LeveRen Bontj&ssen, tRA&n en vitaminen hen CEÜSS39 zinvolle tegenstrijdigheid I 4 ZONDAGSBLAD 22 JANUABI 1955 jf ze zijn intelligent, speels en zeeR &&nhd,nkeLijk >4- in ons Unö woRöt hij tot öe sch&öelijke öieRen qeRekenö VELEN van ons nog nooit In de gelegenheid geweest een zeehond in tljn natuurlijke omgeving gade te slaan. Zij liggen nu eenmaal niet op het strand van Kijkduin ofSeheveningen te wachten op de belangstelling van badgasten of strandwandelaars. Toch behoort hq tot de dlerenw ,J f~ het i iets Nederland en daaror te weten van xijn verspreiding en le vensgewoonten. Ook Is het interessant ln Ie gaan op de veelomstreden vraag of hij als schadelijk of nlet-schadelijk beschouwd worden. Deze dame heeft een zeehond als huisdier. En 't dier loont zich zeer aanhankelijk. zandbanken voor de Zeeuwse- en Zuid hollandse eilanden en rondom de Wad deneilanden. Vóór de afsluiting van de Zuiderzee bevonden zich regelmatig kleine kudden op de eilanden Urk en Schokland. Als typische bijzonderheid zij vermeld, dat zij ook voorkomen in de Kaspische Zee en het Baikalmecr: oen bewijs dat deze meren in vroeger tijden met de zee In verbinding moeten heb ben gestaan. HOEWEL de zeehond zich vaak op het land begeeft om zich in het zon netje te koesteren, brengt hij toch het grootste deel van zijn leven in het wa ter door en aan het waterleven is hij dan ook op uitstekende wijze aangepast. Zijn torpedovormig lichaam een waarborg voor weinig weerstand in het water is niet van uitstekende delen voorzien; zelfs de oorschelpen ontbre ken; er zijn wel haren, doch deze zijn kort en naar achteren gericht. Neusga ten en gehoorgangopeningen zijn spleet- vormig en in het water gesloten. De voor- en achterpoten, met zwem vliezen tussen de tenen zijn tot brede vinnen vervormd. Een speklaag en handig te verplaatsen, zodat zelfs de vlugge zalmen en kabeljauwen met succes achtervolgd worden; dit wil zeg gen dat een snelheid van 30 A 35 km per uur bereikt moet worden Het zwemmen gebeurt feitelijk alleen met de achtervinnen, door deze met kracht tegen elkaar te slaan, zodat het Huwelijk van dr. A. Kuyper werd te Warmond voltrokken Naar aanleiding van ons artikel „Dr. A. Kuyper in zyn huiselijk leven", op- Jcnomen in ons Zondagsblad van 15- anuari Jl„ ontvingen wij de mede deling, dat zyn huwelijk niet tc Rot terdam maar te Warmond werd vol trokken. Dr. Kuyper's schoonvader, de heer J. H. Schaay, beeft wel te Rotterdam gewoond, maar om gezondheidsredenen vestigde hjj zich later te Warmond. HU had daar een buitengoed, dat „Lee- vlict" heette. Uit rijn correspondentie met mr. Groen van Prinstcrer blUkt, dat dr. Kuyper vaak te Warmond verbleef, want verschillend# brieven zijn van daar verzonden. Een zeehond behoort tot de orde der zeeroofdieren of robben en vormt een aparte familie. Het stemgeluid nl. een hees blaffen of grommen zal wel aanleiding geweest zijn tot de min of meer onjuiste benaming. Zeehonden bewonen de kustgebieden van de Atlan tische Oceaan. lichaam naar voren gedrukt wordt; de voorvinnen worden dan tegen het li chaam gelegd en alleen gebruikt bij het wenden. Op het gebit" komen naar achteren gerichte scherpe punten voor; een eenmaal gegrepen vis kan dus on mogelijk loskomen; zelfs een paling zal dit niet gelukken. Op het land verplaatsen zeehonden zich erg onhandig, daar zij niet kunnen lopen op de tot vinnen vergroeide lede maten. Door afwisselend te steunen op voor- en achterzijde van het lichaam komen ze echter toch vooruit, min of meer zoals een spanrups dit doet. Reeds werd vermeld, dat een zee hondenlichaam met een dikke speklaag omgeven is. Deze dient echter voor namelijk om het dier te beschermen tegen overmatig warmteverlies. Daar het water in zijn woongebied vaak erg koud is en bij gebrek aan een zand bank, klip of strand met een ijsschots als rustplaats genoegen dient te worden genomen, is deze bescherming wel noodzakelijk; immers de zeehond is een zoogdier, hetgeen o.m. betekent, dat de lichaamstemperatuur constant moet blijven (37 gr. C). Bij volwassen dieren vormt de speklaag soms wel 1/3 van het lichaamsgewicht. S een zeehond ccn schadelijk of nut tig dier? Zo'n vraag is altijd 's Lants ende al binnen 's Lants gekomen is. Soo ist, dat wij een ijegelicken toegelaten hebben, ende laten toe bij dezen de zelve te vangen: geloo- vende voor elcken Zee- hont ter voorsz plaetse gevangen, vijf ponden te veertich grooten 't pont". De Staten van Zeeland bepaalden op 9 October 1608 hetzelfde en loofden een premie uit van „tien schellingen grooten vlaems". Deze drie maanden oude zeehond krijgt in de Londense dierentuin dagelijks 30 tot 40 haringen voor zijn lunch. "s uiviou n vraag is altijd moeilijk te beantwoorden; nuttig is hij in ieder geval niet of het moet zijn de pensionhouders op de wadden eilanden daar het bezichtigen jagen op zeehonden door badgasicn ais een bijzondere attractie wordt be schouwd. Zijn voedsel bestaat naast vooral bij jonge dieren allerlei kreeftachtigen voornamelijk uit vissen en als hij een visje verschalkt laat het hem on verschillig of ook dc visser het hierop voorzien heef'.. Een gezonde eetlust heeft hij wel; 15 kg vis is bijv. het dagelijks rantsoen van de zeehonden in Diergaarde Blijdorp en eenmaal vond men 29 stuks bot in de mane nn r.-n U,T 1161 bovenstaande blijkt wel, dat de zeehond voor ons land als scha delijk wordt beschouwd. Voor de bewo ners van het hoge Noorden is hij ech ter beslist nuttig; we kunnen zelfs zeggen, dat grote gebieden zonder zee hond onbewoonbaar zouden zijn. Letterlijk alles van dc gevangen zee honden wordt gebruikt; de vellen voor kleding en als ruilmiddel; vlees, bloed cn spek dienen als voedsel en traan voor dc verlichting; van darmen Mor den venstertjes gemaakt in de hutten of in elkaar gedraaid dienen ae als sterke touM-en en de beenderen worden gebruikt voor het maken van allerlei huishoudelijke artikelen. Gewoonlijk mag i Eskir Hij rhaamt zich helemaal niet toe leeg te halen; een reden een arme visserman om hem grondig te verwensen. De visser zal dan ook niet nalaten hem onschadelijk tc maken. Vooral jonge zeehondjes, die nog niet zo snel kunnen vluchten als ze tijdens MÉÉHgÉBHtaBTallen, lijn siem od net doden In Dc zoogdieren van Nederland" (dr. M. A. IJsscling en dr. A. Schey- grond) wordt hierover het volgende ver teld: ,,Dc jacht op zeehonden werd van hogerhand nog enigermate bevorderd, doordat er al sinds 1823 premies voor het doden van zeehonden zijn uitge loofd. Herhaalde malen is het premie stelsel afgeschaft, maar even vaak weer in ere hersteld, het laatste op 1 Augus tus 1938 (ƒ2 per gedood exemplaar). Het stelsel schijnt intussen reeds van oude datum te zijn. Een piakaat van de Staten van Holland en West-Fries land van 3 Juni 1609 vermeldt reeds het volgende: ..Ende alsoo wij mede onderrecht zijn, dat ind< Lecke ende IJsscle, hen onthouden vele Robben of Zee-honden, die dagelijcks meer ende meer vermenichvuldigen ende groote schade doen inde visch, die poocht uijtter zee te komen binnen vaak goed vinden met „gewone" hon den: ze zijn intelligent, speels en zeer aanhankelijk. OM twee redenen wordt op zeehonden jacht gemaakt: omdat men ze scha delijk acht en omdat vele dames zich in een jas \zg\ zeehondenbont wensen hij geen grzin kan onderhouden. De mannetjeszeehond is polygaam, d.w.z. hij bezit graag meer dan één vrouwtje. De paartijd is van half Au gustus tot half September. Gedurende deze tijd wordt er flink gevochten tus sen de mannetjes om het bezit van de wijfjes, waarbij ze elkaar ernstig kun nen verwonden. Na een draagtijd van 10 a 11 maanden komt het jong ter wereld. Dit is reeds flink ontwikkeld, maar dat is ook wel nodig, daar baby bij hoog water direct moet zwemmen. Bij dc Noordelijke soorten wordt het jong op het ijs geboren en om het togen de koude te beschermen is er dan een flinke pels met lange haren, welke echter voor het te water gaan uitvallen. De melk, waarmede zeehondenjongen gevoed worden is zeer vet; dit moet ook wel, want zij moeten zo snel mo gelijk een speklaag hebben. Na 5 U weken wordt het jong door de moeder Etn zeehonden vrouwtje kan maar één jong tegelijk groot brengen, doch het komt wel eens voor. dat er een twee ling wordt geboren. In dit geval wordt één van beide verstoten cn komt jam merlijk om het leven tenzij hij het ge luk heeft dat een dierenvriend hem vindt en zich over hem ontfermt. Bij een goede verzorging lukt het dan wel om hem groot te brengen. Daar de zeer jonge diertjes nog niet kunnen stikken, moet het voedsel nl. melk met levertraan door middel van een trechter en een slang in het keelgat gegoten worden. Een grote moeilijkheid bij het opfokken blijkt het gebrek aan zout zwemwater te zijn, daar dit on misbaar is voor een gezonde ontwik keling van het Jonge dier; daarom doet men in voorkomende gevallen verstan dig het dagelijks in zee te baden. Zee honden kunnen het in gevangenschap de zeehonden-familie. Ze dragen dan ook naam van zeeolifanten. heeft men het liefst de beschikking c vellen van jonge dieren, daar deze langere haren bezitten. Ongeveer 20 vellen zijn nodig voor de vervaardiging van één bontjas. Ook worden zeehonden huiden benut voor de vervaardiging van zeemleder. In ons land worden de zeehonden meest doodgeschoten, hetzij terwijl ze op het land liggen te zonnebaden of na dat ze het water zijn ingejaagd Een zeer wrede methode was het plaatsen van naar de landzijde gerichte ijzeren pennen, waar de dieren in blijven han gen als ze het water worden ingejaagd. Ook pleegt men wel de dieren in hun luieruurtje te besluipen om ze dan plotseling de hersenen in te slaan. Een van de grootste leveranciers van sealskin zoals men de bereide zee- hondenhuiden noemt vormen de Pri- biloff-cflandcn, waar op zeehonden wordt gejaagd door de U.8.A., Rus land, Japan en Canada. Op grond van een door deze landen gesloten overeen komst mogen daar jaarlijks 700.000 stuks van de nit plm. 3,5 millioen exemplaren bestaande bevolking m-orden Men heeft het voornamelijk voorzien op de 3-jarige mannetjes, daar de huid hiervan het meest waard is; als bij producten kunnen genoemd worden de traan en de levers (voor de vervaar diging van de vitaminen A en D). Met New-Foundland als basis wordt ook veel jacht gemaakt op zeehonden in de Noordelijke IJszee. Hier jaagt men in hoofdzaak op jonge dieren (3 tot 8 weken) voor de bontindustrie daar deze zoals gezegd een zeer dikke pels bezitten. In de Kaspische zee worden jaarlijks plm. 20.000 zeehonden geschoten. De Guano-eilanden langs de West-kust van Zuid-Afrika leveren eveneens veel zee hondenvellen. Bij nonderden tegelijk worden de arme dieren hier gedood. Als men een kudde op het land heeft ontdekt, benadert men deze omzichtig Zodra enige lieden zich op het strand hebben opgesteld worden de zeehonden vanaf de andere zijde van het eiland in de richting der jagers gedreven. Van de eerstgeschoten dieren wordt nu een soort dam opgeworpen welke voor de andere een moeilijk te passeren ob stakel vormt, zodat de jagers ruim schoots in de gelegenheid zijn om de met panische schrik vervulde dieren te schieten. T N hel hoge Noorden wordt door ijs- beren op zeehonden gejaagd. Deze kunnen hierbij seer slim te werk gaan. In het Ijs m'orden nl. door de zeehonden gaten open gehouden om bij gevaar snel te kunnen verdwijnen. De ijsbeer zwemt nu onder bet Ijs door en duikt plotseling uit het gat op. Het valt hem dan niet moeilijk één van de verschrik te zeehonden te grijpen. Tot >k>t zij nog vermeld, dat men een zeehond niet mag verwarren met een zeeleeuw, de balanceerkunstenaar van het circus. De zeeleeuw behoort ook wel tot de robben, maar tot een aparte familie, nl. die der oorrobben. Zij bezitten nog oorschelpen en kunnen zich veel gemakkelijker op het land verplaatsen, daar zij nog kunnen lopen op hun eveneens tot vinnen vergroeide ledematen. In Rotterdam is er zelfs eens één uit de diergaarde ontsnapt, die een veilig heenkomen zocht in de stadssingels. G. E. VALST AR ZONDAGSBLAD 22 JANUARI 1955 Drie belangrijke vioolopnamen en een pianoconcert DE piano mag dan bij de meesten het populairste muziekinstrument zijn, de viool heeft ook een grote populariteit. Vioolconcerten van Bach, Mozart, Beet hoven, Brahms of Mendelssohn behoren tot de geliefde werken van de concert bezoekers. Vooral als ze dan nog ge speeld worden door grote violisten. Er zijn thans heel wat meesters op de viool, mensen die met hun klein instru ment de wereld door reizen en overal met gejuich ontvangen worden. Het is dan ook helemaal niet verwonderlijk, dat de gramofoon-maatschappijen steeds weer met nieuwe viool-opnamen komen. Het is HIS MASTER'S VOICE, die de twee befaamdste violisten van deze tijd samen liet spelen in het Dubbelviool- concert in d van Joh. Seb. Bach (lang speelplaat BLP 1046), n.L Gioconda de Vito en Yehudi Menuhin. Welk een on gelofelijk sterke vertolking is dat ge worden, een vertolking die geadeld wordt door de eerbied, waarmee beide violisten en het Philharmonia Orkest o.l.v. Anthony Bernard de muziek van Bach doen klinken. Hier nergens een „hineininterpretieren", doch alleen maar Bach zelf doen spreken. Zo zeer is het spel van beide kunstenaars op elkaar en op Bach ingesteld, dat het niet is uit le maken wie de eerste of de tweede partij speelt; Gioconda de Vito of haar partner Menuhin. Aan de andere plaatzijde spelen beiden met het zelfde orkest en met solistische mede werking van John Shinebourne<cello) en George Malcolm (clavecymbel) de Trio sonate no. 2 in d van Handel, een ver rukkelijk werk waarin we delen uit an dere composities van Handel herkennen. Prachtig transparant en levendig is de ze vertolking. Ook opnametechnisch is deze plaat subliem. OM NOG EVEN in de klassieke sec tor te blijven: Bach schreef ook werken voor viool alleen, dus zonder begeleiding. Van enkele dezer werken maakte DECCA een heel bijzondere op name, nl. van de Sonate no. 2 in a en van de Partita no. 2 in d, gespeeld door de eveneens vermaarde violist Emil Telmanyi (langspeelplaat LXT 2952). Het bijzondere van deze opname is, dat Telmanyi niet de gewone strijkstok ge bruikt, maar de zgn. Vega Bach-strijk- stok, die zoals voor 1700 de strijk stok was de vorm heeft van een boog. (Het Engelse woord voor strijkstok is ook „bow" en de Italianen spreken van „arco"). Bij deze Bach-strijkstok wordt het haar gespannen door de duim van de rechterhand. De tegenwoordige strijkstok met de schroef maakt het spelen natuurlijk wel eenvoudiger. Be paalde modernere effecten zijn met de Bach-strijkstok niet mogelijk, doch het spel is er wel strakker door geM'orden, doorzichtiger ook. Een zeer waardevol le opname. Caricatuur door J. P. Lyser. (Uit de Paganini-collectie te Washington) WAARDEVOL IS OOK de plaat die PHILIPS maakte van het Vierde Vioolconcert in d-moll van Nicolo Paga- nini, die in de vorige eeuw gold als een „duivelskunstenaar" met zijn in strument. Paganini was niet alleen een beroemd en gevreesd violist, hij heeft ook heel wat composities op zijn naam staan. Dat hij in die werken het vir tuoze element een grotere rol liet spe len, dan de meer ver-innerlijkte com ponist zou doen, is een feit. Maar toch heeft Paganini zich ook als componist een genie getoond, een man met een fantastisch gevoel voor melodie. Of zijn die sprankelende thema's uit dit Vierde Vioolconcert geen verrukkelijke bewij zen van Paganini's genialiteit. Het Vioolconcert wordt gespeeld door een vierde vermaardheid op vioolgebied, de violist Arthur Grumiaux, begeleid door L'Orchestre des Concerts Lamou- reux uit Parijs o.l.v. Franco Gallini (Langspeelplaat A 00741 R). Het merk waardige van dit stuk is. dat het na de eerste uitvoering op 25 Maart 1831 te Parijs (door Paganini zelf gespeeld» spoorloos verdwenen is en eerst in 1936 werd teruggevonden, d.w.z. alleen de or kestpartij. De ontdekker Ls de Italiaan se muziekuitgever Natale Gallini, wiens zoon Franco Gallini het orkest bij de opname van Philips dirigeerde. In „Wie niet tegen u ia, is voor u." Lukas 9 50 „Wie niet met Mij is, is tegen Mij." Lukas 11 23 jA. dat kan ons bijbellezen bemoei- 1 lijken, dat de ene tekst met de andere in schijnbaar lijnrechte tegenspraak is. Hierboven hebt ge zo'n voorbeeld. Twee woorden, beide van Jezus zelf, beide uit hetzelfde bijbelboek Lukas, en het ene woord sluit naar zijn zin schijnbaar het andere volkomen uit. Maar dan toch alleen voor de oppervlakkige lezer, die niet verder kijkt dan z'n neus lang is. die de bijbel gebruikt of 'teen woorden - 1954 vond Natale Gallini ook de viool partij en op 7 November 1954 werd dit Vierde Vioolconcert van Paganini voor de tweede maal uitgevoerd. De opname is in elk opzicht prachtig, dank zij het virtuoze cn stralende spel van de Belg Arthur Grumiaux, dank zij ook de bij zonder sterke orkestbegeleiding. I"\E VERZAMELAARS van vioolopna- men kunnen hun discotheek dus weer met goede werken uitbreiden. Zij, die toch meer voor de piano voelen wijs ik ten slotte op een gramofoonplaat met een der populairste pianoconcerten, nl. het Pianoconcert no. 1 van Tschaikow- sky, gespeeld door Geza Anda met be geleiding van het Philharmonia Orkest o.l.v. Alceo Galliera. Dirigent en pia nist zijn beiden goede bekenden in ons land en deze opname (COLUMBIA, langspeelplaat CX 1156) is een onbe twistbaar bewijs van beider kunstenaar schap. Welk een gespannen vertolking is dit geworden, volkomen beheerst, waarbij de pianopartij nergens zelfs niet in het krachtigste forte wordt „dood "-geslagen. Op deze wijze ge speeld heeft dit v.'erk toch wel een grootse allure. Volgende week v/il ik het eens over liederen hebben. CORN. BASOSKI. boek is, de tekst losmaakt uit zijn verband en vergeet na te gaan tot wie Jezus dit woord gesproken heeft en in welke omstandigheid. Wie de bijbel leest zoals we ons dagblad vaak lezen, „gauw nog even de koppen doornemen vóór hel eten", kan niet anders dan telkens op zulke tegenstrijdigheden stuiten. De bijbel wil gespeld als een brief van de Heer van hemel en aarde. De woor den Gods willen bezinken in ons hart om bewaard en verwerkt te worden. Dan dragen ze vrucht, zoals zaad dal valt in toebereide aarde. Het eerste woord spreekt Jezus tot Zijn discipelen, die zichzelf als de enige volgelingen van Jezus beschou wen en een ander, die in de naam van Jezus boze geesten heeft uitge dreven. dat hebben willen beletten. Doe dit niet, zegt Jezus, want wie Als mensen van verschillende ker ken zijn we gauw geneigd, onszelf als de enige ware discipelen van de Heer te bestempelen en we ontzeg gen dan aan anderen het recht om in de naam van Jezus deze wereld uan boze geesten te zuiveren. Wan neer we als kerken zo bezig zijn uit te maken, wie toch wel de mees te is. zegt Jezus ons: Als die ander kan, waarin gij gefaald hebt. laat hem dan begaan. Hij kan uw tegen stander nooit zijn (Lukas 9 40) Want in de dienst van het Evangelie gaat het niet om ons, om de eer, de meest zuivere volgelingen van Jezus te zijn, maar om de minste te zijn en in naam van Jezus de wereld te dientn. Laat 't dan maar Billy Graham zijn of 'l Leger des Heils, wié het doet is niet belangrijk, als de boze geesten maar uitgedreven worden. Het tweede woord zegt Jezus tegen Zijn tegenstanders, die ontkennen dat Hij spreekt en handelt in op dracht van God. Ze vragen van Hem een duidelijk teken en doet Hij dat niet, dan veroorloven zy zich een neutraliteit. Ze wagen 't niet een beslissende keus te doen, want 't zou immers wel eens kunnen zijn. dat H\j de duivel door Beëzelbul, de overste der duivelen, uitwerpt Dan zegt Jezus heel scherp ,.Wi« niet Door Mij is, is tegen Mij en wie niet vergadert, die verstrooit." Bij Jezus vallen de levensbeslis- sinaen, hie? neutraliteit een onmo gelijkheid Bij Jezus afzijdig blijven betekent: tegenstander zijn. Wanneer God in Jezus Christus ons Zijn genade biedt, dan is 't onmoge lijk „de kat uit de boom te kijken Dan wordt er van ons gevraagd een overgave zonder reserve. Wie dit niet doet, maakt het zichzelf onmo gelijk in de gemeenschap met God te leven. Want in Jezus overbrugt God de kloof, die door de zonde tussen Hem en ons is ontstaan Hier past geen bescheidenheid: „zou 't voor mij wel gelden", hier past al leen maar een gelovig Jimen" op het Ja" van God. Vreemd toch, dat Jezus ons be scheidenheid moet leren ten opzichte uan anderen, die op hun wijze het et'angelie prediken, en dat Hij ons bescheidenheid moet afleren, waar het geldt het aanbod Dan Gods Ge nade te aanvaarden. Dit is by ons een tegenstrijdigheid, maar dan hele maal niet zinoot. Goddank, dat Hij ons met een tchynbarc, maar dan zeer zmoolle tegenstrijdigheid beantwoordt. Geval zonder eind (25) Uit de VOLKSWIJK INTEER is Sjaarlie dus thuis; thans met een enkel-breuk. Is dat erger dan een snee in de arm, of is dat minder ergJ Men weet dat niet met zekerheid te zeggen. Een voordeel is, dat zich by breuken moeilijk bloedvergiftigingen kunnen voordoen, maar een uitgesproken nadeel is het om zes lange weken thuis te moeten blijven. Eerst een paar dagen op bed, dan min of meer hangend in een leunstoel, op de duur rondstrompelend door het kleine vertrek, waar alles in gebeuren moet. In elk geval wordt in deze anderhalve maand het uiterste gevergd van alle inwonenden. Sjaarlie klaagt luidkeels over de „senuwe", Sjaan klaagt niet min der hard, de oudste zoon vervalt van de ene gil-krijs-huilbui in de andere en de baby krijgt inge wandsstoornissen. Het is een borst kind: het neemt Moeders ups and dows onmiddellijk over. Goed, de ongevallenwet zorgt wel, dat men niet van honger om komt, maar die voorkomt ander zijds niet dat uiteindelijk iedereen met complete kropgezwellen van niet-ingehouden en gedwongen- aangehoorde razernij-aanvallen rondwandelt. En daarom is de uit eindelijke conclusie uit vele voor gaande conclusies, dat je overal beter werken kunt dan bij een gla zen wassersbedry Daar krijgen ze Sjaarlie met geen honderd paarden meer heen terug. Eerlijkheidshalve dienen we aan die uitspraak toe te voegen, dat de firma ook generlei moeite doet om hem terug te krijgen! Ook aan zes lange weken komt een eind. Tenslotte zegt de behan delende geneesheer dat Sjaarlie nu maar eens buiten moet gaan oefe nen en dat geeft de nodige ont spanning in de huiselijk atmosfeer: hy kan nu weer naar de straathoek wankelen en daar zyn wijsheden uitkramen. De gemaakte smak wordt er bij de dag enkele sporten groter: het is een wonder dat Sjaarlie nog zo betrekkelijk gaaf temidden van de kameraden staat. Het is óók een wonder dat je zo door pech achtervolgd kunt wor den: als dat iemand hebben moet, kan ie klimmen zoveel ie wil, maar d'ronder gaat ie! Want de straat hoek gelooft maar in twee goden' pech heet de ene en geluk heet de ander. En Sjaarlie heeft pech. Men moet dat bijna wel gaan goloven. Nd het herstel volgt nog eens een eigener beweging gezochte baan. Alle goede dingen bestaan in drie Velen. Voor Sjaarlie na de apothekersbetrekking en na de puibewassing nog een laatste kans: een zaagfabriek. Ze zagen daar van dik hout planken. Het is maar een klein bedrijfje: een vrij lange, minder brede souterrainruimte onder enkele woningpanden. Voor in een afgeschoten kantoortje, waar deboekhouder zetelt en terzijde aan weerskanten wat houtopslag: hout. dat nog onder de zaag moet en hout, dat daar onder vandaan gekomen is. In het midden de eige- lijke bedrijfsruimte met razend rondwielende, door electriciteit aangedreven zagen. Ze vreten zich dwars door de zwaarste boomstam men heen; ze snijden er jankend overlangs de dikkere of dunnere planken uit. Een gezond bedrijf is het niet: het is er zelfs op hellichte zomer dagen nop zo duister dat er altijd lampen branden en het zaagsel stuift in dichte wolken rond. Het is geen wonder, dat er tn deze buurt zoveel asthma- en bronchi- tispatiënten wonen; men moet er niet aan denken wat allergische personen hier zo al hebben uit tc staan Maar verder is het een res pectabel en prompt bedrijf: er is alfyd werk aan de winkel en de lonen zyn er behoorlijk. Eén Dan de straathoekkameraads heeft er nog pas gewerkt, maar hij heeft juist gisteravond mot met de chef gekregen over een stukkie brand hout, dat ie meenam voor moeder de vrouw. Nu ligt hij er uit, en voor Sjaarlie blijkt de kans om erin te draaien. Niet dat ze hem direct met open armen als de verloren zoon ont vangen. De baas kijkt zelfs een tik keltje bedenkelijk, als Sjaarlie zich komt aanmelden en daarbij doet alsof minstens de hoojdamb- tenaar van de arbeidsbeurs hem geanimeerd heeft deze betrekking te ambiëren. De baas weet veel te goed dat er niet te spotten valt met al die hapzuchtige zaaginstrumen- J en. Maar goed, h'j wil het met Sjaarlie proberen Als die zijn ogen g goed de kost geeft, zal het ook wel i)- meevallen, en vooreerst zijn er wel 3 de nodige werkjes te doen. waarbij u de zingende zagen enkel op de achtergrond voor een vreemd muziekje zorgen. Opnieuw gaat dan alles be- trekkelijk goed. Je kunt niet zeggen dat Sjaarlie een twee- de Simson is. die de bomen spelenderwijs boven zyn macht heft. maar hij doet het werk niet slechter dan te verwachten viel. Sjaarlie mqakt op de duur zelfs jyromotie. Hij komt aan een van. de A machines te staan en hij hoeft het hout maar in de goede richting te 3 bewegen om dan verder de zagen 3 hun werk te laten doen. Zo een- 4 doudig als wat; een kind kan de was doen! Twee maanden gaat het prima. Twee maanden hebben Sjaan en de kinderen het huis alleen, en 3 twee maanden wordt er behoorlijk 5 verdiend. Twee maanden verschijnt Sjaarlie alleen des avonds op dc straathoek en wisselt van geaach- ten over het werk hier en het werk i> daar en het feit dat alle werk uit 3 den boze moet geacht worden. 3 Op de derde dag van de derde 3 maand slaaf de Pech toe. Letter- lijk: hij knauwt zich als een wrede afgod in Sjaarlie's linkerhand; A maait van twee vingers het boven- 3 sfe lid er af en snoeit ran een derde de nagel weg. Sjaarlie gee/t 5 een ontzette gil. en wordt naar de 1} dokter gebracht. Die Derbindf en smeert er wat op, en de ongevallen- 3 wet treedt weer in werking. Het wordt een lang proces. Eerst van genezing, maar Sjaarlie is erg sj aantrekkelijk, gelijk wy weten, en in de vierde week krijgt hij bloed- vergif. Hij haalt het bij de dood of. Maar als hij na twee maanden weer in consumptie komt, weet hy 3 eens voor goed dat het met werken 3 toch niets gedaan is voor hem. 3 Want tegen Pech valt niet te 3 vechten! WIJKPREDIKANT t Ds. R. C. H. VERHOEF

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1955 | | pagina 10