CHRISTELIJK /Uda. Kritische zelfstudie van gereformeerd beginsel Chr. geref. predikanten herdachten Calvijn Gedurende eeuwen reeds mij ding van Avondmaal Ontsnapt langs Krakatau Eert woord voor vandaag Kanttekening Bezinning nodig op de kern van liet evangelie t7"N Steeds kleiner wordende gereformeerde eilandjes JN het blad van de Confes- sionele Vereniging Het her vormd Weekblad" schrijft ds. H. G. Groenewoud over de plaats van de gereformeerde gezindte tn het kerkelijk leven. De schrijver heeft het gevoel dat er nog wel een taaie vast houdende en stoer doorzettende groep is, maar dat zij zo klein geworden is dat zij nauwelijks meer meetelt: DE toekomst is niet aan het ge reformeerd beginsel; het is verouderd, heeft afgedaan, mist werfkracht, de volgende generatie is ervan vervreemd. Men kan dit afval noemen, het zien als een teken van gees telijke en morele achteruitgang. Waar gaat het heen met de kerk, de christelijke zede, de politiek, enz. Zo kan men in paniekstem ming uitroepen, of berustend ver zuchten. Is dit juist, billijk, eerlijk? Werpt men niet de schuld op an deren, terwijl men zelf schuld heeft? Kritische vragen Ik meen, dat we, als gerefor meerden, zullen we onze taak weer kunnen vervullen, moeten beginnen met onszelf enkele kri tische vragen te stellen. Het ge reformeerd beginsel is niet een macht die op zichzelf, los van de mensen zuiver bestaat en werkt. Het is altijd belichaamd in men sen, en het werkt door middel van de daden van die mensen. Moeten we nu niet erkennen, dat het gereformeerd beginsel bij ve len verworden is tot een holle leus of verschrompeld tot een levenloze traditie? We betrekken de wacht bij het beginsel, zeggen we dan, zeer principieel en ge trouw. Jawel: maar is dit geen zelfbedrog en camouflage voor iets geheel anders? noemden gebrek aan beginselvast heid: zij wijken af van belijde nis en levenspraktijk zoals die bij de gereformeerde gezindheid was ingeburgerd en gezag had ver kregen. Dit verwijt is te begrij pen. Ook in ons blad is er her haaldelijk op gewezen, dat zich een geheel nieuw kerkelijk en geestelijk leven bezig is te ont wikkelen. dat anders is dan dat van het gereformeerde type. Er 2aat een andere geest heersen, d.w.z. hij overvleugelt het gere formeerde. Nu dreigt het gevaar, dat de gereformeerde gezindheid dit in de grond der zaak, ondanks alle protesten, wel aangenaam vindt. En zich steeds meer, met eigen beginsel terugtrekt in een klein hoekje alleen maar kri tisch, negatief verzaakt. Gevaar Dit gevaar is voora. vanwege het remmende, het servatieve, het wantrouwig vrees achtige. dat men er zelf in heeft gebracht en dat in wezen vreemd is aan het gereformeerd begin sel. Het grote, dat dit beginsel roeping zo groot eigen is, het bezielende, werven de. verliest men dan: het wordt klein gedoe, door eigen schuld. Het is nodig, deze dingen ern- stLg te overwegen. Want hiervan hangt het af, of het gereformeerd beginsel nog vertegenwoordigd zal zijn in kerkelijk en volksleven. Men moe: toezien, dat men. op een geheel andere manier. niet hetzelfde doet als wat men de an dere partij verwijt, nl. het gere formeerd beginsel verloochent. Begin van een nieuwe traditie Predikanten- Remming HET gereformeerd beginsel heeft kracht, wil zich ontplooien, wil de kerk en de samenleving hervormen, vernieuwen, doordrin gen. Maar in de praktijk is het vaak zo. dat dit beginsel, zoals het verpersoonlijkt is in mensen, alleen maar remt. verhindert te ontplooien, de samenleving te door dringen. Het ontaardt in behoud zucht, het angstvallig behoeden van enkele steeds kleiner worden de eilandjes gereformeerd leven. Straks zal de grote stroom van het nieuwe de laatste resten over spoelen. Natuurlijk, want het oude overgeleverde, heeft gec vat op de mensen van de nieuwe tijd, de jeugd, die de toekomst heeft te bouwen. Conservatisme is niet de meest geschikte macht om de sa menleving nieuw te vormen Is dit star vasthouden aan het oude ook niet de oorzaak van het twee de euvel waaraan de gereformeer de gezindheid lijdt, nl. de neiging tot verdeeldheid? Veelal meent men te goeder trouw, en stelt men het ook zo voor, dat de ver deeldheid onder de gereformeer de gezindheid het gevolg is van dit, zoals men dan zegt bekrom pen en fanatiek, beginsel. Niets is minder waar. Het eerefor- meerd beginsel stelt de eenheid der kerk en verenigt. Maar de verscheurdheid en verdeeldheid ontstaat door het conservatisme, dat van bijzaken hoofdzaken maakt en star vasthoudt aan wat overgeleverd is, zonder zich re kenschap te geven van de vragen die deze tijd stelt. Dit leidt er toe, dat men wantrouwend staat tegenover ieder die iets anders denkt en handelt. Naar de maat staf van het overgeleverde wijkt hij af van de leer. Hij past niet in het kader. Men vraagt zich niet af, of hij ook vragen stelt, die ge rechtvaardigd zijn; men neemt niet de moeite zich met die vra gen bezig te houden, er een ant woord op te zoeken; misschien is men ook wel niet bij r achte dit te doen: men veroordeelt eenvou dig. verkettert, en een nieuwe scheuring is een feit geworden. Op deze manier blijft ten slotte de mee$t conservatieve als de meest getrouwe alleen over. Is dit overdreven? Misschien. Maar het zit er in. Tegenstelling XVTE zijn momenteel beland bij W een grote tegenstelling; die van doorbraak met al wat daar mee samenhangt en gereformeer de gezindheid. Bij de laatste trouw aan Schrift en belijdenis. En die verwijt dan de eerstge- Beroepingswerk NED. HERV. KERK Bedankt voor Ommen, Ov.: A. J. de Jong te Scheveningen; voor Vreeswijk Itoez.): J. Smit te Groot-Ammers. Benoemd: tot dir. bijz. gezinszorg te Rotterdam: H. J. ter Haar Romer.y, jeugdpred. te 's-Gravenhage. GEREFORMEERDE KERKEN Beroepen te Aardenburg: A. J. Ver beek, kand. te 's-Gravenhage; te Bant, N.O.P.: J. G. M. Schout te Den Bom mel. Bedankt voor Numansdorp: P. C. L. de Jager te Raamsdonk en Drimmelen; voor Rijswijk. Z.H. (3de pred. pl.»W. Griffioen te Nijkerk. DOOPSGEZINDE BROEDERSCHAP Kruiswoordpuzzel Horizontaal: 1. predikant - gewicht (afk.); 2. niet van hetzelfde gevoelen - oude lap: 3. deel van de bijbel (afk) - bijwoord - voorzetsel- ligplaats voor schepen: 4. lengtemaat (afk.) - glijvoer- tuig - tijdrekening; 5. voedsel - lid van het Hogerhuis in Engeland - kippen loop; 6. zuiver - familielid - sportterm; 7. boom lidwoord - interval van ne gen tonen; 8. wordt gezongen - voeg woord (Fr.) telwoord; 9. klap - ont kenning (Eng.) - soort. Verticaal: 1. duister - verouderd woord voor ivoor; 2. voorvoegsel - meis jesnaam geluid van een ezel: 3. vo gel zuigbuis; 4 land in Europa - van het teken af te herhalen (afk. in de muziek); 5. onbekende uitroep - wor tel; 6. wereldtaal; 7. op een andere plaats - aardsoort; 8. bijwoord - beken de afkorting; 9. gewicht (afk.) - gem. m Groningen. Het Zuidamerikaanse christelijke radio station HOXO in Panama heeft haar kracht opgevoerd tot 5000 watt. Voor 1949 werkte er slechts een dingsgeuootschap op het eiland Formo sa. Nu meer dan 60. Het aantal zen delingen Is gestegen van 12 tot 45. On geveer 25 pet. van de studenten aan de twee universiteiten zijn belijdende christenen. Van de totale bevolking is echter slechts twee procent christen. vergadering werd conferentie In de conferentie-zaal van hotel ,,De Cantharel" te Ugchelen heb ben de christelijke gereformeerde predikanten dinsdag en woensdag 2 en 3 juni op waardige en bijzon der levendige wijze de reforma tor van Genève herdacht. Drie hoogleraren van de Theologische School te Apeldoorn zorgden voor de referaten, die een bepaald aspect van het levenswerk en de betekenis van Calvijn belichtten. De conferentie kreeg echter een bü zonder actueel karakter omdat telkens weer in de discussies de hedendaagse vragen in het licht van Calvijns uit spraken naar voren kwamen- Voor het eerst kwamen -de christelijke gerefor meerde predikanten niet op hun gebrui kelijke predikantenvergadering bijeen, maar in een conferentie. Men was eensgezind van mening dat de onderlinge gemeenschap op deze ma- f nier versterkt werd en besloot het be-1 stuur te machtigen ook in het vervolg deze vorm van vergaderen te gebruiken De aftredende bestuursleden prof. W. Kremer en ds. Heerma van Veenendaal werden bij acclamatie herkozen. Soteriologie Prof. dr. J. van Genderen sprak over ..De soteriologie van CalvUn". Tot dus ver werd deze niet nadrukkelijk aan de orde gesteld In de omvangrijke Cal- vyn-literatuur. De spreker gaf een uit voerige analyse van Boek III van de Institutie- De verwerving van het heil en de toepassing zijn bij CalvUn nauw verbonden. De Heilige Geest is de band tussen beiden Christus Is het subject van de toepassing. Het geloof functioneert doordat het betrokken is op het Woord, de belofte. In het geloof onderscheidt Calvijn de verlichting en bezegeling; kennis en vertrouwen beiden zijn het werk van de Geest. Het kennen dat Calvijn op het oog had is geen rationeel kennen. Het geloof bestaat nooit zonder de vrome gezindheid. De bekering is geen stadium aat ae gelovigen passeren, maar is over het nele leven uitgestrekt. Zondag 33 ademt de geest van Calvijn. De rechtvaardiging wordt door Calvijn behandeld na be kering en heiligmaking. De laatste is voor Calvijn geen aanhangsel, maar as pect van het heil in Christus De recht vaardiging geschiedt alleen door het ge loof, maar het geloof blijft nooit alleen Rechtvaardiging en heiliging zijn voor hem dan ook de beide delen van de verlossing het eerste Christus' pries terlijk en het laatste Zijn koninklijk Dieper dan iemand anders heeft Cal vijn nadruk gelegd op de heilszekerheid Zijn door en door schriftuurlijke soterio logie is in de Geref. confessies vastge legd. Voor zijn tijd was Calvijn's bood schap een nieuwe leer. waardoor het Evangelie in een nieuw licht kwam te staan. Opleiding Prof. J. Hovius hield woensdagmorgen een causerie over de betekenis van Calvijn voor de Opleiding van Dienaren des Woords. Eerst werd een tekening gegeven van de droeve verwording der opleiding in de Middeleeuwen. Naar mate de Kerk minder Woord- en meer Sacramentskerk werd werden de eisen lager, althana anders gesteld. ming tussen de andere wetenschappen die zich met de mens bezighouden, wet- ticisme en traditionalisme; het ontheo logisch karakter. In dit verband is het goed naar Cal vijn te luisteren- HU schreef geen handeling over het pastoraat. Maai pastoraat was geen aanhangsel. ZUn theologie vraagt om het pastoraat. Kan selarbeid werd door hem niet over geaccentueerd. Calvijn bleef pastor. HU had altijd de schapen en de kudde op het oog. Vooral de predikantennood in Frank- Breedvoerig ging referent in op de rijk deed Calvijn besluiten zijn acade- achtergronden van Calvijn's pastoraal, mie te openen. Calvijn heeft veel van Gewezen werd op de typische antinomie: zijn studenten geëist. Boven alles stelde enerzijds werd de zondige mens laag hij de eis van zedelijke-geestelijke kwa- neergedrukt en anderzijds opgewekt liteiten. De godsvrucht en gemeenschap tot bovennatuurlijke inspanning. Het met Christus; de dagelijkse omgang Woord Gods was zijn richtsnoer. Zijn de Schrift en offerbereidheid mocht Schriftgeloof geeft hier de doorslag Hij bij geen a.s. dienaar des Woords ont-1 was door en door religieus en niet dog matisch Religieuze kennis van he' zond Calvijn broodnodig Uit- schetste de spreker Calviji Het Convent van Wesel besloot ook Woord tot oprichting van een Theologische School, welk besluit nooit is uitgevoerd. Eerst door en na de Afscheiding kon het oude ideaal van Calvijn lijkt worden. Pastoraat De laatste referent avondmaalspi aktijk. waarbij vele prak tische opmerkingen voor het pastoraat van vandaag werden gemaakt. Sterk legde Calvijn in zijn pastoraat nadruk op de taak van de christen. We moeten steeds bekwamer worden tot de dienst waartoe God ons roept. Hij was ook de pastor in de kerk. die de gemeenschap der kerk wilde bevorde ren. Pastorale motieven doen hem hon- de "verhooide theoretische belangstelling j geren naar de ware Oecumene. Bij de zijn er verschillende factoren, die het huidige hernieuwde bezinning op het pastoraat bedreigen: verwaarlozing; het'pastoraat is het stimulerend zich met opzien tegen de ontmoeting; de beklem-1 Calvijns pastoraat bezig te houden. Calvijn heeft met grote klem de schriftuurlijke eisen voor de dienaren des Woords gesteld en opnieuw gefor muleerd. Het subjectivisme van de do- persen heeft hij afgewezen, Met nadruk heeft hij onderstreept dat de dienaar des Woords bekwaam moest zijn om te leren, zoals de oude kerk dit ook reeds gesteld had Daarom was het zijn ideaal om tot scholen te komen, waar predikanten konden worden opgeleid. Confessionele Vereniging Valse traditie en vrees voor het heilige (Van een onzer verslaggevers) ZELFONDERZOEK Kan iemand tot ambtsdrager ge kozen en bevestigd worden, als hij niet deelneemt aan het heilig avond maal? Over deze vraag heeft prof. dr. A. F. N. Lekkerkerker, benoemd tot kerkelijk hoogleraar te Groningen, opo de conferentie der Confessionele Ver- hef'zVlfondeVzo'eV'Ts richten van afnemende frequentie. Joh. Chrysostotnus verklaarde al, dat hij voor niets aan het altaar stond omdat men niet deelnam aan de eucharistie. Hij had daar echter zelf schuld aan. omdat hij de viering van het sacrament maakte tot een cultus van heiligheid aanbidding; dat maakte de mensen vreesd om met het heilige in aanraking te komen eniging gesproken. Er bestaat antwoord verschil van mening. Een classicale uitspraak van 1957 ant woordde bevestigend, een andere clas sis gaf in 1958 een ontkennend ant woord. De generale synode zelf heeft november 1958 uitgesprokendat het op grond van schrift, belijdenis kerkorde onmogelijk is om schei ding te maken tussen het ambtsdrager zijn en het deelnemen aan de viering an het heilig avondmaal. Prof. Lekkerkerker stemde zelf in met de uitspraak van de synode, maar toch zei hij het te betreuren, wanneer uit de- e zaak grote moeilijkheden zouden ont- taan in de gemeenten. Dit kan heel gemakkelijk, wanneer zulk een uitspraak gehanteerd wordt als een machtsmiddel in de kerkelijke strijd. De zaak waarom het hier gaat. doet zich vooral voor in ultra-gereformeer de gemeenten. De hoogleraar vertelde, dat hij zelf was opgegroeid in derge lijke gemeenten. Diakenen gingen niet aan het avondmaal. ouderlingen meestal wel, ofschoon men het bijzon der vroom vond, wanneer een ouder ling de bediening eens oversloeg en alleen bleef toekijken. De oorzaak van deze schroom om deel te nemen aan het sacrament wordt vaak gezocht in de geschriften der zg. nadere reforma tie (De Labadie. Schortinghuis e.a.>, die in de ultra-gereformeerde gemeen ten nog wel worden gelezen of er in elk geval gezag hebben. In werkelijkheid is de mijding van hel avondmaal al veel ouder. Lang vóór de reformatie heeft zij de kerk al veront rust. En ook vandaag wordt de mijding niet alleen bij de meest rechtse ortho doxie gevonden, maar ook in gemeenten en kerken van gans andere ligging, ja ■zelfs bij Rome. De argumenten die men vandaag hoort aanvoeren tegen de deel neming aan het avondmaal zijn al meer dan duizend jaar oud! Tot aan de 4e eeuw was het gewoon- In de reformatietijd bespeurt m« opleving. Het avondmaal heeft plaats in de gemeente. Maar dan komt de nadere reformatie, waarin Wilh. a i Brakel c.s. grote nadruk gaan leggen op wej waar(jj£ De wereldvermaarde deodorant-stick regelt de ▼oorkomt de 41 geval: alleen zelfmoordenaars zoals wij zwerven rond middenin een wervelstorm in plaats van een veilige haven op te zoeken; en bovendien: iedere torpedo- bootkapitein die zijn positieven bij elkaar heeft, zou zich koest houden tot hij ons op zo kort mogelijke afstand in het volle licht van zijn schijnwerpers kon zetten." Findhorn knikte. „Ik denk er precies eender over Heb je enig idee wathet dan wel kan zijn. Kijk aeiwlerWdichterbi). Het verandert inderdaad niét van plaats. Het zou een duikboot kunnen zijn, die hoort dat er iets groots en zwaars aankomt, maar niet zeker is van onze richting en snelheid, en nu wel zou willen dat we antwoord gaven, zo dat ze beter zou kunnen richten." „Dat klinkt niet bepaald overtuigd. „Dat ben ik ook op geen stukken na, kaPll£'"- Alleen maak ik me geen ogenblik benauwd. Met een zee zoala er op het ogenblik een staat, zou iede re duikboot zo op en neer dansen dat ze zells de Queen Mary" op dertig meter afstand nog mei zou kunnen raken." „Akkoord. Naar alle waarschijnlijkheid is het dan toch datgene wal iedereen voor vanzelfsprekend i deer ALISTAIR MAC LEAN (vertaling Rob Limburg) pitein?" Farnholme was woedend van ergernis. „Waar dient al dat lawaai toch voor? Die gewel dige claxon van jullie toetert mijn oren gewoonweg ka*Dat spijt me verschrikkelijk, generaal." Find- horns stem klonk effen, beleefd en ongeïnteresseerd „Dat is ons alarmsignaal. We hebben licht in zicht gekregen. Dat - te gaan? Ook in het oude gere formeerde avondmaalsformulier krijgt de zelfbeproeving een veel te zwaar ac cent. Te weinig wordt daarin gewezen ■op het gemeenschapskarakter van het sacrament. valse traditie, uit vrees om zich te bezondigen, uit huivering voor het heilige blijft men in ultra-gerefor meerde gemeenten van het avondmaal weg (in Zuid-Holland bijv. neemt in de geref. bondsgemeente Monster slechts pet. deel aan de viering, doch in het angrenzënde Terheyde, dat een andere ligging heeft 56 pet.). Overigens sluimeren deze vragen in ille gemeenten. Er bestaan wijkgemeen- ten vol activiteit op allerlei terrein, be halve als het avondmaalszondag is. Het sacrament is niet organisch verbonden met het leven der gemeente. Als middelen ter verbetering prof. Lekkerkerker aan: een betere uitleg van Paulus' avondrrmalsvoor- schriften in I Cor. 11, een goede voor bereiding (niet alleen in de voorbe- reidingspreek), een minder strakke liturgische ordening, de invoering een nieuw formulier dat ook aandacht geeft aan het gemeenschaps- wachtingskarakter (hoewel de zelf beproeving natuurlijk blijven moet, maar dan onlosmakelijk verbonden met de nodigingen, als uitvloeisel daarvan een goede ruimte voor de avondmaalsviering in de kerkgebou wen. Teveel ziin de kerkenook de nieuwe nog, gehoorzalen. Er is geen ruimte voor het sacrament; dat werkt belommerend op de viering ervan. Voorts hebben op de conferentie nog gesproken prof. dr. G. C. van Niftrlk te Amsterdam en dr. H. Schroten te Rot- terdam-Charlois. ZU behandelen beiden de vraag- Wat moeten wU verstaan der beroep op Gods Woord? Prof. Van Niftrik concludeerde, dat het beroep op Gods Woord voor hem betekent: het beroep op de levende Heer. zoals HU zich door zUn Geest In de ge meente openbaart. Dr. Schroten zei, dat het beroep op Gods Woord voor hem was: het beroep op de levende Heer, zoals Hij zich door z(jn Geest in de Helllg'e Schrift open baart. In de levendige discussie, die op deze uiteenzettingen volgde, kwamen aller- lel zaken naar voren, waarin men «lob op Gods Woord heeft beroepen. o.a, de kwestie van de vronw in het ambt. Luther-zaal zou communistisch museum worden Het Oostduitse communistische fime overweegt de Luther-zaal te Wit tenberg, de belangrijkste historische plek' van de Lutherse Kerk. tot communistisch museum te maken, dus wordt in protestantse kringen Een definitieve beslissing zal op de volgende bijeenkomst van de districts- raad te Halle worden genomen, aldus de zegslieden De Luther-zaal dient thans voor hei tentoonstellen van historische kerke lijke documenten uit de tijd van d£ reformatie Adr, hóudénT dïe niet 10 achterdochtig was als dobberen daar mensen rond in een open boot of 0n een vlot en ze hebben dringend hulp nodig Maar laten we geen risico's nemen. Telefoneer de manschappen bij alle kanonnen, dat ze op dat licht moeten richten, en met de vinger aan de trekker gereed moeten blijven staan. En laat Vannier hier komen. Geef beneden order zo langzaam mogelijk te varen." J .Jawel, kapitein." Nicolson verdween in de stuur hut en Findhorn wilde weer door zijn kijker turen, maar liet opeens een geërgerd gebrom horen, toen iemand tegen zijn elleboog stootte. Hij liet zijn kij ker weer zakken, draaide zich half om, en wist al wie het was voor de man sprak: zelfs in de open lucht was de dranklucht bijna niet te harden. Wat gebeurt er in vredesnaam noü weer, ka- verdacht het begin zijn van ...cu.rc moeilijkheden." Zijn stem veranderde heel even van klank. „En ik ben bang dat ik genoodzaakt ben u te verzoeken hier weer vandaan te gaan. Nie mand mag op de brug komen zonder mijn permissie. Het spijt me voor v „Wat?" De stem iets onbegrijpelijks Farnholme klonk alsof men .„J i hem verlangde. ..U denkt toch zeker niet dat dat ook op mij van toepassing ..Inderdaad is dat het geval, hoezeer het me ook SPHetVbegon nu te regenen, steeds harder. De gro te, dikke druppels kwamen zo zwaar op zijn schou ders neer, dat hij door zijn ollejas heen hun gewicht kon voelen: dat betekende onvermijdelijk voor de zoveelste maal doornat worden, en dat vooruitzicht beviel hem maar matig. .,U zult naar beneden die nen te gaan. generaal." Vreemd genoeg protesteerde Farnholme niet. Hl] zei zelfs geen woord, maar draaide zich met een ruk om en verdween in het duister Findhorn was er vrijwel zeker van dat hij niet naai beneden was gegaan, maar achter de stuurhut in het donker was blijven staan. Niet dat dat er iets toe deed: er i ruimte genoeg op de bruj, maar Findhorn kon eenmaal niet hebben dat iemand over zijn schouder stond te kijken wanneer het spande en hij snelle beslissingen moest nemen. Juist toen Findhorn weer door zijn kijker keek, was het lichtsignaal er weer; dichterbij ditmaal, veel dichterbij, maar zwakker: de batterij in die zaklantaarn was bezig uit te doven, maar toch nog helder genoeg om op te merken dat er nu iets anders werd geseind; niet langer de aanvankelijke reeks lichtflitsen, maar een niet te miskennen S O.S. drie korte flitsen dan drie lange, en weer drie kor te, het algemene noodsein op zee. „Hebt u me laten roepen, kapitein?" Findhorn liet zijn kijker zakken en keek om. „O. ben jij dat, Vannier. Het spijt me dat ik je er in dit noodweer op uit moet - sturen, maar ik heb een vaste hand nodig aan de seinlamp. Heb je zc net dat signaal gezien?" „Ja. kapitein. Iemand in nood. veronderstel ik?' „Dat hoop ik." antwoordde Findhorn grimmig „Haal de Aldis voor de dag en vraag eens wie het is." Hij keek om toen de deur van de stuurhut openging. „Mijnheer Nicolson?" „Ja, kapitein. We zijn op alles voorbereid, vooi zover dat mogelijk is. Iedereen staat bij zijn kanon en ze zijn allemaal zo vinnig, na wat er de laatste paar dagen is gebeurd, dat ik alleen maar bang ben dat er een te vroeg zal schieten. En ik heb de bootsman een paai spreidlichten laten hijsen aan stuurboord, ter hoogte van de derde tank. Een paar mannen die niet bij de kanonnen nodig zijn. houden een vangnet buiten boord." „Dank u. stuurman. U denkt ook aan alles. Wat zegt u van het weer?" „Nat," antwoordde Nicolson stuurs. Hij trok de doek om zijn hals wat steviger aan, luisterde naar - het klikken van de trekker van de Aldis en keek faciliteit der geneeskunde, en prof dr naar de witte lichtstraal, die zich een weg boorde G. E. Meulema, benoemd tot gewoon door het regengordiln. „Nat - het zal nu wel weer hoogleraar in de faculteit der godge- gauw gaan stormen ook. Maar ik heb er geen idee leerdheid aan de Vrije Universiteit te van waar en wanneer we de volle laag zullen krij Amsterdam, zullen vrijdag 19 juni gen Ik heb het gevoel dat we hier weinig hebber, tijdens een openbare zitting van de aan de wet van Buvs Ballot en aan ons boek over naat der VU in de Woestduinkerk hun tropische cyclonen." (Wordt vervolgd) lambt aanvaarden. Examen doen? Bent U enige dagen voor die tijd reeds onrustig, neem dan Mijn- hardt's Zenuwtabletten, dan on dervindt U reeds van te voren hoe rustig, beheerst en heider- denkend U er door wordt en blijft. Ambtsaanvaardingen aan de V.U. Prof dr. A. L. Janse de Jong. be noemd tot gewoon hoogleraar faciliteit dei G. E. Meu I hoogleraar De brief van Johannes werd gericht tot drie soorten mensenj kinderen, jongelingen (waarom heeft de nieuwe vertaling dol woord eigenlijk gehandhaafd?en vaders (I Joh. 212, I3Jj Maar hij denkt in dit verband niet aan leeftijden. Eerst spreekt hij tot de kinderen en schrijft hen „want d\ zonden zijn u vergeven om Zijns naams wil". Dit zijn di mensen die pas kort tot het geloof waren gekomen. In dij tijd was het aantal volwassenen, die naar de gemeente over kwamen, veel groter dan het aantal kinderen dat binnen d gemeentekring werd geboren. Deze volwassenen hadden alle g een bewuste bekering beleefd. De wetenschap, dat hun zondei gj nu volledig waren vergeven en zij niet voortdurend offerande a behoefden te brengen en niet blijvend in angst behoefden t T verkeren, beheerste heel hun gedachtengang. Johannes wil als het ware zeggen, het eerste wat een christe\ gaat beseffen als zijn geloof werkelijkheid wordt is dat er eer last van hem is afgenomen. Wat zegt zondenver geving ons eigenlijk? Neemt het nog wd een plaats in ons gedachtenleven in? Als we niet beseffen da onze zonden vergeven zijn, kunnen we nauwelijks de diepti I van Gods liefde beseffen en Hem daarom nauwelijks waar achtig liefhebben. TE LAAG GELEID In een van de belangrijkste bedrijfs takken in Nederland is een onder zoek ingesteld naar het aantal werk nemers, dat een netto-inkomen ge niet van minder dan 60 per week. Het betreft hier de metaalindustrie, die ongeveer 170.000 werknemers om vat. Het initiatief tot het onderzoek werd genomen door de Christelijke Metaalbedrijfsbond en het resultaat is verrassend geweest. Alleen al in de metaalindustrie blij ken gedurende het eerste halfjaar van 1958 niet minder dan 17.000 ar beiders een inkomen genoten te heb ben van minder dan 60 per week. Verondersteld mag thans worden, dat het totaal aantal werknemers in Nederland boven de 23-jarige leeftijd (want om deze leeftijdsgroep ging het bij het onderzoek), met een netto-weekinkomen beneden 60, nog aanzienlijk groter is. Zonder meer zal iedereen het er over eens zijn, dat het in Nederland uiterst moeilijk, zo niet onmogelijk geacht moet worden, van een der gelijk inkomen met een gezin rond te komen. Vooral wanneer men nog de stijgende huren in aanmerking neemt. c Het is daarom toe te juichen, dal de Christelijke Metaalbedrijfsboni het initiatief tot dit onderzoek heef genomen. De feitelijke cijfers zijn nt 1 op tafel gekomen en met nog meei f klem dan voorheen zal nu aangedron- j gen kunnen worden op maatregelen ter verbetering van de positie der i laagstbetaalden. Het was ook in de eerste helft van 1958, dat oud-minister Suui'ioff hel aantal „minimumlijders" in Neder land niet hoger schatte dan enkele 1 duizenden. Dit ministeriële cijfer 1 blijkt thans wel enige correctie te behoeven. De bereidheid, die de re gering heeft uitgesproken tot een onderzoek naar de wenselijkheid van een wettelijk minimum loon, krijgt in het licht van deze recente gegevens uit de metaalindustrie nog meer nadruk. Ook deze erfenis van de geleide loonpolitiek maakt het nog weer eens duidelijk, dat in Ne derland het tijdstip voor wijziging van het loonpolitieke systeem wel is aangebroken. Remonstrantse Broederschap De jaarlijkse Algemene Verga dering van de Remonstrantse Broederschap werd in afgelopen dagen te Rotterdam gehouden. Uit de verslagen van de com missie van de gemeenten bleek dat het ledental een zeer lichte achteruitgang vertoonde en nu 20780 bedraagt verdeeld over 34 gemeenten en 10 kringen. Niet zonder zorg wordt vrij algemeen een daling van het kerkbezoek gesigna leerd. Anderzijds worden ook vele nieu we hoopgevende intitiatieven om het ge meenteleven te versterken gemeld. Aan het Seminarium te Leiden is de aanwas van nieuwe predikanten bevredigend. De exploitatie van „De Hoorneboeg" bij Hil versum, centrum voor conferentie- en retraitewerk, blijft zorgelijk, al bracht een landelijke actie hier enige verlich ting. Dank zij de vorig jaar verhoogde bij drage der leden aan de Broederschap werd een voordelig saldo van bijna ƒ20.000 geboekt. De vergadering besloot dit ten goede te laten komen aan de uitkering van kindergelden aan de pre dikanten, zoa'at thans ook studerende kinderen tot 25-jarige leeftijd hiervan kunnen profiteren. Plannen tot viering van de 400-jarige geboortedag van Armi- nius, een der geestelijke vaders van het Remonstrantisme, werden aangekon- Andere benadering Het onderwerp „Gemeente en Gemeente" werd behandeld door dr. J. A. de Koning, voormalig Remonstrants predikant te Utrecht, thans voorzitter van de VPRO en prof. dr. G. J. Hoender- daal, hoogleraar van het Seminarium. Dr. De Koning wees op de groeiende afstand tussen kerk en gemeente ener zijds, grote scharen van tijdgenoten an- a'erzUds. Tegelijkertijd is er in brede kring toenemende onvrede over de ver schraling van het moderne levenskli maat en een verlangen dit tegen te gaan. Dit complex van vragen wordt aange duid met de term „voor-gemeente". In deze situatie moet het eigen karak ter van de gemeente vooral gehandhaafd worden. Maar ook de „voor-gemeente" heeft recht" op zekere erkenning. Het gaat erom de „dispositie tot geloven" bij mensen zoveel mogelijk te redden er te wekken. De Broederschap, die zowe! de rooms-katholieke en protestants- christelijke zuilenvorming afwijst en ook niet tic sectarische kant op wil, zal dit op eigen wijze moeten doen. Uit zijn ervaringen bij de VPRO was het spr. intussen wel zeer duidelijk ge worden dat een grote groep momenteel hunkert naar een nieuwe benaderings wijze, zonder traditionele omhaal, een voudig en zo menselijk mogelijk. Spr. zag hierin voor het vrüzinnig-protestantisme grote mogelijkheden, omdat het verlan gen naar een Evangelisch-beademd, leef baar leven allerwege te herkennen Maar hier zal brade samenwerking dig zijn. Liberaal klimaat kwijt Prof. Hoenderdaal memoreerde dat vele wereldlijke instanties kerkelijke ta ken hebben overgenomen (sociale zorg, psychologische adviezen, godsdienstles sen) maar dat de Kerk zich niet zal mo gen terugtrekken uit al deze sectoren. Centrum van al haar functies blijft ech. ter de eredienst. Van groot belang is het dat (Tere in het levensritme zijn vaste plaats zal behouden. Daarbij moet beseft dat de wereld vraagt om duidelijke, zichtbare gestalte en zich niet laat win nen door vage algemeenheden. Meer dan ooit zal juist het deelnemen aan tie ere dienst op zich zelf reeds laten zien dat men ernst maakt met het geloof. De Remonstrantse Broederschap is haar steun in het algemene liberale le vensklimaat, zoals zü die in de 19e t._ ondervond, kwyt. De gevaren van chris tendom, dat tezeer met tfe cultuur ver bonden is, worden thans terdege beseft. Bezinning op de vraag wat voor Re monstranten de kern van het Evangelie is, blijft zeer nodig, nu zowel de a-chris- telijke buitenwereld als de oecumenische samenwerking uitdagen het eigen stand"- punt zo helder mogelijk bewust te zijn. Karakter wint het altijd van verwate ring! Discussie bij alle studie over <fe ont-kerkelijking ook het vraagstuk der her-kerkelijking en haar mogelijkheden vooral niet te vergeten. Prof. Van Holk uit Leiden wees er op dat het geloof in God voor ontelbaren een onbegrijpelijke aangelegenheid blijkt te zijn. Heel vaak faalt de kerkelUke i verkondiging om voor deze mensen op klare en bevattelijke wijze duió'elijk te maken wat hiermee bedoeld wordt. Be sproken werd ook de noodzaak om spe ciale groepen (huisvrouwen, jonge echt paren, beroepsgenoten) dienstbaar tema ken aan tie vormingstaak van de kerk, in welke kringen niet alleen gediscus sieerd moet worden maar ook het gods dienstige element tot zijn recht moet komen. Benoemingen De vergadering benoemde tot Thesau rier der Broederschap mr B. Moret, te Rotterdam. Tot curator aan het Semina rium werd herkozen prof. mr. J. V. Ryp- perda Wierdsma. Het vast-lidmaatschap der Algemene vergadering werd toege kend aan o'e oud-hoogleraar der Broeder schap prof. G. J. Sirks, benevens aan de emeriti-predikanten mej. ds. A. G. Gün- ther en ds. W. Mackenzie. De tweede vergadering werd aange vangen met een korte liturgische dienst, waarbij moderne psalmzettingen werden gebruikt na toelichting door Wim ter Burg. Aan het einde van de eerste dag bood de ontvangende Rotterdamse ge meente een boottocht door de havens aan waarna een gemeenschappelijk diner plaats vond in „de Maas". BENOEMINGEN Benoemd tot onderwijzeres: aan de Chr. Nat. School te Veenhuizen, mejuf frouw M. W Mulderte Hellendoorn; aan de Chr. Nat. School te Makkum, me juffrouw W Boschma te Folsgare; aan de Samuelschool te Polsbroek, mejuf- frouw S. Zijderlaan te Stolwijk; aan de Andreasschool te Nijmegen de damës G. Leenheer te Delft en P. de Boer te Noor den; aan de nieuwe Christ. Nat. School te Amersfoort mejuffrouw H. C. van der Kooi te Alphen aan de Rijn: aan de Dr. V. H. Rutgersschool te Hilversum mejuffrouw M. J. Allon te Hilversum; aan de school met de Bijbel te Nijbroek mejuffrouw W. Heenvliet te Twello; aan de Willem de Zwijgerschool te H.I. Am bacht mejuffrouw J. J. Boerst te Wijn gaarden: aan de Nieuwe Chr. School te Leimuiden mejuffrouw M. van Gaaien te Amstelveen. Benoemd tot onderwijzer: aan de Chr. School te Ouddorp (Z.H.) H. A. Broer te Ede; aan de Emmaschool te IJmuidcn- Oost. C Geljon te Amsterdam; aan de Dr H Colijnschool te Den Haag J. W. de Vries te Loosduinen W. A Noorde man te Den Haag (tijd.); aan de Chr. School te Uddel J. A. Almekinders te 's-Hertogenbosch; aan de Elout van Soeterwoudeschool te Emmen B. J. van der Molen te Appingedam; aan de lage re landbouwschool te Resteren F. A. de Graaf te Deventer; aan de C. W. Lub- bersschool te Wildervank P. Jager te Oude Pekela: aan de Kon Emmaschool te Apeldoorn J. Boel te Apeldoorn: aan de Marnlxschool te Hengelo H. de Groot te Amsterdam: aan de Dr. de Visser- school te Hengelo J C. Eiber? te Loo«- duinen; aan de Chr. V G.L.O.-school t« Almelo G Mulder te Almelo.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 2