'betere ómaak
Vocale kunst in aria en lied
GEDICHTEN VAN J. B. CHARLES
Cultureel
venster
TO
PUBLIEK HEEFT
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 28 SEPTEMBER 1951
DAN FABRIKANT DENKT
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
ET is met
de publieke
smaak eigenlijk
een vreemde
kwestie, want
wie maakt nu
eigenlijk uit wat „men" werkelijk mooi vindt? Vaak lijkt het periment geslaagd was, dat de con-
°P' d«' feu mooi „behoort" te vinden, dat het publiek T.Tde' d^ors'neTta'brikant'
een bepaalde visie opgedrongen krijgt. Het is er mee als met de denkt!
confectionair, die, wanneer hij jurken op de markt brengt met
veel flodders en strikken, gemakkelijk kan zeggen, dat „de
vrouwen dat nu eenmaal willen", vooral wanneer hij zijn pro
ducten nog behoorlijk verkoopt óók.
Zo is het ook met
het inrichten van wo
ningen. Zij, die nog
verknocht zijn aan
old-finish en velours
kunnen buiten be
schouwing gelaten
worden. Het gaan
om hen, die „mo
dern" willen zijn,
maar die nog niet
voldoende inzichten
verworven hebben,
artistiek of zo men
wil smaakvol, om te
weten wat nu werke
lijk goed en verant
woord is. Zij kiezen
niet zelf. zij laten
zich raden en voor
lichten uit bestaande
voorraden, waar niet
zelden gruwelijke
kitsch onder schuilt.
Gordijnstoffen bijvoorbeeld! Wie
met zijn tijd wil meegaan, kan te
kust en te keur gaan, want de fa
brikanten hebben de waarde ont
dekt van het adjectief .modern";
de druktechniek staat voor niets en
zo rollen ze bij stapels de fabrie
ken uit, lappen in harde kleuren,
met zogenaamd grillige. dus
widi'
hang dus uw huis maar vol met de
ze hoofdpijnverwekkende horreur,
als u een kind van uw tijd bent.
Het zou de moeite waard zijn,
dacht een Amsterdamse gordijn
stoffen-specialist, als het publiek
nu eens zélf kon kiezen; een keu
ze. waaruit zou kunnen blijken, of
de opvattingen van de "onsument
nu inderdaad zo ver af staan van
die der kunstenaars, van hen, die
dessins ontwerpen niet uitsluitend
der wille van het verkoopbare
nummer één gekwalificeerd en
kreeg van het publiek de 2e
prijs. Antracietkleurig fond met
Meer samenwerking uus tussen
de industrie en de kunstnijverheid
dat zou het positieve resultaat
moeten zijn van deze wedstrijd.
Bij de feestelijke prijsuitreiking
wees de directeur van het insti
tuut voor Kunstnijverheid in Am
sterdam op de ontwikkeling, die de
kunstnijverheldsinstellingen in ons
land doormaken. Deze scholen
dienen nl. een grote soepelheid in
de leerplannen te betrachten. De
leraren moeten er op bedacht
zijn, geen vakscholen te maken
van deze instituten, maar er ook
niet uitsluitend op uit zijn, de
kunstzinnige ontplooiing van de
leerlingen te stimuleren.
Die leerlingen zullen later in de
praktijk moeten werken en daar
om is tijdens de opleiding de ken
nis van en praktijk in het bedrijfs
leven belangrijk. Helaas begrijpt
het bedrijfsleven deze taak nog
niet ten volle, omdat men liever
voortbouwt op eenmaal vastge-
wortelde tradities. Maar de veel
gevreesde controverse tussen ont
werper en het publiek, dat geen
smaak zou hebben, bestaat niet.
En vooral met deze wedrtrijd is
toch wel aangetoond, zei mr. Vos,
dat de kunstnijverheidsopleidin-
WIJ STAAN ER GEKLEURD OF
[AA-W
Dat Charles eigenlijk W. H.
Nagel heet en hoogleraar in de
criminologie te Leiden is, maakt
voor de beoordeling van zijn
verzameld dichtwerk (uitg. De
Geen gecultiveerde poëzie
gen gemotiveerd, ja zelfs enigs- Bezi Bij( Amsterdam)
zins gerehabiliteerd zijn. ni? verschil. De jurist ontmoet
te voorschijn over de
1 prijs, niet: wei
voorkomen dat de kopers zich on
bewust of bewust zouden laten be-
invloeden door de opvattingen van
de jury. Des te merkwaardiger is
het daarom, dat het resultaat van
de verkoop zo dicht het resultaat
van de prijsvraag benaderde!
Nauwkeurig was nl. bijge
den, welk dessin in de periode uuuei
2 februari tot en met 19 augustus
Inleiding tot de kunst
van Rembrandt
Herman Rutters, de ex-muziek
criticus uit Amsterdam, heeft
de serie „Hoofdfiguren
menselijk denken" van de Uitge'
boekje
i in deze verzen nauwelijks komen, dat toch eigenlijk beneden
en de criminoloog evenmin, de maat blijft. De dichter is er de
want een gedicht als „Fres- man niet naar en zijn manier
nes", dat een indruk geeft van van dichten sluit dit ook uit zulk
de strafgevangenis aldaar, is een minder geslaagd product ach-
nenseliik teraf wat op te sleren- °°k ls hll
nenseiijK. te W€jmg estheet om op de wijze
dichter in de eer- van Geerten Gossaert uiterst
Mpn kriifft rfp in. streng te selecteren, opa liever
alleen i
Charles i
hemel en
drukken zullen wij ze op
krantenpapier
met inkt die van schamelheid
stinkt
als zwart waddenslib
II
In de Camera Obscura" ver
haalt Hildebrand van het mis
troostige en bedompte school
lokaal uit het begin van de
negentiende eeuw met de impo
nerende katheder en de beruchte
plak. Deze trieste sfeer werd
bovendien nog versterkt door de
tentoonspreiding van sombere
kleuren, wat in die dagen als
de hoogste wijsheid in de kleur-
geving werd beschouwd.
Omstreeks de eeuwwisseling
ontstond hierin een kentering,
ingeluid door de schoolwet van
1878, die enige ingrijpende voor
schriften bevatte over de inrich
ting van scholen. De gevolgen
hiervan bleven niet uit en ge
leidelijk aan hebben dan ook
de katheder en tal van andere
attributen het veld moeten rui
men. Helaas zag men hierbij
jammer genoeg over het hoofd,
dat ook op het terrein van de
kleurtoepassing nog wel het een
en ander te verbeteren viel.
Zo kon het dus gebeuren, dat
honderd jaar na het verschijnen
van Hildebrand's meesterwerk
ondanks de opvallende verbe
tering van het schoolinterieur
het schoollokaal toch nog een
zelfde trieste indruk wekte als
vroeger.
Kleurenliefde van het kind
Het ontbreken van lichte en vro
lijke kleuren in de school wordt
ongetwijfeld het sterkst gevoeld
door de leerlingen zelf, die ge
noodzaakt zijn hierin een belang
rijk deel van de jeugd door te
brengen. Want reeds van jongsaf
aan legt het kind een opvallende
onnodig in de hand gewerkt. D
schrikbarende toename van
aantal „bnldragende" schoolkind;
ren, variërende van 5 tot 29 pj
voor de uiteenlopende leeftijd
groepen, moet zeer zeker ook v«
een deel worden toegeschreve
aan de foutieve kleuren van
schoolbord en de daar achter
legen werkwand.
Onder deze omstandigheden fe.
het zwarte schoolbord haast nii
langer gehandhaafd blijven e
werd het dan ook in steeds me
scholen verdrongen door
schoolbord op een event
ne wand hetgeen belangrijk mi
der vermoeiend is voor de ogen.
Proefnemingen met enkele a
re kleuren t.w. geel, oranje t
grijs leverden geen overtuigeJQU^
succes op. Een beperkte enqui
gehouden door de Gezondheid)
dienst T.N.O. onder
leerlingen en leerkrachten
de vraag welke kleur het me; _e 8
geapprecieerd werd,
voordele uit van de kleur groet tide
niettemin verzekerde ook het tifgtisc
ditionele zwart zich nog
relatief hoog aantal voorkeu^}
stemmen.
Belangrijkheid van de klei pl
Het lijdt geen twijfel, dat
de school van het gezichtsverrc
gen der kinderen zeer veel v
gevergd. Dit komt duidelijk
voren als men bedenkt, dat
pet. van de zintuigelijke indn
ken door de leerlingen opgedai
via het oog lopen en alleen wa< ibus
neembaar zijn door middel
de kleur. Hieruit valt 3
lijk het grote belang v
wust geraffineerde afgewogenhe 0tei
Ir
km
SE
i kleur en ruimte te conclui
het
nl. bijgehou- knfj8"boeh?e van hem, misschien onbewust
5l"hls 45 bladzijden -eschreven da, geloo, ik nieti een pro,Mthou.
t .„ff o uV. n? 1 ding tegen de speciale beroepskijk,
kunst van Bach Een korte le- Hie een mens geheel kan oplossen stukken
vensschets en een korte beschou- jn de beroepsman. Het nadrukke- derdijk
wing over de muziekwereld tijdens lijk parlando van zijn verzen onder- 7 dan
Bach s leven gaan aan het eigen-
lijke boekje vooraf. Men kan zich
in dit korte bestek moeilijk een
betere gids wensen dan Herman
Rutters, die zeer duidelijk en zeer
gedocumenteerd iets
druk dat hij de mededeling v
zijn menselijke gevoelens in ve
vorm nodig heeft om jurist en c
minoloog te blijven. Er leeft
Maar welbezien
de
de
dit jaar het
kocht. Het bleek toen, dat het ont
werp, dat de jury als nummer één
had gekwalificeerd, nl. „Tango"
van Corry de Boer, bij het publiek
Prijsvraag nummer twee was en da4 „Bane-
IE AMSTERDAMMER heeft h.t S'!W)w^"ko«h't°
8*?8r'™f De derde prijs (want ook hier wa
ren er voor de deelnemers weer
prijzen aan verbonden) ging naar
een eervolle, vermelding.
Charles is
touw te zetten. Hij heeft in
werking met het instituut voor
Kunstnijverheidsonderwijs in Am
sterdam een prijsvraag i'itgeschre-
ven voor leerlingen en ud-leerlin-
gen en hij heeft een deskundige ju
ry tien dessins laten uitzoeken, die
voor het bedrukken op doek in aan
merking kwamen. Om dit experi
ment voor de deelnemers aantrek
kelijk te maken, werden drie
hoofdprijzen toegekend en zeven
eervolle vermeldingen.
Op de zelfkant van de gordijnen
was de naam van de ontwerper
(ster) gedrukt met de aanduiding
Muziekencyclopedie
in twee pockets
Mr. S. A. M. Bottenbeim, In
leven secretaris van prof. dr.
Willem Mengelberg cn bekend
muziekpubllclst, heeft na zijn
dood op 1 januari 1957 een niet
geheel voltooide muziekencyclope
die nagelaten. Het manuscript
bevatte reeds zeer veel, maar er
waren ook nog tal van oninge
vulde trefwoorden. De bedoeling
was een beknopte encyclopedie
te geven die wat de kosten be
treft voor niemand een bezwaar
kon zijn.
In twee pocket-boekjes heeft de
Uitgeverij Het Spectrum te
Utrecht in de Prisma-serie thans
deze encyclopedie uitgegeven, be
werkt en ingeleid door Wouter
Paap. Tot de laatste tijd toe (o.a.
de dood van Sem Dresden op 30
juli 1957) heeft Wouter Paap de
ze kleine encyclopedie bijgewerkt
en aangevuld. In deze omvang
zijn de boekjes een prettige vraag
baak geworden.
Het is echter altijd moeilijk een
encyclopedie onder de loupe te
nemen. Dat kost enorm veel tijd.
Daarom namen we maar enkele
zgn. steekproeven om de betrouw
baarheid te toetsen. En die be
trouwbaarheid is zuiver muziek
wetenschappelijk ongetwijfeld
goed. Althans in de musicologi
sche steekproeven kwamen we
geen dwaasheden tegen. In enkele
zinnen hebben de schrijvers soms
duidelijk weten te definiëren.
Er zijn ons toch enkele dtngi
met eén superieure bundel de ge
schiedenis in te gaan dan eenvou-
dig maar op te spuiten. Gossaert tederheid primair
Bilderdijk, hoezeer naar de passie daaraan ontsproten,
zodat deze poëzie natuur
geest verwant, zijn hier wel uiter-
lijkerwijs naar het liefe
lijke en tedere tendeert,
zoals blijkt uit het vol
gende fragment uit „Het
Bach's kunst openbaart.
Samenwerking Wje waJ Rembrandt
duidelijk aangetoond, dat het i
latuurlijk op geen
productief als Bil-
laar daarvoor leven
dan ook In een tijd die op li-
streept deze houding van verzet. terair gebied het produceren van
Charles is een bekend verzets- woorden en gros niet meer be
man geweest en hij heeft die wondert, misschien omdat die taak Eiland Onrust":
schuilnaam uit de oorlogsjaren veelszins door pers, radio en poli-
jvergenomen, of juister gezegd tiek is overgenomen. Toch is er
gehandhaafd, want ook zijn poë- verwantschap. Bilderdijk zei:
zie komt uit een verzetshouding mijn poëzie is gevoel en Charles'
voort. Het pleit weer voor Char- verskunst berust geheel op het
les' volledige menselijkheid, dat menselijk sentiment, of juist het
zij daarin niet opgaat en dat ook mannelijk sentiment,
iet tedere en het speelse een we
zenlijk bestanddeel van zijn dich- De tederheid, zoals die bv. in
terlijke verbeeldingswereld uit- gedichten als „Voor het verdron-
maakt. k-en meisje", „De Poppen" en
Nu heeft elke dichterlijke „in- „Für Flise" tot uitdrukking komt,
stelling" haar voor en tegen. Is de is een typisch-mannelijke teder-
het impuls niet sterk genoeg, dan wil heid. Het speelse element zit o'
De weidse en frappe ck
perspectieven van de h: bla
dige kleurenleer,
om voor eens en alt;
radicaal te breken met 11
klassieke (lees: klaszielf?!
kleurenschema's met
monochrome kleurstelD
gen van terra, grijs
orème.
Hoewel in beperi
kring enkele direct
Onder deze titel heeft Uitgeve
rij Daamen, Den Haag in de
Ooievaar-reeks een boekje uitge
geven van dr. J. Hulsker,
hoofd van de afd. Kunsten
het departement van O.K. en W.
Het is een boekje in vier talen
geworden (Nederlands. Engels,
Frans en Spaans) met enorm
veel feitenmateriaal over het le- IHHHHHH
ven van Rembrandt en tal van Niemand zal meer twijfelen aan
zwart-wit reproducties van zijn de verteltalenten van Fenand van
werken. Dat feitenmateriaal is den Oever. Zijn ..Brood uit het
overigens zo verwerkt, dat het water", „Laat mij
geen dorre opsomming is gewor- ven". „Lest Best"
den, maar een instructief en levend me nog een;
verhaal, waarin vele zaken die den. En het
de legenden om Rembrandt voor is ons land'
goed uit de wereld helpen,
een goed naslagwerk
brandt wil hebben,
De zee is ons land
Moeder leer
lopen" zijn verslon-
uwe boek „De zee
Uitg. Callenbach,
Nijkerk) zal dat ook worden. Van
nummer 2 bij de ju-
door het publiek hel
i raagd. Anthracietkleu-
Rem- de eerste tot de laatste bladzijde
bovendien leeft men gespannen mee met
betrouwbaar wil worden voorge- Arend Michiel, de zeevaarder die
licht, moet zich dit boekje van moeite en verdriet weerstaat om
200 bladzijden aanschaffen. Een zijn doel te bereiken. Een boeiende
aanwinst in de Rembrandt-biblio- vertelroman, knap geïllustreerd
grafie door Roeland Koning.
eerlijkheid, of liever gezegd Decca heeft echter
i m'n ontboezeming van twee -
liederen, nu maar te dom ult?ebracht
kwali- Oostenrijkse zanger Walther Lud-
deze stem ontdekt en van wig, die in 1908 in Bad Oeynhau-
Renate Tebaldi een jgrote plaat sen geboren werd, jarenlang
kleinere
bonden was a
HET zou natuurlijk niet va
objectiviteit getuigen om 1
weken terug inzake het zingen -IPWÊ— HL*
alsof de opera-zangers en -zangeressen niet bestaan. Persoonlijk iyrische aria's en liederen, op de opera, vele malen
maa ik dan de liedvertolking boven de opera-zang stellen, ook op vleugel fantastisch goed begeleid de Evangelist-partij
het gebied van de muziekdramatische kunst zijn ,J~ P"'"nn°n
zeer grote prestaties geleverd.
worden
zangeres Paula Takócz, verbon
den aan de Staatsopera te Buda
pest. Ter gelegenheid van een
„Gastspiel" in Berlijn heeft de
Deutsche Grammophon Gesell-
i zijn. Én schaft de kans waargenomen van
moedelljk een gevolg van slordig- haar een tweetal aria's op de
had hler meer vast te leggen, met begelei
ding van het Radio-Symfonie-Or-
kest van Berlijn o.l.v. Vilmos Ko-
mor. Het zijn de aria's „Als Sie
ger kehre Heim" (Ritorna vinei-
tor) uit de opera „Aida" van Ver
di en de aria „Der Tod sei mir
willKommen" (Morrö. ma prima
t grazia) uit de opera „Un ballo
__i maschera", eveneens van Ver-
geen Hans' Hot- di. (45-toerenplaat EPL 302591.
ter. wel Irmgard Seeftied. maar geen Een pracht van een dramati-
Lisa Delia Casa, wel Aatje Heynis, sche sopraan, deze Paula Takècz.
maar geen Wllhelmlne Matthés, wel Van hoog tot laag een volkomen
iiz'-Jtsn vr.'
leerlinge van Noérnle Pe
Versteegh
invullend wer
nerend. Dat
zamen ongeveer 400 kleine bladzij-
n niet alles kan worden genoemd
begrijpelijk. Maar de selectie ls
jt willekeurig geweest. Op zangge-
ed b.v. vinden we wel Anneke v.d.
Ijck, wel Elisabeth Schwarzkopf,
aar geen Hllde Güden. wel Leon
Borg. wel
lombo: Sclplo.
Gerald Mooro. die
hiaat. En met een heerlijk Sla-
siTe visch timbre. Zo'n stem is in ons
Co- land echt niet te vinden. Maar
wat meer is: achter deze stem
rson schreef het schuilt een zeer grote muzikali-
zcompanist", maar dje njef op bet effect maar
..ut.huÏh op de innerlijke beleving is ge-
gelgemea wei een _;1U. t
de Weense Staats^
de Bach-
door" Giorgio Favaretto. (30 cm. Passionen zong en thans zangpe-
langspeelplaat LXT 5272). Voor dagoog is aan de Musikhochschule
het grootste deel zijn het Italiaan- in Berlijn. Van hem nam de
se aria's en liederen van Scarlatti, Deutsche Grammophon Gesell-
Sarti, Rossini, Bellini, Verdi, Mar-
tucci en Masetti, alsmede „Cant^-
Dan wil ik pas weer wakker
worden
als het gras zich beverig en
licht
weer uit de pantserprenten
richt
waarin het jaren was geplet,
en als
weer blote kindervoetjes lopen
tussen de madelieven, als
voorgoed
het prikkeldraad verroest is
en het bloed
verteerd dat deze bodem heeft
gezopen.
Als mijn vrouw niet langer
schrikt
van elke deur die gaat
en elke stap die in de nacht
opeens stilstaat in onze straat,
maar naar de kinders lacht
en bloemen op de tafel schikt.
Men ziet: dit is geen gecultlveer-
verzen die evenveel waard P,0®?.'®1 geen product van een
lijn als koijels. dichterlijke cultuur zoals bij de
ij- oudere generaties na tachtig, zo-
regels die schroeihitte ademen, als zelfc«ook „og bij Nijho,f*Hier
woorden die hees de strot wordt niet alleen in de roos ge-
uitstoten schoten, maar de passages of ge
hele verzen die raak zijn hebben
dan ook alle charme van tempera
ment en spontaniteit. Als dichter
„muss jeder in seiner Fagon selig
werden". Toch ontkomt geen en
kele poëet aan de noodzakelijkheid
van zelfkritiek. Het natuurlijk rij
pingsproces zal vermoedelijk van
zelf de oplossing brengen, want
dichten is een kunst die men al
leen al dichtende leren kan. En in
laatste instantie is het toch ook
een kunst en niet alleen maar
eruptiviteit.
C. RIJNSDORP
al doorheen
als „Variatie", ongedwongen sa
mengaan met een diepe ontroe
ring en een laatste ernst. Dit dicht
werk wordt gedragen door een
mannelijke passie voor rechtvaar
digheid en menselijkheid, het is
een levende illustratie van de ma
xime, dat de vent belangrijker is
Kreupelrijm hebben wij nodig,
slechte verzen, zonodig op rijm,
als ze maar van de laatste
ademtocht zijn,
VIA NAALD
£N (N,AAT
belangstelling aan de dag voor de
kleur. Het is in dit verband wel
licht interessant te wijzen op het
feit, dat een baby eerder de kleur
van een voorwerp kan onderschei
den, dan dat het de afmetingen
of omtrekken hiervan kan vast
stellen. Zelfs hebben onderzoekin
gen aangetoond, dat een tien
maanden oude baby al een beslis
te voorkeur schijnt te bezitten
voor kleuren met de langste golf
lengten nl. rood en geel. Na ver
loop van tijd treden hierin nog
enkele kenmerkende verschuivin
gen op aangezien het meisje zich
op oudere leeftijd meer naar wat
tedere kleuren neigt als rose en
pastelblauw terwijl zulks bijv. niet
het geval is met 'n jongen die in
het algemeen voorlopig nog zijn
voorkeur blijft behouden voor het
onstuimige rood.
Temeer verheugend was het
toen kort voor de laatste wereld
oorlog het definitieve einde van
het grijs-crème-terra-tijdperk
in het zicht kwam. De glorieuze
rentree van de kleur bracht de
onaantastbaar schijnende supre
matie van de grauwe kleurloos
heid aan het wankelen.
Zwart, groen of geel
schoolbord
wand vormt één der narkantste
obstakels voor het schoolgaande
kind. De scherpe contrastwerking,
ontstaan door de combinatie van
zwart met wit roept een reeks
van contrastbeelden op die belem
merend werken op de accuratesse
van de leerling. Bovendien wordt
op deze wijze de oogvermoeidheid
kring enkele direct a| j
sprekende mogelijkheo 'ei^[
de werking der kleui
grotere bekendheid verwii s,e
het ogenschijnlijk
groten of verkleinen van de rui^P611
te, het hoger of lager
komen van een plafond, wordt
het algemeen aan de fysische
psychologische invloed
kleur op het schoolkind nog
weinig aandacht besteed,
lichamelijk en psychisch
het kind hangen echter d!
belangrijk deel
er P'
'i ^"3
'0 «n
ih te I
llecb
BAREND DE GRAAFF
de Spanjaard Turina
een aria uit de opera „Julius Cae
sar" van Hèndel.
Welk een verrukkelijk stemma-
teriaal heeft Tebaldi, vol glans
en buigzaamheid, ideaal ge
steund door een superbe adem-
techniek. Al luisterend raakt men
ongetwijfeld onder de ban va
ze stem, die ondanks het
scherpere Italiaanse timbre
gens ordinair klinkt, nergens
irgens
begeleid door Walter Bohle.
cm langspeelplaat LPEM 19090).
Een zuiver lyrische tenor, deze
Walther Ludwig, bijzonder mooi
van klank, van stem- en adembe-
heersing en van muzikaliteit. Heel
mooi ook zingt hij de liederen,
maar men ontkomt toch niet aan
de- de gedachte van een te weinig
iets kleurverschil. Of Ludwig nu een
ner- ..Mondnacht", een „Geisternahe"
te of een „Mir Myrten und Rosen"
voltooide zijn trilogie over h<
avontuurder rechtvaardighei
Schumann zingt, het is alles
dezelfde kleur, waarbij vaak het
pianissimo gemist wordt. Maar
„Dit is mijn derde roman over
de B.W.'s, de eenvoudige lieden,
die zich aan het avontuur der
rechtvaardiging gewaagd hebben.
Roman? Nee, zegt een der
critici: het is een vertelling.
Mij goed! Waarom zullen we
theoretiseren?"
Aldus vangt Barend de Graaff
veel vibrato heeft
kleine leegte vertoont.
Maar bij dat luisteren zal men de stem is prachtig en men voelt ^.e op z^n k°ek
ook opmerken, dat Tebaldi af achter deze vertolkingen de musi- standbeeld aan. En we zouden
toe met haar temperament
Hongai
wel de Dul
Wolfgang Meyer-Tormln?
onvolledig ln de Schuricht-
t niet bekend dat Alex
vermoedelijk
volg van de meer intensief-muzi-
kale opleiding. En deze zang
wordt dan nog uitnemend bege
leid door het orkest. Een kleine,
maar waardevolle, ontdekkende Pe"
plaat. Helaas kan ik tot heden toc" IS,
nog niets naders over Paula Ta-
kacz vertellen.
en liep ze bij het Edinburghfes-
tival kwaad weg omdat het pu
bliek de minder goede eigenschap-
W£
haar stem ontdekte.
Tebaldi haar èn wat
stem èn wat muzikaliteit betreft
de meerdere.
Renate Tebaldi werd in 1922 ge-
kreeg haar opleiding
één adem Melis,
N.C.H.V., M, Geertnk Bakker, 01e r
genoemd ls? En ten slotte: waar
bij vele namen geboortedata weg
laten, terwijl die toch heel i
i te vragen. Een klein
met Meneghini-Callas, nl. Rena
te Tebaldi. Ik schreef toen over dc
concurrentiestrijd tussen beiden,
zonder me overigens over de zang
kwaliteiten uit te laten. De keuze
tussen beiden is overigens niet zo
moeilijk, want al vroeg Call as
ans 72-jarige sopraan Carmen d
die in 1902 bij de Metropo- ?an2
geen raad weet. Of beter gezegd,
haar dramatische stem zoekt
soms naar een uitweg. Dat is
juist het merkwaardige bij zulk
soort stemmen: ze moeten zich
laten gaan, ze kunnen zichzelf
niet verloochenen, ze kunnen
achter de compo-
Tebaldi weer meer
b.v. in „Stornello"
ze het best. Alsook
liederen van Tu-
verstilde lyriek
Scarlatti) of in
de klassieke bewogenheid (Julius
Caesar van Handel en Julius Sa-
bino van Sarti) mist men de juiste
instelling. Elke noot waarin Re
nate Tebaldi haar prachtige stem
even kan doen uitzingen, even eer.
bijzondere glans kan doen geven,
heeft ze uitgebuit en daardoor
luistert ze meer naar haar stem,
Maar ondanks
toch dan onlamgs voor een optreden in had
litan-opera te New York debu- dit heb ik de grootste bewonde-
de .eerde els Tosce. Dr.eenv.jft.g ri voor „at ^abaldi met de„
jaar later zou haar leerlinge Te
baldi ook bij de Metropolitan de-
buteren als Tosca in de gelijkna- thëeïc
mige opera van Puccini, nadat zij
die partij al enkele jaren in Italië
wat Tebaldi met deze
stem doet. Voor vocalisten een uit
zonderlijke aanwinst ln hun disco
standbeeld"
zeggen: Allicht, er zijn op het
CORN. BASOSK1 ogenblik andere dingen aan de
orde, belangrijker zelfs als dat
„heerlijke woord" bijfiguren, dat
de „overigens zo welwillende re
censenten" blijkbaar zo graag ge
bruiken. Die recensenten toch!
Maar we kunnen ons toch moei
lijk aan de gedachte ontworste
len, dat de heer De Graaff een
wat stekelige inleiding schreef op
het slotdeel van zijn trilogie, dat
wel een geheel zelfstandig boek
is (roman of verhaal laat ik nu
derhalve in het midden) maar
blijkbaar toch een inleiding nodig
heeft als een verwijzing naar de
voorgaande delen „Om 't stee-
nen paert" en „Werkend wacht
ik", waaraan wij reeds uitvoerig
aandacht besteedden.
In ieder geval gemakkelijk voor
de welwillende recensent, die
heus geen eenvoudige taak heeft
om te schrijven over het geestes
kind van een ander. Enerzijds
moet hij zijn lezerskring goede
voorlichting geven, anderzijds de
auteur mogelijk wijzen waar zijn
kracht of zijn zwakte ligt. Tenzij
_._x formaat is,
heeft gemaakt, de Duits-
Wnlther Luduig, in
kend als vertolker va
listenparty in Bach's Passionen,
maakte voor de Deutsche Grammo
phon Gesellschaft een plaat met
liederen van Schumann en Reger,
die auteur
dat hem niets
valt.
op
wijst. Dat is natuurlijk ook mo
gelijk.
Hoe dan ook. de term „welwil
lende recensent" lijkt me niet zo
erg gelukkig, omdat een recen-
zaak van welwil
lendheid kan of mag zijn, maar
van een oprecht en ernstig over
wogen oordeel, zonder aanzien
des persoons. De opmerking lijkt
me meer het goedmoedige knik
je van de schoolmeester naar
de leerlingoverigens geheel in
stijl met de aanloop: Dit is mijn
Geforceerd
Goed dan, uw derde roman
„Het standbeeld", „dienende tot
leering en d'vermaek" (aldus de
schrijver). Welnu het komt ons
voor, dat de 205 bladzijden druk
geforceerd zijn tot een boek, om
dat het klaarblijkelijk naar opzet
een trilogie moest worden De
gang van 'het verhaal wordit nog
al eens vertraagd door vrij lang
durige en herhaalde beschouwin
gen over de vraag, waarom God
schijnbaar het werk van de recht
vaardige B. W. wil afbreken op
het landgoed Ter Weere, door
een eventueel beheerschap van
heer Van Dussen. de naaste erf
genaam, als het gerucht waar is,
dat de werkelijke eigenaar baron
Jacob Samuël ter Weere gesneu
veld zou zijn.
De anti-climax van het verhaal
bewaart de schrijver tot bladzijde
199, en terecht. Maar goed, nu met
dit boek het werk gereed is, kan
men dus het geheel overzien
en dan komen wij tot de conclu
sie, dat Barend de Graaff de
verwachtingen, gewekt in het eer
ste deel. eigenlijk niet heeft in
gelost. Het geheel is een vrij pre
tentieloze geschiedenis geworden,
die niet geheel aan de burgerlijk
heid
ontkomen.
Duidt de opmerking van de
schrijver: „Waartoe het dient?
Tot lering en d'vermaek", op een
gevoel van ontevredenheid 1
schrijver zelf? Is het niet gew n B
den wat hij er van had verwact T
ieder geval een kan |j i
terisering (misschien onbewuJ me(
de recensent te waarschuw!
dat hij zijn verwachting niet
hoog mocht stellen. Misschien
dit dan ook wel de juiste ins'
ling op diit werk. Met deze kan ((ll
terisering van de auteur zelf ki
dan zeggen, dat het e 1
lezenswaardig boek is gewordf B
goede plaats inneemt tt 8
de boeken die op het chrisi
njK erf verschijnen. Wa
toch komt De Graaff los
vertellen zonder meer a
schouwer en wordt hij desondani
door zijn verhaal geïnspiref
zodat hij de dingen over een l
der front gaat zien waardoor
sublieme bladzijden weet te schei
pen. Dan is De Graaff op
best.
Gezien de goede elementen
zijn werk zou het verblijdend i
als hij kans zou zien zich in
werk te vernieuwen. Allicht
dat de wens van elke schrijflij
die een nieuw werk aanvat, I'
deze moet toch eerst inne
verworven worden aleer zij
stalte krijgt in het werk en d
met het klimmen der jaren wal
lijk geen geringe zaak.
Echter in de rust v.
Graaff zijn werk mag doen, si
nog vele dingen mogelijk. E
mag geloven in zijn schrijvei
schap en dat zal hem, naar
hopen, blijven inspireren j]|f
Het boek is uitgegeven door 8
Keuning en goed vtjWv
zorgd zoals we dat van deze u
geverij gewend zijn.
HERM. STEGGERÖwn