is de shag!
Mr. Schokking gaf blijken van goede
VADERLANDSE gezindheid
Beleid tijdens bezettingsjaren
werd nimmer verbloemd
De Zoavo in
Karatsji bijeen
Zuiveringscommissie vond
zaak niet belangrijk
DE
Hazerswoude, Alphen a. d. Rijn
en 's-Gravenhage
Engeland zal rust met kracht
op Cyprus handhaven
5
DINSDAG 6 MAART 1956
TIJDENS BURGEMEESTERSCHAP IN HAZERSWOUDE
(Van onze redacteuren)
IN DE AANHEF van zijn nota aan de voorzitter van de Tweede Kamer
deelt minister Beel mede. dat de publikat.e in het Haagsch Dag
blad van 1 februari jl. en de daarna gevolgde publikaties over de zaak-
Schokking voor hem als minister van Justitie ad interim, aanleiding
hebben gegeven door tussenkomst van de procureur-generaal bij het
Haagse gerechtshof een onderzoek te doen instellen naar de gang van
zaken met betrekking tot de zuiveringsprocedure ten aanzien van mr,
Schokking en medeaan de hand daarvan aandacht te schenken aan
de overige aspecten van de onderwerpelijke aangelegenheid.
Hun rapport aan de minister van binnenlandse zaken beginnen de
heren mr. J. Donner. ct. E. H. Ebels en dr. L. Neher met de mededeling
dat zij de uitnodiging van de minister aldus hebben begrepen, dat zij
niet met een onderzoek naar het indertijd voorgevallene in HazeTBwoude
werden belast, doch dat zij aan de hand van de voorhanden gegevens,
zonodig door eigen informaties aangevuld, d5t voorgevallene hadden te
waarderen met het oog op hetgeen thans staal te doen.
Uit de kennisneming van de dossiers,
betrekking hebbend op de zuivering èn
op de strafvervolging van de politieman H
Koren, aangevuld met enkele verhoren
en gevolgd door een bespreking met bur
gemeester Schokking. is voor de heren
mr. dr. Donner. dr. Ebels en dr. Neher
het volgende beeld naar voren gekomen.
Grofe aarzeling
MR. DR. J. DONNER
'"PUSSEN de huidige en de vorige bijeen-
-*• komst van de Zoavo ligt de politieke
zakenreis van de Russische ..twins". Boel-
ganin en Kroesjtsjef. Dit maakt ae con
ferentie te Karatsji, waar oost en west
eikaar ontmoeten, des te belangrijker. De
deelnemende landen zijn: Amerika, Enge
land. Frankrijk, Australië, Nieuw-Zee-
land, Thailand, Pakistan en de Philippij-
nen. De drie westelijke ministers, Foster
Dulles, Selwyn Lloyd en Pineau zijn het
over de doeleinden der Zuidoost-Aziati
sche verdragsorganisatie wel eens, maar
over de toe te passen tactiek bestaat ver
schil van mening. Na de opzienbarende
verklaring van Pineau valt te verwach
ten dat hjj te Karatsji de zaken niet op de
spits zal drijven. Dus, dat het accent meer
gelegd moet worden op de economische
en sociale aspeoten, terwijl Dulles en Sel
wyn Lloyd de militair-strategische posi
ties het belangrijkst zullen achten.
Foster Dulles nam indertijd het initiatief
tot de vorming van de Zoavo, teneinde de
opmars der commu
nisten in Zuidoost-
Azië een „halt'' te
kunnen toeroepen.
Het eerste pact
werd te Manilla ge
tekend. Het resul
taat der vorige
conferentie van de Zoavo in Bangkok, de
hoofdstad van Thailand, was twijfelachtig.
Bij een forser aanpak, meer eendracht,
doelbewuster methodiek, zouden Kroesj
tsjef en Boelganin minder resultaat heb
ben geoogst. De Zoavo heeft o.a. ten doel
de defensie-apparaten der aangesloten
Aziatische landen te coördineren met
steun van de westelijken. Als men de
politieke strategie van Moskou, de „New
Look", overweegt, dan schuilt het gevaar
ln Azië vooral in ondermijning, „uithol
ling" van de, nog op democratie steunen
de, stelsels. De basis van het Zoavo-ver-
drag is echter betrekkelijk zwak, nu bij
voorbeeld India. Birma, Ceyïon en Indo
nesië er geen deel van uitmaken.
In feite valt openlijke agressie, met wa
pengeweld, slechts van de zijde van com
munistisch China te verwachten, met de
steun der Sowjetunie. Gevaarlijke punten
blijven Korea, Formosa en de gebieden
van Zuidoost-Azië. Indertijd heeft de
Times de noodzakelijkheid bepleit, dat ook
Japan, Zuid-Korea en Formosa in het
Zoa-vo-verband zouden worden opgeno
men. Aangezien tussen Zuid- en Noord-
Korea slechts een wapenstilstand heerst,
de westelijke zienswijzen ten aanzien van
Formosa aanmerkelijk verschillen, ligt het
niet voor de hand, dat het ooit zover ko
men zal. Communistisch China zou men
aldus een motief aan de hand doen voor
nieuwe agressie. Toch ziet Foster Dulles
het, door communistische penetratie be
dreigde, gebied van Oost- en Zuidoost-
Azië in een totaal verband.
Ofschoon het eigenlijke doel van Dulles
de bijwoning is van de „Zoavo" in Ka
ratsji. zet hij tevens op zijn reis door het
oosten, volgens de New York Ti-mes, zijn.
voelhorens uit in India en Indonesië. In
tegenstelling tot Pineau, verwacht hij ir
Azilë een nieuwe fase van de „koude oor
log", omdat het Kremlin wel volgen!
nieuwe methoden te werk ga-at, maar hel
streven hetzelfde gebleven is: communis
tische expansie, gericht op wereldverove
ring. Zal Dulles in Karatsji daar een Ame
rikaanse „New Look" tegenover stellen!
DR. E. H. EBELS
grote aarzeling -op verzoek van de waar
nemend commissaris van de Koningin
mr* Bolsius en op aandrang vanuit de
gemeente Hazerswoude. het burgemees
tersambt van Hazerswoude aanvaard.
Zowel uit de mond van mr. Schokking
als van ds. Heuzeveldt, gereformeerd
predikant te Sliedrecht in 1942 gere
formeerd predikant te Hazerswoude
hebben de drie heren zich nogmaals la
ten inlichten over de arrestatie van het
gezin-Pino. Uitvoerig wordt in het rap
port voor minister Beel de juiste toe
dracht van het gebeurde geschetst, zoals
wij deze direct na de geruchtmakende
publikaties van het Haagsch Dagblad ook
in onze krant hebben weergegeven.
De heren mr. dr. Donner. dr. Ebels en
dr. Neher komen verschillende keren tot
de conclusie, dat de heer Pino het „on
derduiken" wel eigenaardig opvatte. Niet
alleen doordat de heer Pino herhaalde
malen door het dorp Hazerswoude fiet
ste, maar ook omdat de politiemannen
Plaizier en Koren het echtpaar Pino op
de avond van de arrestatie onderweg
tegen kwamen.
Na de arrestatie van het echtpaar Pino,
werd daarna het dochtertje en ook Slul.
aan het gezin-Pino onderdak
schafte zoals reeds eerder door
beschreven op Initiatief van Koren in
bewaring gesteld.
„Van deze arrestatie is toen (onzeker
DR. L. NEHER
jor ons gebleven door wie) aai
S.D. in Den Haag kennis gegeven," aldus
het rapport van de heren mr. dr. Donni
dr. Ebels en dr. Neher. „Er gebeurde v
die kant niets, de mensen bleven inmid
dels opgesloten. De burgemeester, wien
door de wijze, waarop zijn opdracht was
uitgevoerd, de zaak uit de hand was ge
lopen, difficulteerde sterk over wat nu
doen stond. Hij was ter plaatse, ln
verband met zijn nog kort verblijf aldaar,
weinig georiënteerd. In de politiemensen
had hij geen vertrouwen: zij waren hem
beschreven als politiek, respectievelijk
persoonlijk, onbetrouwbaar
Hy stelde zich toen in verbinding
met hem bekende personen uit de
Leidsc illegaliteit. Een positieve raad
wisten deze naar de door hen voor
ons afgelegde verklaringen, hem niet
te geven, evenmin een oplossing, b.v.
in deze zin, dat de illegaliteit de men
sen zou weghalen. In de gedachte
met een „val" te doen te hebben,
werd de burgemeester versterkt, nu
van de zijde der Duitsers op het be
richt van de arrestatie niet werd
gereageerd, en hem ter ore kwam,
dat de mensen, ofschoon de opslui
ting zó zou zijn, dat zü hadden kun
nen ontvluchten, van die gelegenheid
geen gebruik maakten.
Zo zette zich bij hem de overtuiging
vast, dat hij hier met een valstrik te
doen had. Liet hij de mensen gaan. dan
bij de algemene bekendheid, welke
het geval in het dorp door de daar uiter-
d ook aanwezige verkeerde elementen
i verkregen, de door hem veronder-
Slechts één klacht kwam binnen
Bijzonder gerechtshof zag geen aanleiding
tegen mr. Schokking op te treden
(Van onze redacteuren)
i burgemeesters in de
E GANG VAN ZAKEN met betrekking tot de zui'
provincie Zuid-Holland kan als volgt worden geschetst.
Klachten tegen degenen, die zich tijdens de bezetting onjuist zouden hebben
gedragen, werden in eerste aanleg behandeld door de voor het betreffende
daartoe ingestelde adviescommissie voor de zuivering van burgemeestefs. Deze
adviescommissie zond haar rapport en advies aan de centrale adviescommissie voor
de zuivering van burgemeesters in de provincie Zuid-Holland. De centrale advies
commissie bracht door tussenkomst van de commissaris der Koningin rapport uit
aan het centraal orgaan op de zuivering van het overheidspersoneel, welk orgaan,
na bestudering van het dossier, de minister van binnenlandse zaken adviseerde
nopens de te nemen beslissing. Indien dit advies strekte tot het nemen van een
zuivcringsmaatregel,. geschiedde zulks in overleg met de commissaris der Koningin.
Met betrekking tot de zuivering
r. Schokking is minister Beel thans ge
bleken, dat bij de adviescommissie met
zetel Rotterdam op 1 november 1945 één
klacht is ingekomen, betreffende diens
optreden in het najaar 1942 als burge
meester der gemeente Hazerswoude, al
dus de minister van binnenlandse zaken
n zijn nota over de zaak-Schokking.
Deze klacht werd ingediend door een
id van de zuiverlugscommissie-mare-
haussee, die van het gebeurde in die
kwaliteit had kennis genomen. Eerstbe
doelde commissie, die daarby de beschik
king kreeg over het zuiveringsdossier-
Korcn, waarin zich o.m. een door mr.
Schokking als getuige afgelegde ver
klaring over de toedracht van de gebeur
tenissen in Hazerswoude ln 1942 bevond,
kwam na bespreking unaniem tot de con
clusie, dat de klacht behoorde te worden
geseponeerd.
Aangezien de secretaris van genoemde
iviescommissie nadien tot het inzicht
kwam, dat de adviescommissie met zetel
Gouda in dezen competent moest worden
geacht, daar de gebeurtenissen, waarop
de klacht betrekking had. zich te Hazers
woude en mitsdien in het rayon van die
adviescommissie hadden afgespeeld, werd
de klacht, onder bijvoeging van het zui
veringsdossier-Koren, door hem toege
zonden aan de centrale adviescommissie,
mot verzoek deze stukken in handen te
stellen van de adviescommissie met zetel
Gouda. Bij brief van 7 januari 1946 heeft
de secretaris van de centrale adviescom
missie aan dit verzoek voldaan, waarbij
tevens de adviescommissie-Gouda in ken
nis werd gesteld met het standpunt van
de adviescommissie-Rotterdam. In ver
band met een verzoek van de zuiverings
commissie-Koninklijke marechaussee tot
terugzending van het zuiveringsdossier-
Koren heeft de adviescommissie-Rotter
dam bij schrijj
van bedoeld dossier gevraagd. Aan dat
verzoek heeft de secretaris van laatst
bedoelde commissie bij brief van 20 maart
daaraanvolgende voldaan, zonder dat de
commissie deze aangelegenheid in behan
deling had genomen.
Geen mededeling
Aangezien de centrale adviescommissie
van een en ander geen mededeling heeft
gedaan aan het centraal orgaan op de
zuivering van het overheidspersoneel,
bleef dit onkundig van de klacht, welke
tegen mr. Schokking was ingediend, zodat
dit orgaan, desgevraagd, in verband met
de overweging van zijn benoeming tot
burgemeester van Alphen aan de Rijn,
op 31 juli 1946 aan het departement van
binnenlandse zaken mededeelde, dat ten
aanzien van mr. Schokking geen zuive
ringsstukken waren ingekomen. Bij brief
van 3 december 1946 werd deze mede
deling, gelijktijdig met een opgave be
treffende verschillende andere burge-;
meesters, nog nader schriftelijk bevestigd.
Ook bij een thans weder ingesteld onder
zoek bleken zich in het archief van het
voormalige centraal orgaan op de zui
vering van het overheidspersoneel geen
stukkén te bet-inden. welke op de zuive
ring van mr Schokking betrekking heb-
Volledigheidshalve memoreert minister
Beel in zyn nota, dat ln het dossier-
Koren, betrekking hebbende op de behan
deling van deze aangelegenheid by het
Byzonder Gerechtshof te Den Haag, zich
een procesverbaal bevindt, o.a. bevat
tende een in concept opgenomen getui
genverklaring van mr. Schokking, afge
legd tegenover dc politieke recherche
dienst, district Leiden. Uit bedoeld dos
sier biykt, dat, nadat het instellen van
een Instructie tegen mr. Schokking in
verband met zyn houding in deze aan
gelegenheid is overwogen, lot enig optre
de adviescommissie-Gouda toezending den in dezen geen aanleiding is gevonden.
sttlde opzet tot zijn doel leiden. En
hier inderdaad van niet bona fide onder
duikers sprake, dan zouden deze van de
Duitsers wel geen kwalijke bejegening
te wachten hebben. Zo heeft hij na enige
dagen de S.D. opgebeld, die hem toen
opdroeg de mensen naar 's-Gravenhage
te doen overbrengen. Dit is toen ge
schied."
WelJc oordeel
..Hoe nu over het optreden van de but-
gemeester in dezen te oordelen", zo
stellen de heren mr. dr. Donner, dr. Ebels
en dr. Neher in hun rapport de vraag.
..Men mag stellen, dat, indien inderdaad
hier van een valstrik sprake was. het
betrekken van de S.D. in de zaak gerecht
vaardigd was. om aldus jle opzet te ver
ijdelen, terwijl anderzijds, zo de betrok
kenen zich tot deze valstrik leenden,
voor hen van de Duitsers kwade gevol
gen niet waren te vrezen.
Maar in verband met het gevaar, dat.
indien het hier wél bona fide onderdui
kers zou betreffen, deze naar men,
al heeft zich de situatie geleidelijk ver
scherpt, toch ook reeds in 1942 kon ver
moeden vzou bedreigen, was het voor
het mengen van de Duitsers in de zaak
toch vereist, dat dan ook de wel zeer
bepaalde overtuiging van een hier ge-
annen valstrik moest bestaan.
Mr. Schokking heeft ons ver
klaard, dat hij inderdaad in de vol
strekte overtuiging daarvan heeft
gehandiesd* Wij hebben geen reden
gezien ook de houding, welke
hij steeds ten aanzien van het ge
beurde heeft' aangenomen aan
deze verklaring te twijfelen.
Blijft dan echter de derde vraag of de
gronden, waarop mr. Schokking zich deze
overtuiging had gevormd, zó waren, dat
daarop redelijkerwijs deze overtuiging
mocht worden gevestigd; of hij ook wat
betreft de mogelijkheden van verificatie
de nodige zorgvuldigheid heeft betracht.
Over deze vraag schijnt ons zeker
twijfel mogelijk. Maar men hoede
zich hier voor wijsheid achteraf. Men
moet de zaak beschouwen in het ge
heel van de situatie, zoals die zich
in die tijd en op dat ogenblik voor
deed. En dan is, alles overwogen,
onze conclusie, dat aan mr. Schok
king. voor het zich vastzetten in de
overtuiging, hier met een valstrik
te doen te hebben, niet een verwijt,
althans niet een verwijt van dusda
nige ernst, dat daaraan thans nog
consuquervties zouden zijn te ver
binden, mag worden gemaakt".
Geen maatregelen
„De subcommissie van de zuiverings-
jmmissie marechaussee die het geval-
Koren voorbereidde en naar aanleiding
daarvan mr. Schokking hoorde, vond
geen aanleiding in verband met die
klaring iets te doen. Wel heeft daarop
ran de leden van de plenaire com-
c bij kennisneming van de verkla-
van mr. Schokking gemeend daarop
de aandacht van do zuiveringscommis
sie-Rotterdam voor burgemeesters
moeten vestigen en is daarop aan deze
missie hot zuiverdngsdossier^-Korien
toegezonden. Doch men was daar alge
van oordeel, dat de klacht behoor-
s worden geseponeerd. Toen nader
bleek, dat de commissie-Rotterdam
competent was, en in verband daarmede
immissie-Gouda de stukken ontving,
heeft deze laatste vermoedelijk om
dat uit de bijgevoegde stukken van het
oordeel van de subcommissie-marechaus-
bïeek niet aanstonds de zaak t
hond genomen en. toen na verloop v
tijd het dossier werd teruggevraagd,
:ze verder laten rusten.
In de strafzaak-Koren is mr. Schok
ing eveneens gehoord. De beambte van
de politieke recherchedienst, district Lei
den, die deze zaak heeft geïnstrueerd,
gaf in de conclusie van zyn rapport te
kennen, dat hij tot de overtuiging was
gekomen, dat burgemeester Schokking
in de mening heeft kunnen verkeren, dat
hem hier een val werd gezet, en dat de
burgemeester aan Plaizier niet de uit
drukkelij-ke last tot arrestatie van dif
joden heeft gegeven, doch tot deze heeft
gezegd: „Ga maar eens kijken en indien
het joden zijn, maak dan zoveel drukte,
dat zij kunnen wegkomen''.
t rapport van de politieke recherche-
it heeft daarna de verschllende in
stanties van de byzondere rechtspleging
gepasseerd, doch ofschoon van de zyd«
van de verdediger van Koren, ter ont
lasting van deze, scherp de aandacht it
gevestigd op de houding van mr. Schok
king, is ook van de zUde van de bijzon
dere rechtspleging niet tegen mr. Schok
king opgetreden.
GeurigerZachter
Gemakkelijker
te rollen!
U geniet er méér van I
De énige rechter over shag is Uw
eigen goede smaak. Zodra U een sigaret
van D-E Zilver-Shag opsteekt, wéét
U het al: dit is de fijnste Virginia
tabak, die U ooit hebt gerookt!
Na de bevrijding in 1945
Burgemeester Schokking herinnerde zelf aan het
gebeurde in de bezettingsjaren
(Van onze redacteuren)
Gunstig oordeel
Ook mag naar hqt oordeel van de
heren Donner, Ebels en Neher voor
de beantwoording van de vraag, of
het gebeurde mr. Schokking thans
nog op enigerlei wijze moet worden
aangerekend, niet buiten beschou
wing blijven, hoe overigens tijdens
de bezetting diens houding is geweest.
Daarover is een gunstig oordeel op
zijn plaats. Reeds de reden van zijn
verwijdering uit 's-Gravenzande
de herhaalde weigering tegenover de
Duitsers een N.S.B.-er in gemeente
dienst terug te nemen pleit voor
hem, en in Hazerswoude heeft hij
zich tijdens de moeilijke jaren van
1943 en volgende daadwerkelijk als
een goed vaderlander doen kennen.
Bij arrestaties zorgde hij steeds voor
voorafgaande waarschuwing, bij een
„dropping" binnen zijn gemeente
heeft hij de risico's voor de betrokke
nen naar vermogen afgewend, met
zijn medeweten heeft de illegaliteit
een overval op het bevolkingsregis
ter gedaan, ten slotte heeft hij tegen
het einde van de oorlog zelf moeten
onderduiken. Al zou dan ook ten
aanzien van het gebeurde in 1942,
toen mr. Schokking te Hazerswoude
nauwelijks was georiënteerd, een
verwijt als hiervoren omschreven
hem moeten treffen, zo staan daar
zeer bepaalde blijken van goed-
vaderlandse gezindheid tegenover.
De hiervoren aanvaarde aannemelijk
heid vam mr. Schokkin-ge verklaring, dat
Burgemeester mr. schokking
werd door de Generalkommis-
sar für Verwaltung und Justiz" op
14 augustus 1942 ontslagen als bur
gemeester der gemeente 's-Graven-
zande, aangezien zijn aanwezigheid
in het kustgebied ongewenst werd ge
acht. In aansluiting op dit ontslag
volgde zijn benoeming tot burge
meester der gemeente Hazerswoude,
hoewel hij deze benoemingzoals hij
reeds aanstonds aan de waarnemend
commissaris der Koningin had doen
blijken, geenszins begeerde. Na de
bevrijding trad mr. Schokking
krachtens een beslissing van de re
gering te Londen van 8 september
1944, gebaseerd op het besluit tijde
lijke voorziening bestuur provinciën
en gemeentenopnieuw in functie als
burgemeester van 's-Gravenzande.
Overeenkom®bi'g de aanbeveling van de
toenmalige commissaris der Koningin in
hy heeft, gehandeld in de volstrek'»
overtuiging van een valstrik, vindt naar
het oordeel van de heren Donner, Ebels
en Neher steun in de omstandigheid, dat
hij, blijkens de door hem afgelegde ver
klaringen voor de zuiveringscommissie
marechaussee en de politieke recherche
dienst, -nimmer getracht heeft zajn aan
deel in het gebeurde te verbloemen, doch
daarvan aanstonds open rekenschap heeft
gegeven.
Ook is in dit verband van beteke
nis, dat hij, toen in 1949 de commissa
ris der koningin met hem over het
burgemeesterschap van '6-Graven-
hage heeft gesproken, aan de com
missaris der koningin, ofschoon- naar
aanleiding van het gebeurde tegen
over hem generlei maatregel was ge
troffen, toch de vraag heeft voorge
legd, of het in 1942 gebeurde niet be
hoorde -ter sprake te komen. Dit geeft
blijkt, enerzij-ls, dat hij het gebeurde
in 1942 zelfs als een moeilijk gevafl
met een voor hem bedenkelijke schijn
ls blijven gevoelen, anderzijds dat hij
overtuigd wa6 een verantwoording
daarover niet uit de weg te behoeven
Dit laatete spreekt naar het oordert
van de drie heren ook uit de houding,
welke hij als burgemeester van
'6-Gravenhage een- en andermaal bij
pOlltiemoeilijikheden .heeft aangeno
men. Hij wist, dat het gebeurde ln
1942 de politie hoe dan ook be
kend was. Da', hij niet door de moge
lijkheid van publikatie zich heeft la
ten weerhouden om datgene te doen,
wat naar zijn oordeel in het belang
der zaak werd vereist, kan slechte
spreken voor zijn overtuiging, dat hy
zich ten deae geen verwijt behoefde
Geen diskwalificatie
De slotsom uit het voorgaande voor
heren Donner, Ebels en Neher ls. dat
dien men lo6 van het thans gewekte
gerucht de vraag stelt, of het gebeurde
In 1942 mr. Schokking nog als burgemees-
's-Gravenhage moet doen dis
kwalificeren, deze vraag on-bkennend
oei worden beantwoord.
Wordt het antwoord anders, Indien
en in aanmerking neemt het gerucht,
dat door de publikatie van het gebeurde
in de daaraan op ruime schaal in de per»
verbonden commentaren is gewekt? Hoe
over publikaties en commenta
ren-oordeelt, men kan moeilijk ontken
dat daardoor om mr. Schokking een
sfeer is geschapen, welke de richtlge
vervulling van het ambt bemoeilijkt.
Daarvoor te wyken, indien, zoals naar
het vorenstaande oordeel moet zijn, voor
die sfeer objectief de reden ontbreekt.
16 echter naar on6 oordeel ontoelaatbaar.
Vertrouwd mag overigens worden, da*.
openiyke rechtzetting van het geval
de juiste verhoudingen zal herstellen.
„Wy geven dus samenvattend uwe ex
cellentie als ons oordeel, dat voor eniger
lei stap ter bevordering, dat mr. Schok
king als burgemeester van 's-Gravenbage
i defungcrcn, geen aanleiding bestaat",
besluiten mr. dr. Donner, dr. Ebels en
dr. Neher hun rapport.
de provincie Zuid-Holland is, mede gelet
op de bij het centraal orgaan op de zui
vering van het overheidspersoneel inge
wonnen inlichtingen over de zuivering,
zijn benoeming tot burgemeester der ge-
ieente Alphen aan den Rijn met ingang
an 1 november 1946 bevorderd.
Na het bekend worden van deze benoe
ming -heeft, zoals uit het ingestelde onder
zoek thans is gebleken, degene, die eerder
klacht tegen mr. Schokking had inge
diend, zich gewend tot de secretaris
de centrale adviescommissie voor de
vering van burgemeesters in de provinoie
ZuidHoHand, met de vraag of de door
hem ingediende klacht was onderzocht
ja, tot welk resultaat dat onderzoek
had geleid.
Bedoelde secretaris heeft zich hierop
verstaan met de commissaris der Konin-
in de provincie Zuid-Holland. Deze
heeft, na alsnog deze aangelegenheid
-verwogen te hebben en met mr. Schok
king te hebben besproken, mondeling aar
klager, onder mededeling van het verloop
der zaak, te kennen gegeven, dat hij deze
als afgedaan beschouwde.
Herinnering
Bij de voorbereiding van de benoeming
an mr. Schokking tot burgemeester var
-Gravenhage in '49 heeft deze de commas-
mis der Koningin eigener beweging her
innerd aan hetgeen in Hazerswoude was
voorgevallen. In de aanbeveling voor d«
voorziening dn de vacature van burge
meester der gemeente s-Gravenhage heeft
de commissaris der Koningin daarvan
geen melding gemaakt, terwijl uit een in
gesteld onderzoek voor de minister ts
komen vast te staan, dat hiervan ook geen
mededeling is gedaan aan de toenmalige'
ambtsvoorganger van de minister of aan
zijn departement.
In december 1951 werd aan dc toenma
lige chef van de afdeling binnenlands be
stuur van het departement van binnen
landse zaken door een figuur uit het
voormalige verzet mondeling mededeling
gedaan van de in de zuivering van Koren
door mr Schokking afgelegde verklaring,
omdat het niet uitgesloten werd geacht,
dat deze aangelegenheid naar voren zou
komen in verband met het aan de toen
malige hoofdcommissaris van pólitie de
heer Valken - Red. verleende ontslag.
Op 29 januari 1952 had tussen de minister
en vorenbedoelde zegsman een onderhond
plaats, waarbij deze een kort, getypt re
sumé van de door mr. Schokking afgeleg
de verklaringen verstrekte
Kennisneming van dit resumé heeft de
minister geen aanleiding gegeven ter zake
tappen te ondernemen.
Evenmin heeft hy aanleiding gevonden
de herbenoeming varf mr. Schokktg als
burgemeester van Den Haag met ingang
1 december 1955 niet te bevorderen.
Vergadering Unieraad
en hoofdbestuur C.H.U.
De Unieraad en het hoofdbestuur van
de Christelijk-Historische Unie zijn dezer
dagen te Utrecht byeen geweest.
Vastgesteld werden de preadviezen op
de voorstellen van de kiesverenigingen,
die in de algemene vergadering van 4
april a.s. zullen worden behandeld. Op
deze algemene vergadering zal prof. dr.
Th. h, Haitjema een slotwoord spreken.
Aanbevolen werden als leden van het
hoofdbestuur de heren H. M. Gerbrandij
(Nijland), J. Richter (Rijswijk Z.H.) en
drs. D. Schouten (Waalwijk).
In de middenstandscommissie werden
benoemd mr. J. H. Luyerink, adjunct-
secretaris van de kamer van koophandel
te 's-Gravenhage. mr. M. G. van Muiden,
adjunct-secretaris van de christelijke
middenstandsbond te 's-Gravenhage. en
de heer C. Timmer, adjunct-secretaris
van de koninklijke Nederlandsche midden
standsbond te Den Haag. Een nieuw
middenstandsrapport zal hoogstwaar
schijnlijk in 1957 gereed zijn.
Een rapport van de agrarische commis
sie over het landarbeidersvraagstuk zal
In het Christelijk-Historisch tijdschrift
worden opgenomen. Binnenkort zal een
speciale vergadering van de Unieraad
worden gewijd aan het persvraagstuk.
Roka-beurs geopend
Gisteren is in de Ahoy- en Energie-
hal te Rotterdam de achtste Roka-levens-
middelenbeurs geopend. Zy omvat 220
stands, en is t.m. vrijdag geopend, uit
sluitend voor de handel.
De directeur-generaal van de voedsel
voorziening, ir. J. A. P. Franke, con
stateerde bij de opening een duidelijk toe
nemend verbruik van hoogwaardige voe
dingsmiddelen: minder bloem, meel en
aardappelen byv., en meer melk, fruit,
vlees en vleeswaren.
Eis-Droomhuis voor een
deel toegewezen
In kort geding te Groningen is thans
de eis van de architect J. J. Derksen
Staats (die zich beledigd achtte door een
publicatie van achttien andere architec
ten, die protesteerden tegen een adverten
tie waarin het bouwen van goedkope
„droomhuisjes" werd aanbevolen) gedeel-
telyk toegewezen. De architecten moeten
de verspreiding van hun brief staken en
de uitgever van het advertentieblad waar
in de brief gepubliceerd werd, moet het
vonnis publiceren. Het maken van een
excuus door de architecten werd afgewe
zen, omdat deze eis een definitief karak
ter draagt en dit in kort geding niet ge
vorderd kan worden.
De architecten zullen in beroep gaan.
Nederlands-Belgisch overleg
over Schelde vraagstuk
Een gemengde Nederlands-Belgische
studiecommissie voor het Schelde-vraag-
stuk heeft te 's-Gravenhage haar eerste
•ergadering gehouden. De commissie
heeft tot taak. de mogelijkheden te on
derzoeken voor een verdere samenwer
king tussen België en Nederland inzake
het Schelde-vraagstuk.
De 45-jarige H. van der Zwan uit
Velsen, die gisteren bij een auto-ongeluk
op de weg Haarlem—Hilversum ernstig
werd gewond, is 's middags in de Maria-
stichting te Haarlem overleden.
Eis van Makarios afgewezen
De eis volledige bevoegdheden op bin
nenlands gebied te verlenen is een van
de oorzaken, dat de onderhandelingen
tussen de Britse regering en maarschalk
Makarios, de leider van de beweging voor
iansluitlng van Cyprus bij Griekenland,
zijn mislukt.
Engeland heeft deze eis afgewezen en
enste behalve het beheer van de defen-
e en de buitenlandse betrekkingen, ook
?t toezicht op de binnenlandse veilig
heid te behouden. Dit is gisteren in het
Engelse Lagerhuis meegedeeld, waar de
minister van koloniën, Lennox-Boyd, die
de besprekingen met de aartsbisschop
voerde, verklaarde, dat het standpunt van
de regering niet inhoudt, dat het zelf
beschikkingsrecht op Cyprus nooit van
iepassing kan zyn.
Ook is Engeland niet ingegaan op de
eis onmiddellijk amnestie San alle poli
tieke gevangenen te verlenen. Alleen
zouden de gevangenen worden vrijgela
ten, die zich niet aan gewelddaden heb
ben schuldig gemaakt of in het bezit
aren van wapens.
Evenmin voelde Bovd ervoor, dat de
Griekse bevolkingsgroep viermaal zoveel
ifgevaard'gden in de nationale vergade
ring krijgt als de Turkse minderheid.
(Viervijfde van de 500.000 Cyprioten is
van Griekse afkomst).
De Britse gouverneur van Cyprus, Sir
John Harding, waarschuwde voor de ra
dio de Cyprioten: „Ik zal met alle be
schikbare middelen een campagne voe
ren om de orde en rust te herstellen.
Terrorisme en vreesaanjaging moeten
worden uitgeschakeld
P. C. Zanen officier van
Oranje-Nassau
In de te Amsterdam gehouden algemene
vergadering van de Nederlandse vereni
ging van wegenbouwers heeft de heer
P. C. Zanen zyn functie als voorzitter
neergelegd, waarna hij werd benoemd tot
ere-voorzitter. Hij wordt opgevolgd door
ir. H. D. Prins. De scheidende voorzitter
is benoemd tot officier in de orde van
Oranje-Nassau.
Drie jaar geëist. Dc procureur-gcne-
aal te Amsterdam heeft gisteren beves
tiging gevraagd van het rechtbankvonnis,
drie jaar gevangenisstr.-f, tegen de 26-
jarige monteur P. H. H. uit Deventer, die
op diverse plaatsen in ons land auto's
huurde en deze op automarkten verkocht.