CONCERTEN voor CELLO
en PIANO
cOacir poppen leven gaan
Cultureel
venster
DE TOEGANG VAN ONZE WONING
ZATERDAG 13 APRIL 1957
Bij GUI DO VAN DETH
Als Guido van Detli en- Felicia
Beck, zijn vrouw, en Els Kooman
en haar zoon Frank in hun poppen
theater in de Haagse Nassau Dillen-
burgstraat aan het zwoegen zijn met het licht en het geluid,
de requisieten en de poppen, weet de zaal wel, dat ze daar
ergens achter dat toneel moeten zitten, maar men ziet ze
niet en als het goed is, is men hun bestaan al heel gauw
vergeten en leven alleen de poppen nog maar hun bewogen
leven.
De koppen van die poppen zijn
door Livinus van de Bundt of door
René Dumoulin gesneden uit lin
dehout en hun lijven zijn van lap
pen. die op de markt voordelig op
de kop zijn getikt. Als Guido en
Felicia die poppen echter ter hand
nemen, dan komt er leven in het
lindehout en worden de lappen tot
fraaie gewaden, die echt ..gedra
gen" worden, vorstelijk of beval
lig. zedig of uitbundig, net naar
het moet. Dan voltrekt zich de
eeuwige metamorfose der waar
achtige kunst: verbeelding wordt
tot werkelijkheid en werkelijkheid
tot verbeelding. Precies zo als dit
ook gebeurt op het grote, echte to
neel.
HET SPEL VAN VERBEELDING EN LEVENSBLIJHEID
Hoe kan een hoeder, zo
zegt hij.
Iets weten van de aard.
Zo'n man bezit geen geld
of goed
En rijdt niet eens te paard.
En toch die hoeder uit de stal
Zo arm en slecht gekleed
Vertelde mij 't verhaal
van 't schaap
Waarvan mijn pa niet weet.
Zo ziet ge dal de
wijsheid woont
m 't niet
verwacht
En dat het zaak is dat
men nooit
Zijn medemens veracht."
Uit deze enkele voorbeelden mo-
Maak dan op aard een
ware hemel
voor wie er rond u zijn
dan zullen eens de
hemelpoorten
voor u ook open zijn"
zo besluit Guido van Deth zijn
poppenspel „Het groot abuis, of
Hoe Jacquirijn zijn meester uit de
Hebben wij die boodschap' wel
goed begrepen? JL.aten Guido's
poppen u haar duidelijk maken.
EV. GROLLE
rs van Guido van Delli in het spel „Het Groot Abuis of Hoe
n zijn meester uit de misère redde". V.l.n.r. Sint Wammes,
Sint Kokus, Sinte Psycho, Sint Kretus en Leeuw.
Men is geneigd om een poppen
theater niet voor vol aan te zien.
Het is nu eenmaal menselijk meer
te letten op de quanti- dan op de
qualiteit; dat wat van binnen is;
de ziel, de verbeelding wordt
meestal achtergesteld bij wat
voor ogen is. Zo'n poppentheater
is wat afmetingen betreft zo veel
kleiner dan een echt toneel en de
acteurs zijn geen mensen van
vlees en bloed, maar slechts pop- de'
Maar komen zij eens als
berooide schooiers
En kloppen schurftig,
hongrig bij ons aan
Dan zenden wij ze vrolijk
verder wandlen
Dan heeft het braaf-zijn
reeds zijn werk gedaan"
pen met een houten kop
lappen. maar
dan komt de ver
rassing: in de han-
den van Guido en
Felicia worden die
pappen echte men
sen en begint het
groeien tot een
platform, dat de
wereld omvatten
Een waarachtig
kunstenaar kan
zo'n klein poppen
theater tot een
Bühne der Welt"
omscheppen.
„Zo ziet ge dat de wijsheid
woont
Daar waar men 't niet
verwacht
En dat het zaak is dat
Zijn medemens veracht".
Neem nu b.v. Guido's spel van
de „Verloren zoon". Hij brengt dit
onder de titel; „l'Eternel retour"
of „Vader ik ga reizen". Zou dat
wel gaan, zo'n heilig Bijbelver
haal zo maar opgevoerd door
kleine poppen?
Voor wie deze opvoering zagen,
is dit geen vraag meer. Integen
deel; zij hebben eens en voor al
tijd geleerd, dat de wijsheid
woont, waar men haar niet ver
wacht en dat men geenszins het
poppentheater noch poppenspeler
Guido van Deth mag verachten,
want hier is werkelijk iets groots
verricht.
GEEN PREEK
het Bijbelse verhaal na te
spelen; hij maakt er geen preek in
beelden van, maar het essentiële
van dit verhaal zet hij
Deze farizeeërtjes hebben
minste de deugd, dat ze er ec
vooruitkomen.
Als de verloren zoon in de stal lichting. Alles
ijnen moet hoeden, komt dat hij het geheel
wat Suuske. het zoontje van de boer.
dikwijls naar zijn verhalen luiste
ren. Hij vertelt dan o.a. van een
goede herder, die het ene verdool
de schaap ging zoeken.
De boer wil echter niet hebben,
dat Suuske zich ophoudt bij zo'n
berooide zwijnenhoeder en jaagt
hem telkens de stal uit. Suuske
zegt dan:
„Mijn vader is i
En toch is hij s<
Hij zegt, dat in
EEN BOODSCHAP
QM dit wezenlijke is het Guido
te doen. Hij heeft begrepen,
dat het poppentheater meer kan
zijn dan alleen amusement. Toen
hij zo'n 25 jaar geleden met het
poppenspel begon, was hij al te
vreden. als hij een leuk verhaaltje
had. als hij de mensen aan het la
chen bracht. In de loop der jaren
echter heeft hij begrepen, dat hij
een boodschap heeft en met min
der wil hij niet volstaan. Hij wil
zijn mensen aan het nadenken zet
ten. en dit tracht hij op de aloude
wijze van het poppenspel te berei-
Sinds tien jaar heeft hij in de
Nassau Dillenburgstraat tc Den
Haag een vast poppentheater:
prachtig geoutilleerd met coulis-
complete toneelver-
opgebouwd,
tijd af kan breken en ergens an
ders weer opbouwen, want overal
speelt hij: voor iedereen, klein of
groot.
Het best laat een poppenspel
zich spelen voor een niet te groot
aantal toeschouwers; maar het
kan ook voor groter publiek. Dat
heeft die avond met het Kerstspel
van „Suuske en zijn ezelke" wel
bewezen, toen er in een Geref.
kerk in Amsterdam liefst een 1300
kinderen en ouderen bijeen geko
men waren om ademloos te luiste
ren naar wat het ezeltje uit Beth
lehem te vertellen had.
Het is een vreugde met Guido
van Deth over z'n poppen te pra
ten. Deze Brusselaar van Neder
landse nationaliteit raakt er niet
uitgepraat over. Hij heeft er zo'n
600 stuks en zeer trots is hij op een
kostbare antieke collectie: oude
marionetten (Guido speelt alleen
met handpoppen), oude miniatuur
theaters, oude prenten, kostbare
oude boeken over het poppenspel
„Hoeveel kostbare dingen zullen
de mensen niet achteloos op een
zolder hebben liggen. Zij kijken er
niet naar om en ik zou ze prach
tig voor m'n verzameling kunnen
gebruiken", verzucht hij.
ZIJN repertoire maakt hijzelf
Hij is zijn eigen auteur, regis
seur. licht- en geluidsman: kortom
hij is een veelzijdig kunstenaar.
Volkomen gaan hij en zijn
vrouw in hun poppen op. Niet om
dat zij zo kinderachtig zijn en zo
graag met poppen spelen, zoals
een argeloos buitenstaander met
een schouderophalen misschien
zou denken, maar omdat de pop
pen de instrumenten zijn van hun
verbeelding.
De elementen, waarmee zij de
wereld van hun kunstenaarschap
opbouwen, de middelen, waarmee
zij hun boodschap gestalte geven.
En om die boodschap gaat het.
..Levensblijheid zoek ik" zegt
Guido. ..Dat is niet iets oppervlak
kigs: iets om zich mee te verma
ken. Dat is eigenlijk iets heel ern
stigs Dat is een schat van grote
„Het is een zaak van
importantie
dat elk content kan zijn
voor elk een pais- en
vree-garantie
en voor geeneen sjaggrijn
Architectonische ommegangen
- Wij zijn gewoon, ons huis binnen te gaan door
een deur. De gesloten voordeur geeft een idee
van veiligheid en tegelijk laat zij iets zien van
het karakter van de mens, die in het huis woont.
Vroeger hadden de huizen lui-
de i
eikenhouten voordeur. voorzien
van een dag- en nachtslot, twee
grendels en een ketting, 's Avonds
wanneer iedereen thuis was en
geen bezoekers meer werden ver
wacht, werd de deur voor de nacht
gesloten, en wanneer daarna nog
iemand durfde te kloppen, gaf
dit een hele opschudding.
Was er toen een rr
eenheid dan het huis,
zin met allen die daarbij behooi
gesloten gapende
ER wordt vaak beweerd dat het Celloconcert in D-dur niet door
Josef Haydn werd geschreven, doch door de cellist van de
Esterhazy-kapel Anton Kraft. Er is echter geen enkele grond
voor een dergelijke bewering en men kan dan ook rustig het werk
op naam van Haydn schrijven, daar Haydn het zelf ook tot zijn
eigen werken rekende. Haydn schreef dit werk in 1783 voor die
den huisvestte? ,.My
house is my castle"
zei de Engelsman. Wij
zeiden dit niet, maar
in de praktijk was
onze houding ten op
zichte van ons huis
even gesloten en naar
onszelf gekeerd.
Welk een geheel an
dere indruk krijgen
portiekope-
ning zien, die toegang J^H|
tot maar liefst acht
woningen geeft?
Rechts en links de
ronde muurtjes, die «UgSHBn
als het ware nodigen
om naar binnen te
gaan. Is men onder
de luifel, dan heeft
men rechts de trap,
die naar de woningen
voert, twee op elke
verdieping.
Ook voor de beganegrondwonin-
gen moet men een trapje op, want
wij maken deze niet meer gelijk
vloers. Onder elk woningblok ma
ken wij een kelderruimte,waar
van elk gezin een afgesloten deel
krijgt om er zijn brandstoffen,
pakkisten, fietsen, kinderwagens
e.d. te kunnen bergen.
-.'■■Na
Verbetering
Deze souterrains, waartoe het
linkse trapje toegang geeft, bete
kenen een grote verbetering in
onze woonwijze. Ieder gezin be
schikt nu over een behoorlijk gro
te bergruimte, die van de straat
langs een trapje van veelal nog
geen tien treden te bereiken is.
De schuurtjes en hokken in de
tuinen zijn verdwenen. Ieder heeft
zijn bergruimte in het onderhuis.
En de ruimte tussen de woonblok-
Is toch iets
beslotenheid en de rust verloren
gegaan.
Muziek voor de
blokfluit
De huismuziek-beoefening heeft
lange tijd een grote inzinking ge
had. De opkomst van de radio en
de betere toegankelijkheid tot de
openbare concerten waren hiervan
zeker de oorzaak. Maar uiteinde
lijk is er toch ook weer de zelf
werkzaamheid door gestimuleerd
Juist door het vele horen wilde
men zelf ook weer wat gaan doen
en in tal van gezinnen ..doen" de
kinderen op een of andere
aan muziek, waarbij de blokfluit
een zeer grote plaats inneemt. Op
meerdere scholen wordt dit zelf-
musiceren gestimuleerd en worden
er zelfs blokfluit-cursussen gege
ven. Daar de bespeling niet al te
hoge eisen stelt en de kosten tot
aanschaffing niet te hoog zijn heeft
de blokfluit haar plaats herkre
gen. In de 17de en de eerste helft
van de 18de eeuw was de blok
fluit bijzonder populair er
Bach gebruikte dit instrument
(o m. in zijn Matthaus Passie
de aria „O Schmerz"). Na Bach
werd de blokfluit vergeten t<
nold Dolmetsch, de Engelse
cus, bij zijn historische onderzoe
kingen eri reconstructies van
instrumenten, ook zo in het begin
van deze eeuw de blokfluit figuur
lijk gesproken een nieuw leven
De bekende muziekuitgeverij
Harmonia te Hilversum heeft nu
voor de vele (meestal jeugdige)
blokfluitbespelers in een Kleine
Speelmuziek-Uitgave acht n
deeltjes doen verschijnen bestemd
voor het blokfluitspel. Oude dan
sen en melodieën, werkjes van
oude Nederlandse meesters, een
voudige liedjes, Sweelinck-varia-
ties, stukjes van componisten uit
Mozart's omgeving, duetten
oude meesters, Hollandse boeren
dansen en last but not least
prachtige Suite van Henk Bading!
doen verschijnen. Met uitzondering
van laatstgenoemd deeltje is alles
knap en verantwoord bewerkt door
Hans P. Keuning. Uitnemend ma
teriaal voor alle blokfluibspelers,
duidelijk gedrukt en handig van
formaat.
kleine tuintjes voor de benedenwo
ningen. zorgvuldig door schuttin
gen gescheiden. Tussen de blok
ken vinden wij tegenwoordig de
gemeenschappelijke binnenterrei-
nen, waar jong en oud ontspan- kwaliteiten
De Zwitser JOHANNES ITTEN
JOHANNES ITTEN is voor velen misschien een onbekende fi- I
guur. Maar eens was hij de toonaangevende persoonlijkheid
in het befaamde Bauhaus te Weimar, waar hij de voorberei
dende cursus gaf, waar hij de jonge studenten in de kunst in
leidde voor hun grote taak, waar hij de jeugd technische beheer- I
sing en bezinning bracht. Nn leeft Itten, die 11 november 1888 in j
Siidern-Linden (Berner-Oberland) geboren werd, in Zürich, waar
hij nog een textielschool ieidt. En waar hij nog in hoog aanzien
staat.
ning kan vinden.
het theater; -hij neemt de Anton Kraft, die i
wikkel in"
ld een groot cellist moet zijn geweest,
rijpheid van Ie vorm de buigzaamheid en de melodische
'n. hun"vérrassingen, hun climax rijkdom der thema's, alsmeae het gevoel en de klaarheid der ge
in de wereld van zijn poppen. In dachten, het kan alles slechts in een geest a's Haydn ontstaan zijn.
plaats van éen verloren zoon
trekken er gelijktijdig drie uit het
huis de wereld in. In plaats van Solostem en oikest zijn tot zulk
één zoon bliiven er twee in het ccn volkomen eenheid gebracht
huis achter. 1 dat de oude vorm van het Concert
met de overheersende solistenvir-
tuositeit en het slechts begeleiden
de orkest geheel
„Wu zijn de zoontjes i
de grote meester het privé-orkest
1778
i de Esterhazy-kapel,
Wij zijn de braven, want
wij blijven thuis.
Ons grote broeders zijn
drie treiterkoppen
Zij zijn drie kwaaien,
Ester-
hazy te Eisenstadt. in wiens
dienst Haydn stond. Voor die ka
pel moest Haydn steeds nieuwe
werken schrijven, waarbij het ac
cent in de meeste gevallen moest
liggen op het echte speelstuk, char-
gezegd: gespuis, mant, beweeglijk, licht verteer
baar en luchtig. In zijn vrije kunst
(symfonieën en kamermuziek)
zocht Haydn wel eens naar hoge
re doeleinden van de muziek.
Maar toch zal iedereen dit Cello
concert waarderen, want het is
een stuk pure muziek, waard om
thuis heel stil bij een enkele sche-
Wij willen van ons broeders
niets gaan zeggen
Alleen dan maar: zij
deugen nergens voor.
Zij zijn als slechte appels.
die men wegsmijt
Ons hart is blank gelijk
het wit ivoor.
bel
Er
HAYDN's Italiaanse tijdgenoot
Luigi Boccherini (17431805'
schreef vier jaren later dan Haydn
een Celloconcert in B-dur. dat hij
opdroeg aan de Pruisische koning
Friednch Wilhelm II. die hem
de titel van Hofcomponist verleen
de. Boccherini was namelijk zelf
een uitnemend cellist en maakte
als zodanig grote concertreizen,
o.a. met de violist Manfredi. Een
tijdlang woonde hij in Spanje,
waar hij vaak werken van Haydn
uitvoerde (dit in tegenstelling tot
de bewering, dat Boccherini alleen
maar zijn eigen muziek kende',
daarna was hij hofcomponist van
Friedrich Wilhelm II in Berlijn en
na diens dood in 1797 vertrok Boc
cherini weer naar Spanje, waar
hij is overleden.
Als eerste aanknopingspunt met
Josef Haydn is er die Friedrich
Wilhelm II. bij wie Boccherini
hofcomponist was. Van diezelfde
Pruisische koning kreeg Haydn
een kostbare ring met Driljanten
als dank voor de Strijkkwartetten
op. 50. die Haydn koning Friedrier.
Wilhelm II had opgedragen. Het is
Alice Heksch
componeren aan de vinger had ah
een soort stimulans. Het tweede
aanknopingspunt is echter van
muzikale aard. daar Boccherini
inderdaad de Italiaanse Haydn ge
noemd kan worden, zij het dan
dat hij soms iets zoeter was in zijn
melodieën dan de Oostenrijkse
meester.
Wie het Celloconcert in D-dur
van Haydn en het Cello-concert in
B-dur van Boccherini na elkaar
hoort, zal dit kunnen bevestigen,
al geeft hij dan aan het werk van
Haydn artistiek de voorkeur.
Maar beslis niet met een grote
achterstelling van Boccherini's
Celloconcert. Twee verrukkelijke
werken, sprankelend in de hoekde-
len. zangrijk in het langzame deel.
Zulke muziek kan soms zo blij
maken, zoveel rust geven, vooral
in deze drukke tijd
PHILIPS heeft beide werken op
één plaat uitgebracht, gespeeld
door de solo-cellist van het Con
certgebouworkest Tibor de Machu-
la en het Weens Symfonie-Orkest
o.l.v. prof. Bernhard Paumgartner
(30 cm langspeelplaat S 04020 L.
Favoriten-serie». Een heerlijk mu
siceren is het geworden, licht,
glimlachend, blij. echt zoals Paum
gartner kan doen. hij de Salzbur-
ger die meer dan wie ook de klas
sieke geest van het oude Oosten
rijk kent en die kunst intens lief
heeft. Tibor de Machula heeft zich
hierbij volkomen aangepast en
daardoor heeft dez.e opname een
bijzondere stijlgeslotenheid gekre
gen, een homogeniteit die frap
peert. Naast natuurlijk de formi
dabele techniek van een De
Machula.
OM EEN BEETJE in dezelfde
sfeer te blijven noem ik direct
hierna een andere PHILIPS-opna-
me. eveneens uitgevoerd
door het Weens Symfonie-
Orkest o.l.v. Bernhard
Paumgartner. Maar nu met
als soliste de Nederlandse
pianiste Alice Heksch. die
de solopartij van het Piano
concert in C-dur KV 467 van
Mozart en diens Pianofan
tasie in d-moll KV 397 speelt.
(25 cm langspeelplaat A
00777 R).
Dit Pianoconcert is één
van de 14 Pianoconcerten
die Mozart in de gelukkig
ste tijd van zijn leven te
Wenen schreef tussen de ja
ren 1782 en 1787. Het Piano
concert in C-dur werd vol
tooid in maart 1785 en ook
hier is, evenals bij Haydn
en Boccherini. die „Spiel-
freude" merkbaar, een
blijdschap die Mozart eigen
was en hem zelfs in de
donkerste momenten van
zijn korte leven niet in de
steek liet.
Is die blijdschap er ook
niet in deze sublieme ver
tolking door Alice Heksch
en Paumgartner? Alice
Heksch is een Ned. pianis
te van Hongaars-Tsjechische
afkomst en werd in 1912 in
Wenen geboren. Samen niet haar
echtgenoot, de violist Nap de
Klijn, maakte ze grote concertrei
zen en tal van grammofoonplaten,
waarbij ze vaak gebruik maakt
van haar MozartvlëUgel. een ko
pie van de Mozartvleugel in Salz
burg. Alice Heksch is een der
grootste Mozartvertolksters. In
dit Pianoconcert en ook in die
prachtige Fantasie in d-moll wordt
Mozart ten voeten uit getekend,
zó komt zijn muziek in het juiste
licht te staan.
Ook opname-technisch is er
veel aandacht aan deze plaat
besteed, een plaat die ver
scheen in de Mozart Jubilee
Edition en in deze serie beslist
een aanwinst kan worden ge
noemd. Een aanwinst omdat èn
Alice Heksch èn Bernhard Paum
gartner hier echt muziekma
ken om de muziek zelf en niet
om eigen visie of eigen vir
tuositeit te tonen. Is dat niet
de juiste houding voor uitvoe
rende kunsienaars?
CORN. BASOSKI.
Een zwerver
Itten eigenlijk bekend ge
worden, niet door zijn eigen
werk. Met de architect Wal
ter Gropius heeft hij het
Weimarse Bauhaus zulk een
grote naam gegeven. Want
was Itten niet de man die
grote kunstenaars als Klee.
Muche, Schlemmer en Kan-
dlnsky naar het Bauhaus
trok? Was hij ook niet de
dan welke
Al deze gedachten knopen wij
vast aan deze ene foto van een
portiekopening, afgedekt door een
boogvormige luifel van sierbeton,
waarop een peinzend aapje.
Is dit dier een symbool, of staat
er boven de volgende portiek, en
kele meters verder, een andere andere pedagoog ook de
bewoner van de bossen en de leerlingen zeer uitvoerig en
wijde vlakten? Aan de foto kun- zeer „gründlich" wees op de
nen wij dit niet zien. mogelijkheden en op de
Maar de foto laat ons in ieder eigen taal van de beeldende
geval wel zien. dat de zware voor- kunst? Hij analyseerde, hij
deur met koperen sloter althans vergeleek, hü determineer-
in onze moderne tadswijken tot <*e, hij riep op tot bewust-
het verleden behoort en dat wij wording van de contrastwer-
onze woning veel gemakkelijker
in- en uitgaan dan onze voorva
En dat geldt niet alleen vooi
onze dagelijkse gang naar ons
werk en onze thuiskomst. Wij ver
huizen ook veel gemakkelijker
Wij verwisselen onze woning maai
al te snel voor een andere, wan
neer deze ook maar iets aantrek
kelijker is. In dit opzicht is di iuuijk uclcacilia
mens een zwerver geworden, die j^e® in zjjn Tagebuch, dat nu,
een open woning nodig heeft. stee[is een waardevol leerboek 1:
Zou dan misschien och het
aapje, dat vastgegoten zit op de
sluitsteen van de portiekboog,
meer rust hebben dan de moderne
de kunst.
„,We zien het licht omdat
het donker er tegenover
staat, groot omdat het klei
ne ermee contrasteert. Alles
wat we zien, horen, ruiken,
smaken, voelen, grijpen heeft
een relatie met een tweede
iets. dat tegenovergesteld is
het eerste. Op het gebied vai
vorm en de kleur is dit feit
de grootste betekenis", zo schreef
erk tot 6 mei uordt gei
het Sted. Museum
Wie r
1 Cor. 13 vers 13.
liefde is zichzelf doen bloeien
tot het reinste kelkengeel
en met ozon zich vergroeien
bloeien tot een hemels deel
liefde is als vlinders wijken
naar een geurend lenteland
langs gekroonde bloemen strijken
wachtend op een overkant
liefde is als morgenwaken
ver zijn van verholpen pijn
bijna gaafheidsgrens geraken
som van ik en ander zijn
c. joh. schreurs
:al aanvankelijk
an en zich afvragen tot wel
ke richting Itten nu eigenlijk be
hoort: de expressionisten, de ku
bisten, de abstracten, de surrea
listen, de naturalisten? Itten be
hoort tot geen van al ueze „is
men", hij bekommert zich fei
te niet om een „isme", omdat hij
ze alle omvat. Soms is hij Mare,
soms Klee. soms Severini, soms
Picasso, d.w.z. dan werkt hij in
gelijke stijl, want Itten is geen ko
pie, slechts dienaar van de kunst
die altijd wisselt ?n steeds evolu
eert. En zo is Itten zijn leven lang
een student gebleven, steeds nieu
we dingen ontdekkend, steeds an
dere variaties ziend op het ene
thema der kunst.
Hij die zich bewust wil worden
wat de kunst is, kan en wil. zal
het we k van Itten nauwkeurig
moeten bestuderen hij zal het It
ten Tagebuch moeten lezen en hij
zal moeten willen luisteren naar
de kunstenaar-pedagoog Johannes
Itten, die licht- en kleurcontrasten
toont, die het ritme van een stad
in vlakken opvangt, die in schijn
bare constructies de grootste ex
pressie weet te bereiken, zoals in
het hierbij afgedrukte oorbeeld
van het olieverf-schilderij ..De
barmhartige Samaritaan' een
werk uit 1914 Een der meest ïn-
i leerzame exposities
deze tijd.