Ernst Jünger - 65 {aar
D
PSALMUS HUNGARICUS»
VAN KODALY
ZONDAGSBLAD
door woord en gebaar
LIEFDE'S LOZE LES
ZATERDAG 19 MAART 1960
Naasi wiskunde
en
moderne talen
LES II EXPRESSIE
Veelomstreden figuur
JTINDELIJK heb Ik
een school bezocht,
waarover dankt me
geen boos woord is
te schrijven. Toch zijn
de lessen er pittig en soms ook
taai en er is geen kijk op dat
zonder stevig blokken de „eind- £gnx
AKADEMIE LEVERT EERSTE LEERKRACHTEN AF
zen van Hooft voorgedragen
koeken gegeten zoals slecnts
n Hooft die kon bak-
Aan dit feest
streep" wordt gghaald. Het
een school, slechts voor kunst- voorafgegaan,
zinnigen, maar een toneel- of
balletschool is het niet en hoewel
het evenmin een kweekschool
gesol
Hoof
«varen maanden
arin alles in het
het Muiderslot.
rdrijkskunde, de taal en de
chiedenis. De opvoering van
loofts Granida
als leerkrachten aan het werk Reumer
huur van hèt slot met zich
brengen. Voor mevrouw Wanda
echter het belangrijk-
gaan. Negen kandidaten zijn er ste: de hele school, geen leerling
hopen over enige maanden
handenarbeid. Een belangrijk
derwijs te geven m „expressie spel. dat de leerlingen intens be
door woord en gebaar". leefden. In die tijd ontstond de
gedachte: iedere school moest tot
vak op het lesroos- iets dergelijks in staat zijn. Het
proef, waarvan het positieve
resultaat bij voorbaat vaststaat.
De school noemt men Akademie
voor expressie door woord en ge
baar. U vindt haar aan de Roy-
aards van der Hamkade
De Akademie
L Er werd terloops c
mei een jueuier- ----
i deel van de grote uitzondering enthousiast
zolder is omgebouwd tot lokalen
waar wordt geacteerd en gete
kend en waar onderv J
gegeven in historische dans
bewegingskunst. Vormt
echter niet f IjÉj
ging die gedachte vaste vorm
inemen. Er zou een opleiding
waar onderwijs wordt nQc]f"jfj1
worden voldaan. In
antwoord op een
vraag wat met ex
pressie door woord
lerares of leraar in
de expressie door woord en ge
baar moet voldoen. Daarom is
dit allerminst een vak voor
iedereen.
Kleine klassen
JJjET IS opvallend dat de
Ernst Jünger op
29 maart a.s. vijfen
zestig jaar wordt, is het
wellicht een passende
gelegenheid, bij deze
zeer belangrijke figuur
in de literaire wereld
van West-Duitsland en
bij de stadia van zijn
geestelijke ontwikkeling
een ogenblik stil te
staan.
EEN DENKEND DICHTER - EEN DICHTERLIJK DENKER
„Van alle kerken blijft nog slechts deze, die door de koe
pel van de gevouwen handen wordt gevormd. Alleen
daarin is veiligheid".
ERNST JÜNGER
klassen voornamelijk uit da-
bestaan hoewel mevrouw
gebaar wordt Reumer vertelde dat bij de aan-
bedoeld. antwoord- meldingen voor het nieuwe leer
jaar deze aanmeldingen zijn
er dus nu reeds ook Veel jon
gens zijn. Het zijn kleine klassen
en plannen om ze uit te breiden
zich sprekend ziSn niel- omdat de meeste van
bewegend te de lessen onmogelijk aan een gro-
leren te groep leerlingen kunnen wor-
verplaatsen in de den gegeven.
ander; Om ook belangstellenden die hun
studietijd reeds achter de rug
hebben in de gelegenheid te stel
len zich in de expressie door
woord en gebaar te verdiepen, is
er naast de „vakopleiding"'
Reu-
rede: het stimule
ren van de moge
lijkheid
het aankweken v
gevoeligheid
waardering vooi
kunstuitingen
literatuur
Een voornamelijk door
ziek; ertoe bijdra- onderwijzend personeel bezochte
gen dat de
slag van gegeven
lessen (bijvoor
beeld voor aard
rijkskunde en ge
schiedenis) beter
behouden blijft; de
kinderen stimule
ren zichzelf te we-
psychologie, letterkunde
maturgie.
Komt mijn sympathie
lichtvaardig een waarmee in 1957 zou worden be-
- gonnen.
Het plan daarvoor had men in
1956 gemaakt. Een jaar was uit-
getrokken voor de voorbereidin- Blieck*
Een van de praktische lessen
het maken en improviseren i
toneelkostuums.
kleuteronderwijzeres Mies
Mevrouw Reumer gaf meer ant
woorden, ik heb er een paar uit
gehaald om die derde en laatste
kant van deze opleiding toe te
lichten. Om op de Akademie te
slagen, moet men zich kunnen
verdiepen in kinderproblemen.
woensdagsmiddags
en in de avonduren wordt gehou-
Dat hiervoor bij onderwijzers en
onderwijzeressen een zo grote
belangstelling bestaat, bewijst wel
dat men in deze kring de expres
sie door woord en gebaar van be
tekenis acht. De onderwijzer op
een lagere school heeft meer di
rect contact met zijn leerlingen
dan op andere scholen doorgaans
ar uii- ^et geval is. De expressie-leer zal
Too+c*a dan ook op kweekscholen
laatste - „,a nn ie
Als jongmens doorziet hij reeds
gauw de verwordenheid van de
bourgeoise wereld, waarin hij ver
keert, verlaat als 16-jarige het
ouderlijk huis om zich voor het
vreemdelingenlegioen te melden,
maar wordt door zijn vader uit
Zuid-Frankrijk teruggehaald. De
oorlogsverklaring van augustus
1914 zal hem als een bevrijding
zijn voorgekomen. Hij verricht
staaltjes van ongelooflijke helden.
de leraressen en leraren
Akademie zullen,
Reumer hoopt, op den duur
volwaardige plaats krijgen naast
de andere docenten op kweek
scholen. Er is een tijd geweest
dat bijvoorbeeld de leraar licha
melijke opvoeding niet als een
„volwaardig" docent werd ge-
Terwijl men voor lichamelijke
opvoeding nu te weinig akademies
heeft, staat de Akademie voor
expressie door woord en gebaar
echter nog in de kinderschoenen.
Een Akademie dunkt me
waarover geen boos woord is te
schrijven, waarvoor men integen-
moed, is de enige frontofficier, die
de onderscheiding „pour le méri
te" krijgt, en schrijft in 1919 zijn
eerste boek: In Stalhlgewittern,
een uiting van zijn vreugde over
het gevaar, een verheerlijking van
de frontbelevenis, van heldhaftig
heid en van een soldateske levens
houding. Bloed en ras worden als
geestelijke waarden beschouwd.
Na zijn universiteitsjaren (zoölo
gie, speciaal insecten en kevers)
bestudeert en volgt hij Nietzsche,
wil als deze het leven liefhebben,
ook als het tragisch is (amor fa-
ti) en oordeelt, dat we vabanque-
spelers van onze tijd moeten zijn.
Het normatieve mensentype van
de toekomst is de arbeider (Der
Arbeiter 1932); deze immers zal
door de techniek eens in het be
zit van de macht zijn. De tech
niek dwingt het leven binnen be
rekenbaarheid, is dus reeds door
het feit van haar bestaan anti
christelijk. (Spengler sprak reeds
„het
i de i
deel slechts sympathie kan heb
ben. En aan de Royaards van
der Hamkade hoopt men dat de
Gevoelens van de minister van on-
erwijs dezelfde zijn. Ook voor
een dergelijke opleiding is steun
van de overheid broodnodig.
WIM TIMMERS
wat «„kinS.verlag
nige, het aparte en echt wel heel Aan de Royaards
moderne van de opleiding, die kade
nog niet door het rijk wordt er I
kend en gesubsidieerd, maar e
desondanks in is geslaagd eei
degelijke opleiding te worden
Misschien speelt dat alles eei
rol. Evengoed als het gesprek
der Ham
kweekschool de klasselokalen die
met een kleuterschool deelde,
en tiental leerlingen en een
docenten betrok
ïr de vrijgekomen
- - De Akademie was dat eerste ten weten
Wanda Reumer, de jaar één grote familie. Te weinig opleiding g<
werd zij een van Wanda Reu- z^n'
mers eerste leerlingen. Dit was
wat ze zocht Op een dergelijke
manier kwamen de andere leer
lingen. Voor enkelen bleek in de
loop van de vier jaren, dat de
opleiding te zwaar was.
De negen eindexamenkandida-
directrice die ervan overtuigd
dat haar Akademie een belangrij
ke taak heeft, van invloed zal
zijn. Ook trouwens het enthousias-
de met hMP De Akademie
al dat zij
n werk behoeven te
zijn aanvragen van
jeugdvere-
lange haren, dikke truien en mail
lots. Maar er zijn meer redenen.
Redenen die het eenvoudigst dui-
delijk te maken zijn door de kor- tuuminprovisatie,
te geschiedenis en vooral de voor- - -
geschiedenis van de Akademie
voor expressie door woord
baar te vertellen.
docenten en te weinig materiaal zoeken,
om mee te "werken. scholen,
Nu, vier jaar later, zijn al nigingen. Voor lichamelijk ge-
die tekortkomingen verwijderd, handicapten is dit soort lessen ge-
De Akademie is een degelijke weldig. „We geven veel lessen
school met in haar bestuur tal aan gehandicapten. Vooral dat
van autoriteiten, onder wie twee werk is dankbaar", vertelde Mies
rofessoren. Er is stof voor kos- de Blieck, die ik overigens maar
zijn spiegels kort heb gesproken, tussen twee
langs de wand voor de les in gri- lessen in. Als oudste jaars geeft
zijn vakkundige zij lessen
(H de eerste jaars.
ge" leerkrachten zelfs voor zulke vak- In feite is zo'n les voor haar
ken als pantomime en bewegings- eveneens een les, een belangrijke
kunst. Aan één belangrijke zaak les zelfs.
zang. lijk dat erkenning
.1» j n jiuusi. nan een uciaiigrijxe zaan
Wanda Reumer ontbreekt het de Akademie echter IK heb zo terloops al enkele
nog: erkenning door het rijk en vakken genoemd, welke op de
TEDERE middelbare school be- toekenning van een subsidie. Men Akademie worden onderwezen.
- - - Theoretische en praktische. Voor
al die laatste behandelen uiteen
lopende onderwerpen. Ik kan me
voorstellen dat een lesrooster
waarop voorkomen improvisatie.
jeugdige ^ans, decorbouw en voordracht
acteurs bij hun (r veel leerlingen van middelbare
spel leiding krij- HMBMPr,>?gKaBg| scholen enthousiast maakt. Het
gen van een „vak- - StiV grote aantal aanmeldingen
man" komt tegen
woordig nu en dan
voor, maar was
enige Jaren gele
den nog een zeld
zaamheid. Er wa
ren uitzonderingen.
Een daarvan was
de bekende Werk
plaats van Kees
Boeke.
Kort na de oor
log werd in de
werkplaats al ge
acteerd onder lei
ding van de voor
drachtskunstenares
Wanda Reumer.
Aanvankelijk was
het de bedoeling
dat zij slechts to
neelstukken zou re
gisseren, dat de
kleine groep „to
neelspelers" van
haar zou leren,
zich zonder
schroom te uiten,
zelfs tegenover een
groot publiek. In z
gauw verkijkt men zich op dit
vlotte, dit moderne. Er zijn nog
twee kanten: de theoretische met
haar pedagogiek, anatomie,
ziektheorie enz. - -
deel een kwestie
studie dus en de laatste kant,
waarvoor eisen gelden waaraan
door studie alleen beslist niet kan
De sympathieke directrice,
vrouw IT'anda Reumer wal
van een grote papieren sak en
stuk karton te maken is.
T\E componisten
Zoltan Kodaly
en Béla Bartók wor
den veelal in één
de Honqaren studeerden bij de Brahms-leerling Hans Koesslerste van het tweede deel, geheel
beide,, grepeu bij de verluenwng der Hongaarse muziek terug Bijbel Klaïï Dair.d
op het volkslied en beiden hebben Hongarije bevrijd van aan
dit land vreemde elementen op muziekgebied.
op zich laten
hebben om zich ongedwongen te
uiten, zonder alles „gek" te vin-
Mevrouw Reumer kreeg de ge-
legenheid haar werk uit te brei
den. er de gehele school bij te n»et, ^an8
betrekken. Het hoogtepunt van wachten.
«'ir, AH WEGEN jongelui zijn er dus
W.tori,che"kanteel bu'veel lS.» d" d'
"JTSttï v,n mevrouw £SS£*. SmSft eiTvlo?
Reumer. Zij kreeg het tijdens een z°als d,emeeste meisjes in die
j...l, u.1m:jj.i vier (kleine) klassen. Hoe zij er-
kostuum staande voor dé toe is gekomen aan de Royaards pumiue ««.«..u jam. -
eeuws Kostuum staanae voor ae Hamkade te gaan stu- bestaansstrijd van het dap-
imponerende schouw in de ridder- eren-> Qd twaalfiariee leeftijd pere volk meegestreden heb-
was er af hé? pSS om toneel- ben. ontwaakten in Kodély
kunnen meemaken sneelster te worden maar al wil- muziekuitbeeldingen tot
gebeuren Grootser Mlfs* en in- de Zlj dat ook laier- in plaa,s vJd0J)pend leVen"
Sr^ekkenderTweeda een lang van naar de toneelschool ging zij Rondtrekkende zangers,
d" 1 «5S«n *vïn Sf d« *»««kschool voor Leuter- gjj..£>ld.ten nunjeko
Werkplaats in het Muiderslot het onderwijs. herders en vrolijke Kame
huwelijk van P. C Hooft, de
Meer nog dan Bartók heeft
Kodaly zich bepaald tot de
echte Hongaarse folklore en
meer nog dan Bartók wist
hij het wezenselement van
het eigenlandse lied te pro
jecteren op zijn kunst. Voor
mij is Kodély een grotere
nationale figuur dan Bartók,
nationaal karakter heeft.
Dorpen en provincies, die
i den Vondel, Constantijn Huy-
gens, Anna en Maria Roemer Vis-
scher en de andere leden der
Muiderkring. Gekleed naar de
mode van hun tijd. Er werden
Hongaarse dirigent Jai
sik voerde voor E vei
n van Kodaly en Bartók
zijn ope
ra's „Harry Janos" en „Het
Spinvertrek", zuchten en jubelen,
wenen en juichen.
Zoltan Kodély werd op 16 dec.
1882 te Kecskemét geboren en
studeerde aan de Muziekhoge-
school te Boedapest. Hij promo- de mogelijkheden
veerde op een proefschrift 1 Ajjjj
het Hongaarse volkslied en -
van 1906 tot 1940 leraar composi- taling in 3 talen is deze Psain
Psalm JIBBW
in het 1ste deel over zijn persoon
lijk leed. over het verderf in de
stad en de trouweloosheid van een
vriend, in het 2de deel sterkt Da
vid zichzelf en alle gelovigen in
het vertrouwen op God, Die de
vrome verlost en de goddeloze
verdelgt. Kodaly heeft dit 2de
deel dan ook een ander karakter
gegeven, direct al beginnend met
de vertroostende tenor-aria „Doch
gij mijn hart. wees vrolijk en
twijfel niet". De rechtvaardigheid
van God wordt door het koor be
zongen. stralend, achtstemmig ein
digend in de wetenschap, dat God
de vromen verlost. Als een bijzon
der zinvolle epiloog besluit het
f koor met een herhaling van het
openingskoor, maar nu niet als
een klacht, doch als een geeste
lijke steun voor de gehele mens
heid. David, zo laat Kodély het
werk besluiten, schreef deze
Psalm als troost voor de in nood
verkerende gelovigen. In de
„Psalmus Hungaricus" heeft Ko
dély zijn zuiverste lyriek gegeven
en zowel een instrumentale als
een vocale kleurenrijkdom ge
bracht, die niet zal nalaten te ont-
VIA NAAtD
ÊN PIAAI
ding van Ferencsik. die koor en
orkest tot topprestaties bracht en
ook de tenor Nilsson inspirèerde.
De achterzijde van de plaat be
vat onder dezelfde leiding de
„Danssuite" van Béla Bartók. ge-
compQneerd in 1923 t.g.v. de 50ste
verjaardag van de samenvoeging
van Boeda en Pest. Het zijn vijf
dansen, verbonden door een ritor
nel en gevolgd door een samen
vattend slotdeel. Elke dans heeft
een eigen ritme en een eigen me
lodie en Bartók is zich in de in
strumentatie niet te buiten gegaan
aan klankvolume, doch wist met
eenvoudige middelen enorm veel
te bereiken. In dit werk voelt
men de Hongaarse volksmuziek
en ondergaat men de bekoring
van het volksritme. Tot welk een
grote expressie heeft Bartók het
alles weten te krijgen en tot
welk een gespannen weergave
heeft Janos Ferencsik het weten
te brengen. Ook hier een fantas
tisch spelend orkest en een opna
me, die in elk opzicht prachtig ge
slaagd is. Liefhebbers van de mu
ziek van Kodély en Bartók mogen
deze plaat niet vergeten.
CORN. BASOSKI.
chine"). Bij de door hem voorspel,
de mechanistisch-collectivistische
toekomststaat met zijn schrikaan
jagende starheid blijft hij echter
niet staan. We zien het in Das
abenteuerliche Herz, waarin hij
dieren, planten, kleuren en dro
men beschrijft in het magisch
licht van een diepere werkelijk
heid. Tijdens de Hitlerterreur
verschijnt: Auf den Maxmorkllp-
pen, een als mythe gecamoufleer
de oorlogsverklaring tegen de
heerschappij van brute macht en
gemene leugen. De bloedige ty-
rannie is belichaamd in de per
soon van de opperhoutvester (een
wolk van vrees gaat voor hem
uit). Zijn bloedhonden vernietigen
het fijnere hondenras van een
oude cultuurstaat. (Gelukkig dat
niet precies kon uitgemaakt wor
den, of met die houtvester Goe-
ring, Hitler of Stalin was bedoeld).
Tijdsdocument
HET dagboek (Strahlungcn)
neemt een belangrijke plaats
in Jüngers werk in, niet als po
ging om de chaos in zijn inner
lijk te ordenen, maar als tijdsdo-,
cument: het is merkwaardig te'
zien, hoe hij insecten, planten, per
sonen, anekdoten, dromen vast
pakt en prikt op de naalden van
zijn taalkunst.
Het is een staalhard proza,
waarin hij ons zijn overpeinzin
gen en waarnemingen meedeelt.
De laatste bundel, Jahre der Ok-
kupation, omvat de tijd van 1945
tot 1948. met dit voorbehoud, dat
tweederde gewijd is aan 1945 (te
beginnen met 11 april) en de drie
volgende jaren zeer summier be
handeld worden. De titel is niet
gelukkig: Okkupatlon betekent nl.
bezetting (door de Amerikanen)
en tevens: bezigheid. Junger ver
telt, wat hij elke dag heeft ge
daan: studie van de Bijbel, in 't
hijzonder Jesaja en Jeremia
hij constateert een grote overeen
komst tussen hun geïsoleerde po
sitie en die van een Duitser met
verantwoordelijkheidsgevoel op
geestelijk gebied; vooral de klaag
liederen zijn bijzonder actueel ge
worden. Maar ook de natuur
het ontluiken van de planten en
bloemen, de komst van de vogels,
alle veranderingen in de tuin
wordt deskundig en liefdevol be
schreven. Als hij ziet, dat vele
uitgehongerden er op uittrekken
om eetbare paddestoelen te vin
den. stelt hij zich tevreden met
het bekijken van de bloemen: „het
zuivere beschouwen onttrekt ons
aan de concurrentie". Daartussen
allerlei herinnerlngsflitsen aan het
intelligent kannibalisme van de
Hitlerterreur, aan de dood van
zijn zoon (die is geslaagd voor
de „Reifeprüfung"), en overpein
zingen over de wandaden van
sommige bezetters en de geruch
ten over de inval van de Russen.
Verder een résumé van zijn lec
tuur in die dagen, waarbij hij de
Duitse literatuur met geen blik
verwaardigt.
Glazen bijen
EEN VAN DE tijdproblemen, die
Jünger op de scherpzinnigste
manier heeft geformuleerd, is de
onthumanisering van de weten
schap. Met een aan Huxley en Or
well herinnerende fantasie ver
telt hij in de novelle „Glaserne
Bienen" over Zapparoni, een
groot-industrieel, die door een
uiterst vernuftig uitgedacht sys
teem een bijna onbeperkte macht
uitoefent in een fantasiestaat,
waarin we zonder- veel moeite
het na-oorlogse Duitsland herken
nen, maar dan zoals dat vermoe
delijk over enkele decennia zal
zijn. Zapparoni heeft glazen bijen
laten maken, die electrisch wor
den voortbewogen, met een fij
ne slurf de honing uit de bloe
men zuigen, maar tegelijk de he
le vegetatie doen sterven, omdat
ze niet de bestuiving bewerken.
Een vroeger cavalerie-officier
kan geen emplooi meer vinden,
omdat het paard in de oorlog is
afgedankt: we kennen nu slechts
tanks. Hij tracht bij Zapparoni
werk te krijgen, wordt op de
proef gesteld, maar ondanks diens
waarschuwing slaat hij een van
de glazen bijen stuk; hij begrijpt,1,
dat wie in zulk een bedrijf wil
kunnen arbeiden, als mens ver
nietigd moet worden.
Menselijke volmaaktheid en
technische perfectie zijn volgens
Jünger onverenigbaar. Wjj moe
ten, als we het ene willen, het an
dere opofferen: bij dit besluit
gaan de wegen uit elkaar. Wie
dat begrijpt, zal zindelijker le
ren denken. De perfectie streeft
naar het berekenbare, het vol
maakte naar het onberekenbare.
Perfecte mechanismen worden
daarom door een onheilspellende,
maar ook fascinerende glans om
straald. Zij verwekken vrees,:
maar ook een titanische trots,
die niet gebogen wordt door het
inzicht, maar alleen door de ca-l
tastrofe (137). In die geïndustria
liseerde maatschappij zijn de
waarden vernietigd. Wat nu? Wat
rest ons na dit koele, staalharde
requisitoir over de huidige cul
tuur? Niet veel. „Tegenwoordig
kan alleen hiij leven, die niet
meer gelooft aan een happy end
ing, wie wetend daarvan afziet.
Er is geen gelukkige eeuw, maar
wel bestaat het ogenblik van het
geluk, en er is vrijheid in het
ogenblik.
Men zegt, dat bij een val het he
le leven nog eens voorbijtrekt. Dat
wordt gerekend bij de geheimen
van de tijd. Het ogenblik verbindt,
z/ich met de eeuwigheid1" (178).
Veelomstreden
ERNST Jünger is een veel
omstreden figuur in de Duit
se letterkunde. Men noemt hem
koel, arrogant, onverschillig,
minachtend, iemand die vlijm-;
scherp waarneemt en formuleert,
maar zonder liefde.
Eén enkel voorbeeld. Hij is we
kenlang op een schip met onpret
tige medereizigers, die evenals hij
naar Zuid-Amerika gaan. „De
massa der passagiers verliest
zichtbaar de bladeren. Bij het be
gin van de reis probeerde ieder
een zo belangrijk mogelijke in
druk van zichzelf te geven, waar
tegen hij op de duur niet was op
gewassen. In plaats daarvan krij
gen anderen, die geheel onopval
lend zijn begonnen, langzamer
hand glans.
Ook wisselden de paartjes al
voor de tweede of derde maal.
Zes weken houdt de illusie het,
niet uit. In dit kortstondige
menieven geven de stewards de
indruk van grotere substantie,
vergeleken met degenen, die door
hen bediend worden. Dat hangt
ook daarmee samen, dat de r
in 't algemeen gesproken in de
toestand van de arbeid gemakke
lijker te verdragen is, zoals een
zondagmiddag in Berlijn reeds be-
Het is onmogelijk, een karakte
ristiek van deze tegelijk boeiende
en irriterende figuur te geven,
maar één ding staat vast: hij is
een van de scherpzinnigste ontle-
ders van onze hedendaagse Wes
terse cultuur.
J. H. SCHOUTEN
1) Ernst Jünger: Jahre der
Okkupation 1945—1948 310 blz.
Prüs DM 17.80.
id.: Glaserne Biencn. 180
blz. Prijs DM 7.80. beide uit
gaven van Ernst Klett Verlag.
Stuttgart.
gehele wereld klassiek gi
de worden. De grootste dirigenten
de Academie voor voerden het werk uit, o.a. Men
gelberg in New York en Toscani-
De tekst is een vrije bewerking
de 55ste Psalm
bovengenoemde school.
Thans is hij voorzitter
Kunstraad van de Acade
Kunsten en Wetenschappen. Koda
ly is niet alleen een enorm con
trapuntist en een groot Bachker.-
de belang
rijkste figuren zo niet de be- de 16de
langrijkste op het gebied
de koorzang (van 1920
componeerde hij alleen
werken) en van de muzikale ont
wikkeling van het kind. Zijn kin-
Na
mentale inleiding
c 1935 koor van alten
vocale de eigenlijke bede van David
Eeuwige God. Vader, hoor mij
i. wend Uw heilig oog op mij"
derliederen en kinderkoren geven (tenor-solo), welke door
duidelijk bewijs 1
voor het kind
i de kinderziel.
i zijn lief- expressief toegepaste dalende
zijn kennis cunde tot een klacht uitgroeit: de
het Londens Filharmonisch Koor,
het Londens Filharmonisch Or
kest en de tenor Raymond Nils
son, alles o.l.v. de Hongaarse di
rigent Janos Ferencsik (geb. 18
jan. 1907), een der .grootste diri-
Vtamt'uit genten uit Oost-Europa, misschien
een instru- zelfs wel van geheel Europa. Vo-
het openings- rig jaar hoorde ik dit werk onder
bassen, ^omt zijn leiding in Praag en het was
toen een belevenis voor me. Dat
is de opname opnieuw geworden,
al wordt er dan nu in het Engels
gezongen. Dit musiceren heeft
zo'n enorme spanning en zoveel
het openingskoor voorbij
komt er een soort wisselzang tus-
tenorsolist en koor. soms ver
sterkt door jongensstemmen en
iiav UU..CC.UC aiaj «u vwv. fms alleen vocaliserend, waarin
het eerst deze compositie er. wel de dalende «ecunde weer een rol
triottische symfonie „Psalmus
Hungaricus" heeft Kodély veel
njam gemaakt in het buitenland.
1926 dirigeerde hij zelf
ge
luisterde de stereo-opname (30
plaat SDBR-3022) af. die absoluut
subliem is. Er is echter ook een
prachtige monaurale opname (30
cm-plaat LPBR-6022). Het is een
groots monument voor Kodély
geworden, dank zij de geniale lei-
MR. E. STRAAT heeft van
Shakespeare's vele stukken voor
waar geen gemakkelijk beestje
gekozen om in het Nederlands te
vertalen. „Love's Labour's Lost"
staat achterin de Shakespeare en
is dan ook naar men aanneemt
het eerste stuk van de grote man.
Hij kwam er omstreeks 1598 mee
voor de dag en heeft zijn lust tot
woordgespeel er ten volle in uit
geleefd.
Het spreekt vanzelf, dat dit
jongleren met stijlbloempjes niet
adacquaat in onze taal kan wor
den overgezet. „Ik heb", aldus mr.
Straat in zijn Verantwoording
„gestreefd enerzijds naar zo
groot mogelijke getrouwheid, met
behoud van taalpracht, woorden
spel, en rijm-rijkdom, anderzijds
naar spreek- en verstaanbaarheid".
Meer kan een mens niet doen, zou
men zo zeggen.
Reeds de vertaling van de ti
tel legt een proefje af van boven
vermeld streven: „Liefde's loze
les".
De koning van Navarre spreekt
met zijn drie hovelingen af, dat
zij drie jaar lang eens ernstig zul
len studeren met terzijdestelling
van alle pretjes. Zo antwoorden
zijn vrienden; Longaville zegt:
,,lk ben besloten; 't is maar drie
jaar vasten:
de geest zal gaan te gast, al
kwijnt het lijf.
Vetpens heeft schrale kop, het
lekker hapje
mest ribbekast, maar moordt
het fijne grapje".
Dumain zegt:
,,Mijn toegenegen heer, Dumain
sterft af:
de grove vorm van 's werelds
lusten wijst hij
terug naar 't slavenvolk der
grove wereld.
Voor liefde dood, voor pracht en
praal verloren
wil ik in deze kring slechts
wijsheid horen".
Terwijl Biron ook beterschap be
looft maar tot slot toch spijtig
uitroept:
,,0, dorre plichten, niet te
dragen ta/cen,|
geen vrouwtjes zien, studeren,
vasten, waken!
i.'
Deze voorbeelden zijn een feest
der literaire verlustiging. Een tel
kens vergelijken van vertaling
origineel geeft nader toegang tót
dit feest. Men krijgt dan grote be
wondering voor mr. Straats toe
wijding en vindingrijkheid en gaat
iets navoelen van het plezier, dat
hij ongetwijfeld in dit moeilijke
werk gehad moet hebben, want
Shakespeare vertalen en er zelf
geen plezier in hebben, dat is iets
ondenkbaars. Wie zich in deze ma
terie verlustigen wil, leze de Li
teraire Pocket van De Bezige Bij
te Amsterdam, waarin de2e ver
taling in druk verscheen.
E. V. G.