ZONDAGSBLAD óleutel ió cjebroket VERZAMELDE GEDICHTENT VIOOLSONATES VAN MOZART EN BRAHMS (en s^menga. Cultureel venster Christenchauffeur in Ankara m IN EEN RITMISCH SPEL Winddokter en Sinaasappel dominee TTET IS een hoogstmerkwaardig boek met een opmerkelijke titel. De winddokter ontleent zijn naam aan psyche, animus: geest of wind en de sinaasappeldominee aan een merkwaardig voorval in een psychiatrische kliniek, waar ds. Kurt Degenbrück op goed ver trouwen op bestelling van een aan hoogmoedswaanzin lijdende patiënte tonnen sinaasappels voor het ziekenhuis had gekocht. De winddokter is de psychiater dr. Robert Voszmenge. Dominee en dokter leren elkaar voor de oorlog kennen in een kliniek. Tijdens de oorlog ontmoe ten zij elkaar in de militaire dienst in Italië, waar de dominee zich openlijk tegen Hitier verklaart en de dokter hem helpt ontvluchten uit een gevangenis. Van de dokter krijgt men in dit boek een scherper portret dan van de dominee. Diens uiteenzettingen zijn wat zwevend. Kennelijk zijn dokiinees voor Friedrich Deich vreemde personages. Toch weet de schrijver door te dringen tot de kern van het Evangelie: het offer voor de ander, want ds. De genbrück wil zijn leven geven om zijn vriend de dokter te redden van het vonnis, dat hij zich door hem te helpen op de hals heeft gehaald. Het boek geeft een verrassend inzicht in de psychiatrische prak tijk en in de oorlogssituatie van vele Duitsers, die voor hun num mer in dienst waren en toen no lens volens een dictatuur moesten dienen, die zij aanvankelijk in zijn demonische consequenties niet doorhadden. Dit boek behoort tot de goede oorlogsliteratuur, die thans van Duitse zijde begint door te drin gen. Deze literatuur weet te be reiken, waartoe talloze politieke uiteenzettingen niet in staat wa ren: het begrip voor de Duitse mens. Velen zijn daar onder dt meest demonische omstandigheden mens gebleven en hebben wellicht in het begin haast onhoorbaar, maar niettemin vastbesloten eer halt weten toe te roepen aan d< ontmenselijking waarin hun vader land vervallen was. Een vreemd boek. maar een ver biijdend boek Een boek vol van ANTON VAN DUINKERKEN Het uitgeven van verzameld werk heeft iets van het bijzetten in een graf. Toch is er veel voor te zeggen, Zo heeft ook de uitgave van Anton van Duinkerkens Verzamelde Gedich- ten in een handig prisma-boekje van 240 bladzijden volledig zin, al blijft het waar, dat door het noodzakelijk compacte de leesbaarheid er niet op vooruit ö€buuc van klAd.s öe wit DE jonge rooms-katholieke auteur Klaas de Wit heeft thans zijn eersteroman geschreven: „De sleutel is gebroken". De titel is ont leend aan het kinderversje „Witte zwaan en zwarte zwaan, wie wil mee naar Engeland gaan?" Het is de geschiedenis van een Enge- WA NAA1Ö EN PIAAI Dond de Sonate voor viool en piano in Bes (K. V. 454) van Mozart gaat een aardig verhaal. Zo in 1784 was Mozart nogal druk bezet met concerten, zowel in het openbaar als in besloten kring. Bij die gelegenheden wer wat kunnen onze componisten daarop jaloers zijn op rekeiid dat Mozart steeds een nieuwe compositie zou spelen. De arme kwam danig in tijdnood en stelde dan schrijven van de noten tot het laats hij de noten pas na het concert op. In april 1784 zou hij samen met de indertijd beroemde violiste Regina Strinasacchi (1764 -18391, een Itali- Dresden had ge vestigd en nu Wenen bezocht, in de schouwburg een nieuwe Vioolsonate van zichzelf uit- de avond vóór het concert kwam hij er toe de noten op te schrijven en de boze violiste kreeg slechts de ochtend van de ■Wag vonds de schouw de Sonate in Bes- .K V 454) werd zonder enige oorafgaande repetitie uitgevoerd. Als bijzonderheid wordt er dan j-, nog bij verteld dat det Keizer van uit zijn loge zag. dat het muziek- bewonderd hebben, papier van Mozart volkomen blank schreef o.m.: „die h; was. Mozart had namelijk alleen sc]imack uncj Emp maar de vioolpartij voor Regina jh,-em Spiele" Strinasacchi op papier kunen zet- Smaak en gevoel speelde zijn eigen partij gc- schappen die bij music leel geïmproviseerd. Eei :oncert heeft Mozart het werk in lijn geheel genoteerd, precies zo als hij het op het concert had ge- Aan die samenwerking met Re- *ina Strinasacchi lekend is dat ue em deze vrouw in het leven van Mo r 1 zart optrad danken we nu de tolk bovengenoemde Sonate in d: len (Largo-Allegro. Andante legretto)' Mozart moet haar erg Welk samenwerking en welk geniteit in de expressie. cici» wc Nog sic kui'k.i ia11 'Chc't ZT- king op de andere Plaatzijde. u c beide begenadigde kunstenaars de Soms ook schreef Sonate voor viool en piano in A- dur (K.V. 5261 van Mozart spelen. Waarschijnlijk is dat wel een der mooiste vioolsonates van Mozart het is de laatste, gecomponeerd in ..l '~g7 en van een verinnerlijking zo- ÉipwsSP --iT.j'r- jp als men die nog niet in die mate r;vindt in de vorige Vioolsonates v'.'-sjlte'' Hat is alsof Mozart zijn naderende v'* dood al aanvoelt, maar tevens die dood niet meer ^ls een angstvi sioen ondergaat. Het is bevrijden de muziek geworden. En zo spelen Grumiaux en Haskil het werk ook: met „viel Geschmack und Emp- findung" T OH. BRAHMS heeft in het ge- J heel maar drie Sonates voor viool en piano geschreven, waar van de eerste pas op 46-jarige leeftijd. Die eerste Sonate is zo volkomen op de kleine besloten ruimte ingesteld, dat Brahms zelf van het werk schreef: „Mijn So nate aeugt nog minder voor de openbaarheid dan ikzelf". De 2e Vioolsonate in A-dur Op. r 100 schreef Brahms 8 jaar later r in 1886 toen hij zich blij en geluk kig voelde aan de „Thuncrsee". een idyllisch oord. Hier is de ele gische Brahms aan het woord, de beminnelijke componist, de lyri hij sche zanger. Inderdaad het is eer 3e- *ang. deze Sonate. In het midden in deel is er even de melodie van Brahms' lied „Wie.Melodien ziehl eigen- es", eveneens in Thun geschreven De 3e Vioolsonate stamt uit 1888 .in werd ook in Thun gecompo neerd, het lievelingsoord van de meester. Zoals de laatste Mozart- Dccca heeft de 2e en 3e Sona te van Brahms doen uitvoeren door twee nog jonge kunstenaars: de violist Ruggiero Ricci en de pianist Julius Kal,.Men. (30 em. langspeel plaat 'LXT 5270). Als ik een voor keur zou moeten uitspreken bij de ze twee kunstenaars, dan zou ik Julius Katchen voorop stellen. Zo als Katchen de pianopartij uitvoert is subliem. Hier is elke noot ver antwoord, heeft elke noot expres- In de samenwerking is er een ideale eenheid. Brahms schreef zijn Sonates niet voor viool, maar voor viool èn piano, twee gelijk waardige partijen dus en dat komt in het spel van beide kunstenaars goed uit. Ruggiero Ricci is hel best in de snelle hoekdelen der So nates, daar dus waar hij iets van zijn virtuositeit kan laten horen. In de langzame delen, speciaal in het Adagio van de 3e Sonate, is de toon iets wankeler. Niettemin een prachtige toon, gevoelig en zuiver. CORN. BASOSKI altijd wel in het ijzonder bij Mozart. Zonder smaak, zonder schoonheidszin, is er eigenlijk geen gevoel denkbaar sonate de rijkste is geworden, zo h en zonder gevoel is er geen Mozart dit ook bij Brahms. Deze laatste spel denkbaar. De violist Arthur derde. Vioolsonatc is bewogenei Grumiaux cn dc pianiste Clara dan d< - Haskil bezitten de eigenschapper landvaarder en van zijn achterblijvende vrouw. Niet alleen door de oor logsomstandigheden zijn zij ver van elkaar ge dwaald, maar ook ten gevolge van een in nerlijk conflict, een botsing en verwijde ring van twee karak ters, een niet langer begrijpen over en weer Ieder voor zidh vechten zij die jaren om de waarheid, om het in zicht. vechten zij met God. En als zij elkaar na de oorlog werkelijk zullen hervinden, zullen niet zij het zijn die overwonnen hebben, maar zal het zijn de liefde van God voor zondaren. Klaas de Wit laat dat heel dui delijk en openhartig in zijn boek uitkomen. Tegen een achtergrond van Jodenhaat en nazi-sadisme is onze ondergrondse strijd in me nig boek nogal idealistisch gete kend; en Klaas de Wit is reëel genoeg om oorlog, onderdrukking en verraad raak en keihard te be schrijven. maar anderzijds heeft hij ook een open oog voor de Lon- dense laksheid, voor de angst in de KP-ploeg, voor het schipperen van dc oude priester, voor de zon de van de vrouw, die geloofde met haar lichaam het leven van een Joods meisje te moeten redden. Maar juist midden in onze zon- iige werkelijkheid daalt God in Christus tot ons af. En als Hij het nodig vindt, leidt hij ons in een crisis, waarin wij alle geloof in onszelf verliezen. Zo'n boek kan men niet opsmuk ken met mooischrijverij. Wat de stijl aangat. trof ons hoofdzake lijke de knappe „monologue in térieur" en de strakke, boeiende verteltrant. Om meer dan één reden bevelen wij dit boek van har te aan. Het telt 256 bladzijden en werd uitgegeven door Nederland's Boekhuis te Tilburg. W.F.S. Klaas de W it debuteerde met zij „De sleutel is gebroken". die zich zonder - aarzelen bij de 19e-eeuwse traditie aansluit en via die traditie teruggrijpt op de 17e eeuw; een dichterlijke welspre kendheid die nergens tot holle woordenpraal vervalt; een opval lende rijmvaardigheid die meer dan eens tot opmerkelijke vondsten leidt en nooit geforceerd aandoet. Voorts, wat de geest aangaat: een ongecompliceerde levensliefde; een typisch-Roomse vroomheid: Ook wij krijgen ieder zondag De hemel gaat ons boven al, Maar wij vrijen de hele kermis- week En Wij dansen op carnaval. Niettemin, al is Van Duinkerken anti-puriteins gezind, hij heeft meer kennis van en waardering voor de protestantse geestescultuur dan menigeen van zijn geloofsgenoten. Sympathiek is vooral ook, dat zijn aandacht niet zo eenzydig en over dreven op zichzelf gericht is als hij de uitsluitend-lyrische dichters. Aan Van Duinkerken is te zien, hoezeer het leven in een geloofs gemeenschap aan de enkele mens een ruimer horizon verstrekt; hoe het hem in levend verband zet met de historie en met de toekomst Daarom zal dit werk het nog wel wat langer uithouden daq veel poëzie, die misschien voor de tijd representatiever is, maar mèt die tijd vergaat. Toch ligt over heel deze poëzie het onzichtbaar waai van het secundaire: Van Duin kerken is óók dichter en tussen de regels van al deze verzen leest men onuitgesproken verwijzingen naar activiteiten op andere, het dan ook verwante, gebieden. In de gedichten van Rilke bijv. vindt de gehele Rilke krachtens dit»zich totaal geven in de poëzie zijn ook vele van zijn brieven en Die Aufzeichnungen des Malte Laurids Brigge als zielsuitingen zo „com pleet". Bij Van Duinker- ken is het als bij de oudere Goethe: het prak tiserend dichterschap is een facet van de persoonlijkheid. Van Duinkerkens geest tendeert naar het universele, is ook hier katholiserend. Citeren wij tot slot het laatste gedicht uit de zameling, getiteld: HIERNA Wanneer mijn werk gedaan zal zijn, Mijn adem stil, mijn ogen dicht, Geneest mij van de laatste pijn Dit nooit verloren vergezichti Er leeft een God, die alles schiep Wat zichtbaar en onzichtbaar Die, mij tot zijn aanschouwing Uit ondoorgrondbre duisternis, Vooraf getekend loopt zijn pad Dwars tegen mijn begeren in. Doch die ik 't liefst heb lief gehad Gaf aan mijn heil zijn eerst begin. C. RIJNSDORP. Hij heet Johannes maar noemt zich Firet. Men heeft hem om zijn christennaam geslagen toen hij de Turkse wapenrok moest dragen en voor de vuilste baantjes ingezet. Daarom heeft hij gekozen voor een naam waar geloof en gezindheid niet uit blijken. Hij staat mij wat verwezen aan te kijken als 'k vraag of hij zich voor zijn Heiland schaamt. Maar God, waar haal ik de overmoed vandaan. Mijn calvinistenras wil ieder leren maar moest ik ooit mijzelf als hij Verweren? Hoe vaak hebt Gij in mij te kijk gestaan. FRANK DAEN. ZATERDAG 8 JUNI 1957 In de studio van de Zweedse psychologe Lilian Runestam is er mi al 13 jaar lang elke dag een afwisselend en bekorend kinder spel. Lilian Runestam leert de kin deren namelijk ritmisch spelen en dank zij haar lessen, zowel in de studio als voor de radio, hebben nu honderden kinderen een betere houding, bewegen zich schoner en hebben meer oor voor muziek ge kregen. De kinderen leren dat muziek blij en treurig kan zijn en stemmen en de 3-jarigen voelen direct aan welke be weging bij de muziek past, waarbij na tuurlijk associaties worden opgeroepen aan bloemen of poppen. Het gehele spel wordt blootsvoets gespeeld. Exclusief voor ons blad ontvingen we hiervan enkele foto's, die duidelijk laten zien met welk een overgave de kleintjes de muzikale beweging in een eigen be weging willen overnemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 18