BLANK KALFSVLEES phofokina d&oJi UIT KEULEN <~}7leió}e uit <^Polen ZATERDAG 8 OKTOBER 1960 /~\P de Photokina 1960 in de grote Messe-hallen van Keu- len-Deutz hebben niet alleen de aan de technische kant van het fotograferen verknochten hun hart kunnen ophalen aan de tal loze nieuwigheden, die de came ra-industrie daar op massale wijze voorschotelde, maar deze tiende na-oorlogse expositie ging bovendien vergezeld van een unieke culturele ma nifestatie. Want als steeds was in een van de grote zalen een ex positie ingericht van de beste resultaten, die top-fotografen wisten te leveren. En daarmee werd te gelijkertijd bewezen, dat het oog van de camera nu wel ge automatiseerd en ge perfectioneerd mag zijn, maar dat er toch altijd nog een men selijk oog in de zoeker van dat verfijnde instrument nodig is om het onderwerp ook op een wer kelijk bijzondere wüze te „zien". Op deze pagina werden daarvan enkele frappante voorbeelden bij eengebracht in een serie bijzon dere foto's. Dat de ontwikkeling van de automatiek slechts tot stand kon komen dank zij een nog nauwer luisterende en door de fotocél stipt gestuurde sluiter hebben we in ons vorig artikel reeds geschre ven. De in de foto-tentoonstellings hal ondergebrachte modelshow „Van objectiefkap tot denkende camera" bewees dit nog eens te dellen) hoe zo'n camera-sluiter nu precies werkte aan het begin van de fotografie en wat daar thans bij de invoering van de volledige automatiek bij komt kijken. Fabriek werd uit de grond gestampt „Indië verloren, rampspoed geboren!" Nóg horen we deze waarschuwende woorden als moker slagen in de oren klinken. Mokerslagen van een Schouten, van een Welter, van een Helfrich en van anderen die be seften, welke grote dingen er op het spel stonden. En ondanks alles raakten we Indië kwijt, eerst gedeeltelijk, toen helemaal. Maar de rampspoed, waarvan in die uitroep gewag werd gemaakt, is er gelukkig! niet op gevolgd. Althans niet in die zin, dat land en volk er gebukt onder moesten gaan. 1 DIERENBESCHERMING OOK AKKOORD I Naast de techniek ook de artisticiteit „We zijn echter wèl heel kwets baar geworden", Is er nadien in vele toonaarden gezegd. En mis schien is dat ook zo! Maar dan nog hoeft de Leeuw niet bij voorbaat te wankelen, omdat in de Lage Landen altijd weer mannen geboren blijken te worden, die het klavier der le venskunst voortreffelijk weten te bespelen. Waarmee wij doelen op die kleine, doch o zo vindingrijke groep van „businessmen" die, hoe dan ook, mogelijkheden ziet om ons aller hoofd boven water te houden. Aan hen moesten we denken, toen we ons onlangs onverwacht* voor zo iemand zagen geplaatst. Hij had een gesprek van ons afgeluisterd. verontschuldigde zich daarvoor, maakte zich be kend als de heer D. Kroeske (38) uit Ermelo en.... kort daarop sto ven we in zijn blauwe I.D. 19 langs de meest bochtige wegen van de Veluwezoom. Ter inleiding van zijn antwoord streek hij zich eerst eens door de rossige haren, wees toen op het dashboard en merkte op: ,.Ik heb deze wagen nu weer bijna vier maanden...." klokje rond Daar de kilometerteller op 36.000 stond lag de conclusie voor de hand, dat deze man er ruim 9000 per maand pleegt af te leg gen. En die conclusie bleek ook juist: binnen het jaar is hij ..liet klokje rond geweest", zoals dat heet in het automobilistenjargon. de binnenlandse markt i ken, hebben we ook groot suc-pt in het buitenland. Dat komt n; tuurlijk niet vanzelf. Daarviic doorkruis ik al een lief deel ve Europa, 'k Zal volgend jaar it Persoonlijk En dan waren er de vele hon derden foto's. Van de Amerikaan Man Ray, wiens 60 platen uit de jaren 19241934 bewezen, dat de ze eerste „subjectivist" met zijn optisch-chemische hulpmiddelen er in slaagde op de fotografie een eigen persoonlijk stempel te druk- De afdeling „Magie van de kleur" toonde, hoe de fotokunste naars van verleden en heden steeds meer en steeds indrukwek kender kleur gingen bekennen. Deze ,,color"-serie was niet zo maar een hoeveelheid gekleurde i foto's, het waren stuk voor stuk kunstuitingen van het spel met licht en kleur. Beroeps „De beroepsfotograaf, gisteren, heden en morgen" was de titel van een reeks, die het werk liet zien van Albert Renger-Patzsch; foto-analyses van Fritz Brill, in dustriële platen van Walter Nurn- berg en verder was er op de ex positie ook zeer ruime plaats in- ruimd aan de vaak zeer professio neel aandoende werkstukken van jeugdige foto-amateurs, wier werk (verdiend) een plaats had gekre gen temidden van de groten uit het vak in het onderdeel „Jugend photographiert" en diezelfde jeugd illustreerde het dagelijks leven in en om het huis in een eveneens representatieve verzameling. Azië „Zoals wij leven in Azië", een1' Unesco-bijdrage, gaf beelden van dit werelddeel, Europese week bladen toonden hun beste foto- reportages, en van wijlen Lisa "i Larsen was er een prachtige reeks „Mensen in Polen", voorts werd een postume hulde gebracht aan de overleden dierenfotografen Michael Grzlmek en Wilhelm Schack en de meesters van het portret hadden ook hun verdiende de plaats in een van de Halle-hoeken gekregen, terwijl onder het motto „Springplank Pho tokina" werk van jonge beroepsmen- teurs destijds ir het reeds traditio neel geworden on- S derdeel „De Jeugd fotografeert" wa- ren „doorgebro- plaats had gekre- gen. Ook de foto grafie in de recla- me werd aanschou welijk gemaakt in fraaie beelden en zo was alles op deze Photokina- expositie boeiend en indrukwekkend met meestal de mens in het mid- delpunt en werd overduidelijk aan getoond, dat foto graferen als kunst nog wel even iets anders is dan ge- 'J knopje drukken Een vrolijk lachend meisje in een menigte, het juiste ogenblik gevangen door wijlen Lisa Larsen in haar serie „Mensen in Polen" (foto hierboven), een „macro"-opnume van een lichtschakelaar uit de experimentele periode van Man Ray (foto rechtsboven) en daaronder een plaat uit de serie „Zoals wij leven in Azië" van een Koreaanse voorts een c/ose-up van een leeuw van Wilhelm Schack en een prachtige opiwme van de krantenlezer en Regi Relang uit de serie „De beroepsfotograaf' nog grotere wagen nodig heb- Op dit moment remde hij krachtig, zodat we haast onmid dellijk stil stonden. Dat was in de buurt van het kasteel Staverden, waar we uitstapten voor een nieuw, hoog gebouw met schuine daken, dat denken deed aan een kapitale modelboerderij. Links er van stond een oud complex, met daarachter drie nieuwe langge rekte, lagere gebouwen, die op broeikassen leken, maar over hun volle lengte kleine ramen in de muren hadden en met pannen wa ren gedekt. Kunstmelk „Twee jaar geleden", aldus de heer Kroeske geboren en geto gen in de Friese gemeente Op- sterland „was hier alleen nog maar die graanmaalderij van Gardenbroek. Ik sprak eens met de schoon zoon, de heer P. Broere (35), over wat wij kunstmelk noemen, een veevoederprodukt, dat een jaar of acht terug voor het eerst aan de markt kwam. Boeve zag er ook aanstonds wat in, zodat we wat gingen experimenteren in die maalderij: En daar de resul taten boven verwachting waren, besloten we deze fabriek en die stallen te bouwen. De fabriek is echter al lang te klein, zodat, ge lijk u ziet, er aan de rechterzijde net zo'n gebouw tegenaan wordt gezet. En we weten reeds, dat als dit werk klaar is, er direct aan nog zo'n gebouw moet worden be gonnen". Kunstmelk, zo werd ons duide- delijk gemaakt, is het middel voor een zeer rendabele produktie van wit kalfsvlees een gerecht, dat licht verteerbaar is, doch door de Nederlandse huisvrouw maar zelden op tafel wordt ge bracht, daar de goede kwaliteit bij de slager 8 a 10 per kg kost. In het buitenland zijn er evenwel genoeg, die deze prijs wèl kunnen of willen beta len. Hetgeen, nu de produktie de laatste acht jaar vertienvoudigd is, een deviezenbron belooft te worden, waarvan de omvang in de naaste toekomst nauwelijks hoog genoeg kan worden aange- „Wat is nu kunstmelk?" vroe gen we de heer Kroeske. Hij wilde ons er wel wat van vertellen en ook wel een en an der tonen, maar het naadje van de kous moesten we niet van hem verlangen. Aan de top „Er zijn al zo, veertig bedrijven in Nederland die kunstmelk pro duceren", zo zei hij, „en nu gaat het er maar om, wiens produkt het meest voldoet. Wij zijn nog wel niet de grootste fabriek in den lande, maar toch hebben we in die twee jaar bereikt, dat we met onze produktie van tiendui zend zakken per maand al aan de top staan. Onze samenstelling en bereidingswijze houden we dus liever onder ons. In het algemeen kan ik wèl zeg gen, dat 70 pet. van onze kunst melk uit magere melkpoeder be staat, dat is dus volle melk, waar aan alle boter is onttrokken en die daarna is ingedainp. Wij doen dit niet zelf, maar kopen de ze poeder van de gewone melkfa brieken. Nadat de poeder in gro te mengketels is gedaan worden er via sproeiers zowel dierlijke als plantaardige vetten ingespo ten, die tot 70° C. zijn verhit. Er ontstaat aldus een warme brij, die wordt afgekoeld en in juten zakken geschept waarna men ze veertien dagen laat liggen om te besterven. Na die twee weken is de brij veranderd in een steenhar de klomp, die alleen maar uit de zakken kan worden verwijderd door ze onder een stampmachine te leggen. Het aldus ontstane gruis behoeft nu nog slechts ge malen te worden en de kunst melk kan in papieren zakken (met een inhoud van 25 kg) de wereld in. Eigenlijk is het dan nog geen melk. Maar daarvoor behoeft de boer slechts in een be paalde verhouding water toe te voegen en te roeren. Met dit al zou men kunstmelk de margarine voor de kalveren kunnen noemen", zo zei de heer Kroeske. „Te meer, daar er ook nog zgn. groeistoffen aan worden toegevoegd, zoals vitammes. Voorts gaat er mangaan in, ko per, kobalt etc.. alles natuurlijk in uiterst kleine hoeveelheden, maar voor een gezonde groei zijl zulke stoffen noodzakelijk." Biest „Maar waarom de jonge kalf jes niet met volle melk gemest?" wilden we weten. „Laten we vooropstellen", al dus de heer Kroeske, „dat de moedermelk nooit te vervangen is. Het is dus zaak de pasgebo ren beesten althans die eerste week de moedermelk te gunnen. Dat is dus de biest. Maar zou men daarna nog 12 a 13 weken dus de hele mestperiode vol le melk blijven voederen, zoals men dit vroeger placht te doen, dan werd er nog altijd bitter wei nig aan verdiend. Vandaar dat de mesterij van kalveren tot voor kort niet zoveel om het lijf had. een besparing dus een extra winst van soms meer dan 100 per kalf en dan wordt mesten in teressant. Op tal van plaatsen in ons land treft men dan ook al speciale meststallen aan, die ruimte bieden aan 50 tot 100 kal veren. En het ziet er naar uit, dat het mesten van varkens en het houden van pluimvee minder zullen worden, daar de verdien sten in deze sectoren voortdurend achteruit gaan". Nog twee voordelen van kunst melk boven volle melk werden ons genoemd. In de eerste plaats het gunstig reageren, wanneer het kalf voor het eerst met kunst melk kennis maakt. De overgang van de biest op de kunstmelk ge schiedt haast „geruisloos", ter wijl de overgang naar volle melk tenzij het melk van de eigen moeder is nogal eens oorzaak is van complicaties. En een boer kan nu eenmaal niet de melk van alle moeders gescheiden houden. Voorts hoeft een boer geen kal veren mee op te ruimen, als de melkgift van de koeien terug loopt. Kunstmelk kan hij immers te allen tijde tot zijn beschik king hebben. Ja, niets verhindert hem meer, als hij zich op het mesten van kalveren wil toeleg gen, er links en rechts kalveren bij te kopen. Als hij er tenminste stalling voor heeft. tal iverpt een koe eenmaal per jaar één kalfje. Maar dit is dan een vierling die in 1959 in het Engelse graafschap Berkshire geboren werd. De moeder wilde echter niets van haar kroost weten, zodat de dieren met volle melk werden opgevoed. Kunstmelk ware beter en voordeliger geweest, zo zegt men in Staverden! Ook als het de bedoe ling was ze op te fokken inplaats van te mesten. Akkoord Nu i de haaldelijk haar stem heeft heven tegen de exploitatie van de zgn. kistkalveren. „Maar", zo deelde de heer Kroeske ons mede. „met de stallen, zoals wij die hier lieten bouwen, en zofils boeren ze op ons advies ook lieten zetten, kan de Dierenbescherming vrede hebben. De kalveren staan niet meer in een donkere, aan alle zij den afgesloten ruimte, die zo klein was, dat ze onmogelijk konden gaan liggen, neen, ze staan thans in boxen, die aan de boven- en achterkant open zijn. Erg breed zijn ze ook niet gestalde koei en staan overigens net zo min ruim maar bet kalf kan er in elk geval z'n gemak van nemen als het wil. Bovendien bestaat de vloer uit latwerk, om vervuiling te voorkomen, terwijl de gier- of mestgoot voortdurend gereinigd wordt. De voorkant van de box bestaat uit een schuif, waardoor 's ochtends en 's avonds een em mer kunstmelk wordt geschoven, die met smaak verorberd wordt". Vier stallen hebben we kunnen bezichtigen; drie bij de fabriek en één bij een boer in Ernst, die kennelijk de wenken van de fa briek trouw had opgevolgd. Het was overal zindelijk en schoon, van tocht was nergens sprake, op enkele meters hoogte was een rieten zoldering aangebracht waardoor het 's winters niet te koud en 's zomers niet te warm kan worden; en de dieren zelf zagen er gezond uit. „Dat is ons eigen belang", merkte de heer Kroeske op. „Want ik moet de boeren anime ren tot mesten over te gaan en ze tevens kunnen tonen, welke fraaie resultaten er met ons pro dukt te behalen zijn als men ook aan de huisvesting van de kalve ren de nodige aandacht besteedt. Wij hebben hier zelfs een regel matige medische controle. Deze is niet strikt noodzakelijk, als men de beesten maar steeds scherp in de gaten houdt. Immers ze lopen eerder een verkoudheid op, of een longontsteking, of diar- rhee dan een gewone koe op stal. Aan de houding alleen al kan men zien of een beest ziek is of het goed maakt. Ze moeten de kop omhoog houden en de neus mag niet abnormaal nat of slijmerig zijn. Bij ziekte geeft men ze wei nig poeder en veel vocht. Ver kouden dieren zijn doorgaans ech ter al na een dag of drie weer beter, doch betreft het een ern stiger geval, dan doet men wijs de veearts erbij te halen, opdat niet^de hele stal wordt geïnfec- Gewicht „Wat weegt een jong kalf?", vroegen we ten slotte de heer Kroeske. Hij liet ons wat door of ficiële instanties gecontroleerde cijfers zien betreffende 40 kalve ren, die een Veluwse boer had gekocht en 13 14 weken had ge mest. Bij aankoop wogen ze ge middeld 40 kg en kostten toen ruim 110 per stuk. Bij de ver koop aan een exportslachterij wo gen ze gemiddeld bijna 140 kg en brachten ruim 420 per stuk op (levend gewicht). Na aftrek van de uitgaven voor het voer dus de kunstmelk de kosten voor afschrijving van de stal en rente verlies bleef er voor de mester op die 40 kalveren bijna 4700 over of bijna 120 per kalf. Dat was dus de beloning voor zijn ar- De oude graanmaalderij te Sta rerden, waar twee „selfmade men" nog maar twee jaar gele den gingen experimenteren en waarnaast thans een fabrieks complex verrijst, dat al bekend heid èn afzet geniet in di verse landen van Europa. resultaten, die een twintig deiV tig gulden lager liggen, zijn stel lig ook nog zeer de moeite waard en allerminst een zeldzaamheid". Toen de heer Kroeske aan het einde van zijn verhaal was, kwam er juist een grote Duitse vrachtwagen-mct-aanhanger het erf oprijden. Er stónden trouwens al enkele vrachtwagens, afkom stig uit andere landen. Niet hele maal zonder trots wees hij daar op. En daarna keek hij even naar de nieuwbouw, die hem kennelijk niet hard genoeg vorderde.. Poppetje op het behang die tientallen effen of fantasie kleuren, kennen we onderdehand allemaal wel. Het kan voor alle mogelijke doeleinden worden ge bruikt en het is gelukkig ook be hoorlijk stevig. Mensen met wat fantasie kunnen er heel wat aan hebben en praat je eens met zo'n vindingrijk iemand over dit mo derne materiaal, waarmee aller lei oude spullen kunnen worden opgeknapt, dan ontdek je vaak, dat zij er net nog iets meer mee kunnen doen. Zoals het maken van.... grappige poppen of dito ord heten mag. En al valt het1 daglicht vordt toch wil, door de samenstelling beesten voor het behang in dé kinderkamer! Inderdaad kan op die manier plak-plastic een bij zonder aardige decoratie worden. Het is zo eenvoudig, men1 te. kenit de figuurtjes op het plastic, knipt ze uit en plakt ze op de muur. de kast of de lampekap. Wie niet kan tekenen, neemt de figuren uit het lievelings-prente- boek van de kleuter maar als voorbeeld: met behulp van een stukje carbon kunnen ze gemak kelijk op helt plastic worden na getekend. Zo kunnen die poppen en dieren het allerleukst doen bo ven het kinderbedje in de vorm van een strip, een enkel grappig geval op een effen geschilderde commode betekent direkt een fleu rige noot, terwijl op een effen lampekapje zo'n plak-plastic fi guurtje een leuke blikvanger kan zijn. Enwanneer de kinder kamer er niet zo onberispelijk meer uitziet, kunt u van de nood een deugd maken, door vuile of be schadigde plekken in het behang te camoufleren door een kleurige dier- of sprookjesfiguur. -fr Chr. Zangersblad Het september-nummer van het Chr. Zangersblad (orgaan van de Kon. Bond van Chr. Zang- en Ora toriumverenigingen, de Pcrpon- cherstr. 104, Den Haag) bevat na een ernstig woord van de eindre dacteur D. Hofstra over de her vatting van het koorwerk na de vacanties, een instructief artikel van Adr. Hager over „Selectie en programmavernieuwing" bij de koren. Corn. Basoski schreef over geestelijke muziek van Pergolesi en verder is er verenigingsnieuws opgenomen, alsmede een bespre king van nieuwe bondsuitgaven»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 15