ve
van
zoal beleefde
ft
ft ft
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 21 JULI 1956
Vertelling van Rie B. Weeda
,,En nu. Hanseman, naar bed",
zegt vader en tilt met een reuze
zwaai kleine Hans op de schouder.
O, o, wat zit hij daar hoog! Zo
is hij de grootste van allemaal.
Vanavond wil hij wel vroeg naar
bed, want.... morgen is hij jarig!
Dan wordt hij 6 jaar. En hoe eer
der hij slaapt, wel zoveel te eer
der is het morgen!
Vader draagt hem tot bij zijn
bedje en dan komt moeder om
hem lekker onder te stoppen-
„Ga^ nu maar gauw slapen, jon
gen," zegt moeder, „en droom
maar prettig." Maar Hansje's
hoofd zit zo vol gedachten, dat de
slaap maar niet komen wil.
„Als je niet slapen kunt, moet je
tot honderd tellen," had vader eens
gezegd. En Hansje begint er meteen
mee. „Niet zo vlug", denkt hij, „an
ders ben ik zo gauw aan de honderd.
1-2-3-4 5-6, hij heeft nog helemaal
geen slaap, hoor,7-8-9-10-11.
hij moet eens even in zijn oogjes
wrijven, wacht hij zal ze maar vast
dicht doen 12-13-14 20 „Hi. hi,
hi," hoort hij opeens. „Ha. ha, Hans
je, je kunt niet meer tellen. 14-20,
ha, ha, ha!"
Hansje kijkt om zich heen; waar
komt dat stemmetje dan toch van
daan?! En plotseling ziet hij, vlak
voor zijn bed, een heel klein man
netje staan! Hansje denkt meteen niet
meer aan slapen. Dat mannetje daar
op het kleedje voor zijn bed, dat
daar zo'n pret heeft, dat ,is een '-a-
boutertje!
„Vooruit Hansje, kom uit je bed,"
zegt het kaboutertje lachend, „dan
zal jk je wel eens laten horen, hoe
je tellen moet." En voordat Hansje
zelf goed weet, wat hij doet. staat
hij naast zijn bed, 't kaboutertje
raakt hem aan en plotseling ziet
hij de kamer veel groter worden.
Zijn bed lijkt nu reuze hoog. Het
kaboutertje ziet hem wel verbaasd
kijken en zegt: „Ik heb je maar even
net zo klein gemaakt als ik ben:
dat is gemakkelijker, zie je. Nu
ben je ook een kaboutertje".
Dan pakt het Hansje bij de hand,
klimt op een stoel, stapt op de ven
sterbank, onder het raam door, dat
altijd een stukje open staat en glijdt
dan rrrt! langs de regenpijp naar
beneden. En bij dat alles trekt hij
Hansje maar mee. Dan gaat het
vliegensvlug de tuin door, de weg
op. net zolang tot zij bij het bos
komen, waar het kaboutertje woont.
Als ze een eindje gelopen hebben
ziet Hansje op een dikke tak een
rijtje kleine mussen zitten. Een dik
ke mus zit op een andere tak er te
genover en het lijkt wel of die dik
ke mus de kleine musjes wat wil
leren. En tot zijn grote verwondering
kleintjes het tellen. Hansje hoort dui
delijk hoe ze allemaal zeggen: 1-2-3-4
en nis ze bij 14 gekomen zijn, zegt
de dikke mus: „Denk er om, nu doen
we het beter dan Hansje, hoor! Hans
je springt van 14 op 20." En dan
lachen al die musjes Hansje uit en
tellen verder 15-16-17-18-19-20."
Hansje wordt er een beetje boos om,
maar het kabouterje pakt hem al
weer bij de hand en trekt hem mee,
verder het bos in. Nauwelijks zijn
ze een paar meter verder gekomen
of daar hoort hij warempel al weer
tellen 11-12-13- „Waar komt dat
nu weer vandaan," zegt Hansje.
Hij kijkt om zich heen en hij zoekt
boven zijn hoofd en daar ziet hij
tussen de bladeren van een beuke-
boom een eekhoorntje zitten. Het
diertje heeft goed voor de winter
gezorgd! Eikels en beukenootjes
heeft het verzameld en nu is net
bezig zijn hele wintervoorraad te tel
len. En juist als Hansje het diertje
ontdekt heeft, zegt het eekhoorntje
„14 en dan komt 15'" en gooit
pardoes het vijftiende nootje op Hans
jes neus. „Au!" zegt Hansje en kijkt
boos naar het kaboutertje, dat zijn
buikje vasthoudt van het lachen!
Maar dan krijgt het kaboutertje
toch wel een beetje medelijden met
hem. Het zegt :,,Kom maar, nu
weet je wel, hoe je tellen moet. Ik
zal je nu ook nog wat moois laten
zien. Maar^dan moet je héél stil
Nieuwsgierig loopt Hansje naast
het kaboutertje voort. Wat zou hij
te zien krijgen?! Dan legt het ka
boutertje een vinger op de mond,
ssst, en beduidt hem, dat hij op de
tenen verder moet gaan. Ze buigen
voorzichtig wat takjes uiteen en dan
ziet Hansje een open plek in het
bos. Het lijkt wel of er een dik groen
tapijt is neergelegd, zo mooi is het
gras daar en hier en daar tussen het
groen staan rode en gele paddestoe
len en kleine madeliefjes. Maar 't
mooiste van alles komt nog. Tussen
de bomen, aan de andere kant van
de open plek, komen elfjes te voor
schijn. 't Zijn er wel 50, denkt Hans
je.
't Kaboutertje fluistert Hansje
heel zachtjes in 't oor: „Morgen is
er een elfje jarig en nu studeren
deze vanavond een dans in." Met
een beginnen de elfjes te dansen
en nu kan Hansje het niet langer
meer uithouden. Hij vindt 't zo
mooi, dat hij van opgewondenheid
in de handen klapt! De elfjes kijken
verschrikt op en houden plotseling
op met dansen. Ze zien Hansje staan
vrrrt! vluchten ze weg tussen
de bomen, waar ze ook vandaan ge
komen zijn.
„Dat is jammer", denkt Hansje en
kijkt teleurgesteld om zich heen om
te zien. wat het kaboutertje er van
zegt. Maar het kabouterje is ner
gens meer te vinden. Hansje zoekt en
zoekt en kijkt onder ieder takje en
struikje totdat „Au!" hij zijn hoofd
stoot tegen de rand van zijn ledi-
kantje! Hij is meteen klaar wakker.
Hij wrijft zijn hoofdje, dat lelijk pijn
doet en bemerkt, dat hij dwars in
zijn bed ligt. „Zou ik dat nu alle
maal gedroomd hebben?" d.--kt
Hansje, terwijl hij zijn kussen weer
opzoekt. Maar dan worden zijn oog
jes alweer zwaarder en zwaarder en
even later ligt hij weer rustig te sla
pen. Hij slaapt zolang door, totdat
zijn moeder bij zijn bedje komt. hem
zachtjes wakker schudt en zegt: „Ik
dacht dat mijn kleine Hanseman op
zijn verjaardag wel vroeger wakker
zou zijn. Wel gefeliciteerd, hoor, gro
te jongen van me!" En ze zoent hem
op beide wangen. Dan komt ook va
der hem feliciteren en even is Hans
je zijn droom vergeten. Maar hij
moet er meteen weer aan denken als
hij bij zijn cadeautjes een sprookjes
boek ziet liggen. Op de voorkant
daarvan staat een klein kaboutertje
getekend en het is net of dat kabou
tertje hem een knipoogje geeft!
toch ueZ zijn? Je ziet
een bed en daarboven
allemaal krassen en
kringels. Nou, zet je
potlood maar bij de
pijl en volg de lijn
totdat je iveer b\j de
pijl uitkomt. Ik zeg
krijgt! Doe je best en
stuur je oplossing in
vóór dinsdag 24 juli.
Schrijf je naam, adres
en leeftijd IN de brief.
Ik beantuoord de
briefje, van O tot en
Onze brievenbus
Hallo i
nichten,
HNou, dat viel me
mee, ik vond de
puzzle zelf eigen-
lylc tuel een beetje
lastig, maar de
meesten van jullie
hebben de tuin
met de bomen
en de appels toch
keurig in drieën
verdeeld. Het wa
ren twee even
wijdige lijnen. De
hoofdprijs heb ik
bestemd voor
Kees Maas, en de
troostprijzen zijn
voor Ineke van
Herp, Pietje Klep-
pe en Thea Nederlof. Hartelijk ge
feliciteerd, hoor
En hier zijn de briefjes van H tot
en met N. Bij Nico Knol thuis heb
ben ze jonge kanariepietjes, dat zal
wel een leuk gezicht zijn. zeg! Heb
je lekker kersen gegeten in Geldermal-
sen, Ada van Iperen? Ik denk dat
ik geen briefje van je zusje heb ge
kregen, Anneke Huisman, anders
had ik haar wel geantwoord, hè?
Maar zeg maar tegen Cockl, dat
haar briefje een volgende keer wel
beantwoord wordt. Heb je je nieuwe
jurk al aangehad? Geert Klijn is
met het schoolreisje naar de Efteling
geweest, vooral het ezeltje vond hij
leuk. Dat zal een fijne week wor
den met dat feest in Boskoop, Mar-
ga de Kooter. Veed plezier, hoor!
Heb je mooi weer gehad met het
schoolreisje, Lenie Kroesbergen?
„Ik zit in de vijfde klas en ik werk
al op school", schrijft iemand zonder
naam. Dicky Louter vindt het al
tijd fijn om mee te doen, zo mag ik
het horen. Wat een leuk reisje
was dat. Elly Koolmans, wat hebben
jullie veel gezien, zeg! Hoe is het
■nu met moeder, Jan Kees van
Kleef? Doe haar de groeten maar
van mij. Wat een grote zus heb
jij al, Heleentje de dong! Ga jij
later ook naar de mulo? Mooie
cijfers heb jij op je rapport, Greet-
je MostertLeuk, om met zijn al
len onder de douche te gaan, Rla v.
d. Haven! Dat lijkt me nou niet
zo fris, Adrie Koudstaal, om in de
modder te zwemmen! Tinle v. d.
Hout heeft haar verkeersdiploma ge
kregen, flink zo! Ja, ik heb de
Zeppelin ook gezien, Petro Netten,
der
t hè? Weer een brief
n van iemand die 3 augus-
i jaar wordt. Gelukkig dat
het schoolreisje toch nog doorging,
Nelie Koen. Madurodam is erg grap
pig, vind je ook niet? Zijn jullie
al verhuisd. Dirk Jongejan? Hoe
was het in Bilthoven," Jan Hofman?
Zijn jullie in een grote speeltuin ge
weest? Nee, maar, daar vind ik
zomaar een briefje van Cockie Huis
man tussen een stapel kranten. Dan
had je dus toch wel geschreven, hè?
Nog wel bedankt voor je tekening,
hoor! Wat een keurige brief heb
jij geschreven, Gerrit van Houwe-
lingen! Doe de groeten aan Henny.
Lenie, Willy en Kees Koomans v.
d. Dries gaarj vaak naar hun groot
moeder, want die is ziek. Ja, als
je broertje jarig is, heb je geen tijd
om te schrijven, hé Wout Loef?
Maar ik vind het niet erg, hoor!
Je hebt inderdaad keurig geschre
ven, Tineke Luijk. Je hebt een leuk
reisje gehad, zeg! Ria den Hol
lander heeft vuurwerk gezien, het
was zó prachtig! Vind je het ook niet
een beetje griezelig? Wat is jouw
jongste zusje goed bedacht met haar
verjaardag, Sonja van Heijnlngen!
Veel genoegen in Arnhem, hoor!
Dik Kroon vindt het verhaal van
Jimmy de Leeuw erg spannend.
Ja. je had je puzzle heel aardig ge
kleurd. Betsy 't Hart. Wat heb
jij veel gesnoept, Denise Nijman!
Wat krijg jij een lange vakantie.
Sjaak Moerkerken, ik benijd je.
Vond je het een aardige foto, Addie
Hamelink? Heb je een fijne ver
jaardag gehad, Nico Naaktgeboren?
En hebben jullie succes gehad met
de kinderspelen, Greetje en Bram
Maan? Nellie Lagendijk had een
feest op school,
want de school bestond
75 jaar. En waar
ging het reisje heen,
Johnny v. d. Heyden?
De nieuwelingen zijn:
Cor Heyboer, Edeline
van Halem, Corry Hey-
stek, Marietje v. d. Mer-
we. A. C. L. de Krijger
(hoe word je thuis ge
noemd?), Jacques Ket
en Jan van Leeuwaarden.
Hartelijk welkom alle
maal! Tot de volgende
week, dan komen de
briefjes van O tot en
met Z aan de beurt.
TANTE JOS.
Correspondentie betreffende deze No. 369. Th. Prooijen, Rotterdam,
rubriek aan de heer W. Jurg,
Jan Luykenlaan 12, Den Haag.
Een praktisch vraagstuk
We bieden U deze keer
tal problemen ter oplossing
van het eerste eigenlijk best een partij-
stand zou kunnen zijn. Die opgave is
dan ook geheel afwijkend van de ge
bruikelijke en luidt: wit begint en ver
lokt zwart lot een foutieve voortzetting,
waarna wit wint. Een lokzet dus en
wel één van grote praktische waarde.
Dit staaltje van problem ist-partij-
speler van Prooijen wordt gevolgd door
een fraai stuk volbloed problematiek
van de Limburger Scheijen. Het heeft
geen eindspel tot slot, dus verwachten
een stroom van goede oplossingen
cflvondlickt glijdt over
de oude kuizen langó
de kaven van
Cïïlaaóóluió
31. De volgende ochtend is Jimmy
vroeg op. Hij heeft heerlijk geslapen,
't Is prachtig weer. En onze vriend
is in de beste stemming. Vandaag
zal hij dus met de grote mars begin
nen. Oh, laat hij niet vergeten zijn
tandenborstel mee te nemen. Ach
ter zijn oor is 't beste plaatsje. De
vorige avond was Tobo erg bedroefd
maar dat is nu gelukkig een beetje
over. Hij is al lang van plan een
paar familieleden te bezoeken. Dat
kan hij vandaag wel doen. Als Jim
my van dit plan hoort, besluit hij de
zelfde weg te gaan. Dat is gezellig en
dan kunnen ze nog wat met elkaar
praten, 't Is een lange wandeling en
daarom heeft Tobo twee lunch pakjes
klaargemaakt. Dat vindt Jimmy een
prachtig idee, want aan honger
heeft hij een hekel. Opgewekt ver
laten de vrienden het huis- Jimmy
heeft zoveel te vertellen, dat Tobo's
droeve bui ten slotte geheel over is.
Op een rustig plekje in de scha
duw van enige bomen, gebruiken ze
hun twaalfuurtje. Dat smaakt na
zo'n wandeling.
32. Na het eten gaan Jimmy en
Tobo nog een poosje in het gras lig
gen om uit te rusten. „Dat heb jij no
dig," zegt Tobo, „want je wilt tot
zonsondergang doorwandelen. Jou
staat dus nog een lange mars te
wachten." Die bezorgdheid van To
bo vindt Jimmy wel aardig. Jimmy
is echter veel te onrustig om lang
stil te blijven liggen. Er gaat zoveel
kostelijke tijd mee verloren. De rust
duurt dan ook maar kort. Dan gaan
ze samen weer op stap. Bij een
groot huis houden ze stil. „Hier woont
een neef van mij," vertelt Tobo. „Ga
je nog mee naar binnen om een kop
je thee te drinken?" Maar daar wil
Jimmy niet van weten. Hij is hele
maal niet moe en daarom wil hij zijn
weg zonder verdere onderbreking
vervolgen. Hartelijk nemen de vrien
den van elkaar afscheid. „Het aller
beste Tobo," zegt Jimmy. „Hopenlijk
zullen we elkaar nog wel eens ont
moeten." Tobo blijft zijn vriend na
kijken. En hij wuift net zo lang met
zijn slurf tot Jimmy om een hoek
verdwijnt.
33. Alleen gaat Jimmy verder. Hij
zal Tobo wel missen. Maar zijn
vriend houdt niet van lange marsen.
Hij blijft liever in de omgeving van
zijn huis. En hoe goed Jimmy het
ook bij Tobo gehad heeft, op de duur
zou het hem toch te saai worden. Hij
wil de wijde wereld in en avonturen
beleven. Wat een prachtig wecr treft
hij op deze eerste dag. De zon
schijnt en de hemel is geheel zonder
wolken. Van louter plezier begint Jim
my een liedje te fluiten. Hij voelt
zich rijk en gelukkig. Vanavond zal
hij maar...- „Au-au!" brult hij op
eens, terwijl hij een dwaze lucht
sprong maakt. Huilend danst Jimmy
in het rond en maar steeds moet hij
een zijner voorpoten wrijven. Oh wat
doet dat gemeen zeer. „Had je niet
beter kunnen uitkijken!" hoort hij op
eens zich toeroepen. Daar staat een
egel, die er nu juist niet vriendelijk
uitziet. En daarnaast ligt een gebro
ken ei. Zou Jimmy daar schuld aan
hebben?
KRUISWOORD-
RAADSEL
HORIZONTAAL: 1 Het
missen, 5 erker, 10 berg
plaats, 11 vol kleine gaat
jes, 13 maanstand, 15 ver
laagde toon, 16 lidwoord,
17 looistof, 19, schrobnet,
20 heer, 21 vreselijk oord,
23 volkszanger, 24 wijn
maat, 25 aanhouden, 26
klaar, 29 vogel, 30 afkerig,
32 met graagte, 35 plagge,
36 toegankelijk, 37 aange
boren aanleg, 39 tweetal,
41 deel van de Bijbel, 42
gulden, 44 rijgsnoer, 46
broeder, 47 doorzichtige
stof, 49 zo staat er woor
delijk, 51 voegwoord, 52
dier, 54 fig. lange, een
tonige opsomming, 55 spil,
56 speelgoed, 58 thans, 59
hoed, 60 verfrissing, 62 ko
ning, 63 werpstrik.
VERTIKAAL: 2 Maat, 3
deel van het jaar, 4 ver
blijf voor uit het lood ge
slagen personen, 5 boos, 6
smalle strook, 7 zoen, 8
boom, 9 mijngas, 12 over
eenkomst, 14 fles, 16 droog
en schraal, 18 kuisheid, 19
afval, 22 ongevuld, 27 af
standsmaat, 28 specerij, 29
deel van het gelaat, 30
breimateriaal, 31 kippen
loop, 33 bedorven, 34 aan-
I zien, 35 beu, 37 dialekt, 38
haarvlecht, 39 bijzonder,
40 iem. die flaneert, 42
I med. gewicht, 43 kleding-
stuk, 45 duiven verblijf, 48
ongebonden. 50 eetbaar
I knolletje, 53 vogel. 56
naakt, 57 stuk hout, 59 ri-
1 vier in Italië,
i
Inzendingen
Inzendingen per briefkaart voor as. donderdag
lan bureau van dit blad. In de linkerbovenhoek aan
t de adreszijde vermelden: „Puzzle-oplossing".
Prijzen 1. 5, 2. 2.50, 3. 2.50.
Oplossingen kruis-pas-raadsel
van 14 juli
GLANS:KALOT
A:R:TIJGER:A:A
L EGO E INK N
LKiAFiNiKAlLD
OOM: JAS REE
NOR POKER EEM
R S LET K S
ADEPTNTOETS
K O I R D I K IJ
STOELMKOERS
:R:D:BIK:N:U:
POP TON IJ N PIT
ROG: MAK ANA
IN UW R AS EL
O OKA :E AIR M
R U LITER U E
IJSDAMl i IDEGEN
W.
9 f
j
Q
j
B
f-
IP IP
1?
m
i§ m
Zwart: 2,7/9.11.16,17,20,21,24,30,36.
Wit: 18,22,23,32,38/42,44,45,47.
Wit begint en wint.
No. 361 (A. Smit). Zwart: 6.12,13,18,
23/25,28/30. Wit: 11,31,38/41.43.45,48/50
Opl.: 49-44, 39-34, 44x11 (12-17) gedw.
11x22, 40-35, 35-30!!, (25x34) indien
(24 35), 45-40 43-39, (34x43),
op (33x44) wint wit gemakkelijk
48x8, (29-33) de enige, 8-3, (33-38), 3-26
(38-43) A 26-48, (43-49), 48-30. 50-44,
45x34! A: (24-29), 50-44, (38-43), 44-39
enz. In één woord „af".
Oplossingen
No. 362. (J. H. H. Scheijen
Jurg). Zwart: 3,7,10.13,15,16,18.23,
32,36. Wit: 21,24.34,35,38/41,43,40
Opl.: 35-30, 34-29!, 30-25, (ad.
46-41, 25-20, 43-38, 21x1, (19x46)!,
1x5. (16-21), 49-43, (21-27). 43-
zwart verliest daar op (27-31)
38-32 en 5x26.
',27,28.
48.49.
lib.)
48x8,
8 en
volgt
No. 363. (B. J. Pranger) Zwart: 1,6,
8/10,16,19,20,24,25,30, dam oo 13. Wit:
17,21.27,28,31/34,36.38/40.42.47. Opl.:
28-23, (19x48), A 38-32, 36-31, 47-42,40-
35, 33-29, 35x2, 2x2 Alix! A (19x26), 36-
31. 38-32. 32-27, 40-35, 33-29 enz. met
hetzelfde slot als resultaat.
DJt waren de laatste problemen van
de ladderwedstrijd, zodat we binnen
kort de prijswinnaars kunnen bekend
maken.
ii%T ,3/>6fr/?an8 Ho'teveel). Zwart: 5 9,
HO,4^17'20'24-26'2®.34- Wit' 22.25,27
28,31 32,37,38,41/43,49,50. Opl. 27-21
37-31. 49-44, 50-45, 28x10, 25x3, 3x6*
;n spectaculaire einduitslag!
Thans het vraagstukje voor begin-
PenP® oplossers ^t de rubriek van 23
juni (Th. Prooijen). Zwart: 5,9,12/14
m' 20,25.28,33.38,41.50. Opl.:
Na 50-44 mag zwart niet 34 39 spelen
wegens 38-32, 32-27, 28+10, (de zwarte
dam slaat naar 46) 20-14. 25x14 Nu is
een in de problematiek bekend motief
ontstaan. Zwart is onherroepeliik ver
loren hoe hij ook speelt: de dam'op één
van de velden 41/23 wnrrii
En indien zwart zijn daim op 19 zet
dan volgt 14x23 (5x14), 23-18 en wit
wint op tempo, hetgeen reeds te zien is
m feit,<*at hij het eerst de vierde
lyn (de velden 16/20) heeft bereikt
een theoretisch foefje dat we vroeger
al eens hebben behandeld, en dat het
uittellen van de tempi onnodig maakt.