DE BUI BRAK LOS
Canadese reuzin trouwde
met Amerikaanse reus
m'KOMWRHML
0008
VOOR U QELEZEN
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 29 JUNI 1957
TK WERD WAKKER van een hevig geschreeuw en
toen ik my verschrikt uit het gras oprichtte zag ik
een groepje landarbeiders, dat mg wat toeriep en daar
bij naar de lucht wees. Ik verstond hen niet, maar
voordat ik hun had kunnen vragen wat zü bedoelden
waren iü al op hun fietsen gesprongen en ik zag hen
als razenden wegrijden. Het was broeiend warm en hel
scheen mij toe nog benauwder, dan enkele uren tevoren,
toen ik, moe van de wandeling van die middag, wat was
gaan rusten langs de berm van de weg, en in slaap was
gevallen. Ik keek om my heen. Het was doodstil en
die stilte viel ineens als een zware druk, als lood, op
me. Ik voelde, dat er iets ging gebeuren, maar ik
begreep niet wat. En toen zag ik het. Een inktzwarte
wolk, die steeds groter werd, trok door de lucht en
verduisterde het land waarboven hy voortdreef. Een
wolk zo zwart als ik nog nimmer had gezien. Een wolk,
die my angstig maakte. Later herinnerde ik me weer
duidelijk, dat ik bevangen werd door een paniek, dat
ik opstond en het op een lopen zette, zo maar op een
lopen, zonder te weten waarheen, zonder te letten op
de weg. Ik rende over wegen en dwars door weilanden
niet te lukken,
rachte wind, die echtei
nd even dreigend als
n warme regen met zich mee
regendruppels op myn gez
wolk te ontlopen. Ma,
het scheen my niet te lukken. En met die wolk kwa
geen yerkoelit
bracht. Een
wind voerde eet
dacht ik, loop, -
geheel verdwenen en uit de lucht daalde een licht als
van een zonsverduistering. Ik voelde een steek in myn
zij en ik zakte bijna in elkaar van de pijn. Maar
intuïtief voelde ik, dat ik moest blijven lopen. In de
verte zag ik een landhuis, en dat gaf my moed om vol
te houden. Daar ligt myn redding, dacht ik. Als ik dit
huis heb bereikt, ben ik in veiligheid. Met myn laatste
krachten rende ik op het huis toe. Ik loop dwars over
een perk met bloemen naar de deur en ik drukte lang
op de bel. Het scheen my toe, dat het uren duurde
voordat de bewoner naar voren kwam om open te doen.
Ik had de bel nog ingedrukt, toen de deur langzaam
werd geopend. Ik schreeuwde: Mag ik hier een ogen
blik schuilen, er gaat wat gebeuren! En net had ik
myn vraag gedaan of
IK werd naar binnen ge- gekomen, ik heb niet gevraagd
trokken en ik hoorrie Hat of u hier asjeblieft wou schui-
iroiücen en ik noorüe, dat len Lizzy gaat Mar de dokter
achter mij de deur in het om medicijnen voor de hond te
slot viel. Ik was doodmoe eri halen en daarmee is de zaak af.
leunde hijgend tegen de SkTJ'&JKaffi'-E
muur van de gang. Voor mij gaan zal
„Laat u mij gaan", bood ik
Verrast keek de man mij aan.
„Rijdt u auto?" vroeg hij.
„Neen", antwoordde ik.
„Dan kunt u niet gaan,
20 kilometer te voet bellen en vragen of hij gereed zet
stond een man.
„Wat maakt u een leven!",
bromde hij. „Wat is er aan
de hand. Wordt u vermoord?"
„Het weer", stamelde ik.
„Ik ben bang, en ik wou
graag bij u schuilen, tot de hond zijn"gestorven.
bui over is." „Dan zal ik uw nicht begelei-
w;; j_ den", besliste ik. „Daartegen zal
Hij lachte, en iets in de u weihcht geen bezwaar hebben,
klank van zijn lach deed mij vermoed ik."
opzien. He( was een forse u"
man van naar schatting gang. Vooruit Lizzy, jij krijgt een
zeventig jaar. Hij had beide beschermer."
handen in de zakken en meisie kwam naar voren.
Zonder een woord te zeggen ver-
tussen Zijn lippen bengelde üet zjj de kamer, en ik volgde den sprak ik
een sigaret, die zich bij het haar. Door de keuken ging zij
ijkt op een oude gravin
Glans en verval van
beroemd kuuroord
de
TN VERGELIJKING met de
1 tijd, dat Zuid-Tirol de
lusthof van Oostenrijk was
en iedere dag volle treinen
met rustzoekenden uit alle
Donaulanden tussen Bolzano
en Merano reden, is het op dit
traject nu heel stil. Voor de
Italianen betekent het land-
schapsschoon van Zuid-Tirol
niet veel. Zij hebben immers,
waar ze maar om zich heen
door het regengordijn heen te kij
ken, maar het lukte niet.
„We doen beter even te wach
ten", zei ik, „het rijden ts le
vensgevaarlijk. Als de bui over is,
kunnen we verder gaan."
„Nee", zei het meisje, „we --- z» i - - «-
moeten verder. Laten we doorrij- Pro^n^e
den tot aan de rand van het doip
de welstand van deze door hen be
voorrechte plaats van bijeen
komst. En vandaag is Merano een
stervende stad.
De eens van properheid en ele
gance glanzende hotelpaleizen ver
waarlozen langzaam. Overal brok-
kelt het stucwerk af en de inwo
ners van het stadje breken zich
het hoofd erover, hoe ze dit verval
tot staan kunnen brengen. Grote
projecten worden aangekondigd en
weer losgelaten. Paardenrennen
moeten een kapitaalkrachtig in
ternationaal publiek aantrekken
(dat al lang zijn voorkeur
ir, k,,r, oir,™ dere- mondainere, plaatsen heeft
kijken, in hun eigen land ZO- uitgesproken). Tegelijkertijd pro-
veel schoonheid, dat de ber
gen en dalen van hun noorde
hun niets
bijzonders te bieden hebben.
IN VORIGE EEUW
ge
die slechts 1.55 m. lang
herinnert daar in Ohio Zuiden" met hun bloeiende
spreken van de ene mond- Jg* 2
wat we nodig hebben.
We reden tot we het café had
den bereikt. Het was een verade-
lard
bracht ons koffie.
„Hoe durven jullie er met dit
weer uit", vroeg hij. „Goed om
een ongeluk te krijgen. Zo iets
heb ik nog nooit meegemaakt."
Om de aandacht wat af te lei-
het gewas, en
de prijzen en over de gang
Geschenken van koningin Victoria
MENSEN van Uitzonderlijke afmetingen spreken nog
altijd tot onze verbeelding. Heel vaak gaan deze reu-
hebben geleefd.
hoek
zaken in de streek. Maar zen eenzaam door het leven en moeten zij hun brood
de andere ver
plaatste. Hij had stekelige zitten. En
ogen, zonder wenkbrauwen
zag ik, en zijn hoofd was zo
kaal als een biljartbal.
buiten" Ik"ging6 naast haar midden in het gesprek viel er een dienen door zich te laten bekijken. Dikwijls komen ze dan
NE regen viel met bakken
n1
het onweerde zwaar Lange,
felle bliksemschichten schoten on
ophoudelijk langs de hemel, en
bij elke slag dreun-
„Zo". zei hij spottend, „bent u de de grond
kraakte wat in het café terecht in een circus, waar de massa van normale propor-
i dof gerommel dat lang na- ties zich dan vergaapt aan de reus, die zich wel onbehaag-
gaimde en dat uit het ingewand jjjj^ moet voelen onder de nieuwsgierige blikken van sta-
- komen, deed j
rende mensen.
bang. Enfin, u bent niet de
ge. Het schijnt mode te zijn on- heb ik -
™Vmaakr.
Allemaal pap-mensen. Nooit
buitenland geweest?"
Ik haalde mijn schouders op.
„Wat heeft er dat allemaal mee
te maken?" vroeg ik.
Hij keerde zich om. „Alles",
hoorde ik hem zeggen. En toen:
„Komt u maar mee. dan kunt u
bij ons wachten tot de bui is over
gedreven."
Ik volgde hem door een lange
gang. Hol klonken onze voetstap-
Cen. Aan het einde van de gang
leef hij staan. „Gaat u binnen",
zei hij. Ik stapte de kamer in. ooit
en zag in het midden, geleund U;t.
tegen de schoorsteen, esa 1
ik tot het meisje.
„Ik ook niet
antwoordde zij toon
loos. Ze
„Ik
Anna Swan w
op jeugdige leeftijd besefte het
meisje uit Nova Scotia aan de Daar ontmoette
Canadese Atlantische kust, dat zij ren Bates,
enig in haar soort was. Zij stak
Al genoodzaakt zich bij een reizend
voegen als „Lady Reus".
Martin van Bu
rt, die als kapi-
de Amerikaanse burgeroor-
H.J. WAALWIJK
dank
hulp, ik ben blij,
dat u aanbood mij t
want ik ben bang. ik ben vreselijk
„Bang voor het onweer?"
Ze knikte ontkennend. „Nee,
voor hem, voor die man, die mijn
kousevoeten was zij bijna 2.40
ter hoog. Ze was bij die meting
nog geen twintig jaar oud.
Martin Bates: 2.33 meter.
delbomen en palmen in de tuinen
de vorige der hotels, met het roodglanzende
bergmassief en de onwaarschijn
lijk blauwe hemel daarboven.
De Italianen daarentegen zien
er alleen maar rotsen, die zij geen
zin hebben te beklimmen, en ste
den, die voor hun smaak veel te
vervelend zijn. Zij gaan, evenals
de buitenlanders veel liever naar
de Rivièra, naar Rapallo of naar
de Adriatische kust, waar bars
zijn en thé-dansants, gezellige
boulevards en schoonheidswed-
strijden, kortom plaatsen, waar
„wat te beleven" valt.
Stervende schoonheid
Dat eens iedereen, die wat te
te betekenen had in de Oostenrijk
se Monarchie zijn vakanties door
bracht in Zuid-Tirol kan men nu
nog wel zien aan de promenade
van Merano, aan het Maria The-
resiagele balpaleis, aan de pom
peuze tribunes van de renbaan en
aan al die voorname, ingeslapen
hotels, die van het station tot aan
de voet van de bergen dit stadje
stempelen. Maar met de dure
gasten verdween ook de glans en
in Merano.
En ondertussen kruipen de voor-
wereldlijke groenachtige wagen
tjes van de Meraanse tram door
de lege straten, spijkert men af
schuwelijke reclameborden tegen
lege marmeren balcons, wappert
de verstelde was van Italiaanse
arbeidersgezinnen uit groen om
zoomde vensters, waarachter eens
de dochter van een Oostenrijkse
hofraad- of rijke fabrikant goed
bewaakt door haar rijzige mama
neerkeek op de daar beneden
paraderende militaire artsen en
luitenants van de keizerlijke garde
jagers. Jonge en ook oudere
mannen, die gaarne bereid waren,
een wat verarmd grondbezit in
ruil te geven voor zoveel rose on
schuld en een bruidschat, die hun
in staat stelde, voortaan „volgens
hun stand" te leven.
Dat was het Merano uit „de
goede oude tijd". Nu lijkt het eer
der op een verbitterde oude gra
vin. die eens de schoonste in het
land was en niet kan begrijpen.
r haar omkijkt.
niemand r
Nauwelijks te
herkennen
Reeds toen het meisje zes jaar de zich
zakelijk. Het reuzenpaar vertoon-
is."
jonge
vergezellen, T)A^ is bet e'n^e' zei de waard.
Dat was het slotaccoord. Let op." krijgen.
En het was het einde. Even
plotseling als hij was gevallen,
hield de regen op. De zon brak
weer door en het scheen alsof er
Ze barstte in snikken njets was gebeurd. We haalden
verlicht adem.
werd het duidelijk, dat
ongewoon groot postuur o__
.„en, want ze was al even groot Martin. Zij
als haar moeder. druk. dat
Daar in dat kleine stadje in No- ken aan
va Scotia kon Anna maar moeilijk
emplooi vinden en zij was dan ook
zelfs koningin Victoria had gro
te belangstelling voor Anna en
onder de in-
dure geschen-
de
gaf.
WAT mij onmiddellijk opviel
was, dat haar gezicht krijtwit
was en dat zij mij angstig aan
staarde.
„Wel. Lizzie", zei de man, „hier
Die 1
,Hij is een tiran'
despoot. Wat hij zegt moet
gebeuren. En hij deinst er niet meisje,
voor terug om té slaan als hij ..Nog eerst
zijn zin niet krijgt. Ik wou, dat ik
de moed had om weg te lopen.
Maar ik ben aan hem gebonden t-,
omdat ik moet leven. Waar kan onze '"K® lee8- Be deur
l koffie
Langzaam dronken
jullie
Ik wilde protesteren, maar de
man had zich al omgedraaid en
de kamer verlaten.
„Neemt u mij niet kwalijk, dat
ik u lastig val", begon ik, maar
het meisje schudde het hoofd.
„Maak geen excuses", antwoord
de ze. „ik begrijp het wel. Maar
het is hier vreselijk. Ik wou.
Ze voltooide haar zin niet. Lr °P
viel een zware donderslag,
het huis deed schudden. Het rr
je kromp ineen. Een hevige licht-
ogenblik. „Toen kwam
mijn ouders stierven, werd hij
mijn voogd. Hij kreeg het beheer
over mijn geld. Hij nam me in
zijn huis op
We zijn
weest en in Japan er
dië. Hij bleef
van het café ging open en er
een man binnen.
„Hoorde je die laatste slag?"
vroeg hij. „Ja", zeiden we
iChVoorin" kijna gelijktijdig. „Dat was
reizen. Ais me er eentje."
ergens drie maanden zaten,
trokken we verder. Nooit bleef hij
en plaats. Maar vong
jaar kreeg hij er genoeg van.
Eensklaps. Hij kocht dat huis, dat bliksem
hij Sunny Home noemde. Waar-
straal" verlichtte het huis" enkele om het die naam kreeg, weet ik
seconden fel, zo fel, dat het pijn niet. Een huis midden op de hei,
stand
Die hébben we tenminste ge- houdt hij
had", zei ik luchtig. Het meisje krijgen
knikte De man kwam weer bin- men
nen. Driftig viel hij uit: „Nou alles
De man knikte. „Die laat
ste slag deed het 'm. De
ingeslagen in
Sunny Home en die villa is
afgebrand. Tot de grond toe
kiiome'ter.^Kennissen In een ogenblik tijd. Je be-
kan
gebi
M gaat
Ik wacht niet langer.
Het moet uit zijn met
ie fratsen. Voor een
beetje onweer kan je
de hond niet laten
lijden. JU kost me
handen vol geld, je
krijgt alles wat je wil.
maar als ik je iets
vraag, doe je het niet.
Trek je mantel aan,
haal de auto uit de
het dorp. Schiet op."
Het meisje bleef
onbewegelijk staan.
„Heb je me ge
hoord?" vroeg de
man, „vooruit schiet
op!"
Dreigend liep hij op
haar toe. HU liep
tergend langzaam. Hij
had het hoofd in de
schouders getrokken,
als wilde hU zich ge
reed maken voor een
sprong. Toen hij vlak
bij haar was. haalde
hij een hand uit de
zak. Hij bracht de
hand naar voren als wilde hU
haar slaan, maar hy deed het
incu aues vuur hem. Met die hond
wil, spreekt hij de hele dag. Tegen die bet mogelijk IS geweest, zal
de dierenarts, hond zegt hij wat hij gaat doen wej
Ook de liefde ging een woordje
meespreken en op 17 juni 1871
trouwden Anna Swan en Martin
Bates in de kerk van St. Martin's-
the-Field op Trafalgar Square te
Londen.
Anna droeg bij de plechtigheid
vele juwelen, maar haar kost
baarste schat was een diamanten
ring, die koningin Victoria had ge
schonken. De bruidegom
Allerliefste va-n Hugo de Groot,
door Robert Fruin. Uitg. Bert
Bakker, Daamen N.V., Den
Haag.
Eigenlijk is het niet helemaal
juist, 'het nieuwe boekje uit de
Ooievaar-reeks op naam te zetten
van onze grote geschiedkundige.
De schets over Hugo de Groot en
Maria van Reigersberch, die Ro-
s trots op zijn cadeau van Hare bert Fruin geschreven heeft (en
een raadsel blijven,
want die zonderling, die er
woonde, is gedood."
mini mimi iiiiiii iiiiii» uiimi minim iimiiii mum mum imiii iimir uur miiiiii iiiiiii jiiiii miiim minui minui inimn miiiii iiiiiiiii iiiiiiiii iiimiiii mum imiimi miiiiii
Majesteit: een horloge met ketting.
Na hun rondreis door Europa,
besloot het reuzen-echtpaar zich
in Amerika te vestigen. Het groot
ste probleem werd het kopen van
een huis. De gewone huizen waren
veel te klein. Zij lieten er een bou
wen in Seville (Ohio) dat meer
aangepast was aan hun afmetin
gen.
De kamers waren 4.20 meter hoog
met deuropeningen van meer dan
2.50 meter, zodat ze er door kon
den zonder het hoofd te buigen.
Ook de meubelen waren speciaal
gemaakt. Kapitein Bates woog 470
pond en zijn vrouw 413. De wo
ning had al spoedig de bijnaam
„Het huis van de Reuzen". Hun
rijtuigen hadden ook buitengewo-
Er kwamen twee kinderen, die
bij hun geboorte elk 18 pond wo
gen, maar die helaas niet in leven
bleven.
Het fokken van raspaarden le
verde het echtpaar Bates een goed
bestaan. Maar in 1889 stierf Anna
en kapitein Bates was opnieuw
een eenzaam man. Hij trouwde
enkele jaren daarna met een jon-
die ontleend is aan zijn „De Tach
tigjarige oorlog) omvat echter het
grootste en interessantste deel. iDe
krijgshaftigheid. De authentieke
gegevens laten deze kordate vrouw
nl. anders zien: ze was vechtlus
tig, inderdaad, maar voornamelijk
waar het ging om het voeren van
processen. Haar familie „vermeng
de" zich in later jaren met be
roemde regentengeslachten, die er
trots op waren van Kenau af te
stammen.
Wie is deze vrouw?, door O.
J. Tauschinski. Ultg. Ploegsma,
Amsterdam.
samensteller, prof. dr. W. Gs. Hel-
linga. voegde er evenwel ook het
gedicht van Vondel één
vrouw is duizend mannen te erg"),
een kort verhaal naar een oud
pamflet over de ontvluchting
i boekje geworden,
it we de flinke en moedige
die Maria van Reigers-
was, goed leren kennen.
Kenu Symonsdochter
lem, door dr. Gerda H. Kurtz.
Uitg. Van Gorcum en Comp.,
De archivaris van de gemeente
Haarlem zet ons aan het twijfelen:
heeft Kenau („Kenu" is eigenlijk
de officiële naam) Simons Hasse-
laer nu wèl of niet een heldhaftige
rol gespeeld bij het beleg van
Haarlem in 1572 en '73? Heeft ze
wél of niet met pekkransen en ko
kende olie de Spanjaarden bevoch
ten? Pas uit latere geschriften, zo
toont dr. Kurz aan, blijkt deze
Blijkens een aantekening op de
omslag is „Wie is deze vrouw?"
in West-Duitsland bekroond. Het
is ons niet helemaal duidelijk waar
om, want over Marie Curie zijn be
slist wel betere boeken versche
nen. Het werk (voortreffelijk
vertaald door Johan Winkler) is
bedoeld voor de oudere jeugd en
geeft in korte schetsen de levens
geschiedenis weer van een der ge
leerdste vrouwen van onze tijd.
Het zijn schetsen, waarin Mar.ie
Haer- Cujre^
beeld ge'
Bolzano daarentegen heeft zich
heel wat beter aan de veranderde
toestand aangepast. Wie de hoofd
stad van Zuid-Tirol niet meer
heeft gezien sedert de tijden, die
wij hiervoor even probeerden op
te halen, zal de stad nauwelijks
herkennen. De oorlog heeft hier
veel minder schade aangericht dan
in de andere Italiaanse steden,
maar bovendien hebben overal
nieuwe moderne bouwwerken
plaats gemaakt voor vroegere be
zienswaardigheden. die door bom
men werden getroffen.
Tussen het nog onder Mussolini
tot stand gekomen industriegebied
en de oude stad ligt vandaag
grote jj
noemen. En inderdaad
enige gelijkenis tussen deze
kinderen en huisdieren krioelende
kolonie met zijn lage huisjes
het groen en sommige steden
het Verre Oosten.
karakter 1
Oude handhaaft zich
De indruk, die gevestigd wordt
bij een verblijf in Bolzano is die
van een lawaaïge, zeldzaam twee
slachtige stad, die vastbesloten is,
zich hoe dan ook te handhaven.
Het oorspronkelijke Bolzano komt
men nog bij iedere schrede tegen:
Onder de poortbogen liggen de ver-
zijdelings betrokken S?ïui!)esi de
Hi» ♦nf-h wet ppn straten staan de boeren uit het
achterland heftig gesticulerend de
veehandel te bedrijven, hun
in oude drachten doen
die toch wel
van leven, werk.
ietwat hinderlijk, dat het vrijwel °u°e °r
.11.. in dia,„.vorm gaat. aan
dialoogvorm gaat,
beetje kinderachtig en af en
wat onlogisch.
bedotten. Óp de koele bin
nenplaatsen van de winkelhui:
voeren onder pergola's oeroudf
Duitse heiligen hun eeuwig twee-
Oud-pupillen antwoorden. Een
onderzoek naar de levensloop gesprek mef dé hemeT»..
idevoog- weerde handen strekken zich
En- genend uit boven
bron.
bemostf
ttrtrtrtrtrtrtrCrtr-tr
Crïrtrtrtrtrtrtrir-ir
vond ieder rust, zekerheid, Voelt U wat dat betekent? Dan hij dreigt bij dit alles
troost, kracht. kunt U meespreken over de moed te verliezen.
Weet U: het werk in aposto- materiële verantwoordelijkheid,
laat of evangelisatie noem
DE Conferentiegangers op het zoals ge wilt is onderhe- jAARNAAST de geestelijke 'de
Bossey waren vogels van vig aan bijzonder grote span- I I verantwoordelijkheid. We trots te worden. „Kijk
ningen. Men heeft een grote zijn de kerk, die naar
verantwoording te dragen op buiten treedt. We zijn de kerk,
allerlei sterk uiteenlopende ge- die de mense
ie er twee met van de kerk vervreemd zijn,
name noemen: een materiële welke totaal onbekend zijn lukkig in mijn optreden ge
en een geestelijke verantwoor- met de kerk. Op alle mogelijke weest, want ik heb mensen be-
delijkheid. De materiële taak manieren willen we hen berei- naderd,
te zorgen dat het werk ken en hen Christus verkon-
tt x Maar tegelijkertijd knallen
belangrijk boek Het knetteren daarbuiten in de stra
.V,,- w.p.c. Knut- ten blinkende scooters, roepen
jongens elkaar luidkeels de narr
voetballers toe, die Italië
eerstvolgende interlandwed
strijd zullen vertegenwoordiger
Eenheid in
verscheidenheid
jganger
i vogels
diverse pluimage zo
vertelde ik verleden week. Ik
mag er echter gelukkig op la
ten volgen: ze waren 't toch bieden. Laat
op bepaalde punten bijzonder
eens. Zeker, ze bekeken elkan
der wel eens wat argwanend,
bijvoorbeeld de
Dit is een
tel, de oud-kinderrechter
sterdam, in het voorwoord zegt
een spiegel voor. Wij zien, dat de
pupillen, die maatschappelijk ge- str_,_
slaagd zijn, die een uiterlijk be- bieden de vrouwen
landslieden
Soms ook ligt de situatie
precies andersom. Soms dreigt
ngellsatie
ijk eens"
denkt hij „ik heb toch
ar knap gezorgd dat het
ontmoet, welke geld weer binnenkwam! En
ik ben vandaag wel erg ge-
hoorlijk gezinsleven hebben opge-
bouwd, toch verwrongen persoon- vruchten van hun streek
lijkheden kunnen zijn, een sterke goede vis van de Adria
rancune koesterend wegens het te
kort aan levensvreugde in de jeugd
Ieder die met de opvoeding
i hoeveel belang de ge- leven gaat t
Zuid-Tiro
kostelijk!
geregeld en uitsluitend preekt financieel geschieden kan; dat digen. Maar we kunnen
en de ander geen stap verder de veie gesalarieerde krachten makkelijk verkeerd handelen kewerk-
"r komt dan het nraanisprpn nnn u„, a ji„„i.- i
vroeger niets
weten wilden!" De man
of de vrouw in dit ker-
voelsbehoeften
Koning Arthur en de Tafel
ronde, door Roger Lancelyn
Green. Uitgave Het Spec
trum, Utrecht. Prlsmaboek.
van het rode bergmassief, onde
de eeuwige blauwe hemel, zoal
ook het groene water, nooit op
houdt, van de gletsjers
derveel j
en als ik de in de kamer ben,
hoor ik het ook. Via zijn hond
spreekt hij tot mij. En nu is die
„Ga niet tot het uiterste", zei hond ziek De dierenarts heeft me-
hij schor. „Zelfs die meneer zal dicynen voorgeschreven en die
mij niet kunnen tegenhouden je medicijnen moet ik nu halen. Dat
een pak rammel te geven als je Jion 8ee" da§ wachten,
niet onmiddellijk doet "l wM
zeg.
Hij bleef voor haar staan. Het *j"
meisje sloeg de ogen neer.
„Ben je van plan te doen wat
ik vraag?" herhaalde hij. Het
meisje ademde zwaar. „Nee",
bracht zij er met moeite uit. En
toen gaf hij haar een klap in het
TK sprong
J- u zich
man. „u bent mijn gast en dat
is een aangelegenheid tussen mijn
nicht en mij. En die aangelegen
heid zullen we zonder hulp van
derden wel oplossen. Wat jÜ. Liz-
„Wat u doet is onmenselijk",
barstte ik los. „Men slaat geen
vrouwen."
„Laat dat aan mij over", ant
woordde de man. „Vergeet t
gebeuren. We had-
hevige ruzie over gehad,
voor u kwam. Ik dacht nog, dat
uw komst een einde aan het ge
sprek zou maken, maar hij ging
er op door ook toen u in de ka
mer was. Enfin, u heeft het ge
hoord. Ik houd dat niet langer
uit, snikte ze. Ik wou dat er een
„Bemoeit eind aan kwam."
een dicht, grijs gordijn reden.
Zelfs met de koplampen van de
auto vol aan. was het onmogelijk
ver vooruit te zien. We reden bij
na stapvoets. Aan het opspatten
de water merkten wé. dat de we
gen onder water stonden. Ik leun-
r-buiten gaat won-
zichzelf denken j
en meent dat men het goed
met hem getroffen heeft. g
In die schommeling tussen
wanhoop en ijdelheid is het
goed te weten dat alleen Chris- t-
tus de Evangelist is. Die we-
tenschap schept rust. Die we- p.
tenschap doet onder de moei- g
lijkste omstandigheden gelovig p.
voorwaarts gaan. En die
wetenschap maakt onder voor- p.
spoed een mens bescheiden, g
Evangelisatiewerk is niet ro- p.
mantisch „iets voor Jezus doen" J
Evangelisatiewerk is heel nuch- p.
ter weten dat Jezus wonderen
doet in wat wij verrichten, p.
Soms gebruikt Hij ons. Soms
doet H\j zijn werk in wat wij p-
den bracht, dacht daarby aan «e man m nee doen En soms doet Hy het
Hebreën 3 vers V richt uw benauwd Bezeten: we hadden apostolaat ook. H\j komt dm- ondanks ons gestuntel. Maar
doodgewoon het geld niet
kas om onze verplichtingen
te komen. Bezuinigingen en kingen hebben. Hij bemerkt Daarom,
bestedingsbeperkingen kunnen dat een aarzelend contact met deelgenoten der hemelse jroe-^
den. Misschien kan ik nog be- op zo korte termijn geen uit- een buitenstaander door zijn Pin0>
ter schrijven: tn die uitspraak komst brengen. Men zit vast. schuld op niets uitloopt. En
komt dan het organiseren v
clubavonden met jonge men
sen, waarbij zelfs het eenvou
digste gesprek nog geen kans I
krijgt. Ongetwijfeld geraakten bereidende
ze ook bij gelegenheid in vu
rige debatten als de een zich
ver wilde houden van alle po
litiek, terwijl de ander een
enthousiast lid ener politieke met honderden
partij was. Maar al die ver- jongens
schillen vielen weg ten over
staan van enkele zeer prin
cipiële zowel als zeer prac-
tische punten.
het einde van de maand en daardoor averechtse resul-
hun loon kunnen ontvangen taten boeken. We kunnen met
en dat de beloofde, afgespro- de beste bedoelingen de men-
ken en voor- sen afstoten.
Misschien
heeft een le-
MMkiiUjjHDIH zer daar ook
beeld de zo- wel eens moei-
merkampen te mee. Ik kan
begrijpen
■n aat er ouders
doorgang kunnen zijn, die zich afvragen of
vinden Dat is een heel ze hun kinderen wel op
moeilijke zaak. want dit de juiste manier voor
werk is grotendeels af- gaan. Ik weet van werkge-
Een sage navertellen i:
moeilijk. De naverteller staat
twee werelden: die van de se
en die van zijn eigen tijd. De En
gelsman Green, wonende op een
reeds negen eeuwen oud familie
kasteel
abth^ het toch. die de dood vindt. Waa;
moest geschieden, va-
s te stromen
f)p saee ÏV I,,wsl gescnieaen, va-
De Fn ï.elt Rasmussen in deze aangrijpen-
De En- de roman d(e dfi leVenstragiek vu
deze kapitein aan het licht brengt
Pf.™'t. li«h°biak eHiS-"w"rft 'mm™'
j„k gebracbt tot de jaatste vrags
"on menselijk bestar-
Arthursagen
ze tijd, echter zó weten te vertel
len dat -Zij, niets aan ^schoonheid eenzaamheid. waa^aUes'zwijgèl
inhoud hebben ingeboet. Deze moet. het
Dit was het eerste punt van bankelijk van giften. En het vers, die ook in hun bedrijf
kan gebeuren dat enkele da- christen willen zijn, maar die
gen voor het tijdstip van beta- tegelijk ontdekken dat ze hun
len nog enige duizenden gul- werknemers van Christus ver-
U ange is y, ie a dgns ont{,re^en £>e afgelopen vreemden. Ze lijden daaron-
t eerit romiu.. onder „oor- nmd hebb<,n nog d„ En z0 mf
„richt
oog op de apostel en hoge
priester (bij uitnemendheid).
Jezus Christus!" En in die
uitspraak kon ieder zich
romantische verhalen zullen onge
twijfeld menig lezer urenlang we
ten te boeien.
De Hemel beware ons, door
Gerhard Rasmussen. Ned. ver
taling van Alze de Visser. Ult-
ning N.V., Baarn.
„Kaptajnen behöver ingen orlov"
heet dit boek in het Deens: De
kapitein heeft geen verlof nodig.
Als men deze roman gelezen heeft,
weet men het waarom: hij is dood.
Maar dan is men ook getuige ge
weest van een tragiek, van een
menselijke eenzaamheid, als
de dood, waar niets meer kar
doordringen dan alleen Gods aan
wezigheid.
Fabels van La Fontaine, ia
het Nederlands weergegeven j
door Jan Prins; verlucht me'
tekeningen van J. J. Grandville.
Uitgave Het Spectrum, Utrecht
Prlsmaboek.
Wat moet men het meest aan
dit nieuwe Prismadeeltje bewon
deren? De fabels van La Fontaine
broeders,
ogen op Hem!
WiJKPREDIKANT.
oorlog twee mijnen
zondere structuur
Men moet koste
het geheim
of de alleraardigste kopergravu-
at "kóst "achter retjes van Grandville? Alles bij
wapen elkaar maakt dit boekje tot een
plaats niet. U bent naar mijn huis de uit het zijraam en probeerde
leerzaam. In één woord: klas*
mijnopruimingsdienst krijgen de
opdracht de mijnen te demonte
ren. Niet de kapitein, maar hij is