Het grote avontuur van kabouter Frits Wat Jimmy de Leeuw zoal beleefde yonze jeuqó-p&qin^ ZONDAGSBLAD In dit net van koorden en kno pen moet gepro beerd worden van links naar rechts te komen door de koordjes te vol gen, maar zo, dat men zo min moge lijk knopen tegen komt. DOOR MARTI EN VAN DIJK Onze brievenbus Beste jongens en meisjes. HVan Ineke B r i e n e n ont ving ik toch zo'n leuke foto! Samen met nog een meis je is zij uitgedost in bruidsgewaad op de foto ge gaan. Nu jullie staan er prachtig op, jammer dat de foto iets te licht was, anders had ik ze wel ge plaatst. Veel goede op lossingen kwamen er weer binnen van de puzzel van vorige week. Heel wat woorden konden er worden gemaakt van die paar lettersIk zal ze niet noemen, ieder had weer andere woordjes gemaakt, 't zou een te lange rij worden. Jaap B r emmer heeft deze keer de hoofdprijs gewonnen. J en- nek e en C ob i e Cornet krijgen alle twee een troostprijs. Gefelici teerd hoor'. Voordat ik met het beantwoorden van de brieven begin wil ik eerst aan diegenen vragen die dit nog niet doen, (Vervolg van vorige week.) De mieren deden dit en sleepten toen Frits op een hardhandige manier naar het mierengebouw. Door lange gangen en onder lage gewelven werd Frits ten slotte in een heel klein ka mertje gebracht en hier ruw neerge gooid op een bed van gras en den- nenaalden. De mieren gingen weg, en Frits bleef alleen in het donker achter. Hij huilde en huilde en dit was heus geen schande, want tenslot te was hij maar een kleine kabouter en hoe zou hij nu ooit zijn dorp en zijn makkers en vooral prinses Hil- degarde terugzien? De rest van de nacht bracht hij in het donkere ka mertje door, rillend van angst. Tegen de morgen hoorde hij zijn bewakers aankomen. Ze maakten de touwen, waarmee hij vastgebonden was los. en duwden hem voort door de lange gangen tot ze in een grote zaal kwa men. Hier lag de grote mier van de vorige avond op een bed van vogel dons en konijnehaartjes. Aan de mu ren hingen doodskoppen van vinken, nachtegalen, lijsters en nog veel meer vrolijke zangvogels uit het bos. Uit zijn bolle ogen keek de mier kabou ter Frits vals aan. Hij kwam over eind en vroeg waar hij vandaan kwam. Bevend en stotterend vertel de Frits van het bosvolkje, ver weg achter de hoge bergen en de woestijn en van de prinses, die over hen re geerde. Toen Frits klaar was met zijn verhaal, begon de mierenhoofdman vals te lachen. ,,Zo", zei hij, ,,goed dat je me dat verteld hebt. We zul len eerst jou opeten en dan gaan we eens naar dat mooie bos van jullie toe, om daar de zaak uit te moor den. net zoals ik hier alle dieren heb laten vermoorden en opeten." Stom van schrik keek kabouter Frits hem aan en bedacht meteen, dat hij door van het bos waar hij woonde, te ver tellen, al zijn makkers en de prinses in groot gevaar had gebracht. Hij werd weggebracht naar het donkere kamertje en weer vastgebonden. Toen lieten zijn bewakers hem alleen. Ka bouter Frits dacht diep na. Nu be greep hij alles van de stilte van het bos, die hem zo bang had gemaakt en ook van de geheimzinnigheid in de boeken van zijn grootvader over dit bos. Die afschuwelijk rode mie ren hadden alle levende wezens bijna gedood en nunu ze alles wisten van het bosvolkje zouden ze daarheen trekken en hun eigen gezellige dorp net zo uitmoorden als ze het hier had den gedaan. Wanhopig rukte hij aan de touwen. Hij moest los; hij moest ontvluchten om zijn vrienden en de prinses te gaan waarschuwen. Hij moest er uit. Maar de touwen zaten stevig vast en al zijn rukken en trek ken was tevergeefs. Kabouter Frits verzint een list Na verloop van enkele uren kwa men er een paar mieren in het ka mertje bij Frits. Ze begonnen met al zijn zakken te doorzoeken en von den op het laatst de kleine veldfles, die Frits nog steeds had. Nieuwsgie rig draaide een mier de dop er af en nam een slok van de bosbessen- wijn. Plotseling liet hij de fles val len, maakte een paar rare sprongen en viel dood neer. Verbaasd keek Frits toe, terwijl de andere mier verschrikt wegholde. Zouden ze er niet tegenkunnen?, dacht hij. Toen hoorde hij dat de mieren terugkwa men. Ze sleepten hun dode kameraad weg en wierpen boze blikken op ka bouter Frits, net of die er de schuld van was, dat de mier een slok uit zijn veldfles had genomen. En toen, plot seling flitste er een plan door zijn hoofd. Als hij dat kon doen, was zijn dorp gered. Hij wachtte totdat het avond was geworden en toen hij geen geluid meer hoorde, begon hij voor zichtig zonder geluid te maken, om te rollen, steeds voelend of hij geen scherpe dennenaald kon vinden. Ein delijk ja hoor, daar ha<J hij er een te pakken. Met de grootste moeite werkte hij de dennenaald tussen zijn vastgebonden handjes en begon te za gen. Langzaam sneed de naald door het touw en eindelijk knapte het af. (Volgende week verder). je naam, adres en leeftijd In je brieven te schrijven. Doen jullie dat in 't vervolg? Afgesproken! Dan hier jullie brieven. Hoe gaat het nu met Jannie en Corrie Branderhorst? Zijn jullie de ze week vergeten me te schrijven? Wat een mooi postpapier heeft Jan nie de Deken! Hoe heet je kleine zus je Jannie? Ans en Elly van Elde- ren stuurden mij de oplossing mooi gekleurd, bedankt hoor. Jij bent dus nu gelukkig weer beter Jan Ba- rendrecht, in welke klas zit je op school? Schrijft Antoinet Dompe ling ook weer eens? Wat heb jij veel cadeautjes gekregen voor je ver jaardag Greetje Boom, heb je een eigen kamertje waar je de geschen ken in kunt ophangen? Van Gera Brandwijk kreeg ik ook alleen maar een oplossing, schrijf je me ook weer eens? Is Ineke de Bruijn ook weer opgeknapt? Fijn dat je zo'n mooie mantel hebt gekregen! Het vriem dinnetje van Hannie de Bruijn is ook' al ziek. jij speelt nu zeker met je zus je? Mag jij ook wel helpen met fruit plukken Winifred van Geest? Gelukkig dat het cadeautje naar je zin was. De schort die je aan 't maken bent is zeker voor jezelf An nie van Es? Hoe is het met Johan en mamma, al wat beter? Emmie v. d. Berg schreef mij ook weer een brief, wat ben jij aan het maken op de handwerkles Emmie? Frans Blom stuurde mij heel wat woordjes! Spaar je nog steeds ijverig postze gels Frans? Van Dickie v.d. Berg heb ik hier nog twee gezellige brie ven. Jouw broer heet zeker Ab? Die naam vond ik tenminste ook in het rijtje. Wat ben jij uitgeweest in de vacantie Ada Bax. Blijft de mees ter in Goes of komt hij weer terug? Je brief heb ik de andere keer waar schijnlijk niet ontvangen, ik herinner me niet een brief van je gezien te hebben Jacob Boer. Maar nu is het wel weer goed? Wat een jongens bij jullie thuis Aat én Wim Benard. Je kleine broertje heeft een mooie naam gekregen zeg! Herkent hij jullie al? Gelukkig dat jullie alle drie weer beter zijn Hanneke, Greet en Wil Fa- ber, op bed liggen is ook niets gedaan wel? Willem wordt dus al een hele baas! Dat is een hele zieke fami lie bij jullie Edellne van Halem, hoe vindt Pimmetje het op de grote school? Een poosje geen bijles vind je zeker wel goed Gert Jan van Dam zitten er veel kinderen op die les? Hoe was het feest op school dinsdag Ria v.d. Berg? Ga je nog vaak naar je vriendinnetje? Nee dat is inderdaad niet mooi om te zeggen dat je ziek bent als je het heel niet bent Thea Geleljnse. Wat mooi dat je van die hoge cijfers hebt behaald met Frans en Engels! Jij bent natuurlijk erg geschrokken toen dat ongeluk vlak voor jullie deur ge beurde Corrie Bagchus. Weet je al wat je moeder geeft? Schrijft An neke van Eersel ook eens wat meer over haar zelf? Elsje Bronsveld schreef mij een keurig briefje op heel mooi postpapier, heb je dat pas ge kregen Elsje? Wat een cadeaux kreeg Hans Grootendorst! Nog gefe liciteerd Hans, jammer dat je ziek was. Nelly ook al schreef ze me, wat een drukte zal dat zijn geweest voor moeder al die zieke jongens in huis. Is zij zelf nu al opgeknapt? De nieu welingen volgen hieronder: Jan de Groot, Hennie Leny de Groot, Margriet en Annet Andriessen (het adres was goed en je mag elke keer als je let ter aan de beurt is in sturen), en Anneke Bot. Hartelijk welkom alle maal hoor. Neven en nichten, de bodem van de brieven- helemaal leeg. dus dit is dan het einde deze week. Volgende week beantwoord ik de brieven van H-N. weer. Dag allemaal Tot de volgende keer TANTE JOS 217. Jimmy is erg in gedachten verdiept. Hoe moest hij die kleine zebra helpen? Heel graag wil hij dat doen, maar hij weet niet hoe. 't Is gek, maar altijd krijgt hij van die nare karweitjes op te knappen, 't Ene is nog niet voorbij, of 't andere staat al weer voor de deur. Zo loopt Jimmy maar te piekeren, en hij zucht er van. De kleine zebra loopt achter Jimmy aan. Als dat grote dier nou maar eens wat zei, maar hij - zegt geen woord. Dat begint 't ze- bra'tje eindelijk te vervelen. Hij trekt Jimmy eens flink aan zijn staart en zegt: ,,Zeg, waar gaan we eigenlijk naar toe?" Jimmy schrikt er van en weet niet wat hij zeggen moet. ,,Dat weet ik nóg niet," zucht hij eindelijk. En gelijk wil hij de wandeling weer vervolgen. De kleine zebra begint te huilen, de tranen lo pen hem over de wangen. Jimmy wordt er akelig van: hij kan nu een maal geen tranen zien. ,,Nou moet je niet gaan huilen. Daar schieten we niks mee op. En dan kan ik niet nadenken." 218. Jimmy zoekt naar iets om de aandacht van zijn vriendje af te lei den. Want aan dat huilen moet een eind komen. ,,Zeg, je moet me toch eens vertellen hoe je eigenlijk heet. Mijn naam is Jimmy, en hoe heet jij?" Heel bedroefd kijkt de zebra Jimmy aan. ..Ik heb geen echte naam," vertelt hij. ..Iedereen noemt mij „de zebra zonder strepen". Vind je dat niet verschrikkelijk?" ,,Ja, zo iets is helemaal niet leuk. Dat be grijpt Jimmy ook wel. Voor tijdver drijf gaat hij zijn vriendje een sprookje vertellen. Dat blijkt een goed idee te zijn, want de kleine komt in betere stemming. De zon schijnt fel en werpt lange schadu wen vooruit. Ze komen langs een hek en de kleine zebra gaat een paar keer heen en weer rennen. Laat hem zijn gang maar gaan, denkt Jimmy. Dat verzet de zinnen wat, en dat heeft hij wel nodig. Jim my zal met genoegen een poosje wachten. Maar wat ziet hij daar op eens? Zijn ogen worden hoe langer hoe groter. „Halt!" roept hij. 219. „Nu heb je strepen!" roept Jimmy. De schaduw van het hek heeft inderdaad strepen getrokken over 't lijf van de kleine zebra. Oh, kon dat zo blijven. Dan was gelijk alle narigheid voorbij. „Heb ik stre pen?" vraagt de kleine zebra ver heugd. „Hoe kan dat zo opeens? Zou dat door 't rennen komen?" Hij komt naar Jimmy toe en dan zijn de strepen weg. „Als je achter het hek blijft staan, tekent de zon de scha duw van de heklatten op je lijf. Dan is 't net of je een echte zebra bent." De kleine probeert er iets van te zien, maar dat lukt hem niet. En weer begint hij te huilen, en hoe Jimmy ook probeert zijn jonge vriendje te troosten, 't lukt hem niet. „Aan die strepen heb ik niks!" roept hij. „Als de zon straks weg is zijn de strepen ook verdwenen." Zo is het. En daarin kan ook Jimmy niets veranderen, 't Is om je geduld te verliezen. Jimmy houdt zich stevig aan 't hek vast. Hij moet nog eens goed nadenken. Wie weet Correspondentie betreffende deze rubriek aan de heer W. Jan Luykenlaan 12, Den Haag. Nieuwe opgaven We vervolgen nu de laddèrwedstrijd met het tweede tweetal opgaven. Deze keer zijn het weer „düo-próblerrien" van prima makelij. Van Scheyens partner in no. 442, de Leidenaar v. d. Kwartel, publiceerden wij reeds eerder al is het weer enige tijd geleden diverse vraagstukken. Een introductie van deze •bekwame problemist is dus overbo dig. Met no. 443 verschijnt de naam van Verstraeten voor het eerst in deze ru briek. Deze aankomende problemist werd door Scheynen in het vak opge leid. No. 442 J. H. H. Scheyen, Kerkrade. P, v. d. Kwartel, Leiden. Zwart: 7, 9, 10. 12, 15, 16, 28, 34, 35, KRUISWOORD- RAADSEL Horizontaal: 1 Tuin bouwkundige, 9 gezins lid, 10 extra prijs, 12 titel, 14 larve, 16 baard, 18 Fr. lidwoord, 19 rijg- snoer, 22 gelaatskleur, 24 muntje, 25 mil. rang, 26 vuurspuwende berg, 28 eerder, 29 zuidvrucht, 32 achter, 33 bevel, 35 richtsnoer, 37 broeder, 39 vallei, 41 neer, 43 bekrompen, 44 soort, 46 ontelbaar, 48 pers. voor naamwoord, 49 gezins lid, 51 oproerling, 54 vreemde munt, 56 slim me streek, 58 lidwoord, 59 eerste kellner, 60 zanger, 61 verglaasde tegel, 62 pers. voor naamwoord, 63 geslo ten, 64 wapen, 66 titel, 67 klimwerktuig, 70 zangnoot, 72 groots. Vertikaal: 2 Voorzet sel, 3 dier, 4 regelmaat, 5 voorzetsel, 6 regelen, 7 pers. voornaamwoord, 8 plant, 11 verharde huid, 13 oevergewas, 15 zangstem, 17 na komeling, 19 ontken ning, 20 boete, 21 be vallig, 23 akelig, 27 fi guur, 30 naaldboom, 31 bewerkte huid, 34 zon nescherm, 36 landmacht, 38 zangnoot, 40 berg plaats, 42 borstbeen, 45 voetafdruk, 47 gekheid, 50 scheidsrechter, 52 smalle reep stof, 53 oord, 55 boomschors, 57 sociëteit, 58 planken vloer, 60 kort ogenblik, 62 edel metaal, 65 radio-omroep, 68 Decagram, 69 rondhout, 71 ambtshalve. Oplossing kruiswoordraadsel S oktober Horizontaal: 1 Sjees, 6 knorhaan, 7 fraai, 10 af, 11 is, 12 troebel, 16 lier, 18 M.O., 19 Lea, 20 bes, 21 dartel, 23 L.S., 24 ar, 26 peen. 28 lor, 30 na, 31 kot, 33 toeleg, 36 mortel, 39 sik, 40 as, 42 pos, 44 raam, 46 pu, 47 om, 49 kaftan, 50 dag, 51 oom, 53 el, 54 vore, 55 klinker, 58 si, 59 on, 60 stand, 61 contrast, 62 aarde. Vertikaal: 1 Saffier, 2 ski, 3 voor, 4 thee, 5 paneel, 8 air, 9 as, 10 albast, 12 toren, 13 oven, 14 B.L., 15 last, 17 es, 18 map, 22 team, 25 volk, 27 bots, 28 leis, 29 re, 31 krom, 32 te, 34 os, 35 gaaf, 37 op, 38 leugen, 41 sater, 43 pook, 44 rank, 45 mal, 46 parodie, 48 molton, 50 do, 52 mi, 54 via, 56 nota, 57 elan, 58 St., 60 sta. Inzendingen Inzendingen worden vóór donderdag as. op ons bureau verwacht. Oplossingen mogen uit sluitend op een briefkaart worden geschreven. In de linkerbovenhoek vermelden: „Puzzel oplossing". Er zijn drie prijzen: een van 5, en twee van 2,50. ZATERDAG 12 OKTOBER 1957 Zwart: 7/9 18, 15, 19, 26, 27, 30, 35, 36. Wit: 25, 28, 29, 38, 34, 38, 39, 42, 43, 47. 50. Voor beide opgaven geldt: wit begint en wint. Beide problemen tellen voor d« ladderwedstrijd. Oplossingen in te zen den binnen 3 weken na plaatsing. Voor de lezers, die de mededeling over de nieuwe ladderwedstrijd in onze vragenrubriek over het hoofd zagen, geven we in cijferstand de beste eerste opgaven uit onze vorige rubriek waarvan de oplossingen nog ingezonden kunnen worden vóór 20 oktober as. No. 440 (Arie v. d. Stoep): Zwart: 1, 8, 9, 12, 14, 17/19, 23, 26. Wit: 16, 20, 21, 31 33/35, 37. 42. No. 441 (M. v. Dijk): Zwart: 1, 6, 8, 12/14, 18, 19, 23/26. Wit: 16, 17, 28, 31. 36, 37/39, 41, 42, 48. Een eindspelletje uit de party. In de competitiewedstrijd H.C.D.V. 2— H.D.C.A.D.B. 2 deed zich het volgende niet moeilijke, maar wel leerzame eind spelletje voor. Wit: schijven op 16 en 45; dam op 28. Zwart: schijven op 18 29 en 34. Zwart aan zet was gedwongen tot 18 —23, waarna wit (H. C. Uitenbroek, H.C.D.V.) als volgt won: 1. 28x14!, 29 —33 (a); 2. 14—20, 33—39 (gedw.); 3. 20—25. (a) op 34—39 volgt eveneens 41 —20 29—34) en 20—25. Na 1. 2933 had wit eveneens op de volgende fraaie manier kunnen winnen 2. 14—25, 34—40 (gedw); 3. 45 x 34, 33 —38; 4. 25—20, 3843 5. 20—9 en wint waar zwart ook dam haalt. Er was zelfs nog een derde manier om tot winst te komen nl. .(na 29—33 2. 14 x 32 en nu op 34—35, 45—40 en op 33—39, 32—49. De eerste twee winstgangen zijn echter wel het meest spectaculair, lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 18