Leidse nachtwacht liep heel wat roeden ^TRAFFIC TRAFFIC Schilderachtige figuur moest zware uitrusting meetorsen luidt een nieuw tijdperk mf oO Tafeltennis en volleybal in de stadsgehoorzaal Onderdak in Leiden gevraagd voor jonge studenten NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 DONDERDAG 30 DECEMBER 1954 MET KLAP EN RATEL Nog slechts enkele dagen en wij worden via advertenties en gedrukte kaartjes weer overstroomd met goede wensen voor het nieuwe jaar. Deze wensen mogen verschillen van „g.n." tot „Wij wensen onze geachte cliën- tele een in alle opzichten Voorspoedig en Gelukkig Nieuwjaar": één ding hebben zij alle gemeen: zij munten uit door gebrek aan fantasie en roman tiek. Dat was in vroeger eeuwen anders. Er werd toen van het Nieuwjaar- wensen heel wat meer werk gemaakt, al willen wij daarmede niet beweren, dat de wensen destijds ook meer gemeend waren dan tegenwoordig. houden". Wij lezen hieruit, dat er „8 waekers mitter clappe" in dienst waren. De Stad was verdeeld in 8 wijken, waar in elke waker om het uur zijn ronde moest doen. Alleen 's-winters bij z sneeuwval of ijzcl, mochten zij on 2 uren een ronde maken. Naar gelang het seizoen, wisselden hun ronden. Hiervoor was het volgende sche ma opgesteld: Van 1/5 t/m. 31/7 van 's avonds 10 tot 's morgens 2 uur. Van 1/8 t/m 15/10 van 's avonds 10 tot 's morgens 3 uur. Van 16/10 Vm 15/3 van 's avonds 9 tot 's morgens 4 uur. Van 16/3 t/m 30/4 van 's avonds 10 tot 's morgens 3 uur. Zij moesten hun „ommegang gheheel ende volcomelicken doen, zonder eenige steghen of straten over te slaan, of derszins te vercorten". Doende hun megang zullen zij „naerstelicken ende zorchvuldelicken toezien of iemants deu ren ofte vensteren onghesloten zijn ghe- bleven: Ende zulex bevindende, zullen de goede luyden daer van strac opcloppen, waerschouwen ende verwittighen, opdat zij hun schade mogen beschutten". Het is niet onze bedoeling de oude ge bruiken van het Nieuwjaar-wensen onder familie, buren en kennissen te schilderen. Neen, onze voorkeur gaat uit naar de „Nieuw-Jaers-Wenschen" of „Groeten" van de in hun oude vorm uitgestorven beroepsdragers, zoals de Nacht- en Klap- „De Klepperman" Wy willen onze beschrijving van de nachtwachts aanvullen met het welis waar wat zoetelijke, maar bij de oude re lezers ongetwijfeld toch ook zo ver trouwde liedje „De Klepperman" van H. van Alphen: 1 Zou ik voor den klepper vreezen, O! die lieve, brave man Maakt, dat ik gerust kan wezen En ook veilig slapen kan. Móeder-lief! 'k geloof het vast Dat hij op de dieven past. Schoon hij loopt door wind en regen, 't Zingen wordt hij nimmer moê: Goede God! Geef hem Uw zegen, Maar mijn oogjes vallen toe. Lieve klepper! houd de wacht! Ik ga slapen: goede nacht! wakers, de Stads Lantaarnlieden, de Aschkarhaalders en de Torenwachters. Deze lieden maakten zich er niet va af met een simpel gedrukt kaartje. Neen zij leverden waar voor hun geld! Een folio-vel, geheel met dichtregelen bedrukt en verluciu met een dikwijls heel óige koper- of houtgravure, hun beroep voorstellende; met minder deden zij het niet. Vanzelfsprekend moeten wij aa ze „dichtkunst" geen hoge eisen stellen. Meestal zijn de verzen gezwollen van en hoogdravend. Zij zullen ook wel niet vaak uit hun eigen brein zijn ontsproten maar meestal zijn gemaakt door daartoe „bekwaam vaerzenmaeker' door de schoolmeester, die tegen vergoe ding veelal in zijn vrije tijd gelegenheids dichten wrocht. Niettemin vorfhen deze Nieuwjaars- prenten een welkome aanvulling op de geschiedenis van onze goede, oude tijd en het ls daarom, dat wij onze lezers hiermede wat nader bekend willen maken Wij kiezen hiervoor de Leidse Nacht wacht, een figuur, die eeuwenlang het nachtelijke straatbeeld heeft verlevendigd en eigenlijk nog steeds niet is uitgestor ven, zij het dan ook, dat deze beroeps- dragers thans de prozaïsche naam dragen van controleur van de Nachtveiligheids dienst. Duisternis Alvorens echter een korte bloemlezing te geven uit de Nieuwjaarswensen van de Nachtwacht, willen wij beginnen met een stukje geschiedenis. Nog in het midden van de 16de eeuw was onze stad, als de maan niet scheen, i in diepe duisternis gehuld. Aan openbare straatverlichting werd toen praktisch nog niets gedaan. Daar kwam nog bij, dat de meeste straten, vooral in de achterbuur ten, slecht waren geplaveid. Voegen wij hier nog aan toe de aanwezigheid van de vele grachten en grachtjes met haar dikwijls gevaarlijke ophaalbruggetjes, dan is het duidelijk, dat 's nachts nog wel eens ongelukken gebeurden. Ook was er altijd gevaar voor brand. De helft van de hulzen en zelfs ook nog de St Pancras (de Hooglandse Kerk) wa ren destijds met rieten daken gedekt. .Tenslotte was er de onveiligheid tenge- ivolge van de velt rondzwervende bede- i laars en vagebonden. Leiden had op dat gebied vroeger een zeer slechte naam. Behalve aan de teruglopende lakennij verheid, was dit voor een deel ook te wijten aan de aanwezigheid van de vele kloosters in en om Leiden, die door hun vele aalmoezen de werkschuwheid in de hand werkten. Ook de aanwezigheid van de vele buitenlandse studenten, die on derling herhaaldelijk in twist leefden, hetgeen dikwijls uitliep op hevige vecht partijen, maakten het nachtelijk verkeer Veiligheid Het is dus alleszins begrijpelijk, dat de Stedelijke Regering er al vroeg op uit ls (geweest, ook in de nachtelijke uren voor irust en veiligheid te zorgen. Overdag zorgden hiervoor de rakkers van de iSchout; voor de nacht echter werd deze taak toebedeeld aan de nachtwachts, ook wel genoemd Clapper-luyden, Nacht wakers, Klapwakers, Klepperlieden, Ra- telwachts. Wanneer precies in Leiden de Nacht wachts voor het eerst zijn opgetreden. U niet na te gaan. Uit een oude Stads rekening van het jaar 1536 kunnen wij echter opmaken, dat toen reeds de nacht- jWacht bekend war. In deze rekening le- n wij, dat de regering voor een zekere Jan Dirksz. „der stede nachtwaker" een itrompet koopt „om ter gewoonlicker ure die nachtwake dalrmede te trompen". Acht wijken Heel wat meer bijzonderheden geeft ons de Ordonnantie van 29/7 1583. een ..Ordre aengaende de ronden of gangen, dewelcke de Clapper-luyden. bij nachte langs der straten zjllen moeten doen ende Klap en roep Om de vijf roeden, te weten ongevt na elke 25 treden moesten zij „hun clap- pen slaen ender daer naer claerlicke ende met goed onderscheyt roupen wat de xlocke heeft, tzij de geheele ofte halve uyren, hem regulerende naer uyrwerek opt Raethuys". Bij brand, oproer er straatrumoer dienden zij elkander te hel pen en ter waarschuwing dan „hun clappe gheduyrichlicken te slaen en met ghe- rucht en gheroup de gemeehte te zamen roupen". Verder was het hun niet geoorloofd om tijdens de ommegang huizen binnen te gaan waar bruilofsfeesten of verga deringen werden gehouden, ook niet drinken. Dat dit laatste geen overbo dige bepaling betekende, vinden wij be vestigd in een keur van 1767, waarin staat te lezen, dat zij „zullen gehouden zijn nugteren en bequaara ter wag de nachten in de periode 1/5—31/7, 6 stuivers voor die in de perioden 1/8 15/10 en 16/330/4, en 8 stuivers voor de nachten in de periode van 16/1015/3. Ter vergelijking tekenen wij hierbij aan, een pond boter destijds 9i stuiver kostte en een pond rundvlees 1 stuiver. Wij kunnen dus niet zeggen, dat het nachtloon onredelijk laag was. Desondanks bleek het baantje van nachtwaker toch geen erg winstgevende betrekking te zijn en 't is weer van Hout, die hiervoor op een Keur van 1598 aan tekening maakt en vermeldt, dat zij dik wijls overdag nog als turfdrager, kuiper, lijndraaier enzovoort moesten optreden. Evenals de andere stadsdienaren, moes ten ook de clapper-luyden de eed afleg gen en zij moesten „zweeren ende gelo ven deser stede getrouwelic als waec- kers mitter clappe te dienen" enzovoort, welke eed zij moesten bevestigen door de formule „Zo waerlicken helpe ons God ende zijn heylich woort". Uitbreiding De Keur van 1583 is herhaaldelijk ver nieuwd. Zo werd in de Keur van 1607 het aantal wakers tot 12 uitgebreid en kreeg elke waker een wijk van ongeveer 740 roeden te lopen, 's Winters werden verder volgens deze keur de wachten met „noothulpers" verdubbeld en liepen zij twee aan twee hun ronde. De laatste Keur, welke wij over de nachtwakers aantroffen, is die op de „Klapwakers" van 1828. Daarna vonden wij op dat ge bied geen regelingen meer van Over- Wens uif 1696 Uit: Nieuwe-Jaers-Wensch van de Leytsche Klapper.W aght in 1696 Wij die gesteld tot Waeckers in de nachten, Syn tót U dienst bereyt, te samen met malcaer: Op dat gij sonder vrees, of sware naergedachten Mooght rusten heel den nacht, sonder eenigh gevaar. heidswege en wij kunnen aannemen, dat de taak van de nachtwachts in de tweede helft van de 19de euw, althans wat be treft de handhaving van openbare orde veiligheid, geleidelijk aan is overge gaan op de politie. Uitrusting Behalve met een klapper of ratel (In Lelden zijn beide attributen in gebruik geweest), waren de nachtwakers uitge rust met hellebaard of piek. Vaak w zij ook vergezeld van een hond. Uit het Een nachtwacht in volledige uitrusting, vergezeld van een niet erg ver vaarlijke hond, tijdens zijn nauwkeurig beschreven ronde. Hellebaard en ,^zijdgeweermoesten boosdoeners afschrikken. komen en gedurende haar wagt zich nug teren en bequaam te moeten houden. Ook niet in 't Wagthuis of onderweg te slapen". De burgerij moest het waakgeld betalen op dit punt lazen wij in de Keur van 1583 nog een aardige bijzonderheid. Als burger bij de derde aanmaning nog in gebreke bleef bet verschuldigde waak geld te voldoen, mocht de waker zijn leur en vensterluiken verwijderen en >P het Stadhuis brengen, waar deze at- ributcn werden bewaard, totdat de ach terstand was betaald. Loon Het loon der wakers was kennelijk vóór >83 maar zeer laag geweest, want in de Keur van dat jaar heeft de toenmalige Stadssecretaris, Jan van Hout vermeld, dat dit „tot noch toe te zeer cleyn ende sober is ghewcest ende derhalve nootich verhoocht heeft moeten werden" H»t loon werd toen jebracht op 5 stuivers midden van de vorige eeuw is ons ove rigens nog wel een zeer volledige om schrijving van hun uitrusting overgele verd. Wij citeren: „Verbeeldt U een man. ge kleed in een lange blauwe schansloper, dragende een broek van dezelfde kleur, eer. karpoetsmuts op het hoofd, een rode bonte doek om de hals, hoge schoenen met leren riemen aan de voeten, meestal met een kort eindje pijp in de mond, waaruit een geur opstijgt van tabak, om deszelfs „lieflijke" geur bekend onder de naam van ratel-wachts-tabak, of wel kauwende op een dikke knoest van die onschatbare plant; verder voorzien van zijdgeweer, paternosters, touwtjes en koorden, een zak. niet om de kinderen in te pakken, maar ter berging van de dregge, een hengeltulg bestemd om hun natuurgenoten, die tengevolge van de benevelde lucht soms ook van hun be nevelde geest in het water zijn geraakt op te vissen; verder dragende een ratel Nieuwjaarsgroet uit vorige eeuw Uit: Nieuwejaars Heil- en Zegen- vensch door de Klapwakers in 1843. Vervul, O Hemelvader! onzen wensch, Dien we in dit nedrig dicht U opwaarts zenden; Geef heil en zegening aan eiken mensch, En laat ons hart zich dankbaar Uwaarts wenden. Beveilig ons voor ramp en tegenheên; Doe aan ons wel, opdat wij mogen leven Ter Uwer eer. Wil ons zoo hier beneên De voorsmaak van een zalig Teven geven. de Het jaar zoo rijk aan lief en leed met reeds vergrijsde lokken, Dat in zijn jeugd reeds schreyen deed Is weer voor goed vertrokken. Wij riepen juist op onze wacht Het plegtig uur van middernacht Voor burgers en geburen. Toen zonk het magt'loos op de baar En 't pas geboren Nieuwe Jaar Lag spartlend in de luren. Dezelfde schrijvir leidt deze beschrij ving op de volgende aardige en genoeg lijke wijze in: „Bewaar je vuur en kaarsie wel! de klokke tien! tien 'et de klok! geaccompagneerd met een oorverdo vend geratel of geklep, is de roep welke als een galm des avonds met de klok slag van dat uur geheel de lucht van Nederland doet weergalmen, de kinderen schrik aanjaagt, zorgvuldige huismoeders en minder zorgvuldige dienstboden van hare stoven doet oprijzen, om het over geschoten kooltje in de as te rekenen en de dieven ter waarschuwing strekt, om hun oorbeloofd bedrijf, willen zij het ver diende loon daarvoor niet genieten, voor enige ogenblikken te staken. Wie zo schreeuwt, zo ratelt of klept, weet het kleinste kind, „het is de nacht- Goede nacht Uit omstreeks dezelfde tijd is ons nog een beschrijving van de nachtwaker be- Hoewel niet zo genoeglijk, willen wij vanwege de „romantische" Inslag van deze beschrijving ook hiervan een frag ment laten volgen: „Er ls zoets in het denkbeeld, dat, wanneer wij in de schaduw der nacht weerloos in de arm der sluimering ge doken liggen, daar buiten voor ons ge waakt wordt, teneinde zoveel mogelijk de gevaren van ons af te wenden en ons een ongestoorde rust te doen genieten. Hoe verrukkend is het niet om, wanneer de sluimering ons overvalt, nog even door de vensterruiten te kijken, waar de sterren als glimlachende engelenogen over ons te waken schijnen en daarna het zoete „klipklap" van des nachtwakers klep, als met de oren in te drinken: het is dan alsof hemel en aarde tegelijk ons het wiegelied zingen en ons liefdevol toe fluisteren „goede nacht"! De nachtwakers. Hoe staan zij afge scheiden van alle gewone stervelingen! Wat ons nacht is, is hun dag en omge keerd; als wij slapen, waken zij; als wij rusten op het zachte dons of vaak nog zachter stro, doorzwerven zij met vaste tred regen en wind; als wij zwijgen of in onze zoete dromen ternauwernood fluisteren, schudden zij met vaste hand de getrouwe klep en vermelden met hel dere. welluidende stem het standpunt des tijds. Er is iets plechtigs in de klepper; hij is het beeld van de tijd zelf: of wij hem horen of niet, hij treedt immer, immer voort!" Na dit „lieflijke" proza geven wij ook het woord aan de nachtwachts zelve. Wij hebben hiervoor fragmenten gekozen uit een drietal Nieuwjaarsprenten. Deze prenten brachten zij zelf aan de huizen rond in de hoop hiervoor met een klei nigheid te worden beloond. J. de Koning Eindelijk heeft de critische Virginia-roker zijn zin. TRAFFIC is er, de echte, de pure. Rook TRAFFIC; en jaar uit, jaar in zegt U: /C. ct Scboolwedstrijden geëindigd Gisteren werden in de Stadsgehoorzaal de jaarlijkse schooltafeltennis wedstrijden gespeeld. Zoals óok andere jaren, was de belangstelling zeer groot: er deden dit jaar 250 scholieren uit Leiden en omstreken mee. 's Avonds om 8 uur opende de heer Voortman de slotavond van dit jaar lijks terugkerende sportfestijn. Hy zeide onder meer: „Elk jaar, 7.0 kan men constateren, gaat de sport vooruit, niet alleen de sport, maar ook de belang stelling". Spreker hoopte op bestendiging hiervan: het is reeds de vierde maal, dat deze wedstrijden gehouden worden, en altijd wordt er sportief gespeeld. Verder dankte spr. de verenigingen, die zo be reidwillig waren geweest hun tafels af te staan. Allereerst kwamen de finales tafel tennis aan de beurt. Riekje Knibbe en Wil Nijeboer. beiden van de meisjes- H.B.S.. speelden óm het persoonlijk kam pioenschap. Hoewel de zenuwen bij beide meisjes nogal eens de overhand kregen, was het toch een aardige wedstrijd. Wil Nyeboer won deze met 2112 en 2321. De heren deden het wat fanatieker, zodat hier de stand werd 1321, 2117, 921 in het voordeel van Gerard Bak kers (R.K. Ulo), die tegen Ed van Ooy (gymnasium) uitkwam. Hierna kwamen de meisjes-volleybal- ploegen van de gem. Ulo. Plesmanlaan, en het gymnasium in actie. Onder het ge joel van een meer dan duizendkoppige menigte, die storm voorspelde, trachtten de beide ploegen elkaar de loef af te ste ken. Wat het spel betreft: onevenwichtig, elkaar vaak niet begrijpen en weinig met de vingers slaan. Toch werden enkele goede spelmomenten gezien, bij het gym ïm heerste o.i. betere discipline, maai de Ulo was technisch beter. De eerste set eindigde 159 voor d« ulo, de tweede 7—15, zodat nog eens ge speeld moest worden. De laatste set digde ln een 15—10 overwinning het gymnasium, waardoor dit eerste De heren gaven een heel ander beeld te zien. Hier werd op overtuigende wijze duidelijk, welke ploeg de beste was. Het Chr. lyceum uit Alphen toonde dui delijk zijn superioriteit boven het gym- ïm. Het spel viel op door goede samenwerking aan de Alphense zijde goed individueel spel aan de gymnasium kant. Ook hier leed het gymnasium de kwaal van het elkaar niet goed be grijpen. Ohris Siemons was de beste bij het gymnasium, alhoewel hij schien wat deprimerend werkte op zijn medespelers. Bij de Alphenaren was Vroege wel de beste, hij liet enkele staal tjes van zijn kunnen zien door zowel links als rechts te smashen. Alphen won met 159 en 15—r8. Voor veertien dagen Hebben lange tijd in Russische concentratie kampen doorgebracht doet een dringend beroep op Leidse families om een of meer van deze jonge studenten gedurende veertien dagen belangeloos als gast op te ne men. Men kan zich in verbinding stellen met het adres Stieltjesstraat 35. Leiden, voor het mededelen van logeeradressen. Voor nadere inlich tingen kan men zich wenden tot mevrouw C. H. Hendriksen-Snel, Roodborststraat 52, tel. 26855, en de heer M. I. Smit, Tulpenstraat 6, tele foon 23500. De secretaris van de afdeling Leiden an de Ned. vereniging van ex-politieke gevangenen uit de bezettingstijd schrijft Bij de laatste amnestie In de Sowjet- Unie is een groot aantal jonge mensen vrijgelaten, die door de Russen bij de be zetting van Polen en nevenstaten zijn te rechtgekomen ln concentratiekampen. De meesten zijn uitgeweken naar West- Duitsland en werden daar in vluchtelin genkampen opgenomen. Een aantal van deze mannen is nu in staat gesteld door de Westduitse rpgering om te gaan studeren. De Ned. vereniging van ex-politieke gevangenen uit de be zettingstijd heeft nu in samenwerking met het nationale comité tot bestrijding van het concentratiekampsysteem stappen ondernomen om enigen van deze jonge ren met het vrije Nederland kennis t« laten maken. In overleg met de afdeling Leiden is de eerste groep, bestaande uit dertig jonge ren. allen de Duitse taal sprekende, tot en met 24 Januari in Leiden. Voor hen moet uiteraard onderdak bij Leidse fa milies worden gezocht. Een aantal voor aanstaande mensen In het land heeft zich bereid verklaard, ln samenwerking het bestuur van Expogé voor hen s den en overdag excursies te organis Aan enkele excursies, zal. dank zij medewerking van industriëlen, een avond maaltijd verbonden zijn. De eerste groep telt 26 jongens en 5 meisjes, in de leeftijd van 20 tot 20 jaar Leidse bromfietser had een ongeluk in Wassenaar Op het rijwielpad langs de Rijksstraat weg in Wassenaar botsten de bromfietser Van V. uit Wassenaar en de 24-jarige Leidse bromfietser L.. toen Van V. zijn achterlicht wilde controleren en daarbij begon te slingeren. L. is. nadat dokter Wafelbakker de eerste hulp had verleend, met een hoofdwond naar het ziekenhuis Zuidwal in, Den Haag overgebracht. Generaal Franco heeft een onder houd gehad met de Spaanse kroonpreten dent Don Juan over de opvoeding de oudste zoon van Don Juan, de 16-Ja- rige prins Juan Carlos, die door Franco gaarne als zijn opvolger als staatshoofd ^7-rr j izou word®" gezien; over herstel der Het bestuur van de afdeling Leiden narchie zou niet gesproken zijn Prijzen De wethouder yan onderwijs, de heer J. C. v. Schaik. deelde daarna de prijzen uit, terwijl hij voor elke school een gees tig speechJe had. De uitslagen waren als volgt; Tafeltennis meisjes: 1. Meisjes-H.B-S., 2. Chr. lyceum. 3. Gymnasium. Jongens: 1. Gymnasium. 2. R.K. Ulo. 3. R.K. Lyceum. Volleybal meisjes beginners: 1. Meisjes- H.B.S.. 2. R.K. Ulo. Levendaal, 3. Agnes- lyceum. Jongens beginners: 1. Gymnasium II, 2. Lyceum Alphen II, 3. Gem. H.B S. II. Meisjes gevorderden: 1. Gymnasium, 2. Ulo. Plesmanlaan. 3. Gem. H.B.S. Jongens gevorderden: 1. Chr- Lyceum Alphen. 2. Gymnasium, 3. Chr. Kweek- schooL Jubilerende brugwachters Op 2 Januari hopen de brugwachters eerste klasse M. C. van Vuuren. Waard- gracht 66. en O. Wielinga. Heemskerk- straat 54. respectievelijk dienst doende aan de posten Singelbrug en Janvossen- brug, te herdenken, dat zij 25 jaar ge leden in gemeentedienst traden. Het is de wens van de jubilarissen die dag gemerkt te laten voorbijgaan. Burgerlijke stand van Leiden GEBOREN: Tineke, d v W van Ommen en) W van Duuren. Hendrik, z v H Hoek en B K van Duijn. Johanna, d v J Pet J Gressic. Josina J a v J Spies en W S van Kampen. Denijs, z v J D van Bos en L B Houben, Alida. d v J I Neu- tcboom cn M C Brouwer. Marinus N C A Duyvestyn en W Krook. Alida J d v P Sieval en C Chaudron, Johannes v H Sicra en S S van Kampen. Maartje d v K Hoek en J Verhoef. Adriaan P M z v A Zuijderduin en J Sierat. GEHUWD: N P A van Maarlc Dreef. D Tysterman en J van Starken- burg. M v d Steenhoven en M Sterren burg, A H M Rijsbergen en H M M Bokern, D Smit cn A W Korteweg. T H Mühlslaff en E J M Brand, G Ruwaard en J Laven. J J Luijben en A C van Leeuwen. F A van Velsen en A P M Schretlen. D Stokkel en H M Nagtc- geiler. OVERLEDEN: A Kujjf. man 45 j; R Siraa. wed van Brandenburg. 63 j; A Wakka, dr. 13 uur. Oudejaarsdienst in de Marekerk Onder de aankondiging van de vele Kerstactiviteiten, in ons blad van een week geleden, werd reeds melding ge maald van een bijzondere kerkdienst, uitgaande van de commissie voor bijzon der Kerkewerk van de Hervormde Ge meente te Leiden, op Oudejaarsavond n 7 uur in de Marekerk. De leiding van deze dienst berust bij dr P. L. Schoonheim. Hij zal spreken over hel onderwerp: „Voorbijgangers 1954". De samenzang wordt begeleid door het orgelspel van de heer J. Hoogorwerf. Bovendien zullen in deze Oudejaarsdienst koperblazers de zang steunen en daarmee an deze dienst een apart cachet geven. Antieke kan in elkaat getrapt Een 41-jarige Leidenaar heeft kans ge len. uit de Doopsgezinde kerk. toen daar en Kerstboom werd geplaatst, een an tieke tinnen kan. daterend van 1806. te ontvreemden. Hij probeerde tevergeefs de kan kwijt te raken aan antiquair» en uitdragers, zodat hij het honderden gul dens waard zijnde kunstvoorwerp ln el kaar trapte cn als oud materiaal ver kocht. De politie heeft deze oude beken de opgesloten. De kan zal wel niet meer in oude luister kunnen worden hersteld. Pleidooi in Kerstnacht niet tevergeefs De Commissie voor Bijzonder Kerke werk van de Leidse Hervormde Gemeen te schrijft ons: Naar ons van verschillende kanten werd verzekerd, hebben velen, die de Kerstnachtdienst in de Pieterskerk bij woonden. niet kunnen waarderen, dat dr P. L Schoonheim in zijn toespraak zo zakelijk en op de man af de nood van millioenen medemensen heeft getekend, en de vraag „Kerstfeest voor iedereen?" ronduit met „neen" heeft beantwoord, om van hieruit een dringend beroep te doen op de kerkgangers voor de winter- collecte van de Hervormde diaconie, die in de Leid6e Hervormde Gemeente in de Kerslnachtdiensten en de diensten op de Kerstdagen pleegt gehouden te worden. Buiten beschouwing latende of men de inhoud en de vorm van genoemde toe spraak al dan niet moet waarderen, het pleidooi voor een goede diaconiecollecte blijkt niet zonder uitwerking geweest te zijn. De inzameling voor de Hervormde dia conie. voor zover het de Kerstnachtdienst in de Pieterskerk betreft, heeft namelijk f 1015.82 opgebracht. Dit is een hoog bedrag, wanneer men in aanmerking neemt, dat de opbrengst vorig jaar. van twee zeer druk bezochte Kerstnachtdiensten, voor hetzelfde doel samen achthonderd gulden bedroeg. Overigens delen wij nog mee. dat de Kerstnachtdienst in de Pieterskerk door onvoorziene omstandigheden meer dan anderhalf uur in beslag nam. Bij de voorbereiding was helaas geen rekening gehouden met het feit. dat de cantate di; vorig Jaar in een Kerst- bijeenkomst in het Luxortheater voor het eerst werd uitgevoerd in de ruimte van een kerk als de Pieterskerk bUna twee maal zoveel tijd vraagt. Uiteraard zal een dergelijke organisa torische fout bij volgende gelegenhecen beslist vermeden worden. Een Kerst nachtdienst ln een onverwarmde kerk moet zeker niet langer dan een uur Vacantiebezigheden in het Volkshuis Gedurende vier dagen zorgt het Leidse Volkshuis aan de Apothekersdijk ervoor, dat vierhonderd jongens en meisjes aan gename herinneringen zullen hebben aan hun kerstvacantie. Ze worden daar be ziggehouden met plak-, teken- en hand werk en er staan ook film- en toneel voorstellingen op het programma. Mor genmiddag worden deze vacantiebezighe den afgesloten met een oliebollenluif.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1954 | | pagina 3