ISST-bMcUA
Er bleef kopij overstaan...
w
Florence Nightingale:
haar leven al
haar naam werd bij
een legende
i
mm m
m
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1960
Op de dertien
de augustus van
vandaag ZU HET LEVEN
cies vijftig jaar
geleden overleed in Londen
een vrouw, wier doodsbericht
geheel Engeland deed treuren.
In de laatste levensjaren van de
ruim negentig, die haar waren
geschonken, was ze wat in de vergetelheid ge
raakt. Dit ondanks het feit, dat drie jaar vóór
haar dood, haar vorst, koning Edward VII, haar
als eerste vrouw had onderscheiden met de
„Order of Merit". Maar juist haar verscheiden
verlevendigde weer de herinnering aan haar.
Deze vrouw, die in haar levensavond bezocht
werd door blindheid en geheugenverlies, werd
na haar sterven door zes sergeants van het
Engelse leger naar haar laatste rustplaats ge
dragen. Het stoffelijk overschot werd bijgezet
in het familiegraf in East Wellow. Een steen
met een slechts zeer eenvoudig opschrift her
innert aan haar bestaan. Dat opschrift luidt: F.
N. Born 1820. Died 1910" en de initialen F. N.
betekenen FLORENCE NIGHTINGALE.
Vijftig jaar geleden stierf
zij in Londen
Florence Nightingale, de vrouw wier naam hij haar leven al een
legende werd, kwam ter wereld op 12 mei 1820 in de vermaarde
Italiaanse stad Florence. Ze was het tweede kind van Fanny Smith,
een gefortuneerde jonge vrouw, en Squire Nightingale, die uit een
oud adellijk geslacht van landeigenaren stamde. Het paar was in
1818 in het huwelijk getreden. Kort na de huwelijksvoltrekking
maakte het naar het gebruik in die dagen van de welgestelden
eiste zijn „grande tour": een lange reis door Frankrijk en Italië.
In Napels werd in 1819 hun eerste dochter geboren. De Nightin
gales bleven in Italië en namen hun intrek in een geriefelijke villa
tn Florence, nabij de Porta Romana. Daar was het waar de kleine
Florence het levenslicht aanschouwde en waar ze enkele dagen
later bij een plechtige doop, vernoemd werd naar haar geboorte-
Florence, die enige tijd later
met haar ouders en zusje terug
keert naar Engeland schijnt
voorbeschikt voor een gelijkma
tig, geriefelijk en zorgenvrij le
ven. Immers, In Emerly Park in
Hampshire, het ouderlijk huis,
ontvangt ze alles wat haar zeer
bemiddelde ouders haar kunnen
heeft en haar niets daarvan ont
houdt. Ze ontvangt een uitsteken
de opvoeding en het ligt in de
verwachting dat ze, na een rijk
huwelijk te hebben gesloten, haar
plaats in de Engelse aristocratie
zal innemen. Niemand kan dan
ook verklaren waarom het ge
heel anders met haar gaat; waar
om het leven dat duizenden haar
benijden haar niet aantrekt en
hoe het komt. dat het leven van
deze vrouw een leven van strijd
en dienstbaarheid wordt.
DAGBOEK
Florence zelf is de laatste die
dat kan verklaren. Ze is inmid
dels opgegroeid tot een jong
meisje: ronduit een lastig en ner
veus kind. dat het tot heftige
scènes kan laten komen. Ze
voelt zich niet gelukkig, wordt
door de aanwezigheid alleen al
van haar moeder en zuster ge
prikkeld. maar kan het uitste
kend vinden met haar vader.
Echter, zelfs aan deze vertelt ze
niet, dat ze 's nachts geplaagd
wordt door duistere dromen en
dat ze zich zeer onevenwichtig
voelt. Dat vertrouwt ze alleen
maar toe aan een dagboek. Aan
alle onrust die in haar is schijnt
een eind te komen als ze op een
dag een visioen heeft. Van dat
moment af weet ze dat voor
haar in het leven een belangrijke
taak is weggelegd en in hetzelf
de dagboek waarin tot dusverre
slechts notities van een geplaag
de ziel voorkwamen, verschijnt
de aantekening: ,,Op 7 februari
1837 sprak God tot mij".
BELANGSTELLING
Van dat tijdstip af gaat Flo
rence ook meer belangstelling
voor haar omgeving aan de dag
leggen. Ze begint met de pach
ters van baar vader te bezoe
ken. Ze vraagt haar moeder haar
ln staat te stellen die mensen te
helpen met levensmiddelen en
het verdere allernodigste en door
al dit werk krijgt ze belangstel
ling voor het verplegen van zie
ken. Als ze daar aarzelend over
spreekt, Is het gehele gezin ge
alarmeerd. Zelfs haar vader,
waar ze het zo goed mee kan
vinden, verbiedt haar er ooit nog
eens over te spreken.
Nu diene voor een goed begrip,
dat de toestanden in de Engelse
ziekenhuizen van die dagen niet
te vergelijken zijn met die in de
hedendaagse verpleegoorden. De
verpleegsters werden „gerecru-
teerd" uit de allerlaagste lagen
der bevolking en ontucht en dron
kenschap vierden onder deze
..nurses" hoogtij. Voorts waren
de ziekenhuizen zelf zonder meer
stinkende vunze holen, die spot
ten met ieder begrip van hygiëne.
Het laat zich verstaan, dat noch
de moeder, noch de vader van
Florence het een aantrekkelijk
Misplaatste rede
Elke populaire redenaar zal
kunnen sympathiseren met om
roeper Wynford Vaughan Thomas
die eens ln een B.B.C.-program-
ma bekende, dat hij het tijdspro
bleem voor het ln elkaar zetten
Aan redevoeringen oploste door
meerdere malen eenzelfde rede te
gebruiken, vooropgesteld dat hij
deze rede niet reeds eerder had
uitgesproken binnen een straal
van 80 kilometer van do plaats
waar hij een redevoering zou
moeten houden.
Slechts eenmaal, zei hij. was
hij hierdoor in moeilijkheden ge
komen.
„Door een enorme vergissing
ik geloof dat de vereniging haar
naam had veranderd was ik
er niet zeker van voor wie en
waar ik sprak". „Ik hield mijn
speech, maar het publiek rea
geerde niet zo goed als ik had
verwacht". Toen stond de voor
zitter op en zei met een zeer
Noordengels accent: „Ik geloof
aangehoord en aangezien hij de
ze reeds twee jaar geleden voor
ons heeft uitgesproken, geloof ik
dat wij het er wel over eens zul
len zijn. dat hij de toespraak aar
dig heeft bijgewerkt".
ze aantreft, maar tegelijkertijd
een vrouw vol diplomatie en
vasthoudendheid. Een vrouw die
haar organisatietalent bewijst
door in weinige dagen, met
eigen middelen een veldkeuken
uit de grond te stampen en een
wasserij op gang te brengen, zo
dat de voedselvoorziening gere
geld kan worden en de gewon
den van schone kleding kunnen
worden
een milieu aan de verzorging
van zieken zou gaan wijden.
Na de abrupte weigering van
haar ouders, ontdekt Florence
voor het eerst bij zichzelf een
eigenschap waarvan ze in haar
later leven zulk een profijt zal
trekken: haar strijdvaardigheid.
Ze blijft bij haar ouders aandrin
gen en verdedigt Haar zaak, om
dat deze haar als een goede
voorkomt. Inmiddels is ze begon
nen met brieven te verzenden
naar ziekenhuizen in alle landen,
waardoor ze al spoedig over een
schat van gegevens beschikt.
Het steeds opnieuw aansnijden
van het onderwerp „Verpleging",
doet de vader van Florence er
dan toe besluiten, haar toestem
ming te geven een verpleegcur-
sus te volgen. Florence reist
naar Kaiserswerth in Westfalen,
waar een zekere ds. Fliedner
faam heeft verworven met zijn
cursussen voor diaconessen. Flo
rence steekt er heel wat op. Te
rug in Engeland ze is dan 33
jaar wordt haar de functie
van hoofd van een verpleeginrich
ting voor oude, zieke dames in
de deftige Harleystreet aangebo
den. Na lang aandringen weet ze
opnieuw een toestemmend ant
woord van haar ouders te krij
gen en binnen een jaar maakt
ze van het door wanbeheer vol
komen verlopen tehuis een mo
delinrichting...
KRIMOORLOG
Daarmee overwint ze het voor
oordeel van de commandanten en
artsen en pas daarna kan ze zich
aan haar taak gaan wijden. Ze
werkt twintig uur per dag; ze
zet een administratie op, weet te
gelijkertijd een strenge tucht te
handhaven en doet het onmoge
lijke. Zo werkt ze twee jaar.
Zelf merkt ze later over die pe
riode op: ,,lk heb het halve En
gelse leger van schoon en nieuw
ondergoed voorzien."
In Engeland is haar naam in
tussen een legende geworden.
Men wil haar een triomfantelijke
intocht bereiden, maar Florence
komt in alle stilte in Londen te
rug. Wel aanvaardt ze het be
heer over een fonds naar haar
genoemd waaruit ze gelden
put voor het opleiden van ver
pleegsters. In haar vaderland,
waar ze is aangekomen, lijdend
aan cholera, gaat ze op de een
maal ingeslagen weg voort. Ze
onderneemt acties en drijft mi
nister Herbert tot het reorgani
seren van de gezondheidsdienst
van het leger. Ze krijgt teleur
stelling op teleurstelling te ver
werken, maar ze zet door. Bij
haar strijd vallen ook slachtof
fers. Sir Herbert, die een zwakke
gezondheid heeft en die zich moet
ontzien, vergeet de doktersvoor
schriften als Florence weer eens
met hem heeft gesproken. Het
wordt zijn dood. Maar Florence
werkt door. Ze richt scholen op
voor verpleegsters en voor
vroedvrouwen. Ze aanvaardt de
leiding van het St. Thomaszie
kenhuis in Londen en langzamer
hand ontwikkelt ze zich tot de
meest vooraanstaande deskundi
ge op het terrein van de gezond
heidszorg.
VRUCHTEN
Als haar werk in Engeland
vruchten afwerpt, zoekt ze een
nieuw arbeidsveld. Ze weet door
de politieke invloed welke ze zich
heeft weten te verschaffen te be
werkstelligen, dat de gezondheids
zorg in India op de helling komt.
Ze krijgt verzoeken om adviezen
uit de gehele wereld en ontvangt
vorsten aan haar bed want
door haar zwakke gezondheid kan
ze dat in jaren niet verlaten
en langzaam maar zeker ziet ze
haar inzichten worden geaccep-
Met het verstrijken van de ja
ren gaat ze zich nog meer op de
achtergrond houden dan ze reeds
gedaan heeft. Want dat is een
grote verdienste van deze vrouw,
dat ze nooit roem of eer voor
zichzelf heeft gezocht, maar
slechts dacht aan het ln vervul
ling doen gaan van haar ideeën.
Zo wordt ze een bijna vergeten
vrouw die nog slechts twee maal
ln de belangstelling komt, name
lijk als ze de hoge onderschei
ding ontvangt en als ze erebur
geres van Londen wordt. En zo
sterft ze dan tenslotte als de
vrouw, van wie Henrl Dunant
eens gezegd heeft, dat ze door
haar lichtend voorbeeld eigen
lijk de stoot gegeven heeft tot
de oprichting van het Rode Kryli.
Heeft Florence een zwaar jaar
achter de rug; haar vaderland
heeft het intussen ook niet ge
makkelijk. In maart 1854 is na
melijk de Krlmoorlog uitgebro
ken. Engeland heeft met Frank
rijk en Sardinië de zijde van Tur
kije gekozen, dat een harde strijd
voert tegen Rusland. De strijd
golft op en neer. Soms liggen
voor de Engelsen de overwin
ningskansen voor het grijpen,
maar succes blijft uit. Dat ligt
aan het optreden der bevelheb
bers. Er sterven ook veel meer
soldaten dan „nodig" zou zijn.
Het Engelse volk zou van dit
alles weinig weet hebben, als niet
de machtige „Times" regelmatig
met uitvoerige verslagen kwam,
waarin het falen van de com
mandanten aan de kaak wordt
gesteld en waarin op het onno
dig de dood injagen van duizen
den militairen wordt gewezen.
Die verslagen worden gezonden
door William Howard Russel,
oorlogscorrespondent van dit
blad. Op 15 oktober wijdt Rus
sel een zeer uitvoerige beschrij
ving aan het lot van de militai
ren die in de strijd gewond ra
ken. Hij doet mededelingen over
de hemeltergende toestanden die
er in de hospitalen bestaan. Het
is Florence Nightingale die de
ze krant leesten onmiddellijk
in actie komt. Ze schrijft een
brief naar haar neef. Sir Sydney
Herbert, die minister van oorlog
is en verzoekt hem haar in te
schakelen bij de verpleging van
gewonden. Deze, intussen door de
druk van de publieke opinie tot
het inzicht gekomen, dat er iets
gedaan moet worden, zendt haar
per kerende post antwoord. Hij
benoemt Florence Nightingale
tot „vrouwelijk superintendant
van de verplegingsdienst in het
Oosten" met de persoonlijke ti
tel van „Lady in chief". Floren
ce verzamelt een aantal vrouwen
om zich heen, weet met tact en
diplomatie en waar deze tekort
schieten met een tiranniek drij
ven. volmachten los te krijgen en
gaat zes dagen later scheep.
IN SCUTARI
Op 4 november arriveert ze in
Scutari in Turkije, waar de En
gelsen een basis hebben en waar
ook de gewonden zijn onderge
bracht. Florence en haar staf
stuiten op welhaast infernale
toestanden. In een vervallen, sme
rig gebouwencomplex liggen ein
deloze rijen gewonden hun dood
af te wachten. Ze worden nau
welijks verpleegd: ze' slapen on
der lakens die stijf staan van het
geronnen bloed en ze sterven als
ratten aan besmettelijke ziekten.
De pas aangekomen verpleegsters
worden overigens beslist niet
met open armen ontvangen. In
tegendeel. Ze ondervinden niets
dan tegenwerking van de leger
leiding. die het zenden van de
vrouwen uitlegt overigens op
de juiste wijze als een motie
van wantrouwen tegen hun be
leid. Nu blijkt pas goed ov<
hoeveel innerlijke kracht Floren
ce beschikt. Het is niet de liefde
loze verpleegster, die met een
troostwoord langs de bedden der
gewonden gaat. Het is een vrouw
vol woede over de toestanden die
PUZZEL VAN DE WEEK
KRUISWOORDRAADSEL
Horizontaal: 1. stad in Duitsland: 4. doornachtige plant: 8. berg
plaats; 12. vaartuig; 13. ontzaglijk; 14. gem. in Gelderl.; 15. hangt aan
de mast; 16. de Indische zonnegod; 17. zangstem; 18. voorzetsel; 19.
zoon van Jacob; 21. verstandig (bargoens); 22. dikbuikig kannetje;
24. zoen; 26. rede (Gr.); 28. slaapt men op; 31. vreemde munt; 33.
kippenloop; 34. tuchtroede; 36. maanstand; 38. meisjesnaam; 40. elke;
41. eiland in 't Z.O. van de Aegeïsche zee; 43. stad in Frankrijk; 44.
onbep. voomaamw.; 45. overval van rovers (Ind.); 47. spitse bek
van een vogel; 49. deel van de bijbel (afk.); 50. mondeling; 51. zoek,
verloren; 53. pret; 55. zijtak Weichsel; 56. stad in Oostenrijk; 58.
metaalsoort; 61. puntig voorwerp; 62. elektrisch geladen atoom; 64
zware zoete wijn; 66. voorzetsel; 68. woedend; 69. legering van os
mium en wolfraam; 70. gebod; 71. stad op \V. Java, eertijds Buiten
zorg; 73. gil; 74. vreemde munt; 75. voedsel; 76. gem. in Utrecht;
77. rode Spaanse wijn.
Verticaal: 1. karakter; 2. Inbraak (bargoens); 3. maanstand; 4. dorp
in N. Brab.; 5. plaats op de W.kust van Seeland aan de Grote Belt;
6. vogel; 7. maanstand; 8. onderricht; 9. in het jaar onzes Heren (afk.
Lat.); 10. boom; 11. aanloop; 13. nauw; 14 overdekte marktplaats;
17. vervoermiddel; 20. niets; 22. nachtgewaad; 23. deeg; 25. zoon van
Noach: 27. gunstig gezind; 28. slaapt men op; 29. hinderen; 30. hage
disachtig dier (Ind.i; 32. muziekinstrument; 34 tuchtroede; 35. jaar
getijde: 37. geldprijs van munten; 39. vlaktemaat; 40. zijtak Donau;
42. monster; 46. jongensnaam; 43. platvis; 51. kropgezwel; 52. water
verwarmingstoestel; 54. lus; 56. bron: 57. Europeanen; 59. telwoord;
60. japon; 61. duw; 63. doorweekt; 65. beroemd Duits wijsgeer; 67.
insektje; 68. rivier in Rusland; 69. bid (Lat.); 72. voomaamw.; 73.
volksnaam v. d. kauw; 74. muzieknoot.
7. net; 8. o.l.; 9. monter; 10. ar;
11. ader: 12. Lepanto; 15. bos;
19. Budel: 21. Dalen; 24. R.D.;
25. melksalon; 26. Makassaar; 27.
Em; 29. L.K.; 30. do; 32. Aaron;
34. kroes; 35. orgel; 37. mol; 40.
per; 44. wasmand; 45. Delos; 47.
Andes; 49. meestal; 51. moraal;
52. ik; 53. Sn; 54. teller; 56. gr;
58. ra; 60. aloë; 61. dor; 63. Anna;
66. pul; 67. Sem; 71. re; 72. ba;
73. Ne; 75 N.V.
Horizontaal: 1. vaardig; 7. nor
maal: 13. ergo; 14. Nobel; 16. orde;
17. Rg; 18. Sb; 20. mot; 21 dn;
22. e.p.; 23. Workum; 26. Matera;
28. dadel; 30. Dalem; 31. na; 33.
melkkoker; 35. Ot; 36. tam; 38.
L.K.; 39. An; 40. pro; 41. rob;
42. spons; 43. weg; 44. wol; 45.
Da; 46. sa; 48. rem; 50. An; 51.
Melissant; 55. Ie; 56. golok; 57.
nader; 59. marron; 62. relaas; 64.
al; 65. as; 66. pos; 68. s.l.; 69.
N.T.: 70. Nora: 72. Buren: 74.
Enna; 76. deeltal; 77. meerval.
INZENDINGEN
Inzendingen worden vóór don
derdag a.s. op ons bureau ver
wacht. Oplossingen mogen uit
sluitend op een briefkaart wor
den geschreven. In de linker
bovenhoek vermelden: „Puzzel
oplossing" Er zijn drie prijzen:
een van 5,— en twee van ƒ2,50.
De vrij lange „Er uit gelicht" van vorige week heeft het gevolg gehad, dat
afgegeven kopij toen helaas moest blijven overstaan, zoals dat heet. Daarom maak
ik het vandaag maar bijzonder kort, om op die manier de schade weer wat in te
halen. E. D. de Bruin uit Rotterdam (van wie ik verder geen persoonlijke ge
gevens kreeg) schreef het openingstuk, een wel wat ander getint verhaal, dan we
meestal gewoon zijn, maar ik wilde het in deze vakantietijd niet langer in de map
laten zitten. Hier volgt dus:
De zwarte weduwe
De nacht hing over het oerwoud. De jungle was als een
donkere afgrond zonder bodem. Uit deze onheilspellende
duisternis klonken vreemde, onbestemde geluiden, die de meest
spookachtige denkbeelden opriepen.
Op een enigszins open plek
flikkerde een vlam van een
uitgaand vuur. Rondom dit
vuur zag men de schimmen
van mensen als een mysteri
eus ballet heen en weer bewe
gen. De sfeer was beklemmend
als het oerwoud zelf. In een
geelgroene vijver weerspiegel
de zich een fletse maan, in het
dichte gewas loerde een panter
op zijn prooi, over een boom
stronk kronkelde zich het glib
berige lichaam van een slang,
ergens diep in het woud gaf
een olifant een serenade ten
beste. Maar. niemand had
echter oog voor haar. Klein en
nietig was zij. Haar lichaam
wel duizendmaal kleiner dan
dat van die andere verschrik
kingen, bewoog ze zich wie
gend voort op haar acht grilli
ge poten. Langzaam vorderde
ze, langzaam maar bewust.
Haar lichtende afschrikwekken
de ogen, geplant in het rulle
zwart, waren hypnotiserend.
Donker was haar kleed, zwart
als een doodskleed van satijn.
Ze - was nu de open plek gena
derd. De vlam was gedoofd;
de schimmen waren tot niets
vervaagd. Rondom de vijver:
geen geluid. De panter was
verder geslopen, de slang te-
ruggekronkeld, de serenade be
ëindigd.
Vol leven
De spin was echter vol le
ven. Haar lichaam waggelde
naar voren. Hoog op haar po
ten stond ze stil voor de laat
ste fase van haar tocht. Dan
rukte ze op gelijk een tank van
koud staal met giftige vuur
monden. Uiterst langzaam
kroop zij omhoog langs de arm
van haar slachtoffer, hoog
richtte zij zich even op, de
ogen gespannen, om dan vol
Kata strofe
sterrenbrand
pijlen schiet in de flank der
stilte
de lucht berst open
loodsulferen vuurbrakende
zuchten
een niet te vinden uitweg
Een donkere wolk van angst
steigert vastgeslagen
tussen de bomen
waar krijsende saters wegschie-
Geschrei der nymfen
klettert tegen de stammen.
Gevouwen handen
Cirkelende atomen
De sprekende stilte doet haar
ronde:
Alle Menschen werden Bruder!
G. VAN BEUZEKOM
Yvonne Elshout (19, kantoor
en uit Den Haag) is er deze
week met
Pril
een lied een fluit
fluit een lied chanson
een bliksemflits
een vogelroep -
reinheid over geverfde muren
cognac und traubensaft
de schicht door de hemel
een vliegensvlug staren
waarom ben je hier?
ik verwaoht je nergens
trage passen stappen
passen traag
klankende gorgel
klink door helverlicht park
stoeiende avondtuinen
je bent zo mooi
nieuw je ogen
als een kind
stil
YVONNE ELSHOUT
kracht haar giftige poten in het
zachte, blanke vlees van de
man te dringen en ze leeg te
spuiten. Een gil, een kramp
achtige beweging en de spin
tuimelde op de grond. Haar
poten klauwden in het ledige
en zij verging.
Toen de zon 's ochtends als
een rode vuurbol boven de
boomtoppen balanceerde, werd
er op de plek dichtbij de geel
groene vijver een gat gegra
ven, waarop een geïmprovi
seerd kruis werd neergezet.
Een herinnering was het aan
de man, die de zon niet meer
kon zien opkomen, die in het
donker een ontmoeting had ge
had met haar... de zwarte
weduwe. E. D. DE BRUIN.
Melaats
De vele vlekken op zijn zachte
de zwarte vlekken - vrienden
RAAK MIJ NIET AAN!
aan de poort
voedsel
voor de tijd die ik nog leef
moeder aarde
medelijdende medemensen.
Ledematen kwijnen weg
het geeft niet want mijn wegge
zonken oog
ziet ze niet meer
PROLETARIËR STERF!
Ik sterf, niet bang voor de dood
vele vrienden - zwarte vlekken
Ik zie ze niet meer
ze worden vager,
vager.
Totdat....
PROLETARIËR KOM!
TON VAN DEN BOS
Clochard
gekregen van Arie Gelder
blom (u.l.o. en uit Nieuw-Lek-
ker land)
koude stenen
sterven met hem
in de bedompte nacht
dromen met hem
bij de vermoeide brug
door de rimpels
die zijn voorhoofd kerven
stroomt de Seine
tot deze morgen komt
een nieuwe schepping
zijn laatste genesis
want rijke ogen
willen de Eiffeltoren zien
en bloedrood
stromen gehaaste autobanden
een perpetuum mobile
zijn bebaarde gezicht
dat voor het laatst
verrukt geweest is-
de rimpels zijn verdronken
in een gestolde Seine
roodkoude steen
fluistert tegen de oude brug
facheus troisième is....
maar boven alles
ruik ik de parfum
van Marianne
die op de Eiffeltoren staat
en met verschrikte ogen ziet
hoe ook de brug
voor het laatst gedragen heeft
en hem bedekt
mon homme de Paris.
AG.
Gisteren en morgen
waarom de droom
die geleden
waarom niet de kracht
voor morgen.
van dagen en nacht
van wind en zon
en soms van lichte maan
zwerft hedensnu
naar morgen
CLAESINA HULZEBOSCH
'n Plaatje van Ada Ben-
ting (21 en uit Coevor-
den), die mij destijds heel
wat tekenwerk stuurde.
Deze koos ik uit het sta-
Geloof het maar
aldus Theo van Roon (20, on
derwijzer en uit Rotterdam)
Er loopt een weg van hier
naar het land waar de wind
iedere morgen
opnieuw wordt geboren,
waar de stenen nog warm zijn
van de eerste zon,
waar de roep van een vogel
klinkt als een kreet
van verrassing,
van zich telkens opnieuw
verbazen.
Dit is het land
dat de mensen zoeken,
het trefpunt
de naam kan niemand noe-
de plaats waar het leven
nog eenmaal wordt uitgedeeld
door lachende kinderen,
die op hun blote voeten
een hand komen geven
die met lege handen -
de toegang heeft ontdekt.
THEO VAN ROON
Gelukkig kon ook dit grapje er nog af.
't Is (naar ik meen) de eer
ste keer, dat jullie iets kunnen
lezen van Joke van Delft
(gym en uit Den Haag). De
kennismaking gaat via:
De wind
als een verlatene gaat hij
langs de huizen
als een vluchteling voortge
jaagd
door boze machten
zuchtend en steunend
by oude ruïnes
ruisend en zingend
door de struiken
maar brullend en brekend
zwiept hij de golven
buigt of breekt bomen
en worstelt met ons
vanwaar komt hij
die wij niet kunnen zien
waar gaat hij naar toe
wiens kracht toy voelen?
Wat fluistert hij in 't duister
en.wat ziet hij van de ellende
die hij bij ons aanricht?
alles of niets?
JOKE VAN DELFT
ER UIT GELICHT
't Kon b\jna niet uitblijven na de
lange ljjst van de laatste keer.
Slechts één inzending hoef ik terug
te sturen en wel die van Ella B.
te B. Afgezien van verschillende
taalfouten, paste je ver» beslist niet
in het kader van onze rubriek.
4- Uit een partij N. N.—Abrahams. 1929.
Ik°oo:S°rS',';,n*Jf1r.d.t U» partij Morphy N. N.. 1B57.
Oplossingen uo
heer H. J. J. Slavekoorde, Goudreinetstraat
125, Den Haag.
NOG MEER VERRASSINGEN
Wij veronderstellen dat niemand er be
zwaar tegen zal maken, dat wij het gedu
rende de vakanties maar aan de luchtige
kant houden, ook al zou de nu en dan wel
wat al te overvloedige regen mogelijk aan
leiding kunnen geven om de teleurgestelde
vakantiegangers maar wat intensiever bezig
te houden, door hun een paar fiks-moeilijke
opgaven voor te zetten. Wij hebben echter
aan deze verleiding weerstand geboden,
vooreerst omdat de vakantietijd voor ons
zelf voor de deur staat, maar ook omdat wij
optimistisch willen blijven.
De verrassingen, welke ditmaal de ru
briek vullen, worden ook nu weer uitgedeeld
door de „sterken" en de slachtoffers zijn
op één uitzondering na weer steeds „de
zwakken". Laat u dit niet ontmoedigen, doch
leer van de onaangename verrassingen welke
i. A
m
mmmm.
«fiii
Wit maakt het achter elkaar uit. Hoe?
a b c d e f
zet, maar zwart wint. Hoe?
OPLOSSINGEN
Hieronder volgen de oplossingen der op
gaven, gepubliceerd in onze schaakrubriek
van 30 juli jL
1. BernsteinN.N. Eerst nu zag zwart hoe
het zou aflopen: 11. Kd8 12. Df8t Kc7
13. Ld6T Kb6 (Indien 13. Kb7 dan 14.
La6t met winst van de zwarte dame) 14.
Dd8? Kb7 15 Dc7 mat.
2. Ettllnger—Janowskv. Er volgde: 9
Pf3t! 10. gxf3 exf3t 11. Le2 (Indien 11.
Pe2 dan 11. f2 mat) 11f2t 12. Kfl
Lh3 mat.
3; DenkerChlera, In de gegeven stelling
(nó Pd5 dus) is geen enkel voor zwart
bruikbaar antwoord te vinden: 12Dx
d2 dan 13. Pc7 mat; en als zwart een van
de witte paarden slaat (met toren, paard
of pion) volgt domweg Dxa5 en Paard c6
kan niet terugslaan omdat het gepend is.
4. DoppelmanKramer. Kramer beëindig
de deze in het Rivella-toernooi gespeelde
partij als volgt: 26. Df3tü 27. Txf3 ex
f3 28. Dye7 (Op 28. Lxf7t Kf8 29. Le6 volgt
29f2xe2t 30. Kgl Lb6! 31. Dxb6 elD
mat) 28f2t en wit gaf het op.