HÜNCHEN BESTAAT 800 JAAR VESTING OM EEN STUN WATER TE OMSLUITEN Sn S3eieren een Walj jaar lang jeeót, want r vJ ZONDAGS BLAD ZATERDAG 14 JUNI 1958 Jlientue Cfiïisrbc tfoiiront (Van onze correspondent in Bonn) Zoals de Amerikanen het aantal „s hopping"-dagen tot de Kerst, tellen de Münchenaren de uren tot middernacht van 13 op 14 juni, wanneer de hoofd-en miljoenenstad van de „Vrijstaat Beieren" ondanks Beieren's lidmaatsch ap van de Westduitse statenbond staat dat nog op de blauw-witte grensbordjesl München haar 800e verjaardag zal vieren. In Beieren dat zon beetje het Texas van de Bondsrepubliek is, waar alles groter, beter, anders en mooier is dan elders in den lande kan dat natuurlijk niet worden afgedaan met één dag, desnoods één week van feesten. De 800e verjaardag van München wordt dan ook een feest, dat een half jaar zal duren. Te middernacht van 13 op 14 juni begon het met een allegorische 3 k.m. lange optocht door München's straten, waarin de hoogtepunten van de geschiedenis der stad in beeld zullen worden gebracht. Het feit, dat Mün chen een half jaar geleden door de ge boorte van zijn mil joenste inwoner die als verpersoon lijking van het „Münchener Kindl" het eigenlijke feest varken is z(jn 800e verjaardag als miljoenenstad kan vieren (na Berlijn en Ham burg de derde in de Bondsrepubliek) en daarmede gro ter is geworden dan kf ooit tevoren in zijn geschiedenis, is voor de Münchenaren ""slechts een aanlei ding te meer om in de 6 maanden na 13 juni de teugels los te gooi en. Dat doet de stad trouwens ook «jt zonder een 800e ur verjaardag jaarlijks ior al tweemaal, nL in het voorjaar tijdens „Fasching" en in het najaar tijdens het befaamde „Ok- toberfest", dat hon derdduizenden be zoekers naar Bei- ^ren's hoofdstad pleegt te lokken. Het lijkt de leek haast onmo gelijk, dat de Münchenaren de ze twee jaarlijkse feesten in grootsheid van opzet en in pret- kwantiteit nog zouden kunnen overtreffen, maar München zou waarlijk München niet zijn, als zij dat op zich zou laten zit ten. Het is de opzet van de Münchenaren, dat het feest ter gelegenheid van de 800e verjaardag van hun stad als geschiedkundige gebeurtenis op zichzelf in de stedelijke anna len zal worden geboekstaafd en dat degenen, die in 2158 de feesten voor de 1.000e verjaar dag der stad zullen moeten or ganiseren aan de organisatoren dato 1958 een lichtend voorbeeld zullen kunnen nemen. kaarten-interessenten aange meld, doch er zijn maar 500 plaatsen, nog niet eens voldoen de om de gehele „Prominenz" der Bondsrepubliek en van de „Vrijstaat Beieren" een zit plaats te geven en derhalve een zaak van ernstige zorg voor de afdeling Protokol van de Beierse „Staatsregering" (let wel: geen landsregering, zoals men in de overige deel staten der Bondsrepubliek aan treft). Officieel Op de lijst der feestelijke ge beurtenissen staan verder nog de officiële plechtige herdenking op 14 juni in de congres zaal van het „Deutsche Mu seum", waar de feestrede zal worden uitgesproken door de thans wereldvermaarde atoom geleerde en Nobelprijs-winnaar prof. Heisenberg; feestvoorstel- lingen door de Münchense Ope ra in het Prinzregententhea- ter (Tristan en Isolde, Ontvoe ring uit de Serail, de Rozenca- valier, de Meistersinger Salo- mé, Lohengrin, Figaro en Daphne; het „Staatsschau- spiel" voert op Cenodoxus, Faust, Maria Stuart, Tartuffe; internationale gezelschappen komen naar München; de Ro meinse Opera met Butterfly, Manon Lescaut en Tosca, de Comedie Frangaise met twee Franse comedies, het Picolo Teatro uit Milaan, het Theatre Franco-Allemand uit Parijs, het Theatre du Vieux Colom- bier eveneens' uit Parijs, de Kings Players uit Londen (Much ado about nothing), als mede het Londense Festival Ballet en het Moskouse Bols- hoi-Theaterballet, het Philadel phia Symphony Orchestre, de Dresdener Philharmonie; le zingen door Heinrich Böll, Georg Britting, Heimito von Doderer, Friedrich Dürrenmatt, •Christopher Fry, Erich Kast- ner, André Maurois, Alberto Moravia en William Saroyan, een groot aantal tentoonstellin gen, congressen, vergaderingen, een Duits turnfeest en een schaakolympiade, een Mün chense „Schafflertanz", een jubileumvuurwerk van grootse afmetingen (op 23 juni), en een bloemencorso op 24 augus- München viert dus feest, maar houdt tegelijk zijn repu tatie hoog van Westduitslands kunst-metropool bij uitstek te Op de jaarlijkse Texelse lamme- rcnmarkt nachten de dieren ge laten, hoe de onderhandelingen zullen verlopen Op vioolbasis Hellevoelsluis heefl de lijd zich slukgebelen Hersteld Twaalfjarige Rijk in hoog aan- zien stond, van Adolf de titel „Hauptstadt der Bewegung" L en van de geallieerden mede daarvoor een zware afstraf- k fing in de vorm van bommen kreeg, heeft zich van de zwa- re schade, die het in de Twee- q de Wereldoorlog leed en die aan 6.000 Münchenaren het leven kostte, vrijwel kunnen herstel- len. Het heeft met ruim een miljoen thans meer inwoners e. dan voor de oorlog, mede ten- gevolge van de toestroom van een zeer groot aantal vluchte- lingen en is ondanks de bruine m nazi-vlek op zijn 800-jarige ge- schiedenis de voornaamste kunststad van (West-) Duitsland gebleven, een cultureel cen trum van zeer grote betekenis en het economische middelpunt van Zuidduitsland en wellicht zelfs van Middeneuropa. Bier - Putsch De geschiedenis van München is vaak verteld, vooral in de dagen van de Bier-Putsch door Hitier en zijn nationaal- socialisten op 8 en 9 november van het jaar 1923 (tien jaren vóór de nazis aan de macht kwamen!). De Putsch en de voorgenomen fascistische op mars naar Berlijn, waarmede de Beieren net zo overhoop lagen als nu soms met de fede rale regering in Bonn, misluk te, maar het verbaasde in die dagen en ook nu nog nie mand, dat de wieg van het Duitse nationaal-socialisme ■tond in het bergachtige land inl van de stijfhoofdige en eigen wijze Beieren. Het was een zelfde soort „Putsch" die in 1158 leidde tot de stichting van de marktplaats „zu den Mön- chen" (of „München".) een ne derzetting van het klooster Tegernsee. Hendrik de Leeuw (de leeuw staat tot op de hui dige dag in het Beierse wapen) wilde de zouthandel, de munt en de tol naar Beiers gebied brengen, die in handen waren van zijn oom, de Bisschop van Freising. Daarvoor liet Hen drik de brug over de Isar bij Föknug vernielen die naar de bisschoppelijke residentie leid de en sloeg die bij de neder zetting ,,zu den Mönchen" weer op. Hoewel Hendrik de Leeuw vermoedelijk nooit heeft ge droomd, dat deze daad van agressie zou leiden tot de stich ting van een miljoenenstad, is zij voor de nederzetting „zu den Mönchen" van eminente betekenis geworden. Zij kwam tot zulk een snelle bloei, dat 100 jaren later een pauselijke bul al sprak over de „mateloze groei" van München. In 1180 Het Huis Wittelsbach, dat in 1180 in Beieren aan de rege ring kwam en wier nazaten tot op de huidige dag in München wonen en voor de Beieren als Duitse troonpretendenten gel den voor het geval Duitsland nog weer eens ooit een monar chie zou worden, koos München tot hun residentie. Onder Lodewijk de Beier werd München zelfs de hoofd- en koningsstad van Duitsland (14e eeuw), later onder Maximilian I Jozef (in 1805) nogmaals. Op 8 november 1918 werd de mo narchie in Beieren afgeschaft, maar zij leeft in de harten der Beieren voort en vooral in die der Münchenaren in wier „Festtag" te middernacht op 13 juni een goed stuk mo narchie en royalisme te zien zal zijn. Oude glans Van de 500 „Veranstaltungen" die ter gelegenheid van de 800e verjaardag van München in de tweede helft van dit jaar zullen worden gehouden tien- en vermoedelijk ook wel honderdduizenden bezoekers zullen trekken (er zijn in München en omgeving nu al geen kamers meer te krijgen) is waarschijnlijk de heropening van' het op een andere plaats weer opgebouwde „Cuvillies- (Residenz) Theater" voor de Münchenaren van de grootste betekenis. Dit geschiedt reeds op de eerste dag van de fees telijkheden door Bondspresident prof. Theodor Heuss per soonlijk. Mozart's „Figaro's Hochzeit" zal dan worden op gevoerd in het in zijn oude glans en met de uit de oorlog geredde versieringen herbouw de „Cuvillies-Theater", dat vroeger de reputatie had het mooiste rokokotheater ter we reld te zijn. Mozart kon in het oude „Cuvillies-Theater" zijn eerste werken opvoeren. De wederopbouw is voor het groot ste deel gefinancierd uit vrij willige bijdragen van de Mün chenaren. Voor de eerste op voering in het „Cuvillies- Theater" hebben zich al 10.000 OP Hellevoetsluis heeft de tijd zich stukgebe ten. Ondanks ver nederingen en on danks vernielingen is het de stad gebleven waarvan de Staten van Holland in 1622 vol trots begonnen te dromen een veste rond een haven, die een vloot in tijden van gevaar veiligheid zou moeten waarborgen een fort, dat het vreemdste zou zijn van heel het land, omdat de wallen er niet het land, maar het water beschermend moesten omsluiten. Daarvan droomden de Staten hun stoute dromen toen zij in 1622 het besluit namen aan de oever van het Haringvliet een versterkte basis in te richten voor hun linieschepen, hun drie dekkers en fregatten. Bij de sluis van Hellevoet werden die dromen werkelijkheid en werd een werkelijkheid, die ge grond stond als op graniet. Zelfs de tijd heeft er zich op stuk gebeten! Want dit is het wonder van Hellevoetsluis: de stad is een vesting gebleven, waar tussen de wallen het gevoel van veilig heid nog steeds niet is verdwenen. Waar de Staatse vloot on middellijk zou kunnen terugkeren en waarvan de naam zonder verwijl van dat ogenblik af weer met schrik en ontzetting door 9 de vijanden zou worden uitgesproken. Zoals in de jaren van de grote bloei. In het land van Voorne liggen de wallen van Hellevoetsluis, laag weggedrukt onder een hoge lucht, nog altijd beschermend rond een stuk water. Als basis van de vloot was dat water het drie eeuwen lang waard sterk verdedigd te wor den; daarna, toen het laatste schip voor zijn laatste reis uit Hellevoet sluis was weggetrokken, werd de vesting niet geslecht. omdat de wallen nog altijd sterk genoeg wa ren als verdedigingswerken in de strijd tegen de zee. Verbijstering TET VERHAAL van Hellevoet- t sluis staat als het dooi De haven van HeUevoetêlui». een istig stuk water veilig omsloten e. Drie eeuwen lang rond de vloot er bescherming, i'oor het eer6t in 1622, het jaar vaarin de Staten van Holland he loten een basis te bouwen aan het Haringvliet. stad zelf op s is het verhaal ken reeks van de geschreven. Het an de vloot, die lange, onafgebro- en bloei. Het be- 1622. het jaar waarin de Staten van Holland hun basis wil den bouwen aan het Haringvliet, het jaar waarin het beeld van dat stuk water in korte tijd ingrijpend werd veranderd. Op de wallen van de stad kan de mens van vandaag zich nog altijd van die verandering een scherp beeld vormen. Hij kan zich verbijstering wel voor stellen van de boeren en vissers van Voorne en Goeree, toen nog in datzelfde jaar de roemruchte vloot, trots gesierd met de Staten- vlag, op de uitgestrekte rede tus sen hun eilanden in de rust voor anker ging. Het waren, in het begin, tientallen scherpgesneden oorlogsbodems het werden er later, in de jaren waarin die vloot in Hellevoetsluis zijn geschiedenis schreef, vele honderden. De vletten van de visserlui, die tevoren met een handvol koopvaar ders de strakke lijn van het wa tervlak gebroken hadden, zonken bij dat vervaarlijke, grimmige beeld van kracht volledig in het Als een woud EN HELLEVOETSLUIS voer er wél bij. Als een vlootvoogd met zijn commandeurs en onder-com mandanten en met zijn vloot van linieschepen thuiszeilde op de re de in het Haringvliet waren de wegen naar de basis wekenlang compleet versperd door het ver keer van gezagsdragers en nieuws gierigen. die allen in het logement der admiraliteit hun opwachting wilden maken. Toen stadhouder Willem III in het jaar 1688 naar Engeland overstak ging zijn vloot in Hellevoetsluis onder zeil: vier honderd schepen in een opstelling, die het brede stuk water tussen Goeree en Voorne vrijwel van oe ver tot oever vulde. Alleen de mas ten van de vloot al deden geloven, dat er uit het water in de nacht een fantastisch woud omhoogge- schoten was. Een thuisreis van een vloot voogd. een uitreis van een rege rend stadhouder zelfs nog in het LT2llevoetsluis van vandaag ont komt de mens van vandaag niet aan de indruk, dat dat waarachtig geen geringe gebeurtenissen wa ren in de gulden tijd, waarin de Republiek haar aanzien en macht als voorname mogendheid in Euro pa consolideerde. Hij voelt nog bijna tastbaar dat de stad een steunpunt was geworden van na tionale en internationale betekenis, waarvan de naam met trots, met ontzag en met schrik tot ver in de wereld werd genoemd. Hellevoetsluis, dat de vloot het voorbeeldige wapen van de Staten veiligheid verzekerde binnen zijn versterkte haven. Het is triest, dat binnen een handvol jaren, als een dam zal zijn ge legd dwars door het Haringvliet, het historisch contact met de zee verbroken zal zijn Binnen de wallen woont nog de geest van vroeger zoals die woont in alle V sjhatkamers van het verleden in een kerk, een paleis, een mu seum. Des te klemmender wordt de mens van vandaag die geest gewaar door het feit, dat Helle voetsluis aan bestaande resten van vroeger nog altijd een nuttige be stemming toekent. De nieuwe tijd heeft zich gevestigd in de erfenis van een oude tijd en nochtans bleef die oude tijd de nieuwe bin nen de wallen de baas. „Prinsenhuis" pvE WERF van de vloot is een kJ werf gebleven, het badhuis van de scheepsgezellen een badhuis. En de poort van het marine-etablisse ment bleef toegang verlenen 'ot een bedrijf. Alleen het hospitaal werd wooncomplex en in het ge bouw van de admiraliteit vestigde zich het gemeentebestuur. Vlootvoogden van de Republiek woonden m de grote steden van Holland en Zeeland. Daarom werd voor hen in de basis een huis ge bouwd, waar zij tijdens hun ver blijf konden geren. Het was het robuuste gebouw van de „Admira liteit van de Maze", dat de be gaafde bouwmeester Pieter Post in 1650 ontwierp en dat dicht bij de wa' -rkant werd opgetrokken. Later werd het „Prinsenhuis" genoemd, nadat stadhouder Wil lem III er in de dagen vóór zijn vertrek naar Engeland had over nacht. In de loop der jaren werd het smakeloos ontsierd door een witte pleisterlaag, door een ver bouwing .an de vensters en door de verwijdering van de imposante s oep. Zeven jaar geleden werd het gebouw van de admiraliteit als raadhuis in gebruik genomen in de raadzaal liggen sinds kort restauratie-plannen in teke ningen uitgewerkt; het is name lijk de bedoeling het „Prinsenhuis" in de toekomst weer zijn oude, vor stelijk aanzien te geven. Het aanzien van weleer, dat bin nen, achter de toegangsdeur, ge handhaafd bleef. Als bijvoorbeeld in overdadig, weelderig houtsnij werk, uitlopend in omvangrijke wapenschilden en vergulde kronen. In wapentuig, schilderijen en historische tekeningen. In de burgemeesterskamer bewaart Hel levoetsluis zorgvuldig als een gro te schat een schets van een impo sante vlootopstelling een soort vogelvlucht-beeld van de armada, die Willem III op zijn tocht naar Engeland als een uiting van Repu blikeins machtsvertoon begeleid de. Die schets, die zeldzaam is weelderig houtsnijwerk, uitlopend in omvangrijke wapenschilden en vergulde kronen. („er bestaan maar enkele druk ken van") doet ook de mens van vandaag nog verstomd staan met ontzag vervuld voor voorou ders. die een zo sterk wapen op zee konden brengen zonder eni ge hulp van buitenaf. Kerk-accijns HET VERHAAL van de stad staat op de straat geschreven. Heel sterk ook op de kerk, die het jaar- Ui 1661 draagt. Nog voor de bouw gereed was raakte de geldkist uit geput. daarop sprong de mari ne bij. Toen de kerk in gebruik was genomen was er geen geld voor het onderhoud.en weer sprong de marine bij. Beide ke ren doordat een belasting werd ge heven op de genuttigde drank, op het bier en op de brandewijn die door de kelen van het zeevolk klokten. De kerk staat er nog altijd, zo als veel van wat in vroeger eeu wen werd gebouwd. Hellevoetsluis overleefde ah vlootsteunpunt de Staten van Holland en hun vloot voogden met de commandeurs nog vele eeuwen. Het overleefde zelfs het zeilschip. Want pas in 1934 verdween de marine voorgoed uit de stad. Wee was toen de bloei en weg was ook de welvaart. Helle voetsluis werd in één klap een plaats, die vreemd en dood werd als een onbewoond huis. Het werd een vreemde plaats... Hellevoetsluis zonder marine. Uit de haven en uit het Voornse ka naal verdwenen de wachtschepen waarop de matrozen woonden. De barakken en magazijnen werden ontruimd. Het hospitaal stond leeg op de punt van de haven. Het ronde bakstenen badhuis werd niet langer meer gebruikt. Maar het vreemdst van alles nog was. dat het dok verlaten kwam te liggen Het dok, dat eens de trots van de marine was. En tochOok van de plotse linge schok, de vernedering door het vertrek van de vloot, herstel de zich HellevoeUluis. De men» ziet hij een vlootbasis, waarvan de vloot is uitgevarenom naar het schijnt op een goede dag weer terug te keren. Hellevoetsluis werd geen onbewoond, maar een tijde lijk leegstaand huis. omdat het verleden er zich niet onder liet krijgen, omdat de tijd er zich niet onder Het krijgen, omdat de tijd er zich stuk op beet. In het dok van de waterstaat ingenieur Jan Blanken, dat in 1802 werd gegraven, kunnen de schepen ook vandaag nog voor een repara tie binnenvaren. En op de werf, die door de marine werd verlaten, werden in het jongste verleden nog oorlogsschepen gebouwd. Zo rea geerde Hellevoetsluis op vernieling en smadelijke bejegening van de vlootbasis van de Staten van Hol land. Tweede dok tegenstelling tot dat eerste dok bleef dat van Hellevoetsluis vol maakt intakt het Hgt. in bak steen gemetseld, als een voor ach terin de haven tegen de wallen. De schipdeur om het van het wa ter af te sluiten werd niet vervan gen, ook de pompen niet. Alleen de motor nam de plaats in van de oude stoommachine, de eerste, die in Nederland werd gebruikt. Het dok doet de mens van van daag nog steeds versteld staan. In twee vakken werd het geschei den de totale Inhoud werd be rekend op 11.500 m3 water. Om een schip droog te kunnen zetten werd gebruik gemaakt van het feit dat de vestinggracht achter het dok twee en een halve meter la- Jer lag dan de haven. Ontwerper an Blanken liet daarom een ver binding graven van het dok naar de gracht door die verbinding stroomde 7.000 m3 water weg als een afsluitplaat werd weggetrok ken, De rest (4 500 rr>3) werd weg gepompt. Dat allee ging niet verloren in Hellevoetsluis. Ook niet toen de Nieuwe Waterweg de stad een ge nadeslag had gegeven, omdat zij haar betekenis als voorhaven van Rotterdam aan het Voornse ka naal moest gaan verliezen. Ook niet. toen do scheepvaart Helle voetsluis ging mijden en de rijks diensten de stad vaarwel gingen zeggen. Zelfs niet, toen in de ja ren '43 en '44 een belangrijk deel van de stad op een zinloos bevel werd afgebroken. De tijd heeft zich op Hel levoetsluis stukgebeten. Het is te hopen, dat ook in de toekomst het karakter van vlootsteunpunt als een ves ting binnen de wallen niet zal worden aangetast. Eens droomden de Staten van Hol land hun stoute droom van een vlootbasis aan het Ha ringvliet; die droom werd en bleef drie eeuwen lang wer kelijkheid, daarna werd de stad een herinnering aan een droom. De mens van vandaag vindt er een aanknopings punt voor een „reis naar het verleden". Een zeldzaam punt, dat waard is bewaard te blijven. Ook als de plan nen voor de toekomst wor den verwezenlijkt, die Helle voetsluis een nieuwe bestem ming zullen geven in de ont wikkeling van de randstad en de delta. In een ontwikke ling van industrie en woon gelegenheid en recreatie.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1958 | | pagina 13