Gesprek in het donker AMSTERDAM GAAT KOPENHAGEN NAVOLGEN Het alikruikenvrouwtje ZATERDAG 30 MEI 1959 „Frenk, jij hier." „Geschrokken?" „Verrast is beter Frenk. Ik dacht vanmiddag aan je in een flits." „Wonderlijke opmerking. Ik zie geen verband tussen dat in een flits aan mij denken en dit verrast zijn Julien." „Ga zitten. Ik zal licht maken." „O nee, nee, nee zeg, doe dat niet. Blijf zitten en verstoor deze mooie stille avond niet, dat zou jammer zijn. „Frenk en dan zo romantisch? Dat ben ik niet van je gewend. Je brengt een sfeer nooit zo druk." gespannenheid r of heb ik dat mis? Je spreekt „Alsof we nooit lange gesprekken heb ben gehad." „O jawel, maar je rust, je typische innerlijke zekerheid, in spaarzame op merkingen imponeerde mij altijd zo in je.... Maar nu ben je ergens voor ge komen. Er is iets wat je enerveert." „Misschien heb je wel gelijk Julien. Eigenlijk ben je een bijzondere vrouw. Er valt voor jou moeilijk iets te ver bergen. Ik ben ergens voor gekomen en daarom was ik blij, dat ik je hier aan trof in het donker op het terras. Mis schien klinkt dat wat laf, dat ik beter in donker tegen je kan zeggen wat ik van plan was." „Dat moet nog blijken Frenk. Een haastig oordeel is altijd oppervlakkig. Ik luister.'' „Wel, ik ga morgen terug naar I Afrikaen ik geloof dat dat beter is voor jou en voor mij." Stilte. „Julienwaarom zeg je niets?" j „Wat moet ik zeggen Frenk. Moet ik twijfelen of je dit besluit na rijpe overweging hebt genomen, of vragen: ga niet?" „Nee, je hebt gelijk. Dat is iets wat jou niet zou liggen." „Voor hoelang ga je weg?" Aarzelend, „Ik dacht.... voor goed." „Zonder mij?" „Zonder jou." Stilte. „Vraag je ook niet waarom?" „Maar Frenk, je kondigt dit aan als een onwrikbaar besluit. Zo ben ik dat nu eenmaal van je gewend en de moti vering is alleen aan jou. Want je gaat toch niet weg zonder een verklaring, wel?" „Ik heb het lang overdacht Julien. „Dat is niet waar Frenk. Misschien heb je wel eens met die gedachte ge speeld als ik me niet gaf zoals jij van mij verlangde, maar het besluit om de finitief weg te gaan nam je pas van middag... heel plotseling. Je passage is maar een kwestie van bellen, nietwaar?" „Julien! Verbijsterend.... Hoe weet je dat?" „Dat is helemaal niet belangrijk... ga „Maar dat wordt slopend moeilijk op die manier. Het schijnt dat jij be ter weet wat ik denk, dan ik zelf." „Maak je niet ongerust." „Waarom zou ik Julien. Ik heb niets te verbergen en je zult mijn besluit be grijpen. Toen ik anderhalf jaar geleden de rouwcirculaire van Stevens dood ont ving. was ik er van overtuigd dat ik nog 'een brief van je zou krijgen. Je rekende mij tot je vriendenkring en dat deed me goed. Ik kreeg gelijk. Er stond wel niet in wat ik gehoopt had, maar ik was toch ijdel genoeg te gelo ven, dat wat eens tussen ons geleefd had, een hernieuwde kans zou krijgen nu Steven tussen ons weg was.... Ik hoop dat ik je geen pijn doe met die laatste opmerking, maar ik wil eerlijk zijn.... Je weet, ik heb mij destijds met overtuiging teruggetrokken. Ik moet toegeven, Steven had alles voor op mij. Hij als theoloog kon geven wat je vrome natuur nodig had. Hij intro duceerde je in een wereld waarin je je kon uitleven. „Je moet het begrijpen. Frenk", zei je. Dat was ook een avond waarop wij elkaar in donker ontmoet ten... en ik begreep het, al heb ik je nooit gezegd wat ik dacht en voelde. Dat zou ook geen enkele zin hebben ge had. Nu wel.... Ik ben uit je leven weg gegaan en ik wierp me op mijn werk om te vergeten en ik heb carrière ge maakt. Maar die eerste brief van jou maakte alles weer wakker wat ik ver geten scheen. Onze briefwisseling bracht me eindelijk vol hoop weer hier.... maar Julien.... naar mijn inzicht is het toch geen vergissing geweest. Steven is er nog! Je spreekt en leeft met hem over de dood heen. Dat had je me moe ten schrijven." „Frenk...." „Nee., stil nu... Ik ben met het moei lijkste bezig. Ik wil van mezelf nu hard op horen of ik gelijk heb en ik me niet alles heb verbeeld, of dat ik misschien toch alleen maar mannelijk ijdel ben.... Weet je, als je me kuste dan be hoorde je wezen voelbaar niet mij toe. Ik heb gezien hoe in zulke ogenblikken je ogen de andere zagen.... Ik had kun nen weten hoe er voor jou vrome, inni ge liefde geen grenzen waren in de dood. Soms in het donker leek je de vrouw te worden van vlees en bloed die ik zocht, die beminnen kon, zoals je Steven had bemind.... maar dan was ik niet Frenk, maar dan had voor jou Ste ven zich in mij gemanifesteerd.. Was dat niet gisteravond zo aan het strand, waar je zo vaak met hem op gelijke wijze had vertoefd? Toen we teruggin gen was je verdrietig en ik heb met op zet gezwegen omdat elk woord voor jou en voor mij pijnlijk had kunnen zijn. Verwijten hadden hier DOOR HERM. STEGGERDA geen enkele zin? Steven stond en staat tussen mij en jou en is niet van plan heen te gaan zolang jij voor hem blijft openstaan met hart en ziel. Ik begrijp het en niemand buiten ons zal dat be grijpen en geloven en ik zou dat ook niet geloofd hebben als ik het niet zelf had ervaren als een harde waarheid.... Daarom moet ik weggaan Julien. Lie ver dit afscheid en een herinnering waarin ik je idealiseer, dan je half te bezitten. Geloof me Julien, er is geen man die dit verdragen zal." J^RENK staat op en zuigt vuur aan een sigaret. Dan zegt hij, en zijn stem trilt van nervositeit: „Je zwijgen irri teert me. Doet het je niets? Zegt het je niets?" Julien staat plots naast Frenk aan de rand van het terras. Ze steekt haar arm door die van Frenk en kijkt schuin op naar de schemering van Frenk's ge zicht in het donker. „Geloof je me als ik zeg, dat ik echt van je houd. Dat je heus de enigste bent met wie ik verder door het leven zou kunnen gaan?" „Hoe zou ik dat kunnen.... zo graag als ik dat zou willen Julien. Zo graag als ik je er van zou willen overtuigen, dat je de levenden behoort en niet de doden. Maar het is zinloos om daarover met jou te praten. Op dit ogenblik zou je alles misschien wel willen verande ren, maar je natuur is sterker dan jij. Je buitengewone gevoeligheid voor het bovenzinlijke. Ik betwijfel soms of je voor dit leven wel voldoende belangstel ling hebt. Je speciale vrienden, je boeken, je lezingen... ze behoren niet in de sfeer van het gewone leven... niet tot mijn leven, dat nuchterheid en zakelijk heid vraagt... en toch aan die wereld zal ik je altijd weer verliezen. Ach... Julien, het was mijn bedoeling niet je ook maar ergens te grieven. Huil niet., dat kan ik niet verdragen... we maken het er elkaar alleen maar moeilijker mee. Mijn beslissing nam ik in een toe stand van helder nadenken en overwe gen en het is altijd fout je door zulke ogenblikken vol sentiment te laten be ïnvloeden, want later komt de bezinning „Frenk, als je nu gaat kom je niet meer terug." „Misschien niet. Dat was ook trou wens mijn plan, maar hoe kun je dat zo zeker weten?" „Die flits van vanmiddag, daar ben ik bang voor Frenk. Ik ben bang. Dat heb ik meer gehad. Ik lette er vroeger niet op, maar als het dan gebeurde wat ik in zo'n flitsende gedachte had gezien, herinnerde ik het me weer.... En nu weet ik wat dat betekent en ga ik er niet meer achteloos aan voorbij." „Ah, was dat die zogenaamde flits je sprak?" JULIEN vouwt haar armen om Frenk's hals en haar stem is vol angstige tederheid. „Luister Frenk. Ik stond vanmiddag hier op het terras en opeens kreeg ik een ingeving. Frenk komt vanavond om me te zeggen, dat hij teruggaat naar Afrika en je zult hem nooit meer zien. Frenk... ga niet! Ik ben bang..." „Onzin Julien. Ik geloof niet ingevingen." Julien heftig nu: „Frenk ik zal je nog wat vertellen, wat ik nog nooit aan ie mand heb verteld. Toen Steven naar het ziekenhuis werd gebracht, zag het er nog helemaal niet levensgevaarlijk uit. Maar toen ik van zijn bed opstond in zijn kamer en weg wilde gaan was het of iemand mij zei: Ga terug, neem afscheid, want je zult hem niet levend weer zien. Ik verborg mijn schrik en ik ging terug en hij lachte en troostte mij omdat ik huilend afscheid nam. Je weet, nog voor de avond stond ik aan zijn doodsbed." „Jawel, dat weet ik, maar... „Tante JulieJe hebt haar nog ge kend uit onze studententijd bij mijn ou ders thuis. Ze stond bij vader in de ka mer... Ik zie het nog... Ik was toen nog maar 22 jaar. Ze zei: „Ik ben zo moe ik ga een uurtje op bed liggen op mijn kamer." Op datzelfde ogenblik schrok ik hevig, want het flitste me door, als ik haar straks thee ga brengen vind ik haar dood op bed. Ik heb het erva ren.... begrijp me nu.... Ik wil je niet missen Frenk... geloof me." „Laten we verstandig zijn Julien en niet in de wereld van de boze geesten gaan leven. Ik sta met allebei m'n be nen op de grond en dat kan allemaal wel waar zijn, maar hoe zouden we aan Gods plannen kunnen ontkomen. Wat die mensen is overkomen Was in Zijn plan vastgelegd en wat had een waarschuwing van jou er aan kunnen veranderen. Zou Steven nog geleefd hebben als hij niet naar het zieken huis was gegaan? en je tante als ze niet naar bed was gegaan? Je weet beter. Als het mijn tijd is vindt God mij in Afrika of hiernee, dat speelt geen rol." „Dat is waar... maar we zouden dan samen kunnen blijven." „Het enigste wat mij hier zou kunnen houden is jouw oprechte liefde." „Kus me Frenk..." „Denk over alles nog eens na. Je kunt het vliegtuig nog afbellen." „Ik beloof het je, maar nu moet ik gaan." Twee handen glijden langzaam uit el kaar. Dan voetstappen over het grint. Een lichtflits glijdt over de weg en een wagen rijdt bijna geluidloos weg. Twee rode achterlichten trekken langzaam Julien sloot de tuindeuren alsof ze iets onherroepelijks deed... of aanstonds klimop en spinrag als teken van verval de toegang voorgoed zouden be dekken. Dan gaat ze in donker door het huis naar de slaapkamer en ontsteekt het licht boven de spiegel.. „Is dat mijn gezicht? Zo oud?Steven ik ben eenzaam... angstwekkend eenzaam.. Ik ben bang alleen. Ik wil alles niet vooruit weten. Ik wil leven zoals ieder een. zomaar uit Gods hand. waarom zeg je me alles.. Langzaam keert Ju lien zich van de spiegel en laat zich schreiend op bed vallen, want ze weet, dat ze Frenk nooit meer zal ontmoeten. Er baby-afdeling prijzen niet bepaald laag, Baas ging door zijn inrichting kan Hotel Eg- nont zich dan ook tot de eer- te-klas hotels rekenen. i verpleegster de i de kleine wereldburgers overneemt. Als het weer het maar enigszins toelaat, worden de wiegjes op een afgeschutte plaats van het dak geplaatst. Voor ongeveer 50 per maand Is een student huurder van een droeg. Hij gebruikte goed zijn der ruim 500 kamers. Op elke eta- ogen en toen hii op een goede ee zijn kleine keukentjes, waar dag een tweedehands drukpersje de inwoners een eenvoudige maal- kon kopen, begon hij voor zich- tijd kunnen bereiden. Gelijkvloers ^nYenhu^5Evenals steen worden gelegd van de „Casa Academica" te Amster dam. Op dat ogenblik zal een periode van vier jaar voorbe reidend werk worden afgeslo ten om te komen tot een stu dentenhuis, dat tevens kan worden gebruikt als toeristen- hotel. Met de winst, die zelf. Da^t wilde'overigens nog niet' zijn twee restaurants °2k ',,udenten telen ltos^Pr'js kunnen de z0®ermaa^den enke5le tlcn. Ook begreep hij al gauw. dat je als baas meer verdient dan als knecht, terwijl hij bovendien de leiderscapaciteiten reeds tijdens de zomermaanden wordt gemaakt in het hotel, zal een deel der exploitatie kosten als studentenhuis kun nen worden gedekt. Deze zakelijke combinatie van hotel en studentenhuis is geen Ne derlandse uitvinding. In 1957 vol tooide het kleine Denemarken in Kopenhagen een enorm complex, het Egmont H. Petersens Kolle- gium, waar ongeveer 500 studen ten een goede en goedkope woning vinden. Zó groot zal het Amster damse gebouw evenwel niet wor den. In de Casa Academica zullen rond 360 studenten huisvesting vin den. Groots Uit de omvang van het Kopen- haagse studentenhuis blijkt al, dat de Denen de zaken graag groots mertjes zijn praktisch aanpakken. Dat konden zij in dit geval ook gemakkelijk doen, want de benodigde financiën behoefden niet door particulieren bijeen te worden gebracht en evenmin was men genoodzaakt bij de overheid subsidie kon betalen. Terwijl hij in de dineren, keuken van zijn ouderlijke wo ning de drukorders afwerkte, zat ziin moeder in een kaal huis, want alles wat los en vast zat had zij naar de pandjesbaas ge bracht. Dit was het begin van de druk kerij. die eens de grootste en modernste van heel Scandinavië worden. Egmont H. Petersen aan een ongeneeslijke ziek te, waaraan hij is bezweken op 54-iarige leeftijd. Op zijn aanwij zingen werd na zijn dood in 1914 het fonds opgericht. Uit de winst van het bedrijf zou de bouw van een enorm studentenhuis moeten worden gefinancierd. In 1957 werd de laatste van de drie „blokken" die het complex vormen, voltooid. De buitenkant van het gebouw mag dan door zijn grootte overweldigend zijn, de ka- gezellig gebouwd. Iedere twee kamers heb ben een gemeenschappelijk halle tje, waaraan toilet en douchecel Uggen. Daarna wordt het domein van de studenten of in de zo de toeristen gesplitst Eerste klas De kamerhuur 2 Dit voortreffelijk functionerende Deense studentenhuis is het voor beeld voor de Amsterdamse Casa Academica. De bouw zal rond 6 miljoen bedragen. In 1961 verwacht men. dat het hotel-ge deelte tot stand gekomen zal zijn. begin men aan het stu- :is. Evenals in Kopenha gen het geval is, zullen geduren- tallen studenten een goed beta lende betrekking in het hotel kunnen krijgen. Hiermee zijn niet alleen de studenten gebaat, i gebruikt als hotel. Dan zijn de natie studentenhuis en hotel. werd gefinancierd it H. Petersen Fc naamgever stelde dit fonds Petersen was 17 jaar toen hij i geveer 80 jaar geleden als a; komend drukker zijn loopbaan gon. Omdat hij tevens voor z kloppen. De en kan worden afgeslote: deur. Er wonen in het Eg- ont Kollegium zowel mannelij- als vrouwelijke studenten. [ehuwde studenten, die kleine kinderen heb- en zowel vader als moe de colleges geen be- mogelijk al ben. Moei in Kopenhagen ligt het .kolossale Ook Amsterdam zal een studentenhi is dienst kan doen ah toeristenhotel. DOOR THEA BECKMAN Dicht bij de zee. aan de voet van de duinen stond een huisje van schelpen. Daarin woonde het alikruiken vrouwtje. 's Morgens vroeg liep ze over het strand tot aan de schuimrand der golven en staarde over het woe lige water. Daarna zette ze de handen aan de mond en riep: ..Ahoy. mijn lievelingen, kom 'aan land! En snoep wat uit de tovermand." Dan wachtte ze een paar minuten en zie: de zee i woelig en uit de golven stegen wonderlijke wezens grote vissen met meisjeskopjes en een staart als gekrulde schelp, als een alikruik. Deze alikruikenmeisjes zwommen naar het strand tot voor de voeten van het alikruikenvrouwtje Het waren er zeven. Ze schudden hun lange gouden haren, sloegen met hun gekrulde staarten op de branding en wuifden met hun blanke men naar de zon, die juist boven de duinen kwam ken. Het alikruikenvrouwtje omhelsde de alikruikenmeis jes. opende daarna haar mandje en gaf elk van hen een vers knappend broodje. Daarna verdwenen de zeven verschijningen weer in de golven van de grote zee. Nu gebeurde het eens, dat de prins van dat land een verre reis had gemaakt, helemaal alleen. Omdat hij naar huis verlangde had hij de gehele nacht doorgereden, maar was in het duister verdwaald geraakt. Toen hij bij het opgaan van de zon ontdekte, dat hij zich bij het stille strand bevond, was hij eerst wat verbaasd. „Ik moet verder naar het oosten om weer in de hoofd stad te komen", dacht hij moe. Maar hij besloot eerst enige tijd uit te rusten en wat te eten. Ook zijn paard had het nodig om op verhaal te komen. Dus ging de prins op een hoge duintop zitten, keek uit over de zee en verheugde zich over het spel van de golven en de lichtglanzen op het water. De zon steeg hoger. De prins staarde naar het huisje aan de voet van de duinen, het huisje van de schelpen. Zoiets had hij nog nooit ge- Nog verbaasder werd hij, toen hij plotseling het i-ouwtje met haar mand naar buiten zag komen aan de schuimrand zag lopen. Ze zong haar lied- Daar stegen de zeven alikruikenmeisjes uit de golven omhoog, lieten zich omhelzen, ontvingen hun knappend verse broodje en verdwenen weer, zoals ze waren geko men. De prins, brandend van nieuwsgierigheid, wat dit alles te betekenen had. sprong op, rende van het duin af ontmoette het vrouwtje precies voor de deur van het vrouwtje kalm. „Ik haar schelpenhutje. „Goede morgen, prins", z had u reeds lang verwacht." „Werkelijk?", vroeg de pri ..Ja. Zeven jaren geleden die mij de toekomst kan voorspellen, dat er eens een prins zou komen om de alikruikenmeisjes van hun beto vering te verlossen. Maar ik heb wel lang moeten wach- rtoonde.' „Die zeven wonderschone wezens uit de alikruikenmeisjes?" vroeg de prins. (Volgende week verder) Beste r i nichten, J-ietótockt door mooi CY[ederland Jullie zijn denk ik, heel hard geschrokken, toen ik de twee vorige keren schreef dat er* maar zo weinig brieven met oplos singen binnen kwamen. Deze week kwam de postbode me zo'n grote stapel brengen, dat ik hem vroeg of hij wel aan het goede adres was. Leuk dat jullie weer zulke gezellige brieven schreven. De oplossing van de puzzel was: zand. zeep en soda. Dat hadden jullie bijna allemaal goed gevonden. De hoofdprijs krijgen Ada en Marieke van Es. De troostprijzen zijn voor Joop v. d. Berg en Ineke Dekker. En dan nu de- antwoor den op de grote stapel brie ven van A G. Maaike van Andel is de eerste. Was het gezellig maandag? Heeft Adriaantje moeder ook wat gegeven? Anne ke van de Berg schreef me dat ze een nylon jurk kreeg. Welke kleur Anneke? Mooi zeg. Jij zult me volgende keer wel veel te schrijven hebben over het bezoek van de Koningm Lyda Baardman. Je hebt zeker van jullie huis uit gekeken? Heb je de meisjes Johanna en Tony al gezien Dicky v. d. Berg? Jij hebt dus een gezellige dag achter de rug in de diergaarde. Gaan jullie ieder jaar een dag uit van de vereniging? Corike de Baat is ook al uit geweest. Heb je al foto's genomen met je nieuwe fototoestel? Nico Bergshoeff is een nieuweling in de Brieven bus, welkom hoor. Jan- nie en Corrie Branderhorst zijn allebei weer beter. Jij hebt al heel wat diploma's Jannie. Ga je wel meer met je broer mee Corrie? Sturen jullie de foto maar. ik beloof nog niets. Je bent zeker naar de verjaar dag van Margriet toege- weest Sjanie Bouman? Heb je samen met Hennie de kamer? Ria Burggraaff woont in Woubrugge en is 2e Pinksterdag naar Noord- wijkerhout geweest. Mooi ls het daar hè Ria? Heb je nu al gezwommen in de wetering? Heb je veel plezier gehad op de school reis Els Bronsveld? Het was zeker te koud om te gaan zwemmen? Jouw vader krijgt een mooi ca deau Joke Brederland. Ga Hans van Es is pas naar je vaak zwemmen? Ge- een orgelconcert geweest, ra Brandwijk gaat met de Oma vond het zeker wel schoolklas naar het oorlogs- fijn dat jij ook de hele dag museum in Overloon. Dat kwam op haar verjaardag? is een hele reis Gera. Jij hebt je vast niet ver- Wordt de wandeltocht ai veeld in de Pinkstervakan- gauw gehouden Annie Bui- tie Marleentje Eijgenraam. zer? Hoeveel kilometer Vond je het gezellig in Den moet je lopen? Wouda Haag? Froukje v. d. Bolier stuurde dit keer al- Ende doet mee aan de gro- leen de oplossing. Her- te sportdag die in De Lier ma van Bockel heeft pas wordt gehouden. Doe je een zusje gekregen. Jullie aan een ritmische oefening zijn dus altijd tegelijk ja- mee? Veel plezier op je rig Herma, leuk zeg. schoolreis Annie van Es. Fijn dat de puzzel naar je Ja, dat is zeker erg, dat zin was Enny v. Bloois. de poes als maar vogeltjes Heb ie ook meegedaan vangt. Hoe gaat het met jeVief™ Afcewróken'. met de Sportdag? Frans opa? Wat zullen jullie Bosman gaat ook mee doen leuk spelen met het poppen- met de Brievenbus. Was er huis Mieke var Ee. Jullie in Afrika ook een kinderru- hebt verre reizen gemaakt briek in de krant Frans? op Koninginnedag en Twee- Carla Bouts is ook een de Pinksterdag. Ineke v. nieuwelinge. Tineke Bolt Ee heeft pas meegelopen schreef drie weken geleden met een wandelmars. een brief en daarna niet Gerard Elkhuiren is een Ben je ziek Tineke? nieuweling. Zijn de een pas den er al Nelly en Hans In horizontale richting moeten jullie de kleuren van de aangegeven voorwerpen invullen. In vertikale richting krijg je dan weer een kleur. Welke kleur? Oplossingen insturen voor dinsdag 2 juni. geweest met de huln van jou Hennie van Gaaien. Al vast gefeliciteerd hoor en veel plezier a.s. dinsdag. Wiesjc Gitz schreef me voor de eerste keer. Je brief was nog net op tijd binnen Wlnnifred van Geest, fijn. Help je ook mee in de tuin? Gerrit Goudkamp is pas met de brandweer meegeweest. Jongens en meisjes dit waren de antwoorden op de k_:zijn de Dag allemaal TANTE JOS Jenneke Cornet gaan uiken oi natuurlijk geweldig trots op je nichtje Cocky den Dek ker. Kent ze je al een beet je? Truusjc Derksen heeft haar enkel gebroken Moet het verband nog lang om je been blijven? Dal kers, dat je mee met een school- Chris is lid de padvinderij. Ben je iens mee gaan kampe- Stincke Geluk is De Efteling ge- Ik ben geweest, maar ik ben wel Teunie Dan- vast van plan er nog eens s leert naai- naar toe te gaan. Heb cn eu nu voor jou een je al lang orgelles Jaap Ge- blousje en een jurk maakt, luk? Het valt niet mee Sjanie en Rinie van Dijk een stuk met bijv. vier spelen vaak bij oma en kruisen of mollen te spe- opa. Kunnen jullie goed len hè? Jan de Goede ringen? Mattijs van is naar de Waal geweest. Daalen heeft de Koningin, Kun je daar waar jullie Prins Bernhard en de Sjah waren ook zwemmen? gezien. Nellie van Dron- Spelen jullie zelf ach- gelen is een nieuwelinge, ter de poppenkast Cokkie Heb je een fornuisje ook de Goede? Hebben jullie Nellie? Schrijf je volgen- er veel poppen bij? Wim de keer weer meer Bas de Gooyer schreef over z'n Drleco? Lida van Eljkel vogels. De brief begreep ik is pas zes jaar. Jij kunt al goed hoor Wim. Oma netjes schrijven zeg. zal wel in haar schik zijn Pappa's dochter Pappa's dochter, door Thyra Fcrré Björn. Uitga ve Hollandia, Baarn. Ver taald door Margot Bakker. In deze genoegelijke ro man vormt de opgroeiende oudste dochter van een kin derrijk Fins gezin c' hoofd persoon. waaromheen en in wie grote veranderingen plaatsgrijpen. Knopje, zoals Pappa's dochter wordt ge noemd. heeft een frisse, on gecompliceerde visie op het leven, wat niet wil zeggen, dat de moeilijkheden haar gespaard worden. De schrijfster maakt zich niet op een gemakkelijke manier van de problemen af en als de inmiddels geëmigreerde en getrouwde Knopje haar verdriet heeft uitgevochten heeft de blijheid, die uit dit hele boek straalt een diepte verkregen, die de lezer niet onberoerd kan laten. Een boek waar u van móét genieten!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 18