GOD GAAT MET DE MENSHEID EEN WEG HERVORMDE KERKEDAG IN LEIDEN MET 2200 DEELNEMERS Voor de omgang met God is ook discipline nodig Cliristeii-zijn mag zich niet beperken tot zondagse kerkgang NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 DINSDAG 27 MEI 1958 Prof. Teeuw en J. Vink over de Gemeente Misschien is het gewone leven van alledag wel het meest geestelijke TTET THEMA „God met ons" werd door inleidingen en besprekingen A naar verschillende kanten uitgewerkt. Sprak ds. Vossers in de kerk dienst over de wezenlijke betekenis van het „God met ons" voor de we reld, als conglomeraat van volkeren, na de koffiepauze in de Pieterskerk verspreidden de deelnemers zich over kerk en stadsgehoorzaal, waar vóór het nuttigen van de meegebrachte boterhammen de vreugde en de nood van de Gemeente van Christus zelf aan de orde kwamen. En in de middag bijeenkomsten op beide plaatsen ging het erom, het „God met ons" te be trekken op verschillende concrete situaties in het leven, namelijk het wo ningvraagstuk, het verkeer en het werk. In de Pieterskerk sprak prof. dr. A. Teeuw. Duidelijk heeft hij een aantal oorzaken blootgelegd van de perspectief loze en levenloze omstandigheid, waar in de Gemeente komt te verkeren, als zij zich voor de werking van de heilige Geest toesluit. De vorm van de preek van Petrus op het Pinksterfeest heeft, naar onze noi en inzichten, wel iets te wensen overge laten. Maar het is voor de predikanten van nu een reële bemoediging, dat tóch drieduizend mensen tot het geloof kwa men; Gods Woord legde beslag op hen. Zij loofden God en stonden in de gunst bij het volk. En toen is de Gemeente uit gewaaierd over de gehele wereld, onbe grijpelijk snel, onbegrijpelijk ver. >m "JV[U HEEFT OOK DE CLASSIS LEIDEN van de Hervormde Kerk haar 1 Kerkedag gehad. Het lijkt erop, dat zij in de achterliggende jaren de heeft willen zien, hoe dit nieuwe verschijnsel in het Nederlandse kerkelijke leven, dat was ontstaan door het Duitse voorbeeld, zich zou ontwikkelen. Er Gezegd kan worden, dat die ontwikkeling de verwachtingen -heeft over- ia- troffen. In streken, waar de meelevendheid van de bevolking met het wel ke en wee van de Kerk niet zo hoog staat aangeschreven en de zichtbare :ze openheid voor de evangelische boodschap van de Kerk gering wordt ge en acht, wist de Kerkedag velen om die boodschap te verzamelen. En de ge- en lukkige ervaring is, dat er stimulansen van deze dagen op het leven der Gemeenten bleken uit te gaan, ook daar waar het min of meer traditionele so- beeld van de Gemeente dat bepaald niet deed verwachten. De Kerkedag- ®n commissie van de classis Leiden heeft deze eerste dag in Leiden wel als een experiment gezien, van het begin af. Concrete gegevens over belang- stelling, opkomst, organisatie en verloop stonden haar niet ten dienste. De 'n conclusie mag zijn, dat deze „sprong" een gelukkige is geweest en dat vijf- tienhonderd deelnemers er waren ook 700 kinderen iets hebben mo- gen ervaren van de „vonk" des Geestes, waarmee het overigens zo moei- in- lijke Pinksterfeest concreet is aan te duiden. Uit tal van Gemeenten zijn ze gekomen, uit dorp en stad, uit verschillende modaliteiten, levensstijlen en se- belangstellingssferen, met uiteenlopende persoonlijke omstandigheden, or" moeilijkheden en vragen, maar en het zingen was daar een ontroerend getuigenis van! tóch, zij het misschien in zwakheid, verbonden in Chris- 'ke tus, Die het hoofd is van de hele Gemeente en, tegen alle hardnekkige ten negativiteitwi in, de Heer der wereld. DE KERKEDAG begon met een dienst, waarin de voorzitter iiujvan de classicale vergadering, ds. D. t voorging. Na het votum en de groet zong de Gemeente verzen van psalm 118, waarbij de kerkkoren van Leiden, Alphen aan den Rijn, Boskoop, Voorschoten en d'ff (Hillegom, tussen deze verzen ge- van de onberijmde psalm het zongen op muziek van de organist 'Van de Pieterskerk, Adriaan Blan- Voor het vervolg van het Kerhedagverslag zie irei pagina 4 cn-kenstein: „Looft de Heer, want Hij de-is goed, ja, Zijn goedertierenheid is Detot in eeuwigheid". 'eze Twee Gemeenteleden lazen achtereen- ieb-Voigens gedeelten uit Genesis 11 (de to renbouw van Babel) en Colossenzen 2. datDe tekst voor de prediking van ds. Vos- was Colossenzen 2 vers 10: „Gij hebt af-de volheid verkregen in Hem, Die het inhoofd is van alle overheid en macht". z Uitgaande van het thema van deze dag. „God met ons", zei de predikant, dat heel ald,de inhoud van de Bijbel in die ene naam vankan worden samengevat: „Immanuel". ïijnDie naam is niet een wens, zoals op onze an "gulden een wens staat: „God zij met ons", aagmaar een proclamatie, een verkondiging, de Het gaat op het Pinksterfeest niet in de eerste plaats om de enkele mens. Na tuurlijk kunnen wij persoonlijk God al- valtr— lent Dank aan Prinses Wilhelmina Vroeg In de middag bereikte H.K.H. Prinses Wilhelmina op Het Loo te Apeldoorn van de Kerkedag In Leiden een telegram met de vol gende inhoud: „Vijftienhonderd, deelnemers aan de Kerkedag van de Her vormde classis Leiden danken Uwe Koninklijke Hoogheid zeer voor het opwekkend woord van Uw open brief en hopen, dank zij de hulp van de Pink stergeest, door onderlinge lief de en dienst in de wereld aan het Woord van God gestalte te mogen geven. Namens de Kerkedag-comm P. Kloek." leen maar kennen door de Geest. Maar het gaat dan vooral om het heil voor de wereld; op dit feest komt het univer sele, wereldomvattende werk van Chris tus nog méér tot openbaring dan op de andere feesten. Handelingen 2, dat het feest van de Geest beschrijft, is de duidelijke tegen hanger van de torenbouw van Babel. Wat in Babel door de menselijke hoog moed is verstrooid, is in Jeruzalem weer verenigd. In Babel verstond men elkaar niet meer, maar in Jeruzalem werd men één van hart en ziel. De vraag Is, of de Gemeente werkelijk leeft uit het geloof, dat Jezus Christus het hoofd is van alle macht en overheid. Houdt het ge middelde Gemeentelld het tegen woordig niet veel meer bij Gene sis 11 en gelooft het niet méér aan de verwarring? De tegenwoordige christen meent, dat de wereld hol lend de ondergang tegemoet gaat, dat God machteloos aan de kant van de weg staat te wachten en pas op de laatste dag Zijn kans zal krijgen. Zeker, de christen houdt in zjjn persoonlijke leven aan Christus vast, maar kan hij nog geloven, dat Christus Zich daadwerkelijk met de volkerenwereld bezighoudt? Uitdrukkingen als „Wij leven aan De jongeren in de leeftijd van de Jonge Kerk, 17 tot 30 jaar, nuttigden de middagboterham in de foyer van de gehoorzaal, waar zij ook in eigen kring de onder werpen „God met ons" in ver keer, werk en andere levens situaties behandelden. „Komt allen, deze dag moet waardig zijn bezongen. Roemt 's Heren grote dadn met nieuw bezielde tongen. Eens heeft Gods Heil'ge Geest veel helden toebereid. Och, werden thans ook wij door 't Pinkstervuur gewijd!" de rand van een vulkaan" en „De mensheid wordt steeds slechter" spreken in dat opzicht voor zichzelf. Zeker, wij leven aan de rand, maar wij léven nog. En dat is een wonder. Het kan inderdaad zo niet langer doorgaan, maar het géét, dank zij de lankmoedigheid van God, toch nog door. God wil, dat eerst allen tot de kennis der waarheid zullen komen. En wij zien, o wonder, dat uit het kwade nog het goede voortkomt Christus wordt in het Bijbelboek, waar- In deze tekst staat, niet alleen het hoofd van de Gemeente genoemd, maar ook ds Heer over al het geschapene. Nu gij Jezus Christus hebt aan vaard, lééf dan ook in de gemeen schap met Hem. Hij is de enige kracht, waaruit wij kunnen putten. Zie toe, dat niemand en niets u mee slepe: angst, ideologieën, partij schappen, programma's leuzen op straat en het bedrog van diplomaten en organisaties. Door het kruis en de opstanding is het Koninkrijk Gods in deze wereld doorgebroken, nu al De foto,s de Kerkedag in der Horst Jezus' verrijzenis betekent het einde van de geschiedenis van Babels torenbouw. God gaat met de mens heid een weg en die weg loopt uit ov een doel Volheid IS er Ds. Vossers wees erop, dat met de komst van Christus al veel in het leven van de mensheid veranderd is. De Kerk heeft daartoe niet altijd de stoot gegeven; -God onderwijst de wereld dan ook niét alleen door de Kerk, het gebeurt ook wel andersom. De volheid is er, maar zij is ér in Jezus Christus. Zij is er bij ons niet, niet in de Kerk, niet in het gezin, niet in de samenleving, niet in het verkeer. Maar nu zijn wij ir. hope zalig; straks zijn wij het in werkelijkheid. Christus staat aan het einde van de geschiedenis en daarom aan het begin; Hij staat aan het begin en daarom aaan het eind. De Gemeente zong na de prediking ge zang 78. waarin zij bidt om het afdalen van de Heilige Geest, die de mens het aanzijn gaf en leidt tot de bron. waaruit al het leven vloeit. IN DE STADSGEHOORZAAL kwam een flink aantal Kerkedagbezoe- kers bijeen, om te luisteren naar drie tien-minuten-toespraken en het zingen van het koor van Hillegom onder leiding van de heer S. P. Visser. Ds. J. H. Bogers uit Alphen aan den Rijn gaf achtereenvolgens het woord aan burgemeester H. Duiker te Katwijk, die sprak over De Gemeente en het verkeersvraagstuk, de heer H. Boomgaard te Amster dam, hoofdbestuurder van het C.N.V., die enkele vragen opriep ten aan zien van het christen-zijn op het werk, en ten slotte aan mevrouw A. Soetekouw-van der Staay te Hillegom, die haar gedachten liet gaan over De Gemeente en het woningvraagstuk. Burgemeester Duiker meende de vraag, of God ons een concrete taak geeft ten aanzien van het verkeer, met een vol mondig „ja" te kunnen beantwoorden. Het gaat hier om het zesde gebod, om de eerbied voor het leven van de mede mens. Statistieken wijzen uit, dat het verkeer in 1957 1663 doden eiste, 23.248 ernstig gewonden en 16.124 licht gewon den. Het zijn cijfers, die aanspreken, het zijn cijfers, die aanklagen, die illustre ren een schandelijke aantasting van het gebod Hebt uw naaste lief als uzelf. Het christen-zijn beperkt zich niet tot de zondagse kerkgang, maar moet het hele leven omvatten. Wij allen tezamen en ieder persoonlijk hebben te waken^voor de gezondheid en het leven van onze naaste. Verkeersmaat regelen zijn daarbij van groot belang, maar het voornaamste is toch wel het wegnemen van de animositeit tussen de verschillende weggebrui kers. Kennis van de verkeersregels alleen is niet voldoende. Het gaat om het bevorderen van de verkcersbe- schaving, om de in daden omgezette wil in het verkeer ieder het zijne te geven, zich daarbij gedragende als deel van het geheel. Arbeid De heer Boomgaard betoogde, dat de arbeid van goddelijke oorsprong is. Reeds vóór de zondeval werd er gewerkt en daarom is het zo jammer, dat velen, elke dag weer, zich zuchtend naar kantoor of fabriek begeven. De mens is een wolf voor zijn medemens, tenzij er iets in hem ver andert. Het kenmerk van het christen-zijn is de waardering van het ambacht als roeping. Öf ons chisten-zijn op het werk is een afsluiting van het Koninkrijk, óf het manifesteert zich ook déérin. Mevrouw Soetekouw kenschetste het Pinksterfeest als het feest van de in woning van de Geest. De inwoning van mensen echter kan meevallen, maar als een feest wordt het toch doorgaans niet beschouwd. Zij is een inbreuk op onze Tientallen vrouwen en meisjes waren nodig om de mensen na afloop van de dienst in het koor van de Pieterskerk van koffie te voorzien. De organisatie werd gisteren op sommige ogenblik ken duidelijk beproefd, maar zij bleek goed te zijn voorbereid. Met de ervaring van de eerste zou de commissie de organisatie van een tweede Kerkedag zeker aandurven. Christus stelt er prijs op inwoning te nemen in ons hart. Aanvaarden wij Hem, dan is het tegelijk onmogelijk geworden onze naaste de deur te wij zen. De oplossing van het woning vraagstuk is werkelijk niet alleen een taak van de overheid. Wij moe ten de naaste zien als Jezus-incognl- to. Wijzen wij de naaste de deur, dan doen wij dat Jezus aan. Achter de getallen van de woningnood is het goed de mens te zien. En wie met open ogen ziet, wordt bewogen en komt in beweging. De vraag rijst, of de moge lijkheden in onze directe omgeving wel voldoende worden gezien en benut, of de Gemeente fantasie genoeg heeft leniging gevende wegen te vinden en te gaan. Er zijn voorlopige oplossingen te vinden in de vorm van ruil en inwoning, finan ciers en bouwexperts binnen de Gemeen- te dienen zich nader op dit beklemmende probleem te beraden. Wij allen moeten met de overheid meezoeken naar wegen om hulp te bieden in deze menselijke nood. waardoor eventuele kritiek op het overheidsbeleid ook meer stem gaat Dat vele woningzoekenden hun blijdschap nog niet hebben verloren, De werkelijkheid van nu lijkt zo an ders dan die van Handelingen 2. Wij zijn nog wel bijeen, maar vallen onze tegen stellingen werkelijk weg, is het gebed werkelijk de basis van ons butaan, staat de Gemeente in de gunst bij net volk en is ons spreken in de wereld vaak niet onverstaanbaar? Er bestaan radicale ver schillen tussen toen en nu. Maar dit ligt niet aan God. Jezus Christus is de Over winnaar op zonde en dood gebleven. De oorzaak is, dat WIJ niet voldoen aan de voorwaarden om werkelijk Gemeente van Jezus Christus te zijn. Ons samenleven met elkaar en met God is verstoord. Als eerste knelpunt noemde prof. Teeuw de schuldbelijdenis. Zij is een we zenlijk onderdeel van de kerkelijke li turgie, maar is zij ook een realiteit in ons bestaan? Hoe werkelijk zijn de zonde en de vergeving in dat bestaan? Onbe- leden en onverzoende schuld maakt het samenleven onmogelijk. Prof. Teeuw zei het te hebben ervaren: „Als ik voor mijn schuld uitkom, word ikzelf en wordt ook de ander vrijgemaakt. Vergeving ontvan gen en schenken is een van de belang rijkste leefregels van de Gemeente Gods. Op ba9is van de vereffening van de schuld tussen God en mens". De christen kan de weg effenen door de verzoening, door de ander deelge noot te maken van zUn eigen bevrij ding. Absolute vergeving is ccn ab solute eis. Iedere poging om dit te ontgaan verbreekt ons samenleven en blokkeert de Goddelijke Geest. Als tweede knelpunt zag prof. Teeuw het „geen tijd hebben". Wij nemen meer tijd voor de krant dan voor God. Wij worden steeds kundiger, maar zijn onze geestelijke en morele oefening en disci pline even sterk? We geven ons over aan de idee, dat de mens minder afhankelijk is van God naarmate zijn eigen vermogen groeit Het is echter jui6t andersom. De menselijke hoogmoed zit zo diep in ons, dat ons samenleven eraan kapot dreigt te gaan, als wij niet die volstrekte afhan kelijkheid van God weer leren aan vaarden. De Bijbel dient ons elke dag iets con creets te zeggen over het gezin, het werk, de relatie met de medemens en ook over onze angst en uitzichtloosheid. „Wij moe ten weer leren leven uit de oplossing, die God geeft. Wij moeten ernst leren ma ken met de oude waarheid, dat het gebed een dialoog is. Daarvoor dient de christen dagelijks concreet en gedisciplineerd met God om te gaan". ONGELOOF VERLAMT Het ongeloof ten aanzien van de effec tiviteit van Gods Geest gaf prof. Teeuw als derde punt aan. Dit ongeloof verlamt ons en doodt de Gemeente. En ten slotte: het ontbreken van toekomstperspectief als bepalende norm voor ons handelen van nu Wie de krant leest, krijgt het gevoel, dat wij balanceren op de zeer smalle scheidslijn tussen hemel en hel. De Gemeente sukkelt vaak door, alsof wij niet leven in het eind van de tij den. Wie geen toekomstverwachting heeft, heeft ook in het heden geen kracht meer om boven de verwar ringen uit te komen. En toch mag de Gemeente leven uit de verwachting van de triomfantelijke wederkomst van Christus. Dan worden ook de menselijke verhoudingen vernieuwd. In dit verband wees prof. Teeuw op de verhouding in de Gemeente tot de predikant; niemand heeft zo onze zorg, onze liefde en ons gebed nodig als de predikant, want zijn werk is menselijk gezien onmogelijk. Dan is er het gezin, dat wij zo vaak misbruiken; de enige basis van het hu welijk is het leven uit de schuldverge ving en de verzoening en de opvoeding kan zich alleen op basis van absolute nederigheid ontwikkelen. En wat de school aangaat: stagn wij naast de onderwijzers In hun strijd of is het ons alleen begon nen om goede cijfers? En nergens heeft het westen deze positieve normen van de schuldvergeving, de verzoening en de ge hoorzaamheid zo nodig als in de politiek; als wij daar deze normen niet snel tot ons richtsnoer maken, Is er geen weg meer naar de oplossing. De beloning is groot. Het leven krijgt nieuwe vreugde, de wereld krijgt een nieuwe toekomst en de Gemeente wordt een Pinkstergemeente, naar binnen en is een wonder. Een wonder van de Geest Gods, die moed en kracht »eeft. In de Pieterskerk werden dezelfde on derwerpen ingeleid. Burgemeester Duiker en mevrouw Soetekouw spraken ook daar Alleen werd het onderwerp „Christerv zijn op het werk" door ccn ander bespro ken en wel de heer R. Wijkstra uit Am sterdam. naar buiten. De strijd is een totale strijd en die vraagt een totale discipline. „Wij mogen niet twijfelen aan de mogelijk heid, dat God ons opnieuw wil gebruiken om een kéér in het leven van de wereld tot stand te brengen". IN DE STADSZAAL Tegelijkertijd sprak in de stadsge hoorzaal de heer J. Vink, hoofd van de Ds. R. P. A. Rutgersschool te Kat wijk aan Zee, over hetzelfde onder werp. Gemeente-zijn is iets heel anders dan alleen maar in de kerk zitten. Dit laatste is vrijblijvend en individualistisch; ieder heeft dan zijn eigen versje, zijn eigen gebedje. Maar al die ikjes vormen nog geen Gemeente. Ook de dominee maakt die Gemeente niet. Zijn stem is slechts belangrijk als doorgeef-orgaan van Gods Woord. Wat willen dan al die ikjes van een dominee? Wel, ze menen, dat hij een schaap met vijf poten is. dat hij alles moet kunnen. Hij moet fulmineren tegen atoombewapening of cultureel en actueel, over de laatste film, echt bevindelijk dan wel voorwerpclijk preken. Gemeente-zijn betekent: het lichaam van Christus zijn. Daartoe zijn we van Godswege geroepen. Wij stichten aller lei organisaties. Maar de Gemeente is geen vereniging. Zij is ndet van mense lijke makelij, maar schepping van God. Wc functioneren niet door ccn toe gewijde diaken of ccn ingclcldo ouderling, maar we hebben ccn ge meenschappelijke werking. Evenmin als een lichaam de som van onder delen is, is de Kerk een verzameling van individuen en clubjes. De vreugde van het Gemeente-zijn er varen we eerst dan, als we wezenlijk één zijn. Het wezen van de Kerk is onzicht baar, de verschijningsvorm echter niet Zij staat als een stad op een berg en kan niet verborgen blijven. In deze eenheid-in-de-veelheid wordt de Goddelijke zending herkent. Jezus zei: „Ik bid, dat zij allen één zijn, opdat da wereld gelove, dat Gij, Vader, Mij ge zonden hebt". Maar dan mooten we ons ook verantwoordelijk voelen voor de an der. Dat de Gemeente zo machteloos is, volgt uit het gemis aan eenheid, aan liefde. HARTSTOCHTEN De voorbedden uit eigen omgeving lig gen voor het grijpen. Wat een felle strijd wordt er niet tussen de „modaliteiten" gevoerd. Dit is een mooi woord voor een slechte zaak. Het zijn geen modaliteiten, het zijn partijen, wie het te doen is om aan de macht te komen. Voelt u de pijn van dit scheuren? Als er één lid lijdt, lijden toch alle leden? Hier erkennen broeders en zusters elkaar als zodanig niet. De God der vaderen moge nóg zo hoog geprezen worden, Hij is dan onze Vader niet meer. Hoe zou dit ook mogelijk zijn, waar de harts tochten het geestelijke leven verhinderen te functioneren I Het is de vreugde van hot Gemeente- zijn, dat een ander ons tegenkomt in leed, pijn en zorg. Het alléén-zijn is In de Gemeente opgeheven, omdat de Heer dit alleen-zijn heeft gedragen. Misschien Is het gewone alledaagse leven wel het meest geestelijke. De vreugde ligt in het samen eten, het samen leven, het samen besteden van de vrye HJd. Tal van mensen weten met hun eenzaamheid geen raad. Ze hébben geen mens.... Dat is de schuld, de nood van de Gemeente, die do vreugde van God niet doorgeeft, om dat ze die zélf zo slecht kent. Als het goed is, moet de Gemeente het beeld van een nieuw vaderland vertonen. Wanneer alle regeringen en stelsels weg vallen. verandert er in fei/te niets. Het wegvallen van de Gemeente zou echter de chaos teweeg brengen. Daarom is het onze taak, samen te ge tuigen: „Gij, Christus, zijt het Hoofd en wij zijn Uwe leden". „Dat elk op zijns plaats een levend lidmaat zij". VRAGEN Naar aanleiding van deze toespraak werden talrijke vragen ingediend. De heer Vink kon ze echter, uit tijdnood, niet alle beantwoorden. De gevaarlijkste vijand van de Ge meente is reeds overwonnen. De rest a niets meer dan een stuiptrekken. Al die vijanden kunnen de Gemeente niet meer deren. Wij moeten niet negatief zijn, maar positief zien naar de Overwinnaar, Wiens Rijk komt. Gevaren van het dansen? Waarom zou den we niet op verantwoorde wijze onze levensvreugde mogen uiten. De gevaren (langs de landwegen en in de duinen) be staan voor hen. die niet mogen dansen, We behoeven niet alle leed te dragen, maar alleen het leed, dat ons tegemoet komt in onze naaste. Ten slotte: Laat ons geloven In de over winnende kracht van het Evangelie over alle boze machtenI Het Hervormd kerkkoor uit Hillegom zong onder leiding van de heer S. P. Visser een aantal Pinkstcrkoralen. Een klein ensemble, dat opviel door gunstlgo stemmenverhouding en zuivere, wèlver- zorgde klank en voordracht. Lange Scheistraat Het aantal onbewoonbaar verklaarde woningen in Leiden wordt weer groter; B. en W. stellen de raad nu voor, op de woningen Lange Scheistraat 7. 11, lla, 13 cn 13a het bekende bordje aan te bren gen. De termijn voor ontruiming wil het college stellen op zes maanden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1958 | | pagina 3