CHRISTELIJK
/Uda.
Kritische zelfstudie van
gereformeerd beginsel
Chr. geref. predikanten
herdachten Calvijn
Gedurende eeuwen reeds
mij ding van Avondmaal
Ontsnapt
langs Krakatau
Eert woord voor vandaag
Kanttekening
Bezinning nodig op de
kern van liet evangelie
t7"N
Steeds kleiner wordende
gereformeerde eilandjes
JN het blad van de Confes-
sionele Vereniging Het her
vormd Weekblad" schrijft ds.
H. G. Groenewoud over de
plaats van de gereformeerde
gezindte tn het kerkelijk leven.
De schrijver heeft het gevoel
dat er nog wel een taaie vast
houdende en stoer doorzettende
groep is, maar dat zij zo klein
geworden is dat zij nauwelijks
meer meetelt:
DE toekomst is niet aan het ge
reformeerd beginsel; het is
verouderd, heeft afgedaan, mist
werfkracht, de volgende generatie
is ervan vervreemd.
Men kan dit afval noemen,
het zien als een teken van gees
telijke en morele achteruitgang.
Waar gaat het heen met de kerk,
de christelijke zede, de politiek,
enz. Zo kan men in paniekstem
ming uitroepen, of berustend ver
zuchten.
Is dit juist, billijk, eerlijk?
Werpt men niet de schuld op an
deren, terwijl men zelf schuld
heeft?
Kritische vragen
Ik meen, dat we, als gerefor
meerden, zullen we onze taak
weer kunnen vervullen, moeten
beginnen met onszelf enkele kri
tische vragen te stellen. Het ge
reformeerd beginsel is niet een
macht die op zichzelf, los van de
mensen zuiver bestaat en werkt.
Het is altijd belichaamd in men
sen, en het werkt door middel
van de daden van die mensen.
Moeten we nu niet erkennen, dat
het gereformeerd beginsel bij ve
len verworden is tot een holle
leus of verschrompeld tot een
levenloze traditie? We betrekken
de wacht bij het beginsel, zeggen
we dan, zeer principieel en ge
trouw. Jawel: maar is dit geen
zelfbedrog en camouflage voor
iets geheel anders?
noemden gebrek aan beginselvast
heid: zij wijken af van belijde
nis en levenspraktijk zoals die bij
de gereformeerde gezindheid was
ingeburgerd en gezag had ver
kregen. Dit verwijt is te begrij
pen. Ook in ons blad is er her
haaldelijk op gewezen, dat zich
een geheel nieuw kerkelijk en
geestelijk leven bezig is te ont
wikkelen. dat anders is dan dat
van het gereformeerde type. Er
2aat een andere geest heersen,
d.w.z. hij overvleugelt het gere
formeerde. Nu dreigt het gevaar,
dat de gereformeerde gezindheid
dit in de grond der zaak, ondanks
alle protesten, wel aangenaam
vindt. En zich steeds meer, met
eigen beginsel terugtrekt in een
klein hoekje alleen maar kri
tisch, negatief
verzaakt.
Gevaar
Dit gevaar is voora.
vanwege het remmende, het
servatieve, het wantrouwig vrees
achtige. dat men er zelf in heeft
gebracht en dat in wezen vreemd
is aan het gereformeerd begin
sel. Het grote, dat dit beginsel
roeping
zo groot
eigen is, het bezielende, werven
de. verliest men dan: het wordt
klein gedoe, door eigen schuld.
Het is nodig, deze dingen ern-
stLg te overwegen. Want hiervan
hangt het af, of het gereformeerd
beginsel nog vertegenwoordigd zal
zijn in kerkelijk en volksleven.
Men moe: toezien, dat men. op
een geheel andere manier. niet
hetzelfde doet als wat men de an
dere partij verwijt, nl. het gere
formeerd beginsel verloochent.
Begin van een nieuwe traditie
Predikanten-
Remming
HET gereformeerd beginsel heeft
kracht, wil zich ontplooien,
wil de kerk en de samenleving
hervormen, vernieuwen, doordrin
gen. Maar in de praktijk is het
vaak zo. dat dit beginsel, zoals
het verpersoonlijkt is in mensen,
alleen maar remt. verhindert te
ontplooien, de samenleving te door
dringen. Het ontaardt in behoud
zucht, het angstvallig behoeden
van enkele steeds kleiner worden
de eilandjes gereformeerd leven.
Straks zal de grote stroom van
het nieuwe de laatste resten over
spoelen. Natuurlijk, want het oude
overgeleverde, heeft gec vat op
de mensen van de nieuwe tijd, de
jeugd, die de toekomst heeft te
bouwen. Conservatisme is niet de
meest geschikte macht om de sa
menleving nieuw te vormen Is
dit star vasthouden aan het oude
ook niet de oorzaak van het twee
de euvel waaraan de gereformeer
de gezindheid lijdt, nl. de neiging
tot verdeeldheid? Veelal meent
men te goeder trouw, en stelt
men het ook zo voor, dat de ver
deeldheid onder de gereformeer
de gezindheid het gevolg is van
dit, zoals men dan zegt bekrom
pen en fanatiek, beginsel. Niets
is minder waar. Het eerefor-
meerd beginsel stelt de eenheid
der kerk en verenigt. Maar de
verscheurdheid en verdeeldheid
ontstaat door het conservatisme,
dat van bijzaken hoofdzaken
maakt en star vasthoudt aan wat
overgeleverd is, zonder zich re
kenschap te geven van de vragen
die deze tijd stelt. Dit leidt er
toe, dat men wantrouwend staat
tegenover ieder die iets anders
denkt en handelt. Naar de maat
staf van het overgeleverde wijkt
hij af van de leer. Hij past niet
in het kader. Men vraagt zich niet
af, of hij ook vragen stelt, die ge
rechtvaardigd zijn; men neemt
niet de moeite zich met die vra
gen bezig te houden, er een ant
woord op te zoeken; misschien is
men ook wel niet bij r achte dit
te doen: men veroordeelt eenvou
dig. verkettert, en een nieuwe
scheuring is een feit geworden. Op
deze manier blijft ten slotte de
mee$t conservatieve als de meest
getrouwe alleen over.
Is dit overdreven? Misschien.
Maar het zit er in.
Tegenstelling
XVTE zijn momenteel beland bij
W een grote tegenstelling; die
van doorbraak met al wat daar
mee samenhangt en gereformeer
de gezindheid. Bij de laatste
trouw aan Schrift en belijdenis.
En die verwijt dan de eerstge-
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Bedankt voor Ommen, Ov.: A. J. de
Jong te Scheveningen; voor Vreeswijk
Itoez.): J. Smit te Groot-Ammers.
Benoemd: tot dir. bijz. gezinszorg te
Rotterdam: H. J. ter Haar Romer.y,
jeugdpred. te 's-Gravenhage.
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen te Aardenburg: A. J. Ver
beek, kand. te 's-Gravenhage; te Bant,
N.O.P.: J. G. M. Schout te Den Bom
mel.
Bedankt voor Numansdorp: P. C. L.
de Jager te Raamsdonk en Drimmelen;
voor Rijswijk. Z.H. (3de pred. pl.»W.
Griffioen te Nijkerk.
DOOPSGEZINDE BROEDERSCHAP
Kruiswoordpuzzel
Horizontaal: 1. predikant - gewicht
(afk.); 2. niet van hetzelfde gevoelen -
oude lap: 3. deel van de bijbel (afk) -
bijwoord - voorzetsel- ligplaats voor
schepen: 4. lengtemaat (afk.) - glijvoer-
tuig - tijdrekening; 5. voedsel - lid van
het Hogerhuis in Engeland - kippen
loop; 6. zuiver - familielid - sportterm;
7. boom lidwoord - interval van ne
gen tonen; 8. wordt gezongen - voeg
woord (Fr.) telwoord; 9. klap - ont
kenning (Eng.) - soort.
Verticaal: 1. duister - verouderd
woord voor ivoor; 2. voorvoegsel - meis
jesnaam geluid van een ezel: 3. vo
gel zuigbuis; 4 land in Europa - van
het teken af te herhalen (afk. in de
muziek); 5. onbekende uitroep - wor
tel; 6. wereldtaal; 7. op een andere
plaats - aardsoort; 8. bijwoord - beken
de afkorting; 9. gewicht (afk.) - gem.
m Groningen.
Het Zuidamerikaanse christelijke radio
station HOXO in Panama heeft haar
kracht opgevoerd tot 5000 watt.
Voor 1949 werkte er slechts een
dingsgeuootschap op het eiland Formo
sa. Nu meer dan 60. Het aantal zen
delingen Is gestegen van 12 tot 45. On
geveer 25 pet. van de studenten aan
de twee universiteiten zijn belijdende
christenen. Van de totale bevolking is
echter slechts twee procent christen.
vergadering werd
conferentie
In de conferentie-zaal van hotel
,,De Cantharel" te Ugchelen heb
ben de christelijke gereformeerde
predikanten dinsdag en woensdag
2 en 3 juni op waardige en bijzon
der levendige wijze de reforma
tor van Genève herdacht. Drie
hoogleraren van de Theologische
School te Apeldoorn zorgden voor
de referaten, die een bepaald
aspect van het levenswerk en de
betekenis van Calvijn belichtten.
De conferentie kreeg echter een bü
zonder actueel karakter omdat telkens
weer in de discussies de hedendaagse
vragen in het licht van Calvijns uit
spraken naar voren kwamen- Voor het
eerst kwamen -de christelijke gerefor
meerde predikanten niet op hun gebrui
kelijke predikantenvergadering bijeen,
maar in een conferentie.
Men was eensgezind van mening dat
de onderlinge gemeenschap op deze ma- f
nier versterkt werd en besloot het be-1
stuur te machtigen ook in het vervolg
deze vorm van vergaderen te gebruiken
De aftredende bestuursleden prof. W.
Kremer en ds. Heerma van Veenendaal
werden bij acclamatie herkozen.
Soteriologie
Prof. dr. J. van Genderen sprak over
..De soteriologie van CalvUn". Tot dus
ver werd deze niet nadrukkelijk aan
de orde gesteld In de omvangrijke Cal-
vyn-literatuur. De spreker gaf een uit
voerige analyse van Boek III van de
Institutie- De verwerving van het heil
en de toepassing zijn bij CalvUn nauw
verbonden. De Heilige Geest is de band
tussen beiden Christus Is het subject
van de toepassing.
Het geloof functioneert doordat het
betrokken is op het Woord, de belofte.
In het geloof onderscheidt Calvijn de
verlichting en bezegeling; kennis en
vertrouwen beiden zijn het werk van
de Geest. Het kennen dat Calvijn op het
oog had is geen rationeel kennen. Het
geloof bestaat nooit zonder de vrome
gezindheid.
De bekering is geen stadium aat ae
gelovigen passeren, maar is over het
nele leven uitgestrekt. Zondag 33 ademt
de geest van Calvijn. De rechtvaardiging
wordt door Calvijn behandeld na be
kering en heiligmaking. De laatste is
voor Calvijn geen aanhangsel, maar as
pect van het heil in Christus De recht
vaardiging geschiedt alleen door het ge
loof, maar het geloof blijft nooit alleen
Rechtvaardiging en heiliging zijn voor
hem dan ook de beide delen van de
verlossing het eerste Christus' pries
terlijk en het laatste Zijn koninklijk
Dieper dan iemand anders heeft Cal
vijn nadruk gelegd op de heilszekerheid
Zijn door en door schriftuurlijke soterio
logie is in de Geref. confessies vastge
legd. Voor zijn tijd was Calvijn's bood
schap een nieuwe leer. waardoor het
Evangelie in een nieuw licht kwam te
staan.
Opleiding
Prof. J. Hovius hield woensdagmorgen
een causerie over de betekenis van
Calvijn voor de Opleiding van Dienaren
des Woords. Eerst werd een tekening
gegeven van de droeve verwording der
opleiding in de Middeleeuwen. Naar
mate de Kerk minder Woord- en meer
Sacramentskerk werd werden de eisen
lager, althana anders gesteld.
ming tussen de andere wetenschappen
die zich met de mens bezighouden, wet-
ticisme en traditionalisme; het ontheo
logisch karakter.
In dit verband is het goed naar Cal
vijn te luisteren- HU schreef geen
handeling over het pastoraat. Maai
pastoraat was geen aanhangsel. ZUn
theologie vraagt om het pastoraat. Kan
selarbeid werd door hem niet over
geaccentueerd. Calvijn bleef pastor. HU
had altijd de schapen en de kudde op
het oog.
Vooral de predikantennood in Frank- Breedvoerig ging referent in op de
rijk deed Calvijn besluiten zijn acade- achtergronden van Calvijn's pastoraal,
mie te openen. Calvijn heeft veel van Gewezen werd op de typische antinomie:
zijn studenten geëist. Boven alles stelde enerzijds werd de zondige mens laag
hij de eis van zedelijke-geestelijke kwa- neergedrukt en anderzijds opgewekt
liteiten. De godsvrucht en gemeenschap tot bovennatuurlijke inspanning. Het
met Christus; de dagelijkse omgang Woord Gods was zijn richtsnoer. Zijn
de Schrift en offerbereidheid mocht Schriftgeloof geeft hier de doorslag Hij
bij geen a.s. dienaar des Woords ont-1 was door en door religieus en niet dog
matisch Religieuze kennis van he'
zond Calvijn broodnodig Uit-
schetste de spreker Calviji
Het Convent van Wesel besloot ook Woord
tot oprichting van een Theologische
School, welk besluit nooit is uitgevoerd.
Eerst door en na de Afscheiding kon
het oude ideaal van Calvijn
lijkt worden.
Pastoraat
De laatste referent
avondmaalspi aktijk. waarbij vele prak
tische opmerkingen voor het pastoraat
van vandaag werden gemaakt.
Sterk legde Calvijn in zijn pastoraat
nadruk op de taak van de christen. We
moeten steeds bekwamer worden tot
de dienst waartoe God ons roept. Hij
was ook de pastor in de kerk. die de
gemeenschap der kerk wilde bevorde
ren. Pastorale motieven doen hem hon-
de "verhooide theoretische belangstelling j geren naar de ware Oecumene. Bij de
zijn er verschillende factoren, die het huidige hernieuwde bezinning op het
pastoraat bedreigen: verwaarlozing; het'pastoraat is het stimulerend zich met
opzien tegen de ontmoeting; de beklem-1 Calvijns pastoraat bezig te houden.
Calvijn heeft met grote klem de
schriftuurlijke eisen voor de dienaren
des Woords gesteld en opnieuw gefor
muleerd. Het subjectivisme van de do-
persen heeft hij afgewezen, Met nadruk
heeft hij onderstreept dat de dienaar
des Woords bekwaam moest zijn om te
leren, zoals de oude kerk dit ook reeds
gesteld had Daarom was het zijn
ideaal om tot scholen te komen, waar
predikanten konden worden opgeleid.
Confessionele Vereniging
Valse traditie
en vrees voor
het heilige
(Van een onzer verslaggevers)
ZELFONDERZOEK
Kan iemand tot ambtsdrager ge
kozen en bevestigd worden, als hij
niet deelneemt aan het heilig avond
maal? Over deze vraag heeft prof. dr.
A. F. N. Lekkerkerker, benoemd tot
kerkelijk hoogleraar te Groningen, opo
de conferentie der Confessionele Ver- hef'zVlfondeVzo'eV'Ts
richten van afnemende frequentie. Joh.
Chrysostotnus verklaarde al, dat hij
voor niets aan het altaar stond omdat
men niet deelnam aan de eucharistie.
Hij had daar echter zelf schuld aan.
omdat hij de viering van het sacrament
maakte tot een cultus van heiligheid
aanbidding; dat maakte de mensen
vreesd om met het heilige in aanraking
te komen
eniging gesproken. Er bestaat
antwoord verschil van mening. Een
classicale uitspraak van 1957 ant
woordde bevestigend, een andere clas
sis gaf in 1958 een ontkennend ant
woord. De generale synode zelf heeft
november 1958 uitgesprokendat
het op grond van schrift, belijdenis
kerkorde onmogelijk is om schei
ding te maken tussen het ambtsdrager
zijn en het deelnemen aan de viering
an het heilig avondmaal.
Prof. Lekkerkerker stemde zelf in met
de uitspraak van de synode, maar toch
zei hij het te betreuren, wanneer uit de-
e zaak grote moeilijkheden zouden ont-
taan in de gemeenten. Dit kan heel
gemakkelijk, wanneer zulk een uitspraak
gehanteerd wordt als een machtsmiddel
in de kerkelijke strijd.
De zaak waarom het hier gaat. doet
zich vooral voor in ultra-gereformeer
de gemeenten. De hoogleraar vertelde,
dat hij zelf was opgegroeid in derge
lijke gemeenten. Diakenen gingen niet
aan het avondmaal. ouderlingen
meestal wel, ofschoon men het bijzon
der vroom vond, wanneer een ouder
ling de bediening eens oversloeg en
alleen bleef toekijken. De oorzaak van
deze schroom om deel te nemen aan
het sacrament wordt vaak gezocht in
de geschriften der zg. nadere reforma
tie (De Labadie. Schortinghuis e.a.>,
die in de ultra-gereformeerde gemeen
ten nog wel worden gelezen of er in
elk geval gezag hebben.
In werkelijkheid is de mijding van hel
avondmaal al veel ouder. Lang vóór de
reformatie heeft zij de kerk al veront
rust. En ook vandaag wordt de mijding
niet alleen bij de meest rechtse ortho
doxie gevonden, maar ook in gemeenten
en kerken van gans andere ligging, ja
■zelfs bij Rome. De argumenten die men
vandaag hoort aanvoeren tegen de deel
neming aan het avondmaal zijn al meer
dan duizend jaar oud!
Tot aan de 4e eeuw was het gewoon-
In de reformatietijd bespeurt m«
opleving. Het avondmaal heeft
plaats in de gemeente. Maar dan komt
de nadere reformatie, waarin Wilh. a
i Brakel c.s. grote nadruk gaan leggen op
wej waar(jj£
De wereldvermaarde deodorant-stick
regelt de
▼oorkomt de
41
geval: alleen zelfmoordenaars zoals wij zwerven rond
middenin een wervelstorm in plaats van een veilige
haven op te zoeken; en bovendien: iedere torpedo-
bootkapitein die zijn positieven bij elkaar heeft, zou
zich koest houden tot hij ons op zo kort mogelijke
afstand in het volle licht van zijn schijnwerpers
kon zetten."
Findhorn knikte. „Ik denk er precies eender over
Heb je enig idee wathet dan wel kan zijn. Kijk
aeiwlerWdichterbi). Het verandert inderdaad
niét van plaats. Het zou een duikboot kunnen zijn,
die hoort dat er iets groots en zwaars aankomt,
maar niet zeker is van onze richting en snelheid,
en nu wel zou willen dat we antwoord gaven, zo
dat ze beter zou kunnen richten."
„Dat klinkt niet bepaald overtuigd.
„Dat ben ik ook op geen stukken na, kaPll£'"-
Alleen maak ik me geen ogenblik benauwd. Met
een zee zoala er op het ogenblik een staat, zou iede
re duikboot zo op en neer dansen dat ze zells de
Queen Mary" op dertig meter afstand nog mei
zou kunnen raken."
„Akkoord. Naar alle waarschijnlijkheid is het dan
toch datgene wal iedereen voor vanzelfsprekend i
deer ALISTAIR MAC LEAN
(vertaling Rob Limburg)
pitein?" Farnholme was woedend van ergernis.
„Waar dient al dat lawaai toch voor? Die gewel
dige claxon van jullie toetert mijn oren gewoonweg
ka*Dat spijt me verschrikkelijk, generaal." Find-
horns stem klonk effen, beleefd en ongeïnteresseerd
„Dat is ons alarmsignaal. We hebben
licht in zicht gekregen. Dat -
te gaan? Ook in het oude gere
formeerde avondmaalsformulier krijgt
de zelfbeproeving een veel te zwaar ac
cent. Te weinig wordt daarin gewezen
■op het gemeenschapskarakter van het
sacrament.
valse traditie, uit vrees om
zich te bezondigen, uit huivering voor
het heilige blijft men in ultra-gerefor
meerde gemeenten van het avondmaal
weg (in Zuid-Holland bijv. neemt in de
geref. bondsgemeente Monster slechts
pet. deel aan de viering, doch in het
angrenzënde Terheyde, dat een andere
ligging heeft 56 pet.).
Overigens sluimeren deze vragen in
ille gemeenten. Er bestaan wijkgemeen-
ten vol activiteit op allerlei terrein, be
halve als het avondmaalszondag is. Het
sacrament is niet organisch verbonden
met het leven der gemeente.
Als middelen ter verbetering
prof. Lekkerkerker aan: een betere
uitleg van Paulus' avondrrmalsvoor-
schriften in I Cor. 11, een goede voor
bereiding (niet alleen in de voorbe-
reidingspreek), een minder strakke
liturgische ordening, de invoering
een nieuw formulier dat ook aandacht
geeft aan het gemeenschaps-
wachtingskarakter (hoewel de zelf
beproeving natuurlijk blijven moet,
maar dan onlosmakelijk verbonden
met de nodigingen, als uitvloeisel
daarvan een goede ruimte voor de
avondmaalsviering in de kerkgebou
wen. Teveel ziin de kerkenook de
nieuwe nog, gehoorzalen. Er is geen
ruimte voor het sacrament; dat werkt
belommerend op de viering ervan.
Voorts hebben op de conferentie nog
gesproken prof. dr. G. C. van Niftrlk te
Amsterdam en dr. H. Schroten te Rot-
terdam-Charlois. ZU behandelen beiden
de vraag- Wat moeten wU verstaan
der beroep op Gods Woord?
Prof. Van Niftrik concludeerde, dat
het beroep op Gods Woord voor hem
betekent: het beroep op de levende Heer.
zoals HU zich door zUn Geest In de ge
meente openbaart.
Dr. Schroten zei, dat het beroep op
Gods Woord voor hem was: het beroep
op de levende Heer, zoals Hij zich door
z(jn Geest in de Helllg'e Schrift open
baart.
In de levendige discussie, die op deze
uiteenzettingen volgde, kwamen aller-
lel zaken naar voren, waarin men «lob
op Gods Woord heeft beroepen. o.a, de
kwestie van de vronw in het ambt.
Luther-zaal zou
communistisch
museum worden
Het Oostduitse communistische
fime overweegt de Luther-zaal te Wit
tenberg, de belangrijkste historische
plek' van de Lutherse Kerk. tot
communistisch museum te maken,
dus wordt in protestantse kringen
Een definitieve beslissing zal op de
volgende bijeenkomst van de districts-
raad te Halle worden genomen, aldus
de zegslieden
De Luther-zaal dient thans voor hei
tentoonstellen van historische kerke
lijke documenten uit de tijd van d£
reformatie
Adr,
hóudénT dïe niet 10 achterdochtig was als
dobberen daar mensen rond in een open boot of
0n een vlot en ze hebben dringend hulp nodig
Maar laten we geen risico's nemen. Telefoneer de
manschappen bij alle kanonnen, dat ze op dat licht
moeten richten, en met de vinger aan de trekker
gereed moeten blijven staan. En laat Vannier hier
komen. Geef beneden order zo langzaam mogelijk
te varen." J
.Jawel, kapitein." Nicolson verdween in de stuur
hut en Findhorn wilde weer door zijn kijker turen,
maar liet opeens een geërgerd gebrom horen, toen
iemand tegen zijn elleboog stootte. Hij liet zijn kij
ker weer zakken, draaide zich half om, en wist al
wie het was voor de man sprak: zelfs in de open
lucht was de dranklucht bijna niet te harden.
Wat gebeurt er in vredesnaam noü weer, ka-
verdacht
het begin zijn van
...cu.rc moeilijkheden." Zijn stem veranderde heel
even van klank. „En ik ben bang dat ik genoodzaakt
ben u te verzoeken hier weer vandaan te gaan. Nie
mand mag op de brug komen zonder mijn permissie.
Het spijt me voor v
„Wat?" De stem
iets onbegrijpelijks
Farnholme klonk alsof men
.„J i hem verlangde. ..U denkt
toch zeker niet dat dat ook op mij van toepassing
..Inderdaad is dat het geval, hoezeer het me ook
SPHetVbegon nu te regenen, steeds harder. De gro
te, dikke druppels kwamen zo zwaar op zijn schou
ders neer, dat hij door zijn ollejas heen hun gewicht
kon voelen: dat betekende onvermijdelijk voor de
zoveelste maal doornat worden, en dat vooruitzicht
beviel hem maar matig. .,U zult naar beneden die
nen te gaan. generaal."
Vreemd genoeg protesteerde Farnholme niet. Hl]
zei zelfs geen woord, maar draaide zich met een
ruk om en verdween in het duister Findhorn was
er vrijwel zeker van dat hij niet naai beneden was
gegaan, maar achter de stuurhut in het donker was
blijven staan. Niet dat dat er iets toe deed: er i
ruimte genoeg op de bruj, maar Findhorn kon
eenmaal niet hebben dat iemand over zijn schouder
stond te kijken wanneer het spande en hij snelle
beslissingen moest nemen.
Juist toen Findhorn weer door zijn kijker keek,
was het lichtsignaal er weer; dichterbij ditmaal,
veel dichterbij, maar zwakker: de batterij in die
zaklantaarn was bezig uit te doven, maar toch nog
helder genoeg om op te merken dat er nu iets
anders werd geseind; niet langer de aanvankelijke
reeks lichtflitsen, maar een niet te miskennen S O.S.
drie korte flitsen dan drie lange, en weer drie kor
te, het algemene noodsein op zee.
„Hebt u me laten roepen, kapitein?"
Findhorn liet zijn kijker zakken en keek om. „O.
ben jij dat, Vannier. Het spijt me dat ik je er
in dit noodweer op uit moet - sturen, maar ik heb
een vaste hand nodig aan de seinlamp. Heb je zc
net dat signaal gezien?"
„Ja. kapitein. Iemand in nood. veronderstel ik?'
„Dat hoop ik." antwoordde Findhorn grimmig
„Haal de Aldis voor de dag en vraag eens wie
het is." Hij keek om toen de deur van de stuurhut
openging. „Mijnheer Nicolson?"
„Ja, kapitein. We zijn op alles voorbereid, vooi
zover dat mogelijk is. Iedereen staat bij zijn kanon
en ze zijn allemaal zo vinnig, na wat er de laatste
paar dagen is gebeurd, dat ik alleen maar bang
ben dat er een te vroeg zal schieten. En ik heb
de bootsman een paai spreidlichten laten hijsen aan
stuurboord, ter hoogte van de derde tank. Een paar
mannen die niet bij de kanonnen nodig zijn. houden
een vangnet buiten boord."
„Dank u. stuurman. U denkt ook aan alles. Wat
zegt u van het weer?"
„Nat," antwoordde Nicolson stuurs. Hij trok de
doek om zijn hals wat steviger aan, luisterde naar -
het klikken van de trekker van de Aldis en keek faciliteit der geneeskunde, en prof dr
naar de witte lichtstraal, die zich een weg boorde G. E. Meulema, benoemd tot gewoon
door het regengordiln. „Nat - het zal nu wel weer hoogleraar in de faculteit der godge-
gauw gaan stormen ook. Maar ik heb er geen idee leerdheid aan de Vrije Universiteit te
van waar en wanneer we de volle laag zullen krij Amsterdam, zullen vrijdag 19 juni
gen Ik heb het gevoel dat we hier weinig hebber, tijdens een openbare zitting van de
aan de wet van Buvs Ballot en aan ons boek over naat der VU in de Woestduinkerk hun
tropische cyclonen." (Wordt vervolgd) lambt aanvaarden.
Examen doen?
Bent U enige dagen voor die tijd
reeds onrustig, neem dan Mijn-
hardt's Zenuwtabletten, dan on
dervindt U reeds van te voren
hoe rustig, beheerst en heider-
denkend U er door wordt en blijft.
Ambtsaanvaardingen
aan de V.U.
Prof dr. A. L. Janse de Jong. be
noemd tot gewoon hoogleraar
faciliteit dei
G. E. Meu
I hoogleraar
De brief van Johannes werd gericht tot drie soorten mensenj
kinderen, jongelingen (waarom heeft de nieuwe vertaling dol
woord eigenlijk gehandhaafd?en vaders (I Joh. 212, I3Jj
Maar hij denkt in dit verband niet aan leeftijden.
Eerst spreekt hij tot de kinderen en schrijft hen „want d\
zonden zijn u vergeven om Zijns naams wil". Dit zijn di
mensen die pas kort tot het geloof waren gekomen. In dij
tijd was het aantal volwassenen, die naar de gemeente over
kwamen, veel groter dan het aantal kinderen dat binnen d
gemeentekring werd geboren. Deze volwassenen hadden alle g
een bewuste bekering beleefd. De wetenschap, dat hun zondei gj
nu volledig waren vergeven en zij niet voortdurend offerande a
behoefden te brengen en niet blijvend in angst behoefden t T
verkeren, beheerste heel hun gedachtengang.
Johannes wil als het ware zeggen, het eerste wat een christe\
gaat beseffen als zijn geloof werkelijkheid wordt is dat er eer
last van hem is afgenomen.
Wat zegt zondenver geving ons eigenlijk? Neemt het nog wd
een plaats in ons gedachtenleven in? Als we niet beseffen da
onze zonden vergeven zijn, kunnen we nauwelijks de diepti I
van Gods liefde beseffen en Hem daarom nauwelijks waar
achtig liefhebben.
TE LAAG GELEID
In een van de belangrijkste bedrijfs
takken in Nederland is een onder
zoek ingesteld naar het aantal werk
nemers, dat een netto-inkomen ge
niet van minder dan 60 per week.
Het betreft hier de metaalindustrie,
die ongeveer 170.000 werknemers om
vat. Het initiatief tot het onderzoek
werd genomen door de Christelijke
Metaalbedrijfsbond en het resultaat
is verrassend geweest.
Alleen al in de metaalindustrie blij
ken gedurende het eerste halfjaar
van 1958 niet minder dan 17.000 ar
beiders een inkomen genoten te heb
ben van minder dan 60 per week.
Verondersteld mag thans worden, dat
het totaal aantal werknemers in
Nederland boven de 23-jarige leeftijd
(want om deze leeftijdsgroep ging
het bij het onderzoek), met een
netto-weekinkomen beneden 60,
nog aanzienlijk groter is.
Zonder meer zal iedereen het er
over eens zijn, dat het in Nederland
uiterst moeilijk, zo niet onmogelijk
geacht moet worden, van een der
gelijk inkomen met een gezin rond
te komen. Vooral wanneer men nog
de stijgende huren in aanmerking
neemt. c
Het is daarom toe te juichen, dal
de Christelijke Metaalbedrijfsboni
het initiatief tot dit onderzoek heef
genomen. De feitelijke cijfers zijn nt 1
op tafel gekomen en met nog meei f
klem dan voorheen zal nu aangedron- j
gen kunnen worden op maatregelen
ter verbetering van de positie der i
laagstbetaalden.
Het was ook in de eerste helft van
1958, dat oud-minister Suui'ioff hel
aantal „minimumlijders" in Neder
land niet hoger schatte dan enkele 1
duizenden. Dit ministeriële cijfer 1
blijkt thans wel enige correctie te
behoeven. De bereidheid, die de re
gering heeft uitgesproken tot een
onderzoek naar de wenselijkheid
van een wettelijk minimum loon,
krijgt in het licht van deze recente
gegevens uit de metaalindustrie nog
meer nadruk. Ook deze erfenis van
de geleide loonpolitiek maakt het
nog weer eens duidelijk, dat in Ne
derland het tijdstip voor wijziging
van het loonpolitieke systeem wel is
aangebroken.
Remonstrantse Broederschap
De jaarlijkse Algemene Verga
dering van de Remonstrantse
Broederschap werd in afgelopen
dagen te Rotterdam gehouden.
Uit de verslagen van de com
missie van de gemeenten bleek
dat het ledental een zeer lichte
achteruitgang vertoonde en nu
20780 bedraagt verdeeld over 34
gemeenten en 10 kringen.
Niet zonder zorg wordt vrij algemeen
een daling van het kerkbezoek gesigna
leerd. Anderzijds worden ook vele nieu
we hoopgevende intitiatieven om het ge
meenteleven te versterken gemeld. Aan
het Seminarium te Leiden is de aanwas
van nieuwe predikanten bevredigend. De
exploitatie van „De Hoorneboeg" bij Hil
versum, centrum voor conferentie- en
retraitewerk, blijft zorgelijk, al bracht
een landelijke actie hier enige verlich
ting.
Dank zij de vorig jaar verhoogde bij
drage der leden aan de Broederschap
werd een voordelig saldo van bijna
ƒ20.000 geboekt. De vergadering besloot
dit ten goede te laten komen aan de
uitkering van kindergelden aan de pre
dikanten, zoa'at thans ook studerende
kinderen tot 25-jarige leeftijd hiervan
kunnen profiteren. Plannen tot viering
van de 400-jarige geboortedag van Armi-
nius, een der geestelijke vaders van
het Remonstrantisme, werden aangekon-
Andere benadering
Het onderwerp „Gemeente en
Gemeente" werd behandeld door dr. J.
A. de Koning, voormalig Remonstrants
predikant te Utrecht, thans voorzitter
van de VPRO en prof. dr. G. J. Hoender-
daal, hoogleraar van het Seminarium.
Dr. De Koning wees op de groeiende
afstand tussen kerk en gemeente ener
zijds, grote scharen van tijdgenoten an-
a'erzUds. Tegelijkertijd is er in brede
kring toenemende onvrede over de ver
schraling van het moderne levenskli
maat en een verlangen dit tegen te gaan.
Dit complex van vragen wordt aange
duid met de term „voor-gemeente".
In deze situatie moet het eigen karak
ter van de gemeente vooral gehandhaafd
worden. Maar ook de „voor-gemeente"
heeft recht" op zekere erkenning. Het
gaat erom de „dispositie tot geloven" bij
mensen zoveel mogelijk te redden er
te wekken. De Broederschap, die zowe!
de rooms-katholieke en protestants-
christelijke zuilenvorming afwijst en ook
niet tic sectarische kant op wil, zal dit
op eigen wijze moeten doen.
Uit zijn ervaringen bij de VPRO was
het spr. intussen wel zeer duidelijk ge
worden dat een grote groep momenteel
hunkert naar een nieuwe benaderings
wijze, zonder traditionele omhaal, een
voudig en zo menselijk mogelijk. Spr. zag
hierin voor het vrüzinnig-protestantisme
grote mogelijkheden, omdat het verlan
gen naar een Evangelisch-beademd, leef
baar leven allerwege te herkennen
Maar hier zal brade samenwerking
dig zijn.
Liberaal klimaat kwijt
Prof. Hoenderdaal memoreerde dat
vele wereldlijke instanties kerkelijke ta
ken hebben overgenomen (sociale zorg,
psychologische adviezen, godsdienstles
sen) maar dat de Kerk zich niet zal mo
gen terugtrekken uit al deze sectoren.
Centrum van al haar functies blijft ech.
ter de eredienst. Van groot belang is het
dat (Tere in het levensritme zijn vaste
plaats zal behouden. Daarbij moet beseft
dat de wereld vraagt om duidelijke,
zichtbare gestalte en zich niet laat win
nen door vage algemeenheden. Meer dan
ooit zal juist het deelnemen aan tie ere
dienst op zich zelf reeds laten zien dat
men ernst maakt met het geloof.
De Remonstrantse Broederschap is
haar steun in het algemene liberale le
vensklimaat, zoals zü die in de 19e t._
ondervond, kwyt. De gevaren van chris
tendom, dat tezeer met tfe cultuur ver
bonden is, worden thans terdege beseft.
Bezinning op de vraag wat voor Re
monstranten de kern van het Evangelie
is, blijft zeer nodig, nu zowel de a-chris-
telijke buitenwereld als de oecumenische
samenwerking uitdagen het eigen stand"-
punt zo helder mogelijk bewust te zijn.
Karakter wint het altijd van verwate
ring!
Discussie
bij alle studie over <fe ont-kerkelijking
ook het vraagstuk der her-kerkelijking
en haar mogelijkheden vooral niet te
vergeten.
Prof. Van Holk uit Leiden wees er op
dat het geloof in God voor ontelbaren
een onbegrijpelijke aangelegenheid blijkt
te zijn. Heel vaak faalt de kerkelUke i
verkondiging om voor deze mensen op
klare en bevattelijke wijze duió'elijk te
maken wat hiermee bedoeld wordt. Be
sproken werd ook de noodzaak om spe
ciale groepen (huisvrouwen, jonge echt
paren, beroepsgenoten) dienstbaar tema
ken aan tie vormingstaak van de kerk,
in welke kringen niet alleen gediscus
sieerd moet worden maar ook het gods
dienstige element tot zijn recht moet
komen.
Benoemingen
De vergadering benoemde tot Thesau
rier der Broederschap mr B. Moret, te
Rotterdam. Tot curator aan het Semina
rium werd herkozen prof. mr. J. V. Ryp-
perda Wierdsma. Het vast-lidmaatschap
der Algemene vergadering werd toege
kend aan o'e oud-hoogleraar der Broeder
schap prof. G. J. Sirks, benevens aan de
emeriti-predikanten mej. ds. A. G. Gün-
ther en ds. W. Mackenzie.
De tweede vergadering werd aange
vangen met een korte liturgische dienst,
waarbij moderne psalmzettingen werden
gebruikt na toelichting door Wim ter
Burg. Aan het einde van de eerste dag
bood de ontvangende Rotterdamse ge
meente een boottocht door de havens aan
waarna een gemeenschappelijk diner
plaats vond in „de Maas".
BENOEMINGEN
Benoemd tot onderwijzeres: aan de
Chr. Nat. School te Veenhuizen, mejuf
frouw M. W Mulderte Hellendoorn; aan
de Chr. Nat. School te Makkum, me
juffrouw W Boschma te Folsgare; aan
de Samuelschool te Polsbroek, mejuf-
frouw S. Zijderlaan te Stolwijk; aan de
Andreasschool te Nijmegen de damës G.
Leenheer te Delft en P. de Boer te Noor
den; aan de nieuwe Christ. Nat. School
te Amersfoort mejuffrouw H. C. van der
Kooi te Alphen aan de Rijn: aan de
Dr. V. H. Rutgersschool te Hilversum
mejuffrouw M. J. Allon te Hilversum;
aan de school met de Bijbel te Nijbroek
mejuffrouw W. Heenvliet te Twello; aan
de Willem de Zwijgerschool te H.I. Am
bacht mejuffrouw J. J. Boerst te Wijn
gaarden: aan de Nieuwe Chr. School te
Leimuiden mejuffrouw M. van Gaaien
te Amstelveen.
Benoemd tot onderwijzer: aan de Chr.
School te Ouddorp (Z.H.) H. A. Broer te
Ede; aan de Emmaschool te IJmuidcn-
Oost. C Geljon te Amsterdam; aan de
Dr H Colijnschool te Den Haag J. W.
de Vries te Loosduinen W. A Noorde
man te Den Haag (tijd.); aan de Chr.
School te Uddel J. A. Almekinders te
's-Hertogenbosch; aan de Elout van
Soeterwoudeschool te Emmen B. J. van
der Molen te Appingedam; aan de lage
re landbouwschool te Resteren F. A. de
Graaf te Deventer; aan de C. W. Lub-
bersschool te Wildervank P. Jager te
Oude Pekela: aan de Kon Emmaschool
te Apeldoorn J. Boel te Apeldoorn: aan
de Marnlxschool te Hengelo H. de Groot
te Amsterdam: aan de Dr. de Visser-
school te Hengelo J C. Eiber? te Loo«-
duinen; aan de Chr. V G.L.O.-school t«
Almelo G Mulder te Almelo.