y.u. Een baccalaureaat journalisten aan de voor KQNING- RICMD Verlanglij st werknemers bevat meer dan geld NEDO-MEX Vandaag 25 jaar Federatie van Chr. Muziekbonden Europese integratie nuttig en nodig Waarom zoveel mutaties onder lwger personeel In de économisch Statistische Berichten" werd een artikel op genomen dat een antwoord tracht te geven op de vraag waarom er vooral bij het hoger personeel toch sprake is van zo veel mutaties, terwijl het dui delijk is dat het niet gaat om een salarisverhoging. ben de ervaring opgedaan, dat geld een betrekkelijk lage plaats inneemt op de verlang lijst van hun werknemers. Werkgevers tien hun employés soms vertrekken, terwijl deze in hun nieuwe werkkring niet méér gaan verdienen; ander zijds komt het voor, dat werk gevers hoge salarissen aan bieden, zonder dat zij erin sla gen nieuw personeel aan te trekken. Hieruit mag uiteraard niet worden afgeleid, dat een loon politiek kan worden gevoerd, die belangrijk afwijkt, van de bestaande loonregeling in een bepaalde bedrijfstak. Uitgaan- de van de veronderstelling, dat een ondernemer zijn werkne mers betaalt overeenkomstig het geldende loonpeil, dient dus een verklaring te worden ge vonden voor het betrekkelijk groot aantal mutaties in hoofdzaak van leidinggevend personeel dat regelmatig kan worden geconstateerd. Gebleken is, dat de onderne mingen veelal zelf schuld heb ben aan het regelmatig van werkkring veranderen van hun personeel. Zij verliezen nl. vaak uit het oog dat, indien eenmaal in de basisbehoefte een salaris overeenkomstig het bestaande loonniveau is voorzien, immateriële factoren, grotendeels samenhangend met de positie die men in het be drijf bekleedt, een rol gaan spe len. H. Y. Bassett heeft een aantal van de hier bedoelde factoren opgesomd. te aan heeft zich opgeno men te weten in zijn woonge meenschap, wil de werkne mer in de eerste plaats erva ren, dat hij deel uitmaakt van zijn wèrkgemeenschap. In zo'n geval zijn de uren, doorge bracht in het bedrijf, van wei nig waarde, zowel voor de werknemer als voor de werk gever en ontstaat de wens van werkkring te veranderen. Niet iedere werknemer is' ambitieus, maar hij die dit wél is, wil weten welke plaats hij in de onderneming inneemt en wat zich in de onderneming afspeelt. Vooral wil hij op de hoogte zijn van de plannen van de onderneming, want daar zal hij zijn kansen voor de toe komst uit afleiden. Verder heeft hij er behoefte aan te weten, waar hij wel en waar hij niet voor verantwoor delijk is en aan wie hij wei en aan wie hij niet verantwoor ding schuldig is. Een schema van de organisatie van het be drijf kan in deze behoefte voor zien. De zekerheidskwestie is voor de werknemer eveneens van groot belang. Hij moet ervan kunnen uitgaan, dat de leiding van het bedrijf voor haar taak berekend is en ook wenst hij de zekerheid te hebben, dat hij altijd eerlijk zal worden behandeld. Een volgende door de employé gewenste zeker heid is, dat er in het bedrijf waarin hij werkt de mogelijk heid tot promotie aanwezig is. De meeste werknemers veran deren van werkkring, omdat zij vaak ten onrechte me nen dat er in de onderneming te weinig promotiekansen zijn. Voldoende voorlichting op dit punt acht Bassett dan ook van grote betekenis. De werknemer verlangt echter niet alleen een juist inzicht in maar wenst ook de zekerheid, dat hij mettertijd inderdaad voor promotie in aanmerking komt. Iedere ondernemer heeft het idee, dat op bepaalde tij den vers bloed moet worden aangetrokken. Trekt men echter regelmatig werknemers van bui ten het bedrijf aan, dan verliest het eigen personeel het ver trouwen in de promotiemoge lijkheden. /~)OK DE mate van zelfstan- digheid in zijn werk is voor de employé van groot belang. Hij dient zich niet herhaalde lijk te moeten afvragen, wat hij wel en wat hij niet mag dele geren en of hij in bepaalde kwesties zijn eigen mening naar voren mag brengen. Van veel belang is voorts de verhouding: superieur-onderge schikte. De eerste dient op pret tige wijze de ondergeschikte op zijn tekortkomingen attent te maken. Geschiedt dit op de ver keerde manier, dan ziet de werknemer zijn promotiekan sen in gevaar. Ook mag de chef het niet doen voorkomen, alsof de werknemer, indien de ze fouten heeft gemaakt, totaal ongeschikt is voor zijn werk. De waardering voor het werk bepaalt ten slotte aldus Bas sett of een werknemer zich aan een onderneming gebonden voelt. In sollicitatiegesprekken krijgt men nl. veelvuldig te horen, dat de sollicitant van werkkring wil veranderen, om dat bij zijn huidige werkgever te weinig appreciatie voor zijn werkzaamheden bestaat. Aldus het artikel in Econo- misch-Statistische Berichten" naar aanleiding van het artikel „What Else. Besides More Money?" in „Personnel", een uit gave van de American Manage ment Association. Voorzitter P.C.J.K. wenst HET NIEUWS DAT OVERHEERST De belangrijkste oorzaken voor het ge brek aan waardering zocht de voorzit ter van de Kring echter in de opleiding en de journalist zelf. Van de zijde van de journalisten is de gedachte uitgegaan naar een verplichte opleiding, maar in de besprekingen met de directeuren is deze gedachte verworpen. (Van een onzer redacteuren) OPNIEUW kwam op de jaar lijkse vegadering van de Protestants-Christelijke Journa listen Kring de opleiding van journalisten ter sprake. In zijn openingswoord zei de voorzitter J. D. Troostheide dat de acade-| siteit nog geen goede opleiding kent. mische opleiding vrijwel geheel Het lectoraat van dr. E. Diemer is lj een wat schamele bedelmg. Waarom, TT Gemeente- j vroeg de heer Troostheide zich af, lijke Universiteit te Amsterdam moeten de protestanten achteraan ko- Jaarvergadering I.R.V. Rome en Reformatie in eenwordend Europa Op 23 april a.s. zal het Internationaal Reformatorisch Verbond afdeling Neder land des namiddags om 1.30 uur in jaar vergadering bijeenkomen in een van de zalen van Bellevue te Amsterdam, ingang Marnixstraat 400. Na afhandeling van enkele huishoude lijke zaken, waaronder de verkiezing van enkele nieuwe bestuursleden, zullen de heer dr. W. P. Berghuis, lid van de Eerste Kamer en Lt. Gen. M. R. H. Cal- meyer, staatssecretaris van defensie, spreken over het thema „Rome en Refor matie in het eenwordend Europa". Alle belangstellenden zijn van harte welkom. Dokter Bakker naar West-Pakistan Een dezer dagen is op Schiphol aan gekomen dokter H. J. Bakker, die door de zending van de Gereformeerde Ker ken was uitgezonden naar Indonesië er daar werkte in het ziekenhuis te Pati (op Midden-JavaL dat destijds door het Indonesische gouvernement is overgeno- De bedoeling is dokter Bakker in te zetten in een van de nieuwe zendings- taken, nl. in West-Pakistan. Studie tandheelkunde De persdienst van het ministerie van onderwijs, kunsten en wetenschappen vestigt naar aanleiding van bij dit ministerie in de laatste dagen binnen gekomen vragen met nadruk de aan dacht erop. dat geen wijziging is gekomen in de onlangs gepubliceerde maatregelen met betrekking tot de toelating in sep tember a.s. van eerstejaars studenten in de tandheelkunde. Zoals reeds gemeld, moeten zij, die in september deze studie willen gaan opnemen, zich voor 1 mei aanmelden. en de rooms-katholieke universi teit van Nijmegen. Hij pleitte dan ook voor een journalisten-bac- calaureaat aan de Vrije Univer siteit. De voorzitter schonk vooral aan dacht aan het gebrek van waarde ring waarmee de journalist kampt. Hij zooht hiervoor een aantal oor zaken. Op de meest onverwachte ogenblikken komt deze diswaarde ring naar voren, zo tijdens rechtszaak waar een advocaat zijn cliënt verdedigde met de woorden dat deze „was afgezakt tot journa list." Ook in studentenbladen is de laatste maanden veel geschreven in de geest van: de redactiebureaux moesten maar eens bevolkt worden met intellectuelen. Er is geen re spect voor ons vak en evenmin voor de journalist zelf. Lange tijd was de salariëring een v de oorzaken. Maar in deze situatie enorm veel verbeterd. Met lof sprak de heer Troostheide over de onderhandelin gen met de directies die geleid hadden tot een drie procent loonsverhoging. Maar ook bij de directeuren voelde de heer Troostheide een zekere mate van geringschatting, want het blijkt dat deze weinig prijs stellen op het oordeel var de journalist in eigen bedrijf. De onder nemingsraden komen maar traag op gang. Hij drong er dan op aan dat ook de journalisten spoed zullen zetten ach ter het instellen van deze radèn. Advertentie Moderne pelgrims voor vluchtelingen Twintig jonge Britten zijn vandaag eew pelgrimstocht van 180 kilometer van Winchester naar Canterbury be gonnen. Zij zullen de stappen der Pel grims van Chaucer volgen, die nu 60C jaar geleden eveneens naar Canter bury trokken om daar te bidden bij het graf van Thomas a Becket de aartsbisschop van Canterbury, die in de twaalfde eeuw vermoord werd. De moderne pelgrims, waarvan som mige in middeleeuwse klederdracht gestoken zijn, verwachten er ongeveer een week over te doen. Onderweg zul- 'en zij collecteren voor het wereld- v luchtelingenjaar. Algemene vergadering Knapenver. Ger. Gem. Het Landelijk Verband van Knapen- verenigingen der Ger. Gemeenten hoopt op woensdag 20 april I960 haar 2e jaar vergadering te houden in Lisse in het kerkgebouw aan de Tulpenstraat. Ds. C. Hegemen van Genemuiden en ds. H. Rijksen van Gouda hopen het woord te Door eigen kogel in kerk getroffen In de kathedrale Karmelieten-kerk van Ciudad Trujillo, de hoofdstad van de Dominicaanse Republiek, is vrijdag een Columbiaan bij een vuurgevecht ihet de politie gedood. De Columbiaan, een zekere Jairo Al berto Calderon, werd reeds enige dagen door de politie in het oog gehouden, nadat eerder in de week bomaanslagen waren gepleegd op een school, een fort en de woning van de minister van land bouw. Toen de man vrijdag bemerkte, dat hij gevolgd werd. probeerde hij in de volle kathedraal aan zijn vervolgers te ontkomen. Toen de politie hem echter in een hoek dreef, trok hij een revolver en opende het vuur. Hij werd door een van zijn eigen kogels die van een pilaar terugketste, getroffen en gedood. Op het stoffelijk overschot werden twee bom men en nog een pistool gevonden. men. Er is een goede opleiding aan de Gemeentelijke Universiteit te Am sterdam en aan de rooms-katholieke te Nijmegen. Kan dit in prote stants-christelijke sfeer bijvoorbeeld aan de VU ook niet? Het is een absolute noodzaak dat er een opleiding komt. Het meeste voelde de voorzitter van de prote stantse journalisten voor een bacca laureaat dat een algemene academi- sc'.e ontwikkeling zou geven en toe gespitst zou kunnen worden tot de opleiding voor journalist. Maar ook in de persoonlijke houding van de journalist zal iets moeten ver anderen. Ernstige kritiek had de spre ker op de houding van sommigen die cynisch langs de lijn van het leven staan en doen alsof ze zich nergens meer voor interesseren. Bij velen is het niet slechts een pose, maar een werkelijk gebrek aan interesse. „Hoe is het mogelijk journalist te zijn als het je niet interesseert wat de men sen drijft?". We zullen iets moeten laten zien van de grote Opdracht die Christus ons heeft gegeven. Kerkbodes In de avondvergadering van donder dag kwam ook het rapport te sprake dat is opgesteld door de heren W. C. F. Scheps en W. Geradts. De heer Geradts had samen met de hervormde pre dikant van De Bilt, ds. J. C. van Veen een poging ondernomen om de plaatse lijke kerkbode een nieuw gezicht te ge ven, een poging die ten volle geslaagd mag heten ook al moet er nog veel worden veranderd. Ds. v. Veen vertel de hoe de veranderingen waren inge voerd en sprak zijn grote dank uit over de adviezen, die hij had ontvangen. Hij kon zich de verontwaardiging van een enkele dominee, die reeds hooghartig dit rapport waarin ernstige kritiek op de kerkbode wordt geleverd, ter zijde ge schoven heeft, niet goed voorstellen. Na uitvoerige besprekingen werd be- sloten om tien consulenten aan te stel-1 len. Predikanten die verbetering willen aanbrengen kunnen contact opnemen met de P.C.J.K. die dan via de consu lenten de noodzakelijke adviezen kun nen geven. Besloten werd de commissie die het rapport opstelde tot een perma nente commissie te maken waarin naast de hervormde en gereformeerde leden ook de Utrechtse journalist (chr.-geref.) H. P. Ester zitting zal nemen. Chr. pers Het belangrijkste rapport was onge twijfeld, het rapport dat gistermorgen werd behandeld: „Christen-journalis tiek en christelijke pers". Uitvoerig werd dit rapport besproken. Het is samengesteld door journalisten en enkele vooraanstaande leden uit het christelijk organisatieleven. Het zoekt de lijnen aan te geven waarlangs de protestants-christelijke dagbladpers uit haar huidige impasse kan komen. Besloten werd uiteinde lijk het bestuur de vrijheid te geven om deze materie langs de in het rap port vastgelegde lijnen verder te be studeren en in bespreking te brengen. Beroepingswerk NED. HERV- KERK Benoemd tot vicaris te Zutfen: J Visser, vic. te Middelburg. Aangenomen naar Voorthuizen H- A. van Slooten te Onstwedde. Doorn te Tholen- Bedankt voor Zeist: N- de Jongte Katwijk Sierk Schroder werd hoogleraar Bü koninklijk besluit is benoemd tot hoogleraar in de vrije schilderkunst aar de Rijksakademie van Beeldende Kun sten te Amsterdam de heer Sierk Schro der, kunstschilder te Wassenaar, thans als lector aan deze instelling verbonden. Hiermede is voorzien in de vacature, ontstaan door het overlijden van prof. Jan Wiegers. De lectoi jhr. A. E. de Savornin Loh- man is benoemd tot buitengewoon hoog leraar in het figuur- en portrettekenen. Deze benoemingen gaan in op 1 Advertentie Transparante kleurlak van Ceta-Bever Meer waardering een kroon op het werk (Van een onzer redacteuren) Christelijke Muziekbonden be staat vandaag 25 jaar. Een kwart eeuw heeft deze federatie leiding gegeven aan het werk van de christelijke muziekverenigingen op muzikaal, algemeen cultureel en levensbeschouwelijk gebied. Of, zoals de staatssecretaris van on derwijs, kunsten en wetenschappen, mr. Y. Scholten, in een voorwoord in ,De christelijke Muziekbode" schreef: „De federatie heeft in de afge lopen 25 jaar belangrijk werk ge daan op het terrein van de amateu ristische muziekbeoefening. Haar be moeienis uitstrekkende over de christelijke muziekbeoefening hier te lande, is zij immer een baken ge weest voor die verenigingen voor 101 Intussen was het beslissende uur aangebroken. De trompetten schalden en de strijders reden de i binnen, van top tot teen gewapend het gevecht. Beiden hielden het v driemaal rond de klaar voor open en reden JULi zich aan de toeschou- Beider gelaat vertoonde de edele trekken" doch wie nauwer toekeek r groot verschil. In het oog mannelijk vertrouwen r- - urkte direct e i de Scbot blonk een -_J~ecn straal van hoop die i zelfs vrolijk kon heten, doch op Koenraads a uitdrukking van moedeloos heid weerspiegeld, ook al deed hij zijn best om trots en hoogmoedig te kijken en ook al probeerde hij alle vrees van zich af te zetten. Zelfs zijn paard scheen dit te voelen, want de tred van het dier was zwaarder en minder dartel "dan die van de Arabische hengst waar Sir Kenneth op zat en die als het ware scheen te trippelen op de maat van de muziek. Vlak onder de gesloten tribune, waar zich de ko ningin en haar dames bevonden, had men een al taar opgericht en daarnaast stond de kluizenaar van Engaddi. üok andere geestelijken waren daar aanwezig. De aanklager en de verdediger werden door hun secondanten nu één voor één naar dit al taar geleid. Beide ridders stegen er van hun paard en zwoeren, met de hand op het Evangelie, dat ze streden voor een rechtvaardige zaak en beiden ook verzochten de hemel om rechtvaardigheid, zich on derwerpend aan het oordeel. Hij die overwon zou 'daardoor bewijzen dat bij in zijn recht stond, hij die de nederlaag leed zou worden beschouwd als de meinedige. Tevens legden zij een tweede eed af. zeggend dat zij de strijd zouden SIK WALTER 8COTT Toen dit alles gebeurd was trokken de priesters zich uit de arena terug. De trompetten klager weerklonken thans schel - trad een heraut vooruit 1 zoals het hulpmid- wijl Sir Kenneth die woorden uitsprak klonk zijn stem vast en zonder beven en direct daarna keerde hij zich naar de verhoging waar de onzichtbare dames clusies uit zaten en maakte een diepe buiging, hun zodoende zijn eer brengend. Vervolgens sprong hij met zijn zware uitrusting gezwind op het paard, zonder zelfs de stijgbeugels te raken en reed, sierlijk zwenkend, terug naar zijn plaats, die aan ae oostkant van de arena was gelegen. Na hem verscheen de Markies voor het altaar en ook hij legde de eed af. doch ieder kon horen hoe zijn stem mat en hol klonk, als sprak hij met ge sloten vizier. Toen hij op zijn beurt klaar was en weer te paard wilde stijgen, kwam de Grootmeester heel dicht bij hem, schijnbaar om iets aan zijn hals te verbeteren, en fluisterde hem in het oor: Dwaas, stel u niet zo vreesachtig aan! Ver zamel uw moed en vecht behendig in deze strijd, ik eis het! Deze dreigende woorden vermochten de Markies evenwel niet op te beuren. Integendeel, zijn verwar ring werd er zo mogelijk nog groter door en toen hij te paard wilde stijgen struikelde hij en het scheelde niet veel of hij verloor het evenwicht. Dank zij zijn lenigheid en tevens dank zij zijn behendig heid in het rijden slaagde hij er in dit kleine voorval min of meer te verbergen, doch zij die aan voor tekens geloofden en dus alles scherp in het oog hielden, zagen het en trokken er direct hun con- i vrolijk en meteen ceil SBH* -.1 riep met luide stem: Hier staat een goed ridder. Sir Kenneth van Schotland, kampvechter voor zijne Majesteit Koning Richard van Engeland, een beschuldiging uitend te gen Koenraad, Markies van Montserrat, hem ver wijtend dat hij verraad en beledigingen pleegde ten overstaan van de genoemde koning! Toen de woorden „Kenneth van Schotland klon ken, ging onder het gevolg van Leeuwenhart een groot gejuich op en zelfs de herhaalde bevelen tot stilte konden het niet onderdrukken, zodat men slechts met moeite het antwoord van de verdedi ger kon horen. Deze beriep zich eens te meer op zijn onschuld en bood zijn lichaam aan voor de strijd. De schildknapen naderden hun meesters en boden hen lans en schild aan. hen helpend dit laatste om de schouder te hangen, zodat ze beide handen vrij hielden. Eén hand om de teugel te houden en één om de lans te richten. Op het schild van de Schot prijkte zijn oud wa pen met de Slapende Luipaard, doch thans was daar pen halsband en een gebroken ketting bijgevoegd, zinnebeelden van de slavernij die hij had gedragen. Op het schild van de Markies zag men de afbeel ding van een berg met rotsachtige flanken. Beide strijders zwaaiden de lans in de hoogte, als om er de sterkte en de veerkracht van te beproeven, en hielden het wapen dan in rust onder de arm. Secon danten, herauten en schildknapen trokken zich ver volgens achter de omheining terug en daar ston den de twee vechters eindelijk tegenover elkaar, bei den met gevelde lans en gesloten vizier, in hun zwa re harnassen meer op beelden dan op mensen ge lijkend. Over de arena daalde een diepe stilte. Ieder scheen de adem in te houden en bereidde zich voor op een verbeten schouwspel. Men hoorde slechts de zachte bries van de wind en het hoefgetrappel der twee paarden, die klaar stonden om vooruit te stor men. (Wordt vervolgd) welke krachtens het geloof hunner leden, de beoefening van de toon kunst ver uitgaat boven het uitslui tend ondergaan van kunstgenot." Wiet makkelijk De oprichters van de federatie hebben het in het begin niet gemakkelijk gehad. Voorzitter IJ. Woudstra uit Valthermond schrijft hierover in „De christelijke Mu ziekbode": „Men lachte, men spotte en liet zelfs niet na smalend te spreken ovei sectarisch gedoe van die christelijke muziekorganisaties. Wat men al niet beweerde, in geschreven of gesproken taal, liep soms de spuigaten uit en heel wat hebben we moeten slikken erkenning werd verkregen." Maar men heeft doorgezet. Secretaris P. J. Verhoef uit Berkel zegt hiervan zijn overzicht: „De eerste jaren heeft ons federatie bestuur veel baanbrekend werk richt en ons huidig federatiebestuur plukt daar nu vele vruchten van. Maar 't heeft mede daardoor nu ook,vi meer werk te verzetten, omdat er veel kansen en mogelijkheden zijn." Bijzonder belangrijk werk wordt in federatieverband verricht door dc muzlekadviescommlssle (M.A.C.)a in majoor R. van Yperen en de heren Jac. Broer uit Nunspeet, P. Westerhoud uit Zutphen en D. v. d. Waal uit Rot terdam zitting hebben. Samenwerking Nationaal werkt de federatie samer met de andere drie landelijke organisa- tisch in de Commissie van samenwerking. Verder heeft de federatie zitting i Rijks Advies Commissie. De verhouding tot de C.I.S.P.M. is praktisch nog niet geregeld. „Het schijnt wel", zo schrijft de secretaris, „dat deze internationale organisatie het niet op prijs stelt, dat ook wij daaraan meew Belangrijk is het besluit geweest december 1959 een Nationaal Jeugdkorps op te richten. Hiermee wilde het bestuur van de federatie bewijzen, dat ook nog in deze tijd jonge mensen voor de ama teuristische muziekbeoefening zijn te vinden. Waardering Vijfentwintig jaar lang heeft de federatie alles trachten te doen het werk van de christelijke muziekvereni gingen verder te ontplooien. En de toe nemende waardering in alle kringen van ons volk is een kroon op het werk jubileum sterdam gevierd 's Middags recipieert het bestuur en 's avonds is er een jubi leumconcert. waaraan ook het Nationaal Jeugdkorps meewerkt onder leiding var Peet van Bruggen. Verder laat de Ko ninklijke Militaire Kapel onder leiding van majoor R. van Yperen o.m. de eerste uitvoering horen van de „Partita", door H. Badings in opdracht geschreven. UOE dikwijls is dc krant, spiegel als zij is van het leven, genoopt om melding te maken van de dood. Want ons menselijk leven is wel zeer onvolkomen. Het botst rondom ons, en altijd weer zijn wij op zoek naar de juiste verhoudingen. Menselijke verhoudingen, „human relations", „public relations" zij zijn in onze tijd al in het bijzonder geworden tot terreinen van wetenschap; waarmee we tegelijk hebben toegegeven dat er aan ontbreekt. We leven in een wereld van onvol komenheid. Mensen doen elkaar te kort. Mensenrassen zetten zich tegen elkaar af. Regeringen volgen eikaars gedragingen met argwaan. Hoe won derlijk het klinken moge, we trach ten de wereldvrede te bewaren door ons tegen elkaar sterk te maken. Dwars door de wereld zijn de gordij nen gespannen: een ijzeren gordijn tussen Oost en West, een bamboe gordijn in het Verre Oosten. De krant is er, om ons op de hoogte te brengen van de spanningen en verwikkelin gen daaromheen. De onvolkomenheid is er ook in het kleinere mensenleven. Ook daar is het menselijk tekort. Ook daar waren de machten van de dood rond. Daar zijn de aanslagen van mensen op mensen, daar zijn de wrede pogingen van de een om de ander te belagen. Daar is het zoeken naar gewin en naar wat zielige bevrediging. Daar wordt een kind weggeroofd om geld. Daar is ook de eenzaamheid en het verdriet. Het leven is onvolkomen, ook zoals het zich in de krant aan ons voordoet. Daarom is ook de krant onvolkomen. Maar zij zou wel in heel diepe zin onvolkomen zijn, indien zij niet ook als krant melding zou maken, berich ten zou, hoe tóch óók in deze gebrek kige wereld het leven, het Leven, is neergedaald. Zeker, de krant mag, met enige gre tigheid zelfs, mededeling doen van het ontluikende lenteleven. Van de zon. Van de bloemen. Van de blijd schap en de warmte, die dit wekt in het menselijk bestaan. Zij doet het ook. Maar zij doet wel zeer aan haar taak en roeping tekort, zij doet haar lezers tekort, wanneer zij, bij al het nieuws dat zij brengt, niet het nieuws brengt, het grote nieuws, dat de dood in wezen is overwonnen. Dezelfde dood, van welks schijnoverwinningen zij nu nog telkens melding maken moet. Wat zou de Opstanding van Chris tus uit de dood anders kunnen be tekenen, dan dat het leven juist als leven is hersteld? Dat er kloven zijn gedempt? Dat de verbindingen, die wanhopig verbroken waren, zijn ge- beeld? De onvolkomenheid van deze wereld, met al het schokkende en deprime rende, is door de overwinning vat Christus op de dood in beginsel reeds weggenomen als onvolkomenheid. De onvolkomenheid is afgegrensd.. Et alle nieuws, ook zoals het in dt kranten komt, mag nu tegen di achtergrond van deze overwinniiu op de dood worden gelezen. Dan zullen mensen elkaar nog wd blijven hinderen. Dan zal de span, ning tussen de rassen, de wrijvinj tussen de fronten, nog wel evet voortduren. Dan zal de krant van dii alles nog wel verslag moeten blijvet doen. Maar in de Opstanding vat Christus is ons niettemin een nieuvt perspectief gegeven. In de Opstan ding van Christus gaan wij de betrek' kelijkhcid zien van al die dingen die ons nu nog met zorg kunnen ver vullen. Het ligt alles niet meer zo it A het plattevlak van de aarde en vat I* louter menselijkheid. We kunnen daarom ook met blij moedigheid weer voort. Wat er aat ai dood om ons heenwaart, is een schijn- accc dood. Er is een grotere werkelijkheidBoe dan alles wat zich elke dag weer aai aa£ ons opdringt. En juist die groten nacl werkelijkheid is volop werkelijkheid Li Niet maar een wensdroom. Niet maar dier een vlucht uit dit leven van onvol-j komenheid. Met hoeveel klem bren- h gen de bijbelschrijvers ons telkens met weer onder de aandacht, dat zij het hebben „gezien", met eigen ogen ge t, zien, als om elke zweem van twijfel balt ook bij ons weg te nemen. Méér dat Sj de dood zelf, is de overwinning oj^ de dood waarlijk werkelijkheid. j™Q Dan gaan we de wereld en alle din-l^ei' gen rondom ons toch wel met andere S; ogen zien. Dan zijn de menselijke 4.30 betrekkingen geen hopeloze aange legenheden meer. Dan behoeven we S ons niet langer te laten ontmoedigen ave door de spanningen en wrijvingen,'T<^ overal en allerwege. Dan is er weetje ruimte en perspectief en hoop. Hoop g waaruit wjj mogen leven. vm Dan is er voor ons allen ook weer F werk aan de winkel. Dan staan Wf niet langer weerloos tegenover wat10^ ons wedervaart, tegenover alles ook_,j wat er aan vaak onheilspellende be- li richten tot ons doordringt. Mij Want ook dat spellen van onheil Is nu niet anders meer dan betrekkelijk. J Het Leven immers is ons gegeven.i 's We kunnen nu ook de krant anders; 12 lezen gaan. En de krant zal ons daar bij moeten en willen helpen. Zij spreekt en schrijft tot ons over bic alles en allerlei. Zou zij ons, mensen Ve als wij zijn tot wie de overwinning uit de dood gekomen is, dan niet het wezenlijke onthouden, wanneer zij| c niet, in navolging van de kerk overiuu heel de aarde, juist ook het nieuws 1 van die grote overwinning brengen zou? DELEN IN VOORUITGANG UET is waar, dat de verhoogde pro ductiviteit in verschillende be drijven, althans voor een groot deel, te danken is aan de toepassing van nieuwe technische vindingen. Maar mag men daaruit de con clusie trekken, dat er in dergelijke gevallen bij de herziening van loon regelingen met die verhoogde pro ductiviteit geen rekening behoeft te worden gehouden? Zou het juist zijn, indien de grotere winst alléén ten goede zou komen aan de aandeel houders en niet óók aan de arbei ders? Aan aandeelhouders die im mers ook geen bijdrage tot de pro ductiviteitsverhoging hebben gele verd? Wij zeggen niet, dat het financieel voordeel geheel in de vorm van ho ger loon door de arbeiders moet worden genoten. Er mag zeker, voor zover dit mogelijk is, mede aan de leiding, aan de wetenschappelijke medewerkers, een billijk aandeel worden gegeven. Eveneens moet er behoorlijk gereserveerd worden. Dat de aandeelhouders een hoger vè dend ontvangen, kan niet gewraakt en, worden. Misschien hebben zij ook ga1 wel ongunstige jaren gekend. 1 Maar voor het overige is het toch e] principieel juist te achten, dat ook bij de arbeiders van de gunstige jaren m. profijt genieten. Het is in vele geval- k€. len zó, dat de arbeiders ook wel toj minder goede gevolgen van de voort- schrijdende mechanisatie ondervin den, dat van hen méér inspanning, 3.4 zij het meer geestelijke, gevorderd nc wordt. Maar zelfs afgezien daarvan is het een eis der bedrijfsgemeenschap, dat gi: allen delen in de vooruitgang. Niet vs alleen degenen die kapitaal verschaf ten, maar eveneens de mannen en vrouwen die door hun dagelijkse ar-j dl beid en toewijding in belangrijke mate hebben bijgedragen tot de ver-!40 beterde bedrijfsresultaten. Gebeurt dat niet, dan worden de a sociale tegenstellingen verscherpt, y. En dat zou een te betreuren gevolg zijn van de technische ontwikkeling, ui Leraren chr. v.h.m.o. bijeen (Van een onzer verslaggevers) Op de te Amsterdam gehouden jaarvergadering van de Vereni ging van leraren bij het Chr v.h.m.o. is gebleken dat het mid delbaar onderwijs in Nederland niet meer een aangelegenheid is, die alleen met het eigen land te maken heeft. Dit bleek uit het openingswoord van dr. D. Ba- rends, voorzitter der vereniging, die gelet op de diverse interna tionale of internationaal getinte onderwijsconferenties, welke bin nenkort gehouden worden, het jaar 1960 een jaar van supra nationaal werk noemde. Dr. Barends achtte deze ontwikkeling verheugend. Minder dan ooit kan Neder land ziel, altijd afzijdig houden van de rest van de wereld, zeker niet op onder wijsgebied. De contacten met andere landen zullen niet altijd een uitwisseling van gegevens en ervaringen zijn, maar ook in het teken moeten staan van de hulp aan achtergebleven gebieden. Dr. J. J. R. Schmal, lid van de Raad van Europa, zou hierna spreken over de Europese integratiegedachte en het christelijk v.h.m.o, Het werd inderdaad een oergezellige causerie over wat er door samenwerking van de vijftien Eu ropese landen in allerlei organen en ge meenschappen gezamenlijk wordt ge daan. maar het eigenlijke onderwerp kwam niet aan bod. Dit klopte dus niet m=t het agendum, maar wel met de door de spreker opgegeven veranderde titel van zijn onderwerp „Hoera voor Europa". De heer Schmal zette uiteen, dat de positie van Europa er van lieverlede steeds slechter op wordt De grote poli tieke beslissingen, die b.v. rond 1870 voorbereid werden in de hoofdsteden 1 el- Wilde men nog iets redden, dan moest er gezamenlijk wat onderno men worden. Dit inzicht werd gereali seerd in de totstandkoming van orga nen als Benelux, E.E.G., E.K.S.G. en Euratom, en ook in de te Straatsburg zetelende Raad van Europa, die in 1949 tot stand kwam. Uitgangspunt Deze Raad achtte dr. Schmal een goed uitgangspunt, al zijn er weinig tastbare resultaten geboekt. Toch gebeurde er meer dan men misschien denkt. De Raad lijkt echter op een ijsberg: slechts het tienc.e deel is zichtbaar, de rest zit on der het oppervlak. In zijn royaal met anecdotes opge luisterd beloog waarin ook zijn „lievelingstheologen" Chantepie de la Saussaye en Gunning werden geciteerd vertelde dr. Schmal o.a., dat hij het verschil niet wist tussen de A.R Partij en de C.H.U. Voorts distancieerde hij zich van de velen, die momenteel zonder precies op de hoogte te zijn van wat daar aan de gang is schande roepen over Zuid- Afrika. Ook wenste de heer Schmal niet mee te doen met hen, die Rusland zowat als het rijk der duisternis beschouwen, waar tegen dan Amerika bijzonder gunstig afsteekt. Laten we niet vergeten, dat wat in Oost-Europa wordt geconcreti seerd. in West-Europa uitgedacht is, zei hij. Het streven om een verenigd Europa tot stand te brengen achtte dr. Schmal nuttig en nodig, maar men zal zich moe ten wachten voor een geëxalteerd op treden. Het ls nog niet zover, dat men zijn paspoorten kan verscheuren. De drukbezochte vergadering werd o.a. bijgewoond door staatssecretaris C. G. Stubenrouch.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 2