EEN NIEUW TOESTEL
MEER BEELD
VOOR 30°/. MINDER GELD
I igtvoet
Melk
Taptoe Delft 1960 zal
zichzelf overtreffen
koelmoetiezijn
dannissiefijn
Bij aankoop dekens - 2e DEKEN VOOR DE HALVE PRIJS
Adr. van Ooy Jr
Vele nieuwe programmapunten
Na drie eeuwen nog:
Auprès de ma blonde
Scheepswerf Akerboom in Lisse
gaat eeuwfeest vieren
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
VRIJDAG 29 JULI 19<
Drie grote mannen,- die op Taptoe
Delft 1960 ten tonele zullen worden ge
voerd. Taptoe Delft 1960 zet de klok
ruim drie eeuwen terug. Het is een
scène, waarmee het optreden van het
korps Mariniers en van de Mariniers-
kapel wordt ingeleid. Maar hoe zouden
de Mariniers het verleden kunnen laten
herleven zonder een van hun roem
ruchte slagen uit te beelden? Roem
rucht was de slag bij Seneffe in
Zuidelijke Nederlanden in augustus
jV"EE, MET DE SOLDATEN der Marine ging het niet zo bijster goed. Na
de zeeslag bij Lowestoft op 13 juni 1665 schreef luitenant-admiraal
Johan Evertsen aan de Sta ten-Generaal in een zeer boze brief: .dat de
Soldaten de Marine soo gansch slecht bevonden wierden dat het niet om
seggen is, ende dat in alhaer doen, kruypende bij vijf en twintiche en meer
weg wanneer wij voor den vijand quamen.Ook de grote vlootvoogd
Michiel Adriaansz. de Ruyter klaagde zijn nood. Johan de Witt, raadpensio
naris, begrijpend dat er behoefte was aan mannen, bequam om te lande
voor soldaet ende ter zee voor matroos te connen dienen", wist van Hunne
HoogMogenden de Staten van Holland en Westfriesland een besluit uit te
lokken, waarbij werd overgegaan tot oprichting van een „Regiment de
Marine", waartoe „geen ander dan goet en bequam volck" mocht toetreden.
Deze resolutie dateert van 10 de
cember 1665 en deze datum geldt
als de oprichting van het korps Ma
riniers. dat dus dit jaar zijn 295ste
jaardag hoopt te vieren. Maar dit is
niet de enige reden, dat het korps
en de Marinierskapel van de Konink
lijke marine centraal staan in TaD-
toe Delft 1960. Ook de Marinierska
pel viert dit jaar een jubileum. Vijf
tien jaren geleden werd zij opge
richt als voortzetting van de even
beroemde Stafmuziek der Koninklij
ke marine, die na de overweldiging
van Nederland door nazi-Duitsland
in 1940 werd opgeheven.
Drie mannen
De Mariniers, de helden uit zovele
veldslagen, de mannen die heentrok
ken waarheen hun werd bevolen te
gaan. Qua Patet Orbis zo wijd de
wereld strekt, gaan dit keer in het
grootste jaarlijkse militaire evenement,
dat Nederland kent, als het ware de
hoofdrol spelen. En er is niemand on
der de overige deelnemers, die dat hen
misgunt. Zij zullen op een historisch
plein, omzoomd door historische gebou
wen, het verleden laten herleven in
woord, beeld en muziek.
Aan de wieg van het korps Mari
niers hebben drie grote mannen ge
staan: Johan de Witt, Michiel Adri
aansz. de Ruyter en Willem Joseph
baron van Ghent, de eerste comman
dant. Onder Van Ghent behaalden de
Mariniers hun eerste roem. Aan de
tocht naar Chatham, die legendarische
tocht, is hun naam met ere verbonden.
HU was een knap aanvoerder, deze
baron Van Ghent.
HU was, zo noteerde Gerard Brandt,
de geschiedschrijver van De Ruyter,
,van een landsoldaat in korte jaren
een voortrerielUk zee-overste gewor
den, die In verscheidene zeslagen onder
de ogen van de luitenant-admiraal De
Ruyter en op zl|n voorgang ongemene
proeven van manhaftigheid en beleid
had gegeven, de toeleg op de rivier van
Rochester bU Chatham gelukkig uitge
voerd en daarna In de zeetocht tegen
de Tnrkse rovers geen minder eer In
gelegd, zodat men met reden iets groots
van hem verwachtte. Zijn dood werd
van alle liefhebbers des vaderlands te
meer betreurd, omdat hU stierf in de
kracht van zUn leven en ln een ouder
dom waarin hU zUn vaderland nog veel
dienten had kannen bewijzen.
van het jaar 1674. De naam prijkt te
recht in het korpsvaandel. De verbon
den troepen, waarbij die der Staatse
onder de Prins van Oranje, leveren
tegen de Fransen onder de bekwame
veldheer Condé, een bloedige slag.
Naar tijdgenoten vermeldden verloren
de bondgenoten 10.000 5 12.000 man aan
doden en gewonden, de Fransen
stens 7.000 a 8.000 man. Condé screef
aan zijn koning, dat hij zijn beste in
fanterie had verloren en een groot deel
van zijn cavalerie. De strijd bleef on
beslist. Condé durfde hem niet voort
te zetten en ontruimde het slagveld.
De Hollanders, schreef een geschied
schrijver. leden geen nederlaag, hetgeen
wel in het bijzonder is te danken ge-i
weest aan de Nederlandse Infanterie,
waarvan de ter zee zowel als tc land
beproefde Marlnlersregimentcn Palm
en Van Weede keurtroepen vormden.
De vlag
De Slag bij Seneffe wordt uitgebeeld
in geschutsexercitie en uitgevoerd door
een exercitie-peloton van 27 man Mari
niers. En dan komt de vlag. de Neder
landse driekleur, die de Mariniers de
eeuwen door tot grootse daden heeft ge
ïnspireerd. Met die vlag zijn ze de wereld
doorgetrokken en over zeeën gegaan.
Rond die vlag wordt op Taptoe Delft
1960 door de hedendaagse Mariniers een
programma opgebouwd, waarvan de Ma
rinierskapel met de tamboes enr pijpers
het indrukwekkende middelpunt vormen
omgeven door exercerende Mariniers en
fakkeldragers.
Het optreden van het jubilerende korps
en de jubilerende kapel is een knappe
vondst, die dit onderdeel van Taptoe
Delft 1960 tot een gebeurtenis met een
geheel eigen karakter maakt. Generaal-
majoor der Mariniers Nass, uitstekend
kenner van de korpsgeschiedenis, heeft
er een belangrijke bijdrage aan gelevrd
Maar wat zou het optrden van de Ma
riniers betekenen als ze in hun uitbeel
dingen niet de muziek van de Mariniers-
kapel als achtergrond hadden? Al een
paar eeuwen lang heeft de muziek bij
de Koninklijke Marine een voorname rol
gespeeld. Reeds in 1799 werd bepaald,
dat, zowel in tijd van vrede als in tijd
van oorlog, op schepen van onze vloot
van minstens 56 stukken gescut „scheeps-
kapellen" in de rol van het schip moes
ten worden opgenomen. En deze bepaling
werd van harte toegejuicht. Een com
mandant van een schip van oorlog zond
in 1854 een telegram aan de minister van
oorlog om toestemming te verkrijgen een
reizend orkest aan boord te nemen, dat
zich toevallig in Vlissingen bevond, zulks
ter opluistering en bevordering van de
goede geest aan boord. De commandant
van de drijvende batterij „Neptunus" was
op zijn manier ook er van overtuigd dat
muziek aan boord opvoedend moest wer
ken.
Toen hij in 1862 belast werd met de
binnendienst op onze rivieren zond hij
een telegram aan de regering met het
verzoek een draaiorgel te mogen aan
schaffen. Want in die jaren maakte de
horlepiep nog opgang als typische zee-
mansdans. Muziek heeft bij Marineplech
tigheden nooit ontbroken. Toen op 28
juli 1859 de eerste steen werd gelegd
voor een zojuist gegraven Marine-dok in
Den Helder stond een ere-wacht van Ma
riniers aangetreden met aan het hoofd
de Scheepsmuzikanten. Doch „des avonds
acht arc" begon nog een zeldzamer feest.
De aannemers van het graagwerk
gaven namelijk een soirée-dansante op de
vloer van het dok, tien meter onder de
begane grond, in een doeltreffend inge
richte en met smaak gedecoreerde, schit
terend met gas verlichte zaal, prijkende
met de woorden Minster Lotsy (minister
van marine) en het wapen van Den Hel
der. In het midden der zaal verspreidde
eene fontein van duinwater eene aan
gename frischheid". En de muziek tij
dens deze soiree werd verzorgd door de
verenigde scheepskapellen.
Specifiek
Het optreden van het korps Mariniers
en de Marinierskapel valt uiteen in twee
delen: de excercitie en de muziek. De
Marinierskapel zal specifiek Nederlandse
marine-muziek ten gehore brengen, af
gewisseld met een enkel Engels en Ame
rikaans stuk, o.m. de Hornpipe, in het
Nederlands de horlepiep, de van ouds
her Nederlandse matrozendans, die tot
ongeveer 1800 nog bij onze Marine werd
gedanst.
Maar welk lied zal favoriet worden op
Taptoe Delft 1960? Uit de dagen van de
Slag bij Seneffe dateert het charmante
Auprès de ma blonde, het lied van de
soldaat, die zijn meisje er op attent
maakt, dat het zo gezellig met hem wan
delen is de tamboers en pijpers van
de Mariniers zullen het „brengen, en het
zal het doen", want er is geen tophit
noch uit het verleden noch uit het heden,
die Auprès de ma blonde heeft kunnen
verdringen. Het heeft de smaak van alle
generaties doorstaan. D.t, en La Palisse,
het lied van de garde van Lodewijk de
Veertiende.
Maar de Marine heeft op deze taptoe
nog voor een extra verrassing gezogrd.
Voor het eerst verleent de Matro/etika-
pel haar medewerking, een kapel, die is
samengesteld uit de kapellen van Hilver
sum, Willemsoord en de Marine Lucht
vaart Dienst.
Nieuw
Een ander geheel nieuw element
in Taptoe Delft 1960 wordt geïntro
duceerd door het gezamenlijk optre
den van het trompetterkorps der
Cavalerie, het fanfarekorps der Ge
nie, het jachthoornkorps der Garde
Jagers, het tamboerkorps der Grena
diers, het tamböérkorps van de Ko
ninklijke luchtmacht en het tamboer
korps van de Garde Fuseliers „Prin
ses Irene". Het trompetterkorps van
de Artillerie zal voor de eerste maal
in Delft te beluisteren zijn. En voorts
zijn er weer de Koninklijke Militaire
Kapel, de kapel van de Koninklijke
luchtmacht, de Johan Willem Friso-
kapel en het exercitiepeloton van het
Luchtmacht Instructie Regiment, dat
zorgt voor de stilte, die aan de gran
dioze finale vooraf dient te gaan.
Taptoe Delft 1960 die van vrijdag
Op 29 augustus
Sassenheimse timmerman deed
zeer goede zaken
/"Cornells Dobbe, meester-timmerman te Sassenheim, is een vooruitstre-
vend man. Hij is een goed timmerman, maar schroomt niet om er ook
op andere wijze een grijpstuiver bij te verdienen. Hij speculeert ook wel
wat. Hij heeft o.m. land gekocht in Lisse in de Lisserbroekpolder en nu
komt er weer een „partij landen" te koop. Als hij die in handen kan krij
gen heeft hij daar in de Lissese polder één geheel. Cornelis Dobbe trekt
naar Lisse, naar de eigenaresse Trijntje v. d. Lubbe, weduwe van Jurriaan
Vreeburg Gerritszoon, een man die in Lisse de „bouwerij" uitoefende.
Trijntje hapt niet onmiddellijk toe als Cornelis Dobbe bij haar op de koffie
komt en haar vraagt het land aan hem te verkopen. Trijntje vraagt be
denktijd en vraagt aan Petrus Rotteveel, een eerzaam broodbakker te
Sassenheim, en aan G. Vreeburg, een „bouwman" te Lisse om raad. Die
adviseren Trijntje 150 te vragen
Als Cornelis Dobbe weer naar Lisse
komt om te horen hoe de zaken er voor
staan, vraagt Trijntje 150 en de Sas
senheimse meester-timmerman accep
teert. De akte van verkoop wordt „ge
daan en verleden" ten overstaan van
Pieter Hendrik Koppeschaar, dorpsbode
te Lisse. en Aart Tibboel, zadelmaker
in hetzelfde dorp. Dat gebeurt in 1848.
Notaris Cremerus maakt de akte op.
Vermoedelijk zou dat alles slechts waar
de hebben voor de statistiek en voor
het kadaster, ware het niet dat er in
die tijd in Lisse opgroeit een zekere
'Hendrik Akerboom, die een scheeps
werf wil gaan beginnen.
Hij zoekt naar een stuk land dat voor
dit doel geschikt is en komt terecht j"
de bocht van de oude Greveling, een
beek van flink formaat die dan nog in
het Haarlemmermeer uitloopt en waar
door de schuiten van de beurtvaart
naar het Haarlemmermeer en zo naar
Amsterdam varen.
Akerboom neemt zich voor dat stuk
land te kopen zodra hij daarvoor de
kans heeft. Die kans komt in 1860. Op
de 29-ste augustus verkoopt Corneü'
Dobbe zijn land in de Lisserbroekpolder
voor ƒ2400 aan Hendrik Akerboom. Een
lang gekoesterde wens van de Lisser
gaat in vervullinga. Hij begint met eer
scheepswerf. Volgende maand is het dus
honderd jaar geleden dat Akerbooms
scheepswerf
werd gesticht
moedelijk wel
gevierd
Drie
de Grevelingstraat
i dat eeuwfeest zal ver
iet enige luister worden
Drie generaties
Akerboom laten hier
aan de Greveling hun boten al van de
helling lopen. Er is in deze honderd
jaar natuurlijk wel het een en ander
gewijzigd. Vermoedelijk zou Hendrik
Akerboom zijn eigen werf niet meer te-
•rugkennen als hij hier een kijkje kon
nemen. Van de oorspronkelijke werf is
niet veel meer over. De Greveling
wordt later nl. recht getrokken en komt
dwars over het bpdrijf. Een heel klein
puntje op het bekende eilandje achter
de r.k blo-school aan de Laan van
daar udt het dan ook mee op.
Hendrik Akerboom wordt dus eigenaar
voor 2400. Co-melis Dobbe kan tevre
den zijn en notaris Van Stockum (zijn
voorganger had het tijdelijke met het
eeuwige verwisseld) die de akté op
maakt rekent de somma van acht gul-
26 augustus tot zaterdag 3 septem
ber wordt gehouden, uitgezonderd
zondag 28 augustus, zal op haar ge
bied alle voorafgaande taptoes over
treffen.
den drie en tachtig en een halve een'
bijkomende kosten inbegrepen. En als
ge de Broederschap van notarissen zoudt
vragen de tarieven uit die dagen te gaan
invoeren, kregen we de Hoekse en Ka-
Eerste opdracht
Hendrik Akerboom begint. Er wordt
een helling gebouwd, er verrijst een
Icods, hij schaft gereedschappen aan en
dan duurt het niet lang of hij krijgt
zijn eerste opdracht: het bouwen van
een polderschuit. Hendrik levert goed
werk. Hij krijgt meer opdrachten. Zijn
schuiten voldoen goed in de praktijk
maar Hendrik Akerboom wil meer. Hij
wil grotere schepen bouwen. Dan komt
Gijsen van Parijs, de man die in die da
gen een bloeiende beurtvaartdienst op
Amsterdam heeft. Gijsen van Parijs,
wiens nakomelingen in het bollenvak
naam zullen gaan maken, heeft een
nieuwe pakschuit nodig. Hij heeft van
de goede kwaliteit van Akerbooms sche
pen gehoord en bestelt een pakschuit
bij hem.
Zevenendertig jaar werkt Hendrik
Akerboom aan de opbouw van zijn werf
Als hij op de 14-de juni 1897 het hoofd
voor eeuwig ter ruste legt, nemen twee
zoons Cornelis en Hein de werf over.
De derde, Petrus, blijft aanvankelijk bij
zijn broers in dienst.
Inmiddels is dc bloembollenteelt in
volle opmars. Steeds meer duinen
worden tussen Lisse en Hillegom af
gegraven. Kaarsrechte sloten door
snijden de akkers. Die sloten dienen
voor de ontwatering der bollengron-
den en doen gelijk dienst om de bol
len te vervoeren. Het zijn de schniten
van Akerboom die in groten getale
in de sloten van dc bollenstreek va
ren. De werf groeit!
Een zoon van genoemde Petrus heet
Hein. Hij is ook scheepsbouwer, maar
hij wil meer dan alleen maar vletten
bouwen. Hij wil een motorschip op de
helling zetten. Geen kleinigheid in die
dagen. Jonge Hein krjjgt voorlopig ook
de kans niet een motorschip te bouwen
In 1914 knalt ergens op de Balkan een
schot, een keizer wordt dodelijk getrof
fen en weinige dagen later staat hall
Europa in brand. Hein moet in dienst,
maar werkt intussen zijn plannen op
papier verder uit.
Als in 1918 de laatste granaat is ver-
schoten werpt hij zich met alle macht
op zijn werk. Hij kan een motorboot
gaan bouwen ook. De heer Henri vac
Brussel uit Leiden heeft wel zin in ee»-
luxe jacht en Hein bouwt dat. Hij gaat
het persoonlijk in gezelschap van zijn
moeder! in Leiden afleveren. In de
bï
iarJ
rbc
Sleutelstad maakt men hem
pliment voor de keurige aflevering
afwerking en Hein krijgt
koopsom in handen.
Het gaat goed in de na-oorlogse jarJ
Al gauw staat er een tweede motorbtj
op stapel, gevolgd door een derde,
bouwt o.m. een motorjacht
kende Lissese bloembollenkweker Vi
huyzen van Zanten van „Buitendoi
zoals de grote villa waann de
Zantens wonen, heet.
Hein neemt in 1919 het gehele bedTj
over cn slaat zijn wieken nog J
uit. De bollentelers beleven een
tijd enHein Akerboom ook. Er
zo veel vraag naar de zgn. bollenvlett
dat hij met vijftien man personeel dj
en nacht moet werken o_
te kunnen voldoen. In één jaar veria!
43 vletten de werf en tussen de bedrij-
door bouwt Hein nog een grote sli
boot en een motorschuit.
Tot over de om
die zi-t meteen tot over zun oren w
werk.
Het is de inspecteur-generaal voc
scheepvaart die daar de oorzaak
is. Dat zit zó: de Duitsers die ii
eerste oorlogsjaren voortdurend in
dolle „Wir wollen den Sief
bleven verkeren, wilden ook naar
land. Een vloot hadden ze niet,
die zouden ze wel even maken v
Rijnaken die ze in de bezette land
aantroffen. De aken werden gevorde
en van een groot deel van die schep
werd de neus afgezaagd. Een primitie
„landingsboot" was klaar. De schep
bleken echter niet zo zeewaardig
de Duitsers in een optimistische
hadden gedacht en hoewel ze nog
ruime tijd liederen zongen van het gen
„Wir f ah ren gegen England" ging
Rijnakenvloot nimmer „fahren".
En zo kon het gebeuren dat i
in 1945 nog heel wat van die sch
pen terugvond en aan de oorsproi
kelijke eigenaars kon teruggeven,
sloepen die bij deze aken behoorde
waren echter allemaal verdwene
Vandaar dat de inspecteur-genera
voor de scheepvaart, de heer Alcel
boom, order geeft sloepen te bo
wen. In één jaar lopen er aan
Greveling 186 sloepen van de helliv
en werkt men met twaalf man
ongeveer dag en nacht.
Belastingei
maal god
d=J
an, die d
Het was echter niet allemaal
dat er blonk. Want in die da-
Nederland een minister
Lieftinck genaamd. Deze
geldzuivering uit te voeren had, blei
alleraardigste belastingen te kunnen u)
denken. Zo had men in die dagen o.b
de wijd en zijd vermaarde heffingen 1
ééns. En de fiscus slokte van de win
van de heer Akerboom zo veel op,
die er tabak van kreeg. Tabak en j.
Hij vertelde de heer inspecteur-gei
raai voor de scheepvaart dat hij
sloepen maar op een andere werf m
laten bouwen en schakelde over i
een bedrijf met minder personeel. H
ging zich toeleggen op winterbergir
van luxe jachten en het onderhoud daa
van en bouwde als vanouds weer vle
ten voor de bollenkwekers. Dat doet h
De tweede juli 1958 legde
brand één der loodsen in de as, n
uit de as herrees als een Phoenix
fraaie nieuwe' loods, thans de trots
het bedrijf.
Nu inruilen is geld
verdienen
Laat ons eens aannemen dat u
een televisietoestel hebt met
43 cm. beeld. U koopt bij
LIGTVOET, Gangetje, een nieuw
toestel, bijvoorbeeld de PHILIPS
met 53 cm. beeld, en ruilt het
oude apparaat in.
Ook Uiv radio is
geld waard!
Hebt u nog geen televisie, dan
bestaat de mogelijkheid om uw
oude radiotoestel in te ruilen bij
aankoop van een televisietoestel.
Hoeveel moet U betalen?
895-
270 -
Maak gebruik van dit aanbod en
Ruil Uw oude
toestel in bij
Bel ons op. Wij komen U graag bezoeken om een inruil-
taxatie te doen. En natuurlijk is LIGTVOET Gangetje gaarne
bereid om vrijblijvend bij u thuis te komen demonstreren.
PHILIPS met 53 cm. beeld
INRUILPRIJS OUDE TOESTEL, bijv.
625-
U betaalt (event in gedeelten)
Dus voor 30 minder geld. 50 meer beeld
GANGETJE 12 - LEIDEN
TEL. 23005
^00# (Za^/
Ook karnen
(Oók karnemelk en yoghurtI)
Luister
naar een
goede raad:
Zorg dat
melk in
het donker
staat!
Alle merken (o.a. van Wijk, AaBe, Sole Mio, enz.). Koopt Uw dekens dus NU bij
BREESTRAAT 39
LEIDEN