Israël herrees als uit de dood
E
Met
Op 15 Mei 1948 werd profetie van
Ezechièl werkelijkheid
ENTOSORBINE
DONDERDAG 6 OCTOBER 1955
Til ET is al weer enige jaren geleden, dat ik tijdens een reportagereis
een bezoek bracht aan het laatste Jodenkamp in Duitsland, het
enige in West-Europa overgebleven ghetto en daar in de verzengende
hitte van een onbarmhartig schijnende zon een bevolking aantrof,
zó apathisch en zó volkomen uitgedoofd als ik nog nimmer in mijn
leven had ontmoet.
Het was in 1952 te Föhrenwald, niet ver van Münrhen, een kamp
aan de voet van de Beierse Alpen. Wat ik in dit ghetto aantrof, was
niet meer dan een verzameling van menselijke wrakken, gesloopt
door tuberculose, lijdend aan de gevolgen van in de concentratie
kampen opgelopen verminkingen, psychiatrische gevallen en maat
schappelijk niet meer aangepasten. Zij waren een restant, waar de
Duitse regering geen raad mee wist. Het was een rest, die niet meer
in staat was het land, dat hen geestelijk had vermoord, te verlaten.
Zij waren ziek en zwak en oud. Zij waren overal ongewenst. Zij wa
ren Joden, Joden, zonder hoop en uitzicht
had mij gegrepen en het liet mij
niet meer los. v.
pijnlijk gevoel bekruipt. Het Joodse
volk heeft geleden, zeer geleden
zelfs, maar nog steeds pleegt men,
ook in ons land, over de Jood te
spreken met een gevoel van, ja ik
zou haast willen zeggen „verach
ting". Ik mag mijzelf dan niet een
anti-semiet noemen, ik weet niette-
dat dit anti-semitisme duizenden
ons volk in zijn ban heeft ge
slaan en vernielen kan, zonder dat
men daarmede de hevigste mense
lijke reacties oproept en zich de
toorn van de Schepper op de hals
haalt.
Het is diep beschamend, dat dit
in deze tijd nog gezegd moet wor
den. Zeker, wij zullen deze en der
gelijke gevoelens nimmer snel aan
de openbaarheid prijs -geven Wij
weten maar al te goed, dat de Joden
in onze maatschappij volkomen ge
lijkgerechtigd zijn. Maar diep in
hun hart voelen velen een merk
waardig anti-Joods gevoel sluime
ren, waaraan zij alleen als .goede
vrienden onder elkaar" wel eens
uiting plegen te geven. Het is het
anti-semitisme, dat hen er bijna
toe brengt om in de Jood een wezen
IK moet u bekennen, dat mij
deze aanblik tot in het hart
heeft gegrepen. Het gevoel van
volslagen hulpeloosheid waar
onder deze Joden gebukt gingen,
de trek van verbittering in hun
door het lijden gegroefde gezich
ten, hun bevende handen en de
door
I WERNER SPRUIT
ziekelijke kinderen die uit hen
geboren waren, zij plaatsten mij
plotseling met een bijna verblin
dende slag voor het wreed realis
tische beeld van de door de
eeuwen heen vervolgde Jood.
NIMMER had ik mij met het
Joodse probleem ingelaten.
Nimmer had ik mij voor Joodse
zaken geïnteresseerd. Zelf ben ik
geen Jood. Maar toen, op die dag
te Föhrenwald, was het alsof een
onzichtbare hand mij vastpakte,
door elkaar schudde en tot een
bezinning bracht, waartoe ik
anders wellicht nooit zou zijn
gekomen. Het Joodse probleem
Vers in cellojaan
Ik las er over, sprak er over,
dacht er over, trachtte het te be
grijpen en begon steeds meer
hoe kon het ook anders belang
stelling te krijgen voor wat voor
mij een phenomeen van unieke
betekenis werd, de staat Israël.
Israël een staat die voor een
periode van 2000 jaar eenvoudig
van de kaart wèggevaagd is ge
weest, een land, waar practisch
niets meer herinnerde aan de tijd,
dat het de geboorteplaats van
twee wereldgodsdiensten, het
Jodendom en het Christendom is
geweest. Israël, welks inwoners,
ondanks de geweldige erfenis die
zij de wereld hadden nagelaten,
te vuur en te zwaard verstrooid,
vervolgd en vernietigd werden.
1SRAË1, een volk waaraan wij
nimmer meer goed kunnen
doen wat wij het misdeden: Thans
weer een natie, als uit de dood
herrezen. „Zie, ik breng geest in
u en gij zult herleven. Ik, zal
spieren op u leggen, vlees op u
doen komen, u met een huid over
trekken en geest in u brengen,
zodat gij herleeftsprak eens
de profeet EzechiëL Op 15 Mei
1948 met het uitroepen van de
nieuwe Joodse Staat, begon deze
profetie in vervulling te gaan.
■pERWIJL ik deze regel schrijf,
zit ik op een vouwstoeltje
onder een brug te Parijs. Maar
Parijs kan me op dit moment niets
schelen, ik ben
Een jong journalist, die de problemen
van het volk Israels monsterachtig groot
op zich voelde afstormen, zocht voor
zichzell een oplossing van het raadsel:
JTat is een Jood?" Zoals deze Werner
Spruit zelf zegt, is dit eigenlijk een
onwaardige vraag, die bij velen van ons
een merkwaardig anti-Joods gevoel in
de Irnrten wakker roept, want het anti-
dood.
Spruit heeft zich verwonderd,
over de hele wereld ver
wenlsng verdrukt volk de
kon opbrengen onder de
omstandigheden de nieuwt
e stichten. Hü ging naar Israël
zien, hoe het Joodse volk daar
lie bouwde en hij schreef daar
artikelenreeks, die wjj vandaag
e bladzij beginnen: „Een jong
wereld voor problemen, die om ge
keerd evenredig zijn aan zijn om
vang. En dat vooral door zijn lig
ging aan de rand van het enorme,
van haat jegens de Joden vervu.de
Arabische blok.
De grensincidenten aan Israels
grenzen, hoewel hevig en veelvuldig,
zijn nog maar een zwakke afspie
geling van de woede der Trans-Jor
daanse, Libanese, Syrische en Egyp
tische Arabieren die de Joden, zodra
zij er kans toe zien, over de kling
jagen. Men beschouwt hen nu een
maal als indringers en vanuit hun
standpunt bezien wellicht terecht.
Diep gekrenkt door hun militaire
échec in de oorlog tegen de Joodse
staat, die zij niet vermochten te ver
nietigen zijn de Arabische staten
echter geladen met een verbijste
rend negativisme, een negativisme
Senator-rokers geven elkaar gelijk: over deze sigaar kan
i lang of kort praten, men kan veel of weinig vergelijken,
i de eerste heerlijk-zachte Senator vergelijkt men nóóit meer.
Fijnproevers zijn het er kortweg over eens»
öy<\» «Sa. (7-gMR. CaL\
„Ik zal spieren op U leggen, vlees op U doen kómen, U met huid
overtrekken en geest in EJ brengen, zodat gij herleeft", sprak de profeet
Ezechiel. Op 15 Mei 1948 begon deze voorzegging in vervulling te gaan.
De Joodse staat was herontstaan (Tekening Jos Speybrouck)
Het
men. 8<Met
eigen ogen zal
ik straks
wat er leeft
in het Joodse
volk, hóe het
nu eigenlijk
denkt en werkt
en vecht en streeft.
In de artikelenreeks die ik van
plan ben te schrijven zal dus bijna
uitsluitend gesproken worden over
„De Jood". Het is merkwaardig,
dat mij bij de gedachte hieraan een
slagen en het daarin vasthoudt als
een roofdier zijn prooi. Veel lezers
zal ik dan ook tegenover mij vinden.
Maar dat is niet erg. Het dwingt
mij zelfs om het Joodse probleem,
de Joodse Staat, onbevooroordeeld
tegemoet te treden. Ik zal proberen
eerlijk te zijn eneerlijk te
blijven.
Wat is een Jood
IJST POEL van de komende repor-
tages is onder meer te trachten een
antwoord te vinden op de vraag
,,Wat is een Jood?" Het is een af
schuwelijke vraag, *.en mensonwaar
dige vraag. Want een Jood is geen
,,het", een onzijdig ,tding" zonder
wil, waar men mee kan omgaan als
met een pop. Die men trappen,
van andere en liefst van lagere orde
te zien. Alleen het feit, dat wij een
volk met een nauw geweten zijn,
heeft ons er voor bewaard de weg
van Hitier, de Russische Czaren en
die van de Middeneuropese rege
ringen uit de vorige eeuw te volgen:
De weg van de discriminatie van
het Jodendom. En daarna de alge
hele vernietiging....
L1 EN ondubbelzinning antwoord op
■*-J de gestelde vraag is sinds de in
eenstorting van het Joodse Rijk niet
meer mogelijk geweest. Want hoe ter
wereld wil men een betrouwbare in
druk krijgen van een volk, dat over
een oppervlakte van millioenen vier
kante kilometers is uiteengespat en
dat altijd en overal in een uiterst
gevaarlijke minderheidspositie ver
keerde? Nimmer heeft de Jood zich
zelf kunnen zijn. Wijt niet-Joden
zijn daarvan de oorzaak geweest. Pas
op dit moment in de wereldgeschie
denis, nu de Joden hun eigen Staat
hebben gesticht en in steeds groter
getale daarheen trekken, is het mo
gelijk een antwoord te vinden. Hoe
dit in ons geval zal luiden? Ik weet
het niet. Wel heb ik er een vermoe
den van. Maar aan vermoedens heb
ben wij niets. Zij zijn alleen maar
gevaarlijk. Het gaat om de feiten..
LJOEWEL de staat Israël maar een
vlekje op de wereldkaart is, nog
niet eens de oppervlakte heeft van
een land als Nederland, stelt het de
Na 2000 jaren keerde het Joodse volk terug
De geschiedenis
van het het Joodse
Volk is een hoogst
merkwaardige. Er zal
wel geen mensenras ter
wereld zijn, dat na op
een Oosters wrede ma
nier uit zijn land ge
ranseld te zijn, zich
2000 jaar als volk heeft
staande weten te hou
den. Wat lag logischer
wijze meer voor de
hand dan dat de Israë
lieten, nadat het laatste
bloedbad in hun land
door keizer Hadrianus
aangericht, de wijk
zouden nemen naar
andere landen om daar,
volkenkundig gezien,
ten onder te gaan? Dat
dit niet is gebeurd, is
één der grootste raad
selen der geschiedenis
Het meest verbazing
wekkend is wel, dat de
Joden zelf keer op keer
getracht hebben zich te
assimileren. Men voelde
het Jood-zijn, vooral in
tijden van vervolging, als
iets onverdra gelijks en
het is dus een volkomen
begrijpelijk streven ge
weest, dat millioenen in
de loop der tijden hun
uiterste best hebben ge
daan om aan hun Jood
zijn, hetzij door huwelijk
met niet-Joden, hetzij
door Christianisering of
Mohammedanisering, te
ontkomen.
Deze slag, welke de ge
hele geschiedenis sinds de
dood van Christus heeft
gewoed hebben de Joden
echter volkomen verlo
ren. Wat zij ook probeer
den, hoe zij ook hun best
deden zich aan de omge
ving aan te passen, zij
bleven immer vreemdelin
gen en bijwoners en had
den het zwaard van de
rassenhaat altijd boven
hun hoofd hangen. Zeker,
er waren tijden, dat zij
geduld en soms zelfs ge
waardeerd werden. Maar
steeds weer herhaalde
zich dezelfde geschiedenis:
De vervolging barstte tel
kens weer los, zaaide dood
en verderf, dunde hun
gelederen en dreef hen
uit naar een ander land,
waar dezelfde tragedie
zich na verloop van tijd
herhaalde.
Het is opmerkelijk met
welk fanatisme de christe
lijke landen, al naar het
in hun kraam te pas
kwam, tegen de Joden
van leer zijn getrokken.
Hadden de Joden het on
der het Turkse regime en
in de Mohammedaanse
landen lang niet altijd
ideaal, in het vervolgen
van Joden was men er
veel gematigder dan in de
christelijke wereld.
In dit opzicht is de hou
ding der Arabieren ten
opzichte van de Joden,
toen de eersten het Iberi
sche schiereiland (Spanje
en Portugal) veroverd
hadden, klassiek. Gedu
rende de vijf eeuwen, dat
dit gedeelte van Europa
door de Mohammedaanse
wereld geregeerd werd,
beleefden de Joden daar
hun gouden tijd.
Maar zodra de christe
lijke beschaving terug
keerde en de Moren naar
de overkant van de Mid
dellandse Zee terugge
dreven werden, werd hun
positie met één slag on
gunstiger. In 1281 drukte
hun een Lateraans conci
lie van Rome het teken
der minderwaardigheid op
het voorhoofd en in 1478
was de hemel donker van
de rokende auto-dafé's,
waarbij de Joden b(j dui
zenden verbrand werden.
Het zou te ver voeren,om
de wandaden van een „ge
storven" Christendom, aan
de Joden begaan, op te
noemen. Psychologisch
zijn deze „christelijke
massamoorden" terug te
voeren op verscheidene
oorzakenwaarvan het
verschijnsel, dat het Jood
se volk, „leverancier" van
het christelijk geloof, zich
niet tót dat geloof wilde
bekeren, één van de voor
naamste is.
Hebben de Joden van
han kant dus alles ge
probeerd zich in de we
reld van de christelijke be
schaving te voegen, het
is onze "Westerse cultuur
geweest, die hun dit on
mogelijk heeft gemaakt.
Het resultaat van dit ge
weldige conflict is ge
weest, dat de Joden, over
het geheel genomen al
thans, van assimilatie heb
ben afgezien. Hun laatste
woord, reactie op de apo
calyptische massamoord
door Hitler, is geweest:
Wij moeten onze eigen
staat hebben. Een Joden
staat. En 20 keerde dit
volk terug. Na 2000
jaar!.
Wat er van een volk van „dorre doodsbeenderen" werdMet de
stengun aan de schouder helpt zelfs de vrouwelijke jeugd mee het
uitgedroogde, maar toch veelal vruchtbare land, te bewerken. Zo werkt
het volk van Israël enthousiast aan zijn toekomst.
dat in de huidige ontvlambare situa
tie het ergste doet vrezen: Oorlog!
In gezaghebbende Joodse kringen
is men cr van overtuigd, dat deze
oorlog onvermijdelijk is. Wanneer
deze zal uitbreken weet men niet.
„Het kan ieder ogenblik zijn", zegt
men. „Over een week, een maand of
een half jaar. Maar het kan ook
vandaag of morgen gebeuren".
Wat de gevolgen van een derge
lijke oorlog voor het Midden-Oosten
en misschien wel voor ons zouden
zijn, in hoeverre dan de Engelse
oliebelangen. de Amerikaanse poli
tiek en tenslotte de onberekenbare
houding van de Sovjet-Unie in dit
alles een rol zullen spelen, ligt in
de schoot van de toekomst verbor
gen. Veel goeds belooft het niet te
zijn.
Maar om eens te peilen in hoe
verre al deze sombere voorspellin
gen waarheid kunnen bevatten, is
een reis door Israël reeds volkomen
gerechtvaardigd.
Communisme in
Marokko actief
strijd
Vorklaar dp
uitzicht
In Marokko is niet alleen eet
tussen Fransen en Marokkanen i
gang, maar ook een worsteling zij hel
onder de oppervlakte om de macht
tussen de werkelijke nationalisten en de,
zich als nationalisten voordoende com
munisten. Het internationale communisme
is in Noord-Afrika en in Marokko in het
bijzonder, zeer ac
tief, hetgeen ook
weer niet betekent,
dat het de enige
factor is in de
strijd tegen de
Fransen. Toch zijn
er bewijzen, dat
het georganiseerde verzet in handen van
communistische agenten ls. De communis
ten blijven echter zelf bulten schot cn
laten de nationalisten de kastanjes uit
het vuur halen, om straks als Marokko
zelfstandig wordt een greep naar da
macht te doen.
In Algerije worden veelal de naar
Frankrijk op en neer reizende en naar
baantjes zoekende Algerijnen het slacht
offer van de Franae communisten. Soms
gaan zij naar Noord-Afrika terug met de
booschap der revolutie. De Franse com
munisten streven er openlijk naar, dat
heel Noord-Afrika onafhankelijk wordt.
Zowel in Marokko als in Algerije is de
communistische partij varboden, maar in
Marokko geeft zij een clandestien dag
blad uit en in Algerije heeft zij een net
werk van aanhangers.
In Marokko heeft de Istiqlalpartij de
overhand gekregen over de communisti
sche partij, de vakbonden en andere in
heemse organisaties. Maar het is de vraag
of dit zo blijft, wanneer het Diet gelukt
met de Fransen tot een accoord te komen.
Wat begonnen ls als een onafhankelijk
heidsstrijd, kan wel eens evenals in
Indo-China eindigen in een c
tische overheersing.
Kerkelijk belang
een (journalistieke) reis door '3-
raël de moeite waard is. En dat is
het belang van Israël in kerkelijk op
zicht Men mag de profetieën van
Jesaja, Jeremia en Ezechiël, betrek
king hebbend op de verrijzenis van
de Israëlische Staat, uitleggen zoals
men wil, wij ontkomen in Nederland
niet aan de indruk dat de Kerk, zo
wel de Protestantse als de Rooms-
Katholieke, meer dan gewone aan
dacht aan genoemde Bijbelboeken zijn
gaan besteden. Allerwege ziet men'
een hernieuwde belangstelling voor
„Het land van de Bijbel" en voor het
Joodse Volk ontstaan en men volgt
de politieke en religieuze ontwikke
ling in het Midden-Oosten met stij
gende belangstelling.
Ook daarom achtten we het gun
stig een reis naar Israël te onder
nemen. Wij willen weten wat er on
der de Israëliërs leeft, hoe zij leven
en denken en trachten uit te vinden
welk geloof het is, dat hen in staat
stelt om met een ongelofelijke ener
gie te werken in een land dat onder
een voortdurende dreiging staat weer
verwoest te worden welks vrucht
baarheid door een geweldige krachts
inspanning, langzaam, maar onweer
staanbaar zeker teruggewonnen
wordt, opdat het eens weer zal wor
den „Een land overvloeiend van
melk en honing".
Van zulk een volk is het inder
daad de moeite waard te weten wat
zijn geestelijke achtergronden zijn.
diarrhee, bedorven maag, „kater".
Toch is het zo
VIOOLBOUW HIER
Zoal* bekend, ia Italië de bak*
van de vioolbouw. Ook Duitaland,
Frankrijk, België en Nederland heb
ben vioolbouwer* van grote kunde en
faam geleverd, maar in Italië heeft de
hoogste punt bereikt
althar
uiterlijk betreft. Had dit land
15o eeuw reeda in Brescia een bloe
de school voor vioolbouwers, die
rijke beroemde vertegen woord i
heeft voortgebracht,
de belangrijkste vai
alle was toch d<
school van Cremona
die geaticht wen
door Andreas Amati
hebben de*e veronderstelling echter
niet bevestigd, want de destijds ge
bruikte vernis blijkt in hoofdtaak te
bestaan uit een mengsel \an eolopho-
nium, lijnolie en terpentijnolie, stoffen
die we thans ook nog kennen en die
dus met vrucht toudrn kunnen worden
aangewend door degenen die de oude
vioolbouwer* willen imiteren. Bovendien,
als de taak ao eenvoudig waa, waarom
zouden de tijdgenoten van Stradivari,
die dezelfde vernis gebruikten,
hele
la Amati,
1684 op f
leeftijd *ti<
Hieronimus Amati Cretnonmis
Fecit Anno Salutic 16t,o
AntomusStradiuarius Cnemonenfis
Faciebat Anno 1715 fft.
klank i
detelfd.
de vio<
méér 1
van het instrument
en in de houtsoor
ten die daarbij ge
bruikt lijn. Dit
thewjjat het werk
ioolbouwrr
Vuil-
die in de
iale leerling An-
onio Stradiv
>olboi
heeft
alle tijd.
brUit"*de Cremoneae school is evenee
de beroemde vioolbouwersfamilie Gui
ueri voortgekomen, waarvan de vos
naamste va<j alle, Joaeph Guarneri d
Geau, icker even vermaard ia geworden
ala Stradivari. De lijst van grote viool
bouwer* in Italië ia voorts tó uiig.
breid, dat we werkelijk geen poging
tullen wagen haar bier af te drukken.
Het is wellicht veel belangwekkender
eens iets te zeggen over de warme,
volle toon, die in violen van de oude
stempel door kenner* beluisterd kan
worden. De bijzondere klank is door
ak torg.
■nil die
Stradiv
1 de 17e
1 18e
r doo
chemische onder
werk van
vioolbouw,
de 17e es
beroe
geworden door
zijn getrouwe co-
sn de violen van Stradivari
ri. F.n dit bewijst trvena het
de belangrijkste Nederlandse
rr Hendrik Jacobsz, die in
lenten desondank* de vergeljj
«armee konden doorstaan. Ver
nr van de door hem geraaaktr
hadden ren tó sterke Italiaan
tchte Ara
•violet
violet
inslag, dat i
doorgingen. Desondanks werkte hij bij
de bouw volgens andere principes, zo
it de deskundigen, zodra tij de ka
.ktenstiek van zijn werk beter leer
den kennen, menige vergissing hierover
inden herstellen.
En weel u wat bet voornaamste boot
voor die dure violen? Vurenhout'
Daarover een volgende keer.
'Nadruk verboden!.