Lodewijk van Deyssel
Gewestelijke cultuur mag
niet in de schaduw raken
zeventig jaar
een onrustig jager, een jager zonder doel, want een jager met teveel doelen.
Deze man is te rijk aan geest en (mag ik naar eigen ervaring zeggen) te rijk ook
aan hart om zich kalm en doelbewust een levenslijn te trekken. Hij is te ontvanke
lijk, te ruim en te gevoelig, dan dat hij naar vaste regelen zijn bestaan inrichten
De aanvuurder, die hij was, kan niet vergeten worden."
ANTON VAN DUINKERKEN
Tv-documentaire over
gezinsvoogdij
Op zondag 4 oktober a.s. zendt de
NCRV-televisie een gedramatiseerde
documentaire uit over gezinsvoogdij,
onder dc titel „Opnieuw beginnen".
De tekst voor de spelfragmenten is
geschreven door Ted Logeman, ofte
wel ds C. M. de Vries uit Hilversum.
De documentaire komt tot stand in
samenwerking met Pro Juventute in
Arnhem en een van de medewerkers
die toelichting zal geven in een vraag
gesprek met Peter van Campen, is de
oud-kinderrechter, thans vice-president
aan de Arnhemse rechtbank, mr. van
Houten.
De uitzending bedoelt het werk van
de gezinsvoogdij van twee kanten te
bezien: eerst het vrij-patronaat, door
vrijwillige krachten, daarna de wette
lijke ondertoezichtstelling.
Beide kanten van het werk worden
duidelijk gemaakt door korte speel-
scènes waarvan we U de inhoud nog
niet zullen verklappen. In de frag
menten zien we dezelfde gezinsvoogd
in functie.
„Als we het goed bezien ontwikkelt de Nederlandse televisie zich
sneller in internationale dan in interregionale richting. Eurovisie is een
levend, steeds sterker wordend orgaan, dat in toenemende mate programma
uitwisseling tussen de landen mogelijk maakt. Mogelijkheden tot ver
binding met landen en werelddelen buiten Europa groeien snel en het is
niet onmogelijk dat de regionale belangen daardoor in de schaduw geraken.
Men dient er zich dus tijdig op te bezinnen wat in de toekomst wel en
niet ten behoeve van de gewestelijke cultuur kan worden gerealiseerd."
i het vraag-
Dit was de slotconclusie waartoe ds kregen. Maar een mankement blijft,
dat regionale uitzendingen wat tijd en
duur betreft nog maar al te vaak moe-
ijken voor principiële uitzendin-
an andere omroeporganisaties.
Van Deyssels naam is ons bekend van de middelbare-schoolbanken.
Na Perk en Kloos volgde direct zijn naam, en wellicht namen wij
omtrent hem zijn geloofsbelijdenis mee, een variatie op een uitspraak
van Busken Huet: „Kunst is Passie", en zijn grote liefdesbetuiging:
„Ik houd van het proza
Waaraan Lodewyk van Deyssel ook ontrouw moge geworden zijn
in zijn lange leven van zevenentachtig jaar, het proza is hij levens
lang trouw gebleven, deels als tuchtmeester van zijn literaire com
pagnons, deels als kenner der Europese literatuur.
Toch is het goed te bedenken, wat wel eens vergeten wordt, dat
hij ook dichtte. Naar aanleiding van zijn verloving en huwelijk in
1887, dichtte hij het sonnet, dat door zijn vriend Alphons Diepenbrock
op muziek gezet is:
„Ik ben in eenzaamheid niet meer alleen,
Want waar mijn oogen langs de wanden dwalen,
Schemert uw lach daarheen. Ontelbre malen
Hoor ik in 't klokgetik uw voeten trêen.
En langzaam nadert gij, zoo ver, zoo kleen
'k Zie dat een breede neevlenkring met valen
Lichtloozen sluier u omhult; dan dalen
Zachtjes uw lichte schreden naar mij heen.
Uw adem vaart mij aan! gij zijt verschenen,
Ik zie uw oogen in mijn oogen gaan;
'k Hoor in den wind, die langs mijn ruiten henen
En door de schouwe klaagt, uw woorden aan,
Zoo vreeslijk droef en teer, dat 'k u zie staan,
Met bukkend hoofd om in mijn arm te weenen."
Lodewijk van Deyssel méér was dan
waarvoor men hem in die jaren, en
nu veelal nog, houdt: de schelder, de
vernieuwer, de sloper van al wat
vóór de periode der Tachtigers naam
en roep had in' de Nederlandse letter-
Maar niet vergeten moet worden,
dat ook de oude Thym een geducht
polemist kon zijn, dat ook de oude
Thym bij de Fransen ter schole was
geweest. Niet ten onrechte merkte
Benno J. Stokvis in zijn kleine boek-
Lodewijk van Deyssel (1921)
op, dat er ten onrechte te weinig aan
dacht is gegeven aan de overeenkom
sten tussen vader en zoon (pag. 12).
Met dat al blijft Lodewijk van Deys
sel een afgesneden rank van de boom Hieraan deed weinig af, dat Jan ten ogen, die ,,al de laffe en
ujueua net icvcii vou uuu^-vyn vo.. der rooms-kaitholieke emancipatie. Wat Brink zich geestig verdedigde met de fumeerde Couperus-likeur'
Deyssel liet Brom zijn afkeer vrije had hij voorjie roomse ^ontwikkeling opmerking, dat Van Deyssel wel voor- droeg J- 1 J~
DEBAT RONDOM
VAN DEYSSEL
als eerst
an Duinkerken heeft vrijwel
gepoogd in zijn Levensbe-
r de Maatschappij der Ne
derlandse Letterkunde te Leiden, een
objectief beeld te geven van Van Deys
sel, hetgeen te waarderen valt in een
rooms-katholiek die de afval van Van
Deyssel van de Moederkerk nooit zal
kunnen vergeten. De grote nestor van
de rooms-katholieke literaire weten
schap, prof. dr. Gerard Brom, heeft
hem die afval nooit vergeven, en reeds
tijdens het leven van Lodewijk
loop over deze persoonlijkheid, wel
licht het meest in het eerste deel van
zijn brillante Anënsbiografie, waarin
hij de deugdloze jonge Alberdingk
Thym op de kostschool te Rolduc
plaatst tegenover de vron
Ariëns, die priesterroeping
natuurlijke eenvoud, jeugdige gods
vrucht en smetteloze levenswandel
wist te paren (pag, 3739). Dr. F.
Jansonius heeft in zijn in 1951 ver
schenen biografie over Lodewijk van
Deyssel aan het oordeel van Gerard
Brom pogen te verbeteren wat moge
lijk was, maar de diepste achtergrond
van het verschil is het feit van Van
Deyssels apostasie (afval van het ge
loof) Het debat vindt inmiddels voort-
niet ver-
- 0,w de beroemde roman „Eli-
kunnen betekenen hier te lande, indien aj gelezen zou worden „door recru- ne Vere" hooghartig verwelkomde met
hij, in plaats van Schaepman te be- ten van het regiment grenadiers en de woorden: „Zo een roman die min
strijden, nêast- hem was gaan staan j3gers", Van Deyssel bleef doorrazen dersoortig maar goed is, is toch mis-
in de strijd tegen het oppermachtig tegen „een sloot van kalme domheid", schien beter dan niets."
liberalisme van die jaren! Het heeft waarUit de Negentiende Eeuwse lite-
De betekenis van Van Deyssel is ge
legen in de wijze waarop hij (even
als de jonge Kuyper op zijn gebied)
zijn tegenstanders eenvoudig gedwon
gen heeft op zijn critiek in te gaan,
en aandacht te schenken aan het
woordgebruik. Van Deyssel herstelde
de woordkunst in ere, zoals al de an
dere Tachtigers met hem! Dat kunst
concreet moet zijn en critiek moet kun
nen verdragen, en dat niet een ieder
die van schrijven hield ook het recht
had tot publiceren, en bovenal, dat
Nederland het béste moet geven wat
het te geven heeft, en men het recht
heeft het middelmatige te bestrijden,
dat alles heeft Lodewijk van Deyssel
ons ingescherpt.
Na hem kwamen de jongeren, waar
van Van Deyssel zelf eens op 24-jari-
ge leeftijd schreef: „Zij liggen al te
schreeuwen in hun wiegen, de kleine
kinderen, die eenmaal van U zullen
verschillen zooals gij van Zola."
Die jóngeren hebben hem op hun
beurt veroordeeld, zoals Greshoff, Du
Perron en al die anderen. Daarmee
is echter aan Van Deyssels histori
sche betekenis niet afgedaan. Die
moet worden bezien vanuit de tijd
waarin hij als tuchtmeester der cri
tiek optrad. Des te edelmoediger, en
een bewijs dat het hem ernst was
met al wat hij zelf in zijn jonge ja
ren had gepubliceerd en doorstreden,
was wat de ouder geworden Lodewijk
van Deyssel in de zomer van het jaar
1940 zou schrijven in Criterium bij de
dood van Marsman:
H. Marsman was een der grootste
talenten te midden zijner tijdgeno
ten. Maar behalve een groot talent,
was hij een karakter. Hij maakte
niet alleen, zoowel in dicht- als
prozakunst, werk van bizondere
waarde, maar hij had ook een zeer
bepaalde houding in het letterkun
dig leven. Hij stond met sterken
aandrang, met heftigheid, zijn
meeningen, zijn opvattingen, zijn
waarheid, voor.
Het is daarom, dat bij eenigen
„van tachtig", behalve de waardee
ring voor zijn geschriften als kunst
werken, een zekere verwantschap
tusschen hem en hen werd gevon
den, die een warme toeneiging deed
Zijn plotselinge, onverwachte,
afwezigheid is een ontbering ook
voor de oudsten der tegenwoordige
Hollandsche schrijvers.
Alfons n.i.et 20 mogen zijn. Wel bestudeerde 'ratUUr bestond, i
hij de mystieken St. Dionysius Areo-
pagitus, Thomas a Kempis, Ruys-
broeck, Boehme en St. Theresia, en
bestreed hij in later jaren de socia
listen, over wie hij het oordeel uit
sprak: „Socialisme is anti-literair en
literatuur is anti-socialistisch" (het
geen in deze absolute vorm een mis
slag is gebleken!), maar wanneer hij
later over Erens' Imitatiovertaling
schrijft, heet het slechts: „De Imita-
het heerlijkste minne-lied, dat
Zijn
altijd dezelfde vale praatjes, stug,
leêg als testen met vergaan vuur."
De voorgaande generatie beet hij toe:
„Gij mist de macht van het konink
lijke woord, dat menschen en volken
lam slaat van bewondering."
In 1887 publiceerde hij zijn natura
listische roman „Een Liefde", twee
jaar later gevolgd door „De Kleine
Republiek". Beide boeken
feite geen doorlopend
aaneenschakeling
HULDIGING
Maar als gezegd, hij kon ook be
wonderen. Tot de bewonderden be
hoorde allereerst Herman Gorter,
wiens verzen voor Van Deyssel een
bres sloegen in de donkere eeuw die
nu achter lag: „O, het was de blijde
tijding, de rijke, wijde tijding, de
lang-gewachte, de nooit vermoedde. Het
boek om op te snikken. Ik laat chant, onder voorzitterschap
de VPRO-televisie kwam
een preadvies over „Televisie en de ten
gewesten", dat hij uitsprak op het gen
congres „Nationaal overleg gewestelij
ke cultuur", gisteren en vandaag te
Amersfoort gehouden.
Ds. van Nieuwenhuyzen zei voorts,
dat de televisie niettegenstaande be-
paalde weerstanden haar opmars zal gering begrijpen dat zij voor radio
vervolgen en dat het zeer wel mogelijk televisie geen afwachtende, maar
is dat over tien jaar in elk gezin eer ««-•- •-
ontvanger staat bij 30 of 35 uur zend
tijd per week, dat er dan nog eer
tweede programma in de lucht kan
Verder vormen de steeds wisselende
begintijdstippen nog een belemmering
en is de reikwijdte van de Omroep
Zuid nog onbevredigend. „Moge de re-
Programma voor morgen
jaren
Hij acht het juist, dat daarbij naar
een goed evenwicht wordt gezocht
tussen de aandacht die geschonken
moet worden aan de grotere Euro-
VARA: 8.00 Nws
".0.30 Boekbespr;
12.20 Hudsonherder
m. AVRO: '12.00 Lie:
pese gemeenschap waarin Neder- 12.30 Sportspiegel;_ 12.35^_ Orgelspel; 13.00
land steeds meer komt te sta-n, aan
de Nederlandse cultuur als gel. .el
en aan de regionale cultuursectoren.
Voor dit laatste achte spr. in de ge-
,SO s.-b£
wereld, caus; 13.17 Meded
13.20 Ge var progr; 14.00 Boekbespr;
'adiophilharr
klankb;
sol;
17.30
ist; 15.10 Cyriel
westen krachtige cultuurkernen nood-
zakelijk, die straks reglonaal-georl- 17 00 Gra
enteerde programmamedewerkers feN^d
moeten kunnen opleveren. jeugd; l{
20.00 Nws; 20.05 Theatero
Regionale beeldomroepen zullen wel 20.50 Voordr; 21.55 Lichte
veel te kostbaar zijn, maar reportage- 22.35 Pr
wagens die op vaste punten in de pro- Sportuiti
vincies staan zouden er in de toekomst 1? p r
wél kunnen komen; zij zouden dan
beter werk doen dan films over de Muziek van
gewesten, omdat televisie nu eenmaal de kerkd; 1
haar grootste kracht vindt in levende kerk in de
uitzendingen. 12.00 Gram;
VPRO;" 18.30
•kd. IKOR: 19.00 V. d.
pen Deur, caus. AVRO:
:k, koor en sol;
muz; 22.15 Act;
saties; 23.00 Nws; 23.15
2320—2.00 Lichte muz.
m II. 298 m. KRO: 8.00 Nws;
8.25 Hoogmis. NCRV: 9.30 Nws
Mr. Stan Smeets, lid van de ad-
viesraad Regionale Omroep Zuid, pij
sDrak in zijn preadvies over de ra- Gr
dio en de gewesten. Hij acht het pei
werk van de regionale omroepen van rel
grote betekenis: uitwisseling van re-
r-onale programma's kan i
tot verrijking van nationale ultzen- Metrop
dingen en die van de Werel "omro»o. De Cc
Opdrachten voor hoorspelen in dia- Lichte
lect of gewestelijk georiënteerd en k.ed e
muziekopdrachter. kunnen cultuurbe- Gram-
vorderend werken. Teip-
KRO: 12.15 Apologie: 12.35
:tet; 12.55 Gram; 13.00 Nws; 13.05
in de ploeg, caus; 13.10 Gram;
Lichte
recital;
15.30 Ider
ika; 19.05 Kooi
KRO: 19.45 Nws; 20.00
olist; 20.30 Gram; 21.30
1 verre, klankb; 22.20
Gram: 22.45 Avondge-
Regionale omroepen ziet de heer
Smeets als tegenspelers van de bui
tenlandse zelfs van landsbelang.
Daarom is het verheugend, dat de re
gionale omroepen in het nieuwe wets
ontwerp wettelijke basis hebben ver-
vanavond
dubbel; 21.00 Amsterdams Kunstmaandork
en solist: 21.35 Epiloog, NTS 21.35 Pauze
AVRO, KRO. VARA en VPRO 22.00 Sport-
Programma voor maandag
(9.35—9.40 Waterst). VPRO, 3
wijding VARA: 10 ZO Gram:
fiork; 11.41
T2.33~V.~h/
Het Utrechts Stedelijk Orkest onder ft» Ham
leiding van Willem van Otterloo mondorgel r- ----- Ham
14.50 Elias,
speelt~tussen 7.40 en 8.30 in het KRO-
programma de ouverture Oberon var
Weber en de 7de symfonie van Beet
hoven. Daarna een half uurtje vro
lijke grammofoonmuziek en om
uur zingen en spelen Jules de Corte 19J5 Regerlngsüita
en Harry Bannink. Het blijft dan 1 u
amusement tot 10.35 uur.
17.20 Roemeens
18.00 Nws en comi
19.00 Parit
tz.: De stichtin» be
cherming bevolking vraagt dt
il 2); 16.05 Zes-
zestig: 17.05
ork; 17.50 Mil
18-20 Lichte
'orde-
srpi De ki
chte muz;
1 het laatste BBC-Prome- 20-30 Menser
stichting spreekt -
nadeconcert (tweede deel) tussen
8.55 en 10 uur en de sportrubriek c
10.05 uur.
1.50—22.15) Voórdr; 23.00 Nws;
gang: nog geen maand geleden heeft h *f d - Persvn
t j,. r> hot aohot reent scnreei ar. j. r-ersyn
bestudering der mystieken: „Hij las
prof. dr. P. Geyl zich in het debat,
rondom Van Deyssel gemengd in een
artikel over Multatuli in „Vrij Neder
land" van 29 augustus. Het debat over
Van Deyssel is nog gaande, is wel
licht eerst in een voorstadium; hij
lééft dus nog onder ons en houdt de
strijdende partijen, de rooms-katholie-
ke Gerard Brom en de atheïstische
historicus Geyl, bezig.
ROOMS-KATHOLIEKE
AFKOMST
bestaat, de heerlijkste minnerede". Te- rische taferelen.
u ._i t j_ naturalistische opzet, in fel de
bat trad binnen literaire kring. „De
die natuurlijk niet als een geloovige
de hoogst begenadigden leest, om zijn
ziel te vervolmaken", maar „om
't aesthetisch mooie van de katholie
ke ethiek in haar hoogste vorm".
het niet alleen, ik wil het altijd bij
mij hebben. Want ik wil het U wel
zeggen, wat ik bedoeld had, dat Hol-
land moest doen, dat heeft Gorter
fragmenta- gedaan."
In oktober 1879 leidde hij Boutens
in bij het verzenlezend publiek, toen
Van Deyssel bij Boutens' eerste bun-
Lantaarn" noemde het eerste werk del „Verzen" de „Voorreden" schreef,
groote aanwinst voor de kuf- en aanvangende met die onvergetelijke
de kuf-
boordeelliteratuur, en zelfs Kloos woorden: „Ik ben dit boekje
moest erkennen: „Dit boek is een negen vriend." Arthur van Schendëls
boek. een lief boek, een mach- eerste roman „Drogon" ontving een
BETEKENIS vf/?5d' £t
bock." De kalme Albert Verwey, de
latere Leidse Hoogleraar in de Neder-
dat landse Literatuurgeschiedenis mengdi
Het wonder van Van Deyssel
hij reeds op zestienjarige leeftijd de
buteerde. Zeventig jaar heeft hij "dus
deel genomen aan het literaire leven
hier te lande, en op welk een onge
kende wijze!
De oude Thym, Busken Huet, Mul
tatuli en Zola waren zijn leermeesters
geweest, maar op Thym na heeft hij
ook deze oudere voorgangers fel be-
doch ook scherpe, geestige critiek,
-elvoegelijk Deyssel 'had diens talent erkend!
Daarnaast de soms geestige critie-
ken jegens wie minder presteerden Toussaint
dan hun talent veroorloofde of niet deren
Tegen zijn zeventigste verjaardag
vormde zich onder beschermheerschap
van de minister van onderwijs, kun
sten en wetenschappen mr. H. P. Mar-
>nder voorzitterschap van Bou
tens een huldigingscomité,
tevens zitting namen dr. J. F. M.
Sterck, F. Mynssen, Nico van Suchte-
len, Em. de Bom. Cyriel -Verschaeve
en Toussaint van Boulaere.
Op zaterdag 22 september 1934 vond
te Haarlem onder leiding van Boutens
de officiële huldiging ilaats, waar on
der meer het woord voerden dr.
J. F. M. Sterck, de Haarlemse burge-
ge- meester C. Maarschalk, en de Belgi
sche minister van staat Louis Franck,
die er geestig aan herinnerde, dat Van
Deyssel in zijn jonge jaren
schreven had: „Ik hou van de Vlamin-
heelemaal niet." Voorts sprak
zijn mening dat de Nederlandse let- streden. Maar erger moesten het Vos-
terkunde alleen zou zijn te zuiveren macr en Ja„ ,e„ Brtok
onder de mokerslagen van zijn haat- d Tol Vosmaer riclltte Van Deyssel
n„i.v..w. ,n z)jn iiNieuw Holland.. in !88{ de denkt v
woorden: „Omdat gij in uw „Nanno"
een wel aardig beschilderd porceleinen
theekopje geleverd hebt, meent gij
daarom meê te mogen spreken
het debat met een geestdrif- deel wilden nemen aan het Tachtiger
tige brochure ten bate van Van Deys- feest. In 1884 kreeg niemand minder
sel. waarvoor de oude Thym hem met dan Schaepman in een artikel „De
vaderlijke hartelijkheid dank zeide: aesthetiek van dr. Schaepman" naar
„Ik behoef U niet te zeggen hoe aan- het hoofd gemikt: „Maar wel is het te
genaam mij uw vaardeering van Ka- betreuren, dat iemand als Dr. Schaep-
rels persoonlijkheid getroffen heeft. Ik man, die tot de jongere generatie be-
ben er U innig erkentelijk voorhoort, zich uitstrekt in rozeblaaren,
Nog karakteristieker is een brief met een diamanten beekje
later van Van
scheldcritieken. Van Duinkerken
schrijft, dat hij er later spijt van had,
maar moeten wij ook hier niet spre-
1 noodzakelijke fase in Van theekopje
Deyssels ontwikkeling'
Met dat al is het g
dat Lodewijk van Deyssel, als
van de oude J. A. Alberdingk Thym,
reeds jong in een even rooms als cul
tureel milieu een uitstekende literaire
opvoeding genoot. Dat was in die da
gen iets bijzonders! Alberdingk Thym
was de grote culturele ambassadeur iVèrd! "allemaal
van de nog nauwelijks tot culturele
ontwaking gekomen rooms-katholieken.
Reeds als jongen was de zoon de
begaafde notulator van het onder de iviia
oude Thym staande^ leesgezelschap bijzonders.
het goed te bedenken de groote schilderwerken der litera-
juur9„ Toen de eerbiedwaardige prof.
Jan ten Brink (door hem ook wel
spottend „beste Jan-en-alleman" ge
noemd) zijn novelle „Starter en zijn
wijf publiceerde, was het commentaar
Van Deyssel: „Je bent niet hoog-ge-
zijde, de oogen
hemels gericht in dogmatische droo-
men, vol uitsluitende vereering voor
Sint Augustinus, Bossuet, Vondel en
Shakespeare, terwijl zijn tijdgenootcn
om hem heen, met veel duisternis nog
in de rondte wel is waar, maar met
onverzettelijke kracht en overtui-
het werk
i Verwey gericht:
geheel waarschijnlijk wei
nig meer om die brochure, maar voor
mij is zij een heerlijk gezelschap, Hij
ligt tegenover me op een kanapee, als
ik zit te schrijven, en in de vele tijd-
stukken dat ik mr-zelf voor een ellen
dig impotente houd. sta ik op en lees ging in de borst, zich
in de brochure om mij moed in te hebben gezet om van onze eeuw een
spreken" (16 mei 1889")groote te maken, die niet achterwaards
Van Devssel was uiterst gevoelig behoeft te zien om te vereeren en te
voor lof! Toen Kloos in „De Nieuwe beminnen, die zijn heil in zichzelf
Boulaere
vertolkte wat Van Deyssel
voor hen betekend had: „De Holland-,
se deftigheid schrikt ons geweldig af.
Aan die deugd hebben wij een broer
tje dood en het allang begraven. Maar
toen kwa-m Van Deyssel!"
Na een toespraak van Emanuel de
Bom droeg Paul Huf het prozastuk
van Van Deyssel voor „O Vader, ga
niet dood." Ook namens de schilders
werd 'hulde betuigd, waarbij de jubi
laris zijn schilderij werd aangeboden.
's Avonds verenigden zich in het
Carltonhotel te Amsterdam vele vrien
den aan de maaltijd, waaraan ook de
minister van onderwijs, kunsten en
wetenschappen, mr. H. P. Marchant,
deel nam. Hier sprak tevens prof.
August Vcrmeylen, die reeds
TIPS
en S.O.S.-bi
muz; 7.50 Een
Nws: 8.15 Sportuitsl; 8.25 Gi
d. zieken; 9.30 Gi - - -
10.15 Theologische 0_.
?ra™: 11.20 Feuill; 11.40 Grai
uit hut buitenland SSfiSSf 5*
-"-r kunt u in het te'^ uz""^ Gram!3'H.0Wubileumw^
de dag; 8.00
9.00 V.
9.40 V. d. huisvr;
itherleergang; 11.00
l; 1.1.55
tuinder;
464 n
BBC op
str.:
vondeling
Shostakovitch. Wilt u het slot
van de Promenadeconcèrten recht-
streeks uit Engeland horen, dan moet viool
u om 9 uur overschakelen op het Lichte
Light Programme, op 247 m, moar "n_gs""
waarom zoudt u het doen, de VARA M R
zendt het op hetzelfde tijdstip ook 1^30
rechtstreeks uit.
afsluitdijk.
>rgel; 17.00 V. d. kleuter
Van het Festival van Vlaanderen
zendt Brussel Vlaams op 324 m tus
sen 8 en 9 uur een uitvoering van
Handels „Judas Maccabeus' uit.
Alexander Gibson dirigeert het NIR-
kamerorkest, koren en solisten in de
troonzaal van het stadhuis te Gent.
Kunt u op uw toestel FM ontvangen,
dan zoudt u, om een uitvoering van
Wagners „Die Meistersinger von
Nürnberg" te horen, tussen 8.15 en
10.45 uur kunnen afstemmen op de
ber;
Fries progr: 18.5 Gram; 18 50 Open-
tunstbezit, caus; 19,00 Nws en weer-
9.10 Blaasens; 19.30 Radiokrant; 19.35
20.00 Helnrich Schüt-zfeest; 21.30
ïcital; 22.00 Parlementair comm;
Instr trio; 22.45 Avondoverd; 23.00
23.15 Gram; 23.35—24.00 Idem.
vlsieprogramma's. KRO 17.00—17.30
plano; Philharmo-
len o.l.v. Sir Adrian
Ippolitov
Duitse zender 88.8 MHz. U hoort dan Feestelbke tócht" van
»n Duitse uitvoering, onder leiding ?atd*ïr.
Suite op 10,
ipho-
Die gave, de brillante conversatie,
zal voor goed vergeten zijn met het
heengaan van de laatsten die met
hem geredeneerd hebben. Reeds met
1924 het heengaan van de - persoonlijkheid
Van Deyssel genoemd had: „de groot- kwam de poging om hem opnieuw,
-i- -p. ;:j._ i beoordelen dan tijdens
Gids"
gedicht aan hem opdroeg, vindt.
eenvoudige strofetje
malligheid, je bent schreef Van pjp.a hem ««roard
geen psycholoog, geen visionair, geen 0 0
wetenschapsman, geen kunstenaar,
geen prozaïst, geen stylist, geen den
geen wijsgeer. Je bent niets
Vioolstruik". Eén der leden
schonk aan de ijverige notulator eens
een penhouder, met het profetische program
rijmpj-"
O, Rozen, droef en schoon,
Ik heb u uitgekozen
Voor dl mijn koude doón,
Roode en witte rozen.
„Zie hier een pen, heer Karei.
Gebruik hem met verstand.
Een pen werd steeds een parel
In uwe flinke hand."
Wat niet een ieder weet, is, dat
Van Deyssel in 1893 een werkelijk
even sympathiek als boeiend boek
schreef, onder het pseudoniem A. J.
(de voorletters van zijn vader) over
de oude Thym, met nauwelijks een
spoor van alle hatelijkheden, die hij
ilde afrekenen met
het duffe voorgeslacht en gaf als zijn
„Wij willen Holland
hoog opstooten midden In de vaart der
volken." „Zooals eens Griekenland
was, zooals Italië in de Renaissance,
zooals wij zelf eenigszins in dc Ze
ventiende eeuw, zoo willen wij het
kleine land maken. Het grieft ons bui
tenlanders altijd van Engeland, Frank
rijk en Duitsland te hoor en spreken,
wij willen een schittering scheppen, -
die hun oogen verglanst tot bewon- Vestdijk door Van Deyssel zijn beïn- literatuur in levende relatie met de
daar 'heb ik een halven nacht van
emotie meê doorgebracht, ik heb het
aldoor voor mijzelf herhaald en tel
kens was ik opnieuw hevig ontroerd.
Ik zeg precies de waarheid als ik zeg,
dat ik nooit door verzen zóo aange
pakt ben geweest."
inmiddels genoemde
wetenschap sticht,
kunst, eenig en onsterfelijk
En dan zijn critiek op de thans om
zijn roman „Porcelein" vergeten, maar
om de critiek van Van Deyssel ver
eeuwigde mr, W. G. F. A. van'Sor-
gen, opgenomen in deel drie van Var
Deyssels Verzamelde Werken, aanvan
gende met: „Van Sorgen! J«
naam zweeft op aller lippen, om in
jouw taal te spreken. Van Sorgen, je
bent de man van dezen season
(pag. 235). Deze critiek moet eer
ieder gelezen hebben om te weten,
hoe Van Deyssel in staat is geweest Nassau!
al wèg te
met de meeste genialiteit het hoog
ste heroïsme heeft geopenbaard."
Het waren de dagen warrin gestre
den werd over de z.f
tafel
Hij heeft gehaat; hij is gehaat; zijn
gepassioneerde haat achtte hij één der
voornaamste stimulansen der kunst,
spelling, Dat heeft veroorzaakt, dat zoveel pu-
de redevoerin- blicaties van zijn hand hevig
geen debat daarover achterwege fetisch
blijven tussen Boutens, fel tegenstan
der van de nieuwe spelling, en minis
ter Marchant, die er de vader van
was in die dagen. Maar midden in
dat debat van redevoeringen tussen
beiden kwam de verrassing, toen mi
nister Marchant meedeelde, dat Lo
dewijk van Deyssel benoemd was tot
commandeur in de Orde van Oranje
zoals wij dat ontmoe-
die
hele auteurs
Maar ook moet nog genoemd
leest, weet dat Bordewljk en vooral den Van Deyssels verdienste
dering, wij willen hen ioen knielen
voor de heerlijke klcurendampen uit
het waterige land". Dat die taak zou
gelukken, daar was Van Deyssel zé-
anders onder zijn pseudoniem Lode- ker van: „Wij beleven het begin
rimpelloos geschreven,
ouderwetse biografie niet
wacht hebben, hetgeen bewijst dat ir. de volgende
H 1 literatuurgeschiedenis ge
daan zal worden, beroemd zal blijven
vloedToch
meer voorbeelden,
wenste dat men de taal hanteerde,
want voornamer invloed dan zijn ro
mans oefenden zijn critieken uit,
waarin aanmoedigende bewondering en
felle afkeuring elkander afwisselden.
Kloos, Verwey en Gorter werden be-
feite schilderkunst te brengen. Zijn Rem-
hoe Van Deyssel brandtstudies "kunnen subliem heten.
Zelfs Gerard Brom kan hier een mo
ment van bewondering niet onderdruk-
zijn prachtig boek „Holland
sche schilders en schrijvers
rige eeuw": „Van Dgyssels beschouwin-
Rembrandt blij'
punt Van het feest, want wij dienen
niet te vergeten dat Karei van de
Woestljne de humor van Lodewijk
van Deyssel eens „zijn weelderigste
kracht" noemde, en dat de bedacht
zame Albert Verwey eens opmerkte:
„Zijn conversatie was misschien het
beste dat hij had. Als hij op dreef
was, had iedere zin een pointe." Het
is treffend hoezeer ouderen en jonge
ren die hem gekend hebben in dit oor
deel over Lodewijk van Deyssel over
eenstemden. Ook de zoveel jongere A.
Van Deyssels historische waarde,
ook in deze tijd, blijft in de wijze
waarop hij de strijd aanbond tegen de
middelmatigheid en de lauwheid op li
terair gebied. Dat hij Nederland hero-
isch opjoeg naar de hoogten van de
wereldliteratuur, dat hij al onze lite
ratoren uit eigen tuintje joeg en ze
vroeg te wedijveren met de wereldli
teratuur, is een taak geweest, zó aan
grijpend en indringend, dat iedere ge
neratie die met zich zelf tevreden is
er goed aan zal doen de werken van
Lodewijk van Deyssel op te slaan.
Zijn leerstellingen zijn vergeten,
zijn middelen daartoe niet zonder
critiek te accepteren, maar zijn
boodschap, zijn strijd te>gen oor-
deelsverzwakking en zelftevreden
heid vormen een waarschuwende
boodsohap, ook voor deze tijd!
FOK, Praag o.l.v. Vè'clav
:ek III Sergei Raohmaniov: 1. Concert
>r piano en orkest nr l in fis kl t op 1
■ace, Andante. Allegro vivace: Peter
in, piano; Philharmonisch Orkest van
- iult. 2. Sympho-
kl t op 44; Allegr-
Orchestra
roppo, Alleg
moder
Sir Malcc
BBC
Na het NTS-journaal is het VARA-
programma met om 8.20 uur actuali
teiten, om half negen het eerste deel
van de quiz „Je neemt er wat van
mee", tussen 9 en 10 uur de uitzen
ding van het tweede deel van het
laatste BBC-Promenadeconcert, ge
leid door Sir Malcolm Sargent en
daarna het slot van de quiz.
De politie van San Antonio (Texas)
heeft meegedeeld dat een vijftienjarige
jongen heeft bekend drie weken geleden
zijn vader en moeder te hebben dood
geschoten omdat ze „zo streng waren".
De in verregaande staat van ontbinding
verkerende lichamen van de heer en
mevrouw Edgar Dycus werden donder
dag in een schuurtje aohter het huis
aangetroffen. De jonge moordenaar werd
donderdagavond op een naburig par
keerterrein gearresteerd, juist toen hij
op het punt stond met de auto naar
Mexico te vluchten.