Op receptie
|oto
Nu kan iedereen flitsfoto's maken!
HE
C
Hoe Johannes 'n held werd
ZATERDAG 24 SEPTEMBER 1960
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ZONDAGSBLAD
VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JE
OP RECEPTIES, waar het onderscheid tussen heer en knecht achter
zwarte pakken verborgen gaat, kijken de zwarte heren altijd
autoritair: zij willen duidelijk maken dat zij geen kelners zijn. De
kelners kennen dat trucje: zij kijken ook autoritair. En een tikje ver
baasd tegelijk, alsof zij zich afvragen hoe dat blad met glazen wel in
hun handen is geraakt. Een dergelijke situatie vereist tact. Zonder dat
is het niet onmogelijk, dat je het gesprek met de dame, die alleen maar
naar de receptie kwam om haar nieuwe hoed te laten bekijken, onder
breekt om de jubilaris zelf te vragen of hij je even een borreltje wil
brengen. De jubilaris gaat immers ook in het zwart gekleed.
Denk niet, dat het overdreven is-, er zijn recepties waar juist de jubilaris,
die toevallig een zachtaardig man is en niet weet hoe te weigeren, zich
het vuur uit de krakende receptieschoenen loopt om de mensen, die
alleen maar kwamen om op zijn kosten iets te gebruiken, van sherry en
sigaren te voorzien.
TV at komt allemaal voor, maar derge
lijke dingen zie je pas als je wat
receptieroutine krijgt. Voor mij was het
de eerste ontvangst; ook het eerste bezoek
aan het hotel, dat mij altijd had aange
keken alsof het precies wist hoeveel er in
mijn portemonnaie zat. Onzin natuurlijk,
maar hotelgevels kijken zo, soms. Zoals ook
een groep vreemde mensen zo kan kijken,
terwijl zij geforceerd-nonchalant welopge
voed staan te doen op een receptie tussen
vorstelijke palmen, gordijnen in konink
lijke kleuren, onder enorme lichtkronen
be
schaafd strijkje.
Het gezelschap keek zo en ik zag mijn
povere sportcostuum verkleuren in de scha
duw van de rokcostuums en rafelig wor
den in de glans van de cocktailjurken. Ik
voelde mij een beetje, een beetje erg, op
gelaten en wist zeker, dat iedereen een
nieuw onderwerp had gevonden om de sle
pende conversatie een nieuw ruggesteuntje
te geven.
TTvIT waj het moment om te bedanken
voor de eer, rechtsomkeert te maken
en terug te gaan naar het baantje
dat mij ellen de keel uithing. Maar het
meisje tegenover mij glimlachte bijzonder
lief, stak mij een ballepuntpen toe en zei
met een stemmetje, dat je je nog vele
jaren herinnert: „Wilt u hier even tekenen?"
Ik tekende en liet me dit nog vertellen:
„Daar vindt u de jubilaris". Zij bleef vrien
delijk; mijn glimmend-geperste sportcostuum
kon haar kennelijk niets schelen en ge
dwee liet ik mij in de juiste richting diri-
IK was binnen. Ik kon niet meer terug,
wilde ook niet terug, want ik was ge
komen om iets te bereiken in de we
reld. Liefst zonder ellebogenwerk; de elle
bogen vormen mijn zwakste punt. En daarom
elleboogde ik mij een nauwelijks met het
blote oog waarneembaar paadje tussen de
welgedane heren met kleine borreltjes en
grote sigaren en massale stemmen en tus
sen de showende dames met uitdagende
jurken en gek-moderne hoeden en jaloerse
blikken, op weg naar de jubilaris en op
zoek naar Kareitje. Ik had het nog nooit
zo bekeken, maar op dat moment werd
het mij duidelijk; zonder Kareltje kon ik
niets beginnen, hier en nergens niet. De
hele wereld draaide om Kareltje, die mijn
vriend is en iets heel belangrijks bij Fles
sen N.V. bovendien. Hij had mij gezegd: ,De
ouwe Van Dipten bij ons gaat met pen
sioen en die baan is net iets voor jou. Ik
heb er al met de directie over gesproken en
het zit, geloof ik, wel snor. Kom op de af
scheidsreceptie van Van Dipten, gedraag
je een beetje fatsoenlijk, niet te opdringerig
en niet meer dan twee borreltjes en zo, dan
zorg ik dat jij in contact komt met onze
directeur, de ouwe meneer Straalman".
DAT had Kareltje, mijn vriend, gezegd. Ik
had hem ontroerd de hand gedrukt en
bedacht vervolgens met blijde verwon
dering hoe rijk ik was met zulk een vriend.
Tót ik oog in oog met de jubilaris stond.
Toen dacht ik alleen nog: „Waar zit die Ka
reltje toch?" De jubilaris keek mij keurend
aan. „Jou ken ik niet", zag ik hem denken
en hij stak mij de hand toe. Mijn hand ont
moette de zijne, ik zei: „Hoe maakt u het
pardon gefeliciteerd". Ik meen dat de
etiquette-makers voor dergelijke gelegen
heden een andere kreet voorschrijven, maar
op dat moment kon ik er echt niet opkomen.
De opgepoetste jubilaris Van Dipten vond
dat kennelijk niet erj£ Om helemaal eerlijk
te zijn: zijn antwoord verraste mij enigszins
Hij zei: „Dat is het juiste woord, gefelici
teerdheel juist ja, want het was een rot
baan. Ik vraag me af hoe ik het hier vijf
tig jaar he buitgehouden. Waar ken ik u
WAT zeg je in zo'n geval? „Ik ben uw op
volger, tenminste als de directie het
goedvindt?" Nee, dat doe je niet. Je
mompelt wat, bent even blij dat je er van
af bent om je dan plotseling te realiseren
dat je als sollicitant niet zo'n bijster beste
beurt hebt gemaakt. „Henk, jongen, daar
gaat die prachtkans", dacht ik en ik reikte
naar de glazen, die, balancerend op een
ervaren kelnershand, voorbij zweefden. Be
grijpt u me alstublieft goed: ik drink zel
den of nooit, maar op dat moment had ik
echt behoefte aan een hartige slok. Op de
meest knullige manier had ik een opgelegde
H/flJN hand was niet de enige, die een
prooi zocht. Op recepties zijn er al
tijd vele handen boven dienbladen. Dat
is heel normaal, aanvaardbaar zelfs. Al
leen dat nauwelijks waarneembare duwtje,
dat mijn schouder tegen het blad gaf. hoorde
er beslist niet bij, Het blad ontsnapte gre
tig aan de geroutineerde kelnershand en
viel een forsgebouwde heer, in keurig zwart
gekleed, in de rug aan. De jus d'orange
deed het hem. Met de sherry en de port viel
het nogal mee, de klinkklare jenever trou
wens ook v/el, maar dat oranje vruchten
sap is voor stomerijen van onschatbare waar.
de. Het is in staat een stemmig costuum
in een slag alle luister te ontnemen en de
drager er van zonder voorbereiding tot het
clowneske middelpunt van een receptie te
maken.
JET slachtoffer keek omik trok mij
haastig terug. Hij reageerde een beetje
traag het was hem waarschijnlijk
nog nooit overkomen maar zijn woede
was verschrikkelijk. Mocht u hem nog eens
ontmoeten; u zult een heer zien met donker
haar, grijzende slapen, een gelaat dat ge
bruind en gegroefd is. Zo zien die captains
of industry er altijd uit. Maar ik zag alleen
maar een woedende stier, die zorgvuldig de
torero zocht, die gewaagd had hem in de rug
te spietsen. Het. werd de kelner. De arme
man schrompelde duidelijk waarneembaar
en hij was aanmerkelijk kleiner toen
de jus d'orange-jas in zijn gezicht werd ge
slingerd en hij werd meegesleurd, waar
schijnlijk naar de keuken.
Er
he
EEN ogenblik dacht ik dat hij mij op
staande voet tussen de afwas zou de
poneren. Hij gromde, wierp mij een duis
tere blik toe, beheerste zich' en zei:
,,Nee". Het klonk een beetje voorzichtig;
hij hield er kennelijk rekening mee, dat
ik een klant van hem was. Dat liet ik hem
onmiddellijk vergeten. Ik zei op de meest
tyrdate manier zo denk ik er tenmin
ste zelf over: ,,Weet dan, meneer de di
recteur,' dat ik die troep over uw jas heb
gesmeten en dat die kelner er niets, maar
dan ook niets mee heeft te maken.
Het maakte geen indruk. Het maakte
mij alleen duidelijk dat mijn meest kor
date manier nog niet kordaat genoeg is.
De directeur overstelpte mij met een uit
gelezen collectie verwensingen, die door
een te onbeheerste ademhaling niet hele
maal tot hun recht kwamen. Ik kan ze
dus niet herhalen. Ik verstond alleen maar
,,Dit moet betaald worden". „Betaald",
herhaalde ik, nogal dom. „Natuurlijk, be
taald, wat dacht u dan!" zei hij weer en:
„Dit pak moet gestoomd worden, dat kost
geld". Ik sta er op dat u onmiddellijk de
naam van uw firma geeft. U ziet dan de
rekening wel...."
lachen. Stel je eens voor: mijn baas die
een rekening krijgt voor een stommiteit
van één van zijn ondergeschikten. Dat be
taalt hij nooit, dacht ik en ik zei: „Pro
beert u het eens bij de firma Wilson, daar
hebben ze een reclameactie. Ze stomen
daar hele kostuums voor tweevijftig. Ik
zag de koks, serveersters en bordenwas
sers glimlachen en ik zag nog dat de kel
ner mij een dankbare blik toewierp. Toen
keerde ik mij om en liep terug naar het
baantje dat mij ellen de keel uithing.
IN DE vestibule van het hotel zag ik Ka
reltje. Hij zag er geagiteerd uit en dat
is bijzonder vreemd, want Kareltje is de
kalmste man die u en ik ooit hebben ont
moet en misschien zullen ontmoeten. Hij
stormde op mij toe, vloerde een koninklij
ke palm en sqhreeuwd'e: „Waar zit je nou
toch. Je schijnt het niet zo belangrijk te
vinden." „Dat kan ik jou ook wel vra
gen", antwoordde ik, een beetje nijdig.
„Ik loop daar anderhalf uur op die' re
ceptie te banjeren, sla een belachelijk fi
guur bij de jubilaris, krijg een hevige ru
zie met de directeur, maar wie ik zie,
geen Kareltje".
Hij keek mij onderzoekend aan: „Jij
bent anderhalf uur op de receptie.... waar
ben je geweest?" Ik maakte een vaag ge
baar in de richting van de zaal die ik zo
juist had verlaten. Zijn hoofd draaide met
mijn hand mee; er verscheen een glimlach
op zijn gezicht. Hij draaide zijn hoofd ver
der door en knikte nadrukkelijk: „Daar,
m'n beste Henk, daar in die zaal zit ju
bilaris Van Dipten. Daar in die andere
zaal. Kom mee. Misschien is nog niet al
les verloren". En hij trok me mee.
MURR, DE KATER EN ZIJN VRIENDEN
28. Ze besluiten om de ezel te lenen maar op, dat je niet misselijk wordt," le boomstam boven een afgrond lopen,
van de man en een poosje later trekt ons zegt Leo. „Kijk eens, ik kan ringetjes bla- weet hij Murr's sigaar om te draaien en
tweetal verder de wildernis in. Murr be- zen," Murr is heel trots op deze presto-
sluit dapper de grote sigaar op te steken, tie. Leo heeft al weer een nieuwe streek de arme hater steekt nu zonder dat mj
die hij van de man heeft gekregen. „Pas in gedachten. Terwijl ze over een smal- er erg in heeft, het vuur in zijn mond.
29. Hij schrikt zo hevig, dat hij zijn
evenwicht verliest en zich maar nauwe
lijks aan de boomstam kan vastgrijpen.
,-,Help me toch, Leo, pak de ezel vast
en hijs hem op de stam en dan houd ik de?" „Hoe kan dat nou, Leo, hier in het
zijn staart goed vast." Leo is niet zo oerwoud. Vooruit schiet op, help me",
snel. Hij lacht en zegt: „Wat krijg ik Maar Leo doet niets en Murr moet los-
als ik je optrek. Tien glazen rode limona- laten.
30. „Hé, ik ben gelukkig niet erg diep beurde. „Zie je, wat ik zie", zegt hij, geef antwoord." Maar niemand antwoordt,
gevallen." Murr staat op de grond, want „kijk daar eens. Daar ligt het luchtschip
ze hadden juist de overkant van het ra- aan de overkant van dat riviertje. Ahoy, Wel homt een grote krokodil met open-
vijn bereikt, toen dit nieuwe ongeluk ge- Egel, Ahoy ZwijntjeAhoy Benjamin, gesperde muil in hun richting drijven.
brein binnendrong: Dat moet 'de directeur
zelf zijn, die daar de kelner meesleurt,
dacht ik. Mijn vermoeden werd door ner
veus-samenscholende lieden met de meeste
klem bevestigd. Ik ging er even bij zitten.
Ik dacht: „Wat heeft Kareltje gezegd? Niet
te opdringerig, niét meer dan twee bor
reltjes en zo, en dan zorg ik dat jij in con
tract komt met onze directeur!"
Eii ik dacht ook: „Dat contact hebben we
dus gehad. Henk, jongen, blijf kalm. Nu
rustig opstaan en je waardig, doch onop
vallend verwijderen". Ik stond op en be
gon juist aan het hoofdstuk verwijderen,
toen ik mij realiseerde, dat ik en niemand
anders die kelner in een bijzonder onpret
tig parket had gebracht. Dat heb ik wel;
ik denk zo af en toe aan mijn mede-men-
DE gerant van het hotel zei mij: „Wij
stellen het natuurlijk zeer op prijs dat
u bekent; dat komt vandaag de dag nog
maar weinig voor. Maar als het niet te
veel gevraagd is: loopt u even door naar
de keuken, de kelner heeft het er nogal
moeilijk mee. Hij zal u uiterst dankbaar
zijn als u hem uit zijn benarde positie be
vrijdt. Meneer, het was mij een genoe
gen Dat zei de gerant en ik strompel
de aarzelend keukenwaarts. want ik her
innerde mij de woede van de heer met de
grijze slapen en de jus d'orange op de
rug nog maar al te goed.
Die woede was meer dan een herinne
ring; zij was nog steeds werkelijkheid.
Koks, serveersters en bordenwassers
groepten angstig bijeen en keken vol me
dedogen naar een piepklein mannetje, dat
bij nadere beschouwing de kelner bleek
te zijn. Hij stond lusteloos een vochtig
doekje over de besmette jas te wrijven
en wierp af en toe een schuwe blik op de
directeur, die met krachttermen de acti
viteit van de kelner probeerde op te voe
ren. De krachttermen waren van een peil,
dat je je verwonderd afvroeg waar een
directeur van een groot bedrijf ze wel ge
hoord mocht hebben. Maar met directeu
ren ben je daar nooit zeker van. Ineens
kon het me allemaal niets meer schelen:
Kareltje was ik vergeten, ik was bereid
mijn leven lang dat baantje dat me qllen
de keel uithing te houden, en ik wierp al
mijn kansen öp de baan van Van Dipten
met deze kreet voor de voeten van mijn
(Vervolg)
Met deze woorden gaf de
oude man aan Johannes
een gebarsten fluitje en
zette zijn reis voort. De
iongen stopte het fluitj.
ging zijn
opzoeken. De houthakker
had juist een zeer dikke
boom onderhanden. Hij
was zó verdiept in zijn
werk, dat hij niet zag hoe
Johannes dichterbij kwam.
Eindelijk ontdekte hij de
zoon en riep boos:
„Wat sta je daar nu?
Vooruit, help mij een hand-
Ie. Vóór de avond valt
moet deze boom geveld zijn
®n van alle takken ont-
Maar Johannes stak geen
hand uit, hij dacht aan zijn
toverfluit.
Straks", zei hij kalm.
Hij wierp zijn bijl op de
grond, haalde de fluit uit
zijn zak en begon erop te
Nu had Johannes nog
nooit eerder op een fluit
gespeeld en het klonk dus
verschrikkelijk vals. Woe
dend wierp zijn vader zijn
gereedschap weg, trok de
fluit uit Johannes' vingers
„Nu geen onzin meer. Je
bent te groot geworden
voor dat soort spelletjes.
Vooruit, werken!"
En of hij wilde of niet:
Johannes, die toekomstige
held, moest houthakken en
takken zagen en zijn rug
krom werken. Zijn vader,
die nooit iets weggooide,
omdat een arme man al
les kan gebruiken, had het
Later vond' Johannes het
fluitje terug op de kast
plank, waar zijn vader het
had neergelegd. Maar hij
oefende voortaan alleen als
hij helemaal alleen in het
Het was dat jaar een
koude winter en het begon
al vroeg te vriezen. Sloten
en piassen werden met ijs
overdekt. Op zekere dag
besloot Johannes vroeg op
het ijs hakken
vangen. Hij nam een touw,
een net en zijn bijl mee en
toog op pad. Maar nauwe
lijks was hij aan de oever
van het meer gekomen of
hij hoorde iemand roepen:
.Help, help, ik verdrink!"
Zonder bedenken rende
Johannes het krakende ijs
op en kwam al spoedig bij
een wak, waarin een oude
man met een grijze baard
lag te spartelen. Johannes
wierp de man het touw toe
en trok hem op het droge.
Toen hakte hij snel wat
brandhout, stak een vuur
tje aan, zodat de drenke
ling zich kon drogen.
„Bravo, jongen", zei de
oude man. „Dit is al de
tweede maal dat je mij het
leven hebt gered. Hoe kan
ik je danken?"
„Heel eenvoudig", zei
Johannes, die nog altijd
dacht dat de oude man een
tovenaar was. „Geef mij
een zwaard, dat mij on
overwinnelijk maakt."
De oude man schudde het
„Ik heb wel
ard
Je,
het
is roestig en bot. Als je het
wilt hebben, kun je het
krijgen. Toverkracht bezit
het echter niet."
Johannes geloofde daar
niet veel van. Hij nam het
oude, roestige zwaard aan
en bekeek het nieuwsgie
rig. Toen ging hij, zonder
vis maar met een zwaard
naar huis. Daar poetste hij
de roest eraf en nu pas
zag hij hoe oud en versle
ten het ding was.
„Nu ja", dacht hij, „het
is bot en zit vol krassen en
vlekken maar het is vast
en zeker betoverd en ik
zal er grote 'heldendaden
mee verrichten."
Later op de middag
kwam zijn vader thuis met
„Ik ben naar de stad ge
weest om brandhout te ver
kopen", vertelde de hout
hakker. „En daar hoorde
ik dat de enige dochter
van onze koning door een
draak is geroofd. De ko
ning heeft bekend laten
maken, dat degene, die de
draak kan verslaan en de
prinses verlossen haar tot
vrouw mag hebben."
(wordt vervolgd)
Dag i
i nichten.
Hebben jullie verleden week nog heerlijk
zullen hopen dat nu het weekend ook mooi w
wat tekening bjj de brieven gekregen, wat ik natuurlijk erg leuk vind!
Vergeten jullie niet je geboortedatum in de brief te schrijven? En natuurlijk
ook niet vergeten je naam op de brief of envelop te schrijven. Dit keer hebben
we een leuke plaat, vinden jullie niet? 'k Ben benieuwd naar de inzendingen en
tante Jos kan dan meteen eens zien of jullie de verkeerslessen op school goed
volgen. Dan komt nu de oplossing van de vorige week. Stok-Vis, Klok-Huls,
Noten-Balk, Schoorsteen-Mantel, Voet-Spoor.
De hoofdprijs krijgt Esdra van Wageningen.
De troostprijzen gaan naar Ingrld Thierry en Willie Zaalberg.
Hoe simpel de flitsfotogra-
fie in wezen ook is, toch
hebben nog duizenden men
sen moeilijkheden met het
maken van hun plaatjes. Zij
vinden een „richtgetal" maar
een moeilijk begrip en „flits-
foto's geven altijd van die
akelige zwarte schaduwen"
zeggen zij. Voor alle boxbe-
zitters, maar ook voor de
mensen met een wat duur
dere camera, is onlangs het
(flits) ei van Columbus ge
vonden.
Voortaan kunt u flitsen
naar hartelust en.... met de
zekerheid, dat „elk schot een
haas is", elke flitsfoto een
goede foto. En ook de roetige
schaduwen behoren voortaan
tot het verleden. Flitsfoto's
zullen voortaan zacht van
gradatie zijn en ze zullen
geen enkele storende scha
duw hebben.
Wat dat dan wel voor een
wonderbaarlijke uitvinding
is? Eigenlijk niets bijzonders,
en u hoeft er ook geen kost
bare accessoires voor te ko
pen. De hele uitvinding be
staat uit een simpel beugel-
tje, dat u op uw toestel zet,
op de plaats waar anders het
flitsapparaat komt. Aan dit
beugeltje is een camera
schoentje zodanig gemon
teerd, dat de reflector van
uw flitsapparaat naar boven
wijst, wanneer u de flitser
op het beugeltje schuift.
En wanneer u nu een film
van 21 din (als u niet weet
wat 21 din is, uw handelaar
weet het zoveel te beter) in
uw box stopt, kunt u naar
hartelust flitsen zonder u iets
aan te trekken van een richt
getal of de grootte van de
lensopening.
Alles wat u moet weten:
film van 21 din kopen, lamp
je in de flitser, Vh meter af
stand bewaren.
De sluitersneiheid van de
box is altijd eender, de be
zitters van duurdere toestel
len moeten 1 25 sek. aanhou-
En nu maar flitsen, met
het heerlijk-veilige gevoel,
dat er niets meer mis kan
Proeven hebben bewezen,
dat het bij deze methode niet
uitmaakt of de lensopening
8, 11, 16 of 22 bedraagt, om
dat de belichtingsspeelruim
te van de moderne zwart-wit
films, er voor zorgt, dat er
iri elk geval een negatief
komt, waarvan een goede
vergroting te maken valt.
De enorme lichtopbrengst
van de kleine flitslampjes en
ie belichtingsspeelruimte van
de moderne zwart-wit films,
vormen het hele geheim van
de nieuwe methode.
Het is inderdaad het ei van
Columbus en men vraagt
zich af, waarom niemand
eerder op dit idee is geko-
Natuurlijk hebt u al begre
pen, dat het trucje alleen bin
nenshuis opgaat. Het licht
van de naar boven gerichte
flits moet door het plafond
weerkaatst worden, waardoor
u met indirect licht werkt.
Buiten pleegt er nu eenmaal
geen plafond te zijn en de
flitslampjes geven wel véél
licht, maar zoveel, dat het
weerkaatst wordt door zon of
Ook in hele donkere, ouder
wetse kamers met een ge
schilderd plafond kunt u be
ter de oude methode toepas
sen van de flits, die recht
vooruit straalt. De nieuwe
methode is bestemd voor
normale huiskamers, halls e.
d. met een licht plafond.
Maar daar kunt u dan ook
verzekerd zijn van feilloze
kiekjes.
Vooral voor foto's van kin
deren is de nieuwe methode
uitermate geschikt. Door het
ontbreken van storende scha
duwen worden uw foto's teer
der en omdat het licht van
boven komt, krijgt het haar
een mooie glans, wimpers en
wenkbrauwen krijgen meer
reliëf en het huis meer door
tekening.
Probeert u het maar eens, u
zult zien, dat uw foto's be
langrijk aan kwaliteit hebben
gewonnen......
Lang zal die leven.... Arie
Boelhouwer, Jaap Boer. Els
Bronsveld, Jopie Huisman,
Micke Reeders, Gczientje
Rceders, Leen Schellevis, Jan
van Vliet en Joke Wiegcrs, al
len hartelijk gefeliciteerd van
de neven en nichten.
Nu gaan we de brieven be
antwoorden. Waarom heb ik
van jou geen brief gekregen
Leen Schellevis? Jij gaat tan
te Jos toch niet in de steek
laten? Dinsdag heb jij groot
feest. Heel veel plezier hoor!
Gelukkig dat jouw voet bij
na beter is. Gerda Schellevis.
Het is nu groot feest natuur
lijk. Zijn het mooie vlaggen?
Ga je nog wel eens naar
het strand. Willie Schellevis?
Wat heeft jullie broer jullie
verwend. Fijn hoor! Kees
Schljff doe jij er de volgende
keer een lange brief bij?
Hartelijk welkom Riedl Sloof!
Schrijf jij de volgende keer
precies wanneer je geboren
bent? Jij ook Dlcky Sloof?
Hartelijk welkom hoor!
Leo Sloof, ook jij bent harte
lijk welkom. Vergeet je niet
de volgende keer je geboorte
datum in de brief te schrij
ven? Je kan zo'n tafelten-
nisballetje los kopen Jannie
v. d. Spek. Vind je het een
leuk spelletje? Hoe gaat het op
school? Jij hebt het wel erg
naar je zin op de U.L.O. Ine
ke Steenkas. Krijg je veel
huiswerk? Gefeliciteerd met
het behaalde diploma hoor!
Is je beugeltas al klaar Cor-
rie Steenks? Jij ook gefelici-;
teerd hoor! Volgende keer
hoop ik een lange brief van
jullie te ontvangen, Plet en
Sjaak Stok. In welke klas zit
ten jullie nu? Adrle Streef
kerk van jou krijg ik de vol
gende keer toch ook een lange
brief? 'k Wou dat ik ook zo
hard kon lopen als dat jonge-
op jouw postpapier, Truus-
je Stout. Ik kwam jullie dan al
lemaal eens opzoeken. Heb
jij fijn van het mooie weer ge
noten? In welke maand ben
jij geboren en op welke dag
Klaske Sybesma? Ga jij vaak
in het bos wandelen? Is
je overgooier en blouse al
klaar Willy Tamerus? Wat
moet jij op de handwerkles
maken? Ga je ook wel eens
logeren? Hartelijk bedankt
voor je mooie tekening hoor!
Heb je zondag een leuke
dag gehad Ingrid Thierry? Je
mag schrijven van je zesde
tot je zestiende jaar hoor!
Jammer dat je geen tijd meer
had voor een tekening. Hoe
gaat het op school? Fijn,
dat het goed gaat op school
Sjanle van Tilborg. Je hebt er
inderdaad twee mooie vakken
bij gekregen. Krijg je veel
huiswerk? Heb je de puz
zel al een keer helemaal afge
kregen, Jaap Tol? Heb jij ge
noten van die clown? Knap,
dat die man zomaar vuur kon
blazen. Hartelijk welkom
Chris Triemstra. Wat heb jij
welkom Atie Tuit. Leuk
klein broertje, vind je niet?
Mag jij het weieens vasthou
den? Natuurlijk mag jij
ook meedoen Harm Verbeek.
Hartelijk welkom hoor! Heb
jij nog broertjes en zusjes?
Wim Verkalk wist jij niet
meer te schrijven? Volgende
keer beter hoor! Is jouw
moeder weer beter Rla Ver
maas? Fijn, dat jouw broertje
nu graag naar school gaat.
Heb je al veel aardappels ge
raapt? Moet jij ver lopen
naar school, Alie Vermeer?
In welke klas zit je nu? Heb
je nog wel tijd om naar tante
Jos te schrijven? Bedankt
voor je mooie tekening Anja
Verschoor. Heb jij geen zus-
Waarom kijkt
verschrikt? Wit
is er gebeurd? Ja,
hij is helemaal
vergeten wat de
verkeersborden
betekenen.
Mag hij rechts
om of mag hij
doorrijden?
Weten jullie
het wel? Dan
moet je de oplos
sing voor dinsdag
27 september in
sturen.
jes? Hoe heet jouw nichtje?
Wat hebben jullie veel fees
ten Thea VerweiJ. Ben jij de
jongste? Hartelijk bedankt
voor je mooie foto. Ik ben er
erg blij mee. Vandaag is
het groot feest Marianne Vos.
Zijn opa en oma nog geko
men? Heb je je nieuwe man
tel en jurk al aangehad? Veel
plezier hoor! Wacht jij weer
zo lang met schrijven Mlep de
Vrij? Hoe was het op je ver
jaardag? Hartelijk bedankt
voor je mooie tekening Agaath
de Vries. Bruina vind ik een
mooie naam. Hoe heet jouw
broertje? Kan hij al praten?
Ga jij vaak fietsen Rla van
Vuuren? Jammer dat het de
laatste tijd geen mooi weer in
om te fietsen. Was het een
mooi schip? Ben jij al naar
het ziekenhuis geweest Esdra
van Wageningen? Bedankt
voor je mooie tekening. Het
speldje krijg je toegezonden
hoor! Je andere broers zijn
toch niet ziek Goof v. d. Wa
ter? 'k Ben niet gewend van
jou alleen een brief te krijgen.
Hoe gaat het op school?
Hartelijk welkom bij de neven
en nichten Flip van 't Wout.
Heb jij een leuke vakantie ge
had? Hoe gaat het met je zus
je? Hartelijk dank voor ie
mooie tekening Gerard Wub-
ben. Hadden jullie mamma's
stoel versierd? Jouw troost
prijs komt nog hoor! Even
geduld. Woont opa en oma
dicht bij jullie Willie Zaal
berg? Fijn, dat ik de volgen
de keer een mooie tekening
van jou krijg. Uchelen is
mooi, vind je niet? Jouw
vorige brief was te laat Theo
Zandbergen. Leuk. dat jullie
een groentetuin hebben. Hoe
vind je het op de gymnastiek?
Van jou kreeg ik ook al
zo'n mooie tekening Kees Zee
dijk. Hartelijk bedankt hoor!
Ben je nu weer beter? Wat zal
jij knap worden. Goed je best
maar doen Kees! Hartelijk
bedankt voor je mooie teke
ning Joke van Zessen. Fijn,
dat je zo'n prettige verjaar
dag hebt gehad. Heb je de pop
al een naam gegeven? Ook
jij stuurde een mooie tekening
in Ietje van Zessen. Hartelijk
dank hoor! Wat ben jij ver
wend. Tante Jos is 27 oktober
jarig. Wat leuk, dat jullie
een zusje hebben gekregen.
Dlnl en Willie Zintel. Groeit
ze hard? Wat is dat voor een
club „Klimop"? Hebben jullie
alle hondjes gehouden?
Jouw vorige brief was te laat
Cokkle v. d. Zwan. Hadden
jullie mamma's stoel nog ver
sierd? Wat zijn opa en oma
ver weg. Zo moeilijk was de
puzzel toch niet, Cokkie?
Zo jongens en meisjes Ik
heb de brievenbus helemaal
leeg gemaakt. Jullie zorgen
er voor dat hij volgende week
helemaal vol U? De letters A
t.m. H zijn aan de beurt. Dag
neven en nichten!
Tante Jos.