Bezitsvorming niet los van loonbeleid «Eenzaam, maar niet alleen, getuigenis van Prinses mui o 5? Christelijke bouwvakkers gaan gotisch kerkje restaureren Treinverkeer vertraagd MEER GELD NODIG VOOR WETENSCH. WERK Nu minder ongelukken Italiaanse zwier past bij Nederlands bont s WOENSDAG 24 SEPTFlinER 1958 Eerste Kamer aanvaardt Jeugdspaarwet (Van onze parlementsredactie) DE Eerste Kamer heeft gisteravond het ontwerp-Jeugdspaarwet zonder hoofde lijke stemming aanvaard. In juni van dit jaar had de Tweede Kamer zieh reeds met deze eerste concrete, op de bezitsvorming gerichte maatregel van het vierde kabinet-Drees akkoord verklaard. Zeer spoedig, waarschijnlijk op 1 oktober a.s., zal de regeling in werking kunnen treden. In de Senaat kreeg de wet gister middag een gematigd gunstig onthaal. Men waardeerde het over het algemeen, dat er thans op het gebied van de bezitsvorming iets gaat gebeuren, maar men wees er anderzijds op, dat er heel wat meer zal moeten geschieden wil er werkelijk sprake zijn van een bezitsvorming, die in het voordeel is van alle lagen der bevol king. De a.r.-senator M. Ruppert. voorzitter van het C.N.V., betoogde b.v., dat er ten bate van de bezitsvorming door loon. en salaristrekkenden weinig reëels zal kunnen gebeuren, wanneer die bezitsvorming niet wordt behandeld in het kader van het loonbeleid. De heer Ruppert noemde vijf middelen, waarvan de overheid zich ter bereiking van een bezitsvorming door heel ons volk heeft te bedienen. Het eerste en belang rijkste middel is: de lust tot bezitsvorming door sparen^te bevorderen door bewaking van de waardevastheid van het geld. Be strijding van de inflatie is het beste mid del om de spaarzin te bevorderen. De overheid moet meewerken aan een inter nationale samenwerking om de sluipende inflatie te bestrijden en verder moet zij ook in haar binnenlands beleid voortdu rend bedacht zijn op de vervulling van haar zedelijke verplichting, de waarde van de munt te handhaven. Een tweede middel tot bevordering van de bezitsvorming Is: een goede voorlich ting. „Wat denkt u op dit punt concreet te doen?", zo vroeg de heer Ruppert aan minister Struycken en staatssecretaris Schmelzer. Als derde middel noemde hij: het dienstbaar maken van de fiscale poli tiek aan het bevorderen van sparen en bezitsvorming. Er zou reeds veel gewon nen zijn, als de fiscus de spaarlust niet al te zeer zou belemmeren. Het vierde middel is het loonbeleid. De besparingen van de werknemers moeten uit hun loon komen. Zolang het loon beleid zodanig bl(jft, dat het rendement van de onderneming niet tot uitdrukking mag komen In de toonhoogte, en zolang het loon in Nederland blijft afgestemd op de minder florerende bedrijfstakken, moet de regering maar niet al te grote illusies koesteren over het slagen van haar bezits- vormingsbelefd. „Er moet thans", aldus de heer Ruppert. „weer overleg worden gepleegd over het voortbestaan van een dubbeltje noodtoe- slag op de kinderbijslag. Met andere woorden: bij duizenden arbeiders is geen dubbeltje ruimte voor een inleg op een spaarbankboekje, laat staan voor beleg gingen in de risico-dragende sfeer. Zal daarom aan de bezitsvorming door de brede groep van loon- en salaristrekken den iets reëels kunnen gebeuren, dan moet die bezitsvorming behandeld worden in het kader van het loonbeleid." zou", aldus de a.r.-senator, „de vraas wil len stellen: is er op dit punt nu een we lijk overleg met de minister van sociale zaken en volksgezondheid?" Onderneming Als vijfde middel noemde de heer Rup pert de herziening van de structuur de rechtsvorm van de onderneming, wa door de brede groep van loon- en salaris trekkenden ook daadwerkelijk bij de pro blematiek van sparen, bezitsvorming er investering wordt betrokken en dat niet alleen op het niveau van het bedrijfsleven als geheel en op dat van de bedrijfstak ken, maar ook (en vooral) op het vlak van de onderneming zelf. De C.N.V.-\ zitter betreurde het ten zeerste, dat de S.E.R. zelfs nog niet om advies de herziening van het vennootschapsrecht is gevróégd. Hij kon begrijpen, dat de regering voorlopig een afwachtende hou ding aanneemt ten aanzien van de vraag, of het niet gewenst is, dat ons volk (en dus niet alleen de werknemers) meer gaat sparen en die bespaarde gelden méér in de industriële sfeer gaat beleggen. Er is echter nog de vraag, of het niet gewenst is. dat de werknemers als zodanig, dus als bedrijfsgenoot, in de naar structuur herziene onderneming aanspraak hebben op mede-eigendom van de in de onder neming né uitbetaling van redelijke lonen en redelijke dividenden geïnvi teerde kapitalen. „Ten aanzien van deze vraag", aldus de heer Ruppert. verwach ten wij, dat de regering niet langer talmt met het vragen van advies. Met nan dit van belang met betrekking tot de aanwas van kapitaal, benodigd voor voortgaande industrialisatie". De heer Ruppert haalde ben slotte brief van Willem van Hogendorp (uit 1820) aan Da Costa aan. In deze brief wordt uitdrukkelijke gevraagd om een wet geving, die cumulatie en concentratie bezit zou tegengaan en spreiding van zit zou bevorderen. De regering er ondernemers zijn sedert die door Van Hogendorp tijdens de eerste industriële revolutie gestelde vraag „horende doof en ziende blind gebleven." „Wederom", aldus de heer Ruppert, „wordt aan de regering gevraagd en nu aan het begin van de tweede indus triële revolutie om spreiding vai aanwas van kapitaal, benodigd voo industrialisatie. Laat ons hopen, dat de Nederlandse regering niet opnieuw horen de doof en ziende blind zal zijn." Carpe diem Van c-h.-zijde werd o.m. het woord ge voerd door de heer Van Hulst, die stateerde, dat het „carpe diem", het „pluk den dag", in deze tijd hoogtij viert, spe ciaal bij de jeugd. Men moet echter de schuldvraag naar de houding van de jeugd niet eenzijdig politiek stellen. Deze hou ding is kenmerkend voor de moderne tijd. De situatie, waarin dus met name de jeugd is geraakt, zou men fundamenteel verkeerd beoordelen, wanneer men van zou uitgaan, dat de jongeren de spaargewoonte hebben verleerd en dat ze die gewoonte weer opnieuw moet leren Neen, het gaat hier. in de jeugdspaar wet, om het aankweken van een nieuwe gezindheid onder de jeugd, die nodiger is dan brood. „Dit wetsontwerp", aldus de heer Van Hulst, „gaat midden in de tijdsstroom staan". Hij weer er verder nog op, dat voor de c.h. een mens Iemand is. die iets bezit. Bezit Is één van de meest waardevolle cultuurgoederen. Onze ver houding tot God en de naaste wordt er door bepaald. Staatssecretaris Schmelzer deelde In zijn antwoord mee. dat de zaak va voorlichting over en de propaganda het jeugdsparen een punt van Intensief overleg met de spaarinstellin^en vormt. Men denkt 3000 bladen en tijdschriften advertenties e.d. te bereiken. Verdér van de radio en een enkele maal ook de televisie gebruik worden gemaakt. Ook zullen affiches en brochures worden vervaardigd. Voor propaganda in '58 is 50.000 uitgetrokken: voor '59 45.008. Door de heren Ruppert (a.r.) en V; Lieshout (kath. v.) waren vragen gesteld over een advies van de Spaarbankbond de spaarbanken om. wat het jeugd sparen betreft, alleen inlagen van mini maal 5,te accepteren. De staatssecre taris zei hierover, dat door de spaarinstel- lingen zelf dringend de wens was geuit dergelijke minimum-inleg vast te len, zulks om o.a. administratieve moei lijkheden te voorkomen. De bewindsman echter met de spaarinstellingen deze kwestie onmiddellijk opnieuw opnemen. Het zou dan zo fcui worden, dat wel de minimum-inleg 5,— gehandhaafd blijft, maar dat spaar instellingen. die er moeite en kosten voor hebben, desgewenst een lagere mi nimum-inleg kunnen vaststellen. Over de vraag, of en zo ja hoe het loonbeleid dienstbaar kan worden ge- aakt aan de bezitsvorming, is overleg met de minister van sociale zaken en volksgezondheid gaande, zo deelde de staatssecretaris mee in antwoord op de door de heer Ruppert gestelde vraag. Ook met de maatschappelijke organi- s zal nog overleg over deze zaak moeten worden gepleegd. Het betreft hier een moeilijke, weerbarstige materie, ■van de behandeling (ook in het kabinetniet mag worden overhaast. Aan de „diligentie en activiteit" van de inister van justitie op het stuk van de herziening van het vennootschapsrecht twijfelde de staatssecretaris niet. Hij voelde er dan kennelijk ook niet veel deze zaak zelf ter hand te nemen, zoals de heer Ruppert had voorgesteld. Weinig voelde de staatssecretaris ook >or het concipiëren van één groot plan >or het doen deelhebben van de arbei ders aan de produktiemiddelen vai onderneming. Hij bleek meer geporteerd te zijn voor een experimenteren in deze richting. Het gaat hier om een zeer moei lijke zaak, die op dit moment meer ge diend is met een incidentele aanpak dan met een behandeling volgens één groot Ten slotte ging de bewindsman nog even in op de mogelijkheden, die er in deze situatie van welvaartsstilstand niet voor de overheid, maar voor de burger zijn om iets aan de bezitsvorming te doen. In de eerste plaats is daar de mogelijkheid van een zekere bevordering van de be sparingen uit het lopend inkomen ten laste van de consumptie. De tweede gelijkheid is: verschuivingen van overheid naar de particulieren en var bedrijfsleven naar de werknemer door middel van winstdelingen en gepremieer de spaarregelingen. Op deze wijze valt ook in de huidige situatie een bezitsvor- mingsbeleid voor de toekomst te conci piëren. „Moe, mat en uitgeblust zijn wij in ieder geval allerminst", aldus de staatsseeretaris aan het eind van zijn rede. In de toaited Princeton komen de aromavolle Burley- tabakken geheel tot hun recht Verbondenheid met God hield mij staande Autobiografie van 450 pagina's FJE VERBONDENHEID met God en de daaruit voortvloeiende visie op mens en wereld, werden de kracht, die mij staande hield. Deze overtuiging is Prinses Wilhel- mina (78) toegedaan en Hare Konink lijke Hoogheid brengt ze tot uitdruk king in haar memoires die, zoals ge meld in een deel van onze edities, nog dit najaar zullen verschijnen bij de Amsterdamse uitgeverij W. ten Have „Eenzaam, maar niet alleen" luidt de titel van de autobiografie, dat 450 pa gina's tekst beslaat, gezet uit de 12 punts Bembo-letter in dagboekvorm Uniek monument gered aan de restauratie van het klein ste Gotische kruiskerkje, dat ons land rijk is, de Blauwkapel, gelegen in een oud fort in de Bilt, dat vroe ger deel uitmaakte van de Hollandse waterlinie. Dit uit het midden de 15de eeuw daterende bouwwerkje is op zichzelf al een monument van Nederland, maar zal bovendien nog een monument worden ter ere van de protestants-christelijke bouwwereld Want door de eendrachtige samen werking tussen de werkgevers en de werknemers zal het mogelijk zijn, dat dit oude gebouwtje als kerk be houden blijft. De Ned. chr. aan- nemersbond en de Ned. chr. bond van werknemers in de hout- en bouwnijverheid hebben in de stich ting Blauwkapel de handen ineen geslagen om de restauratie voor een belangrijk deel mogelijk te maken. Voorzitter van de stichting is de heer F. W. van Gulick, hoofdredacteur van het weekblad voor het bouwbedrijf Co- bouw. Hij heeft dit kerkje eigenlijk „ontdekt" Voor de oorlog ging het Her vormde deel van het uit 200 zielen be staande dorpje Maartensdijk bij Utrecht er ter kerke. Tijdens de bezetting na men de Duitsers bezit van het fort en ook van de kerk, nadat zij het dorpje hadden laten afbreken. De bewoner» trokken naar het verderop gelegen dorp je Groenekan, waar zij zich een nieuwe kerk bouwden. Na de bezetting werd het fort gebruikt door Canadezen en later werden er po litieke delinquenten geïnterneerd. Het kerkje werd toen ook gebruikt voor al les, behalve voor het doel waarvoor het was gebouwd. Dat wil zeggen, dat het weldra een ruïne was geworden. In 1951 ontdekte de heer Van Gulick het vervallen bouwwerk en zag er i in. Na veel onderhandelen werd hij de eigenaar van voor de somma van i gulden. Hij had geen dag later moeten zijn, want reeds had het ministerie t stemming gegeven om het- kerkje af breken, waarna het opnieuw zou worden opgetrokken in het openluchtmuseum Arnhem. Op voorstel van de heer Van Gulick besloten de chr. werkgevers en werk nemers in de bouwvakken hulp te ver lenen bij de restauratie. De architect W Stooker te Utrecht, specialist in het restaureren van historische bouwwerken, stelde het restauratieplan op. De aan nemingsfirma Gebr. Van der Eist te Scherpenzeel zullen de werkzaamheden zonder winst uitvoeren. De werknemers zullen er in hun vrije tijd aan werken. Het herstel zal plm. f 110.000 bedragen Het ministerie zegde een subsidie van f 90.000 toe. De resterende f 20.000 hoopt men uit particuliere giften bijeen te krijgen (gironummer van de stichting Blauwkapel is 485541) Het ligt in de be doeling goede gevers een jaar gratis toe gang te verlenen gedurende één jaai het gereedkomen der restauratie, die ongeveer een jaar zal duren. (d.wz. dat de regels niet vollopen) en gedrukt op houtvrij offset-papier. Het boek zal f 13.75 kosten en er zullen vijf tig foto's uit het persoonlijk foto-archief van de Prinses in opgenomen zijn, waar van verschillende nimmer gepubliceerd. Voorts bevat het boek tien reproducties van schilderijen en tekeningen var Het boek, dat prinses Wilbelmina ge durende de afgelopen acht jaar in de rustige beslotenheid van Het Loo e Ruige Hoek heeft geschreven, is opgedra gen aan Prins Willem van Oranje, de Vader des Vaderlands en aan koningin Juliana. Dat wordt gezegd in een voorwoord, dat ook van de hand van de Prinses is. De omslag is ontworpen door prof. C. T. Roelofsz van de Rijks Academie Beeldende Kunsten te Amsterdam e typografische verzorging is toevertrouwd aan de graficus Th. Kurpershoek, i eens te Amsterdam. Een driemanschap uit de naaste omge ving heeft de koninklijke schrijfster bij gestaan in de documentatiewerkzaam- heden, waarvoor zij in het voorwoord de dank van de Prinses verkrijgen. De irwachting is algemeen, dat het boek weldra ook in het Frans, Duits en Engels zal worden vertaald. In het boek geeft prinses Wilbelmina hagr levensloop weer en beschrijft zij haar jeugdherinneringen, haar ouderlijk milieu, de persoonlijkheid van haar onders, haar leven temidden van hof, haar verlangens naar vrijheid gewoqn menselijk contact, haar officiële bezoeken aan het buitenland en haar familiereizen, haar ontspanning en haar genoegen in het schilderen. Uiteraard wordt ook de oorlogstijd het verblijf te Londen, de terugkeer in Nederland en de overwegingen, die tot de abdicatie hebben geleid, niet o geslagen en daarbij krijgt het boek zeer persoonlijk karakter. Ten slotte zijn er de talrijke herinne ringen aan koningin Emma, aan prins Hendrik, aan de geboorte van haar doch ter Juliana, haar verloving en huwelijk en aan de geboorte van de kleinkinderen. In het boek zijn ook redevoeringen en proclamaties opgenomen. De kern van het boek, dat zeker niet alleen een historisch relaas of een soonüjke herinnering wil zijn, vindt in een passage als deze: „Wij verdiepen ons niet in wensdro men, als wij volharden in ons wertrou- uien op dat schone, betere Nederland, dat na de bevrijding zo nabij leek. Ook gaan wij niet af op iets wat wij gaarne voor waar willen houden, doch op de diepe ondervinding van Gods lei ding met mensen en volken. Allen, die deze mochten zien en ervaren, zullen dit beamen" Het koninklijke boek is een getui- Bestemming In de toekomst zal het gebouwtje in derdaad weer dienst doen als kerk de uitbreidingswijken van Utrecht. Zo lang deze wijken nog niet zijn voltooid, zal het gebouw worden gebruikt als expositieruimte van het Utrechts seum en als vergaderlokaliteit voo: chr. bouwvakorganisaties. Ter aanbeveling van de stichting Blauwkapel heeft zich een comité ge vormd, waarvan jhr, mr. C. J. A. de Ranitz, burgemeester van Utrecht, zitter is. De gemeente Utrecht heeft reeds de toren van het bakstenen kerkje laten restaureren. genis van liefde van een vorstin voor haar land en volk en voor God. Vooral dat laatste, haar geloofsovertuiging, komt sterk naar voren in dit boek, zo als dat ook steeds in het leven van de Prinses naar voren is gekomen, zeker is dit een belangrijker waarde van het boek dan de historische, die toch ook van grote betekenis is. Als gevolg van een storing in het be dieningstoestel van een wissel bij het station te Schiedam heeft het trein\ keer tussen Rotterdam en Den Haag Rotterdam en Maassluis vanmorgen t sen half zeven en negen uur ernstige vertraging ondervonden. De storing was moeilijk op te sporen, zodat het geruime tijd heeft geduurd, voordat het euvel was verholpen. De maximale vertraging, die de treinreizigers vanmorgen hadden, bedroeg ongeveer 22 minuten. De ver trektijden van de treinen werden enigs zins veranderd en zelfs werden enkele diensten gedurende enige tijd niet uit- De treinvertraging was zelfs nog tot Leiden merkbaar, waar de reizigers aan zienlijk later dan volgens de dienstrege ling arriveerden. Prins Bcrnhard zal in de middag de dertiende oktober een bezoek brengen aan de Coöperatieve suikerfabriek „Din- teloord" te Stampersgat. De Prins zal ver gezeld worden door de commissaris der Koningin in Noordbrabant, prof. dr. E. de Quaay. Uitbreiding van aantal onderwij s- inspecteurs Aan DE stichting Fundamen- teel onderzoek der materie (F.O.M.) wordt in het komende jaar een subsidie van meer dan een half miljoen gulden verleend. Ook voor de uitbreiding van de werkzaam heden op het gebied van de thermo- nucleaire reacties zal een verdere verhoging van subsidie nodig zijn Verder hebben de stichting Mathe matisch centrum, de stichting Radiostra- van zon en melkweg en de Stichting scheikundig onderzoek in Nederland geld nodig. Deze instellingen ont vangen eveneens meer subsidie van de ster van O. K. en W„ zoals blijkt uit de toelichting op de begroting van zijn departement. Vooral de stichting Scheikundig onder zoek heeft in haar korte bestaan al zeer belangrijk werk gedaan. Minister Cals vindt uiteraard de toepas sing van de kernfysica zeer belangrijk. In de toekomst zullen vooral middelbare deskundigen nodig zijn zowel bij de research als bij het ontwerpen en de bouw van kernreactoren. Er is daarom een missie ingesteld die zal onderzoeken welke voorzieningen moeten worden gi troffen om aan de hogere technische schi len een opleiding mogelijn te maken voc hen, die bestemd zijn een functie te ve vullen op het gebied van de kernenergi en de kernfysica en haar toepassingen. Voor dc uitzending pclijkc expeditie naar minister Cals f 330.00 drijfsleven zal evenee bijdragen. an de wetcnschap- Nieuw-Guinea wil betalen. Het be is f 330.000 moeten Onderwijs De sterke groei v vrijwel alle sectoren maakt de aanstel van meer inspecteurs nodig. Zelfs zal inspecteur voor het middenstandsonder- wijs benoemd worden Vooral hel nijver heidsonderwijs. dat door een uitzonderlijk groot aantal leerlingen oezocht zal w< den vraameer inspectrices en i spert*.(r In /.n ....tin* stelt minister Cals vom 13 en en cursussen voor jongens en 16 scholen voor meisjes voor subsidies in aanmerking te laten komen. Minister Cals belooft tenslotte binnen kort het wetsontwerp op het voortgezet onderwijs bij de Tweede Kamer Sukarno spreekt over Algerije Sukarno, die met vakantie op Bali ver toeft, heeft de minister van buitenlandse zaken Subandrio bij zich ontboden voor bespreking over de Algerijnse rege ring in ballingschap en straat Formosa. Men verwacht niet dat het kabinet vóór 30 september de kwestie van erkenning der Algerijnse regering in ballingschap zal kunnen bespreken. Waarnemers naar Midden-Oosten De woordvoerder van het Indonesische het Midden-Oosten zal zenden om op te treden als waarnemers de Verenigde Naties. Dit is geschied op verzoek van de secretaris-generaal der V.N. MINISTER mr. J. Algera heeft in de toelichting op de be groting van zijn departe ment meegedeeld, dat als gevolg van de invoering van de maximumsnelheid btnnen de be bouwde kom en speciaal in die grote steden, waarvan het grondgebied overwegend uit bebouwde kommen bestaat, het aantal verkeersongeval len belangrijk is afgenomen. Het aantal doden ten gevolge van ver keersongelukken ligt zelfs 33.6 pet lager dan daarvoor. Toen er van de invoering van een maximumsnel heid nog slechts sprake was, rezen er al dadelijk van de zijde van auto mobilisten be zwaren. Een maximumsnelheid, zo ongeveer zeiden zij, zal niet gaan betekenen, dat het aantal verkeers ongelukken afneemt. Het weggebrui kend publiek zal vermoedelijk zor- gelozer worden en met minder aan dacht dan voorheen zich in het ver keer begeven. Meer heil zag men over het algemeen in een strakkere verkeersdiscipline. De feiten hebben bewezen, dat die automobilisten ongelijk hebben ge had. Het centraal bureau voor de statistiek, dat altijd zeer nauwkeurig te werk gaat, heeft cijfers gepubli ceerd, waaruit blijkt, dat in de ze ven maanden, die volgden op 1 no vember 1957 in gemeenten met 100.000 en meer inwoners het aantal slacht offers van verkeersongelukken op de openbare weg 7621 bedroeg tegen over 9832 in de overeenkomstige pe riode van het daaraan voorafgaande jaar. Het verkeer wordt dus iets veili ger en de invoering van de maxi mumsnelheid heeft daartoe het hare bijgedragen Maar met die maxi mumsnelheid alleen komen we er niet. Ook de verkeersdiscipline van iedere weggebruiker moet nog straf fer worden Het aantal ongelukken in de bebouwde kommen mag ver minderd zijn, dat op de zg. grote wegen is dit nog niet. Misschien, dat de minister in de toelichting op een volgende begroting ook daarover een prettiger geluid kan laten horen, dan nu kon gebeuren. (Van onze moderedactrice) WWEE MODEASPECTEN waren gists- ren harmonieus verenigd in de show van de beroemd geworden Nederlandse bontwerkers Van Daal en Meyer en de Italiaanse ontwerpster Germana Maru- celli. Honneur aux dames, dus eerst iets over signora Germana. Ze is groot en heel beslist niet slank, met grijs haar dat van voren plat met scheiding ligt en achter in een enoi zwarte, knot boven op de kruin gedra it. Ze heeft fonkelende zwarte ogen gezien haar modellen, een grote fantasie bezitten. „In 1951", zo vertelde ze ons, „stuurde ik mijn empire lijn de wereld in. Nu heeft Parijs die ontdekt! Mijn nieuwe lijn heeft geen speciale naam." Ze wuift al die drukte om een naam weg. „Wij doen het Italië wat rustiger, maken niet zo'n overdreven lawaai over ons werk als men in Parijs doet." In Rome en Milaan, waar zijzelf met haar zoon woont, heeft zij zaken en ook behoort zij tot de groep Italiaanse ontwerpers, die ieder Jaar in Florence met toenemend succes showen. Verder heeft ze in België haar modellen laten zien, in Brussel. Verder trekt een collectie door Amerika. In de week, die zij in Amsterdam vertoeft maakte ze natuurlijk het uit stapje naar Volendam en Marken. Haar indruk? „De vrouwen lijken zo oud vergeleken bij de mannen. Ik heb echtparen met kleine kinderen zien wandelen. De man blond, fris, de vrouw met rimpels en mat Ik vraag me af of dat nu door de kostuums, die ouwelijk zijn, komt?" Haar modellen vertolkten haar dyna mische persoonlijkheid. Verrassend, ge- panden recht, soms met de rulnvto uit springend onder de buste, dikwijls ook ver onder dc heup. Dan zijn brede gerimpelde of geplooide stroken aangezet, die tot kniehoogte reiken en waaronderuit paar centimeter kokernauwe rok steken. De Italianen zijn meesters in het maken an stoffen en de ontwerpster heeft uit de rijke keuze een maximum van moge lijkheden gehaald. Van Daal en Meyer hebben in haar een waardige medewerkster gevonden, want hun modellen zijn even verrassend. Bont wordt onder hun kundige handen een soepele stof. Dat zagen we aan de seal- skinmantels, waarbij de velletjes in de schouderpas dwars en verder in visgraat waren verwerkt, in de gedrapeerde breit- schwanz kragen en de korte persianer De mantels waren veelal in empirelijn verwerkt, wat geaccentueerd werd door brede ceintuur van soepele suède. Grote paddestoelhoeden van bijpassend bont werden erbij gedragen. Het publiek was aanvankelijk zo be duusd van al dit moois, dat tnplaats van applaus en het gebruikelijke geroezemoes een stilte in de zaal hing, waarin men nauwelijks ademen durfdel Germana Marucelli, de Italiaanse modeontwerpster uit Milaan die reeds In 1951 de empirelijn lanceerde, toonde gisteren in Amsterdam haar collectie. Deze robe-manteau is een typisch voor beeld van haar l(;n 1958-1959: soepel en iets gebogen van schouder tot over dc heup en dan een rechte ge plooide of gerimpelde strook Geen of slechts kleine kraagjes. In de typische hals uitsnijding werd een felrood sjaaltje gedragen en ook de hoge bol van de hoed was fel rood. durfd van lijn, maar toch uitgebalanceerd met iets van de soepelheid der klassieke Romeinse gewaden en iets van dc weelde van de Italiaanse renaissance. De ruggen vallen van de schouders uit soepel en naar benoden gebogen, de voor- „Guerrilla" Wanneer men in Djakarta in staat zou zijn tot een objectieve analyse, dan zou men begrijpen, dat de bevolking van de buitengewesten de republiek steeds meer moet gaan aanzien als een militaire impe rialistische staat, die zich tegenover onderworpen volken schuldig maakt aan koloniale „uitbuiting". Maar Djakarta houdt zich nog ten volle aan de fictie van de eenheid en het komt daardoor van kwaad tot erger. Het wil nu de vooraan staande Masjoemileden vervolgen en Nasution verbood deze parti) in de guerillagebieden, waardoor hij haar dwingt ondergronds en „vijandelijk" te gaan wer ken. En juist de Masjoeml, die haar groot ste aanhang in de buitengewesten heeft, is de enige politieke band van betekenis, die nop in staat is Indonesië bijeen te houden. Nochtans wordt zij buiten de wet gesteld. Men ervaart nu tveer, als telkens tevoren, dat het separatisme, waardoor de republiek dreigt uiteen te vallen, uitgaat van Djakarta, dat het separatisme van heer en knecht, van sterke en zwakke, van onderdrukker en onderdrukte toe past. Wanneer de republiek investering van buitenlands kapitaal wenst, dan zal z(j moeten bepinnen met vrede te sluiten met de buitengewesten, ook al voeren deze slechts een „guerrilla". (A l p. Handelsblad) 2 Neveda I wikkels 6 leuke S, I borduurkoartjes.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1958 | | pagina 5