Uiv probleem is het onze
EREDOCTORAAT VOOR
DS. N. VAN DER ZIJPP
N.O.V. wil vierjarige
cursus kleuterleidster
min
Urgentie-opleiding voor
soeiale arbeid
Lutli. Kerk in Oliio gaat
leken leren preken
Lekasin
MEER KLAARHEID GEVRAAGD
EEN OPEN OOG GEBODEN
EENTONIGE ARBEID
Binnenkort 9 kerken
in Noordoostpolder
„Petitionement"
van protestanten
Een woord voor vandaag
Russische bijbels
worden in het
buitenland verkocht
2
QP verrock van de regering is de organisatie-commissie van de Sociaal-
Economische Raad op het ogenblik bezig met het opsporen van weer-
standen, welke er bij het bedrijfsleven bestaan tegen de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisatie. Tevens gaat de commissie na, of de bestaande bedrijfs-
lichamen wel goed functioneren.
De Sociaal-Economische Raad krijgt in februari al een nota van de commissie,
waarover de raad dan in de april-vergadering zal kunnen discussiëren. Mocht
de discussie in de raad zelf nog nieuwe gezichtspunten opleveren, dan zal
men de regering, behalve het rapport van de organisatie-commissie, ook
een verslag doen toekomen van de besprekingen in de raad zelf.
De bedoeling is, dat zowel in de organisatie-commissie als in de S.E.R. een
vrijblijvende discussie zal worden gevoerd om de tongen los te krijgen en
er dus achter te komen, hoe de verschillende groeperingen van het bedrijfs
leven nu precies over de p.b.o. denken.
Wij vragen ons echter af, of dit plan zal slagen en of de regering op deze
wijze wel een verklaring voorgelegd zal krijgen, waarmee zij iets beginnen
kan, waaraan zij houvast heeft.
Het is namelijk uitdrukkelijk niet de bedoeling van de S.E.R., noch van de
de organisatie-commissie, dat er gezocht zal worden naar een standpunt
van deze colleges met betrekking tot de p.b.o.; er zullen dus geen stemmingen
plaats vinden, en nog minder zal er sprake zijn van minderheids- of meerder
heidsrapporten.
Het is desondanks mogelijk, dat de werkwijze van de S.E.R. een succes wordt,
indien de leden voldoende begrip zullen tonen voor de situatie en zich duide'ijk
omlijnd uitspreken. Mocht dit echter minder goed slagen, dan lijkt het ons
toch juist, dat er een standpunt uitge'okt wordt en men eventuele voorstellen
in stemming brengt. Op deze wijze zal het resultaat concreter kunnen zijn.
Dat de raad bereid is, alles in het werk te stellen om deze studie zo goed
mogelijk te doen slagen, bewijzen de zes vraagpunten, waarop men de dis
cussie wil toespitsen. De S.EJt. wenst aan deze vraagpunten ruimere bekend
heid te geven, in de eerste plaats om de discussie reeds tijdig op gang te
brengen, en in de tweede plaats om ieder de gelegenheid te bieden aan deze
vraagpunten nog nieuwe toe te voegen.
Zo wordt de verhouding vrije organisaties en publiekrechtelijke bedrijfs-
lichamen aan de orde gesteld. Zul'en bedrijfslicbamcn alleen ingesteld moeten
worden voor relatief grote gebieden en zullen de vrije organisaties de taken
op onderdelen moeten blijven vervullen? Welk karakter zullen eventuele
voorschriften met betrekking tot de onderlinge verhouding van organisaties
en bedrijfs'ichamen moeten dragen?
Hie* wordt wel een zeer belangrijk punt van de problematiek rondom de
p.b.o. geraant.
De andere vraagpunten, welke wij hier kort samenvatten, achten wij even
eens terecht gesteld. Bevat de Wet op de Bedrijfsorganisatie zelf bepaa'de
belemmeringen, zoals de afbakening van het bedrijfsleven, de paritaire
bestuurssamenstelling, de regeling van de besluitvorming en de gedeelte'ijke
openbaarheid en voorts de invloed van de overheid? Bestaat er behoefte aan
het overnemen van taken en bevoegdheden van de centrale overheid? Hoe
denkt men over de vaststelling van de rege'ing op sociaal terrein bij veror
dening en we'ke invloed verwacht men hierop van ondernemingsgewijze
regelingen? Kan voldoende worden voorzien in regelingen op economisch
terrein, zoals met betrekking tot de mededinging? En zijn er misschien, sinds
het van kracht worden van de Wet op de Bedrijfsorganisatie, veranderingen
gekomen in de taak en de positie van de sociaal-economische groepen
(E.E.G.!), waardoor een hernieuwd beraad nodig zou zijn over het uitgangs
punt van de wet?
Allemaal vragen, welke, indien zij eerlijk en openhartig worden doorgepraat,
zullen kunnen leiden tot verheldering van het inzicht in de opvattingen rond
om de p.b.o.
We bopen, dat het bedrijfsleven in dit opzicht duidelijk zijn verantwoor
delijkheid zal verstaan en aan onze regering en volksvertegenwoordiging
een rapport zal voorleggen, waaruit conclusies getrokken kunnen worden en
waarmee men zal kunnen werken.
Het gaat hier om een hoogst belangrijke zaak, waarover, meer dan tien jaar
na het inwerkingtreden van de Wet op de Bedrijfsorganisatie, een grotere
klaarheid toch wel dringend gewenst is.
ONLANGS bracht een onzer medewerkers een weekeinde door in een
vormingscentrum van de Westduitse C.V.J.M. (de oude naam is daar dus
nog in zwang). Naast jeugd uit alle kringen waren er ook leidende figuren
uit de Bondsrepubliek, op zichzelf al een goed teken.
Er zijn hem nog meer dingen opgevallen, die ook voor ons van belang zijn.
In Nederland wordt nogal eens de klacht vernomen, dat de christelijke
politiek, in het bijzonder in deze tijd van deelnemen aan de regering, reli
gieus weinig aanspreekt, en zo weinig christelijk gehalte heeft. Dan lijkt
het wel, alsof een goede sociaal-economische techniek voldoende is in de
min of meer neutrale staat, die Nederland is.
Uit de bijgewoonde discussie nu is onze medewerker gebleken, dat in de Bonds
republiek voor velen het grondwetsartikel over „het regeren in verantwoor
ding voor God en mensen" geen holle frase is.
Ook werden over het verleden onder Hitier duidelijke en goede dingen
gezegd en men legde er tevens de nadruk op, dat naar het woord van Christus
de hand aan de ploeg geslagen diende te worden en vooruitgezien naar de
roeping.
Nu zou men kunnen zeggen, dat zulk een min of meer geselecteerd gezelschap
geen goede indruk geeft. Doch een opinieonderzoek, in augustus van dit jaar
in Duitsland gehouden, heeft aangetoond, dat vijf en tachtig procent tegen
„een man als Hitler' was, waarnaast tien procent geen mening had.
Vergeleken met gelijke onderzoeken sinds 1953 blijkt bovendien, dat, dank
zij stellig het optreden van de regering-Adenauer, de Duitsers tot een betere
bezinning op de politiek zijn gekomen.
In de wereld van de film en literatuur is het gebruik, het nazisme en in het
algemeen West-Duitsland nog steeds af te schilderen als het grote gevaar.
Zo leiden vele opinievormers de aandacht af van Moskou en Peking. Daar
tegenover behoren wij een open oog te hebben voor de ideologieën die ons
thans bedreigen.
De MODERNE ontwikkeling van landbouw, industrie en handel eist een
steeds groeiend aantal geschoolde arbeiders. Niet alleen hun algemene
ontwikkeling moet groter zijn dan die van de doorsnee-arbeider in het verle
den, ook hun technische kennis moet uitgebreider wezen.
Het is niet voor tegenspraak vatbaar, dat bijvoorbeeld de tegenwoordige land
arbeider behoefte heeft aan diepere kennis van de verschillende produkten,
van de bemesting, van de machines, die thans in het bedrijf gebezigd worden,
dan de landarbeider uit een vroegere periode. Hij moet niet alleen met de
„hand", maar ook wel terdege met het „hoofd" werken. Vandaar ook de
landbouwscholen, de avondcursussen enz.
Zakelijk kan hetzelfde ook gezegd worden van zeer vele arbeiders in de nij
verheid. Hun geschooldheid is anders dan die van de vakman uit vroeger tijd.
Maar zij is zeker niet van minder gehalte.
Het is dan ook onjuist, wanneer er gezegd wordt, dat „de" moderne industrie
slechts zekere oefening eist in het verrichten van bepaalde handgrepen, waar
bij tenslotte het denkend verstand nauwelijks meer actief behoeft te zijn.
Voor het uitgebreide verkeersterrein geldt hetzelfde. De machinist, de bestuur
der van een auto, moet werkelijk zijn hersens wel gebruiken.
De nieuwste ontwikkeling, waartoe de atoomenergie de stoot zal geven, zal
vermoedelijk aan vele werkers nog hogere eisen gaan stellen.
Toch is er ook nog veel, meer of minder monotone arbeid. Hij was er ook in
het verleden. Men mene niet, dat „de" arbeiders voorheen de gelegenheid had
den om iets van zichzelf in hun werk tot uitdrukking te brengen, terwijl zij
dat nü niet meer vermogen. Dan maakt men in elk geval de tegenstelling
veel te scherp. Wie op dc hoogte is, zal moeten erkennen, dat de technische
ontwikkeling ertoe heeft bijgedragen, dat veel noodzakelijke monotone arbeid
door de machine kon worden overgenomen. De machine heeft in vele gevallen
de arbeid van de mens bevrijd van neerdrukkende tendenzen.
Maar met dat al moet toegestemd worden, dat er nog veel monotone arbeid
is, dat de ver doorgevoerde arbeidsverdeling velen noodzaakt tot het verrich
ten van werkzaamheden, die geestdodend genoemd kunnen worden. Vooral
bij oppervlakkige beschouwing.
Van meer dan één zijde is er echter op gewezen, dat veel mensen slechts
over beperkte capaciteiten beschikken. Zij zouden, zegt men, geen hoger ge
kwalificeerde arbeid aan kunnen. Zeer eenvoudig werk bevredigt hen, omdat
zij gevoelen: wij verrichten toch noodzakelijke arbeid, wij zijn als volwaardige
mensen ingeschakeld In het produktieproccs.
In deze opmerking zal wel een element van waarheid liggen. Er zijn mensen,
die de begaafdheid mLssen om zelfstandig ingewikkeld werk te verrichten. De
publicaties over begaafdheldsonderzoek en intelligentie hebben dit wel aan'
nemelijk gemaakt. Maar of het monotone werk zelfs aan zulke weinig begaaf
den altijd voldoening geeft, schijnt ons nog zeer de vraag.
Veel zal hier wel afhangen van hun geestelijke instelling en van de sfeer,
waarin zij hun arbeid verrichten. Worden zij daar inderdaad als volwaardigen
beschouwd, die weliswaar eenvoudig, maar'toch volstrekt noodzakelijk werk
presteren? Aan die erkenning heeft in het verleden nog al een en ander ont
broken. Thans komt hier evenwel verandering, die mede niet alleen
het gevolg is van een gewijzigde verhouding tussen „vraag" en „aanbod"
op wat men de „arbeidsmarkt" noemt.
„Mede", zeggen wij met nadruk. Invloed heeft stellig óók dc veranderde gees
tesgesteldheid der ondernemers.
De monotone arbeid is een vraagstuk, dat ons niet geheel met rust mag laten.
Enerzijds maakt men er zich wat al te gemakkelijk van af door te wijzen
op de beperktheid van het vraagstuk, dank zij de toenemende behoefte aan
geschoolden. Men heeft ook wel gehoord, dat er mensen zijn, die in zulk mono
toon werk behagen scheppen, omdat zij in hun gedachten met andere dingen
bezig kunnen zijn.
Anderzijds wordt een overdreven voorstelling gegeven van de fabriekssfeer
en van de omvang van het monotone werk. Men meent dat bijna allen er
onder lijden. Maar men berust in het onvermijdelijke.
Noch het een, noch het ander is juist.
Beruepineswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Windesheim: C. M. v.
Ede, vic. te Deventer; te Hoogvliet (toez.)
J. C. Btegman te Bergentheim.
Aangenomen naar Emmen: C. Smit te
Diever
CHRIST. GEREF. KERKEN
Berdepen te London (Ontario Canada):
Joh. Prins te Groningen.
GEREFORMEERDE GEMEENTEN
Bedankt voor Benthuizen: Chr. V. Dam
te Rotterdam-Z.
Ds. J. Kramer
overleden
Te Arnhem is op bijna tachtigjarige
leeftijd overleden de hervormde emeri
tus predikant ds. J. Kramer. Hij werd
vandaag in Elden, waar hij tot aan
zijn emeritaat predikant was, begraven.
In 1908 werd ds. Kramer in Molkwerum
tot predikant bevestigd. Hij diende ver
volgens de gemeenten Nes en Wiersum
en Nieuwolda. In 1924 werd hij in El-
den bevestigd, waar hij in 1948 met
emeritaat ging. Hij stichtte daar onder
Universiteit van Amsterdam heeft
besloten een eredoctoraat in de
godgeleerdheid te verlenen aan ds.
N. van der Zijpp uit Rotterdam,
lector van de Doopsgezinde Kweek
school aan de Universiteit van
Amsterdam, voor zijn belangrijke
publikaties op het gebied van de
geschiedenis van de Anabaptis-
tische Beweging en der Menno-
nitische Gemeenten, inzonderheid
zijn handboek over de geschiedenis
der doopsgezinden en zijn mede
werking aan de Mennonite Ency
clopedia,
De erepromotie geschiedt op de dies
der universiteit, op 9 januari 1961. Pro
motor is prof. dr. W. J. Kooiman.
Ds. Van der Zijpp werd geboren op
2 april 1900 te Warns (Fr.) In Sneek
volgde hij het gymnasium, daarna stu
deerde hij aan de Gemeentelijke Univer
siteit van Amsterdam theologie en semi-
De Nederlandse Onderwijzers
vereniging (N.O.V.) zal 28, 29
en 30 december in het Kurhaus
te Scheveningen haar vijftiende
algemene vergadering houden.
Tijdens de vergadering zal on
der meer gesproken worden over
het rapport De opleiding van de
kleuterleidsters. In haar verga
dering van 1958 heeft het hoofd
bestuur een commissie, bestaan
de uit mevr. U. Tellegen-Velri
stra en de heren dr. L. van Gel-
ROZENBURG
Dc negatieve strekking van het rapport
van de commissie-Van Berknm ten aanzien
van het p!an-Rozenbnrg noopt twee bladen
tot het geven van hnn visie.
De Nieuwe Rotterdamse Cou
rant schrijft: „Voor Rotterdam beteke
nen de conclusies enerzijds een teleur
stelling: men kan niet meer rekenen op
de verwezenlijking van een plan-Rozen
burg met de medewerking van „de grote
drie" gezamenlijk. Anderzijds wordt Rot
terdam nu niet langer aan het lijntje ge
houden. Als er nu sprake is van bepaalde
gevoelens van Rotterdam, moet men daar
bij toch wel bedenken, dat de kwestie van
oen staalbedrijf op Rozenburg geen uit
sluitend Rotterdamse zaak is. Het is in de
eerste plaats een nationale zaak. Een ba
sisindustrie is nu eenmaal geen louter
plaatselijke aangelegenheid in een land, dat
niet rijk aan basisindustrieën is. En zeer
het bijzonder is er sprake van een na
tionale zaak, zodra de mogelijkheid van
buitenlandse deelneming aan de orde komt.
Als inderdaad Rozenburg een allervoor
treffelijkste vestigingsplaats voor een staal
bedrijf is wat men met klem kan horen
betogen don komen er natuurlijk lief
hebbers opdagen. Maar dan zal Nederland
alles moeten doen om te zorgen dat het
staalbedrijf op Rozenburg geen overwegend
buitenlandse aangelegenheid wordt. Juist
hierom boort dc Nederlandse regering ten
zeerste belang in de kwestie Rozenburg te
stellen. Deze week zal de begroting van
economische zaken in dc Tweede Kamer
aan de orde komen: een prachtige gelegen
heid om met minister De Pous over die
kwestie Ie spreken."
De Telegraaf spreekt zelfs van een
onnationaal advies: „Hoewel elke deskun-
digo dc opvatting is toegedaan, dat het
staalverbruik in de toekomst zal blijven
stijgen, heeft een staalcommissie onder
voorzitterschap vnn prof. dr. P. P.
Berkum een afwijzend advies uitgebracht
over de oprichting van een nienw geïnte
greerd ijzer- en staalbedrijf op Rozenburg.
Dit onnationalc advies is te wijten aan liet
feit, dat men het nodig heeft geoordeeld,
dat het advies voornamelijk werd opgesteld
door belanghebbenden. Het is allerminst
een geheim, dat in de commissie-Van Ber
kum do dienst wordt uitgemaakt door de
Hoogovens, die zich met hand en tand
verzetten tegen dc vestiging van een twee
de staalbedrijf in ons land, waardoor zij
niet meer dc alleenheerschappij zouden
kunnen nitoefenen. Hun invloed is zo ver
gegaan, dat zij ook de mcdceommissiele-
den tot ondertekening van het rapport
hebben kunnen bewegen, hoewel prof. Van
Berknm en de Staatsmijnen meermalen
hebben laten weten, dat zij voorstanders
zijn van het Rozenbnrg-projecl.
Maar er is nog meer. Het rapport meel
in den brede uit, dat de Nederlandse be
hoefte aan niet platte slaalproduktcn niet
voldoende zou zijn voor een vestiging van
een rendabele staalindustrie, doch er wordt
nauwelijks gesproken over de reële export-
kansen, zelfs niet over die in de zes Euro
pese landen, die een gemeenschappelijke
markt voor ijzer en staal hebben. Het
voorshands negatieve rapport is daarom zo
ernstig, omdol de medewerking van
Hoogovens voor een nationaal bedrijf vrij
wel onmisbaar is. De Hoogovens hebben ech
ter mede beïnvloed door hun deelneming
in een Duits staalconcern het niet kunnen
opbrengen hel nationale belang te laten pre
valeren boven bet eigenbelang."
Advertenties
De senaat van de Gemeentelijke tische letterkunde. Na ongeveer een
- J jaar colleges te hebben gevolgd aan de
Universiteit te Bern werd ds. Van der
Zijpp in 1926 doopsgezind predikant te
Zijldijk. Daarna stond hij achtereenvol
gens in Joure en Almelo. Sedert 1946 is
hij predikant te Rotterdam. Hij heeft
een studiereis naar de Verenigde Staten
en Canada gemaakt.
Sinds oktober 1954 is hij lector aan
e Doopsgezinde Kweekschool tot oplei
ding van Predikanten te Amsterdam.
Tot de werken die ds. Van der Zijpp
het licht deed zien, behoren. „De oude
doopsgezinden en de weerloosheid".
..Menno Simonsz" en „Geschiedenis der
doopsgezinden in Nederland". Hij schreef
talrijke artikelen in binnen- en buiten
landse bladen.
Op 15 december a.s. wordt de her
vormde kerk te Nagele in de Noordoost-
polder in gebruik genomen, waardoor
het aantal kerkgebouwen in deze pol
der tot negen zal stijgen.
Aanvankelijk werden overal in de
Noordoostpolder de kerkdiensten in de
barakken der werkkampen gehouden.
Na de bevrijding kregen Emmeloord en
Ens al spoedig een noodkerk, in 1946
gevolgd door Marknesse. De hervormde
gemeente De Noordoostpolder kwam in
1947 tot stand en de eerste echte kerk,
werd in Emmeloord gebouwd en in 1952
gebruik genomen.
Naar alle waarschijnlijkheid zal nog
deze maand de bouw worden aanbe
steed van de kerken in Espel en Tolle-
beek. Deze beide kerken zullen een bij
zonder stempel dragen omdat zij het
gemeenschappelijk bezit zullen worden
van hervormden en gereformeerden. De
ze nemen ieder voor de helft aan de
bouwkosten deel en ook de beheerskos
ten worden later gemeenschappelijk ge
dragen.
Na de Noordoostpolder komt thans
oostelijk Flevoland aan de beurt. Enke
le weken geleden is de eerste hervorm
de predikant, ds. A. J. Hoorn bevestigd
tot predikant voor buitengewone werk
zaamheden, met als opdracht de geeste-
lijke verzorging van oostelijk Flevoland.
Een kerk is er nog niet de eerste zal
in Dronten verrijzen.
der en E. Steenbergen, benoemd,
die tot opdracht kreeg een nade
re uitwerking te geven van de
eisen, die gesteld worden aan de
opleiding van de kleuterleidster.
In het rapport wordt aangedrongen op
:n vierjarige opleiding voor kleuter
leidsters. bestaande uit een drie-jarige
dagopleiding en een part-time opleiding
van een jaar. Het thans naast elkaar
bestaan van een twee- en een driejarige
opleiding verhindert volgens de com
missie een gelijkgerichte benadering van
het opleidingsprobleem.
De opleiding van thans is volgens het
rapport ook te weinig gericht op peda
gogische vorming van de aspirant-kleu
terleidster. terwijl de noodzaak van een
goede pedagogische ooleiding wel aller-
wege wordt erkend. Een van de grote
moeilijkheden in de huidige opleiding is
volgens het rapport het ontbreken van
een integratie tussen praktijk en theorie
enerzijds en tussen de verschillende
vakken anderzijds.
Dit wordt nog versterkt door het ont
breken van een vaste staf van docenten,
die als geheel voor de opleiding verant
woordelijk is. De commissie adviseert
om bij de opleiding te streven naar een
nauwe verbinding tussen praktijk en
theorie, een sterkere integratie van de
vakken en een meer persoonlijke bege
leiding van de leerlingen tijdens hun op-
leidingstijd. Om dit te bereiken is de
aanstelling van stafdocenten noodzake
lijk. aldus het rapport.
Ook wordt aanbevolen de nieuwe leer
lingen tijdens een introductieperiode in
studiegroepen op te vangen. De voor
stellen tot het aanstellen van stafdo
centen en het inrichten van een intro-
duktieperiode hebben, besluit het rap
port, tot doel de integratie in de oplei
ding te bevorderen en daardoor de do
centen in staat te stellen meer aandacht
aan de persoonlijkheidsvorming van de
aspirant-kleuterleidster te besteden.
De rectoren, leraren en bestuursleden
van meer dan duizend protestants-chris
telijke scholen in Brazilië hebben zich
met een petitie gericht tot de senaat
van hun land. Zij spreken zich uit over
het nieuwe wetsontwerp, waarbij het
onderwijs in Brazilië opnieuw wordt ge
regeld. De onderwijsmensen boden de
petitie tevens namens de Raad van
Evangelische Kerken aan. Zij vragen
om de volledige oacificatie van het on
derwijs en subsidie voor de eigen scho
len. tevens vragen ze om volledige vrij
heid voor de openbare scholen. Ze
waarschuwen de senaat tegen een con
fessioneel opvoedingsmonopolie, zoals de
Rooms-katholieke Kerk van Brazilië dat
eist.
De Braziliaanse protestantse kerken
hebben met kracht het probleem van
het analphabetisme aangepakt. Nog al
tijd kunnen 40 procent van de Brazi
lianen niet lezen of schrijven. De ker
ken hebben lagere, middelbare en hoge
re scholen gesticht, kweekscholen, se
minaria en zelfs een eigen universiteit.
Bovendien hebben zij in vele centra
avondscholen gesticht om oudere men
sen lezen en schrijven te leren.
Een van de allerbekendste messiaanse teksten is wel „Er zal
een rijsje voortkomen uit de afgehouwen tronk van Isai en
een scheut uit zijn wortels zal vrucht voortbrengen." Christus
is niet de bekroning van Davids stamboom, maar een zijtak, j
Deze stamboom houdt eigenlijk op bij koning Jojakim. Deze
verscheurde de profetie van Jeremia en dan zegt God: „Hij
zal niemand hebben die op de troon van David is gezeten."
(Jer. 36:30.) Deze naam is zelfs geschrapt uit het geslachts-
register van Jozef door Mattheus.
Maar er staat nog een geslachtsregister in de bijbel, namelijk
in Lucas 3, een register waarin de naam Salomo niet eens
voorkomt, omdat het een register is van een geslacht dat via
David over de broer van Salomo, Nathan, loopt. Het kan niet
anders of dat register moet het register van Maria zijn, die
eveneens uit het huis van David was.
Christus werd geboren in het huis van Jozef, maar niet uit
Jozef. Zo werd de vloek van God in Jeremia vervuld, maar
zo werd tevens de profetie van Jesaja vervuld. Onder aan de
stamboom schoot een nieuwe scheut uit, die de wereld nieuw
leven zou geven. Gods woord werd letterlijk vervuld.
Nieuw initiatief
van Nijenburgh
Naast de gewone dagopleiding hoopt
de Gereformeerde Akademie voor
Sociale Arbeid „De Nijenburgh", Am
sterdamse straatweg 39 te Baarn, een
urgentie-opleiding voor sociale arbeid
te gaan verzorgen met ingang van fe
bruari 1961.
Deze opleiding is bedoeld voor hen.
die zonder diploma van een akademie
voor sociale arbeid reeds in het maat
schappelijk werk of het sociaal-culture-
Volgens berichten in Zweedse bladen
worden de bijbels, die onlangs in de
Sowjetunie werden gedrukt in een be
trekkelijke kleine oplage om in de gro
te behoefte aan bijbels te voorzien,
voornamelijk in het buitenland ver
kocht. In de Sowjetunie is het bijna
volslagen onmogelijk om een bijbel te
konen. De biibels in de openbare lees
zalen en bibliotheken worden niet aan
gewone mensen uitgeleend. Zij mogen
alleen uitgeleend worden aan theologen.
De Lutherse Kerken van de Verenig- pensioneerden kunnen een cursus volgen
ItckKai. JA C.1 .1 1
de Staten hebben in de stad Springfield
Ohio een experimentele lekenopleiding
gesticht, die ten doel heeft de taak van
de predikanten te verlichten. Via spe
ciale cursussen die gegeven worden aan
de theologische faculteit van de univer
siteit van Wittenberg willen de luthera
nen de mensen uit de kerkbank aan het
werk zetten.
De leken kunnen kiezen uit vijf ver
schillende mogelijkheden die variëren
van een volledige predikantsopleiding in
ijltempo tot een spoedcursus voor zon
dagsschoolonderwijzers en huisbezoe
kers.
Oudere lidmaten die alsnog predi
kant willen worden, kunnen zich laten
Inschrijven voor een theologische studie
van vijf jaar, waarin zij alle stof te
verwerken krijgen die jorigere studen
ten in de loop van zeven jaar doorwer
ken. Met deze opleiding is reeds een be-
5in gemaakt en men hoopt dat zij een
ïjdrage zal leveren tot opheffing van
het grote predikantentekort.
Er wordt echter zeer binnenkort ook
een begin gemaakt met cursussen die
op kortere termijn de nood moeten le
nigen. Er komt een heel eenvoudige
theologische opleiding voor mensen die
in hun vrije tijd graag de kerk op ver
schillende manieren willen dienen. Ge-
van zes maanden, die hen klaar stoomt
voor de kansel. Jongeren een cursus
van drie maanden voor ander kerkelijk
werk. Bovendien begint spoedig een
cursus van 12 maanden op universitair
niveau, voor mensen met een weten
schappelijke scholing, die graag de ker
ken willen gaan dienen. Deze laatste op
leiding geeft zelfs een universitaire
graad.
Tevens zullen elders in het land cur
sussen gegeven worden om de lidmaten
een beter begrip bij te brengen van het
werk van de kerk in onze tijd.
De president van de universiteit is
dr. Clarence C. Stoughton. Hij is direk-
teur geweest van de lutherse leken be
weging en van 1952 tot 1957 voorzitter
van de Lutherse Wereldfederatie voor
gemeentelijk leven. Dr. Stoughton heeft
gezegd, dat het hele programma in
1961 op gang zal komen. Hiervoor zal
het personeel van de faculteit onder
meer aangevuld' moeten worden met
een direkteur en een instructeur,
verklaarde hij.
De synode van C.iio heeft voor het
programma in 1961 een bedrag van
20.000 dollar bestemd. Daarnaast heeft
de universiteit de commissie van hoger
onderwijs nog om een aanvulling van
10.000 dollar gevraagd.
Advertentie
een (ytéur^) pro du kt
le werk werkzaam zijn, alsmede voor
hen. die in het sociale werk een func
tie zouden willen verwerven. Voor bei
de groepen biedt de urgentie-opleiding
de mogelijkheid van vakbekwaming.
Tot dusver bestond er voor hen, die
op wat rijpere leeftijd in de sociale
arbeid een werkkring zouden willen
vinden, geen mogelijkheid om dit plan
via een deugdelijke opleiding te ver
werkelijken. Thans is dat wel het ge
val. Wanneer zij voldoen aan de toe
latingseisen kunnen zij, blijvend in bun
huidige werkkring, met februari ter
stond beginnen.
Eerst na verloop van het eerste jaar,
wanneer dus ruimschoots gelegenheid is
geweest tot nadere kennismaking met
het werk en zijn achtergronden, dient
naar een werkkring in de sociale ar
beid te worden gezocht.
Gedurende het eerste jaar wordt de
opleiding verzorgd op twee avonden in
de week. Waar deze avondlessen zullen j
worden gegeven, in Baarn of elders,
hangt van de aanmeldingen af; wan
neer Baarn voor de kandidaten te moei
lijk bereikbaar is, wordt een gunstiger
gelegen plaats gezocht.
De Nijenburgh hoopt door middel van
deze nieuwe urgentie-opleiding een bij
drage te leveren in de voorziening in
het grote tebrek aan werkers en werk
sters in de sociale arbeid, waarvan het
belang en de noodzaak hoe langer hoe
meer worden ingezien.
R.K. STUDENT WON DE
VOSSWS-PRIJSVRAAG
De uitslag van de prijsvraag die de
Gemeente Universiteit van Amsterdam
heeft gehouden, is in een vergadering
van de senaat vastgesteld.
Deze prijsvraag was uitgeschreven
door de faculteit der letteren en wijs
begeerte. De opdracht luidde als volgt:
„De faculteit vraagt een schets van
leven en werken van Gerhardus Johan-
nes Vossius als grondslag voor verdere
bestudering van dit onderwerp".
Het antwoord waaraan de erepenning j
is toegekend had als motto: „Wat treurt I
ghij hooghgeleerde vos?" Bij de opening!
van het naambriefje bleek de schrijver
C. S. M. Rademaker te zijn, student
gesc'.iiedenis aan de R. K. Universiteit
te Nijmegen.
De gouden medaille zal worden uitge
reikt in de plechtige zitting van de
dies natalis der Universiteit op maan-j
dag 9 januari.
Advertentie
UNESCO GEEFT
ONDERWIJS VOORRANG
De voltallige assemblee van de alge
mene conferentie van de Organisatie der<
V.N. voor Onderwijs, Wetenschap en;
Cultuur, heeft dinsdag een door India;
en Groot-Britannië ingediende resolutie
aanvaard, waarin de uitvoerende raad en
de directeur-generaal worden uitgenodigd
meer voorrang te verlenen aan het onder-
wijs, bfj het opstellen van de toekomstige!
programma's der organisatie. Het onder-
wijs zou dezelfde aandacht moeten krij
gen als de kwestie van de economische
hulp aan de technisch minder ontwikkel
de ianden.
In de resolutie baseert men zich op de
overwegingen dat in de gehele wereld j
bijna de helft der kind'eren van school-
gaande leeftijd geen schoolonderwijs ge
nieten, dat het onderwijs In pas onafhan
kelijk geworden landen de sleutel is voor
hun materiële welzijn en stabiliteit als
staat en dat in de totale hulp der V.N. het
onderwijs onvoldoende wordt gesteund in
verhouding tot de behoeften.
Vraag: Mijn voornaam is Evert.
Heeft deze naam een betekenis? Is dit
een goed Hollandse naam of is de
naam uit de Franse tijd blijven han
gen?
Antwoord: De naam is van vader
landse oorsprong en wordt veelal aan-
Ïenomen een afkorting te zijn van
Iverhard of Everardus. Dit betekent
zo sterk of moedig als een ever. Wij
herinneren nog aan de vele Nederland
se zeehelden, die de naam Evertsen
hebben gedragen. Dit betekent zoon
van Evert.
Vraag: Van de vroege jeugd af aan
hebben wij voor onze kinderen spaar
bankboekjes genomen en daarop aar
dig gespaard. Maar nu is het bij een
onzer kennissen voorgekomen, dat 'een
der kinderen na de meerderjarigheid
in korte tijd het geld heeft verkwist,
hoewel hij behoorlijk verdiende. Is er
nu niet een middel om te voorkomen,
dat kinderen nadat zij meerderjarig
zijn te snel door hun geld heen komen?
Antwoord: U zou bijvoorbeeld voor
dat dc kinderen meerderjarig worden
het geld kunnen besteden voor nuttige
aanschaffingen; Boeken, meubels, an
dere goederen, voor een studiebeurs,
enz.
Vraag; In mijn kelder heb ik veel
last van ongedierte. Hóe kan ik dit
het beste uitroeien?
Antwoord: Evenals bij het voorko
men van slakken in een kelder (waar
over wij onlangs schreven) kunt u het
ongedierte opruimen door gebrande
gips in de kelder te strooien. Een paar
padden zorgen eveneens wel voor de
opruiming, doch dit legt u de ver
plichting op deze dieren goed te ver
zorgen. Een ander middel is een paar
bieten in de kelder te leggen. Het on
gedierte kruipt er in en dan kunt u de
bieten weggooien of vernietigen. Hier
mede zijn de middelen nog niet uitge
put, want u kan een paar bloempotten
in de kelder plaatsen en deze vooi
drie kwart vullen met goed gekookte
aardappelen. Daarop legge men wal
gras en zet de potten tegen de kei
dermuur. Binnen enkele dagen zal he'
ongedierte daarin te vinden zijn. waar
na u zelf voor de verdelging kunt zor
gen.
Vraag: Is wittebrood minder voed
zaam dan gewoon tarwebrood? Of Ir
tarwebrood meer gewild omdat het
lichter verteerbaar is?
Antwoord: Bruin brood of roggebrood
is beter voor het gebit en bevat meer
voor bet lichaam nodige stoffen Wit
tebrood is gebakken van zuiver witte
tarwebloem, volkorenbrood van tarwe- een drogist of een dergelijke zaak. Na
meel, bruin brood van tarwemeel en
tarwebloem, roggebrood van rogge
meel. In tarwe- en roggemeel komen,
behalve veel zetmeelstoffen, eiwitten,
vitaminen, zouten en een weinig vet
voor. Tarwebloem heeft wel dezelfde
voedingsstoffen, maar door de bewer
king zijn vitaminen en zouten verloren
gegaan.
Vraag: Hoe komt het dat het kei
zerrijk van Hailé Selassie twee na
men heeft? Voor de oorlog noemde
men het Abessinië en thans Ethiopië.
Antwoord: Met Ethiopië is het het
zelfde geval als met andere landen, die
een vroegere naam niet langer willen
voeren. De naam Abessinië had name-
'ijk een enigszins minachtende beteke
nis, en daarom heeft men de voor
keur gegeven „an de naam, die reeds
sinds oeroude tijden aan het land werd
gegeven: Ethiopië.
Vraag: Hoe kan ik een eikriiouten
tafeltje beitsen?
Antwoord: Indien het tafeltje nog
niet blank is. moet u de oude beits
eerst verwiideren. Hiervoor kan u een
nfbijtmiddel krijgen bij een drogist of
een soortgelijke zaak. Is het tafeltje
mooi blank geworden, aan moet u het
eerst verder goed glad schuren. Ver
volgens kunt ii beitsen in de kleur die
u wenst. De beits kunt u krijgen bij
het beitsen moet u de tafel goed laten
drogen, vervolgens uitborstelen, weer
schuren en weer beitsen, laten drogen
en uitborstelen. Hierna kun u de tafel
een dag wat drogen en desgewenst in
de was zetten.
Vraag: Ik heb een aphalandra, die
wel heel sterk het blad laat vallen.
Ook heeft de plant last van luis. De
bladeren hangen stijf naar beneden en
krijgen bruine randen of vlekken.
Daarna vallen zij af en zelfs zijn er
gave bladen die afvallen. Hoe kan ik
deze plant het beste behandelen?
Antwoord: De uit Brazilië afkomsti- j
ge aphlandra is een mooie sierplant,
die het uitstekend kan doen bij nor
male kamertemperatuur. Men moet de
plant veel sproeien met lauw water. Na
de bloei moet men haar zo nodig ver
potten in een goede bloemistengrond.
De plant mag s zomers niet in de fel
le zon staan. Tegen de luis zijn ver
schillende middelen met gebruiksaan
wijzing in de handel verkrijgbaar. Een
goed huismiddel is twintig gram zach
te zeep in een liter water oplossen.
Daarna flink roeren en er tien gram 1
brandspiritus aan toe voegen. Met tus-
senpozen van tien dagen moet men
met dit middel SDuiten Na enkele ma
len spuiten zullen de luizen wel ver-
dwenen zijn.