Het was een oud cavalje,
maar ik had dan toch een huis
444
m
Tailleur voor
honden
EEN HANDVOL PAS VERSCHENEN BOEKEN
Walawip als schatgraver
Yan dichtbij
bekeken
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 13 FEBRUARI 1960
DE regen werd door de wind met overdreven enthousiasme tegen
het verzakte plaveisel gesmakt; met nederig buigen trachtten
de kale boompjes hun sprietig bestaan te rekken en de straat
zelf was het verveloze bestaan kennelijk moe. Dat waren de feiten. Maar
$/at zijn feiten? Ik wandelde, nee ik zweefde langs een zonnige boulevard
met onbuigzame palmen, en keek naar luidruchtige en lompe vrachtwagens
die helemaal niet luidruchtig, lomp waren, maar geruisloos en elegant,
glanzend als limousines, luchtig als ballerina's.
ZO is het toch als je helemaal blij bent.
Die complete blijheid, die ^je leert be-
grijpen dat bliji
beetje gek doen. Ik deed i I
die dag: ik kreeg een huis.
Kijk, het was natuurlijk maar een mo
ment, niet langer. Maar wij hadden er
lang op gewacht, op dat huis. En toen ik
de sleutel kreeg, liep ik kletsnat
over die zonnige boulevard, met de sleutel
in mijn hand.
Tot het laatste moment denk je dat er
een vergissing in het spel is. Je weet niet
wat je moet geloven en het Vertrouwen in
de ambtenaren van volkshuisvesting keert
pas weer als je de sleutel hebt. Zelfs dat
gaat soms niet vlot. Mijn huiseigenaar was
tenminste bepaald grof, hij wilde de wo
ning voor zijn zoon die ging trouwen. Op
zo'n moment staat de wereld op instorten;
je bent maar wat gelukkig dat die huis
eigenaar het niet voor het zeggen heeft.
Je denkt vertederd aan die voortreffelijke
ambtenaren die opdracht gaven jou dat
huis te geven. Begrijp me goed, dat duurt
maar een ogenblik, even later lach je
weer om al dat toezicht van de staat en
lytaar goed. die huiseigenaar van mij
was een beetje grof. Daar moet je tegen
kunnen. Je zet al je principes overboord
en zegt: Ja. meneer de huiseigenaar en
als dat zo uitkomt: Nee, meneer de huis
eigenaar en denkt: Als ik die sleutel maar
heb, dan kan meneer de huiseigenaar om
vallen.
„Dat is een belediging meneer, dat neem
ik niet ik ben ambtenaar".
„Ben je in functie?"
„Natuurlijk, anders zou ik hier niet zijn.
En wilt u nu onmiddellijk
„Dat is dan belediging van een ambte
naar in functie", concludeerde Arie nuch
ter en hij klopte het mannetje bemoedi
gend op de linker schouder. Het slacht
offer brulde als een gewond dier en kerm
de: „En nou is het afgelopen. U gaat hier
onmiddellijk vandaan, anders roep ik de
politie. Dit is een afgekeurde woning!"
Dit is een afgekeurde woning. Die zin
bleef als een afgebroken film voor mijn
ogen schitteren. Pas op het moment, dat
die zin werd uitgesproken, stond ik weer
met beide benen op de grond. Ik zag weer
dat het regende en ik zag dat er allerlei
vreemde lieden in de kamer stonden en ik
zag dat het huis niet zo mooi was als ik
:'i HW 7FF FNRFRfi ,ot dat moment had gedacht. Verslagen,
■j lu" t-UCLLIlBLItU doodmoe, liep ik naar de deur. Toen ik bij
de trap was hoorde ik Arie nog zeggen:
„Maar dat kan niet. dit huis is pas toege
wezen, door volkshuisvesting". Ik kreeg
weer hoop, bleef staan. De ambtenaar ant
woordde: „Dat kan allemaal heel goed,
meneer, maar daar hébben wij niets
mee te maken. Dat is een andere afde
ling".
Mijn hoop vervloog, langzaam zakte ik
de eindeloze, kale trap af.
lijk in die ruïne wonen". Achteloos
hij op het bouwwerk, dat er al even ach
teloos bijstond, maar dat niettemin van
een onvergelijkelijke schoonheid was: de
tweede etage bevatte mijn woning.
„Wat mankeert er aan" vroeg ik, stra
lend als iemand die wel beter weet.
De verhuizer, die eigenlijk geen verhui
zer Was maar een verre achterneef met
een vrachtwagentje, krabde zich nadrukke
lijk op de kruin. Hij bekeek het huis nog
eens laatdunkend en zei: „Ja, waar za,l ik
mee beginnen. Neem dat dak nou 's".
Ik protesteerde.
„Nee. neem dat dak voor de aardigheid.
Ik geef het nog één, daar, 'twee dagen
hooguit. En dan die gevels. Je vraagt je
af. waar hangen ze aanlaten we maar
opschieten voor ze naar beneden komen..."
Hij stopte mij een end touw in de hand
en keek vol verwachting toe hoe ik
voor de eerste keer mijn eigen huisdeur
met mijn eigen sleute.1 openmaakte. Ver
huizer Arie staarde in oprechte bewonde
ring naar het openkierende schot en zei:
„Verdraaid, hij kan open".
DE deur op de eerste etage kon ook open
en deed dat zeer nadrukkelijk. Een
omvangrijke bundel kleren viel door het
deurgat op de overloop: het was mijn buur
vrouw. Ze stond op. moeizaam en met hij
gende energie en kefte: „Je ken hier kom-
me wonc. maar kindere kenne we hier
niet hebben en pianogefiedel mot ik ook
De heer Herb Apfelbaum uit
Philadelphia (U.S.A.) placht vroe
ger damesmantels te maken, maar
tegenwoordig maakt hij jasjes voor
honden en de zaken gaan meer dan
govd. Zijn eerste hondenjasje maak
te hij om een vriendin van dienst
te zijn, wier hondje ziek was.
Deze vriendin vertelde het aan
eèn andere en die weer aan een
andere en binnen een paar weken
hadden Apfelbaum en zijn vier
broers meer bestellingen dan ze
aari konden.
De Apfelbaums gingen daarom
maar helemaal op de hondencou-
ture over en richtten een .maat
schappij voor de vervaardiging van
woef-woef-kleding" op, die in nog
geen jaar een bruto omzet van
meer dan een miljoen dollar (on
geveer 3.800.000,bereikte.
„Wij werken voor de gemiddel
de Amerikaanse hond, de „géwone
hond", zou je kunnen zeggen", zei-
de Apfelbaum.
Er zijn 26 miljoen geregistreerde
honden in de Ver. Staten plus nog
SS miljoen zonder stamboom en
1 Apfelbaum verwacht dus genoeg te
doen te hebben tot het einde van
-k—--
niet, we hebben zellef een radio en ik heb
meer dan genog an me eige man". De
deur klapte weer dicht. Er volgde nog een
tweede klap, iets harder: mijn buurvrouw
was weer gevallen, nu aan de andere kant
van de deur.
Het openen van de deur op de tweede
etage was een plechtige ceremonie. In de
lege kamer, hol en ontzettend groot, zat
een klein mannetje. Zijn opstaan van een
miniscuul viskrukje, midden in de grote
kamer, was een omvangrijk karwei, dat
zorgvuldig en tot het laatste detail werd
afgewerkt. Hij zei: „Ik hoor dat u haar al
gesproken hebt".
We begrepen elkaar volkomen. „Jaze
ker", antwoordde ik, „ze is niet makkelijk,
nietwaar?"
Hij schudde wijs-bedaard het schriele
hoofd. „Ach, meneer, 't is m'n eigen
vrouw, daar niet van, maar je moet ze le
ren kennen. Ik ga maar liever een straat
je om en als 't regent ga ik hier zitten,
ik heb de sleutel en d'r komt hier toch
geen mens, 't staat op instorten, begrijpt
W"E waren niet langer alleen. Naast mij
stond verhuizer Arie, groot en gespierd,
met ons nieuwe tafeltje-met-het-blad-van-
onbreekbaar-glas. dat belachelijk klein was
in zijn enorme knuisten. „En waar zullen
we dit 's effe mooi neerzetten?" vroeg hij
en zonder adempauze: „Allemensen, wat
een oüd cavalje, je moet 'r maar lol in
hebben hier in te trekken, maar afijn dat
zijn mijn zaken niet".
Ik was nog steeds in een stemming om
de kaas van mijn brood te laten eten zon
der rancunes. Ik glimlachte vriendelijk
naar Arie en keek naar de bejaarde per
soon die op dat moment mijn kamer be
trad. Hij droeg twee enorme boekwerken
onder de ontoereikende armein en zei tegen
Arie: „En u bent zeker de gelukkige be
woner van dit huis. Aardig huisje, meneer,
knus^huisje, meneer. Welgefeliciteerd, me-
„Dat staat nog te bezien", zei Arie lomp.
Het mannetje liet de boeken op de grond
zakken, slaakte een bevrijdende zucht en
antwoordde: „Natuurlijk zullen we dat
even bezien. Aardig huisje, hoor meneer,
maar d'r moet een nieuw behangetje op,
begrijpt u, dat fleurt de boel weer een
heleboel op."
„Ook dat staat nog te bezien", zei Arie,
nu een beetje uit het Veld geslagen.
„Natuurlijk, meneer natuurlijk. Knus
huisje en een knus behangetje, nietwaar
meneer. Maar geen blauw, meneer, vooral
geen blauw, dat is slecht voor opgroeien
de kinderen".
„Ik heb geen kinderen", zei Arie bot.
„Natuurlijk, meneer, maar wat niet is
hè. meneer?"
Op dat moment arriveerden twee man
nen met een wanstaltige lichtkroon. Ze na
men bezit van de kamer, keken vakkundig
rond en zeiden tegen Arie: „Voor een spot
prijsje hangen wij deze kroon voor u op".
„Dat ding", zei Arie, „dat ding zdu ik
voor geen goud willen hebben. Trouwens,
het kan hier niet eens hangen/'
De mannen namen de uitdaging aan:
„O.K., wij hangen deze kroon hier op, dan
kan u het zalf allemaal eens rustig be
kijken. Ze namen het tafeltje en plaatsten
het midden in de kamer. Een van de man
nen stond op het punt er op te stappen
toen de ander tegen Arie zei: „Dat is toch
zo'n onbreekbaar geval, niet?" Arie keek
naar mij, ik knikte en op het zelfde mo
ment zakte de eerste man door het tafel
tje. Het blad- was vergruizeld in ontelbare
kleine splintertjes.
Het was ineens een enorme drukte in
mijn kamer. Een aantal onbekende per
sonen, waarvan er één zich later voorstel
de als mijn toekomstige groenteleveran
cier. schaarde zich om het vergruizelde
tafeltje en keek met intens mededogen
naar Arie, die beteuterd twee splintertjes
aan elkaar paste.
,U moet met zonder jas in de regen lo
pen, dat is bijzonder ongezond".
Ik glimlachte flauw: „En u dan?".
Het mannetje keek naar zijn colbertjas
je. Hij mompelde verschrikt: „Laat m'n
vrouw 't maar niet zien dan krijg ik er
van langs. Maar voor je buren moet je ten
slotte wjat over hebben, zeg ik altijd maar.
U was er ook zo gauw vandoor."
„Natuurlijk, buren! Die vent daarboven
is helemaal geen ambtenaar, 't is een
vriendje van de huisbaas. Die wil dat huis
voor zijn zoon. Maar praat u er vooral
niet over". Het laatste klonk angstig. Jk
keek het mannetje na. Hij liep dicht langs
de gevels, buiten het bereik van de spion
netjes.
het mijn leven niet vergeten. Vooral
niet omdat juist op dat ogenblik het laatste
mannetje in de deuropening verscheen. Het
riep: „Wat heeft dat hier allemaal te be
tekenen".
Het mannetje had een fors stemgeluid,
zo fors dat Arie verwonderd van zijn leg
puzzel opkeek: „Moeilijkheden?"
„Ik vraag wat dat hier allemaal te be
tekenen heeft", zei de figuur in de deur
opening. „U moet onmiddellijk deze wo
ning allemaal verlaten".
Arie stond op. „Zeg 's. kleine druiloor,
jij hebt nog al wat praatjes of vergis ik
Het mannetje werd driftig. Hij kwaakte:
Chr. Zangersblad
het schone Vlaanderen. Voor
Kon. Bond v. Chr.
Zang- en Orato-
verenigingen (de Perponcher-
104, Den Haag) 'bevat
„keizerin zonder gewe
ten" kreeg, beschreven. Lady Wu
bijzonder intelligent,
vondeling. Een kluizenaar
voedde hem op en gaf hem ook ook in hevige mate eerzuchtig
Sint Niemand. En wreed. Zij deinsde er niet
alle koren heel lezenswaardig stuk toen hij op eigen benen stond, rug om duizenden i
de heer De Jager
„Zin-
i indruk welke
sen er zoal geSteld moeten worden
door een radio-vereniging. Het ge
beurt nog wel eens dat n
.boos óf zwaar teleurgesteld
een afwijzing om voor de radi
op te treden.
zijn enige
i harmo-
van Afrika bij de uitgever Stok
verscheen.
Mevrouw Tadema blijkt de ga
ve te hebben om veel feiten (ook
historische gegevens) in haar ver
en haal te kunnen opnemen zonder
te- het gevaar te lopen, dat haar re-
onder laas een dorre opsomming wordt.
De heer De Jager geeft heel dui- leven verlangt
delijk aap hoe men op zo'n afwij- lijk dankbaar
zing moet reageren: altijd spor
tief en kritiek en adviezen goed
ter harte nemen. Er is tevens het
vervolg opgenomen van „De
Sprookspreker van Culemborch"
van Barend de Graaff en door
Corn. Basoski wordt de geboorte
dag van Chopin, 150 jaar geleden
op 22 februari, herdacht in een
uitvoerig artikel.
Verder zijn er besprekingen vaD
nieuwe muziek en grammofoonpla
ten en is er veel verenigings-
nieuws opgenomen.
ook iets. Zijn muziek kwam
rechtstreeks uit zijn' hart en
maakte iedereen blij. En daarbij
óf komt nog, dat hij
mensenkenner is
zijn woordje kan doen. Kortom,
iemand, die weinig
jor wat het le-
hem schenkt. Al lezende wor
den we jaloers op hem. En wil
len we graag een beetje Sint Nie-
mand zijn. Blij en gelukkig zijn ten, die
en dat ook anderen maken. Is dit
geen ideaal, dat gekoesterd mag
worden? Jan H. Eekhout bewees
ook in. deze roman, dat hij een
meesterverteller is.
haar eigen kinderen, op de Zij voorkomt dat, rliet in de laat-
ren om het le- ste plaats, door haar zeer per-
zodoende maar soonlijke waarneming van kleine
te brengen i
zeker te zijn van haar eigen alledaagse dirtge:
machtspositie. Lady Wu, een his- In vele opzichten is De zingende
uitstekend torische biografié van het huis zeelui van Afrika een actueel
uitstekend Tang, is geschreven van uit het boek; het beschrijft immers juist
""'om, standpunt van een kleinzoon van die Westafrikaanse landen, die op
het de wrede keizerin. De lezer 'krijgt het ogenblik in de belangstelling
behalve een goed inzicht in het hij- staan. Het boek werd door Auke
zondere en vreemde karakter van Tadema fraai met tekeningen en
de hoofdpersoon, door dit boeiende foto's geïllustreerd,
en leerzame boek ook een idee
de tradities en levensgewoon-
de zevende eeuw in
China golden.
Fraaie kalender
De zingende zeelui van Afri
ka, door Bob Tadema-Sporry.
Uitgave Ad. M. C. Stok. Den
Haag.
Aan boord
„Taal van het materiaal" is de
zeer juist gekozen titel voor de
kalender voor 1960, die de Grafi
sche Kunstinrichting „De Repro
ductie Compagnie" n.v. te Rot
terdam en de drukker gelegen-
vrachtschip heid gaf een veelzijdigheid
ve Zuidhollandsche Uitgevers- maakte de schrijfster Bob Tade- reproductie- en druktechniek te
De man met de Harmonika,
door Jan H. Eekhout. Uitga
ve J. N. Voorhoeve.
maatschappij, Den Haag.
Lady Wu van Lin Yutang, ver
taald door Hans de Vries, is een
boek uit dé Cultuurserie. Het ver-
haal neemt de lezer mee naar
met de Harmonika. Hij het China van de zevende eeuw,
hart barstensvol toen keizerin Wu Tsertien~het be-
Een benijdenswaardig persoon.
la-Sporry een reis langs Afrika's
westkust. Op deze reis bezocht zij
een groot aantal havensteden en
haar indrukken van het leven in
deze steden gaf zij weer in een
vlot geschreven reisverhaal,
demonstreren.
De keus van het werk is voor
al goed door de enorme verschei
denheid in materiaal waarmee ij
gewerkt en dat in deze uitsteken
de kalender volkomen tot z'n
geluk en kinderlijk geloof door wind voerde. Levendig wordt in onder de titel De zingende zeelui recht komt.
DOOR THEA BECKMAJN
bent",
En daarvan werd Walawip zó vrolijk, dat hij meteen
eer beter was en verheugd zijn bed uitsprong.
In de werkplaats zat de wagenmaker en zodra hij
Walawip in het oog kreeg, trok hij een droevig gezicht.
„Alles is weg", riep hij uit. „Boeven hebben ons over
vallen en ons van alles beroofd."
„Ja, het is verschrikkelijk", gaf Walawip toe. „Maar
waarom zouik treuren? Uw dochtertje heeft juist ge
zegd, dat ze met mij wil trouwen. En waar ter we
reld zou ik een .grotere schat kunnen vinden?"
De valse wagenmaker liet zijn mond van verbazing
openvallen. Hij wilde helemaal niet, dat zijn dochter
met éen domme, arme jongen als Walawip ging trou
wen, vooral niet, nu hij zelf zo ontzaglijk rijk was ge
worden. Maar dat kon hij niet zéggen, want Walawip
moest blijven veronderstellen, dat niiet alleen hij,
3'lle drie de schatgravers waren bestolen. O,
zat de wagenmaker daar mee in.
„Neen", zei hij eindelijk. „Dat gaat niet. Je bent veel
te arm, Walawip. En je kunt niets."
„Ik zal haar meenemen naar mijn geboortedorp", be
sliste Walawip. „Mijn vader heeft gezegd, ik mocht
alleen terugkeren met een schat. En die schat is Ani
ta. U zult van ons geen last hebben.
Toen kon d'e boze wagenmaker niiet anders doen dan
zijn toestemming geven. Ook zijn dochter mocht niet
weten, hoe oneerlijk haar vader was. De wagenma
ker schaamde zich daar natuurlijk voor.
En zo gebeurde het. dat Walawip naar Zijn dorpj.
terugging, samen met Anita, met wie hij trouwde in de
kerk en bij zijn ouders ging inwonen. Zijn moeder huil
de van geluk, toen ze haar zoon weer bij zich had,
zijn vader bromde een beetje, omdat dc enige schat, die
hij had meegebracht een lieve vrouw was Maar einde
lijk schikte hij zich ook in het onvermijdelijke. Hij leer
de Walawip hoe hij torenhanen moest vergulden en zo
werd ook Walawip torenhaanvergulder. Zijn leven lang
bleef hij arm, precies zoals de grijze fee het had voor
speld, maar hij was heel gelukkig, omdat Anita zo lief
was en' ook omdat Walawip er nu eenmaal niets om
gaf, of hij arm of rijk was. Soms, als hij op een kerk
toren zat en het wijde, schone land om zich heen zag
liggen, ontdekte hij diep in de grond een schat, die
daar eeuwen geleden was begraven en sindsdien verge-
Maar hij wist nu, dat het de moeite niet loonde.
die schat op te graven want er zou toch weer een an
door gaan. Dus hield Walawin zijn mond,
vergulde zijn torenhaan en leefde lang. gelukkig en in
vrolijke armoede met zijn Anita verder.
EINDE
Een leuke puzzel was dat hè, die kruiswoordpuzzel. De naam,
van de dwerg „Puntneus" kwam te voorschijn als je alle woorden
goed had ingevuld. Hier komen de woorden die je moest invullen:
letter P, ui, net, tent, nagel, Europa, uurwerk, slagroom.
De hoofdprijs gaat deze week naar WINIFRED VAN GEEST.
De troostprijzen zijn voor TJITS HARINGSMA, ANS VAN ELDE-
REN en WILLY DELLEMAN. Gefeliciteerd alle vier.
Allereerste is Maaike van
Andel. Een mooie tekening
maakte je voor me Maaike,
bedankt. Adriaantje de
groeten. Jij zorgt dus
dat. de kachel brandende
blijft Kees van Andel.
Mooie cadeaus heb je ge
kregen zeg. Fijn dat
jouw rapport in orde was
Hénnie Akse. Nelly
Blonk en ook Ineke schre
ven over de verjaardag van
Martie. Jij kreeg dus een
extra cadeautje Ineke.
Mooi is je postpapier nu met de goudhamster Ge-
Greetje Barendrecht. Een rard Eikhuizen? Joke
Kleine dingen worden groot
als we er dichtbij komen. Dan
ontdekken we tevens, dat de ge
woonste dingen eigenlijk heel
andersen dikwijls mooier
zijn, dan we aanvankelijk ver
moed hadden. Bijgaande foto
van een paar vrouwenhanden,
Iaat beter dan woorden, zien
wat we bedoelen.
De fotograaf was in het ple
zierige bezit van een oude 9 x
12 cm platencamera met een
z.g. dubbele balguittrek. Met
dit soort camera's is het mo
gelijk om zonder extra voorzie
ningen tot op afstanden van 25
50 cm van een onderwerp te
naderen en dan scherpe opna
men te maken. Met een paar
fotolampen als verlichting,
maakte hij deze sprekende foto.
Deze camera's zijn niet meer
in de handel verkrijgbaar,
want ondanks hun kwaliteiten
hadden zij ook nadelen. Nade
len die wij moderne mensen in
onze tijd van ruimtevaart
kernenergie niet zonder m
slikken.
Voo rzetlens
Laat echter heit hoofd niet
hangen, ook met uiw toestel
kunt u dichtbij opnamen
ken, mits u gebruik maakt
de voorzetlens.... of bij c<
ra's met een z.g. uitwisselbare
lens van tussenringen.
De voorzetlens is het simpel
ste hulpmiddel voor de door
snee-camera om dichtbij opna
men te maken. In feite is het
een gewoon brilleglas, dat de
brandpuntsafstand van ons foto
toestel dus kleiner maakt.
De sterkte van de voorzetlens
wordt uitgedrukt in dioptrieën.
Voor het gemak geven we u
hier een kleine tabel van voor-
zetlenzen en hun opname-afstan
den bij lensinstelling op onein-
1 dioptrie: geeft een opname
afstand van 1 meter scherp. 2
dioptrie: geeft een opname-af
stand van 50 om scherp. 4
dioptrie: geeft een opname-af
stand van 25 cm scherp. 8
dioptrie: geeft een opname-af
stand van 12% ertï scherp. 10
dioptrie: geeft een opname-af
stand van 10 cm scherp.
U ziet het is mogelijk tot óp
zeer korte afstanden tot ons on
derwerp te naderen en we krij
gen dit object dan ook in ver
houding groter op ons negatief.
Op 25 cm
Gemiddeld echter is een voor
zetlens van 4 dioptrie, die ons
laat naderen tot op 25 cm., voor
de meeste onderwerpen voldoen
de. Bij het fotograferen met dit
systeem moeten we er rekening
mee houden, dat onze zoeker
(uitgezonderd de eenogige re
flex) niet meer gewoon bruik-
Bekijk uw camera maar
eens, dan zult u zien dat de
zoeker of zoekerlens een andere
positie inneemt, dan de opna
melens. Meestal zit de zoeker
hoger en bestrijkt dus een an
der beeldvlak.
We zetten de camera voor het
fotograferen daarom op een sta
tief en meten de afstand tot
het onderwerp precies na, hou
den een latje bij de opname-
lens en richten het midden Van
onze lens precies op het onder
werp. We moeten bij het foto
graferen op die korte afstan
den wel rekenen op zeer wei
nig dieptescherpte en dus zo
veel mogelijk diafragmeren,
hieruit volgt wee? dat veel licht
een prettige hulp wordt. Het
meeste licht krijgen we eenvou
dig met een flitslampje, maar
we plaatsen de flitser liever
niet OP de Camera, maar hou
den de reflector liever links of
rechts boven het toestel.
Wat?
Bloemen, paddestoelen, insec
ten, maquettes, miniatuurspoor
wegen, stillevens, speelgoed,
zelfgemaakte werkstukken enz.
Ook in 'kleur kunnen genoemde
voorwerpen worden gefotogra
feerd. Daglichtkleurenfilms
worden met een blauw flits
lampje belicht.
Fotografeer op korte afstan
den bij voorkeur met een
draadontspanner, trillingen van
onze hand kunnen de scherpte
nadelig beïnvloeden.
prachtig rapport heb ji
Hoe was de juf Inge v. d.
Blij? Ben je al lang kabou
ter? Clasina de Best
woont dichtbij zee, heerlijk
zeg. Welkom hoor. Jij
houdt dus erg van handen
arbeid, Enny v. Bloois. Dat
van jouw vorige brief be
grijp ik niet hoor. Geluk
kig dat jullie allebei
beter zijn. Joop en Jaap
d. Berg. Krijgen jullie
el meër film? Een
..ïooi raadsel stuurde je me
toe Sjanie Berkhout. Als
weer eens plaats is, komt
het in de krant hoor.
Mattie Bagchus maakte het
volgende gedichtje
loopt een kaboutertj'
rap. naar boven op
ge trap, zijn naam kan ik
wel raden heus. Het is ka
bouter PUNTNEUS. Leuk
Jouw puzzel was
goed, Juri den Besten. Heb
je het boek al gelezen?
Piet Bak en Koos van Baar-
len zijn twee nieuwelingen.
Jouw gedichtje was ook
erg mooi SaTy Brobbel,
veel succes de 17e! Ben
je al buiten geweest Aly van
Boggelen? Kees en Ina
v. d. Boogaart wonen aan
de wal, vader en moeder
varen. Hartelijk welkom
hoor. Volgende keer
weer beter Koos Boender.
Anne-Maric Boekesteijn
haar mooie postpapier is
op. Hoe was de verjaar
dag van pappa Marijke
Bontenbal? Heeft oom
Henk nog gefilmd? Wat
fijn, zo'n mooi toiletgarni
tuur Lea Brandwijk. Leuk
dat Ada zo gauw thuis
komt. Je mag meedoen
als je letter aan de beurt
is Alie Bosma. Wim
Boer is ook al een nieuwe
ling, schrijf je volgende
keer weer? Nu en of ik
het druk heb met al die
brieven lezen, maar wel
gezellig hoor Marijke en
Yolande 'Croese. Een mooi
muziekrapport hadden jul
lie zeg. Schrijven jullie hoe
het feestje is .geweest?
Jennekc Cornet hoopt dat
er weer ijs komt. Kun je
goed schaatsen Jenneke?
Wat een mooie dingen heb
jij gemaakt met je mecca
nodoos Peter van Dam.
Bij Anneke Domburg thuis
bloeien de sneeuwklokjes al.
Ik zal voor je duimen 8
maart. Ineke Dekker
stuurde leuke raadsels. Van
harte gefeliciteerd met je
verjaardag. Prachtige
cadeaus heb jij gekregen
voor je verjaardag Teunle
Dankers. Fiets je al met j'
niéuwe fiets? Als je 11
de nieuwe school zit schrijf
je me er dan over Tijs
Dalen? Jij vond het
ker wel leuk dat je neef
ook op de verjaardag van
opa was Jan van Dam?
Loes van Dalen heeft twee
broers en een zusje. Wat
zal jij er keurig uitzien met
al die nieuwe kleding Adri
Dankers. Een keurig
briefje schreef Frans Coo-
laard me. De oplossing
was goed. Fijn dat de
prijs naar je zin was Albert
Duiken. Moet je wel
school nu de beide
juffrouwen ziek zijn Onno
Elzinga? Hoe is 't nu
Eikhuizen, help je moeder
wel eens meer? Piet van
Eyk is dus 9 jaar oud.
Mooie cijfers heb jij zeg.
Johan van Es schreef
o.a. over de poes. Komt je
neefje wel meer? Je
moet me toch eens schrij
ven hoe de film over Italië
was Hans van Es. Jouw
puzzel was ook goed Leo
van Enkhuizen. Je hebt
mij in elk geval een keu
rige brief geschreven Dlni
Faro. Ik kan me best be
grijpen dat je een mooi cij
fer hebt voor schrijven.
Ja, nu sta je dan ook in de
krant Aleid de Groot. Tot
de volgende keer. Rina
Guyt is een nieuweling.
Hermien v. d. Grijn ook.
Henk en Plet Goldberg,
schreven voor het eerst. Li-
da Giethoorn is ook lid van
de padvinderij. Hoe is 't
nu met de verkoudheid?
Nog een nieuweling
Frank de Groot. Wie wil
er zilverpapier opsturen aan
Hans en Nelly Grooten-
dorst, Voorkade 52 in Bos
koop? Mooi zijn die mo
hairrokken Hanneke Groe-
neweg. Hoe gaat 't op
school? Corrie Goes is
bij de tandarts geweest
Jouw broertje wordt al
groot. Dus jullie hebt
heel wat bezoek gehad toen
jarig was, Nellie en
Gonnie van Gcnderen.
Henriettc Goldschmedlng
schreef over de hamster
haar broer. Lida
Giethoorn schreef over de
verjaardag van de leraar.
Hij vond de taart zeker wel
lekker Lida? Jij hebt ont
zettend veel gekregen voor
je verjaardag zeg Tineke
Hanswijk. Heerlijk zo'n
jachtschotel Ria v. d. Heij
den. Hoe is 't woensdag ge
weest? Annette Heidsma
stuurde me ook al zo'n leuk
gedichtje. Heb - je krullend
haar? Alie Hartman,
schrijf je volgende keer
weer wat meer? Natuur
lijk mag jij ook mee
doen voortaan Annie Huis
man. Gerry Harteveld
vond de puzzel niet erg
moeilijk. Is" vader al weer
weg? Theo van Halem
schreef z'n eerste brief.
Koos van 't Hof is naar de
Cineac geweest. Ellie
Hol schreef me een keuri
ge brief. Jij bent dus fijn
uitgeweest. Tineke van
den Hil schreef me een ge
dichtje. Heb je het zelf ge
maakt? Mooie rapport
cijfers heb jij Anneke Hil-
geman. Gym je graag?
Jenny v. d. Heuvel krijgt
een nieuw truitje. Saar-
tje v. d. Heuvel is hard aan
't repeteren voor de ouder
avond. Dit waren de ant
woorden dan. Volgende
week zijn de neven en nich
ten van I-R. weer aan de
beurt. Jullie weten het alle
maal nog wel waarschijn
lijk: naam, adres en leef
tijd in de brief en als je
wilt schrijven wanneer je
jarig bent, krijg je van
Tante Jos een mooie kaart
toegestuurd. Nu jongens en
meisjes, de brievenbus is
weer helemaal leeg van
A-H. Dus ga ik maar ein
digen. Tot de volgende week
allemaal hoor, dag,
Op dit plaatje zien we een gezicht met de won
derlijkste krullen. Deze krullen bestaan bijna al
lemaal uit cijfers. Nu is het de bedoeling, dat jul
lie al die cijfers optelt. Cijfers die naast elkaar
staan, moeten apart opgeteld worden. Als er dus
bijvoorbeeld twee tweeën naast elkaar staan, dan
moeten jullie tellen 2 en 2 en niet 22.
Oplossingen moeten
woren ingezonden.
dinsag 16 februari