jufrouw Andringa m wm/£WAi\ PLANKJES MET TIEN GAATJES twiiamnivl De verdwaalde spoorzoekers ZATERDAG 11 APRIL 1959 DE FOUT VAN „En voor aanstaande zaterdag vertalen jullie verder tot aan hoofdstuk vier; herhalen jullie maar vanaf And she knew Heeft iemand nog iets te vragen Het bleef even stil in de vierde klas. Juffrouw Andringa liet een vor sende blik langs alle gezichten glijden. Ze wist van te voren, dat niemand iets op te merken zou hebben, maar het was haar traditionele besluit van elke les. „Goed, dan kunnen jullie je tas inpakken." Zachtjes, haast geruis loos, grepen de leerlingen hun boeken; ze wisten, dat zij het niet moesten wagen, veel lawaai te maken, want dan was „de rat" niet mals met straf werk. De bel rinkelde en met een plichtmatig „dag juffrouw" verlieten ze een voor een het lokaal. JUFFROUW ANDRINGA liep naar het J raam, niet om naar buiten te kijken, al zette de zon daar de grote tuin in een stralend, zomers licht, maar omdat ze dan een beter gezicht had op de klas, die binnen moest komen. „Wéér ovr j| mopperde ze in zichzelf, terwijl tijd", lettend haar armbandhorloge bestudeerde. O, ja, natuurlijk: de eerste klas moest van boven, uit het lokaal-Nederlands komen en Van Bemel zou, zoals gewoonlijk, wel slecht op zijn tijd gelet hebben. Wat een slordige methodes hield die man er toch op na: de ene keer was hij minstens vijf minuten te vroeg klaar en liet zijn kinderen maar wat rondhangen, dan weer verraste de bel hem midden in een gloedvol betoog en je kon nét denken, dat hij de rest dar. voor een andere keer bewaarde. En wie was er de dupe van? Zij! Verongelijkt wreef juf frouw Andringa met haar vinger langs het puntje van haar uitermate spitse neus. die haar. samen met haar opmerkingen vol bij tend sarcasme de bijnaam ,«de rat" had den bezorgd. Ze kende haar bijnaam en voelde er zich niet door gekwetst: het be wees. dat de kinderen haar vreesden en het gevolg was een perfecte orde. een on voorwaardelijke gehoorzaamheid tijdens haar lessen. Vroeger was ze anders ge weest, ze had zich door de kinderen veel meer laten zeggen; „maar", hield ze zich zelf voor, „dat kwam het werk niet ten goe de en het was bovendien veel practischer. een zekere afstand te bewaren." GESCHUIFEL van schoenen in de gang en wat onderdrukt gelach kondigde de komst van de eerste-klassers aan. „Rustig gaan zitten", commandeerde nu juffrouw Andringa en de kinderen, bedaard, zochten hun plaatsen op. „Voordat ik de nieuwe les met jullie be spreek, moet ik jullie eerst iets zeggen over de repetitie van maandag. Ik heb die na gekeken en ik heb de indruk gekregen, dat jullie eT maar een slag naar doen. Wat er in les vijftien tot en met twintig stond, was tamelijk goed geleerd, maar zodra jul lie stof uit de voorafgaande lessen in toe passing moeten brengen, lijkt het wel. of jullie nog nooit Engels gehad hebt. Het ver schil tussen I shall en I will bijvoor beeldEen kleine, roodharige jongen stak de vinger op. „Ja, wat is er, Geurtse- ma?" De jongen bloosde, nu hij alle blik ken op zich gevestigd zag. „Juffrouw, we hadden toch alleen les vijftien tot en met twintig op? Andere le raren vragen nooit uit lessen, die ze niet opgegeven hebben." Het bloed steeg juf frouw Andringa naar de wangen. Wat ver beeldde dat kereltje zich wel? Andere le rarenZuurzoet merkte ze op: „Dat zeg jij dan zeker straks ook bij het eindexa men, is het niet, Geurtsema? En dan zegt de examinator: het spijt me mijnheer Geurtsema, ik zal u gauw iets anders vra gen. Denk je ook niet?" De jongen keek naar de bank en zweeg. „Met toestem ming van Geurtsema zal ik dan maar doorgaan. Ik noemde jullie zo-even een voorbeeld en zo kan ik er nog wel tien noemen. Maar het lijkt me beter, dat ik jullie schriften eens bekijk vóór de volgen de repetitie. Er wordt weer veel te slordig nagekeken en dat wreekt zich natuurlijk. En denk erom, dat alles duidelijk leesbaar verbeterd moet zijn. Ook ben ik het geval- Wennickers niet vergeten: ik wens bij nie mand potloodvertalingen naast de tekst aan te treffen. Jullie weten, dat ik jullie ver trouw" (hier keek ze haar leerlingen met een doordringende blik aan) „en dat ik mis bruik van vertrouwen het allerergste vind, dat er kan bestaan. Van de beste vier leerlingen krijg ik na afloop van deze POOR. A. v. d. Veen les de schriften, zaterdag en maandag zal ik de rest nazien. En nu zal ik eerst het proefwerk met jullie bespreken DE LES GING voort. Duidelijk en helder legde juffrouw Andringa verschillen tussen zegswijzen uit, verklaarde een slecht-begrepen woord, wees op typische uitdrukkingen. De kinderen, pen of ball point in de hand, namen de aantekeningen van het bord over. Verstolen gaapte een klein blond meisje op de achterste bank, maar schreef direct, na een angstige blik op de lerares, in snel tempo verder. Het was een les „waar je wat van opstak", zo als ze onder elkaar zeiden, als het uur ach ter de rug was en tooh was niemand op le. altijd in sombere kleuren gehulde, plichtmatig doorsprekende lerares gesteld. Vaag vermoedden ze, dat er ook een ander soort juffrouw Andringa. zonder „schoolge- zicht" moest bestaan, maar ze bemerkten iet in de dagelijkse omgang met haar De les was ten einde en de leerlingen hadden het lokaal verlaten. De vier schrif ten voor zich. begon juffrouw Andringa au tomatisch haar correctie. Venijnig flitste soms het rode potlood langs een zin, een onduidelijk woord. „Over" stond er later onder zo'n thema. Met drie schriften was ze gauw klaar; alleen het cahier van haar beste leerling, Rita van Haren, moest ze nog doornemen. Thema één; thema twee. Irie. Plotseling hield ze het rode stom pje stomverbaasd stil. Daar, bij een the ma in het Nederlands, die zij op het bord had geschreven, stond in potlood de En gelse vertaling! En dat bij Rita, die altijd ai et haar schrift voor de klas mocht ko- aien zonder dat zij haar controleerde, ver trouwend op de kennis van deze scherpzin nige en naar ze gemeend had, vlijti ge leerling De volgende morgen was ze afgemeten en koel, meer dan ooit tevoren. Het ogen blik kwam, waarop ze de schriften terug moest geven. Met enkele korte opmerkin gen overhandigde ze de eerste drie schrif ten aan de eigenaars, toen, met een felle, harde blik in de ogen, beschuldigde ze Rita van knoeien, van oneerlijkheid. ,,Zó is er geen kunst aan, de beste te zijn" snauwde ze het verblufte meisje toe. „Je komt de hele middag bij me terug. Stel je voor, dat is me nog nóóit overkomen, dat iemand de euvele moed hadZó ging ze door. In de klas leek het, ondanks de zomer warmte, kil, een enkele leerling rilde Harder dan ooit werd er gezwoegd aan de opgegeven thema, niemand fluisterde. Ein delijk klonk de verlossende bel. Muisstil slopen ze. de tassen onder de arm, het lo kaal uit en durfden nauwelijks te groeten. DIE MIDDAG kwam er een meisje met een verkreukeld blauw jurkje het lo kaal binnen, waar juffrouw Andringa reeds wachtte. „Ga daar zitten" zei ze kortaf. Rita gehoorzaamde, maar stak toen de vin ger op. „Ja?" zei de lerares, half vragend. Juffrouw, mag ik het u nu uitleggen? U weet toch, dat ik twee weken ziek geweest ben aan het begin van dit jaar? Toen ik weer op school kwam. waren de anderen al'veel verder en ik heb zo gauw moge lijk geprobeerd, alles in te halen. Daarbij heb ik de meest noodzakelijke aantekenin gen bij de vroegere thema's gemaakt en die wilde ik later uitwerken. Ik heb het echter nagelaten omdat ik dacht, dat we die stof toch niet meer nodig hadden." Juffrouw Andringa had zwijgend geluis terd. Het was haar vreemd te moede. „Waarom heb je dat vanmorgen niet ge zegd?" vroeg zij eindelijk. „Ik durfde niet," mompelde het meisje, „u was zo kwaad en u zou het misschien niet eens geloofd hebben. En dan ik wist. dat ik niet geknoeid had; ik kon het u beter later uit leggen, dan dat u ui de klas...." Zij slik te de woorden „voor gek gestaan had snel "jV/TAAR juffrouw Andringa had het o°k IVI zonder dat al begrepen. En ze schaamde zich, schaamde zich zo ontzettend! Hier gaf een klein meisje haar in een paar woor den een gevoelige les. Zó was ze dus ge worden. dat de kinderen liever ongelijk schenen te hebben, dan dat ze protesteer den; zó had ze ze afgeschrikt met haar bit se opmerkingen en haar ijzeren discipline. En ondanks dat had dat meisje haar de vernedering willen besparen, in het open baar ongelijk te moeten bekennen, een leerlinge die zij, de voorbeeldige juffrouw Andringa, nog wel beticht had van knoeie- 3,,Rita", zei ze en het kind keek op, v> baasd door de warme toon in de anders droge stem, ,.ik dank je. Het spijt me m( dan ik zeggen kan. Denk je. dat we toch nog goede vrienden kunnen worden?" en. aarzelend, nog niet wetend, hoe haar nieu we houding te bepalen liet ze erop vol gen: ,,Ik bied je mijn excuus aan." Het meisje greep de toegestoken hand en druk te die stevig. Meer behoefde er niet ge zegd te worden. Toen de deur even later achter Rita dicht viel, keek een nieuwe juffrouw Andringa haar peinzend na. t Om te leren hoeveel J twee plus vier is, dat gaat I nog, maar het wordt voor sommige eerste klassertjes l een ware krachttoer om er X achter te komen hoeveel !9 4 is, of 12 5. Het re kenen boven de tien, of te rug naar beneden de tien, is een duistere zaak voor ze. 1 Ze zien het niet, omdat X ze geen getalbegrip hebben. P. Nolcn De oud-onderwijzer, P. No- X len, oud-schoolhoofd te Meeu- wen, heeft gemeend dat hij voor deze moeilijkheid een op lossing kon vinden. Hij zocht het niet in de telramen, met de grote en kleine ballen van diverse kleuren. Die bemoeilij ken het rekenen maar. Stokjes, blokken, kubussen, houtjes ook dat was niet wat de heer Nolen zocht. Nieuwe rekenmethode van oud-schoolhoofd „Keer-Om" Hij ontwierp een reken-leer methode, die hij Keer-Om" noemde, een naam die letter lijk aangeeft, wat er met de ze hulpmiddelen gedaan moet worden. Het is een plastic doosje, met twee plastic plank jes, elk voorzien van tien gaat jes. Er horen twintig leuk ge kleurde dopjes bij. Voor de klas komen ook twee planken te hangen, ook met tien gaten en daarbij behoren dan natuur lijk grotere doppen. 5 Als een kind nu bijvoor beeld 8 5 moet uitrekenen, dan steekt het acht dopjes in het ene plankje. Nu ziet het al gauw, dat er van de vijf, die er bij moeten, maar twee meer in dat rijtje op dat ene plankje gestopt kunnen wor den. Het kind voegt de twee dopjes toe, de tien is vol, het keert het volle plankje om en ziet dat er aan de achterkant in letters tien staat in gedrukt. Zo leert het kind de „tien" als een eenheid kennen en ziet tevens dat er op het andere plankje nog 3 doppen geplaatst moeten worden. Zien Deze methode werkt het goe de rekenen zeer in de hand. Het geldt niet alleen voor het optellen, maar ook voor het aftrekken. Die kinderen zien de uitkomst ook veel be ter. Enthousiast Het Paedagogisch Centrum in Den Haag heeft er een zeer gunstig oordeel over geveld. De onderneming, die dit reken- leermiddel uitgeeft, ontving zowel in Nederland als in Bel gië octrooi hierop. Vooral BLO- scholen willen deze methode niet meer missen. Chr. Zangersblad Het april-nummer van het Chr. Zangersblad (orgaan van de Kon. Bond van Chr. Zang- en Orato riumverenigingen. de Perponcher- str. 104, Den Haag) bevat het 3e artikel over „Calvijn en de kerk muziek" van H. J. v. d. Munnik, een vervolg van de verhalency- clus van Barend de Graaff, geti teld „De Sprookspreker van Cu- lemborch". een verhaal met foto over het 30 jaar bestaande Jeugd dienstkerkkoor te Den Haag>en be schouwingen over nieuwe uitga ven op muziekgebied en handboe ken voor koormuziek door Corn. Basoski. Verder is er natuurlijk het afdelingsnieuws, zitter H, F. Brune en is er i puzzle. Ook is men begonnen r adressen en telefoonnummers i de vocale Ned. solisten. DOOR MEEUW VAN ROTTERDAM vorige week) Ergens tussen de hoge, zwarte bomen schijnt werkelijk een lichtje. Daar moeten dus mensen wonen. Vreemd is dat. zo vér in het bos. „Kom jongens," roept Freek meteen. „We gaan erheen. Daar kunnen ze ons vast wel de weg wijzen." Opnieuw gaan ze verder. Otto en Rudy weer tussen hen in. Ze strompelen maar wat. Maar toch kijken verdrietig meer. Daarginds schijnt immers het lichtje. En bij dat lichtje zullen ook wel mensen zijn. Hoe dichter ze bij het huis komen, des te sneller gaan ze lopen, zelfs Rudy en Otto. Even later kunnen ze het al heel duidelijk staat er eenzaam weggescholen tussen de vele hoge bo men. 't Is er erg mooi. En kijkwat verderop loopt een wat bredere weg dwars door het bos. Hoorvanuit het huis klinkt muziekheel zacht en heel mooi. Luisterend blijven ze staan. Kastor spitst de oren. „Een piano., hoor je wel?" fluistert Freek zacht. „Mooi hè?"Even zijn ze hun moeheid vergeten. En even is 'et. alsof het bos nu pas mooi gaat worden. Ze durven bijna niet verder gaan. Zachte, hoge tc zoeken him weg naar buiten. Prachtig is 'et. Zwijgend gaan ze een paa'- stappen verder. Dicht bij een lage heg blijven ze opnieuw staan. Daarbinnen wordt de muziek zachter. Even nog klingelen wat hoge tonen. Dan wordt het stil daarbinnen. De muziek zwijgt. Ze kijken elkaar zwijgend aan. Wie zou hier 'wonen? Dan-opeens wordt daarbinnen een gordijn wat opzij ge^ schoven. Een mevrouw kijkt hen opeens verwonderd er vragend aan. Ze wenkt iemand en even later komt er ook nog een meneer tevoorschijn. Zou dat de meneer zijn, die daar straks zo mooi speelde? Wat verlegen blijven ze staan. De mevrouw is wegge gaan. Een ogenblik later wordt de deur geopend en een vriendelijke stem vraagt: „Kinderen toch. hoe komen jul lie hier zo vér in het bos? En dan nog wel met dit slechte weer." Met een bezorgde blik kijkt ze hen één voor één onderzoekend aan. Even later verschijnt ook de meneer in de deur-opening. „Och, och," zegt hij hoofschuddend. „Wat zien jullie er koud en moe uit. Hoe komen jullie hier zo verzeild?" Freek is de eerste, die wat verlegen en haperend ver telt wat er zoal gebeurd is. „Nee i weten jullie de weg :egt Otto haastig. atuurlijk niet binnen om je wat te warmen." zegt mevrouw bezorgd „Kom maar mee." Ze weten opeens niet wat ze zeggen moeten. Als ze bij de deur hun vuile schoenen hebben uitgetrokken, stappen ze aarzelend de huiskamer binnen. Ook Kastor mag n Even later zitten ze met z'n vieren in een gezellige kaï bij een heerlijk warm vuur. Grote blokken hout liggen fel rood te gloeien in een open haard. Zoiets hebben ze nog nooit gezien. En daar, in de hoek van de kamer staat de piano. Freek moet er heel even naar kijken. Mooi is dat, die glanzende toetsen. (Volgende week verder) Moord In miniatuur, door Plm Hofdorp. Haagse mys teriereeks, Uitgeverij W. van Hoeve, 's-Gravenhage. Uitgeverij Van Hoeve brengt een serie oorspron kelijke detectiveromans, die allen Den Haag tot plaats van handeling heb ben. Moord in miniatuur is daar kennelijk de eerste van: een spannende speur dershistorie. die van het begin tot het einde boeit en waaruit alweer blijkt men denke o.m. aan de Van Eemlandtjes dat we voor dit genre in ons land zeker niet altijd naaf ver talingen behoeven te grij pen. De intrigue van deze geschiedenis is origineel, de verteltrant levendig, ook al maakt de auteur het in sommige details wel eens wat al te ingewikkeld en voert hij naar onze smaak wel wat te veel figuren ten tonele. Dit boek doet uit zien naar de volgende de tective in deze serie. Het is een goedkope uitgave, die niettemin gezien mag wor den. Men zie er in den ver volge wel op toe. dat slor digheden in taal en stijl. /erd het manuscriDt inder haast klaargemaakt? worden vermeden Vitus Bering de zeevaar der, door Josef Petersen. Uitgave Ad. M. C. Stok Fo rum Boekerij, Den Haag. Veel is geschreven over Columbus, heel wat minder over de Deense ontdek kingsreiziger Vitus Bering. Toch leeft zijn naam voort in aardrijkskundige namen als Beringeiland, Bering- straat, Beringzee. Dit wet tigt reeds het vermoeden, dat onbekendheid hier niet gerechtvaardigd is. Wij achten het gelukkig, dat van de aanvankelijk in het Deens verschenen documen taire over BerinR thans ook van de hand van dr. Annie Posthumus een Nederlandse vertaling is verschenen. De Drie Musketiers, door Alexandre Dumas, uitgave Contact, Amsterdam-Ant- In de serie „De Onsterfe- lijken" is thans de derde druk verschenen van Du mas' meest bekende werk. Het is een aantrekkelijke uitgave met harde band en een fraaie kleurige omslag, een mooie plaats in de boe kenkast zeker waard. Svcrre als pelsjager, door Magnus Moen. Uitgave Ad M. Stok, Zuidholiandse uit geversmaatschappij, Den Dit uit het Deens vertaal de boek beschrijft de bele venissen van Sverre Tho massen, een jongeman die de gelegenheid krijgt een zo mer en een winter jagend door te brengen in het ho ge noorden. Sverre Thomas sen heeft reeds enige be kendheid gekregen in het jongensboek „Sverre in Ca nada". In dit boek was de prairie zijn jachtterrein, nu zijn het de eindeloze ijsvlak ten in het poolgebied, waar hij zeehonden, ijsberen en vossen besluipt. Een aar dig jongensboek, met vaak spannend» avonturen. Beste neven en nichten, Omdat er deze week ontzaglijk veel brieven zijn binnengekomen zal ik maar ineens beginnen met de oplossing van de vorige week en daar achteraan de beantwoording van de brieven. De oplossing was: 1. pianist; 2. piano; 3. narcis4. net; 5. pet; 5. paard; 6. nar; 7. kat; S. pop; 9. stier; 10. trompet. De hoofdprijs gaat naar Emmeloord, naar Es dra jongenvan W age ningen. Gefeliciteerd Esdra. De troostprijzen zijn voor 1 Piet en Sjaak Stok, Sjanie Verschoor en Johnny Schultink. Teuntje den Otter is de eerste deze week die ant woord krijgt. Is je bril weer gemaakt? Moeder was zeker wel in haar schik met dat mooie cadeau van jou Neeltje den Otter? Was het gezellig woensdag? Ja hoor Nieta Oudshoorn, is 't jouw beurt. In wel ke klas zit je op school? Omdat je letter nu aan de beurt is sta je nu pas in de krant Adrie v. d. Oe ver. Over drie weken ben je weer aan de beurt. Jij hebt dus een gezellig weekend achter de rug. Wat leuk dat je bij je vriendin mocht slapen Ria den Ot ter. Fijn dat je rapport goed was. Elly de Rui ter schreef alleen de oplos sing. Hoe gaat het met de Franse les Bas van Roon? De vorige keer was je brief waarschijnlijk te laat. Wel gefeliciteerd Lien Roelofsen. als ik het goed heb ben je vandaag jarig. Schrijf je volgende keer eens of het gezellig was? Tobl Ringeling heeft in de vacantie fijn ge rolschaatst. Zijn de nieuwe huizen al gauw klaar? Karin de Roo houdt erg veel van lezen. Je broertje usjes ook? Dan zullen jullie thuis wel rustig zijn. Albert Rijsdam stuurde rebussen. Hartelijk bedankt. Janny Resoort schreef een lange brief. Kun je goed tollen Janny? Woont je vriendin soms in Spijk? Loesje Ravensbergen schreef alleen de oplossing. Dik Reitsma heb je de krant van vorige week gele zen? Toen heb ik geschre ven hoe het precies in el kaar zat met de letters. Is je zusje al beter Rietje Schelling? Wat hebben jul lie zo al voor bloemen in de tuin? Bea Schoenma ker gaat al gauw naar opa en oma in Zwolle. Dat is een hele reis. Veel plezier. Een mooi gekleurde op lossing stuurde Thea Sterk in. Jij hebt dus'fijn bij oma gelogeerd. Lydi en Jan Spee zijn le Paasdag jarig zijn jullie nu? Rietje Struyck is ingeënt. Je bent natuurlijk blij dat het ach ter de rug is Rietje. Van Cobic Tuitel kreeg ik een mooie kaart. Hoe vind je het op de „grote" school? Jouw neefje heeft een mooie naam Jaap Tol. Ik Robinson Crusoe De boot was nu al heel dichtbij het strand gekomen en na een paar minuten kwa men se aan land. Ze liepen daar wat heen en weer, op zoek naar hun kaïneraden. Ze schreeuwden hard, maar kre gen geen antwoord. Toen sc echter aanstalten maakten om terug te varen, begonnen Ro binson en z|jn metgezellen terug te roepen. Nu eens van deze plaats, dan weer van een andere. De muiters werden daardoor in grote verwarring gebracht en lieten zich gemak kelijk tussen de bomen van het bos lokken en daar was liet Robinson om te doen. Nu kon hij het strand bezetten en De twee jongetjes zweven ieder aan een ballonnetje in de lucht. De ballonnen die jullie zien zijn ge nummerd. Wie van de twee jongens hangt aan het ballonnetje dat het hoogste nummer heeft? De bedoeling is dus dat ik 2 nummers van jullie op krijg met daarbij geschreven of het jongetje links of rechts het hoogste nummer heeft. Oplossingen insturen voor dinsdag 14 april. s terugkw vond de oplossing keurig gekleurd. Heb je veel ge speeld met je neef? Van Magda Terlouw kreeg ik een brief, zij woont hele maal in Terneuzen in Zee land. Weet je al naar welke school je gaat? Jij hebt mooie cadeaux gekregen voor je verjaardag Bouwe Taverne. Henk Visser stuurde alleen de oplossing. Ook Leny Vernee had de oplossing mooi gekleurd. Heb je al veel foto's van het Koninklijk gezin? Ik vind jouw rapportcij fers heel mooi Jan Vleg- geert. In welke klas Bit je? Coble en Rietje Voa heb ben een prettige paasvacan- tie gehad. Ik weet wel waar Heusden ligt hoor. Elsje Verbruggen is haast jarig. Schrijf je me wat je hebt gekregen? Hoe is het met de verkoudheid? Adrie van Vuuren vroeg me of ik de groeten wilde doen aan haar tante in Brits Co lumbia. Die tante leest ook altijd de krant. Nu ik hoop dat ze dit leest Adrie. Marrïe van der Velden had een goede verjaardag. De puzzel had je mooi ge kleurd. Ada Vervloet is een nieuwe nicht. Jij vond het zeker wel leuk dat je tante kwam met je neef je? Lies van Velzen wist maar weinig te schrij ven deze keer. Kees Ver- weij gaat wel eens kom kommers rapen. Lust je ook graag komkommers? Tonnie Vermeulen je kunt het verhaal sturen naar hetzelfde adres als de brie ven van Tante Jos. Alleen moet je nu in de linker bo venhoek van de enveloppe schrijven „Ruimte voor jul lie". Ada van Vliet had mooie rapportcijfers. Jul lie hadden ook mooie rap porten Gerda en Marga Verwijs. Mamma heeft een mooi cadeau gekregen voor haar verjaardag. Loes Vermeer heeft een nieuwe rok en blouse gekregen. Het adres staat bovenaan de krant Bart Verburg, Jouw zusje mag ook mee doen met de brievenbus Corrle van Wouwe. Ina en Gerda van Wijk zijn 2e Paasdag naar de Keuken hof geweest. Atie Westra heeft een gezellige vacantie achter de rug. Arie van1 de Wetering verdient iede re week twee gulden voor zijn spaarpot. Nu ik ben het heug niet, Ineke de Weerd. Je had de brief mooi gekleurd. Je komt heus wel in de krant te staan als je letter aan de beurt is Ab van Wattum. Anneke de Zoete schreef over een logeetje. Komt hij in de grote vacantie ook weer? Schrijft Leo Waan volgende keer weer wat meer? Ben je al lid van de club geworden An neke van Zevenbergen? Zo jongens en meisjes, dit waren de brieven. Volgen de week zijn de letters A.- G. aan de beurt. Schrijven jullie je naam, adres en leeftijd in je brieven? Dag allemaal, tot de volgend»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 18