mm
GOOCHELEN is zijn lusi en zijn leven
Woonwagenkampen konden
beter als staangeld werd
verhoogd
Een verre burgemeester!
Fransen „boos" op Britse
namaak-prinses
BOEKBESPREKING
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 7 JANUARI 1961
„Mijn vrouw
doet 's nachts de
was. Eerder is HET LEVEN
geen electnsche
stroom. We kun
nen die pas aftappen, als de lam
pen van de twee lichtmasten in
het kamp uit gaan. Eigenlijk is
dat natuurlijk gewoon stelen.
Maar wat moeten we anders? Of
is het soms waar, dat woonwagenbewoners geen mensen zijn, maar
beesten, die helemaal niks, dus ook geen wasmachine, nodig heb
ben?" De man, die dit vertelde stond met zijn woonwagen in het
kamp van Hoorn in Noord-Holland. Hij is een van de 20.000 Ne
derlandse woonwagenbewoners, die samen over zo'n vierduizend
wagens beschikken. Ze trekken van kamp tot kamp en doen onder
weg wat hun handen te doen vinden.
De vrouw van de man, die de hierboven beschreven klacht
uitte, stond met haar voeten in de modder. Het had geen enkele
zin een stap naar voren of naar achteren te doen, want dan stond
ze nog in de modder. Alleen de wagens van het kamp te Hoorn
hadden een plekje op het droge. Elf op een rijtje. Stuk voor stuk
fraai glimmende huizen op wielen. Tweedehands-auto's voor de
deur en hier en daar een rommelarijtje, dat vroeger een weegschaal,
een bromfiets of misschien ook een handkar
IB"boncU&
PARIJS HOUDT NIET VAN
VROUWELIJKE AGENTEN
„Je kunt geen vrouwelijke politie gebruiken om „respecta
bele mensen te arresteren", is de mening van de hoofdcom
missaris van de Parljse politie. De vrouwelijke agenten zijn in
de meeste grote Europese steden gekomen om te blijven, maar
Parijs neemt alleen nog maar wat voorzichtige proeven. En
bij die experimenten doen de dames nooit alleen dienst. Ze
worden vergezeld van een stevige mannelijke collega. Nooit
wordt een dame gestuurd als er iets in het verkeer is mis
gegaan of in andere gevallen, waarbij er tussen de betrokke
nen en de politie onenigheid zou kunnen ontstaan. Ordelievende
Fransen vinden het al niet zo prettig door mannelijke agenten
te worden aangeroepen. Maar een vrouw, die hen op de bon
slingert, vinden ze een belediging. Toch wil de Parijse politie
de vrouwelijke afdeling permanent maken en zelfs langzaam
uitbreiden. Langzaam, om de Parijzenaars aan de dames te
Schignano, een stadje van 1200 zijn geboortestad Schignano moe
inwoners, in de bergen langs het ten komen. Hij zal de reis van
Italiaanse Como-meer, ongeveer 12.000 kilometer per straalvlieg-
55 kilometer ten noorden van Mi- tuig maken en telkens de admi-
hetf'vèrtrek ge- tocTSet vSftr'SS wITiS-maai 1"°. J>~f' merkwaardigste nistratieve aangelegenheden
De woonwagens zijn als het ondanks die betere toestanden,
ware altijd voor het vertrek ge
reed. Waarom? Die van Hoorn voor nen
haalden daarover hun schouders zeggen de
op en begonnen allemaal tegelijk ben eigenlijk 1
hebt een week of zes in Hoorn ge- bezocht worden. Daar zitten
werkt, wel, dan moet je op een klanten. En dus zitten we e
keer weg, omdat er niks meer te vast
slijpen valt. En met
het precies eender."
Maar het kan ook gebeuren, dat
in een van de wagens het gesprek dig."
komt op een schoonzus, een broer
of een verre tante. „Hoe zouden ze
het maken? We moesten er maar
burgemeestersverkiezing gedaan, Schignano komen regelen als
die men zich maar kan denken, officieel hoofd der gemeente.
Het stadje kan er ongetwijfeld Burgemeester Gelpi heeft ge-
prat op gaan de verst van zijn schat, dat hem dit ongeveer
eigen gemeente weg wonende bur- 240.000 gulden gaat kosten en de
gemeester te bezitten. Burge- bewoners van Schignano hebben
meester Aurello Gelpi,
rige bouwondernemer woont na
melijk in de Braziliaanse stad
Sao Paulo, waar hij fortuin heeft
gemaakt.
In de komende vier jaar van
zijn ambtstermijn zal de heer
Gelpi een keer per maand naar
Schrijven?
De volgende dag rijden ze dan
weg. „Je zou ze natuurlijk ook
kunnen schrijven." „Schrijven?
Dat wordt wel wat erg eentonig
zo'n brief vol met kruisjes...."
Om die opmerking werd harte
lijk gelachen, want zij schaamden
zich niet voor hun analfabetisme.
En ze verklaarden onmiddellijk,
waarom de kinderen ook niet naar
school gaan. „Iedere dag ander
half uur heen en anderhalf uur
terug lopen naar de dichtstbijzijn
de school. Dat is een onmogelijk
heid...."
„We zitten hier
merkte een van
„ze doen niets vc
de week komt
De Franse jeugd leert al heel
vroeg, dat aan de overkant van
La Manche (Het Kanaal) op een
in mist gehuld eiland, een
Eiland vreemd mensenras leeft, dat
vlees eet bij het ontbijt.
Als de Franse kindertjes op-
ons. Eens in Broeien, raken
de de gedachte, dat hun Britse
van Engeland in handen neemt,
dan leidt ze haar land regelrecht
naar de afgrond."
eiland",
Toen de redacteuren verder la
zen, vonden ze in het boekje een
warm pleidooi voor het (warme)
Engelse ontbijt. Dat was natuur
lijk een tactische fout. Voor een
vertrouwd met Fransman bestaat het ontbijt uit
een kop slappe koffie met een
croissant. Onverschrokken reizi-
hem laten weten, dat zij nog
meer van hem verwachten.
Zij hopen, dat hij verbeteringen
in de stad zal aanbrengen. Want
daarom hebben ze hem tot burge
meester gekozen. Gelpi kwam
naar zijn geboortestad om te be
danken voor <ïe hoge eer en te
vens om de baan af te wijzen.
Hij verklaarde nadrukkelijk dat
hij er geen tijd voor had. Maar
de bewoners bleven aandringen.
„Met een straalvliegtuig bent u
hier in 14 uur, en u behoeft al-,
leen maar te komen om -belang
rijke papieren te ondertekenen. U
bent de enige, die het aantal
openbare werken kan opvoeren."
Gelpi gaf toe.
Hij heeft reedis het aquaduct, de
scholen, wegen en het kerkhof la
ten verbeteren en het harmonie
orkest uitgerust met nieuwe ver
sierde uniformen en blinkende in
strumenten.
Gelpi emigreerde in 1922 naar
Sao Paulo e
snel fortuin.
Op -het ogenblik vertoeft hij
weer in Brazilië en de loco-burge
meester Clemente Peducci neemt
de zaken waar, tot Signor Gelpi
weer (per straalvliegtuig) terug
maakte daar
gemeente het staangeld ophalen, buren weliswaar geen kannibalen gêrs~"die uit het land
Zeventig cent per wagen. En als 2jjn maar dle eers,e lndruk van vleeseters waren teruggekeerd,
brachten verhalen mee over de
uja s a Britten, die de dag begonnen
i school, met uitgebakken spek, gebakken
eieren, pap (brr) en een pro-
dukt, -dat; men cdrnflakes noemde.
dan vragen, wat er met de *,jn'
twee miljoen gulden van minister de Engelse keuken,
Klompé gebeurt, zegt hij, dat hij aardrijkskundeles oj
dat ook niet weet. Wat mij betreft blijft hen toch bij.
laten ze ons voortaan een daalder
betalen, als ze dan tenminste ^o kwam het, dat zich een ge- „Liberation" meent, dat de ba-
maar wat doen. Dan kunnen ze voel van ongeloof en sterke twij- nier van de ontwaakte prinses
d'r miljoenen houden. Nou heb- fej meester maakte van de redac- nu al met pap is besmeurd,
drie putjes in de grond ües der parijse bladen, die bij
T. Dat zijn bun ochtendpost een 25 pagina's Engeland vecht
nieter tellend boekje vonden,
met een deur
de toiletten. Als je WUC11U uu ÏU11UCU
vanaf bent, val je al flauw, En hoog werd opgegeven'
ook nog twee lichtmas- deugden van de Britse schotels,
vT7ja, precies dezelfde, die de
Fransman zijn leven lang tegen
iedere prijs heeft vermeden.
heerlijk gerecht,
geen voedsel i
beschaafd mens.
BAB WEST
Bab West, door Nelly van
Dijk-Has. Uitgave Kok, Kam-
Bab West is een meisje, dat
uit een heel naar milieu afkom
stig is. Ze komt terecht in een
klein domineesgezin, waar ze
zich geheel aanpast. In deze om
geving vindt ze de man van
haar hart. De moeilijkheden
thuis worden opgelost, doordat
Bab orde op zaken kan stellen.
Het is een heel prettig boek
om te lezen. Het is boeiend en
totaal anders dan het doorsnee
meisjeboek pleegt te zijn.
Uitzonderingen
De Parij
nog wel den het
schooltje, ten
„C'est incroyable riep
t en men greep al bij voorbaat
aar het zuiveringszout.
Zo - so
krantenredacties von-
ar zo-zo. dat de Brit-
gastronomisch Frankrijk
propaganda gingen maken voor
de Engelse eetgewoonten. En dat
nog wel met de officiële goed
keuring van Harer Majesteits re
gering. Het boekje werd name
lijk door de Britse Voorlichtings
dienst de wereld ingestuurd en de
titel was: „Een verdediging der
Britse keuken."
De commentaren van de Parij
se kranten waren lang niet
mals. Het blad „La Liberation"
merkte op: „De gaven van Mau
rice Gargon en René Floriot
(twee vermaarde Franse juristen)
Een arts op zijn praatstoel, door zijn ontoereikend om de Britse
I. van der Heijden. Uitgave A. keuken te verdedigen."
J. G. Strengholt N.V. In het boekje wordt o.m. gezegd
,.In Engeland voltrekt zich
de bewoners: „Velsen prima. Bre
da zeer goed. Roosendaal best uit
te houden en a
meer. Kampen
een recreatiegebouwtje, een
kraamkamer. Noem maar op.
Maar het blijven uitzonderingen."
In die goede kampen blijven ze,
Een arts op zijn
praatstoel
Als rustend arts haalt dr. Van
reeks herinneringen op .uit zijn ffiSTSSS,
paleisrevolutie. De Britse
welgeschapen
- Ti,.. prinses, ontwaakt eindelijk uit
veertigjarige loopbaan. Hij L_be- £aar slaapje
i het lot 1
Mee eens
schrijft de periode van het begin
van deze eeuw tot in de jongste 3**"omne
oorlog. Zijn eerste praktijk be- handen te
vindt zich in een „dorp aan de
rivier' Hij vertelt van de voor
ons begrip primitieve geneeskun- De Franse fijnproever isi nei er
lige toestanden. Operaties wor- onmiddellijk mee eens, dat ue
den verricht in huiskamers, ter- Britse keuken smaakt, alsof ze
wijl de kanarievogel de antisep- 200 jaar oud is. Maar wat is dat
sis verstoort. Het ziekenhuis staat voor gepraat over het lot van het
nog in de kinderschoenen. De ver- land? Gaan de Britse koks "e
halen zijn vlot verteld, doch heb- plaats Jnnemen van premier Ma
karakter.
overwegend anecdotisch JVIiHa''? „Llberatio
Een naslagwerk voor de sportvisser
Encvclopedie van de sportvis-
serij, door Jan Schrelner. Uit
gave Elsevier, Amsterdam.
De lectuur voor de sportvisser
heeft zich tot nog toe beperkt tot
verschillende goed uitgevoerde
boeken met sterke en minder
sterke verhalen, enkele waarde
volle tips en veel meer tips, die
elke sportvisser reeds voor zich
zelf heeft uitgedokterd, Maar een
werkelijk universeel naslagwerk
waarin elke sportvisser dèt kan
vinden, wat hij onverschillig
hoe hij de sportvisserij beoefent
nodig heeft, was tot nu toe in
de Nederlandse taal onbekend.
De bekende sportvisser en au
teur Jan Schreiner heeft daar een
einde aan gemaakt.
Zowel de visser die met vaste
hengel en snoer de hele dag op
één plek blijft, als de actieve vis
ser. die met werp- of vliegehengel
zijn sport beoefent, vindt in dit
boek alles wat hij nodig kan heb
ben. Van A tot Z oftewel van aal
tot zijlijntje wordt de sport-visserij
behandeld. De zeevisser kan er
b v in lezen, wat een „harnas-
mannetje" is. en de passieve vis-
kan te weten komen, hoe de
bijt in het koude jaargetijde.
vis bijt in net kuuuc jam
Daarnaast hebben verscheidene doen.
prominenten in enkele hoofdstuk
ken de geschiedenis, de ontwikke
ling en de organisatie van de
sportvisserij in Nederland en Bel
gië beschreven. Aandacht wordt
ook geschonken aan de wettelijke
voorschriften, het beheer van het
viswater en van de visstand, ter
wijl de levensruimte en het kwe
ken van de vis om die visstand
op peil te houden, niet vergeten
Nu met ingang van het nieuwe
jaar voor een groot deel van de
Nederlandse bevolking de vijf
daagse werkweek een feit is ge
worden, is de kans dat het aan
tal sportvissers zich ver boven
het half miljoen uitbreidt, niet
denkbeeldig.
De tijd dat we een lijn met
haaktje en dobber maar te water
behoefden te laten om vis te van
gen ligt voorgoed achter ons. De
toenemende industrialisatie met
de daarmee gepaard gaande wa
tervervuiling is daar de schuld
van, maar ook de intensieve be-
viss'ing, vooral in de randstad Hol
land, is er oorzaak van dat de
sportvisser wil hij succes heb
ben terdege voorbereid aan de
waterkant moet komen. Met de
.Encvclopedie van de Sportvisse-
1 dat ongetwijfeld
PUZZEL VAN DE WEEK
KRUISWOORDRAADSEL
Horizontaal: 1. lisdodde (gewestelijk), 11. nobel, 12. gekheid,
13. kookt men op, 14. hevige wind, 17. mens, 18. ter gedachtenis
(afk. Lat.), 19. gem. in Z.H., 21. scheikundig element (afk.), 22.
stuk stof, 23. doortochtgeld. 25. bedekking van een gebouw, 26.
hoogste punt, 28. holte in een muur, 30. oplopende vlakfe, 31.
schaaldier, 32. bijwoord, 33. waterloop waarnaar Appingedam ge
noemd is, 35. voorzetsel, 37. keurig, 39. afgelegen, 41. en personne
(afk.), 43. schittering, 46. circa (afk.), 47 schel, 49. vreemde munt,
50. zijtak Saaie, 51. iemand de achting geven, welke hem toe
komt, 53. vaarwel, 54 soort van anjelier.
Verticaal: 1. ontelbaar, 2. bijb. figuur, 3. voorwerp om te snijden,
4. meervoud (afk. Lat.), 5. rekening, 6. plaats, plek, 7. meisjes
naam, 8. zoon van Noach, 9. aanloop, 10. appel, 14. levensvocht in
organische lichamen, 15. stad in Noorwegen, 16. dof, 19. vis, 20.
staal, 22. gem. in N.H., 24. inhoudsmaat, 25 kleinigheid, 26. uitroep
ten aansporing, 27. aarden- of metalen vaatwerk, 29. vreemde
munt, 34. vreemde munt, 36. verheffing van de ziel tot God, 38.
begerig naar, zeer gesteld op, 39. meertje, 40 stad in België,
42. republiek in Z. Amerika, 44. Aziatisch hoogland, 45. meisjes
naam, 46. muze der geschiedenis, 48. gesteente, 50. wereldtaal,
52. noord-zuid (afk.), 53. uitroep.
N.T., 6. eek,
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
Horizontaal: 1. Ohm, 3. Mai
ne, 7. Oss, 10. do, 11. Eos, 12.
tel, 14. pa, 15. eerst, 18. keper,
20. rot, 21. kom, 23. ale, 24.
Man, 25. molen, 27. Uri, 29.
daar, 31. tong, 33. si, 34. ar,
35. ga, 36. Éd, 37. olie, 39.
darm, 41. Ag. 43. sport, 45.
Ide, 47. eik, 49. era, 50. Bea,
51. idool, 53. Capri, 55. Ee, 56.
por, 58. bos, 59. re, 60. tra, 61.
gevel, 62. ver.
Verticaal: 1. ode, 2. hoera,
8. speer, 9.
Lea, 16. rond, 17. pol, 19. plug,
21. kor, 22. met, 24. massa, 25.
Maris, 26. nogat, 28. Indre, 30.
aal, 32. nar, 37. Ohio, 38. Epe,
39. dra, 40. Miep, 42. ceder, 44.
ork, 46. darrc, 48. kop, 50. bas,
.51. iet, 52. log, 53. kol, 54. Ier,
57. re, 58. Be.
INZENDINGEN
Inzendingen worden vóór don
derdag a.s. op ons bureau ver-
wacht. Oplossingen mogen uit
sluitend op een briefkaart wor
den geschreven. In de linker
bovenhoek vermelden„Puzzel
oplossing". Er zijn drie prijzen
een van 5.- - - Kn
(vervolg van pag. 1)
voor hij beschikte over een om
vangrijke apparatuur. Met z'n
programma vulde hij een ganse
avond. Nu mag een voorstelling
niet langer meer duren dan 20
25 minuten.
Destijds had je ook de beroem
de Amerikaan Houdini, die zich
zwaar geboeid in een rivier liet
gooien, maar toch altijd in dertig
seconden los was, om dan rustig
naar de kant te zwemmen. En
die andere Amerikaan, Okito,
van origine een Nederlander en
afstammeling van de familie Bam
berg, welke familie van 1895
1900 tot onze hofkringen behoor
de. Ja, Okito leeft nog. Hij is nu
87 jaar. Op het ogenblik reist
een zoon van hem met een gro
te show door Amerika. Deze zoon
presenteert zich als „de Chinese
goochelaar", werkt met ganzen,
goudvissen in kommen, zweven
de ballen boven het toneel en is
beroemd om de pracht van de
oosterse kostuums, die bij z'n
voorstellingen ten toon worden
Specialiserng
De moderne tijd heeft het goo
chelaarsvak erg gespecialiseerd.
Je hebt tegenwoordig „algemeen
goochelen": dan de carts magi",
d.i. goochelen uitsluitend met
kaarten waarvoor je nu ook
al extra grote speelkaarten kunt
kopen, de zgn. „jumbo-cards",
die, mèt tien trucs, circa 25
kosten voorts de „manipula
tie", dus goochelen met ballen,
met sigaretten, met ringen, met
munten en ook wel met kaarten;
en verder nog de „illusie". Hier
onder wordt verstaan wat Cham-
bley in Nijmegen presteerde. En
wat de Duitser Kassner vóór de
oorlog deed. Hij zag kans, dank
zij z'n geweldige werktuigen, om
zelfs olifanten weg te smokkelen.
Een soortgelijk recept werd je,
zelfs nog kort na de oorlog, in
een Londens theater voorgezet,
waar een luid knallende motor
rondsnelde met drie mensen erop,
die op een gegeven moment spoor
loos verdwenen de motor in
cluis. Er is nog een Engelsman,
die zich in een blok ijs laat in
vriezen, plotseling zie je niets
meer van hem, maar het ijs ligt
in stukken op het toneel.
Ook Duitsland heeft nog een
goochelaar die vasthoudt aan de
.illusie" Dat is een zekere Ka-
lanach, die een show brengt wel
ke een hele avond in beslag
neemt: een auto, met dame en
hond erin. verdwijnt e.d. Hij doet
alles zeer „gründlich", wat al be
gint met het aankondigen van
z'n komst. Daar maakt hij een
uitgebreide publiciteitsstunt van.
En als het eenmaal zo ver is,
laat hij elke voorstelling op de
bandrecorder vastleggen, om voor
de volgende voorstelling te kun
nen zeggen tot z'n gezelschap:
„Dit moet anders en dat moet
zo. In zijn show is een ton ge
ïnvesteerd en voor een optreden
voor de televisie krijgt hij ,,so
wie so" 10.000. Maar nogmaals,
de „illusie" is verouderd. Even
als het werken met een hoge
hoed weinig meer wordt gedaan.
Wèl nog de zgn. „mentale ma
gie", een soort goochelen, dat
doet denken aan telepathie. En de
„micro-magic", dat je alleen
maar in een klein gezelschap om
een tafel kunt doen: geldstukken
b.v. in een lucifersdoosje depo
neren, zonder dat iemand ziet
Met dat al bestaan er op het
gebied van goochelen duizenden
trucs, doch het aantal principes
is beperkt. Hoewel er toch ook
nog een vijfhonderd principes
zijn. Bovendien kan je een truc
op meer dan één manier uitvoe
ren. Ik laat bijv. 12 kaarten on
gemerkt van m'n hand in m'n
zak verhuizen en dat doet Fred
Kaps natuurlijk eveneens. Maar
langs een andere weg. Hij vindt
zijn methode de beste en ik de
„Ziet u nu hoe hij het doet?"
O ja. Er bestaat welhaast
geen truc meer, of ik ken hem.
monstreren. Als je je maar niet
laat afleiden en je reactievermo
gen behoorlijk is."
„Goochelen uw kinderen ook?"
„Neen, dat vind ik aan de ene
kant wel jammer, 'k Heb op zol
der ladekasten vol met lectuur
en apparatuur staan. Dat wordt
eigenlijk veel te weinig gebruikt.
Maar m'n beide zoons studeren
en m'n dochtertje is nog klein.
Goochelen kost veel tijd. Eerst
je programma in elkaar zetten -
in de juiste volgorde met een cli
max dan je stukken opzoeken,
èn oefenen. En dan de voorstel
ling.... 'k Doe het ten slotte ge
heel voor m'n plezier. Honorarium
heb ik nooit gevraagd. Tegen
woordig wel, omdat de beroeps
mensen gingen klagen. Maar dat
geld stel ik dan weer voor lief
dadige of ideële doeleinden be
schikbaar. 'k Heb nl. ook nog de
padvinderij.
Voorts fotografeer ik veel, ik
film nogal eens, ik houd lezingen
over de psychologie van het goo
chelen voor de rotaryclub en het
notariaat vraagt ook steeds meer
tijd. Daarom moet ik nu gauw
naar Rotterdam...."
Een paar seconden later stuift
hij in z'n Mercedes weg....
„En nu moet ik gauw naar Rotter
dam, want ik zou bijna vergelen
dat ik ook nog notaris ben..."
Strenge winters in
verleden en heden
i 2.50.
Uit de sterke verhalen over
„ouderwetse" winters, die van
tijd tot tijd verschijnen, zou men
de indruk kunnen krijgen, dat er
in het algemeen strengere win
ters waren dan thans, zo schreef
de heer W. Wemelsfelder uit
Rotterdam ons naar aanleiding
van het artikel in ons Kerst
nummer. Toch, zo gaat hü voort,
is die indruk onjuist, want stren
ge winters kwamen vroeger even
weinig voor als thans. De ge
volgen waren echter veel ramp
zaliger dan in deze tijd, omdat
de mens tegen het natuurgebeu
ren nu veel beter gewapend is
dan toen.
Had de februariramp van 1953
honderd jaar eerder plaatsge
had, dan waren Schouwen en
Duiveland en delen van Goeree
en Overflakkee voorgoed van de
kaart verdwenen, zoals in vroe
ger eeuwen ook met Roemers
waal en Saaftinge gebeurde.
Veel is gepraat en geschreven
over de winter van 1890-91. Wie
nuchter is, moet wel vaststellen,
dat veel van vroeger in „een
mensenleven wordt geromanti
seerd en met een waas van uit
zonderlijkheid wordt omgeven.
De zakelijke feiten geven een
ander beeld. Van 1890-91 moeten
we niet minder dan 36 jaar te
rug gaan tot 1854-55 om weer
een winter te vinden, die met
die van 1890-91 kan worden ver
geleken. Maar na 1890-91 is het
precies eender. Dan duurt het
tot 1928-29 voor er weer een
winter is, die tot de zeer stren
ge mag worden gerekend. In een
periode van zeventig jaar kwam
dus één echt strenge winter
voor, die van 1890-91 en het is
geen wonder, dat die een legen
darisch karakter heeft gekregen.
Maar dan komen we in een pe
riode van 18 jaar vier zeer stren
ge winters tegen: 1928-29, 1939-
40, 1940-41 en 1946-47. terwijl die
van 1940-41 nog niet eens wordt
meegerekend en evenmin de bui
tengewoon koude februarimaand
van 1956.
Hieruit blijkt, dat in de eeuw
van 1360—1960 er 5 zeer strenge
winters waren, waarvan er 4 in
ongeveer de laatste 30 jaren en
1 in de eerste 70 jaren van de
100-jarige periode. En hoe staat
het nu met de eeuw daarvoor?
Te beginnen met de winter
1788— 89 volgen dan 14 strenge
winters elkaar met tussenpo
zen van 110 jaar op tot die
van 1854—'55. Welk een ver
schil dus!: 70 jaar met 14 stren
ge winters en dan 70 jaar met
1 strenge winter. Het is dus wel
erg ongelijk verdeeld. Gaan we
nog verder terug, dan vinden we
ook de winter van 1739'40. Mo
gen we deze winter nu zien als
de strengste winter die Europa
beleefde? Dat geloof ik niet.
Volgens de methode Hellmann
leverde de winter van 1739'40
een totaal negatief getal op van
460° C. Deze som wordt ver
kregen door bij elkaar op te tel
len de gemiddelde dagtempera
turen van november tot maart,
voor zover die beneden het
vriespunt liggen. Om nu maar
meteen een vergelijking met de
ze tijd te maken, nemen we de
winter van 1941—'42. Die gaf
als negatief totaal 465° C. (de
legendarische winter 1890'91
„slechts" —396° C.) De winter
van 1941—'42 bracht ons dus net
iets meer kou dan die van
1739—'40. Maar ook de duur
van deze beide winters loopt
niet ver uit elkaar. Een boekje
van van Esveldt, verschenen in
1741 vermeldt, dat het op 4 ja
nuari begon te vriezen. In
1941— 42 begon het op 6 janua
ri. Beide winters duurden tot
omstreeks half maart. De win
ter van 1739—'40 leverde 64 da
gen op met een gemiddelde be
neden 0 en 1941—'42 gaf slechts
55 dagen. Ook daaruit volgt, dat
1941—'42 iets korter van duur
was dan 1739— 40 maar daarte
genover ook iets kouder. Toch
was deze winter van 1739'40
berucht wegens de felle koude
en de ontberingen die zijn gele-
merkwaardige feiten uit zo'n
winter, dan wekt dit de indruk,
dat het toen al heel erg was.
Wanneer ik lees, dat bij de
boerenbruiloft 25 feestenden
door het ijs gingen, dan is dat
geen bewijs, dat het ijs sterk en
dik was. Zo zal van febr. 1956
wel bewaard blijven, dat de kin
deren met handen en mond aan
de ijzeren brugleuningen vast
vroren. Moge dit voldoende zijn
om aan te tonen, dat de be
ruchte ouderwetse winters ook
in deze tijd worden geëvenaard
of overtroffen, al behoeven we
nu niet bepaald naar een ouder
wetse winter te verlangen.
„Grieken zijn geen goden",
door A. den Doolaard. Uitga
ve Querido, Amsterdam.
Griekenland komt steeds meer
in het centrum der belangstel
ling te staan in deze tijd. Een
nieuwe golf van romantiek en
de grotere verkeersmogelijkhe-
den van deze tijd doen velen be
sluiten deze bakermat van onze
cultuur op te zoeken, er over te
lezen, er over te studeren. De
boeken over Griekenland ver
schijnen in groten getale.
Eén van de boeken aan Grie
kenland gewijd is het onlangs
verschenen boek van A. den
Doolaard, „Grieken zijn géén
goden". Den Doolaard, de be-'
kende schrijver, is in de Balkan-
landen geen onbekende. Hij
heeft een grote kennis van de
landsaard en gebruiken van die
volkeren, kent die landen die hij
bereist door en door en schrijft
boeiend en enthousiast. De
verdiensten van dit boek liggen
wel het meest in het vuur en
de frisheid waarmee hij het hui
dige Griekenland beschrijft.
Want Griekenland is niet bij
uitstek het land van het roerlo
ze witte marmer, van de „Stil
le Einfalt und edle Grösze" der
Klassieken. ïlet is een land met
bloedwarme mensen die leven
m een eigen leefpatroon dat
sterk met-de traditie is verbon
den. Een arm land, maar
schoon van kleur en vol expres-
Het boek van Den Doolaard
is een boek voor de vacantie,
dat men met plezier zal doorle
zen. Een boek dat opwekt tot
bezoek van dit land met zijn
primitieve, altijd gastvrije en
vaak edele mensen.
't Perkoetoetmysterie, door
M. A. M. Renes Boldingh. Uit
gave Callenbach, Nijkerk.
Van de hand van M. A. M.
Renes Boldingh is een nieuw
meisjesboek verschenen: 't Per-
koetoet mysterie. Frank en El-
za Tervoorde, een jong ge
trouwd echtpaar, vinden na veel
strubbelingen inwoning bij de
oud-Indischman Van Veen, in
zijn ruim buitenverblijf, de Per-
koetoet. Met deze inwoning be
gint het mysterie zich te ontrol
len. De detectivegeest wordt
vaardig over Elza en haar man.
Door hun oplettendheid en zorg
wordt de beminnelijke heer Van
Veen net op tijd gered uit de
handen van een gewetenloze
schurk, die misbruik tracht te
maken van het verdriet over de
verloren gewaande zoon van de
heer Van Veen.
't Perkoetoet mysterie is vlot
geschreven. Hier en daar dreigt
echter de spanning te verslap
pen. Daartegenover staat, dat
we weer eens de ellende van de
woningnood zien.
Hoewel Elza nog al eens de
voorkeur geeft aan haar voorge
voelens, is Frank echter altijd
op zijn post om haar te wijzen
op hun Christelijke levensbegin
selen. Een gezellig boek voor op
groeiende meisjes.
Het is verschenen bij de uitge
verij Callenbach N.V. te Nijkerk
en van een kleurig omslag" voor
zien door Hans Borrebach.
Dokter Goebbels, door Hein-
rich Fraenkel en Roger Man-
veil. Uitgave H. J. Paris, Am
sterdam.
Onder de
Duitsland van Hitier heeft Goeb
bels een belangrijke plaats in
genomen. Zijn intelligentie en
zijn enorme bekwaamheden op
propagandistisch gebied hebben
hem bijzonder gevaarlijk ge
maakt. Hij heeft er wezenlijk
toe bijgedragen, dat miljoenen
voor Hitier gewonnen werden,
en eenmaal gewonnen hebben
zij door zijn overredingskunst
de leider gevolgd, tot in de on
dergang. Het is niet opwekkend,
wel echter nuttig, de persoon
lijkheid van deze man te leren
kennen. Hoe lang geleden lijkt
het weer, sinds hij zijn verder
felijke invloed uitoefende, en
hoe kort geleden is het in feite.
Dit boek biedt ons een betrouw
baar beeld..De vertaling is van
J. Eijkelboom.
De kleine kolonie, door R.
van der Velde. Uitgave Bosch
en Keuning, Baarn.
Duizenden Nederlanders zijn
in de afgelopen jaren geëmi
greerd en probeerden in hun
nieuwe vadérland een goed be
staan op te bouwen. Moeilijkhe-
te
worden en dat er zich moeilijk
heden voordeden, valt licht te
begrijpen. De taal, de levensge
woonten, zelfs het dagelijks
voedsel is zo heel anders als
„Ihuis". Ook in deze roman
gaat de weg van de Friese boer
Eelke Brouwer niet over rozen.
Na een moeilijke beginperiode
in Saint Quanne, Frankrijk,
komt hij eindelijk in de gelegen
heid een boerderij te kopen.
Weliswaar geen model-boerderij,
maar in ieder geval wel een,
waar met flink aanpakken iets
bereikt kan worden. De reuze
steun van Pedro en zijn gezin
maken de boerderij tenslotte tot
een „kleine kolonie", waar hard
wordt gewerkt, maar weer een
hechte vriendschapssfeer groeit.
Een goed boek voor een aan
staand emigrant en een boeiende
roman voor de „achterblijvers".
De Kruishoeve, door Annie
Oosterbroek-Dutschun. Uitga
ve J. H. Kok N.V., Kampen.
Een boerendochter die tenge
volge van een ongeluk langza
merhand het licljt uit haar ogen
verliest, komt in aanraking met
een jonge weduwnaar, die tobt
met een door polio verlamd
zoontje. Er ontstaat genegen
heid, maar voordat het tot een
huwelijk komt, is er veel strijd,
of men in deze situatie elkaar
wel mag aanvaarden.
Het boek biedt weinig verras
singen, komt slechts moeizaam
los van een gangbaar patroon.
Maar het heeft een positieve in
stelling, en dat is al heel wat
in een tijd, waarin vele dichters
en schrijvers hun hart naar de
nacht wenden.
Uitslag ladderwedstrijd
In deze serie was het vooral probleem
no. 602 van Hans Rotteveel, dat nog al wat
slachtoffers maakte.
De beide koplopers de heren J. v. Ekelen-
burg te Vlaardingen en G. P. Sterrenburg
te Sprang-Capelle maakten geen fouten en
konden dus direct als prijswinnaar worden
aangewezen (laatstgenoemde voor de tweede
maal). Als gegadigden voor de laatste prijs
kwamen drie deelnemers in aanmerking.
Na loting bleek de heer W. v. d. Heuvel te
Den Haag de gelukkige.
De volledige stand ziet er als volgt uit:
J. v. Ekelenburg 82 (10); G. P. Sterrenburg
79 (10); M. Brinks 77 (10); J. Groeneveld
77 (10); W. v. d. Heuvel 77 (9); J. M. E.
Masurel 76 (10); A. v. d. Putten 69 (10);
P Verwilligen 67 (9); S. Korpershoek 60
(10); J. v. d. Doe 59 (10); A. Droog 59 (10);
L. Knol 59 (9); W. B. de Knijff 59 (10);
W v. Of wegen 59 (8); C. v. Oostrom 59 (10);
J. Witt 59 (10); O. v. d. Horst 50 (9); M. v.
Dijk 49 (10); P. J. Sterrenburg 49 (10): L.
de Haan 46 (9); M. Muis 44 (10); C. v. d.
Heyden 40 (7); A. v. d. Bosch 39 (10); H. v.
Rooden 39 (10); P. v. Noordennen 37 (10);
A, Kammeraat 31 (8): J. v. Vulpen 28 (10);
J. v. Baardewijk 27 (10); B. v. d. Bie 27 (9);
C. v. Buuren 27 (8); P. G. Prins 22 (8);
J. Hakemulder 20 (10); J. A. Kuiper 20 (10);
T. Ouwerkerk 20 (10); J. v. Halen 10 (10):
C. Ros 10 (10); J. de Wilde 10 (10); D. Beek
huizen 9 (9); W. Looman 9 (9): C. Varken-
visser 9 (9); P. Baanen 8 (8); J. W. de Groot
8 (8); G. Leroy 8 (4); A. Versteeg 8 (8);
J. Reehorst 7 (7); P. v. d. Zwart 6 (6);
D. Appers 2 (2); V. Smit 2 (2).
behaald.
Nieuwe opgaven
v. d. Berg. Daarna brengen we een vraag
stuk van een pas beginnend problemist.
Zoals insiders zullen opmerken bevat dit
probleem enkele technische tekortkomingen
(schijf 26 is figurant en het slotmotief is
niet scherp). De afwikkeling is echter niet
onaardig, zodat wij het ter aanmoediging
gaarne een plaatsje geven.
No. 609 A. Kammeraat, Ter Aar.
Beide problemen tellen voor de ladder-
wedstrijd. Oplossingen in te zenden binnen
3 weken.
Correspondentie betreffende deze rubriek
aan de heer W. Jurg. Vrederustlaan 176
Den Haag.