Uw probleem is het onze Extra subsidie voor militaire tehuizen Meningen van anderen Een woord voor vandaag D. P. Bothof bij afscheid van PCOV geridderd r.4° sas?1- M°ct hij nu "Jn k°!t8eid d°°r- 1 Enkele kanttekeningen WAT DE V.P.R.O. WIL (I) ATEN kan van de Vrijzinnig Protestantse Radio Omroep, de VPRO, niet zeggen, dat zij niet met grote vasthoudendheid ha^r denkbeelden over het radiobestel blijft propageren. Die vasthoudendheid zou men kunnen waarderen^ndien niet tevens de vraag rees, of hier niet langzamerhand een ijver wordt betoond, een betere zaak waardig. Kritiek op het radiobestel zoals wij het ten onzent kennen is voor verschei- denen wat in de mode. In het ondergaan van deze kritiek staat dit radio bestel overigens niet alleen. Men pleegt te gewagen van „verzuiling" in ons volksleven, en temeer daar dit woord allengs een onaangename klank ge kregen beeft en schijnt te wijzen op een situatie die hoog nodig verbetering behoeft, verbaast het niet, dat het streven van de critici tegenover de „ver zuiling", die men dus meent te hebben opgemerkt, gericht is op „ontzuiling". Minder dan met deze critici het geval is, zijn wij van „verzuiling" in ons volksleven ondersteboven. Wat zij als „verzuiling" begeren te brandmerken, zijn wij voor ons liever geneigd positief te waarderen als beleving en ver werkelijking van levensbeschouwing. Heel wat minder ook als een zich afzetten tegen anderen dan als mogelijkheid tot het ontplooien van nuttige en nodige werkzaamheid. Daarom zijn wij ook niet voetstoots bereid om in die beweerde „verzuiling" een verarming van ons volksleven te zien en zijn wij eerder beducht, die verar ming te moeten zien in velerlei streven naar „ontzuiling". De VPRO dan het blijkt ook uit haar jongste voorstel, dal men elders in onze krant van vandaag vindt weergegeven kan het, hoezeer zelf een omroeporganisatie naast de andere en als zodanig een eigen „zuil" (en zelfs een waardevolle), met ons omroepbestel toch maar niet vinden. Zij blijkt in het bijzonder getroffen te zijn door de ontdekking dat in ons huidig bestel de omroeporganisaties elkaar nogal eens „overlappen". Waarom vijf maal dit en waarom vijf maal dat? Daarom zal er een „centrale pro grammaraad" moeten komen, waaraan dan de programma-apparaten van de, omroepverenigingen „ideeën" of „suggesties" mogen voordragen. WAT DE V.P.R.O. WIL (II) J^E lezer begrijpt wat dit inhoudt. De omroepverenigingen mogen blijven bestaan, maar de programma's worden op een hoop gegooid en aan de „centrale programmaraad" om te proberen er iets van te maken. Een on dankbare en bovendien onmogelijke taak, zo lijkt ons. Bovendien, worden in deze beschouwing de onderscheidene radiorubrieken niet al te spoedig vereenzelvigd met de inhoud ervan? Elke omroepvereniging toch, die zich het motief van haar ontstaan en bestaan bewust is, zal ernaar streven, de onderscheidene rubrieken naar eigen stijl te vullen. De levensbe schouwing is hier beslissend, en zij is het, die op de inhoud van elk der ru brieken een eigen stempel moet drukken. Dit laatste geldt radio en televisie, zoals het ook geldt voor de pers. Er zijn in ons land gelukkig vele kranten en al die kranten hebben dezelfde rubrieken, maar zij vullen die rubrieken op eigen wijze en naar de eigen levenskijk. Men stelle zich een ogenblik voor, dat iemand zou zeggen: er moest eigenlijk iets komen als een „centrale redactieraad". We zullen er maar liever niet aan denken Of er dan, ook binnen ons radiobestel, geen wenselijkheden of mogelijkheden van coördinatie zijn? Waarschijnlijk zeer wel, maar dit dient dan, dunkt ons, te geschieden vanuit ons radiobestel als zodanig. Niet dus langs de weg van het instellen van een „centrale programmaraad" maar langs de weg van een vrijwillig overleg tussen de omroeporganisaties. En wij menen te weten, dat dit overleg reeds bij voortduur en in bevre digende Intensiteit wordt gevoerd. Waarbij de eigën verantwoordelijkheid der omroeporganisaties voor de eigen programma's uiteraard onverlet wordt Van verwerkelijking van een voorstel als thans weer door de VPRO In gediend, een voorstel voor welks algehele verwerkelijking zij zelf onze tijd overigens „nog niet rijp" acht, menen wij slechts te moeten duchten ver schraling en een nimmer aflatend geharrewar binnen die „centrale pro grammaraad" zelf. Voor de vasthoudendheid van de VPRO kan men zeker respect hebben. Lie ver echter dan haar in haar wensen te steunen zouden wij alle omroep verenigingen, de NCRV in het bijzonder, willen toewensen, dat zij met ten minste gelijke geestdrift de mogelijkheden benutten die het huidige bestel aan beleving en verwerkelijking van eigen levenskijk biedt. sinaasappel citroen rruchtenlimonade (Van een onzer verslaggevers) TTET BUREAU van de Koninklijke Nederlandse Militaire Bond Pro Rege de organisatie van de protestantse militaire te huizen stond dezer dagen zowat op zijn kop. Oorzaak: 'n briefje van de minister van defensie met de mededeling, dat deze be windsman een bedrag groot 74.750.zou overmaken op de giro rekening van de Militaire Bond, als een extra subsidie voor het werk voor de protestantse militaire tehuizen. Zulke briefjes ont vangt men niet elke dag. Bovendien werd er helemaal niet op gerekend. Welnu, van dit initiatief uit eigen kring heeft men de laatste maanden nota bene in de vacantietijd weer de treffendste blijken ontvangen. Wel ee-i bewijs, dat het hier om een levende organisatie gaat. De heer W. Nieuweboer, algemeen se cretaris van de Militaire Bond en di recteur van het bureau te Utrecht, toon de ons een vijftiental boekenkisten, elk bestemd om met vijftig boeken naar Nieuw-Guinea te worden verzonden. Men weet dat er troepenzendingen na-.r dit rijksdeel zullen plaats hebben. Hoeveel militairen daarheen zullen gaan, is niet bekend, maar vast staat dat de vier bestaande protestantse militaire te huizen aldaar op geen stukken na het sterk toenemende bezoek kunnen ver- Reeds heeft de Chr. Mil. Bond Oost en West, van wie deze tehuizen uitgaan, besloten om zijn voorzitter secretaris' de heren M. Ruppert mr. J. Winters naar Nieuw-Guinea te doen reizen. Zij gaan er eind oktober heen en blijven er een maand om de stand van zaken in ogenschouw te ne men en dan precies te kunnen rappor teren wat er aan de outillage der be staande tehuizen verbeterd moet wor- "m et op welke plaatsen nieuwe tehui- :n nodig zijn. Intussen meende de Militaire Bond, e nauw samenwerkt met de Bond jor Oost en West, dat er alvast iets Culturele functie De Militaire Bond had reeds in april aan de minister om een extra sub sidie voor 1961 gevraagd. Men zette In die brief uiteen, waarvoor dat geld be stemd zou zijn. Het moest dienen voor de aanschaf van een achttal filmpro jectoren, voor de uitbreiding der tehuis- bibliotheken, voor het aankopen van vijf (tweedehands) piano's, enige dia projectoren en een paar apparaten voor episcopische projectie. Dit zijn de kostbaarste attributen, maar voorts stonden nog een aantal kleinere zaken, zoals gramofoonplaten e.d. op het ver langlijstje. Het totale bedrag der aan kopen kwam ongeveer overeen met de thans door de minister overgemaakte Maar terwijl het nog helemaal niet vast stond of de minister bereid zou 'J voor volgend jaar deze extra sub sidie te verlenen, kwam ongedacht de verrassing dat hij reeds in dit jaar het gevraagde bedrag zelfs nog iets ter beschikking stelde, t er vreugde heerste in de tenten de Militaire Bond, laat zich staan. Het werk van de 55 tehuizen breidt zich voortdurend uit. De tehuizen worden jaarlijks door een kleine ander half miljoen militairen bezocht. Meer leer krijgen die tehuizen een func- de culturele ontwikkeling van de bezoekers. Van de bibliotheken wordt druk gebruik gemaakt, zodat telkens vernieuwing en uitbreiding van het boe kenbezit noodzakelijk worden. Door het douceurtje van de minister zal voor elk tehuis nu voor rond 500 aan nieuwe boeken besteed kunnen wonden. De apparatuur voor lezingen met pro jectie kan een flinke uitbreiding onder gaan. En omdat steeds meer militairen zich op het fotograferen gaan toeleggen, zijn diaprojectoren zeer welkom. De ontwikkeling en ontspanning in de tehuizen, die er altijd wel waren, zijn de laatste jaren veel meer instructief van aard geworden. Mede door de 74.750.- uit Den Haag verkrijgt de Militaire Bond de mogelijkheden om weer flinke stoot in die richting te geven. Naar Nieuw-Guinea Nu heerste er op het bondsbureau te Utrecht ook vóór het briefje van de mi nister al een opgewekte stemming. Want het is natuurlijk fijn als de overheid door subsidies blijk geeft van haar v dering voor het werk van de bond, i de eerste eis blijft toch, dat de leden zelf zich achter de organisatie plaatsen. Want de Militaire Bond zou zijn bete kenis verliezen indien het „particuliere initiatief" hem niet voortstuwde. Beroepi rtgswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Tubbergen D. A. ten Haaft, voorheen zendingspredikant, wonende te Zeist. Aangenomen naar Veenendaal P. de Jong te Kootwijkerbroek. Aangenomen de benoeming tot vicaris te Amsterdam-West B. J. van Tent te Amsterdam-Centrum. H. L. A. de Wijk te Barneveld is be roepbaar gesteld. GEREF. KERKEN Aangenomen naar Rutten (N.O.P.) W. Visscher, cand. te Nieuw-Amsterdam, die bedankte voor Eernewoude, Hijum-Fin- en voor Westerlee (Gron.). CHRIST. GEREF. KERKEN Eredoctoraat voor prof. Zandvoort De universiteit van Gothenburg (Zweden) heeft een eredoctoraat toe gekend aan prof. dr. R. W. Zandvoort, sinds 1 november 19S7 hoogleraar de Engelse taal en letterkunde aan rijksuniversiteit te Groningen. Prof. Zandvoort is oprichter en hoofdredac teur van het nu 40 jaar bestaande in ternationale tijdschrift English studies in de redactie waarvan ook de Skcndi- navische landen, België en Zwitser land vertegenwoordigd zijn. De erepromotie zal op 22 oktober geschieden. DE QUAY Dc minister-president heeft op een cocktail-party in Den Haag mededelingen gedaan over het Nederlands beleid inzake Nieuw-Guinea. Dit heeft hem een aantal misprijzende commentaren opgeleverd. Trouw vindt, dat het naar niet* lijkt en schrijft: „Als er van een afwijking of van een nuancering van het beleid sprake zou zijn, dan behoort dat voor alles thuis in het overleg tussen regering en parlement. Dan moet de regering daarover spreken met de politiek representatieve figuren uit dc Staten-Generaal en dan moet de minister president daar niet op een cocktail-party over beginnen." Na. dc imng Nic schappei Rotti meer dan een opzicht iets ernstif „In de eerste plaats is het he Reuter over de hele wereld Andere internationale persager hebben het eveneens vermeld. Op gaat rich dus, tegen alle officiële tegen spraken in, een legende vormen, die Neder lands positie, bijv. in de V.N„ geen goed kan doen. In de tweede plaats is er de vraag hoe het mogelijk is, dat een minister-president, zg het niet in het openhaar, maar in het hgzijn van buitenlandse journalisten, denk beelden heeft verkondigd, die naar uit het communiqué van de R.V.D. moet worden opgemaakt geen denkbeelden van He regering als geheel zijn." Het hlad besluit met te zeggen: „Het is meer dan een ver drietige zaak, het is ontstellend." Het Algemeen Handelsblad maakt de volgende opmerkingen: „Grote rampspoeden drijven alle sterke en intelli gente mensen tot filosofie. Aldus Dc Balzac. Het Nieuw-Guinea-problcem en de Doorman- complicaties zijn zo langzamerhand ramp spoedig genoeg om enig filosoferen van onze minister-president te verklaren. Maar zjj rechtvaardigen nog niet, dat Z.E. zirh op dit terrein nu ook nog kan veroorloven ongelukkige verklaringen af te leggen cn weer in te trekken. Ook al moge het vplgens Schopenhauer de eigenlijke taak der filosofie zijn om tegenstrijdigheden te verenigen, van ren politicus wordt meer verwacht. Namelijk dat hij tegenstrijdigheden weet t» vermijden." Advertentie fcfiuren, bungalows, schuttingen. CETA-BEVFR BUITENBiJTS EUROPA'S ÉÉNWORDING Ds. G. Mulders, gereformeerd predikant (vrijgemaakt) schrijft in het kerkblad van Ulrum het volgende over de Europese één wording: „Allerwegen is men ijverig bezig om te komen tot éénwording van ons werelddeel. idat deel van Europa, dat ach ter het ..ijzeren gordijn" gesloten is. rekent II Wat die hooggeroemde éénwor ding betekent, kan zo op eens tot ons doordringen. Dan blijkt dat het niet meer gaat om economi sche eenheid, en om eenvoudige openstelling van de landsgrenzen, ja. dat dit proces zelfs niet zal eindigen met het afstaan van eni ge nationale zelfstandigheid, noch tevreden zal zijn met inperking of zgn. overdracht van soevereiniteit van onze geëerbiedigde Vorstin Ju liana van Oranje, Koningin der Nederlanden bij de Gratie Gods. Hoe ons dat gebleken is? Men weet: .,'t Is plicht, dat iede re jongen" zich in militaire dienst oefent in de wapenhandel. Welnu: in NATO-verband (een mi litair bondgenootschap van enkele Europese landen) is de veel-eisen- de oefening ook van onze Neder landse soldaten nu zo geregeld, dat onze jongens onze landsgrenzen overtrekken om in het buitenland oefenterrein te vinden op grote schaal en in breed verband. Zo bevinden zich in deze tijd ook Nederlandse troepen in La Courti- ne. in Frankrijk. 'k Meen, dat hier niets tegen is. zolang 'iet maar gaat om oefening in krijgsmanskunst. Maar ziedaar! Op 14 juli j.l. kre gen onze soldaten in La Courtine vrijaf: 't was immers feest in heel Frankrijk. Op zichzelf zou daar niets tegen zijn. Maar er bestaat nu eenmaal geen enkel ding op zichzelf. Want voordat de jongens vrijaf kregen hebben ze moeten luisteren naar enkele redevoeringen in ver band mirt het feest van de 14e juli. En zie. daar wringt nu de schoen ('t kistje). De 14e juli in Frankrijk is de feestdag van de beruchte „Franse Revolutie". En men mag gerust rekenen dat in de redevoeringen die revolutie is geroemd en geprezen. En darr gaat het werkelijk niet om een louter historisch gebeuren. Want de geest van de Franse revolutie is nog springlevend. Die geest heeft zijn duizenden verslagen! Op 14 juli 1789 is de revolutie geest losgebroken, en men heeft de Bastille bestormd (staatsgevange nis). En op 26 augustus van het zelfde jaar kondigde men af ,,de rechten van de mens en van de burgers". Nu, die geest van de rechten1 van de mens beheerst vandaag de we reld. De Verenigde Naties hebben ook eens de rechten van de mens vastgesteld en uitgeroepen. Zie, daarvan hebben onze Neder landse soldaten moeten horen. Ze zijn in La Courtine allereerst „Voor Koningin en Vaderland". Pas in de tweede plaats zijn ze daar in NATO-verband. Maar op de 14e juli bleek, dat er toch nog meer aan de orde kwam, dan al leen maar krijgsmanskunst. Ze hebben moeten horen van De Gro te Revolutie. En zou er toen bij zijn verteld, dat ,,De Revolutie" om met Groen van Prinsterer te spreken, ,.is de ontwikkeling van een volslagen scepticisme (twijfel tegenover wat aanvankelijk voor vast en waar werd gehouden) waarbij Gods Woord en wet terzijde gelegd is"? Zou hun daar gezegd zijn, wat Groen in zijn „Ongeloof en revolu tie" van een „geestverwant" aan haalt: „De Revolutie is begonnen met de verklaring van de rechten van de mens, zij zal pas eindigen door de verklaring van de rechten Gods?" Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid kunnen we de voorgaande vragen ontkennend be antwoorden. En we zien dan, dat eenwording van Europa niet maar een zaak is van enkel politiek en economisch karakter. Daar is meer aan de hand. Het gaat om geestelijke zaken. Het heeft te maken met heel onze le vensbeschouwing. Éénwording van Europa betekent ook in geestelijke zin uitwissing van de grenzen. Dat doet ons denken aan een re de van Dr. A. Kuyper, „Verflau wing der grenzen". Hij concludeert daar o.m. „Als in uw lichaam de grens tussen uw aderweefsel en het vlees uwer spie ren verstoord werd, volgt met een noodzaak, door niets af te wenden, t b i n d i h e t tyk." Ziet u: we kunnen niet volstaan met vroom te juichen: „Ze zullen ons niet hebben, de goden van de tijd". Ze hebben ons reeds. 't Is zaak, dat ze ons niet hou- We hebben te volgen de richting, die Groen eertijds aan ons volk reeds wees. In het kerkelijk Gere formeerde spoor." Aldus ds. G. Mulders in het kerkblad van Ulrum. Bond een- briefje uit met verzoek bijdrage voor de aankoop van vijf tien boekenkisten met inhoud. De gevolgen waren hartverheffend. Niettegenstaande het zomerseizoen kwa men verrassende geldzendingen binnen. Als gevolg daarvan zijn elf boekenkisten reeds geheel en al betaald. In Garijp gingen een paar dames op stap; zij haalden 272,50 op. Ook in Dokkum had in korte tijd bijna 300 bijeen. De afdeling Voorburg nam twee kisten voor haar rekening, Dirksland één. Rotter dam maakte duizend gulden over. Het kleine dorp Beesd in de Betuwe zond 160 enz., enz. Ook buiten de eigen afdelingen toonde ien sympathie voor het initiatief. De chr. geref. jeugdbond stuurde een be drag; het Chr. Jongeren Verbond be taalde een kist. Het C.J.V. dat al tien tallen bibliotheken aan de tehuizen schonk, zorgt voor do inhoud der kisten. Secretaris K. Hoeve, die heel goed op de hoogte is met de eisen, die men aan de lectuur voor militairen moet stellen, heeft zorgvuldig een keus gemaakt. El ke kist bevat een variëteit in romans, populair-wetenschappelijke werken, gods- d.enstige lectuur e.d. Een aantal leerlingen van de christe lijke technische school, Veluweplein Den Haag, heeft onder leiding van directeur J. van der Rest, de vijftien kisten ge maakt. Dat zijn prachtige werkstukken, omdat ze goed bestand moeten zijn te gen de tropen en tegen een onzacht ver voer. De kisten zullen immers, op aan wijzing van de legerpredikanten, in ge bruik komen bij troepen, die geen mi litair tehuis in hun nabijheid hebben. De leerlingen van de Haagse school hebben dit karwei belangeloos gedaan ten gerieve van de militairen, die naar Nieuw-Guinea vertrekken. Alleen de kos- 'an het materiaal kwamen voor re kening van de Militaire Bond. Na ontvangst van de kisten heeft dc Bond deze overgedragen aan de Bond voor Oost en West die zelf practisch geen ledenapparaat heeft en de voor zitter van laatstgenoemde organisatie, :er Ruppert stelde de kisten op zijn t weer ter beschikking van de luchtmachtpredikanten Van der Poel en Vollenhoven; er zullen namelijk eerst luchtmachttroepen naar Nieuw-Guinea De Militaire Bond heeft het niet bij boekenkisten gelaten. Hij wil ook enkele bandrecorders meegeven voor de tehui zen op Nieuw-Guinea. Daardoor zouden de aldaar gelegerde militairen dan ge sproken brieven naar huis kunnen ;j den. In het militair tehuis te Zeist zijn ge beroepsonderofficieren met technische kwaliteiten al bezig een studio in te richten, waar men de grote opname banden kan splitsen in privébanden. De- kunnen dan in de Nederlandse tehui- i die practisch alle over eei corder beschikken worden afgedraaid ~"x»r de ouders van de militairen. Op die bandrecorders voor Nienw-Guf- nea komen we later terug. Maar na mens de Militaire Bond doen wij nu al vast het verzoek aan ouders van mili tairen, die naar Nieuw-Guinea gaan. Juist met het oog op die gesproken brieven over en weer, wil de bond graag beschikken over de namen en „ouderlijke" adressen van deze militai ren met io mogelijk hun registratienum mer. Even een briefkaartje naar dc Mi litaire Bond Pro Rege, Nieuwe Gracht 90, Utrecht, en de zaak is in orde. Als vele ouders dit doen, kunnen zij, er ciaal ook hun zoons op Nieuw-Guinêa, daar voordeel van hebben bij het uit wisselen van groeten straks. Bij dc overhandiging van vijf tien kisten met boeken voor de militairen in Nieuw-Guinea. Van links naaf rechts: luchtmacht predikant ds. A. C. J. van der Poel, mej. J. J. Goslinga secr. Ned. Mil. Bond, R. J. C. van Schaik adj. dir. centraal bu reau Ned. Mil. Bond, lucht machtpredikant ds. Th. Vollen hoven, W. Nieuweboer dir. cen traal bureau Ned. Mil. Bond, kol. b.d. G. Wielinga voorz. Ned. Mil. Bond en M. Ruppert voorz. Chr. Mil. Bond voor Oost en West (Fotodienst Luchtmacht). Heel beslist zegt de catechismus het: „Het is onmogelijk dat-, zo wie Christus door een waarachtig geloof ingeplant is, niet zou voortbrengen vruchten der dankbaarheid." Het is het antwoord op de vraag die wij gisteren stelden: maakt deze leer niet zorgeloze en goddeloze mensen? Een vraag die wel komen moét als men de geschiedenis van Abraham leest. Een vraag waarmee getuige de vele brieven van de laatste dagen ook lezers worstelen. Want kijk maar om u heen merkt, ge veel van die „vruchten der dankbaarheid" in uw omgeving, bij de mensen die zich dé naam van Christus hebben toegeëigend? Een christen mag onbezorgd de toe komst tegemoet zien maar gaat hij niet dikwijls wat al te „zorgeloos" door het leven? Zorgeloos in die zin dat hij in het leven met zijn naasten niet die zorgvuldigheid in acht neemt die zeker een christen in acht zou moeten nemen? Zich de naam van Christus toeëigenen is dat te scherp gezegd? Helemaal niet! Het offer van Christus is gebracht voor ieder mens en iedér mag zich dat offer toe-eigenen, mag geloven dat dat offer voor hém gebracht is. voor hemvoor U! Maar dat heeft wel consequenties! (Van een onzer verslaggevers) Op een zeer druk bezochte re ceptie in het Parkhotel te 's Gra- venhage heeft de heer D. P. Bothof afscheid genomen van de Protes tants Christelijke Onderwijzers vereniging, die hij 20 jaar lang diende als bezoldigd secretaris en als directeur van het bureau der vereniging. De heer Bothof is met pensioen gegaan en heeft zich in Ede gevestigd, de plaats waaruit hij indertijd de onderwijzerswe reld in trok. Veel bezoekers van de receptie lieten het niet bij een woordje onder vier ogen, maar staken een speech af, waar na nogal ens de aanbieding van een geschenk volgde. Het meest vereerd was de heer Bot hof met de koninklijke onderscheiding die hem bij monde van dr. J. H. Wesselings, secretaris-generaal depar tement van Onderwijs werd ver leend: hij is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. Advertentie Tïfa JThiïmi '4 pindakaas <n kwaliteit Je BAAS Vereniging van Papoea-studenten in Nederland Doel: één Ntv.-Guinea Dezer dagen is opgericht de ver eniging „Kobe Oser" een vereniging van in Nederland studerende Papoe- se jongelui. Blijkens een schrijven, dat van de vereniging is uitgegaan, stelt zij zich ten doel, eenheid tot stand te brengen onder de in Ne derland en buiten Nieuw-Guinea stu derenden en afgestudeerden, die reeds in Nieuw-Guinea verblijven. Op deze wijze wil men het stre ven van alle stammen en de niet autochtone bevolkingsgroepen in Nieuw-Guinea een volk te maken, verwezenlijken. De opstellers constateren dat de Pa poea's zich tot op heden niet als een volk voelen. Zij zijn leden van aparte rtammen, verschillend in gewoonten, ge bruiken en ontwikkelingspeil. Men spreekt wel van „Papoea's", maar de ze benaming heeft slechts de betekenis dat deze mensen uit Nieuw-Guinea ko men. Het gaat er om, dat zij gaan be seffen dat zij tot een groot geheel be horen, een groot Papoe's volk, samen gesteld uit meer dan 200 stammen. De oprichters van deze vereniging willen dat Nieuw-Guinea een staat zal worden met een centrale regering. ij het streven naar dit doel willen in Nederland en elders studerenden reeds een hechte eenheid vormen. Zij hopen op deze wijze elkander te kunnen helpen, wanneer zij straks zijn teruggekeerd naar Nieuw-Guinea en zullen moeten ervaren dat zij door hun nieuwe ideeën veel tegenstand zullen ondervinden van de mensen onder wie j gaan werken. Voorzitter der vereniging is de Utrechtse student S. B. Hindom, pen ningmeester de Leidse student C. W. Rurnainum, secretaris en algemeen ad junct zijn resp. B. B. Jouwe en Z. Sa- wor, beiden studerend aan de Hogere Tropische Landbouwschool te Deven ter. Dr. Wesselings, die reeds vóór 1940 in geregeld contact met de heer Bothof stond, schetste hem als een evenwichtig mens, die in een leven van hard wer ken veel voor het onderwijs heeft ge- In zijn dankwoord verklaarde de heer Bothof het zeer op prijs te stellen, dat juist dr. Wesselings hem de onderschei ding had opgespeld. „Al kreunden we soms onder de vasthoudendheid van de heer Wesselings. we waren er altijd van overtuigd, dat hij het beste zocht voor de onderwijzers". Prof. dr. K. Dijk, sprekende namens de schoolraad voor Scholen met de Bijbel (die ook vertegenwoordigd werd door mr. J J. Hangelbroek), roemde de houding van de heer Bothof in oor logstijd. Zijn ijveren voor de vrijheid van het christelijk onderwijs kostte hem zijn persoonlijke vrijheid. De heer Bot hof was niet beperkt. Hij had niet al leen oog voor de onderwijzersbelangen, hij zag de school als geheel, gelijk hij bewees in zijn langdurig lidmaatschap van het moderamen van de Schoolraad. In gelijke geest sprak de heer Joh. Tigchelaar, die namens het Chr. Ulo en het Chr. V.H.M.O. het woord voerde. Ook spraken nog de heer J. M. Derck- sen, voorzitter van de Alg. Ned Onder wijzers Federatie; de heer G. Luyten t<^ Amsterdam namens de leden der PJD.O.V.mej. A. Smit, die het kan toorpersoneel van het bondsbureau ver tegenwoordigde; en de heer H. ten Brink van de gelijknamige uitgevers firma te Meppel, waar het Correspon dentieblad De Christelijke Onderwijzer gedrukt wordt. De lieer Luyten bood een schrijfbu reau met stoel aan, mej. Smit gaf enig toebehoren en de heer Ten Brink kwam met een schrijfmachine voor de dag. Reeds had in een besloten samenkomst van het bestuur de heer D. H. Dutmer, voorzitter van de P.C.O.V., het woord gevoerd, waarbij hij ook geschenken „rondom het bureau" gaf. In zijn toespraak herinnerde de heer Dutmer er aan, dat de heer Bothof reeds in 1933 toetrad tot het hoofdbe stuur van „de Grote", die hij weldra als penningmeester en later als secreta ris diende. Na de fusie met „de Unie" in 1955 bleef de heer Bothof secretaris. Hij maakte in oorlogsjaren de afbraak van de onderwijzersvereniging mee, maar mocht r.a 1945 al zijn krachten gebruiken bij het herleven en de uit bloei der organisatie. Op de receptie verschenen o.a. nog de heren H. W. Tilanus en mr. A. Even huis, resp. voorzitter en secretaris van Chr, Volksonderwijs; C. H. Sonnevelt en ds. O. V. Henkei namens, de hervormde Raad voor de zaken van Kerk en School; P. Tjeerdsma van het C.N.V.; PKapinga en J. ten Heuvelhof, resp, oud-voorzitter en voorzitter van de Ned. Chr. Bond van Overheidspersoneel, vvaarme de P.C.O.V. in een commissie van overleg zit; J. F. W. Baller van de kinderpostzegelactie, en talrijke beken- figuren uit de christelijke onderwijswe reld, zoals de heren Van Aalten, Fieg- gen, Grosheide, Hempenius, Heukels, Van Oosten, Runia en Schreuder, om GULDENS VOORDELIGER! Antwoord: Dit is een Oudnederlandse uitdrukking, gegrond op de betekenis van het niet meer in gebruik zijnde woord „wijl", dat tijd, uur, tijdruimte beteken de. Wijlen is van dat woord wijl het n Vragen op elk gebied kunnen worden ingezonden aan het bureau van ons blad. Iedere vraag afzonderlijk op een velletje papier, duidelijk ondertekend met naam en adres. De antwoorden worden per brief verstrekt. Deze service is gratis voor onze abonnee's. voorkomende radio-ontvangers komt het gebied voor van ca. 600—800 meter. Wel zijn er typen met een extra bereik van de ca. 60180 meter, de visserijband, in de Vraag: Enige tijd geleden hebben wij een nieuwe buurman gekregen. Hoe hoort eigenlijk: wie moet het eerste e die daarmee bemoeienis hebben. Zij kun- wij eerst de r buurman vragen of betekenis vs 'rUS- -WC.*, Niet U 01 u en/of Vreet: U het wear dat p.lin, teten ÏÏTn^Cïhrt'u hï^bSHSt Vree,: Welke radiozenders ritten tussen betefT"vragen'of1'STk.ïïfeïï' dU'^a^.d|afra~ ÏÏE KeS heEecht d" d' 550-"M ™t"b"'d' ffiT£*15^ Antwoord- De „=1 (noimcri i. zelt, °P te treden, want inderdaad is het Antwoord: Tussen de 550 en 843 meter "aario en icomt het hezook van^l? wÜt S Vree,: Een ven lö» heeft ;e'4dn T„ïe hd4„"k^ ££i Z T .'chefe dien niet binnen veertien degen aan uw in nood verkeren iSoheveningon (fóo me- r in net voorjaar ae rivieren op. verzoek wordt gevolg gegeven, de zaak ter). Tussen de 60 en 200 meter bevindt Antwoord: Inderdaad, deze kostganger aanhangig zult maken via uw advocaat en zich een groot aantal zenders voor ver- moet wel degelijk een vergoeding bliiven Vraag: Mijn buurman heeft een schuur dat allejcosten voor zijn rekening^ zulten schillende^ diensten, zoals P.T.T., militair "even Doorgaans bedraagt dit twee-der- 1 J"-°" *- amateurband en de de van het overeengekomen kostgeld. Ook i die brief houdt verkeer, de 80 r zonder goot, zodat het regenwater van het komen. Een afschrift i dak op mijn erf loopt. Mag dat? En een u aan de brief zelf verzendt u aange- visserijband i andere vraag: Ik wil tegen die schuur tekend. Wat de bouw van het konün°n- nicoSe v°-" aan een konijnenhok maken. Is dat in hok betreft, daarvoor dient u zich te Op geen 160 meter (rndlo-tejefo -dt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 2