Blad if iltvmimMniet er °p- HOLLANDSE of AMERIKAANSE KINDERTJES GAAT WAT IS EEN JONGEN? jasje Ouderlingenbezoek ■kvmmTiaa- WAT IS EEN MEISJE? 0 maar er in ssri Eurya japonica ZATERDAG 9 NOVEMBER 1957 TIP VAN SINT Geklede stopnaalden iiu De kleuren zijn groen, beige en blauw, in de volgorde van links naar rechts. De modellen zijn gemaakt volgens de ,Jop- py"-lijn. En dat alles is het werk van de heer Pierre Billet uit Parijs, die modellen ont worpen heeft voor de confectie en daarbij wel angstvallig vast hield aan de zogeheten „hemd- lijn". En wat moet je toch eigenlijk slank zijn om der gelijke japonnen te kunnen dragen „Net aangeklede stop naalden", zei een kennis van ons smadelijk. Maar zij worstelt dan ook met de lijn. niiNiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiir &l het na om CJa ze eenmaal! Is deze Tip van Sint al vast iets voor u? Als u van plan bent om uw cadeautjes zelf te maken, is dit misschien een goed idee. Appliqueren heet die wijze van stof versie ring, waarbij het ene stuk stof op het andere genaaid wordt. Vooral voor wandlappen, thee mutsen en kussens wordt dit soort naaldkunst veel toegepast, met alle soorten stof, maar toch wel vooral met vilt. L vuile knie» h verschrikkelijk aan uw zoontje, wanneer an het voetballen veel te laat thuiskomt en waarom kunt u het toch niet over uw hart verkrijgen hem een standje te geven? Waarom moet u vertederd glimlachen om uw dochtertje, wanneer ze bruiloftje 6peelt ook al heeft ze daarvoor vitrages gebruikt die u juist keurig en schoon gewassen had? Waarom? Wat is dat toch eigenlijk met die jongen, dat meisje? Hoe komt het, dat we ons tien keer per dag boo6 maken over hen en toch zo verschrikkelijk veel van ze houden? De Ameri kaan Alan Beck is er in het tijdschrift „Good Housekeeping" over aan het filosoferen gegaan. Wat is een jongen en wat is een meisje? vroeg hij zichzelf af. En u, als u zijn „definities" gelezen hebt, zult glimlachend bij uzelf denken: of het nu om Amerikaanse of Hollandse kindertjes gaat, doet er niet toe. Mr. Beck heeft gelijk: zó zijn ze! Kleine meisjes zijn de liefste wezentjes in het leven van de mens. Ze worden geboren met een klein beetje engelachtigheid en of schoon die eigenschap wel enigszins verdwijnt, blijft er toch altijd genoeg over om uw hart te doen smelten zelfs wanneer ze in de modder spelen, of onbeheerst huilen, of op straat lopen in de beste kleren van hun moeder. Dienstbetoon In Akron in de Amerikaanse staat Ohio belde een vertwijfelde huisvrouw naar een elektricien. „Mijn centrifuge staat in brand", schreeuwde re door de telefoon, „Is daar nog niets aan te doen?" „Gewoon verder laten branden", antwoordde de man en hing op. Een heel wat moeilijker, maar eigenlijk vèel móóiere manier van viltversiering is de methode, die we hierbij beschrijven. De viltmotieven worden dan name lijk niet OP het grote stuk vilt genaaid, maar er IN, \n wel zo, dat de draad niét te zien We zullen u eerst laten zien, hoe dit soort versieren in zijn werk Tussen de categorie onschuldige babies en die van waardige, verstandige mannen vinden we die alleraardigste groep, die zich aandient onder de naam „jongens". Jongens vindt men in verschillende ma ten, maar ze hebben allemaal dezelfde overeenkomst: ze ge nieten van iedere seconde van iedere minuut van ieder uur van iedere dag en met veel ka baal (hun enige wapen) pro testeren ze wanneer de laatste minuut van de dag is aangebro ken en ze naar bed worden ge stuurd. Jongens vindt men overal bo venop iets of er onderaan of er binnenin, ergens op klimmend of ergens aan zwaaiend, ren nend of springend. Moeders houden dolveel van ze. kleine meisjes hebben een hekel aan ze. oudere broers en zusters dulden ze, volwassenen zien ze over het hoofd en de Lieve Heer beschermt ze. Een jongen dat is Waarheid (met een veeg over zijn ge zicht), schoonheid (met een pleister op zijn knie), wijsheid (met kauwgummie in z'n haar> en de Hope der Toekomst (met een knikker in zijn broekzak). Die dekselse kwajongen ondeugende aap van eer Hoe vaak per dag zegt bij zichzelf Enne. per dag delft juist ti Hoop lawaai Wanneer u het druk heeft, is een jongen een opdringerig en ner gens rekening mee houdende, vervelende en onaangename hoop lawaai. Wanneer u wilt, dat hij ergens een goede indruk maakt, dan doet hij juist vrese lijk stom of in een ander geval stelt hij zich aan als een halve wilde met geen andere eigen schap dan vernielzucht, die hij op alles en iedereen toepast, ook op zichzelf. Een jongen is van een merkwaar dige samenstelling: hij heeft de eetlust van een paard, de spijs vertering van een degenslikker, de energie van een brok dyna miet, de nieuwsgierigheid van een kat, de longen van een dic tator, de verbeeldingskracht van een Jules Verne. de verlegen heid van een viooltje, de ver metelheid van een ijzervreter, het enthousiasme van een voet- Een klein meisje kan schattiger (en ondeugender) zijn dan wie ook ter wereld. Ze kan opgewon den in het rond springen en stampvoeten en afgrijselijke gillen slaken die op uw zenuwen wer ken; en juist op het moment dat u uw mond opent om er iets van te zeggen gaat ze voor u staan met een snoezig onschuldig ge zichtje. Een meisje is de Onbe vangenheid (terwijl ze met modder kliedert) de Schoonheid (terwijl ze op haar hoofd probeert te staan) en de Moederlijkheid (terwijl ze haar pop aan een been mee sleept) Meisjes vindt u in allerlei kleu ren: zwart, wit, rood, geel of tijd de kleur waar u het meest van houdt. Zij verstoren de wet van vraag en aanbod: er zijn miljoenen kleine meisjes, maar elk van hen is kostbaarder dan robijnen. Zangstemmetje Kleine meisjes hebben het zang stemmetje van een vogeltje, het gilletje van een big, de koppigheid van een ezel. de streken van een aap, de springerigheid van een sprinkhaan, de nieuwsgierigheid van een kat, de snelheid van een iazelle. de sluwheid van een vos, e zachtheid van een heel klein poesje en boven alles: de ziel Een klein meisje is dol op nieu we schoentjes, mooie jurkjes om mee naar een veriaardagspartij- tje te gaan, kleine dieren, de kleu terschool, dingen die veel lawaai maken, hun vriendinnetje, pop pen, sprookjes, ijsjes, keukens, kleurboeken, pannetjes of kanne- Ze houdt niet zo erg veel van bezoekers, van jongens in het al gemeen, grote honden, dingen die eerst van een ander geweest zijn, rechte stoelen, groenten of om in de tuin te moeten blijven. Ze is het luidruchtigst wanneer u over iets nadenkt, het liefste wanneer ze u heeft boos gemaakt, het druk ste bezig wanneer het tijd is om naar bed te gaan, heel stilletjes en zoet wanneer u haar de ka mer wilt uitsturen en ze gaat flemen en flirten wanneer ze eigenlijk een flink standje zou moeten hebben. Wie anders? Wie anders kan u meer ver driet. vreugde, prikkelbaarheid, tevredenheid, verrassing en op luchting bezorgen dan deze com binatie van Eva, Salomé en Flo rence Nightingale? Ze kan uw huis overhoop ha len, uw haar en uw waardigheid uw geld. uw tijd en uw hu meur gaat er aan en dan, juist op het moment dat u uw geduld verliest, lacht zij u zonnig toe; en u hebt alweer verloren. Ja-, ze is een hartgrondige, zenuw slopende plaag, die vol katte- kwaad zit. Maar wanneer uw dromen op niets uitlopen en wanneer de wereld u één grote rommel toeschijnt, wanneer het lijkt dat u toch eigenlijk maar een grote sukkel bent dan kan zij maken dat u zich een koning voelt wanneer ze op uw knie klautert, haar armpjes om u heen slant en fluistert: „Pap pie? Ik hou het- allermeest van gaat. U probeert het met een stuk je vilt, dat u eerst in twee helften knipt, en daarna gaat u ér weer één geheel van maken door die helften aan elkaar te zet- tén. U neemt het ene j stukje vilt en I steekt de naald schuin in de tij kant, die door het knippen is ontstaan (fig. I). U duwt hert met de vin gerhoed dieper naar binnen en stuurt hem een einde boven Het warme, gemakke lijk zittende huisjasje, waarmee hij in een luie stoel kan hangen zonder bang te zijn dat vrouw lief later over kreukels kermt, is een hartewens van veel mannen ge tuige het grote aantal ver- roekan dat wij kregen ovi eens een patroon voor zo'n kledingstuk te plaat sen. Het hierbij afgebeelde jasje is van het gangbare model: kraag, manchetten en ceintuur zijn wan ge ruite wollen) stóf, terwijl het jasje zelf effen is. Drie grote zakken zorgen voor de onontbeerlijke bergruimte. U heeft 1.80 m stof nodig van 1.40 breed. Patroon nr. 255 is verkrijgbaar in de maten 48, 50 en 52, ter wijl maat 54 apart besteld kan worden. De patronen zijn a 1 0.50 verkrijgbaar aan onze bureaux. Ook kunnen ze per post worden toegezonden. In dat geval gelieve u aan de adreszijde nan de briefkaart, waarop u uw bestelling doet. naast de gewone fran keerzegel (8 cent, denkt u er aan?) f 0.60 extra aan postzegels te plakken. Geeft u binnen een week uw bestelling op, want na 16 november kunnen geen opdrachten meer worden aanvaard. de rand af breekt daar door de viltoppervlakte heen. U trekt de draad mee en gaat dan over tot het maken van de volgende steek. U begint met de naald in het gat te duwen waar u hem zoéven uitgetrokken heeft, alleen laat u nu de naald een andere richting kiezen (zie de tekening onder fig. I). U beweegt hem door de vilt- laag en laat hem er aan de zij kant uitkomen, dus niet aan de boven- of onderkant van het vilt. Vervolgens laat u de naald over gaan in de zijkant van het ande re stuk vilt. Hier laat u een eindje van de rand af de naald uit het binnenste van het vilt weer naar boven duiken en stuurt hem na het aantrekken van de draad door hetzelfde gat weer in een nieuwe richting. Door op deze manier te Wat stelt dat nu voor? J. .1A. Net wat u zegt: wat stelt dal nu voor? Een jurk? Oj een rok met een te lange blouse? Nee, het is een regenmantel, en nog wel gemaakt door een Londen- se ontwerper (Paul Blanche) die toch eigenlijk beter moest stad, die berucht vele i ■nbuie Het ding (die mantel dan) maakt van paarse satijn. M schien, als het heel hard gi draagt mevrouw er wel e plastic regenjas overheen. Hij is dol op Hij is dol op ijsjes, messen, za gen, Sinterklaas, plaatjesoue- ken, de jongen aan de over kant, bossen, water (dat wil zeggen water in beekjes of ka nalen), grote beesten. Paps, treinen, vrije middagen en ma chines. Hij is niet zo heel erg dol op de zondagsschooldeftig gezelschap, de gewone school, boeken zonder plaatjes, muziek lessen. dassen, kappers, meis jes, jassen, volwassenen of bed tijd. Er is niemand die zo vroeg op staat. of zo laat aan tafel komt. Niemand anders kan zoveel plezier beleven aan een boom, een hond of stormwind. Nie mand anders dan een jongen slaagt er in om in zijn broekzak te proppen een roestig mes, een half opgegeten appel, een stuk touw van een meter lang, een leeg lucifersdoosje, twee knik kers, een kwartje, een tennisbal, snoepgoed van een onbekende substantie en een geheimzinnig stuk ijzer met een gat er in. Wonderlijk iets Een jongen is een wonderlijk iets je kan hem buiten de deur sluiten, maar niet uit je hart. Je kunt hem uit de ka mer zetten, maar niet uit je gedachten. Het heeft geen zin er omheen te draaien: hij is uw overwinnaar, uw chef, uw baas, uw meester en uw aanvoerder dat sproetige, watervlugge las tige hoopje herrie. Maar wanneer u 's avonds thuis komt met alleen maar de brok stukken van uw dromen en ver wachtingen dan kan hij ze weer aanéén lijmen door die twee woorden: „hallo paps!" „Mevrouw, komt het u ge legen, dat broeder X en ik morgenavond op huisbezoek komen?" Uitermate vriendelijk ant woordt mevrouw: „Hè, wat spijt me dat nu I 't Kan onmógelijk morgen avond." Kunnen we dan misschien een andere avond afspreken? Liefst een avond, waarop uw twee oudste kinderen óók thuis zijn?" „Nou, dat is erg moeilijk. Alle vier thuis komt haast nooit voor. 't Is al moeilijk, een avond te vinden, waarop m'n man thuis is." „U heeft geen telefoon?" „Nee, die bezitten we niet." „Zou u dan vanavond in over leg met uw man willen bepalen, wanneer u ons het best ontvan gen kunt? Dan kom ik morgen nóg wel eens horen." Ouderling Af. Mevrouw pie kert na: „Nee, stel je voor, zul len ze eindelijk na weet ik hoe veel weken eens samen naar de bios gaan en dan zou je me daar om zo'n ongelukkig ouder lingenbezoek thuis moeten blij- Ze ziét de gezichten van haar kinderen al, als zij zegt, dat ze thuis moeten blijven, omdat de ouderlingen komen! Intussen haast ouderling X zich naar zijn drukke werkkring en bepeinst, hoe en wanneer hi.i er de volgende dag het kwartier af moet knijpen, wéér een af spraak met deze mensen te ma ken en welke gemeenteleden hij vanaf zi.in kantoor telefonisch zal trachten te bereiken voor een bezoek op de volgende avond. Hij zou natuurlijk wel hebben kunnen vragen of één van haar kinderen hem bericht zou kunnen brengen, wanneer het huisbezoek hen schikte, maar 90 pet. kans, dat hij dan niets hoorde. Hij kent zijn „pap penheimers" in de wijk zo zachtjes aan wel. Eindelijk is dan de avond van het huisbezoek vastgesteld. „De ouderlingen komen vanavond", deelt Moeder haar grote kinde- „Mij niet gezien." beslist zoonlief. „Ik zal wel braaf op alles „ja en amen" zeggen", deelt de doch ter mee. waarop haar vader zegt: „Ik ben van plan het te gendeel te doen.Is me dèt een toestand met die kerk hier? 'k Zou wel eens willen weten, waar mee die dominee hier z'n dikke tractement verdient! Je ziet de man nooit en nergens en die twee dooie preken schrijft - ie óók maar uit een boekie over." „Ssstt, man! Zó mag je niet praten," waarschuwt Moeder. Maar 't klinkt zwak. Intussen knielt ouderling X voor zijn God neer. „Heer, gaat U als 't u blieft met ons mee. Leg zélf ons de woorden in on ze mond, want wie zijn wij? Help ons Heer...." Zijn vrouw zegt in de gang nog: „Sterkte hoor! Zie je er weer tegenop?" ..'t Is zó moeilijk kind, zó moei lijk! Bid jij hier thuis voor Zó gaa<t het dikwijls. Welen de gemeenteleden dit wel? Besef fen zij wel, dat het de béste oudérllngen zijn, die er zo tegen op zien? Zij zijn de ootmoedi- gen, die ervan doordrongen zijn, zónder hun Heer niets te vermo- gèn. Er zijn óók wel ouderlin gen geweest (misschien zijn zij wij het de ouderlingen tóch niet zo zwaar maken. Wij weten zelf toch veel te goed, hóe moeilijk het kan zijn om een geestelijk gesprek met iemand te beginnen. Vele mannen bedanken voor het ouderlingschap en geven daar bij als reden op, dat zij de ga ve van het woord niet bezitten. Nee, die bezat Mozes absoluut niet en tóch moest hij op de Farao af. En wie zal van zich zelf vinden, dat hij die gave wél bezit? De ouderlingen, die bij ons komen, vinden het mis schien nog wel moeilijker dan u of ik. om te beginnen over deze dingen. Laten wij hun taak dan niet verzwaren. Daar be staan allerlei maniertjes voor. Bijv. Zólang over koetjes en kalfjes praten, het gesprek over de kerk en de dominee, de sy node en de kunstmaan zó lang rekken tot het uur van vertrek der broeders, die nog "erde^ moeten, is aangebroken. En bij al deze onderwerpen kan je je hart zo lekker potdicht houden. Je persoonlijke verhouding tot Overpeinzingen van Margaritha er nóg wel, maar laten wij ho pen van niet), die zichzelf zeer geschikt achtten voor dit uiterst tere werk. Ouderlingen, wie de teksten uit de mond rollen, die zélf het grootste deel van de avond aan' 't woord zijn en niet luisteren kunnen. Die over de kerk praten, maar nooit van hart tot hart over de Here Jezus spre ken. Die soms in een jarenlang „in 't ambt staan" wel veel over hun godzalige tante of vro me moeder verteld hebben, maar nooit tot de harten van de men sen doorgedrongen zijn. Maar wat is dit ook moei lijk! Beseft dit toch, gemeente leden. Ziet deze mannen toch als broeders, die van Ohristuswege bij u komen. Sluit uw harten niet zo toe. Maakt er geen moord kuil van. Gooit er alles maar uit. Pas dén is er kans op een vruchtbaar gesprek. Daarom ben ik persoonlijk ook zeer voor een éénmanshuisbezoek. Hoe dikwijls is het al niet voorgekomen, dat één ouderling nét contact had met iemand en dat zijn mede broeder er dan een opmerking tussenin gooide, die alles kapot maakte. De dunne draad brak. Wij spreken ons toch veel eer der tegenover één medemens uit, dan tegenover twee? Laten God komt er niet aan te pas. Evenmin als: je getuige zijn in deze wereld. Vrouwen hebben er een handje van, om lang en om slachtig bezig te zijn met thee en koffie, telkens wéér op te staan om iets te presenteren, zodra het gesprek te dicht bij haar hart komt. U weet niet half dames, hóé ergerlijk voor iedere bezoekér, rtaar zéker voor ziels- zorgers dat heen-en-wéer-ge- loop van u is. U maakt de sfeer daar zo onrustig en vervelènd mee. Een eerste vereiste voor een gastvrouw is: te zorgen, dat alles klaar en zo dicht mogélijk bij de hand staat, als er van tevoren aangekondigd bezoek komt. Is dèt nu zoveel moeite? Er moet dringend meer open heid tegenover elkaar onder ons komen. Waarom zouden we el kaar als gelovigen niet vertel len van dé wonderen, die God aan ons gedaan heeft? Eens uit schreien bij een ander. Zodat we elkaar tot een hand en een voet kunnen zijn op de levens weg en God in alle dingen groot maken? Als wij op geestelijk gebied zo gesloten zijn als het graf. is ons hart dan wel bran dende in ons? Zegt de bijbel zelf niet: waar het hart vol van i«, loopt de mond van over? Het ouderlingenbezoek moet weer tot een zegenrijke ontmoe ting met de broeders worden. Een ontmoeting, waarbij we zeer reëel Christus zélf aanwe zig achten. Bereidt zó dit bezoek, óók tegenover uw kinderen voor. MARGARITHA Nu heb ik zoveel mooie brie ven gekregen van mensen, die bij opwekkingsbewegingen (laat ik ze zo maar noemen, al is dit misschien niet helemaal juist) zó versterkt zijn in hun geloof, zich hun geloof en hun getuigen de roeping zo bewust geworden zijn, dat het mé onmogelijk is, die allen afzonderlijk te beantwoor- Als ik dit stapeltje blije brie- De onbetaalde rekeningen van de Werk. Nee, deze mensen zijn niet overdreven, hysterisch, geëx alteerd of wat voor mooi eti ket wij, kerkmensen daar dade lijk voor klaar hebben. Deze mensen zijn allen in hun kerk gebleven en dragen daarin hun blijdschap, hun levensbeschou wing uit. Alle twaalf brieven Zijn van gereformeerden Mensen, ik ben blij en dank baar met jullie voor deze onder vonden zegen. Dien er nu uw eigen kerk mee. Dan móét dit in haar midden te merken zijn. En is dat nu al niet het geval? Ik vind van wél. De Heer der Kerk zij dank. Mr. E. L.v. E. Dank voor uw schrijven. Achter die vliegende schotels en de bewoners van Mars en Venus zet ik dikke vraagtekens. Ik geloof dat niet. Wat u me schreef interesseer de me zeker en ik houd me voor eventuele nieuwe gezichtspun ten uwerzijds in dezen aanbevo len. Intussen draait de tweede kunstmaan alweer om onze aarde heen. 't Gaat alles in zo'n snel tempo.. Mevr. A. Z. te R. Dank voor uw fijne brief. Ik ben het met u eens hoor, dat ordé één der schoonste zaken is. Fijn. dat u op die bruiloft zo genoten hebt. Natuurlijk verheugt de Here er zich over als Zijn kinderen echt plezier hebben. Zijn eerste won der verrichtte Hij immers op een bruiloft, waar Hij in de vreugde deelde en tot meerdere vreug de dat water in wijn veranderde. a werk te gaan wordt de draad on zichtbaar. De onderste figuur (I, II) verduidelijkt een en ander. De viltversierlngen naait u op dezelfde manier vast. U knipt de motieven uit. legt ze op een stuk vilt van een andere kleur, gaat de omtrek heel precies na en dan knipt u die ruimte (ook een figuur dus, die u op weer een andere kleur vilt kunt gebruiken) heel nauwkeurig uit. In die „opengeval len" ruimte past dus precies het motief dat u eerst had uitgeknipt. Voor dat knippen moet u wel een heel scherpe schaar hebben, die goed met de punten knipt. Van zelfsprekend hoeft u zich niet aan vissen te houden, maar u kunt ook bloemen-, vruchten-, bladeren- en vogelsilhouetten kiezen. Meer ruimte voor kleinbehuisden Niet iedereen beschikt over zo veel fantasie, speels vernuft en handigheid, dat hij of zij een be paalde. beperkte ruimte kan om toveren tot een woonruimte, waar in geleefd, gewerkt en gerust kan worden. Nog te vaak worden de kamers, waarop een jong echt paar na lang wachten beslag heeft weten te leggen, onoordeelkundig ingericht, „volgepakt" met meu bels, zodat er voor de mensen zelf nauwelijks of geen ruimte over blijft. De binnenhuisarchitect J. van Waalwijk neemt in het boekje „Klein wonen, maar gezellig wo nen". dat in de serie „Raad en Daad", uitg. Jan van Tuyl, Zalt- bommel, is verschenen, deze moei lijkheden onder de loupe. Hij geeft practische tips voor het benutten van kasten, hij laat zien hoe in een minimale ruimte toch heel goed een zit- en eethoekje ge maakt kan worden, als men maar kleine en lichte meubelen voor lief neemt en niet vasthoudt aan een „ameublement". mooie kleurschakeringen bl) veel licht In bloemenmanden ziet men vaak een plant met fraaie bon te leerachtige bladeren. Een zéér deeoratleve plant, die bij liefhebbers dadelijk de vraag doét opkomen: is dat misschien iets voor mijn vensterbank? vrij Die plant is de Eurya japonica. Ze is dat zegt de naam wel dui delijk, afkomstig uit Japan en be hoort tot dezelfde plantenfamilie als de thee, al lijkt ze wat de bladeren betreft, niet veel op de theestruik. Wel is het een struikachtig ge was. De bladeren zijn, zoals we reeds opmerkten, leerachtig en van donkergroen tot lichtgroen van kleur, met geelachtig tot wit te randen, die soms vrij breed zijn en zich vaak langs de ner ven uitstrekken. De jonge blade ren, als ze nóg in de knop zitten, vertonen een roodachtige kleur. De kleurschakeringen, die zo ont staan, zijn opvallend mooi. Veel zorg behoeft men niet aan de Eurya te besteden. Ze houdt van een koele standplaats, die in dé winter echter niet zo koel mag zijn, dat ze in de vrieskou komt te staan. Tegen vorst kan ze niet. Wel houdt ze van veel frisse lucht en veel licht, heel veel licht zelfs! Al» zé dit krijgt tooit ze zich met de fraaiste kleurschakeringen. Ook hier geldt echter, dat over daad schaadt. Zo zagen wij deze zomer in een van onze toeristen plaatsen op een plein een aantal kuipen met bloemen en planten ter versiering staan. Daar stonden ook Eurya's in. Doordat deze de gehele dag in de zon stonden, wa ren de bladeren aan de top van de planten geheel eréme, sonder dat! In de zonler geve veel water. Om de veertien dagen moet er wat kamerplantenmest in zijn opgelost. In de wintermaan den behoeft ze maar zo af en toe een scheutje water en helemaal geen mest. Overwinteren kan wel plaats hebben in de koude kamer, maar het moet er, zoals we reeds opmerkten, vorstvrij zijn. Dus bij strenge vorst -• „i s Als dat nodig is kan met de Eurya verplanten. Dat doet men het best in het voorjaar, tegen de tijd dat de hérgroei begint. Maar het is niet nodig het elk jaar te doen. Wat de aarde betreft is ze nogal kieskeurig. Die moet na melijk bestaan uit wat bladaarde, vermengd met bos- en heidegrond en klelzodengrond. De Eurya is bang voor kalkhoudende grond Het verplanten kan men het beat ioor een bekwaam bloemist laten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 17