprak die door 12 J11®*
mensen werden bezocht en zo zijn er n
tal van andere voorbeelden te noemen.
Nogmaals, ik....
KUIPER: U moet natuurlijk wel
oppassen. We hébben geen cijfers over
vroeger. Maar slechter of niet: in we
zen was de problematiek er vroeger bent veel
dus ook al.
VAN DER SLUIS: Grif geef ik toe,
dat het slecht is tegenwoordig, maar
ik meen, dat men niet een betoog op
mag bouwen dat gebaseerd is op per
soonlijk onbehagen. Als prof. Kuiper
zegt, dat hij vele vergaderingen als
nutteloos, tijdverspillend en onplezie
rig ervaart, dan mag die ervaring van
hem in onze discussie niet leiden tot
de onderbouw van een systeem. Mijn
ervaring bijvoorbeeld is dat heel wat
vergaderingen plezierig zijn.
KUIPER: Met dat „niet plezierig'
heb ik natuurlijk overdreven. Maar il
heb er geen betoog op gebouwd.
VOORZITTER: In ieder geval con
stateerden we. dat het slecht is me
het verenigingsbezoek.
BORSTLAP: Toch zie je dat he
vandaag best mogelijk is mensen voo
iets wat ze interesseert, op de been t<
brengen. Zie de protestmeeting vai
onderwijzers tegen de mammoetwet
zie de demonstraties van politiemen
aen over hun salarispositie. Voor die
dingen wil men zelfs een snipperdag
•pnemen.
komen te praten is nog de vraag.
BORSTLAP: Daar hebt u gelijk in.
atHe' voltrekt 'zich'allèen 1°, ,S,e S'*i!"?.
avond over Dan hebt u iets
VOORZITTER: Ja, je kunt bepaald
et zeggen dat de mensen voorlichting
tekort
t.v. niet
krant, radio
kunnen tippen!
„iet toch al lang beslist. Het fait-accompli-
të komen tot idee. Anderzijds is het weer niet eer-
H. lijk te zeggen: Alles ligt tevoren al
BORSTLAP: Je ondergaat alles, je vast. In die standpuntbepaling
moeilijkheid optreedt, dat
meer getraind wordt
meningsvorming.
BORSTLAP: Maar dan moet zo'n
dc le- vérgadering hooguit 20 personen om
vatten. Anders heb je een groepje dat
de discussie helpt opbouwen en de rest
is publieke tribune.
VAN DER SLUIS: Ik voel niet zo
veel voor grote vergaderingen
niet gediscussiëerd wordt
BORSTLAP: Maar die anderen staan
er de volgende weken voor.
JANSEN KLOMP: En dus een fre
quentie die veel te laag
jongelui liever in groepj<
de jeugdverenigingen nog vragen....
VOORZITTER: Ja. dat is uitstekend.
VOORZITTER: We praten wel over
zo- sociale en politieke organisaties, maar
aar ik zou toch ook nog graag wat van
het de jeugd willen horen.
BORSTLAP: Ja, ik zou willen
mens gehouden het nodige te weten,
juist ook over die actuele problemen.
Vandaar ook. dat de verenigingen de
functie hebben te informeren en te hel
pen bij die meningsvorming.
ta bene: terwijl de kranten vol staan
over hulp aan minder ontwikkelde ge
bieden, loonpolitiek, bezitsvorming,
apartheidspolitiek En die dingen
werden NIET genoemd.
JANSEN KLOMP: En wat zeggen
de jongeren dan? Wat doe je daar nu
mee. Want ze bekijken het alleen maar
op: „Is het voor mij van betekenis,
ja of neen?" Nu kun je natuurlijk zeg
gen: Ze MOETEN er zich voor inte
resseren. Ik zou liever vragen: Hoe
kan ik hun interesse levend maken?
VOORZITTER: Je moet ook geen
schetsenbundel geven voor jaren voor
uit.
manifestatie wordt beoogd. Een echt die zelfwerkzaamheid van de le- ^^8
vergadering dus voor heel het volk, den of worden het zo langzamerhand vóór u dus een antwoord hebt gege-
welke dan ook _al is het voor enkele luisterclubs? Is er nog sprake van wr
moet worden vorming door wederzijdse training?
minuten vla de t.
uitgezonden. De kleine vergaderin
gen zijn in een ander opzicht zeer nut
tig. Maar, weet u, dèt is het ziekte
beeld: een heleboel besturen achten
hun taak volbracht als ze maar van
tijd tot tijd voor een vergadering zor
gen.
VOORZITTER: Ik ben alleen zo
bang dat die paar mensen die nog op
de vergaderingen kómen,
niet-komers representeren.
VAN DER SLUIS: Dat is dus
j reëel gevaar. Daarom kun je ook her-
JANSEN KLOMP: Inderdaad.
landelijke methodiek wordt uitgege
ven. Als ik in een bepaalde streek
kom. bijvoorbeeld in de Betuwe of in
de Achterhoek: daar staat de samen-
gr leving op haar kop in verband met de
ruilverkaveling en alles wat daaraan
eeuw geleden nog opgeid deden.
BORSTLAP: Maken de jongelui zelf
nog inleidingen, om het eens ouder
wets te zeggen?
JANSEN KLOMP: Neen, niet veel
- - BORSTLAP: Die methode vond ik
te weinig toch nog niet zo gek, vroeger.
JANSEN KLOMP: Ik heb
deze dingen gaat het erom: Ligt het
gestelde binnen de belangstellingssfeer
en wordt het op de juiste manier ge
presenteerd?
BORSTLAP: Ja, maar aan de an
dere kant vind ik de ellende van deze
tijd het volslagen gebrek aan histo-
De huidige generatie vraagt niet risch inzicht. Alsof met ons de geschie-
JANSEN KLOMP: IK neD ze in mijn tuk van de
jeugd óók nog meegemaakt. Je kunt s(erkg Zou echter
de problemen van gisteren
eergisteren mét de antwoorden er bij
ze vraagt: Welke dingen zijn nu aan
de orde? Daar is bijvoorbeeld het
Dat leeft
veel kwaads
oriënteren
die komen
VOORZITTER: Ja,
tijd dezelfden
VAN DER SLUIS: Goed. ja, ma
stimuleert c
r dat zijn al-
BORSTLAP: Dan zult u ook toege
ven dat de man die het meeste plezi
had degene
is, die de inleiding maak-
JANSEN KLOMP: Best Maar
het standpunt tevo
ren vastliggen in een jeugdorganisa
tie, dan zegt de jongere: Waarom za
ik er dan over praten?
VAN DER SLUIS: Over die interes
se gesproken. Laatst zag ik toevalli
een publikatie 8 j|
ik ken wat
lenis begint.
JANSEN KLOMP: Zo bedoel ik het
liet. Mag ik een ander voorbeeld noe-
nen? Als Little Rock er niet was ge
veest. was het voor een jeugdvereni-
ing praktisch onmogelijk de rassen-
cheiding aan de orde te stellen.
VAN DER SLUIS: Je moet dus be-
innen bij hèt actuele en vandaar af*
'alen naar de historie.
JANSEN KLOMP: Precies. En daar-
oor moeten we dus mensen hebben
lie in staat zijn vanuit de actuele pro-
Liever thuis met de krant..,.
Ug stond. VRAAG: Wat zijn actuele blematiek de historie te belichten. En
politieke vraagstukken? ANTWOORD: dat is verre van eenvoudigl