Op schriftelijk onderwijs
komt beter toezicht
Pro Rege opende 54ste
tehuis voor militairen
Dokter Van der Meer aan
V.U. gepromoveerd
Beroepingswerk
Prot. chr. partijen
tegen subsidie
voor „Theater"
Een woord voor vandaag
Apostolaat, geen zondagsschool"
Puistjes- Pukkels
DERMASEPT-ZEEP
Opkomende griep
Afscheid Holmer
van de N.C.B.
2
BANKBILJETTEN, DEVIEZEN, GOUD
•^INTERKLAAS is aan de deuren van onze middenstanders niet ongemerkt
voorbij gegaan. Het is echter nog te vroeg om precies te kunnen vaststellen,
hoeveel de omzet is gestegen. De zo juist verschenen cijfers van het Econo
misch Instituut voor de Middenstand lichtten ons nog pas in over de omzetten
in oktober.
Toch blijkt hieruit wel, dat die maand voor een aantal branches reeds goed
is geweest, branches waar men zijn Sinterklaasinkopen pleegt te doen. Zo
blijkt de geldomzet in oktober, vergeleken met oktober 1959, bij de banket
bakkers 9%, bij de kantoorboekhandel 11%, bij de winkels van huishoudelijke
artikelen 12%, bij de zaken waar meubelen en aanverwante artikelen worden
verkocht 9%, bij de slijterijen 6% en bij de goud- en zilver- annex juweliers- I
zaken liefst 19% te zijn gestegen. En dit behoeven wij nog niet eens voor
100% aan Sinterklaas toe te schrijven, want de meeste mensen kopen pas
op het laatste ogenblik.
Wie het ook heeft gemerkt, dat er Sinterklaas is gevierd, dat zijn de banken I
en de Nederlandsche Bank De bankbiljettencirculatie pleegt enkele weken
vóór de komst van de goede man sterk op te lopen. Op 21 november was
er voor 4551 miljoen aan bankbiljetten in omloop, op 28 november was
dit opgelopen tot 4706 miljoen, waarna de circulatie op 5 december daalde 1\/T
tot 4652 miljoen; vorige week vloeiden er nog meer bankbiljetten naar de
centrale bank terug, waardoor de circulatie in het begin van deze week
was gedaald tot 4560 miljoen.
Nu zijn het in de laatste week van november niet alleen de Sinterklaas-
vierders geweest die contanten nodig hadden en daarvoor naar hun bank
toegingen. Tegen het laatst van de maand plegen ook de ondernemingen geld van inspectie ten opzichte van
(Van onze parlementsredactie)
ET DE SANERING van het schriftelijk onderwijs zal verdere
voortgang worden gemaakt, wanneer de invloed van de instel
lingen van schriftelijk onderwijs in de Inspectie van dat onderwijs
(I.S.O.) nog meer wordt beperkt. Ook wordt gedacht aan de mogelijk
heid, door een hogere overheidssubsidie de financiële afhankelijkheid
NED. HERV. KERK
op te halen om haar personeel te kunnen betalen
Op een gegeven ogenblik hebben de banken niet genoeg bankbiljetten in
heffen.
huis en dan moeten zij weer terugvallen op de Nederlandsche Bank. Daardoor reeds
kunnen wij zeggen, dat de Sinterklaasinkopen zich uiteindelijk weerspiegelen
in mutaties van de Weekstaat van de centrale bank. Deze wordt des maan
dags opgemaakt en met enig deduceer- en combineertalent is wel vast te
stellen, welke geldverschuivingen er hebben plaats gevonden
Zo heel gemakkelijk is dit overigens niet. Als de banken bij de centrale
Een belangrijke verbetering heeft
in het begin van dit jaar plaats
Beroepen te Amsterdam (Willem de
dc aangesloten instellingen"op te j $X?*k"k' p F Th' Alldt,s M,d'
Bedankt voor Nunspeet vac. N. Kleer
maker: J. v d. Velden te Dordrecht.
gehad. Sinds januari hebben alleen nog
vertegenwoordigers van de z.g. consu
mentenorganisaties zitting in het be
stuur van de I S O.die als stichting is
opgezet en tot doel heeft, de kwaliteit
van het onderwijs van de aangesloten
deel uit van het bestuur. Hun invloed
is thans beperkt tot enkele commissies
binnen de I.S.O. Een van de belangrijk
ste hiervan is de commissie van erken
ning, die het bestuur adviseert over het
verlenen van erkenning aan nog niet
aangesloten instellingen. Om tot een zui
vere verhouding te komen, wordt er
naar gestreefd, hun stem uit deze com
missie te weren en alleen buitenstaan
ders te laten beslissen over de erken
ning van nog niet aangesloten organisa
ties, die daarom verzoeken.
Financiën
bank bankbiljetten kopen (om dit zo te noemen), dan betalen zij uit haar instellingen te controleren. Met deze
tegoed bij de centrale bank. Maar de sterke stijging van de bankbiljetten- consumentenorganisaties worden met
circul.tlc in dc laatst, week vnn november kwam niet tot uitin, tn een even HandX "^inUr"
sterke daling van het tegoed bij de banken. Door andere oorzaken was er bedienden in Nederland. Voorzitter is een
ook veel geld in de pot van de banken terecht gekomen, zodat deze uit- onafhankelijk onderwijsdeskundige,
eindelijk maar weinig verminderde
1 Daarvoor maakten ook vertegenwoor-
Nadat de aankopen zijn gedaan, zullen de middenstanders de ontvangen digers van de aangesloten instellingen
bankbiljetten naar hun bank brengen. Op een gegeven ogenblik deponeren dm
de banken een deel hiervan weer bij de Nederlandsche Bank: dit betekent,
dat de bankbiljettencirculatie inkrimpt en het tegoed van de banken toe
neemt.
De Weekstaat van de centrale bank geeft veel meer interessant nieuws.
Wij denken dan in de eerste plaats aan de deviezenvoorraad, het o zo
belangrijke stootkussen voor onze economie. Nog dezer dagen heeft de
minister van economische zaken in zijn memorie van antwoord op de begroting
voor 1961 gezegd, dat de deviezenvoorraad een omvang behoort te hebben,
die gelijk is aan circa vijf maanden invoer
Globaal genomen kan dat op een bedrag van 7100 miljoen gesteld worden.
Op de Weekstaat van de Nederlandsche Bank van maandag 12 december
komt echter slechts een voorraad voor van 5910 miljoen. Zo te zien, komen
wij dus heel wat te kort.
Wij bezitten echter meer. De laatste jaren is het de gewoonte geworden,
dat de banken de deviezen, die zij van haar cliënten-exporteurs en andere
zakenlieden kopen, niet alle meer aan de centrale bank overdragen, maar
rentegevend in h-t buitenland beleggen, in elk geval tegen een hogere
rente dan in eigen land is te maken.
Volgens een recente statistiek hadden de 33 voornaamste banken eind
oktober in totaal 1867 miljoen op korte termijn te vorderen. Trekken wij
daar de schulden op korte termijn van af, dan blijft er een netto deviezenbezit
over van 872 miljoen. En daar er eind oktober f. 5954 miljoen aan deviezen
was, kon toen de totale voorraad op 6826 miljoen gesteld worden Onze
voorraad schommelt dus tussen vier en vijf maanden invoer.
Tot slot nog een ander spectaculair cijfer uit de Weekstaat: de goudvoorraad.
Deze vormt weliswaar een onderdeel van de totale deviezenvoorraad, maar
de opstapeling van het goud bij de centrale bank is toch te merkwaardig om
er niet iets van te vertellen.
In het begin van de week bezat deze bank 5204 miljoen aan goud. En daar
een kg te boek staat voor 4254, kunnen wij dus zeggen dat dc Nederlandsche
Bank in het bezit is van 1223.000 kg goud Dit is een enorme hoeveelheid als
wij hem vergelijken met andere naoorlogse jaren: eind december 1957 bezat
de centrale bank 661 000 kg en eind december 1951 281.000 kg. Het laagst
was de voorraad bij de devaluatie in september 1949: 144 000 kg.
Waarom de Nederlandsche Bank de ontvangen deviezen regelmatig omzet
in goud, wordt met zoveel woorden gezegd. De goede verstaander kan alleen
maar concluderen, dat de centrale bank liever goud dan dollars heeft. Ieder
een verwerpt weliswaar de mogelijkheid van een devaluatie van de dollar.
Ook voor de financiële positie van de
1.3.0, wordt een oplossing gezocht. De
overheid betaalt een derde van alle kos
ten. Op de begroting van onderwijs,
kunsten en wetenschappen voor 1961 is
voor dit doel 23.000 uitgetrokken. Een
verhoging van de overheidsbijdrage kan
niet worden verwezenlijkt zonder goed
keuring van de Staten-Generaal.
Toch wordt vrij algemeen een der
gelijke verhoging gewenst geacht, me
de gezien de taak van de I.S.O. De
inspectie vervult haar controlerende
taak zeer nauwlettend, laat een
uiterst kritisch oog gaan over alle
publicaties van de aangesloten instel
lingen en ziet vooral toe of de recla
me de daarvoor gestelde grenzen niet
overschrijdt. Steeds immers worden
dc erkende instellingen verleid tot een
sensationele reclame door de niet aan
gesloten instellingen, die zich heel
A'lverten tie
Dank zijRESA toch nog het
MULO-DIPLOMA
Maak van deze
Bijzondere Aanbieding gebruik
dikwijls propaganda van laag allooi
permitteren
Een voorwaarde voor erkenning is.
dat dergelijke reclame achterwege wordt
gelaten. Het vasthouden aan deze eis
heeft goede resultaten gehad, hetgeen
onder meer valt te constateren uit de
draai, die de reclame van een groot in
stituut heeft genomen, sinds deze in
stelling in de loop van dit jaar, nadat
het reeds jarenlang herhaaldelijk om
erkenning had verzocht, eindelijk deze
erkenning heeft gekregen.
Ook op dc onderwijsbevoegdheid van
de docenten, die voor de aangesloten in
stellingen werken, houdt de Inspectie
toezicht. Het is gebleken, dat 99 procent
van de docenten, die voor het schrifte
lijk onderwijs werken, daartoe wettelijk
bevoegd zijn, een percentage, dat hoger
ligt dan bij welke andere vorm van on
derwijs ook.
Ondanks de in hun vergadering ge
leverde kritiek op bestuur en directie
van de Toneelgroep „Theater", hebben
Gedeputeerde Staten van Overijssel het
gezelschap voor 1960—'61 een subsidie
toegestaan van 53.048.Het voorstel
is aangenomen met 33 tegen negen stem
men (die van de prot. chr. partijen).
Zoals bekend, richtte de kritiek, voor
al die van prot. christelijke zijde, zich
hoofdzakelijk tegen dc opvoering van
Sartre's toneelstuk De ouivel en God"
vanwege de anti-godsdienstige tendens.
De heer J. van Westenbrugge, woord
voerder van de tegenstemmers, zei dat
een dergelijk stuk niet met overheids
subsidie mag worden opgevoerd.
Gedeputeerde J. M. J. Zandschote
'chr h\st ste'.de daarentegen nadruk
kelnk vast. dat hij Sarire's stuk niet had
beschouwd als athe'-stische propaganda,
al kon hij de keuze niet gelukkig vin
den.
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen te Leiderdorp' B. G. Valk
te Heerenveen: te Oosternijkerk: M. van
Harmeien. kand. te 's-Gravenhage.
Beroepbaarstelling: H. Steendam. Hel
perbrink 19a te Groningen is met ingang
van 1 januari a.s. beroepbaar.
BELGISCHE EVANG. ZENDING
Benoemd te Genk en Bree: W. Hes
sels te Brussel, afkomstig van St. Anna
Parochie.
Spoedig een nota?
Liever uitbreiding
dan spreiding w.o.
(Van onze parlementsredactie)
Minister Cals streeft er ernstig naar
de nota ovec de uitbreiding van het ho
ger onderwijs op korte termijn aan de
Tweede Kamer toe te zenden. Hij geeft
de voorkeur aan het gebruik van de
term „uitbreiding" van het w.o., daar
de term „spreiding" ten onrechte de
indruk zou kunnen wekken dat bij de uit
bouw van het w.o. in de komende jaren
de nadruk zou vallen op de oprichting
van nieuwe universiteiten of hogeschor
len. De minister schrijft dit in de memo
rie van antwoord over de o.k. en w. be
groting.
In hetzelfde stuk geeft hij als zijn me
ning te kennen dat internationaal gezien,
in het algemeen niet kan worden ge
sproken van een achterstand in de ont
wikkeling van het wetenschappelijk on
derwijs in Nederland.
,.Een zoon is ons gegeven", zegt Jesaja, die al eerder heeft
geschreven „een kind is ons geboren". Christus werd niet
slechts Zoon des mensen, Hij bleef Zoon van God.
Christus was maar niet een groot generaal die zijn militia
Christi bijeen kwam roepen om met hen in paradepas op de
hemel af te gaan. In Christus daalde de hemel op aarde. „Het
Koninkrijk Gods is onder u", zei Hij tegen zijn discipelen.
In de laatste jaren is veel nadruk gelegd op de grootheid van
God. Zijn overweldigende heiligheid. Zijn „gans anders zijn".
Het is goed daarbij stil te staan. Maar wij mogen niet ver
geten dat die gans andere God" de mensen geheel gelijk is
geworden.
Waarom doet God dat nu", zei gisteren iemand tegen ons
die het moeilijk had. God was voor haar een verre Heerser,
die al haar plannen in de war kwam sturen. Maar zij vergat
dat Christus in Bethlehem iets dergelijks kon zeggen: „Waar
om wilden de mensen Maria niet binnen laten, dan was
Christus toch in hun huis geboren", zei ons dochtertje. Zijn
plannen werden door de mensen in de war gestuurd.
Daarom kan Hij ons zo goed begrijpen als we opstandig zijn.
Maar daarom kunnen we tevens van Hem leren hoe we onze
problemen moeten verwerken.
Advertentie
maar men kan zo denkt men kennelijk bij onze centrale bank nooit DCCA UAI\/CDC!IAA
voorzichtig genoeg zijn. Wellicht dat het grote verlies dat onze bank in het K C D M - PI U V C 3 *J IVI
begin van de dertiger jaren leed door de devaluatie van het Engelse pond
hier een lichtend voorbeeld is.
(Bekende Schriftelijke Cursus)
Ook H B S -üymnasium-Ondcrw.akte
O 1
POLITIE
Dr Volkskrant meent, dat alles
ovrriirfide de politiemannen tevreden mo-
jen zijn over wat hun bonden hebben we
len te bereiken:
„De politiemannen zullen misschien niet
allemaal staan te springen van enthousias
me over wat uiteindelijk, na ingespannen
overleg, nil de bus is gekomen. Het tien
tje meer voor de laagste groep, dat er is
uitgeperst, is op het eerste gezicht niet om
over naar huis tc schrijven. Bij nader in-
zien verandert het beeld echter aanzienlijk.
Daar is het wezenlijke winstpunt, dat de
toelage voor de politie niet uit de pot voor
algemene verbeteringen ten behoeve van
het overheidsperaonrcl wordt gehaald
Daar is voorts het afstappen van „ongr-
makkmtoeslag", die alleen een deel van
liet personeel ten goede zou komen en in
plaat* daarvan de aanvaarding, dat het
hier om een salarisverbetering gaat, die
iedereen dient toe te vallen. Daar ia ten.
slotte de erketining, dat de toelage alleen
bedoeld is als een overbrugging van de pe
riode, waarin hel nog niet mogelijk is tot
een definitieve regeling van de beloning
voor de politie te geraken. Voor deze
groep overheid*dienare*i is in ieder geval
ren eerste stap gezet om een duidelijke
arhterstand in de beloning in te lopen."
De interpellatie-Suurlioff over de Joon-
kwestie in tic metaalindustrie heeft geen
nieuwe gezichtspunten opgeleverd in de
ogen vap liet Algemeen Handel s-
b I a d „Met alle waardering, die wij
voor de figuur van de oud-minister van so
ciale zaken hebben, kunnen wij niet anders
constateren, dan dat zijn interpellatie een
lag in ile lucht was. Het kan zijn dat door
de regering dat wil zeggen door de
staatssecretaris Roolvink zoals de heer
huurhoff stelde, niet, zodra de Yakraud Me
taal de r a n. wilde openbreken, haar stand
punt duidelijk kenbaar heeft gemaakt.
Dit standpunt was echter in het algemeen
bekend en de hoogconjunctuur heeft dit
nog eens gcar< ruiurrnl. Zcrr juist merk
ten minister an Fooy (het deed ons ge
noegen, dat ditmaal de minister nirt al
leen „door de mond van dr staatssecreta
ris" sprak) en de staatssecretaris op, dat
een openbreken van de e.a.o.-metaal zeer
mistige gevolgen zou kunnen hebben voor
het ronjunrluurvrrloop en daarmee voor
de werkgelegenheid. Indien men eonjunc-
Miurpolitirk wil voeren moet men dit ook
dóen. De regering heeft daarom zeer te-
recht voet bij stuk gehoudrn eti getoond
zieh de teugels niet uil handen te laten ne
men. De herinnering, die de minister en
■Ie staatssecretaris opriepen aan hetgeen na
de loonronde van 1*>S6 is gebeurd en dc
daarop gevolgde bestedingsbeperking en
loonstop van.... minister ?"uurlioff was zeer
adrem. Een ezel sloot zieli in het gemeen
niet tweemaal aan dezelfde steen Waar
aan wij haastig toevoegen, dat wij noch
minister Van Rooy. noch de lieer Snor-
hoff met een ezel willen vergelijken. Maar
wel rijst daarbij de vraag of de lieer Suur-
hoff nu wel de aangewezen figuur was om
deze interpellatie te houden.
Advertentie
GELOOFSBELIJDENIS
Ik geloof een heilige, algeme
ne, christelijke kerk... Zo luidt
een regel uit de geloofsbelijdenis
die zondag aan zondag in vele
kerken, door vele gemeenten be
leden wordt. Maar in diezelfde
kerken is men het nog steeds niet
met elkaar eens over de beteke
nis van deze uitspraak. Is het
woord eenhier gewoon een
lidwoord, of is het een telwoord,
zodat het „één" moet zijn, zo
vraagt men zich af. Over deze
kwestie schrijft prof. dr. J. van
Genderen in het orgaan der
christelijke Gereformeerde Ker
ken in Nederland, „De Wekker",
het volgende artikel:
IK geloof een heilige, algemene
christelijke kerk. Zo belijdt de
gemeente het tedere zondag
Ook de kerk is voor ons een ge
loofszaak. Daarom is het van be
lang om deze belijdenis goed te
verstaan.
En het is een feit. dat het artikel
over de kerk verschillend gelezen
wordt. Er zijn zelfs uitgaven, waar
in op de ene plaats een accent staat
hoven het woord „een", waarom
het in dit verband gaat. en op de
andere plaats weer niet.
Het is dan ook geen wonder, dat
de vraag gesteld wordt, of dit
woord in de apostolische geloofs
belijdenis nu een lidwoord of een
telwoord is.
Is het een kerk of één kerk?
Om deze vraag te kunnen beant
woorden. moeten wij uiteraard te
ruggaan op de oorspronkelijke tekst.
De geschiedenis van het ont
staan van het Apostolicum, die nog
al gecompliceerd is. kunnen wii la
ten rusten Alleen is het van belang
om te weten, dat er een oudere
vorm van bekend is, waarin dit ar
tikel korter is geformuleerd (ik ge
loof een heilige kerk) en een jonge
re vorm met: ik geloof een heilige,
algemene kerk.
Zo staat het zowel in de Griekse
als in de Latijnse tekst. De laatste
heeft: credo sanctam ecclesiam ca-
tholicam Noch in het Grieks noch
in het Latijn wordt het telwoord
gebruikt
Er is dus geen grond om te le
zen: één kerk
In de officiële tekst van het Apo
stolicum. zoals deze voorkomt in
het Lutherse Konkordienbuch ont
breekt een telwoord. Eveneens in
de geloofsbelijdenis, zoals deze in de
Heidelbergse Catechismus Is opge
nomen (Zondag 7).
En wie er nog aan twijfelt vindt
het overtuigend bewijs in Zondag
21. Daar wordt immers niet ge
vraagd: Wat gelooft gij van de
éne. heilige, algemene christelijke
keik. maar: Wat gelooft gij van de
heilige, algemene christelijke kerk.
Uit de werken van Ursinus en
Olevianus, waarin het Apostolicum
verklaard wordt, blijkt trouwens
ook. dat zij met van mening waren,
dat er een telwoord staat. Men
vergelijke de ..Grote Catechismus"
en het ..Schatboek" van Ursinus.
en de „Verklaring der apostolische
geloofsbelijdenis" en „Het wc.zen
van het genadeverbond" van Olea-
vianus.
De conclusie blijft, dat het woord
„een" in het Apostolicum niet als
een telwoord op te vatten is.
HOE zou het toch komen, dat het
zo verleidelijk is om „één" te
lezen"
Wellicht spreekt de bijbelse visie
op de eenheid van de kerk daarin
mee. Misschien speelt ook de ge
dachte aan de „Una sancta" een
rol.
En dat is maar niet een idee. Het
is een werkelijkheid, die wij op
grond van Gods Woord belijden.
Tot de schat van de kerk der
eeuwen behoort ook de zgn. belij
denis van Nicea met de woorden:
En één. heilige, algemene en apos
tolische kerk (et unam, sanctam.
catholicam et apostolicam eccle
siam).
In de tijd. waarin dit symbool
ontstond, was het beslist niet over
bodig. dat behalve de heiligheid
en de katholiciteit ook de eenheid
en de apostoliciteit van de kerk uit
drukkelijk werden beleden.
En wij stemmen er nog van har
te mee in!
Maar het Apostolicum lezen wij,
zoals het vanouds gelezen en ver
staan is.
Alleen zou nog te overwegen zijn,
of dc tekst van het credo ook niet
als volgt weergegeven zou kunnen
worden: Ik geloof de heilige, al-
gemene (christelijke) kerk.
dat de Reformatie het anders
was gaan verstaan.
In het eerste Lutherse belijdenis
geschrift. de Augsburgse Confessie
van 1530, valt het ons op. dat de
Duitse tekst spreekt van een hei
lige christelijke kerk. maar de La
tijnse tekst van één heilige kerk.
Hetzelfde merkwaardige ver
schijnsel doet zich voor in de Ca
techismus van Genève. die Cal-
vijn heeft opgesteld. Volgens de
Franse tekst zeggen wij in het vier
de deel van de apostolische geloofs
belijdenis. dat wij de algemene
kerk geloven. Maar volgens de La
tijnse tekst, die hier en daar van
de Franse afwijkt, belijden wij de
éne. heilige, algemene kei
loven.
Toch moet men hier niet uit af
leiden. dat„een" en „één" (of„de"
en „één") in de tijd van de Refor
matie blijkbaar naast elkaar ge
bruikt worden.
van den Brink. Hij meent, dat het
bepaalde lidwoord zonder nadruk
de voorkeur verdient boven het on
bepaalde, omdat het uitdrukking
Men zou dan ook moeten zeggen:
de vergeving der zonden, de weder
opstanding des vleses en het eeuwi
ge leven.
Met wijzigingen dient men ech
ter voorzichtig te zijn.
Het ging in dit Wekker-artikel al
leen over de juiste lezing van een
passage van de belijdenis
Er wordt niet mee bedoeld, dat
men minder aan de eenheid der
kerk zal denken.
Dat wij ln het Apostolicum lezen
wat er staat, neemt niet weg, dat
ook de eenheid van de kerk voor
ons een geloofszaak is. waar wij
niet genoeg ernst mee kunnen ma
ken!
Vrijdagmiddag is de heer C. van
der Meer, internist en lid van de
medische staf van de V.U., aan
de Vrije Universiteit gepromo
veerd tot doctor in de genees
kunde op een proefschrift „De
totale hoeveelheid lichaamswater
bij decompensatio cordis". Voor de
promotie bestond grote belangstel
ling. Promotor was prof. dr. G. A.
Lindeboom, paranymphen waren
drs. D. G. van Til, accountant te
Amsterdam, en drs. J. de Jong, als
fysicus verbonden aan de universi
teit te Nijmegen.
Na de promotie spraken prof. Linde
boom en de rector-magnificus. prof. mr.
I. A. Diepenhorst, waarderende woorden.
Beiden memoreerden zij de tijdrovende
arbeid, door de jonge doctor en een aantal
medewerkers verricht voor de totstand
koming van het proefschrift, dat een uit
gebreid en moeilijk onderwerp d<
vochtbepal'ng in het lichaam bij hartaf
wijkingen omvat.
Prof. Lindeboom noemde de jonge doc
tor een man van geconsumeerde weten
schap, een uitstekend internist, een
voortreffelijk organisator en een zacht
zinnig. doch beslist leider. Hij prees zijn
werk als docent van de studenten en
andere arbeid voor do universiteit. Het
proefschrift kenschetste hij als eerlijk,
degelijk en grondig.
Cornells van der Meer werd in 1922 in
Rotterdam geboren. Hij bezocht het
Marnix-Gymnasium en ging later medi
cijnen studtren aan de Stedelijke Univer
siteit van Amsterdam. In 1951 deed hij
zijn artsexamen. Na de vervulling van
zijn militaire dienstplicht verbond dokter
Van der Meer zich in 1952 aan de Vrije
Universiteit. Hiei specialiseerde hij zich
in de interne geneeskunde. Thans is hü
kliniekhoofd en plaatsvervangend hoofd
van de afdeling in het Weesperplein
ziekenhuis te Amsterdam.
(Van een onzer verslaggevers)
Stil ligt het dorpje Schalkhaar weg
gedoken in het Overijsselse land ach
ter Deventer. Er is wat autoverkeer
op de weg maar verder ademt alles
diepe rust.
Toch kan het hier erg druk zijn.
Te Schalkhaar bevindt zich het beeld
je van Onze Lieve Vrouw van Fries
wijk, dat hele drommen rooms-katho-
lieke Overijsselaars bij tijden naar
het dorp weet te trekken. Want
Schalkhaar draagt een uitgesproken
r.k. karakter. Een protestantse kerk
vindt men er niet.
Er wonen wèl protestanten te Schalk
haar. o.a. militairen. Zij horen bij Colm-
schate. wat de hervormden betreft, en
bij Deventer wat de overigen aangaat.
'rijdag is te Schalkhaar echter een
protestants gebouw geopeno': een mili
tair tehuis. Het staat recht tegenover
de kazerne op een stuk grond dat men
voor een schappelijke prijs verwerven
kon.
In dit 54ste tehuis van de Kon. Mil.
Bond Pro Rege heerste een bijzonder
opgewekte sfeer, toen kol. B D G. Wie*
lirvga als voorzitter van de Militaire
Bond de opening verrichtte.
Vorstelijke geschenken
In de reeks nieuwe tehuizen van de
Militaire Bond is dit het veertiende.
Evenals alle vorige ontwierpen de ar
chitecten Van Donkelaar on Bodegraven i
dit tehuis. Zij hebben er bijzonder slag j
van om deze gebouwen gezellig, licht
en doelmatig te maken, zoals blijkt uit
de diverse typen tehuizen die onder hun
leiding zijn- gebouwd of gerestaureerd.
Bij de openingsplechtigheid voerden,
conform de traditie, velen het woord.
Wij noemen burgemeester S. Cromme-
lin van Diepenveen, waartoe Schalkhaar
behoort; generaal J. H. Couzy. voorzit
ter van het Prot. Interkerkelijk Thuis
front: generaal-majoor J. C. de Vries,
commandant van de le divisie („7 de-
cemberoivisie"), die te Schalkhaar ge
legerd is.
Generaal De Vries achtte christelijke
tehuizen van veel belang. Want zij hel
pen de westelijke wereldbeschouwing
in stand houden en verbreiden. Volgens
de generaal komt deze overeen met de
christelijke wereldbeschouwing
Ds. W. M. le Cointre, die bij geen
enkele opening gemist wordt, bracht de
gelukwensen over van de gereformeerde
deputaten voor de geestelijke verzor
ging van zee-, land- en luchtmacht.
Vast en zeker zijn ook altijd ae jeugd
organisaties op het appèl. Evenals het
merendeel van de bovengenoemde spre
kers brachten zij geschenken mee. En
dat zijn steeds vorstelijke cadeaux.
De heer K. Hoeve van het Chr. Jon
geren-Verbond bood een bibliotheek aan,
bestaande uit honderd boeken. Het was
de 55ste maal. dat dit gebeurde, de te
huizen in „Oost en West" meegerekend.
Bovendien zorgt het C.J.V. doorlopend
voor vernieuwing, aanvulling en sane
ring van bestaande bibliotheken.
Mr. Chr. F. Bramer kwam namens de
Bond van Geref. jeugdverenigingen
voor de dag met een piano, met het
hele meubilair van het tehuis, met een
radio, een bandrecorder, twee biljarts
en een bedrag van vijfduizend gulden!
De heer Wielinga deelde voorts nog
mede. dat de landelijke contactcommis
sie Welzijnszorg Militairen van het
Prins Bernhardfonds een bedrag van
24.000 had ontvangen, te verdelen over
de protestants-christelijke-, de r.k.- en
de Hunianitas-tehuizen, en bestemd voor
uitbreiding der bibliotheken
Advertentie
verkrijgbMr bij i» erkende kenloermechim
Advertentie
gevatte kou of pijn zet niet door
bij tijdig gebruik van de
veelzijdig samengestelde
Sanapirin (Mijnhard!) Koker 90 en 60 cl.
Ds. K. J. Quast overleden
In de ouderdom van 76 jaar is te
Wichmond overleden de hervormde
emeritus predikant ds K. J. Quast, die
jarenlang in Indonesië predikant is ge
weest. Ds. Quast werd in een predikants
gezin geboren en was hulpprediker in
Reclinghausen. In 1913 werd hij tot pre
dikant bevestigd in de hervormde ge
meente van Grootegast. vanwaar hij drie
jaar later vertrok naar Siddeburen. In
1921 werd ds. Quast beroepen naar Indo
nesië. Hij werkte zes jaar in Pasoeroean
en zes jaar in Djakarta. Na zijn terug
keer in Nederland diende hij nog de
gemeente van Frederiksoord en acht
tien jaar lang zijn laatste gemeente
Goutum in Friesland. In 1953 ging hij
met emeritaat.
Mej. DL E. Groneman.
vicaris, overleden
De vicaris van de hervormde gemeen
te tc Engelum. mej. M. E. Groneman,
is overleden
Mej. Groneman werd 17 januari 1908
te Hengelo geboren. Zij studeerde in
Groningen Sinds 1951 was zij vicaris
bij de Ned Herv keijc te Engelum.
Zij heeft velerlei functies bekleed en
was onder meer secretaresse van de
Prov. Vereniging van Vrijzinnige Her
vormden. presidente van de Afdeling
Friesland van de Vrijzinnige Hervorm
de VTouwenfederatie in Nederland cn
redactrice van het orgaan van die bond.
I „Klokkenklank".
LIEVE PETER,
Het 4; iaat, ik kan niet slapen en ik heb hoofdpijn: de
vlammende pijn die je krijgt van steeds laat naar bed gaan.
heel gemeen, zo af en toe een vork boven je ogen. Weet je dat
er heel veel verschillende hoofdpijnen zijn? Ik heb 't vaak, ik
zou er een boek over kunnen schrijven en misschien doe ik dat
nog wel eens: bladzij voor bladzij met de hoofdpijn afrekenen.
Maar een boek helemaal over hoofdpijn dat zal wel niemand
interesseren, denk je ook niet?
Vanochtend hebben we op school een dubbele regenboog ge
zien. we stonden met z'n allen voor de ramen, langzaam werd
hij vager en toen we in onze banken zaten trok de lucht dicht
en begon het weer hardnekkig te regenen, net als in dat ver
haaltje.
Weet je, Peter, ik heb als klein meisje werkelijk eens opge
sloten gezeten: ik moest een knotje katoen pakken, fwe breiden
smoezelige kruikezakjes met kromme pennen en stugge katoen
in nare kleuren, ik benijdde de jongens altijd, die kregen gym
of tekenen), ik bukte me en deed de grote groene trommel open
toen kwam de deur tegen mijn rug, 't geluid van een sleutel
die omgedraaid werd Eerst was 't wel leuk. een piepklein ka
mertje waar 't rook naar handwerken en oude boeken, gedempt
hoorde ik de herrie fn de klas. (We kropen onder de banken om
van alles op te rapen om elkaar te prikken). Maar ik kon niet
rechtop staan, ik struikelde over de trommel, herinnerde me het
verhaal van jonkvrouw Maleen (ken je dat?): ze werd ingemet
seld in een toren, met eten voor zeven jaar, maar ze vergaten
haar. u'ant er kwam oorlog en nog veel meer nare verhaaltjes,
dat ik het er warm van kreeg, ik begon te schoppen, te bonzen,
te schreeuwen handwerkles was altijd een bende maar
uren later (vijf minuten kunnen heel lang zijn) hebben ze me
toch bevrijd...
Toch ben ik liever het meisje in de kast dan een van die an
dere kinderen, ze zullen zich schuldig voelen en elkaar de
schuld geven en het meisje dat zo vreemd was heeft mis
schien door haar tranen heen het licht van kleur zien verande
ren. in elke kart zit bijna een ruitje maar zielig blijft het.
Zeven jaar regen, zeven jaar overschoenen, parapluus, kap
laarzen, regenjassen, plassen langs de stoep, klokkende goten
ik zou als ik dat meisje was alles lezen over de zon, me er
alles over laten vertellen, er naartoe leven, elke dag eraan
denken, net als een verjaardag, en de kast proberen te vergeten.
Het lege plekje van Sybille is een beetje opgevuld, ik heb in
de lappendoos m'n oude vriendje teruggevonden (hoe heb ik
hem kunnen vergeten!), heel stoffig en vuil. maar ik heb hem
z'n hansopje gewassen, gaatjes gestopt: en ik heb hem een nieu
we kraag en een nieuwe naam gegeven: Pierrot, want hij is
een clown die plezier heeft in alles. Toch. hij kan Sybille niet
vervangen. Sybille rende naar haar hoekje als mijn gepraat
haar te machtig werd, maar Pierrot leeft helemaal afhankelijk
van mij, begrijp je het een beetje?
Dit wordt een hele lange nacht, ik kan toch niet meer slapen.
Misschien schuif ik de gordijnen wat open, er varen grote, bijna
witte wolken voorbij, de sterren schitteren koortsachtig. Mis
schien zal ik het wel dag zien worden, heel langzaam verkleurt
mijn stukje lucht, dat is het fijne van een eigen raam, dat je
een stukje lucht voor jezelf hebt. Als ik nu maar geen hoofd
pijn had...
Dag, lieve Peter, zouden er veel mensen wakker liggen, als
ik?
JE MARJA.
Paus benoemt vier
nieuwe kardinalen
Paul Johannes heeft vier nieuwe kar
dinalen benoemd. Het zijn Giuseppe
Ferretto, een Italiaans lid van het Va-
tikaanse Curia. Joseph E. Ritter. aarts
bisschop van St. Louis, Verenigde Sta
ten, Luis Concha. Cordoba, aartsbis
schop van Cordoba en Jose Umberto
Quintero, aartsbisschop van Caracas.
De vier kardinalen zullen op 16 jan.
tijdens een geheim consistorie tot het
ambt worden verheven.
Het college van kardinalen zal na de
verheffing van de vier nieuwe kardina
len niet minder dan 86 leden tellen. Er
waren vandaag nog geen aanwijzingen
dat de paus op het komend consistorie
de namen zal bekendmaken van de drie
kardinalen, die hij op 28 maart 1960
„in pectore" aangewezen heeft.
Prof. Uytenbogaardt
aanvaardde ambt
De heer W. Uytenbogaardt, die wc
tenschappelijk hoofdambtenaar aan de
Vrije Universiteit en die voordien in
Zweden als geoloog heeft gestudeerd
en gewerkt, heeft gisterenmiddag in
het Woest^uincentrum te Amsterdam
zijn ambt van gewoon hoogleraar in de
mineralogie en petrologie voor de stu
dierichting geologie aan de Vrije Uni
versiteit aanvaard met het uitspreken
van een rede getiteld „Een verkennings
tocht door het gebied der mineralogie
en petrologie.
De heer Uytenbogaardt hoopt binnen
kort in Zweden te promoveren tot doc
tor in de wis- en natuurkunde.
(Van onze sociaal-economische
redactie)
Gerhard Holmer heeft gisteren we
gens het bereiken van de pensioenge
rechtigde leeftijd aftcheid genomen
als penningmeester van de Nederland
se Christelijke Bond van Werknemers
in de Hout- en Bouwnijverheid. Tij
dens een drukbezochte receptie in ho
tel Noord-Brabant te Utrecht werden
tot hem harteliike wnorden gesproken.
In de eerste n!aats door de voorzitter
van de NCR., de heer ,7. van Fiber-
gen. voorts door de heer C A. Bikker
namens het C N V. en de heer H. Pe
ters namens de hij h»t C.N.V. aange
sloten ornari-aties. De heer C. Bnu-
tner sprak als secrete'is van de Chr.
Bond van patroons in het Mcubile-
rinasbedrijf en ook de vertegevioonr- I
digers van andere bevriende vaknroa-
nisaties lietm zich niet onbetuigd. Fen
en ander ging aenaord met de over
handiging van de bekende enveloppen
met inhoud, boekenbonnen en gram-
mnfoonplaten.
De heer Holmer is sinds ziin 18de
jaar lid van de Christeliike vakbewe- i
ffing. In 1918 sloot hii zich aan bij de I
Nederlandse Christeliike Bond van
Houtbewerkers en Meubelmakers, de la
tere N.C.B. Gerhard koos het beroep
van meubelmaker en vestigde zich in
Waddinxveen. Als vurig voorstander van i
de christeliike vakbeweging slaagde hij
er in het aantal van drie leden, dat ziin
bond :n Waddinxveen slechts telde, in
korte :üd op te voeren tot over de hon
derd. Het was dan ook geen wonder, I
dat toen het bondsbestuur later een pro-
oagandist zocht. Holmer de benoeming j
kreeg. Op 1 november 1946 volgde ziin I
benoeming tot bopdsbestuurder en sinds I
1950 beheerde de heer Holmer de finan- i
ciën van zijn bond. Na de fusie tussen 1
de hout- en de bouworganisaties in 1955
werd Holmer tweede penningmeester!
van de grote bond „Een harde werker I
en een goed vrind heeft de bond veria-1
ten aldus de heer J. van Eibergen. j