NAALD, PLAAT
Opvoering van toneelstuk inleiding tot bloedige opstand
4
ZONDAGSBLAD 27 AUGUSTUS 1955
Verzoek om besiuursscheid ng leidde ioi definitieve breuk
HONDERD vijf en twintig; jaar ge
leden, op de 25e Augustus 1830,
de dag na de 58e verjaardag van ko
ning Willem I, verwekte de opvoering
van de opera ,,La Muctte de Portin",
waarin de opstand der Napolitanen in
1648 tegen Spanje ten tonele werd ge
voerd, onder het publiek een grote op
winding. die zich na afloop van de
voorstelling aan de menigte op straat
mededeelde.
Koning Willem 1.
De opgezweepte menigte trok eerst
naar het huis van de minister van
justitie, mr, Cornelis Felix van Maa-
nen, die in Brussel minstens even ge
haat als gevreesd was en op wiens
verwijdering uit' Brussel door de Bel
gische pers al geruime tijd was aan
gedrongen. Nadat zijn huis geplun
derd en in brand gestoken was, ging
de woning van de al even-
1825 in de Nederlanden verblijf hield
en kans had gezien in 1829 leider van
het regeringsdagblad ,.Le National"
te worden. Zijn huis onderging
hetzelfde lot als dat van Van Maanen,
terwijl andere gebouwen werden be
dreigd.
Toen bleek, dat het garnizoen niet
ingreep en zich slectïts bepaalde tot
de bewaking van de paleizen, vormde
de Brusselse burgerij een gewapende
burgerwacht, die weldra meester in
de stad was. Het Nederlandse gezag
was daardoor aan de kant gezet en
de Brabantse vlag, het zwart-geel-
rood, werd op het stadhuis uitgesto
ken
De leiding der opstandige beweging
was met de burgerwacht in handen
gekomen van de gematigden, die
slechts herstel van grieven, geen af
scheiding van Noord-Nederland wil
den, zodat een minnelijke schikking
gustus werd door de minister van jus
titie Van Maanen aangedrongen op het
onverwijld nemen van krachtige
maatregelen, maar koning Willem I,
die dit standpunt niet deelde, ont
sloeg op de 3e September zijn minis
ter van justitie en riep eerst tegen
de 13e September de Staten-Generaal
bijeen. Door het uitblijven van maat
regelen kon de opstand zich inmiddels
uitbreiden tot Luik en andere steden.
DE koning zond zijn beide zoons,
kroonprins Willem en prins Fre-
derik met een leger naar Brussel om
zich van de toestand in het zuiden op
de hoogte te stellen en te trachten de
orde te herstellen. De 31e Augustus
kwamen deze troepen uit Vilvoorde
aan, waar de beide prinsen nog de-
elfde dag een ondehoud hadden met
Hier ontving hij de 3e September
een deputatie, die hem te kennen gaf,
dat men een administratieve schei
ding wenste, waarin de kroonprins,
die van een verzoenende houding
meer heil verwachtte dan van een ge
welddadig optreden, niet alleen toe
stemde, maar dit ook bevestigde
door het uitgeven van een geruststel
lende proclamatie. Een bestuursschei-
ding tussen noord en zuid Nederland
had toen de moeilijkheden waarschijn
lijk nog kunnen oplossen. De bedoe
ling van de Belgen was dus een soort
het Huis van Oranje, echter niet ko
ning Willem I, maar onder de kroon
prins, die maar weinig was ingeno
men met het bestuur van zijn vader
en die door zijn langdurig verblijf te
Brussel zich minstens evenveel Belg
als Nederlander voelde.
De kroonprins keerde, vergezeld
van Charles Joseph, hertog d'Ursel,
oud-burgemeester van Brussel en
commissaris-generaal van Binnen
landse Zaken onder koning Willem I,
naar 's-Gravenhage terug om als be
middelaar op te treden, terwijl prins
Frederik zijn hoofdkwartier naar Ant
werpen verplaatste in afwachting van
de beslissing van de koning. Deze
bleek evenwel niet bereid aan de ver
langens van de Belgen te voldoen; de
enige toezegging welke hij wilde doen,
was de vraag voor te leggen aan de
Staten-Generaal, die hij tegen de 13e
September bijeen geroepen had. Dit
uitstel deed België, dat voor zijn per
soon reeds verloren was, ook voor
het huis van Oranje-Nassau verloren
gaan.
voor de Belgische opstand
hoofd van het Departement van Oor
log stond, met zijn troepen in de bo
venstad van Brussel, maar reeds na
vier dagen van zware verliezen be
sloot hij tot de terugtocht omdat hij
verder bloedvergieten op de barrica
den van de benedenstad wilde voor
komen. Hij verzuimde evenwel deze
barricaden des nachts, toen ze onbe
waakt waren, te bezetten.
Inmiddels had zich op de 26e Sep
tember een Voorlopig Bestuur ge-
terug op Antwerpen, dat met Maas
tricht, onder bevel staande van gene
raal B. C. J. baron Dibbets, het enige
steunpunt was, dat in het zuiden was
overgebleven.
In de vergadering van de Staten-
Generaal van de 29 September was
de vraag, of een administratieve
scheiding wenselijk was, door de
grote meerderheid der zuidelijken be
vestigend, door die der noordelijken
ontkennend beantwoord. De koning
zond daarop kroonprins Willem naar
Antwerpen om het bestuur over die
gedeelten der zuidelijke gewesten,
waar het gezag van de koning zich
nog kon doen gelden, op zich te ne
men. De 4e October kwam hij te
Antwerpen aan en reeds de volgende
dag vaardigde hij een proclamatie uit,
koninq wiLLem i
wist niet van
toegeven
waarin allerlei hervormingen werden
toegezegd en waarin hij zich bereid
verklaarde koning van België te wor
den, waaraan koning Willem I toen
zijn instemming had verleend. Een
maand tevoren zouden deze conces
sies misschien de voortgang van de
revolutie hebben kunnen stuiten nu
echter was het te laat.
Want het Voorlopig Bestuur te
Brussel had juist de dag tevorc», dus
op de 4e October, België tot een on
afhankelijke staat geproclameerd en
tevens een commissie benoemd om
een grondwet te ontwerpen, welke
vervolgens aan de goedkeuring van
een bijeen te roepen Nationaal Con
gres zou worden onderworpen.
GESTEUND door enkele pronvnen-
ten in het zuiden trachtte de prins
nu België voor het huis van Oranje-
Nassau te behouden door op eigen
gezag nog verder te gaan met te ver
klaren, dat hij de onafhankelijkheid
van België erkende en zich aan het
hoofd der beweging te stellen in de
provinciën, welke hij bestuurde. Maar
nu eiste het Voorlopig Bestuur, dat
afgcvanrdigden van de Brusselse bur
gerwacht. Dc prins van Oranje deelde
nun zijn voornemen mede de volgen
de dag met zijn troepen de stad te
zullen binnentrekken, maar toen dit
bekend werd, ontstond er te Brussel
een hevige deining onder de bevol
king, Overal werden inderhaast barri
caden opgeworpen, zodat nog dezelf
de avond een tweede deputatie bij de
prins verscheen, die hem wist te be
wegen dat hij zonder troepen in de
stad zou verschijnen.
Slechts vergezeld van een aantal
•tafofficieren, deed de kroonprins op
de le September sijn intocht te Brus
sel. omringd door een hem vijandige
menigte. Toen zijn paard, dat schich-
tig was geworden, een der omstan
ders kwetste, verkeerde zijn U-ven
melfs In gevaar. Maar gelukkig kon
hij zich als Belgisch onderdaan zou
beschouwen en zijn aanspraken op de
kroon van Noord Nederland zou op
geven.
Dat weigerde hij en omdat hij ver
der gegaan was in zijn toezeggingen
dan de koning bedoeld had, werd hij
van zijn post terug geroepen. De 25e
October verliet hij Antwerpen weer,
bij beidé partijen uit de gunst ge
raakt. In het noorden, waar zijn han
delwijze algemeen grote veront
waardiging had gewekt, durfde hij
zich nauwelijks te vertonen en daar
om verbleef hij aan de Moerdijk,
waarna hij op de 2e November naar
Londen overstak om daar de con
ferentie der vijf grote mogendheden
over de Belgische kwestie bij te wo-
Onmiddellijk na het vertrek van de
kroonprins uit Antwerpen kwam ook
deze stad in opstand. Uit de citadel,
door de opstandige Belgen bedreigd,
begon generaal David Hendrikus
Chassé, bijgestaan door een flottille
op do Schelde onder bevel van de la
tere schout-bij-nacht Jan Coenraad
Koopman een hevig bombardement
op de stad, waaraan eerst een wa
penstilstand op de 30e October een
eind maakte. De koning had intussen
al op de 5e October zijn getrouw ge
bleven onderdanen in het noorden
onder de wapenen geroepen ter onder
drukking van de opstand.
Het zuiden verbrak definitief de
band, zowel met het noorden als met
het huis van Oranje-Nassau. Het Na
tionaal Congres der Belgen, op de 10e
November bijeen gekomen onder
voorzitterschap van de Frans gezin
de E. L. baron Surlet de Chokier be
vestigde op de 18e November de on
afhankelijkheid van België, welke op
de 4e October door het Voorlopig Be
stuur was geproclameerd.
Daarmede was de eerste faze van
de opstand der Belgen, die eerst in
1839 bij het z.g. Eindvcrdrag tot de
definitieve scheiding van Nederland
en België leidde, afgesloten. Bange
dagen, maanden en jaren zouden
nog volgen...
Welleruslen
Daniël 2 19.
MET die welgemeende wens schei
den wij 's avonds van elkaar.
Maar van een rustige slaap komt bij
velen vaak niets terecht. Omdat wij
ome zorgen meenemen naar bed. Als
de schakelaar is omgedraaid, verme
nigvuldigen zich onze gedachten. Bij
ieder mens verschillend. B\j een ko
rting anders dan bij een dagloner. Maar
élk hart heeft zijn smart.
Koning Nebucadnezars gedachten
gingen er naar uit wat hierna geschie
den zou gedachten aan overwinningen,
machtsuitbreiding, of zijn rijk wel be
stand zou zijn tegen vijanden enz.
En h(j droomde zijn monarchiecndroom:
het beeld van goud, zilver, koper, ijzer
en leem en van die steen die alles ver
brijzelde. Wat zouden de goden want
dromen is voor de oosterling geen be
drog hem daarmee te zeggen heb
benHij kon niet meer slapen. Hij
beidde de morgen om bij de intellec
tuelen der rr\agische en occullische we
tenschappen de uitlegging te verne
men. Maar hij kreeg die niet. Integen
deel: zij, die de pretentie voerden in
verbinding te staan met de goden,
moesten hun onmacht erkennen.
Toen probeerde Nebucadnezar rust
te krijgen door der wijzen zielen geen
rust te gunnen in het dodenrijk: die
naren, hak ze allen in stukken!
Welterusten, Nebucadnezar
De onrust van Nebucadnezar had
zeer ernstige gevolgen voor de kleine
kerk in ballingschap: de vier getrou
wen, Daniël. Hananja, Misaél ,-n
Azarja.
De beul verscheen met z\jn exploit
ook by hen.
Bij Daniël echter geen paniekstem
ming. hoewel het zwaard van Ar joch
aan een zijden draad boven zijn hoofd
hing.
H\j roept zijn drie vrienden. Niet
om een ontwluchtinpspopinp te bera
men, noch om een plan ron omkoperij
in elkaar te zetten, ook geen conferen
tie met de nog in leven zijnde wij
zen Neen, Daniël weet een andere
en betere weg. Als Nebucadnezar klopt
op de deur van Daniëls kamer, gaat
Daniël kloppen aan de poort des he
mels. Wat Nebucadnezar niet wist.
weet Daniel: God is een toevlucht voor
de Zynen. Gy Here z\jt een schild, het
ZONDAGSBLAD 27 AUGUSTUS 1955
Via
^ÏYlozartó ^iooanni" in sublieme uitvoering
OP de derde etage
huis aan Je smalle
het burger-
huis aan Je smalle Getrcidegas^c 9
te Salzburg werd op 27 Januari 1756
des avonds om acht uur Wolfgang
Amadeus Moz.an geboren, zoon van de
aartsbisschoppelijke hofmusicus Leopold
Mozart en diens echtgenote Anna Maria
Pertl. Het is dus binnenkort 200 jaar
geleden, dat een der grootste componis
ten geboren werd en heel de wereld
maakt zich op om volgend jaar Mocart-
feesten te organiseren.
In het bijzonder natuurlijk Salzburg,
waar Mozart van zijn 35 levensjaren er
25 doorbracht. De laatste tien jaar van
zijn leven was Mozart in Wenen, waar
hij zijn ..Figaro's Hochzeit", zijn ,,Don
Giovanni", zijn ..Zautoerflöte". zijn gro
te symphonieën, zijn strijkkwartetten
en zijn Requiem schreef. En waar hij
op 5 December 1791, 's nachts om vijf
minuten voor één uur, stierf. Zijn laat
ste aardse woning was de eerste etage
van het huis aan de Rauhensteingasse
Wenen.
„Don Giovanni"
ag wel als bekend wor-
i tekening
Prof. Rudolf Moralt, d
Richard Strauss en dirigent
„Don Giovanni".
Niet alleen echter zullen er overal
Mozart feesten zijn en geeft de Inter
nationale Mozartsticbting in Salzburg
een heel nieuwe uitgave van zijn wer
ken, ook de gramofoonindustrie her
denkt Mozart.
PHILIPS verschijnt met een Mozart
Jubilee Edition", waarbij gestreefd
wordt talrijke werken van Mozart op
een artistiek zeer hoog peil te doen op
nemen. Voor deze daad kan men Phi
lips dankbaar zijn; het is een daad die
niet alleen van durf getuigt, maar ook
van liefde tot de kunst van deze genius
der muziek.
Een der belangrijkste uitgaven van
deze .Mozart Jubilee Edition" van
PHILIPS is ongetwijfeld de zo juist
verschenen opname van Mozarts groot
ste en wellicht sterkste werk, de opera
„Don Giovanni" (drie langspeelplaten
A 00280-82 L>. De platen zijn verpakt
in een prachtige met gouden letters en
een grote kleurenfoto van de opvoering
versierde doos. Tevens bevindt zich in
de doos een volledig tekstboek (Italiaans
Frans. Engels en Duits) met foto's en
heil is des Heren, Uw zegen is over
Uw volk. Als ge in nood gezeten, geen
uitkomst ziet, uiil dan nooit werpeten;
God verlaat u niet.
Daniël neemt zijn toewlucht tot God,
in het gebed.
Zie! een bidstond van vier mannen;
zwakke mensen, maar sterk in het ge
loof. Het gaat hier immers niet aller
eerst om eigen leven, maar om de ere
Gods, om het koninkrijk van Israels
God, ten tliepst om Christus cn de
antrchrist.
Zij worstelen met God om het on
mogelijke: met hun gevouwen handen
gaan ze in hef geloof het geheim van
Nebucadnezars droom uit Gods han
den wringen. En dat kan God laat
peen bidder staan. Roep Mij aan in de
dag der benauwdheid en Ik zal u er
vit helpen. Klop en u al worden open
gedaan. Wie bidt die ontvangt.
Na het gebed gaan ze slapen. Rustig.
Met de dood voor ogen en toch
ik lag en sliep gerust, van 's Heren
trouw bewust
Welterusten, Daniëltoen werd
Daniël in de dróóm de verborgenheid
geopenbaard.
Kan dat nog? Ondanks alle onrust in
en om ons heen, rustig slapen
Ja! Petrus deed het ook en Paulus,
en velen na hen.
Niet praten, niet klagen, maar bid
den helpt. Alléén én met je vrienden.
Laat de „wereld" en ook raak eigen
„kerkmensen" dat maar gek vinden.
God vindt het helemaal niet gek. Hp
tril juist dat w\j bidden rullen.
Des Heren engel schaart een onrer-
trinbre hemelwacht, rondom hem die
Gods wü betracht.
Welterusten, kind van God.
een zeer waardevolle toelichting van de
befaamde Salzburger Mozartkenner prof.
Bernhard Baumgartner. Een werkelijk
unieke uitvoering dus, alleen om het
uiterlijk al een waardevol bezit.
XJET meest waardevolle is echter de
wijze, waarop Mozarts werk in die
smalle groeven van de gramofoonplaat
is vastgelegd, waarop solisten, orkest
en koor o.l.v. prof. Rudolf Moralt heb
ben gewerkt en waarop de Pl.ilips-tech-
nici zich van hun verantwoordelijke
taak hebben gekweten. Deze uitgave
van de gramofoonindustrie is wellicht
het grootste monument, dat men voor
het Mozantjaar kan aandragen, een
monument dat blijft
zal kunnen
velk beeldje
Het gegeven v:
(„Don Juan") n
den verondersteld. Het is
van een door een onverbiddelijk
gedrevene, waarbij „Leichtsinn" en
„Tragédie" een even grote rol spelen.
Het is een drama, maar ook een scherts.
In zijn bravour en zgn. levensdurf
zegt Don Giovanni als zijn hefdesphilo-
sofie te aanvaarden: ,,Chi a una
fedclc, verso l'altre crudele"
vertaald: trouw aan één vrouw is on
recht aan alle anderen), maar aan de
andere kant is er bij hem de tragiek
van het gedreven worden. Dirigenten
die in dit werk alleen maar een lach
zien, vergissen zich, evenals zij die al
leen maar een traan horen vallen. Een
mensenleven wordt ons hier getekend
met zijn tegenstrijdigheden, niet alleen
maar een oppervlakkige plezier-maker.
Dirigent Rudolf Moralt, de 53-jarige
in Munchen geboren neef van Richard
Strauss, heeft dat alles bijzonder goed
aangevoeld in deze Philips-opname met
het Weens Symphonie Orkest en het
Wiener Kammerchor. Deze vertolking
is de realisatie in klanken van Mozarts
sprankelende geest en van zijn eigen
tragiek. Tijdens de arbeid aan de „Don
Giovanni" verloor Mozart zijn beste
vriend graaf Hatzfield en even later
zijn vader. Dat was op 28 Mei 1787. op
29 October van dat jaar ging in het
StSndische Theater te Praag de wereld
première van de „Don Giovanni". De
ouverture tot zijn opera schreef Mozart
in de nacht van 27 op 28 October, zo
dat het orkest in Praag maar enkele
uren kreeg om die ouverture te repe-
H LS we zo naar de gegevens van
prof. Paumgartner nagaan wie
de solisten bij die eerste opvoering in
1787 geweest zijn, dan blijkt, dat ook
in dit Mozart-werk de partijen tegen
woordig vaak te veel door ouderen wor
den gezongen. Voor de titelrol had Mo
zart toen de 21-jarige lichte bariton
belangrijkste solisten bü de opvoering ran Mozarts „Don Giovanni".
George London (Don Giovanni), Graziella Sciutti (Zcrlina), Hilda
Zadek (Donna Anna) en Sena Jurinac (Donna Elvira).
Luign Bassi en voor Donna Anna de
24-jarige mooie en slanke „jugendlich-
dramatische" hoge sopraan Teresa Sa-
poriti. die in 1869 op 106-jarige leeftijd
in Milaan overleed. De Elvira-vertolk-
ster was iets ouder cn een meer dra
matische sopraan Catarina Micelli. De
vrouw van de directeur van het Praag
se theater, Tcresina Bondini, zong dc
rol van het boerenmeisje Zerlina.
Het is opvallend, dat men tegen
woordig voor dc Donna Anna vaak de
oudere en meer dramatische zangeres
neemt en voor de Donna Elvira de jon
gere, meer lyrische. Zo ook bij deze op
name. De 37-jangc in Bromberg gebo
ren sopraan Hilae Zadek, die debuteer
de als Aida in Verdi's gelijknamige
opera, zingt hier dc Donna Anna en
de 33-jarige in Travnik «Joegoslavië»
geboren Sena Jurinac, die debuteerde
als Mimi in .La Bohème" van Puccini,
de Donna Elvira Men zou zich de rol
verdeling ook omgekeerd kunnen inden
ken. Doch ondanks dit zijn beide ver
tolkingen zo groots en zo muzikaal, dat
het luisteren er naar een belevenis ge
noemd kan worden. Speciaal wel de
zang van Sena Jurinac, die ik al enkele
jaren geleden een der grootste zange
ressen van de wereld noemde, Ook Hil-
dc Zadek echter heeft haar uiterst zwa-
Anna-partij meesterlijk voorgedra-
nieuw had moeten worden opgenomen.
Zo is er ook in de overigens voor
treffelijk en bekoorlijk door dc jonge
Italiaanse sopraan Graziella Sciutti ge
zongen Zerlina-partiJ een aria (no. 13:
..Batti, batti, o bel Masctto") die door
de opname plotseling een geheel ander
kleurkarakter kijgt. Het is alsof er
hier een inlas is gebruikt, die andc-rs
werd opgenomen De grootste bewonde
ring kan men hebben voor de titelroi-
vertolking van George London (in Mon
treal geboren als George Bernstein),
prachtig van uitbeelding en stemtype.
Eindelijk zingt hij de befaamde cham
pagne-aria ..Finch' han dal vino" in het
nodige, snelle, bruisende tempo. Naast
hem noem ik direct de jonge Weense
bas Walter Berry, die de partij van
Leporello niet alleen siibliem zingt,
maar als het ware hoorbaar speelt
Verder is de Canadese tenor Leopold
Simoneau een ideale Don Octavio en
Ludwig Weber, de 56-jarige Wener, een
prachtige II Commentatorc. Tenslotte
geeft de jongste van het gezelschap, de
26-jarige Wener Ebcrhard Wachter, de
rol van Masetto alle relief. Bij elkaar
dus een opname die met reden subliem
genoemd kan worden.
Subliem ook door dc wijze, waarop
de technici werkten, waardoor men door
middel van technische rcsonans-effec-
ten inderdaad het gevoel van ruimte
krijgt, van spel op een hee-1 groot to
neel. Wie deze Philips-opname beluis
tert en de opera kent, zal zJch in dc
zaal wanen waar het werk wordt opge
voerd, hij zal de jaloerse Masetto heen
en weer zien rennen, hij zal d; schalk
se verliefdheid van Zerlina voor zich
zien, hij zal het geëxalteerde van El\4ra
en de trotse waardigheid van Anna be
leven cn last net laest zal hij het zin
nelijke raffinement van Don Giovanni
ondergaan. Dit is vel het hoogste com
pliment voor deze Mozart-jubileum-op-
CORN BASOSKI.
*AAAftAAAAA*A*AAAAAAAAAAAAA*AAAA
Miebei bij de massajeugd
VOLKSWIJK
DE KWADE DRIFTEN
helpt om zo nu en dan eens met
een groepje van ongeveer twintig
kinderen een week lang ergens in
Nederland een onderdak te winden.
Wc zijn daar dankbaar voor. Als U
ergens in één wan onze grote steden
een jeugdleidster tegen komt, waar
van U al op het eerste gezicht zegt:
..Wat ziet die er nu toch echt dank
baar uit!" dan hebt U mij ont
moet. Maar één week is nochtans
niet lang genoeg. Weet U één week
geeft ons altijd de indruk dat we
ergens heel in de verte beterschap
zien schemeren, maar vóór het
daagt, zijn we al weer terug in de
volkswijk. We zouden langer buiten
moeten wezen met onze hummels.
Zó lang dat de driften van het ach
terland tot rust kwamen en dat er
een heel klein stukje nieuwe sa
menleving groeide!
O, die driften van het achterland.
Die kun je mooi samenvatten in
het liedje: Ieder mint zichzelf al
leen. ik is ik cn anders geen!"
maar dan is het nog veel te poëtisch
pezepd. De werkehikheid is vol
strekt niet dichterlijk. De werke
lijkheid is de meest barre realiteit;
hard proza op bonkende 1aarzen:
ijzerbeslag op cement!
Eerste drift: ,Jk toil alles doen
waar ik zin in heb". Twintig kin
deren, die er op uit gegaan zijn met
geen enkel ander doel dan elk indi
vidueel datgene uit te halen wat
thuis, op school en op de club om
i of andere reden onmogelijk
luisteren
een kudde zijn met (tuintip verschil
lende strevingen. Met als nader ge
volg dat er een week lang altijd
negentien kinderen zullen rondlo
pen, die boos, ku'aad. nijdig zgn om
dat ze hun zin niet kropen. „Bah,
je mag hier ook niks!"
Tweede drift: „Wat ik wil, moet
me voor alles lichamelyk toespre
ken Zo formuleren ze het
wel niet. maar zo is wel de alge
mene tendenz. De ouders zyn hen
hierin trouwens voorgegaan. Die
hebben zoweel karrevrurhten snoep
verstrekt dat een hele diergaarde
zich er ongans aan zou efrn En
Het behoeven geen in zichzelf hebben borendien nop de pelden ge
slechte lusten te zijn, die hen dry-
wen. Misschien willen ze rewen da
gen lang zwemmen, of balspelen
doen, of eten, of stoeien, of zo maar
niksen Maar in elk pewal staat bp
elk kind als een paal boven water:
dat wil ik en dat moet gebeuren.
En aangezien niet één kind ook
maar één seconde bereid is om te
foumeerd om eventuele hiaten aan
te vullen Zodat Corrie pal na elkaar
zes ijswafels verorbert a één kwartje
per stuk. als ze eventjes niet in de
gaten gehouden wordt. En zo dat
Jannie méér chocolade krijgt dan
goed voor haar constitutie blijkt te
rijn Maar wat kan men anders ver
wachten, als Rosalientje op haar
brief naar huis omtrent de fourage-
vreugden dit moederlijke antwoord
terug ontvangt„Fijn dat je zoveel
gein hebt. Maak maar reuse lol dat
deed je moeder vroeger ook. Nou
hoepel ik maar weer op. Honderd-
dnisend soenen van je Moeder!" Ja,
wat kan men dan anders verwach
ten?!
Derde drift: .J*est de leiding.'"
Misschien is er niets zo boeiend in
de wereld als het op stanp japen
wan hen. die zich bezig houaen met
het verzorgen van deze horde. Hei
is jammer dat het hun nooit gelukt,
maar ze doen tenminste hun uiterste
best Onder elkaar heten toe na
tuurlijk geen ,jvf": we spreken el
kaar aan als „juffrouw Pieters" en
zo. Maar de kinderen hebben het
steevast óók onder elkaar over
„Die meid wan Pieters". Met al de
afweer welke een volkswijk op
brengt tegen mensen, die naar in
zicht wan die wyk dik betaald
tvorden om kinderen te verbieden.
Met al de rancune-gevoelens jegens
een schijnbaar zeer bevoordeelde
klasse met gekke ideeën. Pest de
leiding! En pas als je teruggaat en
ze de kille maatschappij weer voor
rich ricn en weten hue anders het
daar is. worden ze sentimenteel en
verdrietig. Als een flemend poesje
bedelen ze dan.Juf, kom nou nop
eens naast me riften.' Toe nou.'"
Vierde drift.Zorg dat je niets
opsteektHet kind zegt: „Wat 'n
lollige boom, daar!" De leidster
zegt: .Ja, een khotwilgen
wil er wat wan vertellen Maar het
kind zegt rap „Dat ken m« niet
schelen!" Asjeblieft de dingen niet
by name noemen, asjeblieft je niets
eigen maken. Een lollige boom
dat is voldoende. De nadere definitie
ervan maakt topzwaar. Ze rullen je
thuis rien aankomen, als je ower
knotwilgen paai praten. Is dat kind
ewenfjes niet goed snik!
O geef ons een kamphuis, waar re
langer blijven kunnen.' Opdat toe de
kwade driften kunnen bestrijden
Een week dat is maar véél te
kort!
M1F.BEL.