Toon Verploeg
m
te
0
JH
-
WK
SJ
te
m
m
te
Les 26
2
ZONDAGSBLAD 23 JULI 1955
HET VACANTIEGELD VAN
UIT HET DAQBOEK VAN MINET
Deze dag begon heel rustig. Niks bizondrrs. 'k Ben de tuin eens rond
geweest, 'k HM» «-en wandelingetje over de schuttingen gemaakt. Maar 't was
overal een saaie boel. Toon ben 'k maar weer naar huis gegaan. In de keuken
stond m'n melk klaar, 'k Had echter niks geen trek. Toen heb ik In de kamer
m'n gewone plaatsje maar ingenomen. En daar zit je dan maar te zitten
De dag was warm en loom. 'Je Werd er slaperig van. Even vielen m'n ogen
dicht, 'k Geloof dat ik in dat ogenblikje waarempel nog gedroomd heb. Maar
op eens Wat hoorde ik daar in de keuken Ik was geiyk klaar
wakker en zat recht overeind. Ik keek en keek
Was ik wel wakker of droomde ik nog? Wat ik dft&r zag Nee,
heus dat was te mooi om waar te t|Jn 'k Heb al heel wat mee
gemaakt maar zó iets is me nog nooit overkomen.... Enfin: er was gelijk
werk aan de winkel En dat op ren dag, dat ik daclit niks blzonders te
zullen beleven
GEWOONLIJK was Toon Verploeg
de gemoedelijkheid zelve, maar
nu zat hij op zijn brommertje als
de vleesgeworden verbittering. En
dit nog wel met een volle week
bouwvakvacantie in het vooruitzicht!
De reden?
Diezelfde morgen ontdekte hij, dat
het niet langer mogelijk bleek de
vijver oo zijn kruin te camoufleren,
door zijn iele haardos er volgens een
zorgvuldig doordacht systeem over
heen te kammen. Bovendien kostte
het hem die morgen veel moeite om
zijn laarzen aan te krijgen, 't Buk
ken ging niet zo best de laatste tijd.
Zelf gooide Toon Verploeg dit op een
soort stijfheid in de gewrichten, doch
Dientje, zijn vrouw, hield vol dat
ie z'n buik in de gaten moest hou
den. Al met al, dingen, die een man
op een bepaalde leeftijd vermogen
kregelig te stemmen.
De schermutselingen op de vroege
morgen met 't haar op de schedel
en de vetzucht rondom het midden
rif vormden slechts de aanleiding
tot zijn knorrige humeur. De oor
zaak lag dieper. Het broeide al een
paar dagen bij Toon Verploeg. Hij
voelde zich miskend. Volgens hem ge
beurden er te veel dingen thuis waar
hij buiten stond. Er werden aanko
pen gedaan, beslissingen genomen,
plannen gemaakt, zonder dat ze hem
naar zijn mening vroegen.
,,Bah!" zei Toon Verploeg hardop
en trapte nijdig mee, hoewel het lil-
liputmotortje zich werkelijk tot het
uiterste gaf om hem met een snel
heid van om en nabij de vijfentwin
tig kilometer huiswaarts te voeren.
„Maar ze zullen het weten!" vervolg
de hij grimmig zijn alleenspraak. ,,Ik
ben alleen maar goed om loon af te
dragen, best, ze zullen er van lus
ten.. Annemieke, die kleine kat.,
al is ze honderdkcer overgegaan
naar de vijfde van de H.B.S., ze
krijgf geen cent meer van me los.,
en Kees hoeft niet om m'n brom
fiets te zeuren., en Dientje, ver
draaid, die speelde met de kinderen
onder één hoedje., 't Was onge
hoord cn ik maar krom liggen...
zuinig zijn., niet te veel roken.,
poeh! 't Zal veranderen.. Een les
je zal ik ze geven.. In de vacantie
ga ik dampen als een stoomboot..
Niet kijven of opspelen, nee het be
tere werk leveren! Ongenaakbaar
zijn. Ze zullen ervaren dat ze Toon
Verploeg niet ongestraft uit kunnen
rangeren!"
Tut zover was hij gekomen met
het aandragen van bouwstenen voor
de kille muur, die hij om zich heen
wilde oprichten, toen hij bemerkte,
dat hij rhythmisch zyn benen bewoog.
Hij staakte dit ijdele werk, waarop
het motortje prompt hartstochtelijk
begon te niezen, te proesten en te
pruttelen, een moment geheel ver
stomde, om daarna opnieuw haar le
vensvatbaarheid te bewijzen, door,
zij het wat reutelend, haar taak tot
huistoe vol te houden.
1* OON Verploeg zette zijn brommer
tegen de muur en schreed, be
wust van de centenaarslast-veront-
waardiging, die hij in zich meedroeg,
zwaar naar binnen, waar Dientje
hem letterlijk met open armen ont
ving. Hij liet zich dit welkom wel
gevallen alsof hij er zelf niet bij
was, waste zich luidzingend, at tame
lijk gedachteloos en zwijgzaam, ging
vervolgens breeduit in zijn stoel zit
ten en telde Dientje het weekloon
voor maar het extra vacantiegeid
bleef onaangeroerd in een apart vak-
ten™" I,jn P°rtc,cuille liegen wach-
Dientje, gevormd door bijna dertig
iaar huwelijkstrouw, stopte haar ver
bazing vlug weg achter een vriende-
lijfk lachje, doch besloot tegelijker
tijd ogen cn oren goed open tc hou
den.
Verploeg voelde reeds een kleine
genoegdoening. De verrassing bij zijn
vrouw was hem toch met geheel ont
gaan. Hij begroef zich in een krant
en bezag de beursberichten, hoewel
aandelen en obligaties nog nooit ver
der in zijn leven waren doorgedron
gen dan tot de rand van zijn denken.
In de keuken hoorde hij een fluis
terend gesprek van Dientje, Anne
mieke en Kees. Toon Verploeg gnif
felde om dit gedempte overleg. Het
was nog slechts het voorspel. ,,Dien!
Dientje!" riep hij hard.
Ze kwam.
,,Zeg, als je straks naar de win
kel gaat, breng dan drie dozen si
garetten mee, wil je?"
,,Drie tegelijk?"
,,Ja.. drie van vijftig stuks! Hier
heb je geld!" zei hij en wierp ach
teloos een briefje van tien op de ta
fel.
Dientje aarzelde alvorens het geld
op te strijken. Ze opende haar mond
om iets te zeggen, maar de krant
vormde een onoverkomelijke bar
rière.
,,Er is een brief gekomen," zei ze
eindelijk zacht.
„Van wie?"
„Van Martijn en Lies.. Ze willen
half volgende week komen met het
hele stel
„Dus weer geen rust met de va
cantie?" grauwde Toon. ,,'t Gebeurt
niet Dientje, hoor "je! Ik wil van
m'n rust genieten!" Hij verwachtte
tegenspraak, maar de enige, die wat
terugzei, was de kamerdeur, die met
een klik in het slot viel.
Ingespannen luisterde hij naar de
gesmoorde uitroepen in de keuken.
Straks zou Dientje natuurlijk terug
komen en vragen of het niet een
beetje veel was, drie dozen van vijf
tig tegelijk, 't Was eigenlijk ook
gekkeWerk, vond Toon zelf. En nou
had ie gezegd, dat Martijn en Lies
niet met hun huishouden mochten ko
men, maar dan zag ie z'n kleinzoon
Toontje ook niet en z'n jongste klein
dochter, Dientje, evenmin. Dat ver-
driette Verploeg meer dan hij zich
zelf wilde bekennen en hij begon
naar een oplossing te zoeken..
ZIJN gedachtenstroom brak af. An
nemieke kwam binnen. Toon Ver
ploeg was op z'n hoede en zag dat
de aandelen Philips vier punten ge
stegen waren.
Annemieke drentelde wat door de
kamer, 3treek toen pardoes neer op
de leuning van vaders stoel en legde
haar arm op zijn schouder
„Paps?" zei ze en vader Verploeg
beluisterde in dat ene woordje een
wereld van goedheid, maar met be
slistheid wierp hij deze wereld van
zich en volhardde in een ijzig zwij
gen.
„Paps?"
„Mm
„Ik wilde gaan zeilen met Karei.."
„Wat? Karei?.. Karei! Is dat die
magere spriet met van die lange be
nen?" bromde Verploeg.
„Vet is Karei niet, nee," gaf An
nemieke toe.
„De jongens van tegenwoordig, één
pot nat broodmager en chronisch
verliefd!"
„Dat., dat is niet waar.. Karei
is.
„Ja, toe maar!" sneed Verploeg
verdere bijzonderheden af.
„Ik wilde vragen of ik niet
niet.
„Niet wat geld los kon peuteren
zeker?" grimlachte Verploeg. „Je
hebt zeker niks om aan te trekken?"
„Geraden paps," lachte het meis
je en trok plagend zijn hoofd naar
zich toe. Dit werd een benard ogen
blik voor Verploeg. De muur van on
genaakbaarheid wankelde.. Zwakke
geur van viooltjes drong zijn reuk
orgaan binnen en de arm om zijn
hals was prettig koel, maar hij her
stelde zich bijtijds.
„Ik kan m'n geld beter gebrui
ken!" zei hij afgemeten.
De arm verdween uit z'n hals en
het meisje uit het vertrek.
TOON Verploeg wist dat hij zich
nu een overwinnaar moest voe
len. Het tegendeel was echter het
geval. Eerlijk gezegd vond ie 't niet
fair om zo over Karei te praten.
Tenslotte was hij, toen ie achter
Dientje aandraafde, ook maar een
spillebeen. „Anders dan nu," bedacht
hij en wreef nadenkend over zijn
bolle vest.
Toen stevende Kees de kamer in.
„Vader, vanmiddag kan ik de brom
fiets zeker al wel pakken?"
„Nee Kees, daar komt niks van
in., en volgende week ook niet."
„Maar., maar vader," stamelde de
jongen verward, „dat hadden we toch
afgesproken.. Ik zou toch de volgen
de week.
,,'t Kan wel waar zijn, maar 't kan
verkeren, zei Bredero.. Ik heb 't
ding zelf nodig. Om eens fijn te gaan
vissen en zo."
Sprakeloos droop Kees af.
„Ziezo," zei Toon Verploeg opge
lucht en wilde gaan rusten op x'n
lauweren. Toch was zijn vreugde niet
zo groot en diep al3 hij zich voorge
steld had en allengs dreven gedach
ten als wolken zijn brein binnen.
Wolken, die zyn zonnige hemel da
nig versomberden. Er viel een zaad
je zelfverwijt in z'n hart. Een zaad
je, dat zich met het verstrijken van
de minuten voorspoedig ontwikkelde
tot een machtige boom.
En terwijl de pendule op de schoor
steen onverdroten door ging met het
scheppen van verleden tijd, kwam
bij Toon Verploeg het verlangen om
de zaak op de een of andere manier
bij te leggen, 't Was niet mooi van
hem om alles in de war te schoppen.
Hij vouwde de krant dicht en be
peinsde zijn volgende stap, die moei
lijk zou worden, omdat 't een stap
terug betekende.
IN de keuken was het inmiddels ta
melijk stil geworden. Het kleine
gerucht van een pan of ketel, die
ZONDAGSBLAD 23 JULI 1955
7
Correspondentie betreffende deze
rubriek aan de heer W. Jurg,
Jan Luykenlaan 12. Den Haag.
Problemen met inhoud
IN deze rubriek beginnen wc de
zomeropgaven met een tweetal van
de uitnemende Wageningse componist
Van Zetten. Deze bestaan uit een slag-
wending, gevolgd door een eindspel,
beide malen een zeer fraai geheel.
De oplossers, die niet van eindspel
houden of er geen raad mee weten,
kunnen zich met deze vraagstukken
toch enig genoegen verschaffen door
alleen de slagzetten te zoeken en om
dat het zomer is zullen we u iets
van beide eindspelen verklappen. De
alotstand van no. 299 is nl. het motief
zwart 25. 33; wit 34. dam 24. Zwart
aan zet verliest na (2530) door 24x38
en 3849. In no. 300 ontstaat op een
gegeven moment de stelling: zwart 19,
28, 37; wit 47, dam 28. Zwart moet
hier wel spelen (3742waarna wit
wint door 47x38 (19—24). 28—37. (24—
301. 37—48, (30—36), 38—32. (38—40).
48—39, (40—45) en nu weer aan de
oplossers om de laatste (winnende) zet
voor wit aan te geven!
Bij-varianten behoeven niet te wor
den aangegeven. Als u de weg naar
deze motieven weet te vinden, dan
geloven we wel dat deze geen moei
lijkheden meer voor u hebben.
We hopen er op deze wijze in ge
slaagd te zijn de minder geroutineerde
oplossers de helpende hand te bieden
belangstelling voor
In de laddcrwedstryd is ons vaak
gebleken dat zij. die wel grote slag
problemen kunnen ontleden. zeer
moeilijk overweg kunnen met dit laat
ste onderdeel. Vaak vergist men zich
ook omdat men te veel varianten wil
opschrijven, wat niet nodig is. We
hebben daarom deze inhoudrijke pro
blemen voor de zomeropgaven be-
No. 301 tenslotte is een prachtig
slagprobleem dat op een zeer bekende
eindstand uitloopt.
In de volgende rubriek hopen we de
stand van de laddcrwedstryd te kun
nen publiceren.
No. 299. H. v. Zetten, Wageningen.
H II
WM. WM
pgg §g§
nh m
wm
Hg
M
m
m «l
M
m
0
m m
m
fS*
s
m
y%:
m
m
Mi
0 g
1 1
3Ü
ff
i?
m
m
Zwart: 8, 9. 13. 14. 17, 19,
Wit: 20, 23, 25, 28. 33, i
42, 45.
No. 300. H. v. Zetten.
1
m
m
i§
m
m
m
m
1
m
is
m
m
m
m
hl
m
m
m
m
B
m
M
m
„Telefoon voor jou"
dere schema's kunnen
den ondergebracht.
in a
1
m
m
m
f
m
mm
m
tSi
mk
m
m
e
m
WÊ
m
hf
ef
0
-j
m
o
hu
hl
ht
O
a
lite
mm
n
M
m
Ga
s
0
m
JÊ
1 PUZZLE -k I
1 VAN DE VA/EEK
^iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiNiiiiiiiiiiiiiiim
Kruiswoordraadsel
Zwart: 1, 6/8, 10, 11, 14, 16, 19.
30, 36. 45
Wit: 17, 21/23, 27/28, 32, 34,
Veelzijdigheid beloond
Het damspel is ondanks zyn schijn
bare eenvoud zo moeilijk en zo ryk
aan variaties dat zelfs zij die zich op
één onderdeel specialiseren. nimmer
uitgepraat raken. Om een sterk spe
ler te worden is het echter zaak zo
veel mogelijk van alle markten thuis
te zijn. Een voorbeeld van het feit
dat dit laatste zyn nut kan hebben
leverde ons de bekende Haagse eind
spelcomponist Schaaf, die als party-
speler eveneens zijn sporen heeft ver
letje is van zyn hand.
P. Schaaf, Den Hut
i
m
-
s
m
M
m
n
m
m
m
m
e
«w
m
m
\i
hl
m
m
m
h
mm mm
1. In vele gevallen is een
bloem rond een cirkel op
gebouwd zoals in -A-, cn
schikken de bloemblaadjes
zich om een middelpunt, zo
als ki B cn C. Dit alles is
heel eenvoudig te tekenen,
probeert u het maar eens.
Da4 men voor het schema
ook een driehoek gebruiken
kan ziet u in E, een sneeuw
klokje. en in F een kleine
campanula. Bijzonder inite-
is het zelf op zoek
r enige bloemen
2. Chndat een margriet
een zuivere cirkelvorm heeft,
mort u haar ne<t zo tekenen
als in 1. zodat de bovenste
bloem bijna een crkel is, ter
wijl de twee andere op een
ellips lijken. Bij no. 2 teke
nen wij van de bovenste
bloem de onderkant, van de
twee andere de voorkant.
Hrt zou er natuurlijk een
tonig uitzien, als de blaad
je* zo regelmatig getekend
werden als in B hrt geval
is. Daarom moet u ervoor
zorgen, dat de richting van
de bloemblaadjes afwisselend
is, zoals dat in -2- is te zien.
3. Een roos ontwikkelt
zich meestal in een kogel-
vorm. maar ziet er dikwijls
toch zó samengesteld uit,
dat hct moeilyk is, een vaat
schema om op voort te bou
wen. vaat te stellen Hierbij
la hrt noodzakelijk zelf de
vorm gade te slaan en hrt
model nauwgezet te bestu
deren. Tekent u de omtrek
van de roos zoals hrt op de
tekening is aangegeven cn
Irt nauwgezet op elke plooi
en de richting ervan, want
zelfs bij louter een schets
kunt u al een mooie vorm
verkrijgen.
■«Bj1 'Ij'
IJB H
m
-
m i h
mm aai
I HJ
0 i
0.
Wit aan zet wint heel geestig door
9—25 zwart dwingende tot (3944),
27—48! Nu zou zwart op (44—50) ver-
(4450) speelt zwart echter (33—38),
42x22. (44—50). Schijnbaar remise, doch
nu volgt de clou: 49-16, (50x17). 26—3
cn waar zwart zijn dam nu ook heen
trekt, altijd wordt deze door één om
één gevangen! Een typische matstrt-
ling. die in de aanvangsstand goed
verborgen ligt.
En nu gaan we eens een recente
verrichting van Schaaf uit de practijk
Horizontaal: 2 In ruime mate. 7
snoepje, 8 zangnoot, 9 dwaas, 10 bo
vendien, 11 welwillende lozer, 13 toe
stand van razernij, 14 nachtvogel, 16
heilige, 17 voorzetsel, 18 schrijfstift, 20
voegwoord. 21 niet deelbaar door twee,
24 schatbewaarder, 27 pers, voornaam
woord, 29 slede, 30 spoedig, 31 droge
stof van turf. 34 heilige, 35 handje,
36 masker, 38 bijwoord, 39 verricht,
40 stoel.
Verticaal: 1 Zwendel, 2 zoek, 3 kort
ogenblik, 4 water doorlatend, 5 te zij
ner plaatse, 6 koudbloedig dier, 8 stuk
vis. 10 voorzetsel, 12 vreemde munt,
13 godin der verblinding. 15 smalle
strook stof. 16 denkbeeldig gebied. 19
metaal, 22 onvriendelijk, 23 vaantje,
25 dier. 26 krullig weefsel, 28 rei. 32
laatstleden, 33 plagge, 36 woretvlees,
37 dwaas. 39 pers. voornaamwoord.
Inzending per briefkaart voor a.s.
Donderdag aan het bureau van dit
blad. In de linkerbovenhoek aan de
adreszijde vermelden: „Puzzle-oplos-
sing".
Oplossing kruiswoordraadsel
van 16 Juli
Horizontaal: 1 Alva, 4 wier. 7 e.o., 9
eg. 10 alligator, 14 Klaas, 15 ik 17
las, 18 mi, 19 nop 21 dag. 22 Eros,
24 sage. 25 as. 26 Laa, 28 er, 29 trac
tor. 33 patat. 35 re, 37 pen. 38 bij,
39 GLO, 41 mat, 42 sperwer.
T
Verticaal: 2 Lel. 3 volk 5 iets. 6
8 agaat. 10 alinea. 11 III, 12 aas.
reiger. 16 korst. 18 mager. 20 Po,
J- no slaap. 24 satan. 27 acteur.
els. 38 bar. 40 op. 41 me
(17—22?)
36x27. Zwart offerde na lang denken
een schijf. Zeer terecht, want iedere
andere zet zou hem erger onheil bren
gen. Er dreigde immers 3328 Dit
kon hij niet verhinderen door (12—17)
wegens 3328, 28—24 cn 34x1; evenmin
door (38). Het antwoord van wit
zou dan zijn 33—28, 26x17 29—24 cn
34x14. Op (1319) zou wit het vonnis
als volgt voltrokken hebben: 3328,
26x8, 29— 24. 34x3. een dam op bezette
ruit. Heel verstandig wu daarom
zwarts offer i2024wat hem nog de
meeste verdediging bood Door Schaafs
eindspelkennis ging de partij echter
toch voor de Umuidenaar verloren,
ondanks diens heroïsche strijd met een
stuk achter.
Oplossingen
<=ït\uzieh voor de moeite
Het was een moeilijk probleem, waar
voor de Nijkcrkrrs in 1777 werden ge
plaatst Het stadsbestuur had een caril
lon aangekocht en nu moesten de zware
klokken in de 60 meter hoge toren wor
den gehesen. De heren regenten wisten
er geen raad meel
Toen kwamen de Nijkerkse boeren op
een lumineus idee! Ze boden hun paar
den aan. om die aan de kabeltouwen te
spannen, waarmede de luidinstrumenten
naar boven gehesen moesten worden.
En het gelukte. Het carillon kwam
op zijn plaats, mede dank zij de land
bouwende bevolking.
Maar.. de boeren vroegen een ver
goeding. Niet In de vorm van geld,
maar elke week, als ze ter markt kwa
men. een carillon-concert.
En tot op dc huidige dag strooit NiJ-
kerks klokkenspel zijn vrolijke klanken,
elke Maandag, van 9—10 uur, over het
bonte marktgewemel!
No. 294. (Pranger). Zwart; 7. 8. 10,
13. 17, 18. 20. 25 27. 36 Wit: 28'30.
34. 38. 41/43. 48. 50. Oj.l 29- 23. 42—
37. 48 -42, 50—44, 38 - 32 32x3, 3xfi.
Ondanks deze mooie oplossing geen
aanwinst voor dc bestaande 46/5 ver
zameling, daar enkele lezers ook de
volgende winst opmerkten; 4339. 29
33. 39-34 38—32. 32x3 nz. Zo'n bij-
oplossing in een probleem vsn Pran-
B-r is wel een grote zeldzaamheid,
et blijkt hier weer eens dat zelfs de
besten er niet altijd aan kunnen ont
komen.
No. 295. d. Boogaard). Zwart:
4. 9. 12. 14. 17. 18. 23. 29. 33. 36. 38.
Wit 15. 16. 20. 24. 34. 35, 37 40. 41.
42. 44. 45. 47. Opl.: 24—19. (13x24 ge
dwongen), 3530, (24x35 weer gedw
1510. 37—32. 42—38. 47x38. 18—11.
11x4. 4—18. 18x49
Heel bedrieglijk is het volgende:
37—32 38x27 om aan blijvend »<hijf-
verlles te ontkomen). 4117, 37—41.
31x11, nu verdedigt zwart zich met
aucces door (1822). 15x24. (23—2#),
34x23, (28—28). 23x32. (12—17), 11x22.
(38—41), 47x36, (13—19), 24x13, (9x
47). Een schijnbare bij-oplossing dus!
(Pïo 6aan wij Tekenen
via