C+4RISTFÜJK thergolve Gereformeerde invloed en samenwerking Boek Vakantie New York geeft gehoor De Tand pasta van standing] blijven neutraal 2 Onderscheiding tussen instituut en organisme gaf nadelen pROF. dr. R. Schippers, die in Belijden en Beleven in een artikel over de Gereformeerde strategie duidelijk maakte, dat er sprake is van functieverlies van de kerk, is op deze materie in een tweede artikel (onder de titel „De Gereformeerde in vloed wat dieper ingegaan. Hij meent, dat de Gereformeer den in de vorige eeuw, vooral onder leiding van Kuyper. be wust dit functieverlies in de hand hebben gewerkt, vooral door de onderscheiding tussen de kerk als instituut en als or ganisme. Zo kwamen de christe lijke verenigingen tot bloei. Prof. Schippers zegt dan: ER ZAT een mooie en aanbeve lenswaardige kant aan deze ontwikkeling. De mondigheid der christenen werd onderstreept. Toen het leven, ook het leven van de Gereformeerde mensen, zich in verschillende richtingen ging ontwikkelen, bood de vrijheid van het verenigingsleven een prachtige gelegenheid de ontplooiing in ver scheidenheid bij te houden en te reguleren. Vandaar, dat de Gere formeerden, met hun christelijk verenigingsleven, niet achterop Dit alles betekende geen afstand van het Gereformeerd-zijn. De verenigingep hadden vaak een Gereformeerde grondslag. Men herkende elkaar in haar werk aan de confessionele trouw, aan de be ginselvastheid, aan de goede be lijdenis. Daar sprak men elkaar op aan. En men wilde daarop aangesproken worden. INTUSSEN ging de geschiedenis verder. De Gereformeerden slo ten zich niet op in hun eigen kring. Christenen van andere kerken vroegen hun medewerking. Het or ganisatiepatroon van de christe lijke vereniging was niet alleen een Gereformeerd aardigheidje, het had ook zijn waarde bewe zen in het werk van het Réveil. Vele Gereformeerden hadden in dat verband vanouds hun bijdra ge gegeven. Zij wilden graag sa menwerken. De kwestie van de grondslag werd dan bekeken in het licht van de doelstelling. Vroeg deze laatste confessionele belijnd- heid, dan richtte men een confes sioneel Gereformeerde vereniging op. Verdroeg de doelstelling een meer algemeen christelijke grond slag, dan ging men daarop samen werken. Ook moest men rekenen met de eisen van de praktijk. In bepaalde gevallen moesten vele krachten worden gebundeld. Voor het bereiken van een bepaald doel moesten vele mensen worden ge ïnteresseerd. Men wilde een breed gebied bestrijken. Dan moest men wel op bredere basis gaan samen werken. De band aan de Bijbel bleef in de grondslagformules een onontkoombare voorwaarde. leden van een Gereforfneerde Kerk, die op zulk een grondslag gingen samenwerken, werd niet onderstreept. Zo kregen we het C.N.V., de N.C.R.V. enz. De mis- sionnaire drang van de Gerefor meerden, hun behoefte om aan de goede beginselen, die zij had den leren kennen, invloed te ver schaffen maakte hen bereid tot allerlei patronen van samenwer king. Maar telkens bleef de kerjc daarbij op de achtergrond. Dit was voor het kerkelijk besef niet altijd even gunstig. Velen hebben dit ten aanzien van het onderwijs meer dan eens met een zekere bezorgdheid gecon stateerd. Lange tijd is het een geliefde leus geweest: niet een Gereformeerde school, ook niet een confessioneel Gereformeer de; de school met de Bijbel moet christelijk-nationaal zijn. Een stemmigheid hierover was er ook onder de vorige generatie niet. De hele ontwikkeling heeft echter de tendens om by het christelijk onderwijs zo weinig mogelijk moeite te veroorzaken door de kerkelijke verschillen. T AAT DIT ALLES zijn zoals het is. Rusteloos en verontrustend blijft de vraag: is het goed, dat de kerk als instituut door deze gang van zaken zo op de achter grond blijft? Wie spreekt ons, bij ons werk in het bredere, niet zui ver kerkelijke verband, wie spreekt ons daar aan op ons Ge reformeerd-zijn, op onze roeping ook door ons christelijk leven en christelijk werk te bouwen aan de Gereformeerde gemeente, aan het lichaam des Heren? Het gerefor meerde volk en de Gereformeer de kerk mogen toch niet uit el kaar groeien. Is het goed, dat wij ter wille van de samenwerking, soms eerder allerlei wat typisch gereformeerd is, laten schieten dan dat wij het accentueren? On ze jeugd begrijpt dat ook niet al tijd. Hier kon wel een een (van de vele) oorzaken van de ver- slapping van het kerkelijk besef liggen. Het is mede daarom, dat lk meen dat wij er goed aan hebben gedaan bij het opzetten van nieuw werk, zoals dat van de Gerefor meerde Stichtingen voor Maat schappelijk Werk en de Gerefor meerde Sociale Opleidingen in Baarn, niet alleen het Gerefor meerd confessionele karakter maar tevens het Gereformeerd kerkelijk karakter, te onderstre- VAN Dt DAG (Krls-kras door Kinderland, door M. W. H. de Weerd. Uitgave Auxi- llum te Sneek. De samensteller van deze „bundel op- zeggertjes voor kinderen" heeft ver dienstelijk werk gedaan. De versjes en liedjes zijn verzameld uit diverse dag en weekbladen en mede daardoor zijn vele originele en onbekende, maar niet temin alleraardigste versjes bijeenge bracht. De jeugd zal er zeker veel ple zier aan kunnen beleven. De uitgave is Promotie G. J. Stapelkamp aan Vrije universiteit Op proefschrift over toepassing van Bedrijfsradenwet voor bouwbedrijf (Van onze sociale redacteur) "\7RIJDAG 21 juni aj. promoveert aan de Vrije Universiteit tot doctor in de faculteit der economische wetenschappen de heer Gerrit Jan Stapel kamp, algemeen secretaris van de Nederlandse Christelijke Aannemers- en Bouwvakpatroonsbond. De promotie vindt plaats 's middags om half twee in de Woestduinkerk te Amsterdam op het proefschrift getiteld: De bedrijfsraad voor het Bouw bedrijf, theorie en praktijk der bedrijfsradenwet. Promotor is prof. mr. W. F. de Gaay Fortman. Het proefschrift is gewijd aan de totstandkoming en de ontwikkeling van de Bedrijfsradenwet en haar toepassing in het bouwbedrijf. i het instituut der col- i het ver- de organisatori sche samenwerking van ondernemers en arbeiders in Nederland wordt onderkend de sterke uitbreiding der sociale ver zekeringswetgeving en het steeds meer betrekken van de organisaties van onder nemers en arbeiders bij de uitvoering van deze wetgeving. En als derde faze in deze ontwikkeling wordt genoemd het toenemend recht streeks ingrijpen van de wetgever in de onderlinge verhouding dezer organisaties, gericht op de instelling van permanente organen van samenwerking en op de in schakeling dezer organen bij wetgeving en bestuur. Dit laatste streven resulteerde in 1950 in de Wet op de Bedrijfsorganisatie, drijfschappen genaamd. Reeds eerder was echter van zulk een ingrijpen sprake en wel bij de in 1933 tot standgekomen Bedrijfsradenwet. De tot standkoming en toepassing van deze ger- ste wettelijke regeling der bedrijfs organisatie heeft echter nauwelijks aan dacht getrokken. Speciaal wat betreft de toepassing hiervan in het bouwbedrijf wordt aan dit onderwerp in het proef schrift ruime aandacht besteed. Stellingen Speciaal op de organisatie van het bouwbedrijf heeft betrekking de vijfde stelling, die als volgt luidt: Handhaving van artikel 6 der Re geling van lonen en andere arbeids voorwaarden voor de Bouwbedrijven (B U en W.S.W.) is in strijd met het teem van loonvorming leidt tot onge wenste bevriezing van een eenmaal aanvaarde loonstructuur, en versterkt de bij een toestand van volledige werkgelegenheid uit andere hoofde I reeds aanwezige inflatoire tendenzen. j In verband met de betrekkellijk I geringe manoeuvreerbaarheid der 'openbare financiën en de nog weinig 1 betrouwbare voorspellingsmethoden i der economie mag aan de toepassing ener anti-cyclische begrotingspolitiek als middel tot het opvangen van korte fluctuaties in de conjunctuur voors hands geen al te grote praktische be tekenis worden toegekend. Drie stellingen hebben ten slotte be trekking op diverse onderwerpen: Een niet met de heilligheid en de hoogheid van het recht spottende prak tijk op het stuk van echtscheidingen zal in Nederland slechts worden ver kregen, wanneer verzwaring en ver scherping der processuele voorschrif ten, met name ten aanzien van de be wijslevering, gepaard gaat met uit breiding van de echtscheidingsgronden met die van „onheelbare tweespalt". De bepaling van artikel 21 der Provinciale Wet volgens welke het lid maatschap der Staten onverenigbaar is met dat van de Eerste Kamer der Staten-Generaal als gekozene in de groep, waartoe de provincie behoort, dient ook bij herziening dezer wet te arrest van de Hoge Raad d.d. 8 juniworden gehandhaafd. 1951. I Intra muros et extra wordt Groen's De volgende twee stellingen zijn ge-1 gezegde „Een staatsman niet! een wijd aan specifiek economische onder-!evangeliebelijder" niet zelden ver werpen: keerd verstaan. Daaraan is Groen zelf Handhaving van het huidige sys-1 niet geheel onschuldig. Een weg met blijdschap Het is wel een vreemd, maar boeiend tafereel, dat in Hande lingen aoht wordt beschreven. De Jood Philippus stapt op uitnodi ging van een rijksgrote uit Ethiopië in diens koets ergens op de eenzame weg tussen Jeruzalem en Gaza. Ze hebben een grote boekrol voor zich en Philippus legt maar uit wat de Ethiopiër niet begrijpt uit de profetieën van Jesaja. Nu de EEN WOORD VOOR VAN DAAG y Heilige Geest is uitgestort, gaat het Evan gelie de grote wereld in. Straks zal die rijksgrote in zijn land ver tellen wat hij heeft gehoord en geloofd. Philippus kreeg een boodschap van de Geest om deze man op te vangen en hij loopt er snel heen, zo staat er typerend. Nee, u en ik moeten er niet op rekenen regelrecht uit de hemel ook zo'n boodschap te krijgen. Maar onze opdracht is geen andere dan die van Philippus: gaat uit en getuigt van de Blijde Bood schap voor alle mensen. Legt hen uit wat er in de Bijbel staat, ver telt hun van de Hëre Jezus. Opdat, net als die rijksgrote, uw buurman en uw collega „hun weg met blijdschap gaan"! TIET MOGE op het eerste hort vreemd klinken, maar we wetd het: ook de vakantie schept haar pn! blemen. In zulk een mate zelfs dat hr Centraal Planbureau in zijn jongs] rapport er een afzonderlijk hoofdsti; m heeft gewijd. Welke die problemen zijn, weten J Vakantie is meer dan alleen mail niet-werken. Dat blijkt al uit de bi stedingen. Zoals het Planbureau ha stelt: het „bestedingspatroon" is in dl vakantie anders dan anders. Met de stijging van het aantij vakantiedagen gaat gepaard een stljj ging van de vakantieuitgaven. Voor' 1954 is deze geschat op 323 miljoen 1956 liggen ze zelfs tussen 450 et' 500 miljoen. Dit komt neer op 2,5 <v van de totale gezinsconsumptie. In dit verband mag er aan wordet herinnerd, dat sinds de oorlog dt werknemers een deel van het jaar- u OPGAVE PUZZEL NO. 45 Horizontaal: 1 Bloem, 7 paard, 8 go din, 10 bijwoord. 12 thans, 13 opening. 14 zeehond, 15 slok, 18 zangnoot, 19 maat, 20 afval, 21 op een andere plaats, 23 ri vier in Italië. 24 verre. 25 zitplaats, 26 Verticaal: 1 Gedroogde vrucht, 2 vod, 3 spil, 4 zangnoot, 5 familielid, 6 dier, 9 bloem, 11 deel van het etmaal, 12 ge vangenis, 13 munt, 16 verharde huid, 17 sluis, 20 juist, 22 maat, 23 kuil, 25 lidwoord. OPLOSSING PUZZEL NO. 44 Horizontaal: 1 Ponjaard, 9 paars, 10 W.B., 12 pak, 18 pu, 14 iep, 16 alg, 17 Eros, 19 on, 20 ril, 21 gelei, 22 B.L.,-24 ge. 25 degen, 28 leerling. Verticaal: 2 Op, 3 nap, 4 jaar, 5 ark, 6 as, 7 deugniet, 8 zwierbol. 11 beril. 13 ploeg, 15 pol, 18 gewei, 23 oer, 25 de. 26 gl.. 27 N.N. Van de tien stellingen die aan het proef-] schrift zijn toegevoegd, hebben de vieri volgende betrekking op de publiekrech-1 telijke bedrijfsorganisatie: TenonrechtemeentSteenkamp.dat! Slotemaker de Bruine op het Tweede Christelijk Sociaal Congres aan de door, i hem voorgestane nieuwe organen naast j een verordeningsbevoegdheid op soci aal terrein, ook een dergelijke be-' voegdheid op economisch terrein wilde' toekennen. De vervanging in de Wet op de j Bedrijfsorganisatie (Wet van 27 janu ari 1950 Staatsblad K 22) van de karakteristieke term „bedrijfsraad" door de weinig zeggende aanduiding „bestuur van een bedrijfschap" moet als een verarming der sociaal-rechte lijke terminologie worden beschouwd. Ernstig moet worden betreurd, dat de Sociaal-Economische Raad de moge lijkheid van algemeen verbindendver klaring van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten door publiek-1 rechtelijke organen van het bedrijfs-l leven heeft afgewezen Het verdient aanbeveling in de Wet j op de Bedrijfsorganisatie alsnog het] voorschrift op te nemen, dat de leden van de besturen der bedrijf- en hoofd-; bedrijfschappen worden aangewezen j door het hoogste wetgevend orgaan van j de tot aanwijzing bevoegd verklaarde organisatie. Helemaal zien of de omroeper Er zijn, sedert be gin vorig jaar de jour- naaldienst van 't N.T.S. met de geregelde uit- zzendingen begon, ook .p, tu>ee weernamen te horen in het weerbe richt, dat de nieuwsuitzending volgt. Te horen, inderdaad, want zien doet men niet anders dan de hand, die het op, het bord tekende krijt vasthoudt. Van een van de weermannen moet zelfs eens een baard ge- Fluitconcert van Quants (19.15 uur) Behalve dat Koning Frederik de Grote van Pruisen graag op ver overingen uittrok, speelde hij ook graag fluit. Als kroonprins had hij les gekregen van Johann Joachim Quantz, de vermaardste fluitspeler van zijn tijd, die het instrument ook wist te verbeteren en een fluit- methode schreef, en na zijn troons bestijging verbond hij zijn leer meester aan zijn hof als „kamer musicus" en hofcomponist met een voor die dagen heel hoog salaris. Quantz schreef talloze fluitcon certen en solostukken voor fluit en men mag wel veronderstellen, dat veure van een unn vv e» uc- eZe V00T eeU 9root gedeelte VOOr zelfde ^bijvoorbeeld," die"1 'zojuist koninklijke patroon bestemd Wij vragen ons af, of deze heren hun stemmen die be paald niet de beste microfoon- schikkyigxvb-eb,en enen en stemmen zijn, die men ter be schikking heeft niet zouden kunnen doen zwijgen ten fa veure van een omroeper, de- gelezen heeft. Of anders, en dat is misschien nog beter, zouden ze niet hele maal op de schermen zichtbaar oun cctrf gemaakt kunnen worden. Dan manu'ei gich. de 2de t Er bestaan over de muziek avonden in Potsdam, waar Frederik II immers zijn paleis „Sans Souci" had laten bouwenkostelijke ver halen, o.a. van Carl Philipp Em- manuel Bach, de 2de zoon van Joh. zouden ze een eerlijke kans^ Sebastiaan, die aan het hof de po- krijgen om „tv.-persoonlijkheid sitie van ciavecinist bekleedde en te worden. Op het ogenblik is dus de koning begeleiden M Hij merkte eens ietwat sarcastisch op (hij woonde toen al veilig en wel in Hamburgdat er 2 tempi Eénacter op drie manieren gespeeld De Acro-televisie haalt maandag avond een aardig expiriment uit. Regisseur Walter van der Kamp heeft namelijk een éénactertje geschreven, dat door Mieke Ver- straete, Jan Brusse en Guss Oster driemaal gespeeld zal worden: een keer als thriller, een keer als blijspel, een keer als klucht. Deze laatste keer zullen de acteurs er nog improviserend er het hunne aan kunnen toevoegen. Peter Zwart ontwierp het decor en Walter van der Kamp heeft (uiteraard) de regie. 17.30 V.d. jeugd; 17.50 Nws en sport- uitsl; 18.05 Sportjoum. VPRO: 18.30 Kor te Vrij2 Hervormde kerkd. IKOR: 19.00 V.d. jeugd; 19.30 De Open Deur, ra- RADIOPROGRAMMA VOOR MAANDAG lag: 8.00 Nw: erber; hun geval, een ondankbare functie. Of helemaal zien, of de stem van de omroeper. Kan dat niet? De gevolgen van de grote actie, die Billy Graham momenteel in New York voert om deze stad voor Christus te winnen, zijn duidelijk merkbaar. De aanmelding van nieuwe lidmaten is de laatste tijd gestegen, zo hebben de kerkelijke leiders in een overzicht medegedeeld. Tot dusver hebben op de bijeenkomsten in New York, waar dr. Graham heeft gesproken, zich bijna 18.000 mensen voor Christus uitgesproken. Intussen hebben de rooms-katholieken een tweede waarschuwing ge kregen de bijeenkomsten in Madison Square Gardens niet bij te wonen. Pater Ginder heeft in het r.k. weekblad Our Sunday Visitor betoogd, dat de rooms-katholieken weliswaar verdraagzaam en vriendschappelijk staan ten opzichte van dr. Graham, precies als tegenover alle andere protestantse groeperingen, maar dat deze houding slechts het sociale en burgerlijke niveau betreft. „Waar de godsdienst begint, houdt dit op", zo schreef de pater. De eerste waarschuwing kregen de rooms-katholieken op 24 april jl. Advertentie BEROEPINGSWERK NEDERLANDSE HERVORMDE KERK Beroepen te Lochem (vak.-J. F. Osse- waarde): M. S J. de Jong te Noord- wijkerhout; te Huizum (toez.' Smits te Akkerwoude. Aangenomen naar Haamstede: L. Boer te Silvolde GEREF. KERKEN (ond. art. 31) Beroepen te Zalk en Veecaten: kand. Mulders te Ulrum heeft zich beschikbaar gesteld om door de kerke- raad van Bunschoten-Spakenburg als zendende kerk te worden beroepen als miss. predikant voor Borneo. Examen. De classis Schiedam heeft preparatoor geëxamineerd en beroepbaar verklaard de heer F. van Deursen, theol. kand. aan de Theologische Hogeschool te Kampen. De heer Van Deursen zal een eventueel beroep gaarne in overweging GEREFORMEERDE KERKEN Tweetal te Uithuizermeeden: Stuursma te Grootegast en H. Willems te Augustinusga 39 „Ja, dat is een verbetering". „Uw positie is zeker dezelfde gebleven?" „Precies dezelfde". Brouwershof kijkt onderzoekend. Waarom geeft Cammeraat zulke korte gereserveerde ant woorden? Hij belt het meisje, om thee te schenken. In middels kan het openingsgesprek bezinken. Zodra ze weer samen zijn, zegt hij: „U kent natuurlijk de kwestie, die op 't ogenblik loopt". Cammeraat glimlacht ondoorgrondelijk. „Ik heb er een en ander, van bespeurd". „Ook uw positie komt in het geding". „Mijn positie? In welk opzicht?" „Als de patroon zich moet overgeven, komt ook het personeel onder andere directie". „De patroon zal zich zo gemakkelijk niet overgeven". „Alleen wanneer hij tot overgave wordt ge dwongen. En dat zal zeker gebeuren, vroeg of laat, waarschijnlijk vroeg". Cammeraat wordt onrustig. „Het personeel zou er niet kwaad mee zijn en voor u zou het een gelegenheid tot promotie kun nen openen". „Op welke wijze?" informeert Cammeraat voorzichtig. „Een boekhouder kan procuratiehouder wor den. of adjunct-directeur". „Mijnheer Adelsberg zal zo lang mogelijk vol houden". „Wat zal het hem baten? Hij staat alleen. De aandeelhouders bemoeien zich er niet mee. Wie zijn de voornaamste aandeelhouders?" Die vraag overrompelt. „De voornaamste aandeelhouders?" door K. JonkUJ „Ja, wie zijn dat?" Cammeraat noemt twee namen. Dat is voldoende. Want een van de twee is iemand, die Brouwershof van nabij kent. Nu gaat hij over iets anders praten. Hij trekt een fles wijn open en schenkt twee volle glazen. „Wil je mijn huis eens zien?" vraagt hij ami caal. „Heel graag". Zelf leidt hij hem rond, knipt het licht aan op alle gangen en in alle kamers, toont de over vloed van ruimte, die overal aanwezig is. „Uw gezin is geleidelijk aardig uitgedijd. Wordt het niet wat krap in de tegenwoordige woning?" „Een beetje meer ruimte zou ik wel kunnen gebruiken". „Wie weet, wat er gebeurt!" Als na anderhalf uur Cammeraat de villa ver laat, loopt hij neuriënd naar huis. Die meneer Brouwershof is toch iemand, met wie iets te be reiken valt! Brouwershof laat er geen gras overheen groei- De volgende dag is hij al bij de aandeelhou der, die hem bekend is. „U hebt een paar aandeeltjes in de n.v. Adels berg, heb ik gehoord". „Ja, is daar iets mee?" „Volstrekt niet, maak je niet ongerust, de zaak is safe genoeg. Hoe ben je daar eigenlijk toe gekomen?" „Och, mijn kassier bood ze aan. Toen heb ik er een paar genomen. Ik kan er geen kwaad bij, geloof ik". „O, nee!" „Maar ik hoor, dat jij hem nog al dwars zit". „Dat is betrekkelijk. Ik zou zelf ook wel een paar aandelen willen hebben". „Neem de mijne. Ik heb er vier". „Wie zijn de andere houders van aandelen?" De vriend noemt vier namen. Twee daarvan zijn familieleden van Adelsberg. Met de twee andere valt misschien iets te bereiken. „Vier aandelen heb je? Houd er twee en ver koop mij de twee andere". „Dat is goed". „Maarreheeft jouw kassier nog meer aan delen te verkopen?" „Dat denk ik wel". „Koop er enige voor mij". De ander lacht. „Wat heb jij daar mee voor?" „Jouw belang. En het belang van de andere aandeelhouders' „Ach! Wat menslievend! En alles zo geheel be langeloos! Enfin, ik wil je helpen. Tien aande len, zeg je, en twee van mij, dat is twaalf" „Houd ze voorlopig alle vier. Krijg je er tien los voor mij, dan staan we sterk. Tien en vier is veertien" Een paar dagen later vraagt de vriend aan zijn kassier: „Hebt u nog een paar aandelen van de n.v. Adelsberg? Ik heb "'at geld, dat it er in steken wil". (Wordt vervolgd) die de componist gegeven had, en één, waarin de koning wenste te spelen. Frederik had n.l. de gewoonte het bij moei lijke passages maar wat kalmer te doen! En het orkest, de clavecinist incluis, had heel onderdanig te vol gen. Uit deze hof sfeer, met zijn witte pruiken en hoepelrokken, met zijn strenge etiquette en conventie, stamt het G-dur Fluitconcert van Quantz, dat uitgevoerd wordt door Peter Lukas Graf en het Omroep orkest onder dr. C. L. Walther Boer. Morgenavond bespreekt wika J. A. Hes. adj.-directeur van de stich- tine Filmcentrum, voor het IKOR (18.20 Hilversum 1, 402 m.) de Ita liaanse film „Marcelino, brood en Maandagmorgen tien voor negen meter) de uitzending voordehuis- heeft de Vara (Hilversum II, 298 vrouwen onder de titel „Het leven begint bij veetig" gewijd aan tips voor de vrouwen, die hun tweede jeugd ingaan. Cathérine Sauvage zingt maandag avond over Hilversum II (298 m.) van 23.15 tot 23.40 chansons van Léo Forré, o.a. het bekende „Piano du pauvre". Proarornrr.o voor morgen >ogmis. NCRV: 8.15 Sportuitsl; 8.25 Gram; 9.00 V d zie ken; 9.25 V d vrouw; 9.30 Gram; 9.35 Waterst; 9.40 Gram; 10.00 Theologische etherleergang; 10.45 Heiligingssamenkomst v d Velddag v h Leger des Heils; 11.45 Gram; 12.00 Amus muz; 12.25 V boer en tuinder; 12.30 Land- en tuinb meded; 12.33 Musettemuz; 12.53 Gram of act; 13.00 Nws; 13.15 Walsmuz; 13.40 Gram; 14.05 Schoolradio; 14.35 Gram; 14.45 V d vrouw; 15.15 Kamermuz; 15.45 Gram; 16.00 Bijbellezing; 16.30 Pianorecital: 17.00 V d kleuters; 17.15 Hoorsp v d jeugd; 17.30 n; 17.40 Beursber; 17.45 Regerings- De B.B. i Goderie vi lagt c landac arber; 19.10 Muziek feet, hoorsp; 21.35 Klavecimbelrecital; 22.00 Gram; 22.10 Idem; 22.25 Vocaal ens. en col; 22.45 Avondoverdenking; 23.00 11.20 Te en piano; 11.40 Voordr; 12.00 Lichte 12.30 Land- en tuinb meded; 12.33 platteland; 12.38 18.20 Lichte muz; 18.50 Cursus Openbat Kunstbezit; 19.00 Artistieke Staalkaar 19.35 Act; 19.45 Regeringsultz: Landb n briek: 1. Diepvriezen, een nieuwe ii maakmethode voor het platteland. 2. Wi moeten we doen bij onweer; 20.00 Nws 20.05 Operettemuz; 20.45 „Horen en bezo op reis; 22.30 Instr trio; 23.00 Nws; 23.15 Gram; 23.40—24.00 Idem. Voor de litterairen onder ons morgenavond 22.25 wordt in het (zeer culturele) Derde Programma van de BBC voorgedragen uit de bekende „Fleurs de Mal" >64 meter. i Baudelaire. Op vanavond de beurt heeft, deed het dan ook luchtigjes. Men begint de uitzending met een Amerikaanse film in de All Star Theatre-serie. „Het begon in de lommerd". Dan komt er ..Examenkoorts", grepen uit een caba. ret van scholieren van Amsterdamse middelbare scholen. Het laatste punt is „Variétévé": een amusementspro- framma, waaraan o.m. Conny Stuart, imon Carmiggelt en het Millersextet medewerken. inkomeh plegen te genieten in dt vorm van een speciale vakantietoeslag (sinds 1956 vrij algemeen 4 worden voor een derde deel opgevan- gen door het hotel-, restaurant- «n| logiesbedrijf, voor een vierde door dt verkeerssector en de vermaakssectorj elk, en het resterende zevende deel| wordt besteed aan allerlei artikelen,} reparatie en dergelijke. Van de vakantiebestedingen weten we, dat ze seizoengevoelig zijn. Het ie investeren kapitaal moet dan ook' rekenen met belangrijke leegloopl buiten de vakantiemaanden. Ervaren hebben we al, dat bij bui tenlanders de attractiviteit van onj land sinds de oorlog zeer is gestegen. Daartoe hebben meegewerkt: bepaalde culturele manifestaties, het gunstige prijspeil en betere propaganda. Een buitenlander pleegt hier gemiddeld 50 gulden per dag te besteden. Intussen hebben In 1956 de uitgaven van vakantiebesteding in het buiten land de ontvangsten van het vreemde lingenverkeer hier te lande aanzien lijk overtroffen. p|ET HOUDEN van vakantie op enigszins ruime schaal wordt in het rapport van het Planbureau een schijnsel van deze eeuw genoemd. Wie nog niet aan toekomen, zijn tame lijk veel zelfstandigen. De gebonden- heid aan het bedrijf vormt voorhen een verhindering; al ontstaan ef geleidelijk aan bedrijfsregelingen vööt middenstandsgroepen. Onder de zelfstandigen neemt van de landbouwers 1 op 3 geen vakantie, de overige zelfstandigen 1 op 6. j Van de landarbeiders heeft 1 op 6 geen i vakantie; bij de overige werknemers slechts 1 op 12. Van de landarbeiders die vakantie hebben, gaat slechts 1 op 4 met vakantie buiten de eigen woonplaats. Het ligt voor de hand, dat het rap- I port van het Planbureau ook melding j maakt van diegenen voor wie vakan tie juist werken betekent: het werken j scholieren en studenten in de j zomervakantie. Hun aantal wordt op een 100.000 geschat en hun bijdrage aan het nationale inkomen op 10 miljoen. Ze dragen er toe bij, dat voor som mige bedrijven de moeilijkheden, ont staan door zomerdrukte en zomer vakantie van het personeel, kunnen worden opgevangen. Zelf hebben ze, behalve de verdiensten, het voordeel, tijdelijk ln de werkende bevolking te worden opgenomen. Intussen dreigt vooral voor de jongeren het gevaar, dat de vakantie niet voldoende ont- 1 spanning brengt. ^TAARAAN het rapport dan ook nog aandacht geeft, zijn de recreatie gebieden in ons land. Ze zijn beperkt in aantal, weinig harmonieus gespreid in verhouding tot de spreiding van de bevolking, en bovendien nemen ze nog van jaar tot jaar in omvang af. Om dit te bewijzen: per inwoner had Nederland in 1940 nog 692 vier kante meter aan bos en woeste grond, maar in 1954 was dit al geslonken tot 451. Dit laatste spreekt temeer, wanneer men bedenkt, dat bij de groeiende be- "olkinir gerekend mag worden met een stijgend aantal vakantiegangers en vakantiedagen. Voor 1970 bijvoorbeeld mag het aantal vakantiegangers zeker resteld worden op 6,58 miljoen. Geen wonder dat het rapport nog eens accentueert de wenselijkheid van spreiding der vakantiegelegenheid naar plaats (het noemt in dit verband het Deltagebied) en naar tijd. En in het algemeen vraagt het Plan bureau de aandacht voor al deze pro blemen die aan de vakantie vast zitten, problemen naar oplossing waar- moet worden gestreefd en die in elk geval onze vakantie niet mogen bederven Advertentie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 2