y.u.
Een baccalaureaat
journalisten aan de
voor
KQNING-
RICMD
Verlanglij st werknemers
bevat meer dan geld
NEDO-MEX
Vandaag 25 jaar Federatie
van Chr. Muziekbonden
Europese integratie
nuttig en nodig
Waarom zoveel mutaties
onder lwger personeel
In de économisch Statistische
Berichten" werd een artikel op
genomen dat een antwoord
tracht te geven op de vraag
waarom er vooral bij het hoger
personeel toch sprake is van zo
veel mutaties, terwijl het dui
delijk is dat het niet gaat om een
salarisverhoging.
ben de ervaring opgedaan, dat
geld een betrekkelijk lage
plaats inneemt op de verlang
lijst van hun werknemers.
Werkgevers tien hun employés
soms vertrekken, terwijl deze
in hun nieuwe werkkring niet
méér gaan verdienen; ander
zijds komt het voor, dat werk
gevers hoge salarissen aan
bieden, zonder dat zij erin sla
gen nieuw personeel aan te
trekken.
Hieruit mag uiteraard niet
worden afgeleid, dat een loon
politiek kan worden gevoerd,
die belangrijk afwijkt, van de
bestaande loonregeling in een
bepaalde bedrijfstak. Uitgaan-
de van de veronderstelling, dat
een ondernemer zijn werkne
mers betaalt overeenkomstig
het geldende loonpeil, dient dus
een verklaring te worden ge
vonden voor het betrekkelijk
groot aantal mutaties in
hoofdzaak van leidinggevend
personeel dat regelmatig
kan worden geconstateerd.
Gebleken is, dat de onderne
mingen veelal zelf schuld heb
ben aan het regelmatig van
werkkring veranderen van hun
personeel. Zij verliezen nl.
vaak uit het oog dat, indien
eenmaal in de basisbehoefte
een salaris overeenkomstig
het bestaande loonniveau is
voorzien, immateriële factoren,
grotendeels samenhangend met
de positie die men in het be
drijf bekleedt, een rol gaan spe
len. H. Y. Bassett heeft een
aantal van de hier bedoelde
factoren opgesomd.
te aan heeft zich opgeno
men te weten in zijn woonge
meenschap, wil de werkne
mer in de eerste plaats erva
ren, dat hij deel uitmaakt van
zijn wèrkgemeenschap. In zo'n
geval zijn de uren, doorge
bracht in het bedrijf, van wei
nig waarde, zowel voor de
werknemer als voor de werk
gever en ontstaat de wens van
werkkring te veranderen.
Niet iedere werknemer is'
ambitieus, maar hij die dit
wél is, wil weten welke plaats
hij in de onderneming inneemt
en wat zich in de onderneming
afspeelt. Vooral wil hij op de
hoogte zijn van de plannen van
de onderneming, want daar zal
hij zijn kansen voor de toe
komst uit afleiden.
Verder heeft hij er behoefte
aan te weten, waar hij wel en
waar hij niet voor verantwoor
delijk is en aan wie hij wei
en aan wie hij niet verantwoor
ding schuldig is. Een schema
van de organisatie van het be
drijf kan in deze behoefte voor
zien.
De zekerheidskwestie is voor
de werknemer eveneens van
groot belang. Hij moet ervan
kunnen uitgaan, dat de leiding
van het bedrijf voor haar taak
berekend is en ook wenst hij
de zekerheid te hebben, dat
hij altijd eerlijk zal worden
behandeld. Een volgende door
de employé gewenste zeker
heid is, dat er in het bedrijf
waarin hij werkt de mogelijk
heid tot promotie aanwezig is.
De meeste werknemers veran
deren van werkkring, omdat
zij vaak ten onrechte me
nen dat er in de onderneming
te weinig promotiekansen zijn.
Voldoende voorlichting op dit
punt acht Bassett dan ook van
grote betekenis.
De werknemer verlangt echter
niet alleen een juist inzicht in
maar wenst ook de zekerheid,
dat hij mettertijd inderdaad
voor promotie in aanmerking
komt. Iedere ondernemer heeft
het idee, dat op bepaalde tij
den vers bloed moet worden
aangetrokken. Trekt men echter
regelmatig werknemers van bui
ten het bedrijf aan, dan verliest
het eigen personeel het ver
trouwen in de promotiemoge
lijkheden.
/~)OK DE mate van zelfstan-
digheid in zijn werk is voor
de employé van groot belang.
Hij dient zich niet herhaalde
lijk te moeten afvragen, wat hij
wel en wat hij niet mag dele
geren en of hij in bepaalde
kwesties zijn eigen mening
naar voren mag brengen.
Van veel belang is voorts de
verhouding: superieur-onderge
schikte. De eerste dient op pret
tige wijze de ondergeschikte op
zijn tekortkomingen attent te
maken. Geschiedt dit op de ver
keerde manier, dan ziet de
werknemer zijn promotiekan
sen in gevaar. Ook mag de
chef het niet doen voorkomen,
alsof de werknemer, indien de
ze fouten heeft gemaakt, totaal
ongeschikt is voor zijn werk.
De waardering voor het werk
bepaalt ten slotte aldus Bas
sett of een werknemer zich
aan een onderneming gebonden
voelt. In sollicitatiegesprekken
krijgt men nl. veelvuldig te
horen, dat de sollicitant van
werkkring wil veranderen, om
dat bij zijn huidige werkgever
te weinig appreciatie voor zijn
werkzaamheden bestaat.
Aldus het artikel in Econo-
misch-Statistische Berichten"
naar aanleiding van het artikel
„What Else. Besides More
Money?" in „Personnel", een uit
gave van de American Manage
ment Association.
Voorzitter P.C.J.K. wenst
HET NIEUWS DAT OVERHEERST
De belangrijkste oorzaken voor het ge
brek aan waardering zocht de voorzit
ter van de Kring echter in de opleiding
en de journalist zelf. Van de zijde van
de journalisten is de gedachte uitgegaan
naar een verplichte opleiding, maar in
de besprekingen met de directeuren is
deze gedachte verworpen.
(Van een onzer redacteuren)
OPNIEUW kwam op de jaar
lijkse vegadering van de
Protestants-Christelijke Journa
listen Kring de opleiding van
journalisten ter sprake. In zijn
openingswoord zei de voorzitter
J. D. Troostheide dat de acade-| siteit nog geen goede opleiding kent.
mische opleiding vrijwel geheel Het lectoraat van dr. E. Diemer is
lj een wat schamele bedelmg. Waarom,
TT Gemeente- j vroeg de heer Troostheide zich af,
lijke Universiteit te Amsterdam moeten de protestanten achteraan ko-
Jaarvergadering I.R.V.
Rome en Reformatie
in eenwordend Europa
Op 23 april a.s. zal het Internationaal
Reformatorisch Verbond afdeling Neder
land des namiddags om 1.30 uur in jaar
vergadering bijeenkomen in een van de
zalen van Bellevue te Amsterdam, ingang
Marnixstraat 400.
Na afhandeling van enkele huishoude
lijke zaken, waaronder de verkiezing
van enkele nieuwe bestuursleden, zullen
de heer dr. W. P. Berghuis, lid van de
Eerste Kamer en Lt. Gen. M. R. H. Cal-
meyer, staatssecretaris van defensie,
spreken over het thema „Rome en Refor
matie in het eenwordend Europa". Alle
belangstellenden zijn van harte welkom.
Dokter Bakker naar
West-Pakistan
Een dezer dagen is op Schiphol aan
gekomen dokter H. J. Bakker, die door
de zending van de Gereformeerde Ker
ken was uitgezonden naar Indonesië er
daar werkte in het ziekenhuis te Pati
(op Midden-JavaL dat destijds door het
Indonesische gouvernement is overgeno-
De bedoeling is dokter Bakker in te
zetten in een van de nieuwe zendings-
taken, nl. in West-Pakistan.
Studie tandheelkunde
De persdienst van het ministerie van
onderwijs, kunsten en wetenschappen
vestigt naar aanleiding van bij dit
ministerie in de laatste dagen binnen
gekomen vragen met nadruk de aan
dacht erop. dat geen wijziging is gekomen
in de onlangs gepubliceerde maatregelen
met betrekking tot de toelating in sep
tember a.s. van eerstejaars studenten in
de tandheelkunde. Zoals reeds gemeld,
moeten zij, die in september deze studie
willen gaan opnemen, zich voor 1 mei
aanmelden.
en de rooms-katholieke universi
teit van Nijmegen. Hij pleitte dan
ook voor een journalisten-bac-
calaureaat aan de Vrije Univer
siteit.
De voorzitter schonk vooral aan
dacht aan het gebrek van waarde
ring waarmee de journalist kampt.
Hij zooht hiervoor een aantal oor
zaken. Op de meest onverwachte
ogenblikken komt deze diswaarde
ring naar voren, zo tijdens
rechtszaak waar een advocaat zijn
cliënt verdedigde met de woorden
dat deze „was afgezakt tot journa
list." Ook in studentenbladen is de
laatste maanden veel geschreven in
de geest van: de redactiebureaux
moesten maar eens bevolkt worden
met intellectuelen. Er is geen re
spect voor ons vak en evenmin
voor de journalist zelf.
Lange tijd was de salariëring een v
de oorzaken. Maar in deze situatie
enorm veel verbeterd. Met lof sprak de
heer Troostheide over de onderhandelin
gen met de directies die geleid hadden
tot een drie procent loonsverhoging.
Maar ook bij de directeuren voelde de
heer Troostheide een zekere mate van
geringschatting, want het blijkt dat deze
weinig prijs stellen op het oordeel var
de journalist in eigen bedrijf. De onder
nemingsraden komen maar traag op
gang. Hij drong er dan op aan dat ook
de journalisten spoed zullen zetten ach
ter het instellen van deze radèn.
Advertentie
Moderne pelgrims
voor vluchtelingen
Twintig jonge Britten zijn vandaag
eew pelgrimstocht van 180 kilometer
van Winchester naar Canterbury be
gonnen. Zij zullen de stappen der Pel
grims van Chaucer volgen, die nu 60C
jaar geleden eveneens naar Canter
bury trokken om daar te bidden bij
het graf van Thomas a Becket de
aartsbisschop van Canterbury, die in
de twaalfde eeuw vermoord werd.
De moderne pelgrims, waarvan som
mige in middeleeuwse klederdracht
gestoken zijn, verwachten er ongeveer
een week over te doen. Onderweg zul-
'en zij collecteren voor het wereld-
v luchtelingenjaar.
Algemene vergadering
Knapenver. Ger. Gem.
Het Landelijk Verband van Knapen-
verenigingen der Ger. Gemeenten hoopt
op woensdag 20 april I960 haar 2e jaar
vergadering te houden in Lisse in het
kerkgebouw aan de Tulpenstraat. Ds. C.
Hegemen van Genemuiden en ds. H.
Rijksen van Gouda hopen het woord te
Door eigen kogel in
kerk getroffen
In de kathedrale Karmelieten-kerk
van Ciudad Trujillo, de hoofdstad van de
Dominicaanse Republiek, is vrijdag een
Columbiaan bij een vuurgevecht ihet de
politie gedood.
De Columbiaan, een zekere Jairo Al
berto Calderon, werd reeds enige dagen
door de politie in het oog gehouden,
nadat eerder in de week bomaanslagen
waren gepleegd op een school, een fort
en de woning van de minister van land
bouw. Toen de man vrijdag bemerkte, dat
hij gevolgd werd. probeerde hij in de
volle kathedraal aan zijn vervolgers te
ontkomen. Toen de politie hem echter in
een hoek dreef, trok hij een revolver
en opende het vuur. Hij werd door een
van zijn eigen kogels die van een pilaar
terugketste, getroffen en gedood. Op het
stoffelijk overschot werden twee bom
men en nog een pistool gevonden.
men. Er is een goede opleiding aan
de Gemeentelijke Universiteit te Am
sterdam en aan de rooms-katholieke
te Nijmegen. Kan dit in prote
stants-christelijke sfeer bijvoorbeeld
aan de VU ook niet?
Het is een absolute noodzaak dat
er een opleiding komt. Het meeste
voelde de voorzitter van de prote
stantse journalisten voor een bacca
laureaat dat een algemene academi-
sc'.e ontwikkeling zou geven en toe
gespitst zou kunnen worden tot de
opleiding voor journalist.
Maar ook in de persoonlijke houding
van de journalist zal iets moeten ver
anderen. Ernstige kritiek had de spre
ker op de houding van sommigen die
cynisch langs de lijn van het leven
staan en doen alsof ze zich nergens
meer voor interesseren. Bij velen is
het niet slechts een pose, maar een
werkelijk gebrek aan interesse. „Hoe
is het mogelijk journalist te zijn als
het je niet interesseert wat de men
sen drijft?". We zullen iets moeten
laten zien van de grote Opdracht die
Christus ons heeft gegeven.
Kerkbodes
In de avondvergadering van donder
dag kwam ook het rapport te sprake
dat is opgesteld door de heren W. C. F.
Scheps en W. Geradts. De heer Geradts
had samen met de hervormde pre
dikant van De Bilt, ds. J. C. van Veen
een poging ondernomen om de plaatse
lijke kerkbode een nieuw gezicht te ge
ven, een poging die ten volle geslaagd
mag heten ook al moet er nog veel
worden veranderd. Ds. v. Veen vertel
de hoe de veranderingen waren inge
voerd en sprak zijn grote dank uit over
de adviezen, die hij had ontvangen. Hij
kon zich de verontwaardiging van een
enkele dominee, die reeds hooghartig dit
rapport waarin ernstige kritiek op de
kerkbode wordt geleverd, ter zijde ge
schoven heeft, niet goed voorstellen.
Na uitvoerige besprekingen werd be-
sloten om tien consulenten aan te stel-1
len. Predikanten die verbetering willen
aanbrengen kunnen contact opnemen
met de P.C.J.K. die dan via de consu
lenten de noodzakelijke adviezen kun
nen geven. Besloten werd de commissie
die het rapport opstelde tot een perma
nente commissie te maken waarin naast
de hervormde en gereformeerde leden
ook de Utrechtse journalist (chr.-geref.)
H. P. Ester zitting zal nemen.
Chr. pers
Het belangrijkste rapport was onge
twijfeld, het rapport dat gistermorgen
werd behandeld: „Christen-journalis
tiek en christelijke pers". Uitvoerig
werd dit rapport besproken. Het is
samengesteld door journalisten en
enkele vooraanstaande leden uit het
christelijk organisatieleven.
Het zoekt de lijnen aan te geven
waarlangs de protestants-christelijke
dagbladpers uit haar huidige impasse
kan komen. Besloten werd uiteinde
lijk het bestuur de vrijheid te geven
om deze materie langs de in het rap
port vastgelegde lijnen verder te be
studeren en in bespreking te brengen.
Beroepingswerk
NED. HERV- KERK
Benoemd tot vicaris te Zutfen: J
Visser, vic. te Middelburg.
Aangenomen naar Voorthuizen H- A.
van Slooten te Onstwedde.
Doorn te Tholen-
Bedankt voor Zeist: N- de Jongte
Katwijk
Sierk Schroder werd
hoogleraar
Bü koninklijk besluit is benoemd tot
hoogleraar in de vrije schilderkunst aar
de Rijksakademie van Beeldende Kun
sten te Amsterdam de heer Sierk Schro
der, kunstschilder te Wassenaar, thans
als lector aan deze instelling verbonden.
Hiermede is voorzien in de vacature,
ontstaan door het overlijden van prof.
Jan Wiegers.
De lectoi jhr. A. E. de Savornin Loh-
man is benoemd tot buitengewoon hoog
leraar in het figuur- en portrettekenen.
Deze benoemingen gaan in op 1
Advertentie
Transparante kleurlak
van Ceta-Bever
Meer waardering
een kroon op
het werk
(Van een onzer redacteuren)
Christelijke Muziekbonden be
staat vandaag 25 jaar. Een kwart
eeuw heeft deze federatie leiding
gegeven aan het werk van de
christelijke muziekverenigingen
op muzikaal, algemeen cultureel
en levensbeschouwelijk gebied.
Of, zoals de staatssecretaris van on
derwijs, kunsten en wetenschappen,
mr. Y. Scholten, in een voorwoord in
,De christelijke Muziekbode" schreef:
„De federatie heeft in de afge
lopen 25 jaar belangrijk werk ge
daan op het terrein van de amateu
ristische muziekbeoefening. Haar be
moeienis uitstrekkende over de
christelijke muziekbeoefening hier te
lande, is zij immer een baken ge
weest voor die verenigingen voor
101
Intussen was het beslissende uur aangebroken. De
trompetten schalden en de strijders reden de i
binnen, van top tot teen gewapend
het gevecht. Beiden hielden het v
driemaal rond de
klaar voor
open en reden
JULi zich aan de toeschou-
Beider gelaat vertoonde de edele
trekken" doch wie nauwer toekeek r
groot verschil. In het oog
mannelijk vertrouwen r- -
urkte direct e
i de Scbot blonk een
-_J~ecn straal van hoop die
i zelfs vrolijk kon heten, doch op Koenraads a
uitdrukking van moedeloos
heid weerspiegeld, ook al deed hij zijn best om trots
en hoogmoedig te kijken en ook al probeerde hij
alle vrees van zich af te zetten. Zelfs zijn paard
scheen dit te voelen, want de tred van het dier
was zwaarder en minder dartel "dan die van de
Arabische hengst waar Sir Kenneth op zat en die
als het ware scheen te trippelen op de maat van
de muziek.
Vlak onder de gesloten tribune, waar zich de ko
ningin en haar dames bevonden, had men een al
taar opgericht en daarnaast stond de kluizenaar
van Engaddi. üok andere geestelijken waren daar
aanwezig. De aanklager en de verdediger werden
door hun secondanten nu één voor één naar dit al
taar geleid. Beide ridders stegen er van hun paard
en zwoeren, met de hand op het Evangelie, dat ze
streden voor een rechtvaardige zaak en beiden ook
verzochten de hemel om rechtvaardigheid, zich on
derwerpend aan het oordeel. Hij die overwon zou
'daardoor bewijzen dat bij in zijn recht stond, hij
die de nederlaag leed zou worden beschouwd als
de meinedige. Tevens legden zij een tweede eed af.
zeggend dat zij de strijd zouden
SIK WALTER 8COTT
Toen dit alles gebeurd was trokken de priesters
zich uit de arena terug. De trompetten
klager weerklonken thans schel -
trad een heraut vooruit 1
zoals het
hulpmid-
wijl
Sir Kenneth die woorden uitsprak klonk zijn stem
vast en zonder beven en direct daarna keerde hij
zich naar de verhoging waar de onzichtbare dames clusies uit
zaten en maakte een diepe buiging, hun zodoende
zijn eer brengend. Vervolgens sprong hij met zijn
zware uitrusting gezwind op het paard, zonder zelfs
de stijgbeugels te raken en reed, sierlijk zwenkend,
terug naar zijn plaats, die aan ae oostkant van de
arena was gelegen.
Na hem verscheen de Markies voor het altaar en
ook hij legde de eed af. doch ieder kon horen hoe
zijn stem mat en hol klonk, als sprak hij met ge
sloten vizier. Toen hij op zijn beurt klaar was en
weer te paard wilde stijgen, kwam de Grootmeester
heel dicht bij hem, schijnbaar om iets aan zijn
hals te verbeteren, en fluisterde hem in het oor:
Dwaas, stel u niet zo vreesachtig aan! Ver
zamel uw moed en vecht behendig in deze strijd, ik
eis het!
Deze dreigende woorden vermochten de Markies
evenwel niet op te beuren. Integendeel, zijn verwar
ring werd er zo mogelijk nog groter door en toen
hij te paard wilde stijgen struikelde hij en het
scheelde niet veel of hij verloor het evenwicht. Dank
zij zijn lenigheid en tevens dank zij zijn behendig
heid in het rijden slaagde hij er in dit kleine voorval
min of meer te verbergen, doch zij die aan voor
tekens geloofden en dus alles scherp in het oog
hielden, zagen het en trokken er direct hun con-
i vrolijk en meteen
ceil SBH* -.1 riep met luide stem:
Hier staat een goed ridder. Sir Kenneth van
Schotland, kampvechter voor zijne Majesteit Koning
Richard van Engeland, een beschuldiging uitend te
gen Koenraad, Markies van Montserrat, hem ver
wijtend dat hij verraad en beledigingen pleegde ten
overstaan van de genoemde koning!
Toen de woorden „Kenneth van Schotland klon
ken, ging onder het gevolg van Leeuwenhart een
groot gejuich op en zelfs de herhaalde bevelen tot
stilte konden het niet onderdrukken, zodat men
slechts met moeite het antwoord van de verdedi
ger kon horen. Deze beriep zich eens te meer op
zijn onschuld en bood zijn lichaam aan voor de
strijd.
De schildknapen naderden hun meesters en boden
hen lans en schild aan. hen helpend dit laatste om
de schouder te hangen, zodat ze beide handen vrij
hielden. Eén hand om de teugel te houden en één
om de lans te richten.
Op het schild van de Schot prijkte zijn oud wa
pen met de Slapende Luipaard, doch thans was daar
pen halsband en een gebroken ketting bijgevoegd,
zinnebeelden van de slavernij die hij had gedragen.
Op het schild van de Markies zag men de afbeel
ding van een berg met rotsachtige flanken. Beide
strijders zwaaiden de lans in de hoogte, als om er
de sterkte en de veerkracht van te beproeven, en
hielden het wapen dan in rust onder de arm. Secon
danten, herauten en schildknapen trokken zich ver
volgens achter de omheining terug en daar ston
den de twee vechters eindelijk tegenover elkaar, bei
den met gevelde lans en gesloten vizier, in hun zwa
re harnassen meer op beelden dan op mensen ge
lijkend. Over de arena daalde een diepe stilte. Ieder
scheen de adem in te houden en bereidde zich voor
op een verbeten schouwspel. Men hoorde slechts de
zachte bries van de wind en het hoefgetrappel der
twee paarden, die klaar stonden om vooruit te stor
men. (Wordt vervolgd)
welke krachtens het geloof hunner
leden, de beoefening van de toon
kunst ver uitgaat boven het uitslui
tend ondergaan van kunstgenot."
Wiet makkelijk
De oprichters van de federatie hebben
het in het begin niet gemakkelijk gehad.
Voorzitter IJ. Woudstra uit Valthermond
schrijft hierover in „De christelijke Mu
ziekbode":
„Men lachte, men spotte en liet zelfs
niet na smalend te spreken ovei
sectarisch gedoe van die christelijke
muziekorganisaties. Wat men al niet
beweerde, in geschreven of gesproken
taal, liep soms de spuigaten uit en heel
wat hebben we moeten slikken
erkenning werd verkregen."
Maar men heeft doorgezet. Secretaris
P. J. Verhoef uit Berkel zegt hiervan
zijn overzicht:
„De eerste jaren heeft ons federatie
bestuur veel baanbrekend werk
richt en ons huidig federatiebestuur
plukt daar nu vele vruchten van. Maar
't heeft mede daardoor nu ook,vi
meer werk te verzetten, omdat er
veel kansen en mogelijkheden zijn."
Bijzonder belangrijk werk wordt
in federatieverband verricht door dc
muzlekadviescommlssle (M.A.C.)a
in majoor R. van Yperen en de heren
Jac. Broer uit Nunspeet, P. Westerhoud
uit Zutphen en D. v. d. Waal uit Rot
terdam zitting hebben.
Samenwerking
Nationaal werkt de federatie samer
met de andere drie landelijke organisa-
tisch in de Commissie van samenwerking.
Verder heeft de federatie zitting i
Rijks Advies Commissie.
De verhouding tot de C.I.S.P.M. is
praktisch nog niet geregeld. „Het schijnt
wel", zo schrijft de secretaris, „dat deze
internationale organisatie het niet op
prijs stelt, dat ook wij daaraan meew
Belangrijk is het besluit geweest
december 1959 een Nationaal Jeugdkorps
op te richten. Hiermee wilde het bestuur
van de federatie bewijzen, dat ook nog
in deze tijd jonge mensen voor de ama
teuristische muziekbeoefening zijn te
vinden.
Waardering
Vijfentwintig jaar lang heeft de
federatie alles trachten te doen het
werk van de christelijke muziekvereni
gingen verder te ontplooien. En de toe
nemende waardering in alle kringen
van ons volk is een kroon op het werk
jubileum
sterdam gevierd 's Middags recipieert
het bestuur en 's avonds is er een jubi
leumconcert. waaraan ook het Nationaal
Jeugdkorps meewerkt onder leiding var
Peet van Bruggen. Verder laat de Ko
ninklijke Militaire Kapel onder leiding
van majoor R. van Yperen o.m. de eerste
uitvoering horen van de „Partita", door
H. Badings in opdracht geschreven.
UOE dikwijls is dc krant, spiegel
als zij is van het leven, genoopt
om melding te maken van de dood.
Want ons menselijk leven is wel zeer
onvolkomen. Het botst rondom ons,
en altijd weer zijn wij op zoek naar
de juiste verhoudingen. Menselijke
verhoudingen, „human relations",
„public relations" zij zijn in onze
tijd al in het bijzonder geworden tot
terreinen van wetenschap; waarmee
we tegelijk hebben toegegeven dat
er aan ontbreekt.
We leven in een wereld van onvol
komenheid. Mensen doen elkaar te
kort. Mensenrassen zetten zich tegen
elkaar af. Regeringen volgen eikaars
gedragingen met argwaan. Hoe won
derlijk het klinken moge, we trach
ten de wereldvrede te bewaren door
ons tegen elkaar sterk te maken.
Dwars door de wereld zijn de gordij
nen gespannen: een ijzeren gordijn
tussen Oost en West, een bamboe
gordijn in het Verre Oosten. De krant
is er, om ons op de hoogte te brengen
van de spanningen en verwikkelin
gen daaromheen.
De onvolkomenheid is er ook in het
kleinere mensenleven. Ook daar is
het menselijk tekort. Ook daar waren
de machten van de dood rond. Daar
zijn de aanslagen van mensen op
mensen, daar zijn de wrede pogingen
van de een om de ander te belagen.
Daar is het zoeken naar gewin en
naar wat zielige bevrediging. Daar
wordt een kind weggeroofd om
geld. Daar is ook de eenzaamheid en
het verdriet.
Het leven is onvolkomen, ook zoals
het zich in de krant aan ons voordoet.
Daarom is ook de krant onvolkomen.
Maar zij zou wel in heel diepe zin
onvolkomen zijn, indien zij niet ook
als krant melding zou maken, berich
ten zou, hoe tóch óók in deze gebrek
kige wereld het leven, het Leven, is
neergedaald.
Zeker, de krant mag, met enige gre
tigheid zelfs, mededeling doen van
het ontluikende lenteleven. Van de
zon. Van de bloemen. Van de blijd
schap en de warmte, die dit wekt in
het menselijk bestaan. Zij doet het
ook.
Maar zij doet wel zeer aan haar taak
en roeping tekort, zij doet haar
lezers tekort, wanneer zij, bij al het
nieuws dat zij brengt, niet het nieuws
brengt, het grote nieuws, dat de dood
in wezen is overwonnen. Dezelfde
dood, van welks schijnoverwinningen
zij nu nog telkens melding maken
moet.
Wat zou de Opstanding van Chris
tus uit de dood anders kunnen be
tekenen, dan dat het leven juist als
leven is hersteld? Dat er kloven zijn
gedempt? Dat de verbindingen, die
wanhopig verbroken waren, zijn ge-
beeld?
De onvolkomenheid van deze wereld,
met al het schokkende en deprime
rende, is door de overwinning vat
Christus op de dood in beginsel reeds
weggenomen als onvolkomenheid.
De onvolkomenheid is afgegrensd.. Et
alle nieuws, ook zoals het in dt
kranten komt, mag nu tegen di
achtergrond van deze overwinniiu
op de dood worden gelezen.
Dan zullen mensen elkaar nog wd
blijven hinderen. Dan zal de span,
ning tussen de rassen, de wrijvinj
tussen de fronten, nog wel evet
voortduren. Dan zal de krant van dii
alles nog wel verslag moeten blijvet
doen. Maar in de Opstanding vat
Christus is ons niettemin een nieuvt
perspectief gegeven. In de Opstan
ding van Christus gaan wij de betrek'
kelijkhcid zien van al die dingen
die ons nu nog met zorg kunnen ver
vullen. Het ligt alles niet meer zo it A
het plattevlak van de aarde en vat I*
louter menselijkheid.
We kunnen daarom ook met blij
moedigheid weer voort. Wat er aat ai
dood om ons heenwaart, is een schijn- accc
dood. Er is een grotere werkelijkheidBoe
dan alles wat zich elke dag weer aai aa£
ons opdringt. En juist die groten nacl
werkelijkheid is volop werkelijkheid Li
Niet maar een wensdroom. Niet maar dier
een vlucht uit dit leven van onvol-j
komenheid. Met hoeveel klem bren- h
gen de bijbelschrijvers ons telkens met
weer onder de aandacht, dat zij het
hebben „gezien", met eigen ogen ge t,
zien, als om elke zweem van twijfel balt
ook bij ons weg te nemen. Méér dat Sj
de dood zelf, is de overwinning oj^
de dood waarlijk werkelijkheid. j™Q
Dan gaan we de wereld en alle din-l^ei'
gen rondom ons toch wel met andere S;
ogen zien. Dan zijn de menselijke 4.30
betrekkingen geen hopeloze aange
legenheden meer. Dan behoeven we S
ons niet langer te laten ontmoedigen ave
door de spanningen en wrijvingen,'T<^
overal en allerwege. Dan is er weetje
ruimte en perspectief en hoop. Hoop g
waaruit wjj mogen leven. vm
Dan is er voor ons allen ook weer F
werk aan de winkel. Dan staan Wf
niet langer weerloos tegenover wat10^
ons wedervaart, tegenover alles ook_,j
wat er aan vaak onheilspellende be- li
richten tot ons doordringt. Mij
Want ook dat spellen van onheil Is
nu niet anders meer dan betrekkelijk. J
Het Leven immers is ons gegeven.i 's
We kunnen nu ook de krant anders; 12
lezen gaan. En de krant zal ons daar
bij moeten en willen helpen.
Zij spreekt en schrijft tot ons over bic
alles en allerlei. Zou zij ons, mensen Ve
als wij zijn tot wie de overwinning
uit de dood gekomen is, dan niet het
wezenlijke onthouden, wanneer zij| c
niet, in navolging van de kerk overiuu
heel de aarde, juist ook het nieuws 1
van die grote overwinning brengen
zou?
DELEN IN VOORUITGANG
UET is waar, dat de verhoogde pro
ductiviteit in verschillende be
drijven, althans voor een groot deel,
te danken is aan de toepassing van
nieuwe technische vindingen.
Maar mag men daaruit de con
clusie trekken, dat er in dergelijke
gevallen bij de herziening van loon
regelingen met die verhoogde pro
ductiviteit geen rekening behoeft te
worden gehouden? Zou het juist zijn,
indien de grotere winst alléén ten
goede zou komen aan de aandeel
houders en niet óók aan de arbei
ders? Aan aandeelhouders die im
mers ook geen bijdrage tot de pro
ductiviteitsverhoging hebben gele
verd?
Wij zeggen niet, dat het financieel
voordeel geheel in de vorm van ho
ger loon door de arbeiders moet
worden genoten. Er mag zeker, voor
zover dit mogelijk is, mede aan de
leiding, aan de wetenschappelijke
medewerkers, een billijk aandeel
worden gegeven. Eveneens moet er
behoorlijk gereserveerd worden. Dat
de aandeelhouders een hoger vè
dend ontvangen, kan niet gewraakt en,
worden. Misschien hebben zij ook ga1
wel ongunstige jaren gekend. 1
Maar voor het overige is het toch e]
principieel juist te achten, dat ook bij
de arbeiders van de gunstige jaren m.
profijt genieten. Het is in vele geval- k€.
len zó, dat de arbeiders ook wel toj
minder goede gevolgen van de voort-
schrijdende mechanisatie ondervin
den, dat van hen méér inspanning, 3.4
zij het meer geestelijke, gevorderd nc
wordt.
Maar zelfs afgezien daarvan is het
een eis der bedrijfsgemeenschap, dat gi:
allen delen in de vooruitgang. Niet vs
alleen degenen die kapitaal verschaf
ten, maar eveneens de mannen en
vrouwen die door hun dagelijkse ar-j dl
beid en toewijding in belangrijke
mate hebben bijgedragen tot de ver-!40
beterde bedrijfsresultaten.
Gebeurt dat niet, dan worden de a
sociale tegenstellingen verscherpt, y.
En dat zou een te betreuren gevolg
zijn van de technische ontwikkeling, ui
Leraren chr. v.h.m.o. bijeen
(Van een onzer verslaggevers)
Op de te Amsterdam gehouden
jaarvergadering van de Vereni
ging van leraren bij het Chr
v.h.m.o. is gebleken dat het mid
delbaar onderwijs in Nederland
niet meer een aangelegenheid is,
die alleen met het eigen land te
maken heeft. Dit bleek uit het
openingswoord van dr. D. Ba-
rends, voorzitter der vereniging,
die gelet op de diverse interna
tionale of internationaal getinte
onderwijsconferenties, welke bin
nenkort gehouden worden, het
jaar 1960 een jaar van supra
nationaal werk noemde.
Dr. Barends achtte deze ontwikkeling
verheugend. Minder dan ooit kan Neder
land ziel, altijd afzijdig houden van de
rest van de wereld, zeker niet op onder
wijsgebied. De contacten met andere
landen zullen niet altijd een uitwisseling
van gegevens en ervaringen zijn, maar
ook in het teken moeten staan van de
hulp aan achtergebleven gebieden.
Dr. J. J. R. Schmal, lid van de Raad
van Europa, zou hierna spreken over de
Europese integratiegedachte en het
christelijk v.h.m.o, Het werd inderdaad
een oergezellige causerie over wat er
door samenwerking van de vijftien Eu
ropese landen in allerlei organen en ge
meenschappen gezamenlijk wordt ge
daan. maar het eigenlijke onderwerp
kwam niet aan bod. Dit klopte dus niet
m=t het agendum, maar wel met de door
de spreker opgegeven veranderde titel
van zijn onderwerp „Hoera voor Europa".
De heer Schmal zette uiteen, dat de
positie van Europa er van lieverlede
steeds slechter op wordt De grote poli
tieke beslissingen, die b.v. rond 1870
voorbereid werden in de hoofdsteden
1 el-
Wilde men nog iets redden, dan
moest er gezamenlijk wat onderno
men worden. Dit inzicht werd gereali
seerd in de totstandkoming van orga
nen als Benelux, E.E.G., E.K.S.G. en
Euratom, en ook in de te Straatsburg
zetelende Raad van Europa, die in 1949
tot stand kwam.
Uitgangspunt
Deze Raad achtte dr. Schmal een goed
uitgangspunt, al zijn er weinig tastbare
resultaten geboekt. Toch gebeurde er
meer dan men misschien denkt. De Raad
lijkt echter op een ijsberg: slechts het
tienc.e deel is zichtbaar, de rest zit on
der het oppervlak.
In zijn royaal met anecdotes opge
luisterd beloog waarin ook zijn
„lievelingstheologen" Chantepie de la
Saussaye en Gunning werden geciteerd
vertelde dr. Schmal o.a., dat hij
het verschil niet wist tussen de A.R
Partij en de C.H.U.
Voorts distancieerde hij zich van de
velen, die momenteel zonder precies
op de hoogte te zijn van wat daar aan
de gang is schande roepen over Zuid-
Afrika.
Ook wenste de heer Schmal niet mee
te doen met hen, die Rusland zowat als
het rijk der duisternis beschouwen, waar
tegen dan Amerika bijzonder gunstig
afsteekt. Laten we niet vergeten, dat
wat in Oost-Europa wordt geconcreti
seerd. in West-Europa uitgedacht is, zei
hij.
Het streven om een verenigd Europa
tot stand te brengen achtte dr. Schmal
nuttig en nodig, maar men zal zich moe
ten wachten voor een geëxalteerd op
treden. Het ls nog niet zover, dat men
zijn paspoorten kan verscheuren.
De drukbezochte vergadering werd o.a.
bijgewoond door staatssecretaris C. G.
Stubenrouch.