1
KONING-
RICHARD
God doet wonderen met die
droppels zweet van ons
Geen aanbeveling van
geloofszendingen
Zending van
de kerk het
belangrijkste
Geen rooms-katholieke
president in de V.S.
Strijd tussen Poolse kerk
en staat spitst zich toe
Een woord voor vandam
Kantteheninl
WOENSDAG 10 FEBRUARI li
„De ivereld in", nieuiv blad
van Bijbelgei tootschap
IJET Nederlandsch Bijbelge-
nootschap geeft met ingang
van deze maand vier keer per
jaar het blad ,4)e Wereld ln"
uit. Dit blad. dat in de plaats
komt van het folder over het
werk van het bijbelgenootschap
en het zg. Besturennieuws, ver
schijnt in een oplage van 175.000
exemplaren.
In het eerste nummer troffen
we het volgende aangrijpende
verhaal aan, dat ds. J. H. Sillevis
Smit op de algemene vergadering
van het Nederlandsch Bijbelge
nootschap vertelde:
Meermalen in de tijd, dat ik
predikant was in Semarang, be
zocht ik de melaatsenkolonie
Dono Redjo, gelegen aan de voet
van de Moria, juister misschien
aan de voet van het voorge
bergte van de Moria, de Tji-
Een onvergetelijke figuur in
Dono Redjo was de oude Kan-
dar. Ik werd eens naar Kandar
toegebracht door een jonge Chi
nees Piet, die ook melaats was.
In gedachten zie ik de oude
Kandar nog zitten, de benen ge
kruist. Zijn handen waren ver
schrompeld, van sommige vin
gers de toppen afgevallen.
De man zat vol melaatsheid.
41 meer dan 35 jaar leed Kan
dar aan deze vreselijke ziekte.
Hij bezat niets, had vrouw noch
kind, bezat geen huis enhad
alleen maar die ziekte. En een
gróót geloof! Ik vergeet die ogen
van Kandar nooit meer. Hij Had
donkere, vonkende, lichtende
ogen, met af en toe een twinke
ling van humor. Zijn ogen wa
ren de heldere spiegel van een
klare ziel. Deze Kandar was
voorganger in de kleine christe
lijke gemeente van de melaat
senkolonie. Mede door zijn wer
ken en getuigen waren er onge
veer honderd christenen in Donn
Redjo.
Nooit zal ik vergeten hoe tij
dens ons eerste gesprek Kandar
mij aankeek en zei „Dominee
in één ding ben ik rijker dan
u!" Enigszins verbaasd vroeg
ik: „In welk opzicht Kandar,
God heeft jou immers zoveel
zwaarder beproefd?" Het ant
woord van Kandar luidde: „Als
u zondag op de preekstoel staat
en zegt: „ik geloof in de weder
opstanding des vleses", dan weet
u niet wat u zegt. Maar ik, weet
het wél, want met héél mijn ziel
verlang ik er naar om uit dit
verwoeste lichaam verlost, ver
nieuwd en herrezen mijn God
te aanschouwen".
Op zekere dag kwam er een
telefoontje van dokter Berre-
voets. „Dominee, ik heb een
droeve tijding voor u. Onze
vriend Kandar is vannacht in
Jezus ontslapen".
Er verliep een jaar aleer ik
weer Dono Redjo kon gaan be
zoeken en m\jn wens in ver
vulling kon gaan om bij het
graf van Kandar, die grote
Christen, te kunnen staan. Van
zelfsprekend informeerde ik
onmiddellijk hoe het ging met
de christelijke gemeente in de
melaatsenkolonie. En ik schrok
van het antwoord: Slecht, erg
slecht. Men vertelde mij, dat
die gemeenschap van gelovigen
vrijwel was verwoest en enigs
zins verbaasd vroeg ik: Hoe kan
dat nu, zo'n bloeiende gemeen
te?" Het antwoord luidde: „Ja,
maar Kandar, de herder is ge
slagen en de kudde verstrooid."
En men vertelde, dat er een
ander gekomen was, een grote
Padanger, die Djapar heette.
,JHij is wel net zo groot als u,
maar tweemaal zo breed en hij
is een verwoede Mohammedaan,
die gezworen heeft, dat hij de
jonge christen-gemeente zal ver
nietigen en het ziet er naar uit,
dat het hem lukken zal."
Onder de indruk van dit relaas
vroeg ik: „Mag ik het graf van
Kandar bezoeken?" Ik werd er
heen gebracht. Het graf lag on
geveer drie minuten lopen van
het strand. Vóór dat graf bleef
ik staan. Degeen, die mij naar
het graf had gebracht, verzocht
ik alleen te mogen zijn en toen
heb ik gebeden. Ik heb God ge
dankt voor alles wat ik van Kan
dar had mogen leren en wat
deze man had mogen zijn voor
de gemeente. Ik heb ook voor
de gemeente gebeden. Daarna
liep ik naar de zee. Ik stond aan
de oever en zag, ongeveer een
mijl uit de kust. het prachtige
eilandje Mandaliko. Het is net
een bloemenruïker. Allen, die de
Javazee kennen, kennen ook
Mandaliko. Het werd al scheme
rig. Er trokken donkere wolken
samen, loodzwaar en dreigend,
zoals dat alleen maar in de tro
pen het geval is in de tijd van
de loest-mousson. Terwijl ik diep
onder de indruk stond te kijken
naar dat angstaanjagende be
wegen der wolken, meende ik
iets te zien fladderen. Even plot-
seling als het gekomen was, ver
dween het weer in die grauwe
lucht. Het leken boze geesten,
die zich verzamelden in die
dreigende wolken om daarna
weer tevoorschijn te komen. En
toen zag ik 't: het waren kalongs,
vliegende honden, die soms bij
tien- en tienduizenden van Man
daliko komen om zich te vergas
ten aan de kostelijke vruchten
van Java. Ik had het gevoel: dit
zijn als het ware de boze geesten,
die zich verzamelen boven de
kleine christelijke kerk van het
melaatsendorp. Het was een ang
stig gevoel. Onmiddellijk keerde
ik mii om en ging andermaal
naar het graf van Kandar en
daar heb ik gebeden, zoals ik in
mijn leven maar weinia keren
gebeden heb. Ik heb God ge
vraagd: ,Jk bid U bij de trouw
van Uw knecht Kandar, bevestig
het werk van zijn handen en
bekeer Djapar en als hij zich
niet laat bekeren, breek hem
DAARNA ging ik met verlof en
het duurde weer een jaar,
alvorens ik Dono Redjo kon gaan
bezoeken. Mijn eerste vraag was:
Hoe staat het luier met de ge
meente?" En de- broeder ant
woordde: „O, viitstekend!" Hij
vertelde, dat Djapar vreselijk
melaats geworden was en waar
schijnlijk spoedirj sterven zou.
Geschrokken vroeg ik: „en hoe
staat het met zijn ziel?" Waarna
de broeder zei: „Maar dominee,
dat weet u toch wel. Djapar is
bekeerd. Hij is een steunpilaar
van de gemeenti'. Hij ontwikkelt
een kracht geltyk aan die van
Kandar". Verbaasd vroeg ik:
,J/Iaar hoe kan dat, hoe is dat
gebeurd?" En dan wordt mij
verteld, dat Dr. Rutgers namens
het bijbelgenootschap in Sema
rang was geweest en ook de
melaatsen in Dono Redjo had
bezocht. Ook Dr. Rutgers kreeg
het relaas van de getroffen
christelijke gemeente te horen
en kreeg op zijn vraag of er
voldoende bijbels waren ten
antwoord, dat er geen bijbels
in het Maleis en geen bijbels
in het Javaans waren. Dr.
Rutgers beloofde toen er
voor te zullen zorgen, dat er
spoedig voldoende bijbels zouden
worden gezonden. Onmiddellijk
nadat die waren ontvangen, had
Djapar, de enorme en sterke
Mohammedaan, gezegd: ,Jtu zal
ik dat zwaard van die christenen
breken. Ik ga die Bijbel bestu
deren." Maar Djapar snapte van
die Bijbel niets en ten einde raad
zei hij tegen de jonge Chinees
Piet: ,Kom jij mij helpen" en zo
lazen zij samen het Evangelie
van Johannes. En inplaats dat
Djapar die Bijbel brak, brak het
evangelie hem en opende zijn
hart. Ontroerd had ik naar dit
relaas geluisterd en zei: „nu
gaan wij naar Djapar toe." Ik
ging naar dat kleine burgemees
tershuisje, want Djapar was in
middels burgemeester van Dono
Redjo geworden. Daar trof ik
hem aan in zijn voorgalerij.
„Djapar. weet je nog wie ik
ben?", vroeg ik. „Ja", zo luidde
het antwoord, „ik ken u nog wel,
u bent de tuan pendita van Se
marang. Wij hebben elkaar eens
aangezien". Op mijn vraag hoe
het nu met Djapar was, kreeg
ik ten antwoord: „Mijn hele
lichaam is in elkaar gevallen,
dat ziet u wel. Maar ik heb de
Here Jezus lief en nu is het
Zo mocht ik na jaren de vrucht
zien ontluiken daar in Dono
Redjo, in dat verschrikkelijke
kamp vol melaatsheid, omdat Dr.
Rutgers trouw was aan zijn be
lofte om daar de Bijbel in het
Maleis te brengen, in een streek
waar de boodschap nog niet in
die taal bekend was.
Zullen wij trouw blijven? God
doet wonderen met dat beetje
geld en die paar droppels zweet
Generale Synode Herv. Kerk
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Nijkerk (toez.) Jac van
Dijk te Garderen; te Waddinxveen H. N.
van Heusbergen te Renkum. Beroep
baarstelling ds. A. A. Spijkerboer te
FVE generale synode van de
Ned. Hervormde Kerk heeft
gisteren uitvoerig gesproken over
de zogenaamde geloofszending.
De discussie werd gevoerd naar
aanleiding van een concept-rond-
schrijven, opgesteld door de Raad
voor de zending.
Herhaaldelijk ontvangt deze raad
kerkeraden en zendingscommissies
zoeken om inlichtingen over geloofszen-
dingen. Vandaar dat het moderamen aan
de Raad voor de zending heeft verzocht
het rondschrijven op te stellen. De naam
geloofszending is te verklaren uit de af
keer van georganiseèrde financiële acties
voor het bijeenbrengen van geld.
De grondslag van hun financiële beleid
is het geloof, dat God hun op de rechte
tijd het nodige geld zal doen toekomen.
De zendelingen ontvangen hun op
leiding aan bjjbelscholen. Bij vele ge-
loofszendingen bestaat de praktijk van
het overdopen van reeds gedoopten. Vele
geloofszendingen, niet alle, weigeren
anderer arbeid te respecteren en tonen
vaak grote onverdraagzaamheid ten op
zichte van andere zendingen.
Hoe moet men in de Ned. Herv. Kerk
nu staan tegenover geloofszendingen?
Het rapport zegt dat nooit in gesprek
ken met vertegenwoordigers ervan de
eindeloze verscheidenheid in deze groe
pen vergeten mag worden. Voor vele
zendingsarbeiders der geloofszending kan
terecht grote achting en christelijke
bondenheid ervaren worden.
Het rapport meent dat de Ned. Herv.
Kerk evenwel haar leden allereerst moet
wijzen op hun verantwoordelijkheid voor
de van die kerk uitgaande zending. Aan
beveling van financiële acties van ge
loofszendingen door predikanten en ker
keraden moet ontraden worden.
Nadat vanuit de synode enkele opmer
kingen waren gemaakt, stelde de praeses
voor het rondschrijven in grote lijnen te
aanvaarden en de gemaakte opmerkingen
te verwerken.
Vervolgens sprak ds. Rumainum zijn
dank uit dat hij voor de tweede maal is
uitgenodigd de vergadering van de syno
de bij te wonen en de discussies mee t€
maken. Uit naam van zijn eigen synode
deed hij, nu hij naar Nieuw Guinea te
ruggaat, de beste wensen aan de synode
der Ned. Herv. Kerk toekomen.
De praeses dankte ds. Rumainum t
zijn komst en vroeg hem de groeten
de zusterkerk in Nieuw-Guinea over te
brengen.
DE DOOP
De Synode behandelde verder
pastoraal advies inzake de heilige doop,
waarmee reeds in de synode van nove—
ber 1959 een aanvang werd gemaakt.
Ds. Rudolf Bijlsma, rapporteur van
commissie die het rapport opstelde, licht
te dit opnieuw toe. De opdracht van de
commissie was niet een uitvoerige theo
logische uiteenzetting te geven van de
doop, maar praktische pastorale aanwij
zingen te geven ten aanzien van de doop,
geplaatst in een theologisch kader.
Ds. Bijlsma meende dat herdoop moet
worden afgewezen en dat de doop niet
afhankelijk mag zijn van particuliere be
leving van de mens.
Het geloof moet niet eenzijdig
individueel worden benaderd. Aan ge
meenteleden die de herdoop wensen,
moeten deze dingen onder het oog
worden gebracht zonder hen uit de
gemeenschap der kerk te stoten. Ker-
keraadsleden die deze inzichten heb
ben, moeten niet uit het ambt
den verwijderd, maar bij periodieke
aftreding niet herkiesbaar worden
gesteld.
Ds. Frederikse, de voorzitter vai
commissie, wilde de synode adviseren
om aan het rapport een paragraaf toe
te voegen over de herdoop en de opvat
tingen van ambtsdragers daarover. Dit
zal dan gebeuren volgens de lijnen door
dr. Bijlsma aangegeven. Het moderamen
stelde voor het rapport in hoofdlijnen
te aanvaarden en het door de commis
sie van ontwerp, aangevuld met enkele
synodeleden, te doen bewerken, waarna
het door het breed moderamen zal wor
den vastgesteld.
SEMINARIUM
Dr. H. Berkhof en dr. J. M. de Jong,
rector en conrector van het theologisch
seminarium der Ned. Herv. Kerk, de
den enkele mededelingen over het jaar
verslag 1958/59 en over de afgelopen
tien jaar van het seminarie. Wanneer
over enkele jaren het pastoraal centrum
der Ned. Herv. erk in gebruik zal ge-
Fel verweer van protestants tijdschrift
Belangen van de
natie zouden niet
geheel veilig zijn
Een Amerikaans protestants tijd
schrift heeft zich uitgesproken tegen
een rooms-katholiek als president van
de Verenigde Staten. Volgens liet blad
doet het Vaticaan alles wat in zijn
vermogen ligt om de regeringen van
de wereld te overheersen en is het
daar in het verleden en ook in deze
tijd dikwijls in geslaagd.
„Een kandidaat kan wel verklaren
en zelfs oprecht geloven, dat hij
immuun is voor de pressie van het
Vaticaan", zo schrijft „Christianity
Today", maar „wij kunnen er nooit
zeker van zijn, dat hij in de biecht
stoel niet zal bezwijken voor de be
dreiging met het vagevuur en voor de
zegen van de organisatie, die naar zijn
mening de sleutels van het Koninkrijk
der Hemelen bezit".
„Christianity Today", dat een op
lage van 160.000 heeft, rekent tot zijn
vaste medewerkers de evangelist Billy
Graham en Edward L. R. Elson, pre
dikant van de Nationale Presbyte
riaanse Kerk, waar president Eisen
hower zondags de dienst pleegt bij te
wonen.
In het hoofdartikel worden geen
kandidaten voor het presidentschap
bij name genoemd. De democratische
senator John F. Kennedy, die actief
ijvert voor een democratische kandi
datuur, is, zoals men weet, rooms-
katholiek.
Volgens het tijdschrift beleidt
de rooms-katholieke kerk evenals
Charleville.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Beetsterzwaag E. C. Kim,
candidaat te Groningen te 's-Graveland,
H. T. van Reenen te Lichtenvoorde.
GEREF. GEMEENTEN
Nunspeet P. Honkoop te
:n. zal de arbeid rondom het semi-
zich verbreden, omdat dan meer
aandacht aan de nascholing van predi
kanten kan worden geschonken.
Een der synodeleden vroeg om een
verplichte nascholing van predikanten
na een bepaald aantal jaren.
Ds. Wolfensberger wees op de
ving van dè aanstaande predikanten,
waaraan men met vereende krachten zal
moeten werken. Ook de waarde va
studie in het buitenland van theologi
sche studenten kwam ter sprake. Dr.
Berkhof antwoordde op dit laatste dat
de studenten vaak te weinig gebruik
maken van de overvloed van beurzen
van het buitenland die beschikbaar zijn.
De praeses dankte dr. Berkhof, die
binnenkort als rector van het seminarie
weggaat, voor wat hij hiervoor gedaan
heeft. Hij bracht aan dr. Berkhof en
aan dr. De ong de warme dank van de
synode over voor hun arbeid. Ds. E. A.
D. Pichal sprak vervolgens de synode
toe namens de Evangelische Protestant
se Kerk in België. Hij noemde de drang
naar eenheid die er is in de schoot
het Belgische protestantisme. Materieel
heeft men zware zorgen. Daarom is mer
dankbaar voor de hulp die uit het bui
tenland, ook uit Nederland, gegeven
wordt, in het bijzonder in de persoon
pro. dr. A. J. Bronkhorst.
Regering stimuleert
geboortebeperking
zullen binnenkort weer de
tussen hen bestaande geschillen
bespreken. Dit besluit is genomen
in een geheime bijeenkomst, die
tussen Gomulka en de r.k,
primaat van Polen, kardinaal
Wyszynski, pladits had. De strijd
tussen de Poolse kerk en staat
spitst zich de laatste tijd vooral
toe op de maatregelen, die het
ministerie van volksgezondheid
heeft afgekondigd.
Sedert 1956 is de wettelijke rege
ling van de geboortebeperking de
belangrijkste bron van wrijving tus
sen de kerkelijke autoriteiten en de
regering. Het ministerie van volks
gezondheid overweegt nu echter de
procedure nog te vereenvoudigen.
Dezer dagen meldde het K.N.P.,
uit Warschau, dat een situatie dreigt
te ontstaan, die ernstige gevolgen
kan hebben voor de kerk in Polen.
Advertentie
GRIEP
dreigt overal
neem vlug
„Akkertjes"
in huis
AKKERTJES
helpen direkt
in het verleden ook thans nog een
politiek van vervolging en onder
drukking. „Een katholieke presi
dent alleen zou van de Verenigde
Staten nog geen Colombia of
Spanje maken, maar naar alle
waarschijnlijkheid zou hij bewust
of onbewust stappen in die richting
kunnen nemen".
De katholieken, aldus het tijdschrift,
zijn gekant tegen een gelijke behan
deling door de regering van alle kerk
genootschappen.
„Welingelichte protestanten zijn der
halve van mening, dat de belangen
van de natie veiliger zijn in de handen
van iemand, die niet biecht voor een
buitenlandse, aardse macht".
Kardinaal Wyszynski, de primaat
Polen, laat geen gelegenheid voorbij
gaan om tegen de wet te ageren. Hij
vecht, zoals hij zelf zegt, tegen deze
wet, die van kraamklinieken knekel
huizen maakt.
Herhaalde malen is de kardinaal
reeds fel aangevallen in de communis
tische bladen van Polen. Kortgeleden
schreef het communistische dagblad Try-
buna Ludi in Warschau:
,,De staat wil iedere staatsburger het
recht en de mogelijkheid verzekeren
om door geboortebeperking de grootte
van zijn gezin te bepalen. De Katholieke
Kerk echter, wil het gezin dit recht ont
nemen. Dit is intolerantie, een aanslag
op de gewetensvrijheid". Het blad vindt
dat kardinaal Wyszynski hoogst be
ledigend is voor de Poolse gezondheids-
De Poolse regering ziet zich voc
economische en sociale opbouw
het land voor ernstige moeilijkheden
geplaatst.
De industrie kan bij gebrek i
kapitaal niet voldoende invfesteren
uitbreiden om aldus de beschikbaar ko
mende arbeidskrachten op te vangen.
door de kinderbeperking te bevorde
ren. Met name geldt dit voor de wette
lijke regeling van de abortus.
Sedert de wet in 1956 van kracht
werd, is de r.k. kerk in fel verzet ge
bleven. Kardinaal Wyszynski veroor
deelde de wet als onwettig. In de laatste
maanden preekt hij herhaaldelijk zelf en
keert zich daarbij scherp tegen de wet
geving. Met name richt de kardinaal
zich tegen de bewering, dat Polen niet
meer mensen zou kunnen voeden. ,,Een
welvaren en vredelievend Polen
miljoen mensen kunnen bergen", aldusi
de kardinaal. (Vergelijkenderwijs kan
op worden gewezen, dat Nederland niet
ruim 30.000 km2 grondgebied
miljoen mensen een goede levensstan
daard verschaft. Het welvaartspeil van
Polen met tien maal zoveel grondgebied
en 26 miljoen inwoners ligt veel lager).
DE MEDICI
Doch behalve bij de kerk ontmoet de
wet ook krachtig verzet bij de medici,
die hun medewerking zo veel mogelijk
vermijden, en zich in hun tegenwerking
verschuilen achter de papieren romp
slomp.
De nieuwe wetgeving zal deze taktiek
onmogelijk maken door de procedure
aanzienlijk te vereenvoudigen. Voortaan
is het voldoende wanneer een vrouw
zelf verklaart dat om materiële of mo
rele redenen abortus noodzakelijk is. De
arts zal voortaan ook verplicht zijn om
op verzoek van de patiënten voorbe
hoedsmiddelen voor ie schrijven.
Advertentie
Koop nü IVOROL
Dubbele tuben: Voordeliger prijfc
Uw tonden vragen het bette.
46
Deze gebreken nu waren niet alleen voor anderen
duidelijk merkbaar, doch de Aartshertog zelf scheen
er zich op gegeven ogenblikken ook van bewust
te zijn. Het gevolg daarvan was, dat het meer dan
eens voorkwam dat hij zich in gemoede begon af
te vragen of hij eigenlijk wel de nodige bekwaam
heden bezat om de hoge rang, die hij had verwor
ven. uit eigen kracht staande te houden. Met andere
woorden: hij leed aan een minderwaardigheidscom
plex met alle uitwassen daarvan.
In het begin van de kruistocht had hij een poging
gedaan om Richard's vriendschap en achting te
winnen en aanvankelijk had Leeuwenhart zijp blij
ken van kameraadschap ook wel beantwoord. Aange
zien echter de Aartshertog bij Richard zo ver ach-
terblef, zowel wat staatkunde als moed betrof,
duurde het niet lang of de Engelse Koning kon
niets anders dan een uitgesproken minachting voor
hem voelen. Als vorst van een volk dat in alles
de matigheid nastreefde werd Richard's misprijzen
in de eerste plaats opgewekt door de typische nei
ging van de Oostenrijker om al te veel aandacht
te besteden aan de genoegens van het eetmaal en
het zwelgen van grote hoeveelheden wijn. Na enige
tijd deed Leeuwenhart dus zelfs geen poging meer
om zijn ongenoegen onder stoelen of banken te ste
ken en meteen ontstond de kloof die de beide vor
sten van elkaar verwijderd hield. Als antwoord op
de minachting kon Leopold slechts bittere haat la
ten gelden.
Zo gezien hoefde het dus geen verwondering te
wekken dat de listige Markies van Montserrat juist
de Aartshertog uitkoos als eerste schakel in een
ketting, die hij wilde smeden om het verbond tus
sen de kruisvaarders te ontbinden, of in ieder geval
losser te maken.
Als meest geschikte tijd voor zijn bezoek koos hij
de middag zich bij Leopold aandienend met het
SLR WALTER SCOTT
met het druivensap uit Hongarije en van de Rijn.
Als vanzelfsprekend nodigde de Aartshertog zijn be
zoeker uit om naast hem aan de tafel plaats te
nemen en even later werd een overvloed aan spij
zen opgediend. De beschaafde Montserrat merkte
natuurlijk terecht dat hij hier meer met dwaze ver
kwisting dan wel met koninklijke praal te doen had.
Over het algemeen hadden de Oostenrijkers in
die dagen nog iets van de barbaarsheid van hun
voorvaderen overgehouden en Leopold maakte op
die regel geen uitzondering. Hij hield van veel en
lekker eten en liet zich daarbij graag omringen
door een hele groep edelen, die het op hun beurt
prettig schenen te vinden zich zo luidruchtig mo
gelijk aan te stellen. De aandacht van de Markies
werd voornamelijk getrokken door hun lange baar
den en hun korte wambuizen, grillig gesneden en
versierd, op een manier die men in andere Wester
se landen zelden te zien kreeg.
Een groot aantal bedienden liepen door de tent
heen en weer, mengden zich af en toe ongevraagd
in het gesprek en wierpen zich gulzig op de over
schotten die hun meester hen toewierp, telkens wan
neer hij van een bepaalde schotel voldoende had
geproefd om zijn gulzige honger te stillen. Daar al
deze bedienden vrij gebruik mochten maken van de
wijn, die in grote hoeveelheden stroomde, duurde
het niet lang of het lawaai nam nog in hevigheid
toe en een half uur later waande men zich in een
Duitse herberg of op een kermis, meer dan in het
verblijf van een regerend Hertog. De Aartshertog
zelf liet zich bedienen door pages die geknield
naast hem zaten, at van zilveren borden en dronk
uit gouden bekers. Zijn mantel was versierd met
kostbare hermelijn en de kroon die hij droeg even
aarde in waarde die van een koning, terwijl zijn
voeten in dure, fluwelen schoenen staken, rustend
op een voetbank van massief zilver.
Het gesprek was levendig en werd herhaaldelijk
onderbroken door uitingen van vrolijkheid. Over het
algemeen werd het geleid door twee mannen
achter de Hertog hadden plaats genomen en v,
van de een spreukspreker of dichter en de ander
nar was. Deze twee kerels lieten om beurten grap
pige of ernstige wartaal horen en om beiden werd
door de aanwezigen even luidskeels gelachen en in
de handen geklapt. Vooral Leopold zelf scheen de
uitspraken van zijn twee dienaars hoog op prijs te
stellen en om de haverklap keek hij hoopvol naar
zijn gast, als om te zien welke indruk deze blijken
van Oostenrijkse welsprekendheid op een zo be
schaafd edelman maakten.
Doch welke ook de werkelijke gevoelens van Koen-
raad van Montserrat waren, vermeed hij daar iets
van te laten blijken en geduldig hield hij zijn ge
laat in een lachende plooi, even ijverig pratend als
de anderen, teneinde bij zijn gastheer geen argwaan
of wrevel te wekken. Ondertussen echter wachtte
hij gespannen op een goede gelegenheid om het on
derhoud op de persoon van Richard te brengen.
Lang werd zijn geduld wat dit betrof niet op de
proef gesteld want de nar, die Leeuwenhart maar
al te graag als doelwit koos voor zijn spot, veroor
loofde zich na enige tijd enkele grapjes te maken,
waarin de Leeuw een minder leuke rol speelde
en die op algemene goedkeuring werden onthaald
Wordt vervolgd
„Doch uw Vader weet dat ge deze dingen behoeft
Het zijn de zorgen zan iedere dag van de huisvrouw en
het goed is zijn het ook de mede-zorgen van de huisvai
eten, drinken, kleding, de schoolopleiding, de leerboeken
piano misschien of het televisietoestel. Al die zaken die ddj
lijks onze aandacht vragen, onze aandacht opeisen dikw
zodat we eronder gebukt gaan.
Jezus zegt het heel simpel: „Uw Vader weet dat ge d<
dingen behoeftNiet: „de almachtige Schepper van h
en aarde", maar „uw Vader". Zo wordt heel duidelijk die
persoonlijke relatie tussen God en christen: een band als tu
een vader en een kind. Een kind vraagt zijn vader: mag
dit en mag ik datSoms zegt die vader ja en soms
moet hij nee zeggen en dan is die weigering voor het best
van het kind. Dat kind begrijpt dat niet altijd en komt «oj
in opstand. Een christen begrijpt ook niet altijd waarom a
Vader in de hemel nee zegt en ook hij komt soms in opstaj
Toch: uw Vader wéét dat ge deze dingen behoeft..)
Daaraan kunt ge u altijd vastklampen.
Spréékt ge God ook aan als uw Vader? Dat gaat vóór a
„Zoekt Zijn Koninkrijk", zegt Jezus, „en al die dingen zul
u bovendien geschonken worden."
WELV AARTS ALCOHOLISME
INJ
het verleden was er meermalen
verband aan te wijzen tassen so
ciale misstanden en drankmisbruik.
De lange arbeidstijden, de lage lonen,
de slechte voeding, de ongunstige
woningtoestanden bevorderden dat
menigeen „ontspanning" ging zoeken
in de alcoholsfeer. De drankbestrij
ding heeft dan ook terecht gepleit
voor sociale verbeteringen.
Thans zien wij echter een welvaarts-
alcoholisme opkomen, dat als een
groot gevaar beschouwd moet wor
den.
De Duitse televisie gaf onlangs een
drie kwartier durende uitzending,
waarin op de grote gevaren van het
toenemende alcoholisme, vooral bij
de jeugd, de aandacht werd geves
tigd. „De Wereldstrijd" deed er goed
aan, enige gegevens, die in deze uit
zending werden vermeld, aan het
Nederlandse publiek voor te houden.
Wij lopen immers evengoed gevaar
voor een terugval in het alcoholisme
als de Duitsers, al zijn wij misschien
nog niet zo ver op de verkeerde weg,
dank zij onze wetgeving en de acti
viteit van de drankbestrijding.
Maar het is ook ten onzent reeds erg
genoeg. De vele verkeersongelukken
als gevolg van drankgebruik spreken
een duidelijke taal.
Enorm is in de laatste jaren in West-
Duitsland het bierverbruik toegeno
men. Dit bedroeg in 1950 38 liter
per hoofd van de bevolking en in
1959 niet minder dan 90 liter. In
Beieren, vanouds een bierland, werd
zelfs 180 liter bereikt.
Duizenden nieuwe drankgelegenhe
den zijn na de oorlog in Duitsland
geopend. Alleen in de deelstaat
Nordrhein-Westfalen 9000, terwijl
daarnaast vele Clandestiene verkoop-
gelegenheden worden aangetroffen.
Men spreekt zelfs van 6000 clan
destiene inrichtingen. Er zijn ook
vele bier- en wijnautomaten, die het
aan de drinkers gemakkelijk maken.
DE „SLAG OM AZIË"
eens vaker hebben we gewezen
op de veranderingen, welke zich
in de afgelopen jaren in de inter
nationale samenleving hebben vol
trokken. Nog niet zo lang geleden
werd politieke invloed achter de
schermen uitgeoefend en lieten ook
de grote mogendheden zich door
hun belangrijkste diplomaten ver
tegenwoordigen.
Die tijd ligt achter ons. De verhou
dingen in de wereld zijn zo grondig
gewijzigd en de belangen, die op het
spel staan zijn van zo grote beteke
nis, dat alleen de grootsten onder
de staatslieden nog in staat worden
geacht een wezenlijke bijdrage te
leveren voor het verbeteren van de
betrekkingen tussen de volkeren.
Dat het persoonlijke element hierbij
een heel belangrijke rol speelt, bleek
reeds uit de reis, die Eisenhower in
december naar Azië maakte, maar
ook uit het bezoek, dat Worosjilóf,
president van de Sowjetume, aan
India bracht. Worosjilof heeft in zijn
land vrijwel geen invloed op het be
palen van de binnen- en buitenlandse
politiek. En daarom gaat Chroesj-
tsjef vanavond zelf naar India, waar
hij vijf dagen zal verblijven.
Het bezoek van Chroesjtsjef (hij reist
ook naar Birma, Indonesië en Afgha
nistan) heeft tot velerlei speculaties
aanleiding gegeven. De reis zou een
Een groot gevaar vormen de z«r-
naamde „jeugdkelders". Alleen U
Keulen kent men er reeds 200. lis
gelieden komen hier samen omfor
drinken en te dansen. p
Overheidsambtenaren en maatschG
pelijke werkers van de Evangelist
Kerk dringen aan op overheidsinde
pen. Zij vrezen voor de toekomst,]
Evangelische Kerk heeft een speel1
zorg voor jeugdige alcoholisten!
het leven geroepen. Volgens een
cente mededeling staan thans
jongeren onder toezicht.
De gevolgen van dit welvaarts
holisme worden onder meer ge!
monstreerd door het getal van 250)rj
alcoholisten in de Bondsrepubl^
Een der leiders van een sanatori),
voor slachtoffers van de alcij
schatte hun aantal zelfs op
de bevolking.
Uit een officiële verklaring v&n
ambtenaar, die werkte in het re»;
Essen, bleek, dat vóór de oorlogje
dit ressort het aantal verslaafden f
de alcohol niet boven de 3000 kw#j!
maar thans bedraagt het reeds 15^,
Er is een te gering aantal sanatoria
Dat van het alcoholisme vele \ls
keersongelukken het gevolg zijn, p
hoeft geen betoog. De politiechef
Düsseldorf deelde mede, dat 40%Is
ongevallen met dodelijke afloop a
wijten is aan het alcoholgebruik
autobestuurders. Van vele bedrl
ongevallen is eveneens de alcoholkj
hoofdschuldige.
In Nederland moeten wij ook n>(
waakzaam worden tegen het gev»
waarmede het weer toenemende^
coholisme ons bedreigt.
Er is hier en daar een neiging P
de wetgeving minder streng te Ijjj
ken, om het aantal vergunningen
te breiden. Men zij voorzichtig. W1
de aan wie gevaar loopt om inr
kwaad te vervallen tijdig de lr
geboden, die hij behoeft. |L
onderdeel uitmaken van de strijd F
de macht, die zich binnen het Cé1
munistische blok afspeelt tussen!1
Sowjetunie en rood China; zij I
bedoeld zijn om het resultaat f
het goodwill-bezoek van Eisenhof'
teniet te doen; en voorts zou zijl
organiseerd zijn om een einéi
maken aan de conflicten tussen i
king en India, Birma en Indonej
Chroesjtsjef gaat echter in de eejj
plaats naar deze drie landen omje
voorkomen dat het luchtledig, 0
staan door het wegvallen van r
king als politiek centrum in AL
wordt opgevuld door de VerenC
Staten. Wanneer zijn reis suij
heeft, zal het mes dus naar tl
kanten snijden: Chroesjtsjef drh
zich dan in de positie, welke v/
heen door China ingenomen W
en voorkomt dan, dat het Wes
opnieuw economische en politij
invloed in de Aziatische landen 1
werft. L
De „slag om de onderontwikkij,
gebieden" is in volle gang. i|
Chroesjtsjef Azie heeft bezocht, gj
hij naar Afrika, waar hij óók t-:
mogelijkheden ziet. En overal is
optreden tegen het Westen geri
Dat is de „vreedzame coëxisten|
politiek" in de praktijk. Een
tiek, waarvan de Aziatische en A
kaanse landen stuk voor stuk
slachtoffer kunnen worden.
Maatregel tegen
prof. Smits was
niet juist
De kerkorde geeft een
andere weg aan
De Commissie voor het opzicht uit
de generale synode van de Hervormde
Kerk heeft de maatregel van de Zuid
hollandse commissie voor het opzicht
tegen prof. dr. P. Smits te Den Haag
nietig verklaard.
In haar uitspraak zegt de syno
dale oommissie, dat de Zuidholland
se commissie onbevoegd is te oor
delen, aangezien de kerkorde voor
een dergelijke aangelegenheid een
andere weg aangeeft, die buiten het
terrein van een commissie voor het
opzicht ligt en meer geëigend is voor
de behandeling van vragen het be
lijden der kerk betreffende.
Om deze reden heeft de synodale
commissie zichzelf in deze zaak ook
bevoegd verklaard.
De uitspraak van de synodale c
missie komt hierop neer, dat het besluit
van de commissie van Zuid-Holland
prof. Smits zijn emeritaatsrechten te
ontnemen, is vernietigd. Tegen prof.
Smits is derhalve geen maatregel ge
nomen ter handhaving van de kerkelij
ke tucht.
Kardinaal Stepina
ernstig ziek
i 62-jarige r.k. kardinaal Stepi
wie de Zuidslavische autorite
gedwongen verblijf in zijn geboó
dorp Krasic, bij Zagreb, hebben c
legd, heeft longontsteking. Volgens
arts is zijn toestand „ernstig", maar
„kritiek".
Advertentie
j
FEL1SOL
écht kleurec
Zoals men weet, heeft de Z
hollandse commissie prof. Si
die bevoegdheden heeft van
emeritus predikant van de I
vormde Kerk, de emeritaatsrecl
ontnomen, vanwege zijn publii
op Goede Vrijdag over het sta
van Jezus.