Verhaal bij het kampvuur
Angstig avontuur van
„schipper' Kees
Zelf filmen,
KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1960
ZONDAGSBLAD
VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JE
IN een grote, open ruimte in het bos, dicht bij mijn vakantieverblijf werd
het kampvuur gehouden. Ik was op het flakkerend licht toegelopen en
had me aarzelend bij de groep, die rondom het vuur zat, gevoegd.
Spookachtig licht van de vlammen speelde over de gezichten van de
jongens en meisjes, die aandachtig luisterden.
De verteller zat in een donkere hoek. Zijn gestalte was nauwelijks te
onderscheiden. Het viel me op, dat in zijn verhaal verscheidene typische
uitdrukkingen uit mijn geboortestreek voorkwamen.
Spoedig was ik, vooral omdat het timbre van de «tem me vertrouwd
voorkwam, hoewel ik niet begreep waarom, in de ban van het verhaal
gevangen.
HET verhaal dat ik jullie ga vertellen,
klonk het uit het duister, is zo waar
als het maar waar kan zijn. Jullie zullen
het misschien alleen maar een spookge
schiedenis vinden, zoals er zoveel zijn; een
geschiedenis, die zó nooit gebeurd kan zijn.
Maar ik verzeker je, dat toen mij dit ver
haal werd verteld, ik wel geloofde, dat
het waar was gebeurd, zo waar als het
licht van het vuur, dat nu hier in het
ronde danst.
Vroeger thuis, in het oude bovenmees
tershuis van het brinkdorpje konden de
donkere winteravonden soms lang duren.
Maar in het grote huis was het dikwijls
ook gezellig, vooral wanneer we vader
hadden overgehaald te vertellen. Want
dat kon hij. We schaarden ons dan om
de schaarse verlichting van die dagen en
luisterden.
Ik begreep niet, waarom deze simpele
woorden, die werden gesproken bij het
kampvuur van een mij vreemde groep
me zo boeiden. Maar toen de verteller
aan het slot van zijn inleiding was geko
men, hadden de vlammen juist het dro
ge dennenhout bereikt en hobg laaide het
vuur op, zodat we achteruit weken vanwe
ge de hitte. Op dat ogenblik zag ik het ge
zicht van de verteller en toen wist ik het
weer. Plotseling sprong van de stem van
ver weg terug in mijn geheugen. Het was
de stem van mijn oude hoofdonderwijzer.
Ja. hij was het, dezelfde forse figuur,
iets meer gebogen, meer rimpels in het
gezicht en het haar veel grijzer, i
zelfde kuif
tige ogen.
HIER komt dan het verhaal, dat vader
vertelde. Jongens en meisjes, je moet
zelf maar weten, wat je doet, maar ik ge
loofde het wél. ging hij verder.
Om op de boerderij van Derk en Lam-
mechien te komen, moet je een lang zaI?_
pad aflopen. Het lage rieten dak ligt y
scholen J~
middag
strompelt een marskramer over het mod
derige pad
Roer]
is niet
kracht
geeft hem met haar elleboog een harde por
in zijn rug.
,,Dèrk, er is er één op de deel. Dèrk."
,,Laat me slapen."
..Dèrk, luister dan."
De boer gaat zitten.
„Wat heb je toch vandaag?"
,,Er is volk op de deel."
Het is duidelijk hoorbaar, dat er heen
en weer wordt gelopen.
..Dat kan niet", stottert Dèrk. „De deur
zit op de grendel."
Bevend stapt hij uit de bedstee. Lam-
mechien schuifelt achter hem aan.
Als de boer door de keuken naar de
deel gaat, trilt de lantaarn in zijn hand.
Steeds duidelijker zijn de voetstappen te
horen. Er moeten er meer dan één op de
deel zijn.
Langzaam duwt Dèrk de deur op een
kier en als het licht eindelijk op de deel
valt, blijft hij versteend staan. Wanneer
Lammechien om de hoek kijkt haar
nieuwsgierigheid wint het van haar vrees
grijpt ze Dèrk verbijsterd vast.
^Over de lemen^ vloer klossen de lege
de
Door
BERT
DE JONG
i dezelfde heldere, blauwach-
de bomen.
koude, regenachtige
irskramer over 1.
de boerderij. Moeilijk
torsfde reeds oude man zijn handeltje. Hij
hoopt daar op die boerderij tussen de bo
men nog wat te verkopen. En misschien
schiet er nog een warme kop koffie, direct
in de ketel getrokken voor hem over.
Lammechien heeft hem door de kleine
raampjes van de keuken zien komen. Ze
heeft het druk en het liefst heeft ze. dat
hij de tocht naar de boerderij opgeeft en
halverwege terugkeert.
Er komt weinig van dat volk aan de
deur. Dat is maar gelukkig. Want ze heb
ben het niet breed. Ze moeten elke cent
omkeren, voor ze uit te geven.
De boerin loopt de stal in. Er moet nog
veel gebeuren vandaag. Als ze weer in de
keuken is, loopt de marskramer juist het
CrZijn rimpelig gezicht is vertrokken van
de kou en zijn handen zijn verkleumd.
Maar Lammechien merkt dat niet. Ner
veus loopt ze de deel over en stoot de bo
vendeur van de baander open.
„Vandaag heb ik niets nodig", wil ze
roepen. Maar de man heeft de riemen van
de kist van zijn schouder laten glijden en
zijn waren liggen al voor de deur uitge-
SP,AVat moet dat? Ik wil die rommel niet"
zegt ze nu. De oude man zit geknield ach
ter zijn handel en kijk schuin omhoog,
recht in de ogen van de boerin. Ze wendt
haar ogen af en haar blik valt op de
koopwaar. Ze ziet de verschillende arti
kelen. die ze hard nodig heeft: dat
het flesje Haarlemmer olie en ook die
stof. Maar Lammechien weet, dat ze mets
kan kopen.
Dan maakt een wilde drift zich van
haar meester. In een vlaag van woede
schuift ze de onderdeur open en ze trapt
met haar zwarte muil tegen de waren
van de marskramer.
„Weg met die rommel. Geen bedelvolk
aan mijn deur", stoot ze uit.
zware kist is gegespt, weer over zijn schou
der. Even kijkt hij haar aan. Het is een
blik. die dwars door haar heen gaat. Dat
brengt Lammechien helemaal buiten haar
zelf.
„Hetta" krijt
De grote hond stormt op de marskra
mer af. springt naar zijn keel en scheurt
een stuk uit zijn jasje.
Als de man het dier echter in de ogen
kijkt, deinst het terug en loopt jankend de
deel op.
Hij keert Lammechien de rug toe en
loopt het erf af. Als ze weer naar bin
nen wil gaan. keert de marskramer zich
rloos staat hij daar; zijn gestalte
neer gebogen. Er gaat een grote
,v..»v .an hem uit. De ogen schieten vuur
en Lammechien meent tei zien, dat de vuur-
stralen de boerderij treffen. Hij hef*
vrije arm bezwerend op en zijn stem klinkt
als een reeks donderslagen:
„Gij zult hier apijt van krijgen, grote
spijt. Wanneer het avond is, zult ge geen
rust meer hebben. Deze avond niet en de
volgende avonden ook niet. En wanneer ge
inderdaad spijt hebt. doe me er dan maar
De drift is weggevloeid. Lammechien
trilt op haar benen. Met een bovenmense-
lnke krachtsinspanning gelukt het haar
zich om te keren en de schouders op te
halen.
boer gaan in de rustige gang van de eige
naar en die van de boerin bedrijviger en
in een pittiger ritme. Klos. Klos. Klos.
Ze vluchten de keuken in en in het
schijnsel van de lantaarn zien ze, dat de
kopjes op de tafel in beweging zijn en de
stoelen verschuiven, alsof een vrouwmens
druk bezig is. En uit de pijp van de boer
stijgt rook op.
TN de beddekoets heeft de slaap hen
1 eindelijk overmand.
Als de volgende morgen de herfstzon
vriendelijk schijnt, lijkt alles een nacht
merrie te zijn geweest. Maar Dèrk en
Lammechien weten wel beter. De gehele
dag vermijden ze met een ander in con
tact te komen en aan elkaar hebben ze
weinig steun. Eigenlijk schamen ze zich
voor elkaar.
Zo breekt de donkere avond weer aan.
Afgemat kruipen ze in de beddekoets. Nu
liggen beiden te woelen. En naarmate de
tijd verstrijkt, worden ze onrustiger en on
rustiger. Het wordt steeds moeilijker de
gedachten onder controle te houden.
Het stormt buiten.
Omstreeks middernacht horen ze boven
het gegier van de wind uit weer de
voetstappen in het achterhuis.
„Dèrk".
„Ja."
„Hoor je wel?"
„Ga dan kijken."
„Ja."
Het duurt geruime tijd voor Dèrk de
moed heeft uit de bedstee te stappen.
In de keuken is het rustig, maar de voet
stappen klinken luider dan de vorige avond.
Eindelijk openen Dèrk en Lammechien
de deur naar de deel, waar de klompen
druk in de weer zijn. Op dat ogenblik
wordt hard aan de baanderdeur gerammeld
en in de stal ontstaat het geluid van rin
kelende emmers, alsof het melken in volle
gang is.
De boer en de boerin weten niet meer
hoe ze terug in de bedstee zijn gekomen.
Met de deuren dicht liggen ze in doods
angst diep onder de dekens weggekropen.
Toch klinkt duidelijk een stem tot hun
door, de stem, die Lammechien onmiddel
lijk herkent:
„Ge zult geen rust meer hebben. Deze
ayo^nd niet en de volgende avonden ook
De volgende morgen komt er weinig van
werken op de boerderij. Ze zitten maar in
de keuken. Eindelijk komt het tot een ge
sprek. Er móét wat gedaan worden.
Dèrk gaat naar de dominee op het dorp.
Deze belooft 's avonds met de burge
meester, met wie hij bevriend is, naar de
boerderij te komen.
"pR wordt weinig gesproken die avond.
J-' De dominee en de burgemeester drij
ven goedmoedig de spot met de angst van
D.èrk en Lammechien. Het helpt niet. Er
wordt steeds minder gezegd en de sfeer
van angst, die in en om de boerderij
hangt, oefent op den duur ook invloed uit
op de notabelen.
De olie van de lamp is bijna op. Dèrk
en Lammechien durven niet naar achte
ren te gaan en de dominee en de burge
meester weten niet, waar de oliekan staat
De grote Friese hangklok tikt de minu
ten langzaam weg.
Dan is daar die doordringende gil.
Lammechien heeft geschreeuwd. Ze heeft
de voetstappen op de deel het eerst ge-
Allen staan plotseling en door de raam
pjes van de keuken zien ze, hoe kleine
lichtjes over het erf dartelen. Het lijken
lichtgevende staartjes van honderden rond
springende konijnen.
Na een minuut of drie is het weer aar-
de-donker buiten en op de deel is geen ge
luid meer te horen.
Als de dominee en de burgemeester ver
trekken, staan de vier klompen weer net
jes op een rij, zoals Lammechien ze er
heeft neergezet.
De twee notabelen van het dorp hebben
het angstig geheim van de boerderij van
Dèrk niet voor zich kunnen houden. Het
is de volgende dag het onderwerp van ge
sprek in het dorp.
"LIET loopt tegen tweeën als een onbe-
kend iemand het zandpad afkomt. Het
is een lange, armoedig geklede figuur.
De boerin is alleen thuis.
Doelbewust loopt de man het erf op, gaat
de deel op en klopt aan de keukendeur.
„Is daar volk?" zegt Lammechien ge
heel overbodig. Ze voelt zich weinig zeker.
De man stapt de keuken binnen en
vraagt:
„Wonen hier Dèrk en Lammechien?"
Ja."
„Zetten jullie vanavond de flessen ge-
never, die voor de slacht worden be
waard. daar op de pompestraat. Dan zal al
les weer rustig worden."
Meer zegt de man niet en even ge
heimzinnig als hij gekomen is, verdwijnt
hij weer.
Als het donker wordt, zet Dèrk de fles
sen genever bij de pomp.
's Avonds gebeurt er niets. Er heerst
een vreemde rust.
Gespannen luisteren de boer en de boe
rin naar de vertrouwde geluiden in en om
huis. Ze zijn hun dierbaarder dan ooit te-
's Morgens is Lammechien heel vroeg
op. De flessen genever zijn verdwenen.
Het kampvuur was bijna uitgebrand. De
takken gloeiden nog na en hier en daar
lekte een vlammetje.
De kring van jongens en meisjes was
een donkere schaduwmassa geworden.
"TN geloof me, vervolgde de verteller,
-L' als ik vroeger op zo'n donkere avond
naar bed ging, zag ik door een zolder
raampje van het oude meestershuis meer
dan eens die lichtjes dartelen. Geloof me.
Wanneer jullie misschien niet met je ge
weten in het reine zijn, klonk verder de
stem uit het duister, zullen jullie bij het
opzoeken van de tenten in het zwarte bos
straks ook die lichtjes zien dartelen. Ja,
dat zullen jullie.
Er waarde een huivering door de kring;
een huivering, veroorzaakt door de koude
re wind. die door het bos drong? Of toch
De stem zweeg.
Twee meisjes met smalle, witte ge
zichtjes en zwart haar zongen nog, zich be
geleidend op de gitaar „Het ruw houten
7. „Jullie moeten vlug zijn, jongens",
roept Zwijntje, „want ik heb bijna geen
gevoel meer in mijn armen". „Even vol-
houden, nog heel even, ik ben bijna bij
je", zegt Egel hijgend van inspanning. Hij
trekt hard aan het touw en de grote haai
moet wel loslaten. Hij gooit eerst nog
even een paar van die hele, sterke pillen
in de gapende muil van de vis. Die
schrikt van de sterke smaak en klapt
zijn muil dicht. Ze zijn vrij en bungelend
aan het touw worden de twee avontu
riers uit het water gehesen.
S. „We kunnen wel aannemen, dat on
ze provisiekast verloren is", hijgt Zwijn
tje. Heel langzaam wordt het touw om
hooggetrokken. Benjamin Konijn moet al
B Copyright
zijn krachten inspannen om zijn twee
vrienden binnen boord te brengen. „Har
telijk welkom, Egel en Zwijntje", zegt
hij eindelijk plechtig. Dit avontuur is dus
ook weer afgelopen, maar wat is dat.
Benjamin wijst. .JCijk eens, jongens, wat
een vreemd ding daar aan komt vliegen.
Wat zou dat zijn?"
9. Ze schreeuwen door elkaar. „Dat ii
een reusachtige ballon". En jawel het
luchtschip komt steeds dichterbij. „Kijk
eens," roept Murr, de kater, opgewon
den, „er zit iemand in". Maar de man in
het andere luchtvaartuig heeft hen ook
al gezien. „Daar komt een groot ii
op me afvliegen", mompelt hij, „ik zal
mijn tropenhelm maar eens opzetten. Dan
zijn mijn oren tenminste goed be
schermd." De reiziger kijkt met grote
aandacht: „Maar nu zie ik het pas goed
dat is een hefschroefvliegtuig er
komt regelrecht op me af
„Vierde rij"
jongens renneu
uit. de gang door,
Zo proberen die knapen
uit klas zes steeds weer
naar buiten te gaan, hoe welk nummer of ..cu-
dikwijls meester daar al ben
Buiten adem haast, rent
zegt Van
roets, de man en dat wordt hij la
de bank ter ook. Natuurlijk!!
naar Hij geniet er altijd van
als hij de kotters de ha- I BMH|
of uit ziet varen, naast haar* Die kijkt "ook
gggt zo somber. Dat is hij
vader echt niet gewend.
tegen' gefoeterd heeft!
Kees hun huis binnen.
Kees'
Uit de verte weet hij al,
Op de divan ligt moeder,
met een pijnlijke trek op
haar gezicht en ze kijkt
hem zo wonderlijk aan
Vader zit op een stoel
Haantje de voorste is al
tijd Kees van Veen. Mees
ter Van der Zee vindt het
een fijne knul, maar la
waaierig en drukvre-
R. VAN URK
door
Hij kijkt hem nog even
na en denkt dan: „net een
Michiel de Ruyter in de
dop". Kees heeft vandaag
inderdaad grote haast, In de keuken botst hij
want 't is zaterdag en dat bijna tegen buurvrouw op. dachte dingen doen
betekent: vader helpen op „Stil jongen" zegt deze moeder
Zus Anna loopt druk heen
weer. Die moet alles
ir maken.
Want de dokter heeft ge
adviseerd, dat moeder
onderzoek naar 't zieken
huis moet. En vader gaat
met haar mee. Voor die
feiten wordt Kees geplaatst,
terwijl hij zo'n fijne zater
dagmiddag dacht te heb-
„Kees zul je geen ondoor-
kenhuis zijn?"
„Nee vader", antwoordt
enz. Dat is voor Kees haast hij uit 't diepst van z'n
Dat is z'n lust en z'n le- ondenkbaar. hart. En na deze woorden
ven! Zolang hij moeder kent, kijkt hij van vader naar
Om twaalf uur, dat weet heeft ze nog nooit wat ge- moeder, alsof hij zeggen
Kees stellig, dan is vader mankeerd. wil: Daar kunnen jullie op
thuis om koffie te drinken. Maar als hij de kamer aan!.
Daarna mag hij mee naar binnenkomt, moet hij
kotter! Heerlijk joh! wel geloven.
(wordt vervolgd).
Hallo,
en nichten.
Voor velen van jullie schiet de vakantie al een heel eind op. Nog één
weekje en dan weer hard werken op school. Er zijn ook nog van die geluks
vogels die pas aan de vakantie beginnen en er nog maar een weekje hebben
opzitten. Veel plezier en we zullen hopen, wat beter weer! Verschillende
jongens en meisjes schreven me, dat ze hard voor hun zwemdiploma aan
het trainen zijn. Maken jullie goede vorderingen? Griezelig als je voor het
eerst van de plank moet springen, vinden jullie niet? Maar als je een paar
keer hebt geoefend, vind je het heerlijk. Veel succes hoor! Jullie hebben
héél goed je best gedaan met schrijven, wat ik natuurlijk erg fijn vind. We
gaan daarom de brieven maar gauw beantwoorden. Nog hartelijk bedankt
voor de rapportcijfers!
De oplossing van de vorige puzzel is „Giraffe".
De hoofdprijswinnaarster is Helmi de Ru. De troostprijzen krijgen thuis
gestuurd, Corrie en Wijnie de Jong en Arjan de Leeuw van Weenen. Lang
zal die leven
José v. d. Berg, Marleentje Eijgenraam, Anie van Kleef, Marianne
Spaans en Piet v. d. Vlist, heel hartelijk gefeliciteerd van de neven en nich
ten met jullie verjaardag.
Het is alsof ze een benauwe droom
heeft gehad. Deze middag kan ze het
werk niet goed klaren.
Als Dèrk van het land komt, durft ze
nog niets te vertellen. Pas wanneer ze
's avonds de brij achter de knopen heb
ben. vertelt Lammechien. wat er die mid:
dag is gebeurd. En Dèrk lacht, zoals hij
nog nooit heeft gelachen.
Dat volk zegt hij, ..Laat jij je door
dat vreemde volk van de wijs brengen?"
Dèrk lacht en praat er over heen, hoe
ontdaan Lammechien ook is. en het lukt
hem niet haar gerust te stellen.
TV/ANNEER ze samen in de beddekoets
liggen, kan Lammechien de slaap maar
niet krijgen. Nu ligt ze zus en dan weer
zo. En Dèrk. het lijkt wel. of die ook met
zo rustig is ingeslapen als anders.
„Lig toch stil mens", gromt hij.
„Ik slaap al lang", zegt Lammechien.
maar nog nooit is ze op dit uur van de
dag zo wakker geweest.
Buiten klettert de regen tegen de ra-
mMaar er zijn ook geluiden, die haar niet
vertrouwd voorkomen. Lammechien weet
niet wat het is. Zou er wat met de koeien
in de stal zijn? Daar is het weer.
Ineens dringt het tot haar door. Ja, dat
is het- J
Er is volk op de deel.
„Dérk", fluistert Lammechien hees en ze
In onze tijd van raketten,
atoomenergie
„zelf filmen"
beoefende liefhebberij gewor
den. Het levende beeld
een boeiende hobby
een speelfilm in het geheel niet
in strikt chronologische volgor
de wordt gemaakt, maar naar
een draaischema, dat een vol
komen economisch werken toe
laat.
weer een strandscène, dan is zo
iets voor de maker en zijn ge
zin best te begrijpen. Voor een
latere toeschouwer is de sprong
niet te volgen. Plak alle scè-
elkaar betrekking
amateurfilmer-in-de-vakan- TT":;
televisie, is het tie. toch ook wat nuttig begrip elkaar g-ekmpt, georde a ueujK ne
jor uw hobby bij te brenlen de juiste volgorde geplakt Door ter J2ake
Veel vakantiefilms vertonen
vrij ordeloze hoeveel-
L.fcr word.» de bïi
delijk hebt verlaten, doet niets
kinderen, familie of vrlen- heid scènes, die nauwelijks i
den. kunnen wij vastleggen op onderling verband hebben. Zo'n
de fllmband en even spTanke- vakantiefilmpje springt van
lend opnieuw beleven via het hak op de tak en is. zonder
projectiescherm.
Onze vakanties, de verjaar
dagen en al de hoogtepunten in
het leven van alle dag. zijn dat
ook beslist waard.
Filmen is de hobby van mo
dernere mensen! Moeilijk? Ab
soluut niet. Maar we kunnen
een film doen slagen of misluk
ken, net zo goed als we een fo
to kunnen bederven door de ca
mera niet stil te houden of niet
door te draaien. Met een weinig
extra aandacht echter kunnen
we ons genoegensproduct al da
delijk tot iets aparts stempelen.
Het meest wordt er in de va
kantie gefilmd en het is ook
wellicht door de vakantiestem
ming, dat er nogal eens non
chalant met de kostbare film
wordt omgesprongen. Eigenlijk
zonde, want die momenten ko
men nooit weer.
Filmt u ook. lees dan onder
staande tips vóór u begint
Deze inleiding mag wat in
gewikkeld lijken, we hebben
haar nodig om u als gezelli-
nadrukkelijk commentaar
de maker, voor een vreemde
begrijpelijk.
Iedereen heeft wel eens ge
hoord van het begrip „monta
ge" bij de film. We weten dat
montage ontstaat pas het fj^d
verhaal. Voor de amateur is de- seiuma neot.
ze montage eveneens hoogst be
langrijk. Knipt hij in zijn va-
de kantiefilm en plakt alles in de
en logische volgorde samen, dan
an stijgt zijn film met sprongen in
)n_ waarde ook voor een volko
men vreemde.
Vertoont uw film bijv. een
opname van het strand, daarna
een aantal scènes van een
weekendhuisje en vervolgens
Verhaal
Bent u in staat, om, behalve
een duidelijke samenhang van
beelden, ook enigermate een
verhaal in uw film te brengen,
dan is u al een grote stap op
weg naar èen juist filmbegrip.
Monteer (dus knip) uw scè
nes niet te lang. Een scène,
waarin de familie in het beeld
wandelt, moet niet te lang
„staan", bekort zoiets zonodig.
Juist de afwisseling van beel
den geeft een film vaart. Begin
ners denken vaak. dat de film
camera tijdens de opname be
wogen moet worden. Ze draai
en en zwenken met het toestel
om een gebouw af te tasten of
een groep wandelaars te volgen.
Bij projectie geeft deze came
rabeweging een zeer onrustig ef
fect. De achtergrond stormt over
het doek!
Beter doet u zo: stel uw ca
mera in op de wandelaars, laat
ze het beeld inwandelen en uit
gaan. Draai niet met de came
ra mee. Laat, wat gefilmd
wordt, zelf voor de beweging
Nu krijgen de brieven een
beurt.
Wat heb jij een lange va
kantie Annie Jochem. Fijn,
dat ik nu toch weer een brief
van je kreeg. Vergeet je het
nu weer? Was het verleden
week leuk aan het strand?
Wat erg, dat Kees uit de
boom gevallen is Wijnie de
Jong. Ligt hij nog in het zie
kenhuis? Is Nw. .-Lekkerland
een leuk plaatsje? Had
Kees zo'n trek in kroosjes,
Corrie d^ Jong? Is z'n arm
nu goed gezet? Waar is de
reis heen 20 augustus, Teun de
Jong? Ga jij wel eens naar
het strand? Heb jij veel vrien
den? Wat grappig postpa
pier hebben jullie Jannie de
Jong. Leuk. dat jij zo dik
wijls met Nelleke gaat wan
delen. Ja, ik heb Panora
ma Mesdag vaak gezien, Gert
de Jong. Hoe vond je de rond
vaart? Jouw brief was de
vorige keer te laat Greta v. d,
Kaay, Hoe was het in Arcen?
Ben je al in Dodewaard ge
weest? Rla Kleibergen,
schrijf jij de volgende keer
wat meer? Jij gaat ver
weg hoor, Ria de Kloet. Heel
veel plezier! Was het leuk
bij oma, Dineke Koen? Blij
ven jullie lang in Den Haag?
Hartelijk welkom Arnold
v. d. Kooy. Heb jij een leuke
verjaardag gehad? Ga jij vaak
vissen? Jouw tekening was
best Anneke Kooyman. Heb
jij donderdag een leuke dag
gehad? Waarheen is de reis
vandaag? Hoe heet Jij I
Koppers? Ida of Izak? Ben
jij weer beter Jan Kraak?
Heb ik de brief nu van oma
gekregen? Volgende keer hoop
ik weer van jou, Jan!
Dit is inderdaad
een uat lastige puz
zel. Het lijkt wel
een warboel van lij-
Als jullie de plaat
goed bekijkt zie je
verschillende afbeel
dingen en als je de
plaat nog een beet
je beter bekijkt, zie
Addie Kranenburg, schrijf jij
de volgende keer wat meer?
Heb jij nog meer broertjes en
zusjes? Jij deed er ook al
geen briefje bij Cora Lagen
dijk! Krijg ik de volgende
keer wel een lange brief van
jou? Waar ben jij naar toe
geweest Nellie Lambion? Grap
pig zo'n hertekamp. Hoe was
het in Nw. Lekkerland?
Gelukkig, dat jullie niet ver
dwaald zijn, Jetje Leenheer!
Was het 31 juli leuk? Jul
lie hebben dus verleden week
groot feest gehad, Arjan de
Leeuw van Weenen. Wat zal
je moeder nu gauw klaar zijn,
Arjan! Hoe was het in Bode
graven? Heerlijk zo'n tocht
in de haven, vinden jullie niet
Ad en Leo van Leeuwen? Wan
neer zijn jullie precies gebo
ren? Hartelijk welkom Ok-
ko Lems. Heb jij nog meer
broertjes en zusjes? Ben
jij al met vakantie geweest
Ina Lie vaart? Ben jij al tan
te? Hoe vond je het op de
Veluwe Tini Lok? Hebben jul
lie de herten gezien? Fijn,
dat jullie met de auto tochten
gaan maken, Arjan van Loon.
Heel veel plezier hoor! Was
het leuk in het Oudekerkse
bos? Henk Meerkerk. Grappig
hè, dat er vuur uit die pij
pen komt. Knap hoor, dat jij
al zoveel versjes kunt spe
len. Jannie Monteny, krijg
ik de volgende keer een lan
ge brief van jou? Bedankt
voor je leuke tekeningen Ma
rianne van Nesten. Lees jh
graag Donald Duck? Gewel
dig zo'n „koningsleeuw"!
Wanneer begint de Huishoud
school, Jannie Notenboom?
Kook jij graag? Fijn dat
je bent overgegaan, Klement
leeds
Het zijn er 10 in
JFillen jullie al de
afbeeldingen, die je
kunt vinden, in de
brief schrijven en
voor dinsdag 9 aug.
Notenboom! Krijg ik de vol
gende keer een lange brief?
Jouw brief was de vorige keer
te laat Eilie van Noort. Na
tuurlijk mag je schrijven als
je 16 jaar bent. Is het leuk
in Voorthuizen? Waar ben
jij met vakantie geweest, Wil
lie Paans? Ik mis jouw lan
ge brieven! Plet Pols jouw
brieven ook! Knap hoor,
dat jij nu voor je zusje
schrijft, Pieter v. d. Poort.
Waar is Marianneke naar toe?
Bedankt voor je gezellige
brief Henriëtte Pruim. Tante
Jos vond handwerken ook al
tijd een prettig vak. Maandag
is dus de grote dag. Veel ple
zier, Henriët! Fijn dat jij
weer een brief schrijft Jacob
Jelle Pruim. Heeft Jacqueline
geen tijd meer? Hoe word jij
genoemd? Jouw brief was
de vorige keer ook te laat,
Elsje Raats. Bedankt voor je
mooie tekening hoor! Hoe heet
de meester? Ook jouw brief
was te laat Johnny de Rid
der. Dat is nog nooit ge
beurd. Groeien de kersepitten
al? Hartelijk welkom Jur
van Rietschoten. Heb jij een
hok voor een schildpad? Wat
krijgt hij voor eten? En de
vogels? Leuk, dat jullie
zp'n groot feest hebben ge
had Margriet Rietveld. Nog
van harte gefeliciteerd hoor!
Is het leuk in Zeist? Har
telijk welkom Kees Rooden.
Wat is jouw geboortedatum,
Kees! Zijn jullie niet ver
dwaald in de Drunense dui
nen, Lenie Roodenburg? Knap
hoor, dat je al van de lage
wip- mag springen. Heel veel
plezier op 18 augustus, hoor!
Bedankt voor je mooie te
kening Rikie Rosenbrand. Heb
jij een lange vakantie? Veel
plezier in Limburg, Rikie!
Jij geniet wel van Donald
Duck, Helmi de Ru. Was het
overgooiertje goed? Hoe oud
is je vriendin geworden? Fijn,
dat jullie zoveel hebt ver
diend. Was het zondag gezel
lig? Hoe is het met Hetty
haar voet? Tante Jos woont
niet in Rotterdam, Leiden of
Den Haag, hoor! Ze woont in
Maassluis. Wat ben jij ver
schrikkelijk verwend Dikkie
van Ravenhorst. Was je tante
Jos vergeten? Teken jij vaak?
Hoelang blijf jij in Strijen,
Catrien Rijstenbil? Fijn, dat
ik toch nog een briefje van
je kreeg. Hartelijk welkom
Ellie van Rijn. Je hebt het
goed gedaan hoor! Hoeveel
broertjes en zusjes heb jij en
wat is precies je geboorteda
tum?
De letters S. t.m. Z. zijn nu aan
de beurt. Heel veel plezier en
mooi weer, hoor!