CHRISTFUJK Vaak heerste filosofie over theologie Status Ziekenfondsraad ondeugdelijk gebleken? H Christenheid heeft film schandelijk veronachtzaamd 1 Hoge uitgaven en efficiency 2 Lustrum Chr. Geref. Studentenbond O Prof. v. Genderen ovef: „Grieks en Bijbels denken" dat te Amsterdam cisleren is gevierd, heeft prof. dr. J. van Genderen uit Apel doorn de lustrum-oraUe gehouden. Het onderwerp van de hoogleraar was ..Grieks en Bijbels denken Als gelovigen hebben wij naar de Bijbel te lever.. Wij hebben in or.z? we tenschap dan oók met de wijsbegeerte te maken, waarvan de oorsprongen lig gen in Hellav Hier tegenover moet worden gesteld het Bijbels denken over God. de wereld en de mens Machtige invloed heeft dit Griekse den ken gehad op het Christendom. De ge schiedenis van het Christelijk denken over vele eeuwen is samen te vatten on der het thema synthese en antithese Prof Van Genderen releveerde hierbij de gedachten over Grieks en Bijbels denken van Augustinus. Thomas van Aquino en de Hervormers. Alleen door gelovig te luisteren naar het concreet en theocentriach Bijbels denken kan men dit verstaan. haar tijd om de waarheid Gods uiteen te zetten en te verdedigen, maar men mag dit niet beschouwen als een Helle nisering van het Christendom. Vervolgens zette de hoogleraar uiteen, dat het bondgenootschap van theologie en wijsbegeerte doorgaans is ontaard in een heerschappij van de filosofie over de theologie. Deze zal haar vrijheid erh- 0iiw 1 d"a"^oedigh"d. die ÖvèrE schap een bezoek aan een tentoon stelling „Ur de Chr. Geref. historie", georgamseeid door prof. J. Hovius uit Apeldoorn. Deze expositie gaf interessante historische indrukken over j aren der Afscheiding. Geschriften van ds. Hendrik de Cocq en de andere vaders der Scheiding, het handschrift ran ds. H. P. Scholte. het portret mr. Mauri's van Hall, de advokaat der Afgescheidenen, roepen herinne ringen aan deze merkwaardige periode op. Men kin de originele uitsprak van enige rechtbanken, die boeten oplegden, hier zien. Wij zagen briefje van ds. G. F. Gezeile Meer burg, die daarin schreef, dat hij door de rechtbanken te Amsterdam Den Bosch op hetzelfde uur was ge dagvaard. Verder gaf de tentoonstelling ge gevens over het zendingswerk der Chr. Geref Kerken onder de Toradja' op Celebes alsook bijzonderheden omtrent de Theologische School en de historie rondom 1892. De ware oecumene Ds. J. W de Jager schrijft in de Utrechtse kerkbode: Is inderdaad zó, dat de Gerefor meerden zich voor het besef van zeer velen het lelijke odium van een niet- oecumenische onverdraagzaamheid op de hals hebben gehaald. Inderdaad moet voetstoots toegestemd worden, dat de Gereformeerden zich niet zelden de zeer begrijpelijke ergernis van ontelba- ren op de hals gehaald hebben door hun botte starheid, waarbij het niet ging om de bewaring van de zuiv lijdenis der Waarheid naar de Schriften als wel om de verdediging van eenmaal ingenomen standpunten, die voudig niet in discussie wilde Het ontbrak ons. Gereformeerden. de Ten einde ons geloof niet Invloeden door een nlet-Bijbels denken, zullen wij, alleen met geopende hai*- n de Bijbel zonder onze wetenschappelijke reserves moeten benaderen. In de middaguren bracht het gezel- Mensen en feiten in de kerk nog een sitie inneemt, mag onze standvastigheid vóór de Waarheid niet op de vlucht drijven. Het komt mij voor, dat wij ons naaste toekomst, met het oog op d zinnigheid, in ieder geval niet mei en wimpel zullen kunnen aansluiten bij het oecumenische vendel. Dat neemt ech ter niet weg. dat wij intussen wèl staan Pro# h, w r u voor de oecumenische taak. dat wij uit gescnirnle van de Duitse akademle 1- -1 der wissenschaftente Berlijn. Deze commissie die voorheen ..kirchenvftter kommiaslon" heette, is gesticht op Ini tiatief van Adolf von Harnack. tegenwoordig voornamell|k belai de uitgaven van de Griekse christelijke auteurs uit de eerste vier eeuwen. Uit Londen is gisteravond per vliegtuig opSchlphol sangekomen mgr. Paolo Ro. apostolisch vicaris van Seoel In Zuid- Korea en titulair bisschop van Cohasa. Mgr. Ro. 53 Jaar oud, is reeds In Duitsland. Frankrijk. Ierland en Enge land geweest en zal ook nog Zwitser land België, Italië en Spanje bezoeken, blijft tot zondag In ons land. HU zal hier o.m. ontmoetingen hebben mgr. Paolo Giobbe, pauselijk internuntius in Den Haag, mgr. dr. B. J. Alfrlnk. aartsbisschop van Utrecht en mgr. P. J. Hulbers, bisschop van Haarlem. i hart sprekend: de wereld. Gerhard Lozie kan blijven vliegen Aan de Nederlandse vlieger Gerhard Lozie afkomstig uit Dordrecht, die ver leden jaar betrokken is geweest bij eer vliegtuigongeval in Canada, is thans dooi de artsen medegedeeld, dat hij zijn beide knieën zal kunnen behouden Eerst was men bevreesd, dat hij beide benen tot boven de knie zou moeten missen. Nu zal het echter mogelijk zijn, dat hij blijft vliegen. MELODIE en WOORD der Ethergolven DONDERDAG S JANUARI Hilversum I 402 m. AVRO: Gym; 723 G opening. AVRO: 9 00 Gym v d n 9.15 Gram: 9.35 Waterst. 9 40 Morgen- jf V d Lichte wijding; 10.00 ter»; 1100 V 11 «5 V d .00 Grar VPRO: 7 50 Dag- .15 Gram: >uw: 910 V d hulsvr; "lorgen- kleu- Mr V Duik „Het Nederlandse recht In de wereld": 18 00 Nws: 18 15 Sportproblemen: 1825 Lichte mui: 18.55 Gesproken brief uit Londen. 19.00 V d jeugd; 19 05 Cabaret: 1925 Orgelspel 19 45 V d jeugd: 20 00 Nws soliste; 20.55 en hoorsp: 2225 Muzikale 12.00 Amus 12 25 20 05 Ki caus: 23 00 Nws: 23.15Schaken" Nederland; 23.30—24 00 Beroepingsiverk NED. HERV. KERK Aangenomen: Naar Neede (toez.), J. H. Bokhove te Rauwerd; naar Veendam (toez.). P. E C Blom te Berkenwoude. Bedankt: Voor Bodegraven, P. P. J. Monster te Katwijk aan Zee: voor Papen- drecht. J. Wieman te Oudewater. GEREF. KERKEN Aangenomen: Naar Delfzijl <2e pred.pl.). J. W. Vlaanderen te Blokzijl, die bedankte voor Veendam. Benoemd: Tot leraar etnologie aan de Zendingsschool te Baarn. dr. L Onvlee te Laren iN.H.l, oud-taalgeleerde van het Ned. Bijbelgenootschap op Soemba. CHR. GEREF. KERKEN Tweetal: Te Biezelinge: D. Henstra te Oud-Beijerland en S. Wijnsma te Broek op Langendijk. Beroepen: Te St. Jansklooster (accl.), A. C. Noort te Meppel. Catechismus opzeggen voor de prediking In 't jaar 1903 stond in Zeist dr A. G. Honig Elke zondagavond zei hij stee vast na de aankondiging van de zoveel ste zondagsafdeling van de Heidelberger- catechismus: ..Terwijl ik Anton Busse (of Marten Luiting) verzoek mij op de daarin voorgestelde vragen te willen be antwoorden". Dan stond, zo schrijft een lezer in het Centraal Weekblad, de bedoelde jon gen mok wel eens een meisje) op, ter wijl hij naast z'n ouders ergens in de kerk zat. en zei duidelijk de antwoor den op. Dit waren echter nog geen ca techisanten, maar leerlingen van de zes de klas der gereformeerde school. De bovenmeester gaf 's Zaterdags een briefje door aan de dominee; de be wuste zondagsafdeling was op school ge leerd door de hele klas en je wist wan neer jc in de kerk een beurt kreeg. Na dr Honigs vertrek als professor deed de nieuwe pastor het niet meer op die manier. Er zullen er nog ver- scheidenen zijn. die zich dit herinneren. Als jongens waren wij niet weinig trots op deze prestatie, als je moeder je ten minste niet hoefde voor te zeggen. Zelf heb ik ook enige malen de catechismus zondag opgezegd. Dat vergeet je nooit." EEN WOORD VOOR VAN- DAAG Wist ge niet? Het lijkt of Lucas er in zijn eerste twee hoofdstukken op uit is ons Maria te tekenen: eerst het meisje dat de blijde boodschap kreeg en dat een lofzang dichtte en daarna de jonge moeder in de stal. Soms blij, soms stil en na denkend bezig met het wonder dat over haar is gekomen. Dan komt het slot van Lucas 2 en het is als een dissonant. Haar zo begrijpelijke ongerustheid over de 12-jarige Je zus wordt te recht gewezen met de opmer- king: „Wist ge niet dat ik bezig moet zijn met de dingen mijns Vaders?" In Johannes 2 zien we iets de.- gelijks: haar trots over haar zoon wordt teruggewezen met het ant woord: „Vrouw, wat heb ik met U van node?" Hoe begrijpelijk ook w-» moe ten leren dat Jezus niet „van ons" is, op de menselijke wijze beke ken. Weet ge het niet dat Zijn wegen hoger zijn dan de onze? Niet dwingengeloven en vertrouwen. Onderscheiding voor de heer C. Korevaar Tijdens een receptie belegd door de Streekvereniging van de Zondagsschool ,.Lek en Merwe" werd de heer C. Ko revaar. die 40 jaar leider van de Ned. Herv. zondagsschool is geweest, onder scheiden. op voordracht van de minis ter van Justitie. De burgemeester, die de jubilaris hartelijk toesprak, sprak zijn dank uit voor het werk dat de heer Korevaar deze veertig jaar in dienst van Gods Koninkrijk heeft ver richt. Na zijn toespraak reikte de bur gemeester de versierselen behorend bij de ere-medaille, verbonden aan de Or de van Oranje Nassau in zilver uit. Door de schoolstreek vereniging werd een prachtige asbak van glas overhandigd. Een maatschappelijk, maar ook een overheidsorgaan :t achter ons liggende conflict huisartsenZieken fondsraad heeft meer dan één dagblad en tijdschrift aan leiding gegeven de status van de Ziekenfondsraad eens meer nauw keurig te bezien. Hiervoor is zeker alle reden, want inderdaad be staat er in brede kringen onrust omtrent de gang van zaken in de Ziekenfondsraad. Ook met het oog op de komende Ziekenfondswet waarnaar reikhalzend wordt uit gezien, is het nuttig ons in deze materie te verdiepen. Het is daar om niet ondienstig de verschillen de voorstellen, welke gelanceerd zijn om de status van de Zieken fondsraad te verbeteren, eens wat nader te bekijken. Allereerst dan heeft men voorgesteld de positie van de Ziekenfondsraad dui delijker te bepalen en af te grenzen. Momenteel toch hebben wij te doen met een tweeslachtig orgaan: enerzijds een Overheidsorgaan, omdat de Raad het toezicht uitoefent over het ziekenfonds wezen en anderzijds een maatschappe lijk orgaan, omdat de Raad de bevoegd heid heeft op te treden als besturend col lege van het ziekenfondswezen. Deze tweeslachtigheid is oorzaak, dat de Raad niet kan fungeren als een ..eigen orgaan" van het ziekenfondswezen en terecht vraagt men zich af. of men hier weer niet getracht heeft te mengen. toch niet gemengd kan worden. Destijds, bij de behandeling van d wet op de Ziekenfondsraad, is in d Tweede Kamer ook op dit euvel gewe- i. Men was niet gerust op de plaats, welke de Ziekenfondsraad in het bestel der Gezondheidszorg zou innemen en drong er op aan, het karakter van de raad zodanig te bepalen, dat concreet tot uitdrukking zou komen, dat deze „een maatschappelijk orgaan is ter uitvoering van de gemeenschapstaak onder toezicht van de overheid en geen overheidsor gaan". De minister wilde hierop helaas niet ingaan en bleef vasthouden aan het plocnschap icven caus: 1300 Nws; 13 15 Meded o «ram: 13 20 Metropol* ork; 13 55 Beursber; 14 00 Gram; 14 15 „Mag ik mij even stellen? Mijn naam la Cox!", hoorsp; Strijktrio, mannenkoor en koperkwart; V <1 rieken: 16 00 Gram: 18.15 Voordr; Pianospel. 18 45 V d Jeugd; 17.30 Lichte 1745 Rcgertrigsultz Nederland en de we II 298 m. KRO: 700 Nwi igebed en liturg kal: 8.00 -"ifd vrouw; 10.30 Mor- KRO: 11.00 V d zieken; 11.43 12 00 Angelus; 12.03 Lunch- Gram: 7.45 M< Nws en weerbs NCRV: 10. 8 15 Gra 13 00 Nws en kath nws; NCRV. 14 00 ..L* Nozze dl Fle (le acte): 14.45 V d vrouw; 15 18 00 Bijbellezing: I jeugd; 17.30 Gram: 17.4 Gram 19 Ou Nws cn wcerber: 19 19.20 Sociaal perspectief: 19 3 Gi ogr: 2145 Gi 10 Gl perspectief: 193 Gram; 20.00 naaioKrani: 20.20 Gevar 22 00 Tijdschriftcnkron; L Gram; 22.43 Avondoverdenking; 23.0 Nws; 23.15 SportuiUl; 23.20—24 0 Gram. TELEVISIE KRO: 20 00 Jnurn en weerber; 20.15 Facet- ind, BBC Hom 18.3 Hoorsp; er: 1900 Nws; 2.00 ..Troi- 19.13 ..Troi- opera; 20.50 Caus. 21.5 1, £)E CHRISTENHEID der wereld heeft de 1 mogelijkheden, die de film biedt, schandelijk 1 veronachtzaamd. Als wij als Christenen de handen 1 ineensloegen, zouden we r -> Filmmagnaat Arthur Rank is een oprecht Christen brieken. Maar meer dan het witte meel is hem het witte doek. Rank steunde een kleine methodistische groep, die zich ten doel stelde films te maken van een ander gehalte, dan Hol- I lywood of de onbelangrijke filmindustrie kon bieden. Bijzondere belangstelling Wij mogen het film-me dium niet aan zijn lot overlaten, maar moeten 1 het doordringen met de zuurdesem van ons geloof in Jezus als de Zaligma ker en redder der wereld. Dat is de reden, waarom ik het maken van films als mijn levensroeping heb gezien. Dit zei mr J. Arthur Rank. Engeland's meest be kende filmmagnaat tot on- Het gesprek duurde een ders op dan zelf bioscope jur en in deze tijd heb ik, zij hun kinderen met ee 0 merkt de correspondent gerust hart er naar toe kun 3P. veel geleerd van een nen sturen. Dat is echter nie ?root man, die tevens een voldoende. >precht Christen is en zich Wij moeten door mldde aarvoor niet schaamt Wat van de film ook getuigen 1e heer Rank zeide, vat hij hoe heerlijk het Is bi Chris ls volgt samen: tus te geloven en Ik moe eerlijk bekennen, dat lk e rK WAS 45 JAAR OUD. nog niet in geslaagd bei toen ik tot de overtuiging een lange speelfilm te ver cwam dat er iets mis was vaardigen, die deze bood net het bioscoopwezen. De schap in de juiste cinema rieeste films waren van een tografische vorm brengt, ehalte. dat voor een Chris- Maar ik geloof, dat d en ten enenmale niet aan- Heilige Geest, als wij er oir aardbaar was. Maar het vragen, »»ns In alle waar taire film over de vissers- dorpen in Yorkshire, zijn J geboorteland, die in 1935 uitkwam onder de titel „The turn of the Tide", de keer van het getij. Deze film verwierf in Venetië op de internationale filmten- toonstelling de derde prijs. De grote filmdistributie- concerns waren niet te be wegen de film te distribue ren, omdat zij er niets in L zagen. Toen waagde Rank het zelf en hij kocht een groot theater in Londen. 1 Weldra volgden er meer. Toen hij eigen theaters be- toen hij werd geïnterviewd de: Ik heb ;e veel geld ge- cr vast van overtuigd da vo?r d® NC.r.v. geven. Wat doe je met dat God ons ook hier de wei Mr. Rank is een multi- geld om Mijn geboden ook wil wijzen. Als wij niet or millionnair maar ook een in de filmwereld te doen Zijn Woord vertrouwen, wa overtuigd Methodist en el- doordringen? Je hebt cri- Is ons geloof dan waard? ke Zondag leidt hij een tiek op de film, maar mag Doch Ik heb ervaren, da Zondagsschooldienst. je met je critiek afzijdig vele Christenen mij hlerir Onze correspondent legde blijven staan? alleen laten staan, hem de volgende vraag Ik was reeds begonnen Tot zover Arthur Rank. 1 voor: met het maken van evan- Mr. Rank. U bent een be- gelisatiefilms voor verto- lijdend Christen en over- ning in Zondagsscholen. 7ijn LEVENSLOOP is we tuigd Methodist. U bezit Maar dat was niet genoeg, Li zeer merkwaardig. Ar meer dan 500 bioscopen, dus ging ik ook speelfilms thur's vader bezat een oude waaronder ook enkele in Ne- maken en ^ik^legde in deze korenmolen, die hij liet mo sende films zorgen. Zo ont- li stond een hele industrie, die zo'n vlucht nam, dat de '1 Rank-combinatie thans de Britse filmindustrie, die 1 zich gunstig onderscheidt 1, van de Amerikaanse, be heerst. Elke Zondag vertelt Rank de kinderen ln het dorp Reigate in het graafschap Surrey, waar hij een prach tig buiten bewoont, uit de 1 Bijbel en zingt Christelijke liederen met hen. maken van films Uw levens- de bioscoop-eigenaren wil- millioenen verdiende. Vai roeping gemaakt. In Neder- den mijn films niet verto- alle meel. dat in Engelan< land echter mijden vele nen. dus zat er niets an- wordt gebruikt, kwam der Christenen de bioscoop en ders op dan zelf bioscopen tig procent uit het bedrij 1 staat men sceptisch tegen- aan te schaffen. Door onze van de Ranks. Op 17-jarige over de film, althans de films hebben wij een onbe- leeftijd kwam Arthur met speelfilm als vermaaksmid- rekenbare invloed uitgeoe- zijn broer in de zaak van del. Zoudt U Uw houding fend op de kwaliteit van zijn vader. En nog besteedt principieel willen verkla- veel film-programma's. Wij hij een halve dag per week ren? zijn nu zo ver, dat de ou- aan de florerende meelfa- zegt bij. „voor God en voor mijn vaderland". Dat werk, zijn levenswerk ls de film. li Het zou voor Nederland te wensen zijn, dat een der- gelijke, kapitaalkrachtige figuur zich inzette om de 1 achterstand op het gebied li van de Christelijke film in te halen. 1 idee, dat de Ziekenfondsraad zou den een college van advies en bijstand voor de regering en tevens een bestu rend college voor het ziekenfondrwezen met een meerderheid uit de maatschap pelijke organen. U wij door de loop van de geschie denis geleerd hebben, dat dit hin ken op twee gedachten funest is voor een goede gang van zaken, zou hel alleszins aanbeveling verdienen. zc niet direct, dan toch zeker voor dc toekomst, het karakter van de Zie kenfondsraad zodanig te wijzigen, dat de raad een zuiver maatschappelijk orgaan wordt ten dienste van het kenfonds wezen. Daarnaast, maar dus scherp er var scheiden, zou dan het Staatstoezicht op het ziekenfondswezen kunnen fun geren. Deze figuur zou ook meer ir overeenstemming zijn met het karak ter van het ziekenfondswezen, dat toch in wezen privaatrechtelijk en niet pu bliekrechtelijk is. Nauw met het voorgaande samenhan gend is de kwestie van de samenstel ling van de Ziekenfondsraad. Het zit ting nemen in deze raad van verze kerden en medewerkers spreekt voor zich zelf; zij zijn immers de direct- betrokkenen, de onmiddellijk belang hebbenden. Ook is het duidelijk, dat in de raad het bedrijfsleven zitting heeft, omdat het bedrijfsleven een sociaal-economisch belang heeft bij een goed werkend ziekenfondswezen. Bovendien is het be drijfsleven financieel geïnteresseerd bij het ziekenfondswezen, omdat de werkgever de helft van de premie be taalt. Minder duidelijk is echter het zitting ne men van de Overheid in de raad. voor al als men dit instituut wil zien als een zuiver maatschappelijk orgaan. Niettemin zou het o.i. aanbeveling ver dienen de ambtenaren niet uit de zie kenfondsraad te verwijderen. Officieel zitten ze daar als deskundigen, resp. op het gebied der volksgezondheid, der sociale verzekering en der particuliere verzekering. Aangezien nu het ziekenfonds niet al leen een orgaan van volksgezondheids zorg is, maar ook een element van sociale verzekering in zich bergt, is het verdedigbaar, deze deskundigen in de raad te houden, te meer daar de ziekenfondsraad toch verbinding dient te hebben met het departement LLEEN lijkt het ons niet juist ze ook volledig stemrecht te geven; "beter ware het ze een adviserende stem te geven, overeenkomstig hun positie van raadgevende deskundigen. Hierdoor zou tevens voorkomen worden het meespe len van de overheid op twee nivestix. èn in de raad èn door middel van de Kroon (het zgn. veto- en schorsings- recht) hetgeen terrecht zoveel critiek >eft uitgelokt. Zouden wij dan kwalitatief de raad iet willen wijzigen, kwantitatief is er in dit opzicht zeker iets te doen. Een groot lichaam werkt altijd wat stroef, al was het alleen maar door de omstan- iveel verbaast het, dat het voorontwerp ziekenfondswet 1951 het aan tal leden van de ziekenfondsraad ge- wracht heeft van 36 op 47. Voor een vruchtbare tn doeltreffende incfiónering van het geheel verdient et aanbeveling het aantal leden zo klein mogelijk te houden. Dit bekort de discussies, terwijl het geen schade doet de belangen van de diverse groe- welke er bij betrokken zijn. Om die reden hadden wij ons de samenstelling tegenwoordigers van het bedrijfsleven en ambtenaren. Tenslotte heeft ook de besluitvorming ;rkers) en indirect-betrokkenen sleven en overheid) zuiverder, men anderzijds niet bevreesd be- 1 zijn. dat de besluitvorming bij meerderheid van stemmen ten en doorzetten. .1 1.. Immers het veto- en schorsingsrecht lijft gehandhaafd en zowel vertegen- 'oordigers van het bedrijfsleven als die an de overheid kunnen ten allen tijde e minister verzoeken het gewraakte luit voor schorsing of vernietiging e Kroon voor te dragen. DR. A. C. DROGENDIJK 1 Vet gedrukte woorden van ons. Red. 24. „Nu wat is het nu geweest? Ether of ver beelding?" „Ik weet het niet", zei ik op vaste toon. „Ik vertel u eenvoudig wat er gebeurd is. Ik weet dat het vreemd klinkt maar gisternacht was alles vreemd. Dat dinertje bij Corole en alles", besloot ik gedachteloos. „Het dinertje bij Corole? Dat is juffVouw Le- theny?" „Ja." „Was dokter Letheny daarbij?" „Ja." HOie nant kei ind Cresiida". opera PUZZLE NO. 305 Horizontaal: 1. Verkleedpartij. 8. elk. 9 zangnoot, 11 boom. 12. Chin. maat. 13. baan voor balspel. 14 dier, 16. mis dadig. 18 deel van dc mond; 20 voor zetsel. 21. deel van het oor. 23 berg plaats. 24 hoeveelheid. 26 boordsel. Vertikaal: 1 Nevel. 2 zangnoot. 3. steen. 4 hoogstaand. 5. vlaskam. 6. sle de. 7. tijdperk. 10. naam van een onzer prinsessen. 12 oogappel. 15. reuzen beeld. 16. dop. 17. aanw voornaam woord. 19 stuk. 22. kleefstof. 24. domi- OPLOSSING PUZZLE NO. 304 Horlioniaal1 Regenboog. 2 arei op. pa. 3 mand. adept; 4 mijter. AP; 5 Eiim. opa. si; fl. LK. Ai- ie" R.$!; kade; 3. gentianen; 4 endemie, 5. naar. odeur; fl. bode, paria; 7. ope ra. bots; 8. oppas, amen; 9. gat, pisang. „BC Light Programme. 1500 en 12 00 Mr* Dale s Dagboek. 12 15 12 3 Ork conc; 13.00 Idem; 14.00 iz; 14 45 V d kind: 15 00 V d vrouw; tem mui: 16 45 Lichte muz: 17.15 17.45 Orgel - „Nog iemand anders?" „Ja. Zuster Day, dokter Balman. dokter Ha- 22 20"CTroUus^ek en een vriend van dokter Letheny een li); 23 15 Dis- mijnheer Gainsay. Hij is ingenieur en heeft een paar^ dagen bij hem gelogeerd." en juffrouw Letheny?" Dale s Dagb. 17.30 Cai spel18.15 Ork 0 Licdet 45 Hoorsp; 20 0 Nw Sport; 20 30 Hoorsp met 21 0 Gevar prógr; 21.30 V: Gevar muz. 23 on Nws: „Ja.' 13.15 Or-! „U gaf daarmee te verstaan dat het vreemd was „vreemd" is, meen ik. het woord dat u gebruikt hebt. In welk opzicht was het vreemd?" „O dat kan ik niet goed zeggen. Het was erg warm en drukkend, ziet u echt de soort van atmosfeer vóór een donderbui." ..Was. afgescheiden vanehde electri- citeit in de lucht, alles precies zoals anders?" 14.30' Ik wachtte een poos lang vóór ik antwoordde. Pianokwar- „Neen", zei ik openhartig. „Ik geloof dat wij 17 15 vd een beetJe zenuwachtig en slecht op ons gemak Uederen: 18 30 v d sold: -varen vanwege de hitte en de benauwdheid. Dat 0 Nws Pr"m- Vnr wil zeggen, ik was dat. En dokter Letheny... zu,t«r D»r 0 Nws j 1 „Maar niet de anderen?" Nw."*?3liA4rriï;-lïi«0ise?d.m^0ifMnl:vm^! "Nl1 het w*s moeilijk om die merkwaar ork 1*5 43 Gr»m 185 Lichte muz.i7.oodigc spanning, die ik de hele avond en nacht Nws. i7i5 Gnm, 130 idem, m05 „uwj in de lucht had gevoeld, te omschrijven. „Nie- 2T'ü Mfci* r ifltalrcpnB mwV n?and ,eek miJ volkomen natuurlijk Het kan 17.4618.13 Nw« Feiten v d d»g'Engelse ui ziJn dat ik alleen wat zenuwachtig was. Ik kan teratuurgescbedenis (Op 224 en 49 mi |u werkelijk niets stelligs erover zeggen". Pro gr over»; 050 Weerber en po Brussel. 124 m. 1146 Omroep 0 Weerber. 12 34 Gra'm; 13 00 N«s fels pel. 140 Eng ies: 14.15 Gl ranse les. 14 43 Gram. 15 00 tet; 18 0 Koersen, 16 02 Svmp Gram: 17 00 Nw*. 17.10 Gram: Idnd; 18 15 Vlai 19 4 2000 Syrnrh ork 00 Nws: 22 15 Muz „Waarom hebt u met dat al toegegeven dat dokter Letheny en zuster Day zichzelf niet leken?" „Dokter Letheny is iemand die zich tamelijk gemakkelijk laat gaan wanneer u hem leert kennen, zult u begrijpen wat ik bedoel. Hij leeft op zijn zenuwen, is vol temperament en geëx alteerd. Hij scheen gisteravond vooral explosief. En zuster Day was een beetje verstrooid, ver moeid, denk ik." „U hebt zeker gepraat een beetje muziek gemaakt?" „Ja. Van alles wat." „Liep het gesprek over bepaalde onderwer pen?" „Neen Hij merkte de onzekerheid in mijn stem. ..Was er geen sprake van radium?" „Nu ja. Maar alleen in het algemeen." „Is er niet over gesproken dat het gebruikt erd? Dat het uit de kluis gehaald was?" „Ja," gaf ik weerstrevend toe. „Werd er niet gezegd voor welke patiënt het ebruikt werd? In welke kamer?" „Ja. Maar slechts terloops Ik vertelde hem iat dokter Letheny mij verzocht had de deur op het zuiden niet op slot te doen. „Nog iets anders?" „Niets bepaalds. Wij spraken eenvoudig over koetjes en kalfjes." „Zoals bijvoorbeeld?" herhaalde hij. Ik keek hem ongeduldig aan. „Zoals bijvoorbeeld?" herhaalde hij ..O hoe warm het was en dat iedereen snakt naar iets dat voor geld te koop is en dat ons ziekenhuis voorzien is van radio's en dure ziekenauto's en een heel gram radium en dat zul ke dingen veel geld kosten en toen heeft dok ter Letheny piano gespeeld en daarna zijn Maida, zuster Day en ik samen door de boom gaard naar het ziekenhuis terug gegaan en heb ben wij ons verpleegsterscostuum aangetrokken en zijn wij in dienst gegaan." „U hebt over geld gesproken en over ieders verlangen naar iets wat voor geld te krijgen is.' zeide O'Leary peinzend. En toen voegde hij e met een griezelige intuïtie bij: „Zeker hebben verscheidenen van u erkend dat zij heel graag geld wilden hebben?" „Iedereen van ons," bekende ik. „Dat wil zeg gen, behalve dokter Hajek. Hij luisterde alleen en scheen er schik in te hebben." Hij glimlachte. „Maak u maar niet ongerust over zulk een erkenning. Het betekent niets dat u allemaal graag geld zoudt willen hebben. Maar als u mij nu eens, woord voor woord alles wilde vertellen wat u zich van het gesprek herinnert. Wees u niet bang dat u daardoor ie mand in deze zaak zult betrekken, zuster Keate. Ik doe alleen maar dit verzoek omdat ik graag een zo duidelijk mogelijk denkbeeld van de om geving wil hebben." Hij glimlachte weer. Hij had een buitengewoon innemende glimlach. Zijn ge hele gezicht blonk ervan, hoewel hij zo kort duur de: en ik merkte dat ik onder de invloed ervan begon te ontdooien. Daar ik niet inzag dat ik iemand bij mogelijk heid er kwaad mee kon doen, vertelde ik alles wat ik mij herinnerde van het gesprek en daar ik een heel goed geheugen heb, liet ik zeer wei nig ervan onvermeld. (Wordt vervolgd regering studeert op het ogenblik over de vraag, of er een nieuw orgaan kan worden geschapen, dat de Tweede Kamer zal kunnen helpen bij het toezicht op het financieel beheer. Dit is wel een der belangrijkste mede delingen in de memorie, die minister Van de Kieft juist vóór de jaarwisse ling aan de Eerste Kamer heeft doen toekomen. De verdere lezing van deze memorie stelt wel teleur. Het laat zich dan ook aanzien, dat de mondelinge behande ling in de Eerste Kamer van de te voeren financiële politiek straks van de kant der regering nauwelijks nog nieuwe gezichtspunten zal opleveren. Het gaat in deze financiële politiek met name om twee vragen. De eerste is, of er geen beperking dient te wor den aangebracht in de wel zeer opge lopen rijksuitgaven. De tweede is, of in de rijksuitgaven, hoog of minder hoog. wel de nodige efficiency wordt betracht. Deze twee vragen staan naast elkaar, al is het duidelijk, dat efficiency des te noodzakelijker is naarmate de rijksuitgaven hoger zijn. J)AT de rijksuitgaven in onze tijd bijzonder hoog zijn, is onmisken baar. Wij zijn bereid te erkennen, dat dit voor een belangrijk deel onver mijdelijk is. Al willen wij de eersten te beklemtonen, dat de staats bemoeiingen zo beperkt mogelijk be horen te worden gehouden, zo hebben wij voldoende werkelijkheidsbesef om toe te geven, dat er ook dan nog voor de staat heel wat te doen overblijft. Maar wij leven in een periode van hoogconjunctuur. En zulk een periode is de eerstaangewezene, waarin naar beperking van de staatsbemoeiingen behoort te worden gestreefd. Indien niet onder een hoogconjunctuur, wan neer dan wèl? Daarbij komt nog, dat de hoogconjunctuur mèt haar onmis kenbare gevaren juist ook door een uitgebreid overheidsapparaat sterk wordt bevorderd. Dat de jongste financiële begroting de hoogste is die ons land ooit heeft gehad, zou al te denken moeten geven. Zorgelijker is nog, dat dfe rijksuitgaven de laatste vier jaar met niet minder dan 36 procent zijn gestegen, een stij ging dus welke die van ons bevol kingscijfer verre overtreft. ^AT nu in deze memorie van de minister van financiën opnieuw teleurstelt is, dat de minister metter daad tc weinig van zins blijkt, hieruit de hand liggende consequen ties te trekken. De minister beperkt zich naar ons besef nog te zeer tot de mededeling, dat alles zo bescheiden mogelijk is gehouden. Daarnaast kaatst hij de bal van het verwijt terug door de simpele constatering, dat het vaak de volks vertegenwoordiging zelf is, die op grotere uitgaven aandringt. Nu moet weer worden toegegeven, dat dit laatste ook meermalen het ge val is. Wij hebben al eens de gedachte bepleit, dat iedere Kamerfractie, van welke partij ook, behoort te zorgen voor een bekwaam „minister van fi nanciën" in haar midden, die gekend dient te worden in alle verlangens van de fractie. Zoals van elk departe ment de geldelijke verlangens lopen over de minister van financiën, zo diende iets dergelijks het geval te zfjn bij de partijen. £)IT kan dus worden toegegeven: De volksvertegenwoordiging, die bij de regering op matiging aandringt, behoort de regering niet te spoedig tot meer uitgaven te verleiden. Maar wij hebben de indruk, dat de minister zich van dit argument weer net iets tè gemakkelijk bedient. Waar bij dan nog komt, dat de rijksbegro ting de laatste jaren toch al meer het karakter heeft gekregen van een glo bale prognose. Er hebben zich de laatste jaren immers nogal aanzien lijke verschillen geopenbaard tussen de aanvankelijke ramingen en de defi nitieve opbrengsten. Dit moet leiden tot de vraag, in hoeverre een ernstige behandeling van de begroting nog waarde heeft. Wij mogen niet voorbijzien hieraan, dat de financiële begroting nog altijd het karakter draagt van een wet, en wel een wet waarbij de Staten-Gene- raal aan de regering de nodige kre dieten verlenen. Dat vereist reeds een zekere eerbied in de behandeling, van de kant van de volksvertegenwoordi ging, maar niet minder van de kant van de regering. J^JIT alles betreft dan dc hoogte van de staatsuitgaven. Het andere raagstuk, dat van de efficiency, speelt daar doorheen. Een Kamerlid mening zijn, dat voor een be paald doel een bedrag behoort te worden uitgetrokken en dat dit ook mogelijk is, mits in heel het financiële beleid meer dan thans de efficiency wordt betracht. Het schijnt ons toe, dat de minister, wanneer hij de bal van het verwijt der hoge staatsuitgaven naar de volks vertegenwoordiging terugkaatst, dit laatste nog wel eens spoedig uit het oog verliest.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 2